HANDHAVINGSPROGRAMMA 2015
Inhoudsopgave Inhoudsopgave -----------------------------------------------------------------------------------------------------
2
Lijst met afkortingen
-------------------------------------------------------------------------------------------
3
1. Inleiding -----------------------------------------------------------------------------------------------------------
4
2. Ontwikkelingen in de organisatie 2.1 Coördinatie toezicht en handhaving ---------------------------------------------------------------------2.2 Nota Integrale Handhaving --------------------------------------------------------------------------------2.3 Toezichtsprotocol en mobiel handhaven ----------------------------------------------------------------2.4 Informatievoorziening ---------------------------------------------------------------------------------------2.5 Bootwrakken ----------------------------------------------------------------------------------------------------2.6 Doorlichten Algemene Plaatselijke Verordening ------------------------------------------------------2.7 Hennepconvenant --------------------------------------------------------------------------------------------2.8 Horecaconvenant ---------------------------------------------------------------------------------------------2.9 Bestuurlijke boete ---------------------------------------------------------------------------------------------2.10 Ontwikkelingen in het stadstoezicht --------------------------------------------------------------------2.11 Ontwikkelingen in het milieutoezicht --------------------------------------------------------------------
7 7 7 8 8 8 8 9 9 9 9
3. Wettelijke ontwikkelingen 3.1 Omgevingswet -------------------------------------------------------------------------------------------------3.2 Wet revitalisering generiek toezicht ----------------------------------------------------------------------3.3 Wet Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving -------------------------------------------------3.4 Private kwaliteitsborging -------------------------------------------------------------------------------------3.5 Woonschepen --------------------------------------------------------------------------------------------------3.6 Zorgplicht --------------------------------------------------------------------------------------------------------3.7 Asbestverwijderingsbesluit ----------------------------------------------------------------------------------3.8 Natuurwet -------------------------------------------------------------------------------------------------------3.9 Wabo ------------------------------------------------------------------------------------------------------------3.10 Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche ------------------------------
10 10 10 11 11 11 11 12 12 12
4. Wijze van uitvoering 4.1 Wat gaan we hoe doen --------------------------------------------------------------------------------------4.2 Capaciteit --------------------------------------------------------------------------------------------------------4.3 Wat doen we niet ----------------------------------------------------------------------------------------------4.4 Beschikbare en benodigde uren ----------------------------------------------------------------------------
13 13 14 14
5. Productbladen ---------------------------------------------------------------------------------------------------
16
6. Bijlagen Bijlage 1 Risicoklasse-indeling toezichtsplannen ---------------------------------------------------------Bijlage 2 Toezichtsplan Drank- en Horecawetgeving -----------------------------------------------------Bijlage 3 Toezichtsplan Milieu ----------------------------------------------------------------------------------Bijlage 4 Toezichtsplan Brandveilig gebruik -----------------------------------------------------------------Bijlage 5 Projecten Milieu en Brandveilig gebruik ----------------------------------------------------------Bijlage 6 Toezicht op kleine bouwwerken ---------------------------------------------------------------------
42 43 44 45 46 47
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
2
Lijst met afkortingen AMvB APV BAG BEMS BOA BOR Bor DVL EU BRP HUP IPPC LNV Mor MSF NeR NVWA OFGV OM PGS DVL RIE RUD RWS SPP STW VTH VTO Wabo WB Wm Wro
Algemene maatregel van bestuur Algemene plaatselijke verordening Basisregistraties Adressen en Gebouwen Besluit emissie-eisen middelgrote stookinstallaties Bijzonder opsporingsambtenaar Afdeling Beheer Openbare Ruimte van de gemeente Lelystad Besluit omgevingsrecht Afdeling Dienstverlening van de gemeente Lelystad (voor 01/01/2013 afdeling RDB) Europese Unie Wet Basisregistratie Personen Handhavingsuitvoeringsprogramma Integrated Pollution Prevention and Control (Europese richtlijn) Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Ministeriële regeling omgevingsrecht Milieusamenwerking Flevoland (per 1 januari 2013 opgegaan in de omgevingsdienst) Nederlandse Emissierichtlijn Lucht Nederlandse voedsel en warenautoriteit Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek Openbaar Ministerie Publicatiereeks gevaarlijke stoffen Afdeling Dienstverlening van de gemeente Lelystad Richtlijn industriële emissies Regionale uitvoeringsdienst (Omgevingsdienst) Rijkswaterstaat Strategisch personeelsplan Team Stadwinkel (afdeling Dienstverlening) Wet Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (wijziging van de Wabo) Team Veiligheid, Toezicht en Ondersteuning (afdeling Dienstverlening) Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Team Wabo en Bestemmingsplannen (afdeling Dienstverlening) Wet milieubeheer Wet ruimtelijke ordening
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
3
1. Inleiding Voor u ligt het Handhavingsuitvoeringsprogramma Fysieke Leefomgeving 2015 (HUP 2015) dat inzicht geeft in de handhavingstaken die de gemeente in 2015 uitvoert, welke capaciteit daarmee gemoeid is en wat de gewenste resultaten zijn. De handhavingstaken worden uitgevoerd conform de beleidsuitgangspunten van de Nota Integrale Handhaving, de Kadernota Veiligheid en aan concrete wettelijke verplichtingen en/of aan beleidsmatige beslissingen van het college of de raad. Het vaststellen en uitwerken van een HUP is verplicht gesteld in o.a Wabo, Bor en Mor en bevat tenminste: een duidelijke verbinding met de gestelde prioriteiten en doelstellingen; een weergave van de concrete activiteiten voor toezicht & handhaving, inclusief de bijbehorende capaciteit; een uitwerking in een concrete werkplanning voor alle betrokken Organisatieonderdelen Daarnaast is het HUP samen met de evaluatie een instrument voor het college en de raad om te sturen. De kosten van de geplande activiteiten zijn verwerkt in de begroting 2015. Een aantal kernwoorden uit het raadsprogramma en collegeprogramma 2015 - 2020 die van toepassing zijn op het HUP zijn: Inwoners voelen zich prettig in een schone, hele en veilige omgeving. En om dat te bereiken wordt gekozen voor een integrale benadering waarbij het volgende van belang is: - De wijkagent staat centraal. - Cameratoezicht waar dat nodig is. - Optreden tegen hennepteelt en niet-gedoogde drugshandel. - Het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid waar het gaat om de eigen woonomgeving. verhoging van de meldingsbereidheid. - Een integrale aanpak van de overlast van kamerverhuur. - Geschillen bij voorkeur via bemiddeling oplossen. - Signalen van omwonenden over overlast van horecabedrijven serieus nemen. Integraal Handhavingsuitvoeringsprogramma (HUP) Landelijke ontwikkelingen, inzet van integrale toezichthouders, signaaltoezicht en het uitbreiden van de regionale omgevingsdienst beïnvloeden het gemeentelijk denken over handhaving. In dit programma wordt de lijn van 2013 voortgezet waarbij een eerste aanzet is gegeven tot coördinatie als opmaat naar regievoering en samenwerking met andere afdelingen en werkvelden, door de toezichtstaken die uitgevoerd worden door BOR en het werkbedrijf op te nemen in het HUP. Ook de taken die voortvloeien uit de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en Basis Registraties Personen (BRP) zijn meegenomen. De handhaving binnen het sociale domein is opgenomen in vastgestelde handhavingsverordeningen en maakt daarom geen deel uit van dit HUP. Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek (OFGV) Sinds 1 januari 2013 worden de toezichts- en handhavingstaken op het gebied van milieu en brandveiligheid en gedeeltelijk bodem uitgevoerd door de Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek (OFGV). Dit betekent dat alle kennis en expertise op deze gebieden nu bij de omgevingsdienst liggen. Hiermee is dan ook afgestemd waar de prioriteiten liggen voor het toezicht op deze gebieden. 2013 was een opstartjaar en door de daarbij behorende opstartproblemen zijn niet alle milieucontroles uitgevoerd. Of deze problemen in 2014 zijn opgelost kan pas worden beoordeeld aan de hand van een eindrapportage.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
4
Afstemming met handhavingspartners Het Bor/Mor verplicht een afstemming en bekendmaking van het HUP aan betrokken bestuursorganen en strafrechtelijke partners. De afstemming vindt plaats in het Regionaal Beleidsoverleg waarin de beleidsmedewerkers van de diverse bestuursorganen zijn betrokken. Daarnaast vindt afstemming plaats door middel van de Bestuursovereenkomst Wabo en de bestuurlijke en ambtelijke handhavingsoverleggen. Initiatieven tot samenwerking worden daarnaast ook genomen door de medewerkers zelf. Bekendmaking van het HUP vindt plaats door het toezenden van een afschrift aan de betrokken bestuursorganen en partners. Meerjarenprogramma Omdat 100 procent toezicht op alle regels niet mogelijk is maken we concrete keuzes over de taken die we uitvoeren in 2015. Dit HUP is mede gebaseerd op de door de raad vast te stellen Nota Integrale Handhaving voor de periode 2015-2019. Op grond van dit beleidsplan worden de handhavingstaken op basis van een risico-analyse geprioriteerd.
Prioritering Het HUP en de toezichtplannen worden aan de hand van risicoanalyses opgesteld. Naast de score in de risicoanalyse wordt ook gekeken naar naleefgedrag en in de voorgaande jaren opgedane ervaringen en evaluaties. Er zal door de afdeling Dienstverlening (DVL) en de OFGV voortdurend worden ingezet om de registratiesystemen zodanig in te richten zodat er beter inzicht wordt verkregen in het naleefgedrag. Het uitvoeren van de taken in de openbare ruimte wordt geprioriteerd aan de hand van de aard van de geregistreerde meldingen van het jaar daarvoor en in overleg met de verschillende partners in de wijken. De prioriteit ligt in 2015 net als voorgaande jaren op voorkomen van vervuiling van het openbaar gebied, gevolgd door illegale dumpingen en hondenoverlast. Hierop wordt ingezet omdat het verminderen van overlast in de leefomgeving ook bestuurlijk als belangrijk wordt gezien. Het niet optreden in de openbare ruimte leidt tot ergernis en klachten. Voor onderzoek BRP wordt geprioriteerd aan de hand van de binnen gekomen meldingen. Deze meldingen kunnen van burgers, ketenpartners, andere overheidsinstellingen of gerechtsdeurwaarders komen. De inzet is nodig om “spook” bewoning te voorkomen en daarmee de BRP zo actueel en waarheidsgetrouw mogelijk te houden. Verplicht uit te voeren taken / onontkoombaar Het kan voorkomen dat een taak/handhavingsopgave volgens de risicoanalyse niet hoog op de prioriteitslijst staat maar dat deze toch volledig wordt uitgevoerd. Dit kan zijn omdat dit wettelijk is verplicht, omdat het bestuur hier een grote prioriteit aan toekent of dat het anderszins noodzakelijk is. Denk hierbij aan de controles op grond van de Wet Basisregistraties Personen. De gemeente is wettelijk verplicht de registraties in de BRP actueel te hebben. Om aan deze verplichting te voldoen moet regelmatig (adres)onderzoek worden gedaan. Bovendien is het is voor alle afdelingen binnen de gemeente van groot belang dat de Basisregistratie op orde is. Wettelijk of beleidsmatige keuzes Het gaat hierbij o.a. om het toezicht op bouwwerkzaamheden, naleving van Brandveiligheidsvoorschriften, kamerverhuur, gasleidingen en kinderopvang waarbij het toetsniveau min of meer wettelijk of beleidsmatig is vastgelegd. De strategie is voor deze taken vastgelegd in regelgeving en beleid en voor de uitvoering is capaciteit gereserveerd. Bij deze taken kan onderling niet zomaar geschoven worden met capaciteit. Voor toezicht, uitgevoerd door de OFGV, is de afname van uren vastgelegd in een Gemeenschappelijke Regeling. Voor kinderopvang zijn afspraken gemaakt met de GGD. Voor de kinderopvang wordt bovendien een geoormerkte rijksbijdrage ontvangen.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
5
Taken met beleidsvrijheid Voor een aantal taken is het kader van het handhavingsuitvoeringsprogramma keuzeruimte aanwezig Dit kunnen taken betreffen die de gemeente in autonomie uitvoert (APV en openbare ruimte) maar ook handhavingstaken gebaseerd op wettelijke taken. Bijvoorbeeld illegaal gebruik van een perceel of illegale bouw en ruimtelijke ordening. In een ideaalsituatie zou elk perceel in de gemeente volgens een bepaalde frequentie gecontroleerd kunnen worden op de aanwezigheid van illegale bouwwerken en op de naleving van de gebruiksvoorschriften van het bestemmingsplan. Aangezien dat niet realistisch is moeten keuzes gemaakt worden voor specifieke thema’s of locaties of op klachtgestuurde handhaving. Niveau Het toezicht en handhaving vindt gelet op voorstaande dan ook op 2 niveaus plaats. 1. Actieve handhaving ( programmatische taken ). Deze taken komen voort uit de naleving van de Wabo (bouwtoezicht,brandveiligheid, ruimtelijke ordening) de Algemene plaatselijke verordening en Afvalstoffenverordening (overlast in de openbare ruimte), de Drank- en Horecawet, de Wet op de kinderopvang en de Wet Basisregistratie Personen. 2. Passieve / reactieve handhaving op basis van signaaltoezicht van collega’s en klachten en meldingen van burgers. Bij taken met een lage(re) prioriteit treden we alleen reactief op. Dit optreden kan zijn naar aanleiding van klachten/ meldingen, terloopse constateringen of bestuurlijke wensen. Het afhandelen van klachten en terloopse constateringen wordt beschouwd als een afzonderlijke handhavingsopgave, waarvoor capaciteit is gereserveerd. Eigen verantwoordelijkheid Los van het feit of de gemeente controles uitvoert of niet, wordt de eigen verantwoordelijkheid benadrukt die inwoners, vergunninghouders, gebouweigenaren of inrichtingenhouders zelf hebben voor naleving van de relevante wet- en regelgeving. Deze eigen verantwoordelijkheid geldt dus ook voor bedrijven of inrichtingen die wel worden gecontroleerd. De reden dat de gemeente in deze gevallen actief toeziet op naleving van bijvoorbeeld de vergunningvoorschriften of de algemene regels uit het Bouw- of Activiteitenbesluit, is dat zij de risico’s bij niet-naleving van de voorschriften of regels hoog inschat of dat het naleefgedrag laag is. Actief toezicht door de gemeente ontslaat de vergunninghouder overigens nooit van de eigen verantwoordelijkheid. Die verantwoordelijkheid voor naleving van de regels ligt immers altijd bij de inrichtingen-/vergunninghouder of eigenaar/gebruiker. Preventieve handhaving en voorlichting Bij het stimuleren van eigen verantwoordelijkheid wordt ingezet op een combinatie van toezicht, handhaving en voorlichting. Voorlichting is daarbij vooral gericht op het verhogen van bewustzijn over regelnaleving en publieke belangen. Er worden bv. voorlichtingsavonden georganiseerd voor bewoners naar aanleiding van saneringsprojecten van gasleidingen of voor ondernemers bij het van kracht worden de nieuwe wetgeving. Preventieve handhaving heeft primair als doel om inzet van dwangmiddelen te voorkomen. Een belangrijk instrument hierbij is communicatie. Als dit instrument goed wordt ingezet, resulteert dit in beter naleefgedrag. Bij nieuwe regelgeving wordt bijvoorbeeld eerst uitleg gegeven en gewaarschuwd en worden niet onmiddellijk sancties opgelegd. Uitgangspunten Toezicht en handhaving vinden plaats zoals is afgesproken en vastgelegd in het HUP en gemeentelijk beleid. Toezicht en handhaving richten zich op het verbeteren van de naleving van regelgeving waar dat nodig is. Dit doen wij zacht waar dat kan en hard waar dat moet. Toezicht en handhaving vinden risico gestuurd plaats. Klachten van burgers en bedrijven worden tijdig afgehandeld.
De samenwerking met partners wordt waar dat kan opgezocht. Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
6
2. Ontwikkelingen in de organisatie 2.1 Coördinatie toezicht en handhaving In 2013 is besloten dat er regie gevoerd dient te worden over de totale handhaving binnen de organisatie inclusief de taken van het Werkbedrijf. Een eerste aanzet tot coördinatie en samenwerking met andere afdelingen en werkvelden is in 2013 gedaan door de toezichtstaken die uitgevoerd worden door de afdeling Beheer Openbare Ruimte (BOR) en het Werkbedrijf op te nemen het HUP 2013. In 2014 is de samenwerking coördinatie gecontinueerd en geïntensiveerd om de partijen steeds meer naar elkaar te laten toe groeien en daarmee het niveau van toezicht en handhaving te laten stijgen. Het lokale handhavingsoverleg (LHO) is nieuw leven ingeblazen en er zal op operationeel niveau een bijeenkomst worden georganiseerd waar alle toezichthouders bij elkaar worden gebracht. Het doel hiervan is in eerste plaats om kennis te maken met elkaar en elkaars werk, zodat toezichthouders elkaar weten te vinden. 2.2 Nota Integrale Handhaving Naar verwachting zal begin 2015 met de Nota Integrale Handhaving het handhavingsbeleid voor de periode 2015-2019 voor de fysieke en sociale leefomgeving van de gemeente Lelystad worden vastgesteld. Deze nota heeft betrekking op en is tot stand gekomen met alle afdelingen van de gemeente Lelystad die met handhaving te maken hebben en met de volgende externe ketenpartners:
-
Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek (OFGV), Brandweer Flevoland, Politie Flevoland, Werkbedrijf Lelystad, Centrada Lelystad Welzijn Lelystad.
Met deze partners is gezamenlijk beleid ontwikkeld, zijn afspraken gemaakt en is de bereidheid om zich te committeren uitgesproken. De nota maakt op hoofdlijnen duidelijk welke strategische keuzes de gemeente en haar handhavingspartners de komende vier jaar maken bij de handhaving en welke middelen worden ingezet om naleving van de regels te bereiken en te bevorderen. De nota is ook het kader voor de jaarlijks op te stellen uitvoeringsprogramma’s. In de nota is verder aandacht voor de samenhang in handhaving. Daarbij zal structureel worden ingespeeld op nieuwe ontwikkelingen en is er structureel aandacht voor het zoeken naar nieuwe verbindingen. De concrete uitwerking van de handhaving is neergelegd in dit jaarlijkse HUP. 2.3 Toezichtsprotocol en mobiel handhaven Tot nu toe werd het toezicht op de bouw uitgevoerd op basis van vier categorieën die waren gebaseerd op de bouwsom. Aan de hand van de bouwsom klein, middelgroot, groot en zeer groot werd het aantal toezichturen bepaald. Deze beschikbare uren waren echter niet altijd toereikend. Voor een project als het Stadshart werden evenveel uren gepland als voor een windmolen. Om beter risicogestuurd toezicht te kunnen uitvoeren is in 2014 gestart met het Integraal Toezicht Protocol wat meer risicoklassen kent waarop de uren en kengetallen worden gebaseerd. Het is een praktisch werkinstrument voor het toezicht tijdens de realisatiefase, de gebruiksfase en de sloopfase van een gebouw, bedrijf of activiteit. De systemen werken nog niet optimaal, niet alle bestanden zoals tekeningen en berekeningen worden automatisch vanuit de mid-office gekoppeld en zichtbaar op de Ipad. 2015 zal worden benut om het iTP beter te laten werken. Zo zal een eenduidige manier worden ontwikkeld voor het opslaan en coderen van bestanden (BWT4all) zodat deze makkelijker kunnen worden ge-upload. Ook worden de mogelijkheden onderzocht om papieren aanvragen te uploaden zodat deze ook digitaal kunnen worden gecontroleerd. Verder worden er checklisten ontwikkeld waarmee het digitale toezicht eenduidig en efficiënt kan plaatsvinden. Het iTP-protocol zal in 2015 ook bij de overige toezichthouders van de afdeling Dienstverlening VTO worden geïntroduceerd. Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
7
2.4 Informatievoorziening Toezichthouders die een locatie bezoeken, willen vaak vooraf weten welke vergunningen zijn verleend door welke instanties, en welke handhavingsacties in het verleden zijn ondernomen door verschillende handhavers. Voor een goede onderlinge samenwerking wordt gestreefd naar één registratiesysteem waar zo veel mogelijk vakdisciplines aan deelnemen. De uniformiteit van registratie wordt hiermee bevorderd en kennisuitwisseling wordt eenvoudiger gemaakt. Binnenkort start de afdeling Beheer Openbare Ruimte daarom samen met het Werkbedrijf met het werken met eenzelfde registratiesysteem, genaamd By Spy. Andere toezichthoudende en handhavende partijen binnen Lelystad registreren nog ieder op eigen wijze. De komende periode wordt onderzocht hoe verdere samenhang gegeven kan worden aan het registreren en monitoren van gegevens. Hierbij zal kritisch worden gekeken wat men beschikbaar stelt of mag stellen. In beginsel moet alleen die informatie worden gedeeld die ook zinvol is voor andere partijen. 2.5 Bootwrakken Al een groot aantal jaren is met enige regelmaat sprake van discussies met betrekking tot de pleziervaartuigen en de overblijfselen daarvan die zijn gemeerd in het Gelderse Diep. Ook op andere plekken in de stad speelt dit. Mensen meren hun bootje af en kijken er vervolgens niet meer naar om. Na verloop van tijd raakt het achtergelaten vaartuig lek en/of het ziet er niet meer uit. Buurtbewoners klagen vanwege de verloedering. De politie en het Waterschap vragen om handhavende maatregelen. Begin 2015 wordt gestart met een project om de bootwrakken in de watergangen van Lelystad op te ruimen. Voor de handhaving wordt capaciteit vrijgemaakt. Recent zijn op basis van de APV nadere regels vastgesteld, waardoor handhaving beter en sneller kan plaatsvinden. 2.6 Doorlichten Algemene plaatselijke verordening Door de gemeenteraad is bij de laatste wijziging (2013) van de Algemene plaatselijke verordening (APV) de wens geuit om deze APV nog eens grondig door te lichten op nut, noodzaak, leesbaarheid en handhaafbaarheid. Veranderende inzichten over de rol van de gemeente en het beleggen van meer verantwoordelijkheden bij de samenleving liggen hier aan ten grondslag. In overleg met diverse betrokken afdelingen en afstemming met de politie, heeft er een algehele doorlichting van de APV plaatsgevonden waarbij nogmaals kritisch is gekeken naar nut en noodzaak van de regels. De effectiviteit van regelgeving is voor een groot deel afhankelijk van uitvoering en handhaving. Voor APV-bepalingen die niet worden nageleefd en waartegen, om wat voor reden dan ook, niet handhavend wordt opgetreden, is de conclusie gerechtvaardigd dat deze hun functie hebben verloren en ligt het - op een paar uitzonderingen na - voor de hand deze bepalingen te schrappen. Deze uitzonderingen blijven beperkt tot bepalingen die wenselijk/noodzakelijk zijn om in geval van excessen een juridische grondslag te hebben om handhavend optreden mogelijk te maken. De gewijzigde APV zal in 2015 in werking treden. 2.7 Hennepconvenant In 2014 is in Midden-Nederland gewerkt aan een nieuw (regionaal) hennepconvenant. Die ontwikkeling is ingezet naar aanleiding van: - De nationalisering van de politie en de daarbij behorende uniformering van de werkprocessen; - De opzegging van de Belastingdienst van aan het hennepprotocol; - De wens van andere regionale partners voor een meer eenduidig beleid. Het eerdere convenant is afgesloten met de partners binnen Flevoland. Aan dit convenant zijn de partners van Gooi en Vechtstreek toegevoegd. Het is nu meer een document op hoofdlijnen, waarin met name de informatieverstrekking is geregeld en geformaliseerd. Er blijft ruimte om op lokaal of district niveau operationele afspraken te maken. Het is de bedoeling om het convenant op 1 februari 2015 in werking te laten treden.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
8
2.8 Horecaconvenant Het convenant Horeca dat in Lelystad bestond, is eind 2014 afgelopen. In maart 2014 heeft er een evaluatie plaatsgevonden, waarna is afgesproken met de partners om een nieuw ‘Convenant Veilig Uitgaan’ vast te stellen dat voldoet aan de actualiteit en de wensen van de partijen. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het vorige convenant zijn: aanpassing aan de nieuwe Drank- en Horecawet; betere opvolging en borging van meldingen/incidenten; beter georganiseerde/vertegenwoordigde horeca.
2.9 Bestuurlijke boete Zowel de Nieuwe Drank- en Horecawet als de Wet Basisregistratie Personen biedt de mogelijkheid om bij overtreding een bestuurlijke boete op te leggen. Een bestuurlijke boete kan alleen worden opgelegd door een Buitengewone opsporingsambtenaar (BOA). De afdeling DVL heeft enkele toezichthouders opgeleid tot BOA welke zijn beëdigd, zodat het instrument bestuurlijke boete daadwerkelijk kan worden toegepast. Voor de (bestuurlijke) wenselijkheid en implementatie van de bestuurlijke boete worden voorstellen gedaan. 2.10 Ontwikkelingen in het stadstoezicht In 2014 heeft de samenwerking tussen het Werkbedrijf en de Afdeling BOR duidelijk vorm gekregen. De stad is in vier taartpunten en een taarthart verdeeld, met koppels van medewerkers van Werkbedrijf en BOR. De BOA’s bekijken in gezamenlijk overleg aan de hand van praktijkvoorbeelden hoe de werkwijze zo uniform mogelijk kan worden. Naar verwachting zal het gezamenlijk registratiesysteem de samenwerking nog meer versterken. De e BOA’s weten elkaar te vinden en overleggen als ze een overtreding constateren. In het 1 kwartaal van 2015 zal de apparatuur er zijn. Met kledingleveranciers zullen afspraken gemaakt worden voor het aanschaffen van het landelijke BOA uniform voor zowel de BOA’s van BOR als van het Werkbedrijf. Als de financiën dit toelaten lopen de BOA’s in 2015 in een uniform uniform. Vanaf november 2014 zijn er in het Stadshart klantvriendelijke acties geweest om de bewoners van Lelystad er op te attenderen dat zij hun fietsen in de daarvoor bestemde rekken dienen te plaatsen. Er is gewerkt met groene en rode kaarten. In januari 2015 zal de APV worden aangepast, zodat de fout gestalde fietsen kunnen worden verwijderd. De bebording in het Stadshart zal aangepast worden, de fietsenstalling Dukaat wordt geschikt gemaakt voor het stallen van de verwijderde fietsen en de handhavingsapparatuur wordt aangepast met een handhavingsapp voor het verwijderen van fietsen. De fietsen zullen verwijderd worden door de BOA’s van het Werkbedrijf. 2.11 Ontwikkelingen in het milieutoezicht In de tweede helft van 2015 treedt naar verwachting de 4e tranche van de 2e fase van het Activiteitenbesluit in werking. In deze tranche gaan er weer nieuwe bedrijfstakken en activiteiten onder algemene regels vallen en komt de verplichting tot een omgevingsvergunning te vervallen. Het onderbrengen van activiteiten onder algemene regels betekent per definitie dat de regeldruk voor bedrijven aan de voorkant afneemt. Aan de achterkant is dit meestal niet het geval omdat er een verschuiving optreedt naar het toezicht. Bovendien blijft er voor veel activiteiten de zgn. Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets (OBM) nodig.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
9
3. Wettelijke ontwikkelingen 3.1 Omgevingswet In lijn met het geschetste veranderingsproces in de samenleving zal naar verwachting in 2018 de Omgevingswet in werking treden. De omgevingswet is een wet waarin vijftien wetten met betrekking tot ruimtelijke ordening geheel of gedeeltelijk worden opgenomen en waarvan uit acht andere wetten de gedeeltes met betrekking tot de fysieke leefomgeving zullen worden opgenomen. Op dit moment wordt hard gewerkt aan de invoerings- en uitvoeringsregelgeving. In de Omgevingswet zal aandacht zijn voor minder en overzichtelijke regels, meer ruimte voor initiatieven en lokaal maatwerk en vertrouwen als uitgangspunt. Het doel van een initiatief in de fysieke leefomgeving moet centraal staan in plaats van de vraag: ‘mag het wel?’ De Omgevingswet verplicht bestuurders integrale plannen te maken waarin de diverse belangen in onderlinge samenhang worden beschouwd. Dit leidt uiteindelijk tot snellere besluitvorming. 3.2 Wet revitalisering generiek toezicht De Wet Revitalisering Generiek Toezicht is in 2012 in werking getreden. De wet vereenvoudigt het stelsel van interbestuurlijk toezicht waarbij ervan wordt uitgegaan dat de desbetreffende volksvertegenwoordiging de wettelijke medebewindstaken van haar eigen bestuur zoveel mogelijk zelf controleert. Hiermee wordt het verticaal toezicht van het Rijk en provincies op gemeenten aanzienlijk verminderd. Uitgangspunt hierbij is dat de provincie in principe de enige verticale toezichthouder op de gemeente is. Aan de wijziging van het interbestuurlijk toezicht zijn twee belangrijke randvoorwaarden verbonden: de controlerende positie van de raad moet in zijn kracht gezet worden en de verantwoording moet zoveel mogelijk transparant en openbaar zijn. Dit is niet nieuw; met de dualisering van de gemeentewet is de controlerende rol van de raad al een belangrijk onderdeel van de verantwoordingsstructuur van de gemeente. Juist met deze wijzigingen in het toezicht wordt er nu gerekend op de kracht van de controlerende rol van de raad. 3.3 Wet Vergunningverlenging, Toezicht en Handhaving (VTH) Medio 2015 of begin 2016 treedt de Wet VTH in werking. Deze wet heeft als doel kwaliteitsverhoging en eenduidigheid te bereiken bij de uitvoering van VTH taken in Nederland. In deze wet en de daarop gebaseerde AMvB worden de kwaliteitscriteria, de landelijke handhavingsstrategie en het Omgevingsberaad vastgelegd. In deze wet wordt o.a een verplichting opgenomen tot een VTH - plan, Het HUP wordt dus uitgebreid met vergunningen. De set Kwaliteitscriteria 2.1. is in 2012 ontwikkeld in het kader van de Wet VTH. Het doel van deze set is om de uitvoering van de VTH taken door gemeenten, provincies en omgevingsdiensten te professionaliseren en de kwaliteit van de handhavingsorganisatie te borgen. De criteria gaan over proces, inhoud en kritieke massa. Staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu heeft mede namens minister Opstelten van Veiligheid en Justitie naar de Tweede Kamer een voorstel tot wetwijziging ingediend mb.t de kwaliteitscriteria waarin wordt geregeld dat Provincies en gemeenten gezamenlijk kwaliteitseisen stellen aan omgevingsdiensten. Deze kunnen per dienst verschillen. Alleen voor de zes omgevingsdiensten die toezien op de grote chemische bedrijven moeten de provincies zorgen voor één uniform eisenpakket. De 29 omgevingsdiensten in Nederland verlenen milieuvergunningen aan (risico)bedrijven en controleren of bedrijven zich aan de regels houden. De diensten voeren die taken uit op regionaal niveau en in opdracht van gezamenlijke overheden (provincies en gemeenten). Door zelf de eisen vast te stellen kunnen gemeenten en provincies die in één omgevingsdienst deelnemen samen bepalen welke kwaliteit zij verlangen voor hun burgers, bedrijven en leefomgeving. Het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) werken aan een modelverordening voor kwaliteitseisen. Deze eisen kunnen gaan over de opleiding, de kennis en ervaring van het personeel en over het verloop en afhandeling van processen.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
10
Alleen als blijkt dat die beoogde kwaliteitsverbetering via de gemeenten en provincies niet tot stand komt, kan de staatssecretaris besluiten de voorschriften uit de modelverordening in landelijke regels vast te leggen. 3.4 Private kwaliteitsborging Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt aan een nieuw (verplicht) stelsel voor het bouwtoezicht in Nederland. In dit stelsel staat private kwaliteitsborging centraal. Private kwaliteitsborging houdt in dit geval in dat de initiatiefnemer het bouwproces zodanig organiseert dat het voldoet aan de eisen van het Bouwbesluit 2012. Verder ziet de initiatiefnemer toe op het gehele traject van de bouw: van het initiatief tot en met het opleveren. Het bevoegd gezag verleent op haar beurt een vergunning indien een bouwplan voldoet aan welstand, aan de voorschriften van het bestemmingsplan en als blijkt dat het bouwproject geen gevaar oplevert voor de directe omgeving. Er vindt dus geen toetsing van het bouwplan meer plaats aan het Bouwbesluit 2012 en de gemeente houdt op dit aspect ook geen toezicht meer tijdens de bouw. Zoals de planning nu is zal in 2016 worden gestart met de privatisering van het bouwtoezicht. Dat betekent dat bouwaanvragen met een risicoklasse I ( max. 3 bouwlagen) niet langer door de gemeente op bouwkundige vereisten wordt beoordeeld. De initiatiefnemer dient het bouwproces zodanig te organiseren dat er voldoende waarborgen zijn dat het eindresultaat voldoet aan het Bouwbesluit 2012. De toetsing en het toezicht dient plaats te vinden door kwaliteitsborger die hiertoe is gerechtigd/gecertificeerd. De gemeente toetst een aanvraag om vergunning alleen nog op grond van welstand, aan de voorschriften van het bestemmingsplan en als blijkt dat het bouwproject geen gevaar oplevert voor de directe omgeving. Vanaf 2019 zal er in dit nieuwe stelsel een gefaseerde invoering voor de risicoklassen 2 en 3 plaatsvinden. 3.5 Woonschepen Op 16 april 2014 is in hoger beroep uit gesproken dat een woonschip voor de verbouwing een bouwvergunning moet aanvragen. Van toepassing bij verbouwingen van woonschepen is het bouwbesluit uit 2012. Door deze uitspraak is de scheepsverordening en de ligplaatsvergunning niet meer van kracht maar de WABO. Ook de welstandsnota dient te worden aangepast. Een ander gevolg van deze uitspraak is dat een woonschip dan onder huurrecht valt. Wanneer de verordening en de ligplaatsvergunning niet meer worden toegepast zal privaatrechtelijk een aantal bepalingen over afstand, onderhoud e.d, welke nu geregeld zijn in de vergunning, in de contracten worden opgenomen. De gevolgen van deze uitspraak worden behandeld in de tweede kamer en naar verwachting wordt er een overgangsregeling vastgesteld. Tot die tijd blijven de bestaande regelingen van kracht en blijven we deze uitvoeren. In 2015 zullen de gevolgen voor het toezicht en de handhaving door de afdelingen BOR, DVL en EVO in kaart worden gebracht. 3.6 Zorgplicht Op 1 januari 2015 zal artikel 1a de Woningwet worden aangepast. Doel van deze aanpassing is het verder verduidelijken van de zorgplicht van eigenaren/gebruikers van bouwwerken inzake de veiligheid en gezondheid van hun bouwwerk. Daartoe zal een onderzoeksplicht worden geïntroduceerd. Voor bepaalde, nog nader te definiëren, categorieën bouwwerken kan het bevoegd gezag eigenaren/gebruikers vragen aan te tonen dat er geen sprake is van onveilige en ongezonde situaties in hun bouwwerk. Het ministerie van BZK wil nu als eerste nagaan of het mogelijk is goed afgebakende categorieën woningen te identificeren, waarvan (uit onderzoek) is gebleken dat bij die categorieën evidente veiligheids- of gezondheidsrisico’s aanwezig zijn of kunnen ontstaan in relatie tot de woninginstallaties (gas en elektriciteit). 3.7 Asbestverwijderingsbesluit Naar verwachting zal in 2016 het gewijzige asbestverwijderingsbesluit in werking treden. De wijziging heeft betrekking op het invoeren van een verbod op het voorhanden hebben van asbesthoudend materiaal toegepast als dakbedekking. Met ingang van 1 januari 2024 geldt er een absoluut verbod op Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
11
asbesthoudende daken. Daarnaast kunnen op grond van de zorgplicht uit de Woningwet en het Bouwbesluit burgemeester en wethouders en gedeputeerde staten, op basis van de mate van verweerdheid van dakbedekking eerder de eigenaar van die dakbedekking gelasten deze te verwijderen. Bekend is dat vrijwel alle asbestdaken zijn verweerd en een bron van gevaar en vervuiling kunnen vormen. In 2015 zal d.m.v een inventarisatie van asbesthoudende daken worden gedaan en onderzocht wat voor gevolgen dit heeft voor de handhaving voor de komende jaren. Hierbij zal de samenwerking met de OFGV en Centrada worden gezocht. 3.8 Natuurwet Naar verwachting treedt de langverwachte Wet natuurbescherming in 2015 in werking. De Wet natuurbescherming is de opvolger van de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet en de Boswet. Deze wetten zijn ingewikkeld en ontoegankelijk doordat ze meerdere keren zijn aangepast om aan de internationale verplichtingen te voldoen. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Natuurwet is aanhaken bij de omgevingsvergunning verplicht. Gemeenten zijn hierin het bevoegde gezag ten aanzien van de omgevingsvergunning en het vervullen van de front office functie. De gemeenten zijn daarmee verantwoordelijk voor de volledigheidstoets en de beoordeling of uit de aanvraag handelingen voortvloeien die de flora- en fauna of Natura 2000 gebieden raken. De inhoudelijke toets ligt echter bij de ander bevoegde gezag. 3.9 Wabo Op 1 november 2014 zijn in verband met het permanent maken van de Crisis- en Herstelwet, de Wet Reparaties Wet Milieubeheer en de permanente Crisis-en Herstelwet en de hiermee samenhangende aanpassing van verschillende Algemene maatregelen van bestuur in werking getreden. Die wijzigingen hebben onder meer invloed gehad op de Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht, de wet Milieubeheer, de wet Geluidhinder, de milieueffectrapportage en diverse bijbehorende AMvB ’s. De belangrijkste wijzigingen betreffen: 1. Een nieuwe regeling voor tijdelijke omgevingsvergunningen d.w.z. meer mogelijkheden om voor 10 jaar af te wijken van een bestemmingsplan Bovendien is de zgn. reguliere procedure van maximaal 8 weken. 2. Meer mogelijkheden om zonder vergunning een aanbouw, uitbouw of bijgebouw te bouwen. Ook worden er mogelijkheden geboden voor de bouw en het gebruik van bouwwerken ten behoeve van mantelzorg. 3.De stedenbouwkundige bepalingen uit de Bouwverordening verdwijnen in 2018 uit deze verordening en moeten worden opgenomen in een bestemmingsplan. Dit betreft onder meer de voorgevelrooilijnen en het parkeren. 3.10 Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche De inwerkintreding van de prostitutiewet inwerkingtreden is opnieuw uitgesteld. . De gewijzigde prostitutiewet regelt een vergunningstelsel voor de branche, een landelijk register voor de escortvergunningen en de verhoging van de minimum leeftijd van 21 jaar voor prostituees. Nieuw is de optie om een nulbeleid te voeren en geen vergunningen te verlenen. Voor het toezicht op de vergunningvoorwaarden wijst de burgemeester ambtenaren aan. Daarbij moeten, als het wetsvoorstel wordt aangenomen, in ieder geval ambtenaren van de gemeente inbegrepen zijn. Het is nog niet bekend wanneer de wet in werking treedt, per of 1 juli 2015 of 1 januari 2016. De gemeente zal het eerste half jaar van 2015 benutten om voorbereid te zijn op de inwerkingtreding.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
12
4. Wijze van uitvoering 4.1 Wat gaan we hoe doen In de productbladen word beschreven welke reguliere handhavingstaken worden uitgevoerd, hoe we dit gaan doen en welke capaciteit hiervoor beschikbaar is. Daarnaast zijn de projecten beschreven die extra aandacht krijgen in 2015 en waarvoor apart capaciteit beschikbaar wordt gesteld. Zoals in de ontwikkelingen al is beschreven wordt er in 2015 ook aandacht besteedt aan nieuwe ontwikkelingen, verschuivende taakstellingen en wat de gevolgen kunnen zijn voor het toezicht en de handhaving. Aspecten die daarnaast van belang zijn op de uitvoering zijn avond- en weekendcontroles die meer uren vergen en strafrechtelijke handhaving (bestuurlijke boete). De uitkomsten van de evaluatie van eerdere programma’s beïnvloeden ook de keuzes die in dit werkplan worden gemaakt voor wat betreft de inzet van capaciteit per taakveld. Effect Het toezicht is gericht op het bereiken van naleefeffecten. Uit evaluaties van voorgaande programma’s blijkt dat toezicht noodzakelijk is en blijft. Tijdens controles worden in de meeste gevallen vaak overtredingen en onvolkomenheden geconstateerd. Toch is een tendens merkbaar op de werkvelden brandveiligheid en veiligheid een beter naleefgedrag wordt geconstateerd. Dit komt ook omdat met name hierop strak is gehandhaafd. Toezicht- en taakplannen De productbladen worden verder uitgewerkt in toezichtplannen en/of taakplannen. Hierin wordt concreet aangegeven welke bedrijven en instellingen in 2015 worden gecontroleerd en wat voor soort controle het betreft: reguliere-, integrale-, uitgebreide- of aspectcontroles. 4.2 Capaciteit De voor uitvoering van de verschillende programmatische en overige handhavingsopgaven totaal beschikbare capaciteit is gelet op de voorhanden zijnde formatieve resp. financiële middelen een vast uitgangspunt. Eén en ander is ondermeer vastgelegd in de begroting en de afdelings- en teamplannen. Voor de meeste handhavingsopgaven geldt dat de beschikbare capaciteit voldoende is voor het waarborgen van een adequaat niveau van toezicht en handhaving. Voor de werkvelden milieu en brandveiligheid blijkt echter dat niet alle inrichtingen kunnen worden gecontroleerd. Er is gekozen voor risicogestuurd toezicht waarbij inrichtingen aan de hand van branche en/of activiteiten getoetst worden aan diverse risico’s en op risicoklasse worden ingedeeld. Hierbij is met name te denken aan de milieubelasting, veiligheid, leefbaarheid, volksgezondheid, duurzaamheid en eventueel politieke of landelijke speerpunten. Uit de bijgevoegde toezichtplannen blijkt dat alleen de bedrijven die een zeer hoog risico meebrengen allemaal worden gecontroleerd. De bedrijven in de hoge, midden en lagere risicoklassen worden gedeeltelijk gecontroleerd. Met name voor de bedrijven die in een hoge risicoklasse vallen is dit niet optimaal. Bovendien wordt de achterstand qua toezicht groter. Het aantal overtredingen zal toenemen omdat er minder wordt gecontroleerd. Het gevolg daarvan is dat verhoudingsgewijs het aantal hercontroles ten opzichte van de reguliere controles groter wordt, waardoor nog minder inrichtingen bezocht kunnen worden. Toezicht openbare ruimte. Het toezicht op de openbare ruimte wordt uitgevoerd door het Werkbedrijf, afdeling BOR en afdeling DVL samen. Met name de toezichthouders van het Werkbedrijf en BOR lopen zeer regelmatig in het stadshart en in de wijken en zijn daarmee de ogen en oren van de overige handhavingspartners. De inzet van het Werkbedrijf is echter afhankelijk van een budget. Daarom worden er jaarlijks nadere prestatieafspraken gemaakt, waarbij prioriteiten worden gesteld in het openbaar toezicht.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
13
4.3 Wat doen we niet. Geen of beperkt toezicht op kleine bouwwerken Met het HUP 2013 is besloten dat voor kleine bouwwerken indien nodig wel een vergunning zal worden verleend, maar geen toezicht zal worden gehouden op de uitvoering ervan. Dit heeft betrekking op kleine bouwwerken met een laag risico ten aanzien van constructieve veiligheid. In de uitwerking hiervan die in 2013 tot stand is gekomen, is een driedelig onderscheid gemaakt. Op de eerste categorie bouwwerken vindt per definitie geen toezicht plaats, bij de tweede categorie is de het toezicht afhankelijk van de beoordeling van de constructeur bij de vergunningintake. Op de derde categorie kleine bouwwerken zal altijd toezicht worden gehouden. Hierbij gaat het om asbestverwijdering, gekoppelde containers, steigers in (jacht)havens en gekoppelde transformatoren. Daarnaast zal altijd gereageerd worden op klachten en handhavingsverzoeken ten aanzien van kleine bouwwerken. Een overzicht is opgenomen in bijlage 4. 4.4 Beschikbare en benodigde uren In de hierna volgende tabellen wordt per werkveld aangegeven hoeveel technische en juridische uren er nodig zijn voor het uitvoeren van een handhavingstaak en hoeveel uren er beschikbaar zijn. Ook wordt in de tabellen aangegeven hoe deze uren worden verdeeld.
Beleidsmatige/organisatorische uren Totaal benodigde uren
Beschikbare uren
Coördinatie
750
750
Beleidsmatig
100
100
Totaal
850
850
APV, evenementen, horeca, veiligheid kinderopvang Benodigde uren regulier toezicht
Beschikbare uren
Technische uren
3964
3964
Juridische uren
1510
1510
Totaal
5474
5474
Bouw en ruimtelijke ordening Benodigde uren regulier
Benodigde uren Totaal benodigde projecten uren
Beschikbare uren
Technische uren
4530
3300
7830
7830
Juridische uren
1220
1160
2380
2380
Totaal
5750
4460
10210
10210
Brandveiligheid Benodigde uren regulier Technische uren Juridische uren Totaal
Benodigde uren projecten
Totaal benodigde uren Beschikbare uren
1170
70
1240
1240
460
40
500
500
1630
110
1740
1740
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
14
BAG/BRP Benodigde uren regulier toezicht Technische uren
Beschikbare uren
550
550
Juridische uren
2500
2500
Totaal
3050
3050
Openbare ruimte Benodigde uren regulier toezicht Technische uren Juridische uren Totaal
Beschikbare uren
16122
16122
260
260
16382
16382
Milieu Benodigde uren regulier toezicht
Benodigde uren projecten
Totaal Beschikbare benodigde uren uren
Technische uren
3996
1554
5550
5550
Juridische uren Totaal
1128 5124
125 1679
1253 6803
1253 6803
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
15
5. Productbladen Productbladen Algemeen 1. Behandeling meldingen/klachten/handhavingsverzoeken (DVL/OFGV) Productbladen APV/Bijzondere wetten 2. Toezicht evenementen (DVL) 3. Toezicht Drank- en Horecawet (DVL) 4. Diversen APV/Bijzondere wetgeving (DVL) 5. Hennep (DVL/Politie) Productbladen Bouw en ruimtelijke ordening 6. Toezicht op omgevingsvergunningen activiteit bouwen (DVL) 7. Toezicht op sloopmeldingen (DVL) 8. Project Inventarisatie asbestdaken (DVL) 9. Project Gasleidingen (DVL) 10. Controles kamerverhuur (DVL) Productbladen Brandveiligheid 11. Reguliere controles brandveilig gebruik (OFGV/Brandweer) 12. Project Eindejaarscontrole natte horeca (DVL/OFGV/Brandweer) Productbladen overige 13. Adresonderzoek (DVL) 14. Wet kinderopvang (DVL/GGD) Productbladen openbare ruimte 15. Handhaving openbare ruimte (BOR/Werkbedrijf)) 16. Handhaving hondenregels (BOR) 17. Handhaving parkeren (ParkeerService/BOR/Werkbedrijf) 18. Project Schoon schip in Lelystadse wateren (BOR) 19. Uitstallingen, terrassen en fietsparkeren (Werkbedrijf) 20. Overige taken BOR Productbladen milieu (OFGV) 21. Reguliere controles activiteit milieu (OFGV) 22. Bodem (OFGV) 23. Project Horecageluid 24. Project Vuurwerkcontroles (OFGV) 25. Project Handhavingsestafette Flevoland (OFGV)
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
16
1. Behandeling meldingen/klachten/handhavingsverzoeken Toelichting taak
Wet- en regelgeving
Omvang taak
Capaciteit
Doelstelling
Indicatoren
Toezichtstrategie Sanctiestrategie Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Deze taak betreft de behandeling van gegronde meldingen, klachten of verzoeken om handhaving die betrekking hebben op: 1) illegale bouw of gebruik in strijd met het bestemmingplan (bijvoorbeeld illegaal geplaatste dakkapellen, kamerverhuur); 2) inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer (bijvoorbeeld geluids-, geur- of lichtoverlast); 3) brandonveilige situaties. 4) horeca, evenementen, geluidshinder. Meldingen of handhavingverzoeken worden altijd opgepakt. Op grond van vaste jurisprudentie heeft het bestuursorgaan in deze gevallen immers een beginselplicht tot handhaving. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Woningwet (Ww), Bouwverordening, Bouwbesluit 2012, Welstandsnota, Wet ruimtelijke ordening (Wro), Wet milieubeheer (Wm), Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), artikel 8:40 AMvB’s, Wet Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG). Gebruiksbesluit, Algemene plaatselijke verordening (APV), Drank- en Horecawet (DHw). Aanbodgestuurde activiteit. Raming voor 2015: - ca. 180 meldingen/handhavingverzoeken bouwen/ruimtelijke ordening; - ca. 80 meldingen kamerverhuur; - ca. 75 meldingen/klachten/handhavingverzoeken milieu (OFGV); - ca. 5 meldingen/handhavingverzoeken brandonveilige situaties (OFGV); - ca. 15 meldingen/handhavingsverzoeken APV; - ca. 10 meldingen drank en horeca. Totaal: - 1875 uur (bouwen en ruimtelijke ordening en woningklachten) : 900 uur juridisch en 975 uur technisch; - 300 uur (kamerverhuur) : 200 uur technisch en 100 uur juridisch - 425 uur (milieu): 125 uur juridisch en 300 uur technisch; - 30 uur (brandveiligheid): 10 uur juridisch en 20 uur technisch; - 125 uur (APV): 50 juridisch en 75 uur technisch; - 160 uur (drank en horeca) 100 juridisch en 60 uur technisch; - Senior juristen complexe taken alle producten 70 uur. - alle meldingen/handhavingverzoeken in 2015 zijn binnen twee weken na ontvangst beoordeeld op gegrondheid; - op alle handhavingsverzoeken wordt tijdig besloten; - de geconstateerde overtredingen zijn in 80% van de gevallen na hercontrole opgeheven. - aantal gegronde en ongegronde meldingen/handhavingverzoeken in 2015; - aantal controles en hercontroles; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom); - aantal inningen verbeurde dwangsom/verhalen; bestuursdwangkosten; - aantal brieven “overtreding beëindigd”; - afhandelduur handhavingsverzoeken. Na binnenkomst wordt de melding beoordeeld op gegrondheid. Vaak vindt een (aspect)controle op locatie plaats om te kijken of sprake is van een overtreding. Aanschrijving, dwangsom, bestuursdwang. DVL-VTO, DVO-WB, OFGV. College, burgemeester
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
17
2. Toezicht evenementen Toelichting taak
In Lelystad vinden jaarlijks grote, middelgrote en kleine evenementen plaats. Het toezicht tijdens de evenementen vindt plaats vanuit de verschillende handhavingdisciplines (brandveiligheid, APV, bouwen, milieu). Zowel vooraf als tijdens evenementen wordt toezicht gehouden op naleving van de vergunningvoorschriften. Altijd is (brand)veiligheid (opslag gevaarlijke stoffen, materiaalgebruik, nooduitgangen, zelfredzaamheid) aandachtspunt.
Wet- en regelgeving
Bouwbesluit 2012, Brandbeveiligingsverordening, Algemene plaatselijke verordening (APV).
Omvang taak
80 evenementen
Capaciteit
Technische uren: 800 uur Juridisch/beleidsmatige uren: 100 uur
Doelstelling
Alle evenementen type B en C worden gecontroleerd. Alle evenementen voldoen aan de gestelde voorwaarden. En er vindt een evaluatie plaats van de complexe evenementen.
Wat doen we niet?
Evenementen waarvoor alleen een melding hoeft te worden gedaan, tenzij het om een bijzonder evenement gaat.
Indicatoren
-
aantal evenementenvergunningen; aantal controles/hercontroles; aantal gestarte en afgesloten toezichtdossiers; aantal geconstateerde overtredingen; aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom/ intrekking vergunning); aantal inningen verbeurde dwangsom/verhalen bestuursdwangkosten.
Toezichtstrategie
Controle ter plaatse. Met meerdere vakdisciplines (o.a. brandveiligheid, bouwconstructie, APV, vergunningvoorwaarden) wordt integraal toezicht gehouden. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt in overleg met politie en brandweer overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd.
Sanctiestrategie
Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang.
Signaaltoezicht
Voor milieu, brandveiligheid, openbare ruimte.
Uitvoerende partij
DVL-VTO; Signaaltoezicht door het Werkbedrijf.
Bevoegd gezag
Burgemeester.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
18
3. Toezicht Drank- en Horecawet Toelichting taak
Met betrekking tot horeca worden in de Drank- en Horecawetgeving eisen gesteld aan een inrichting waar bedrijfsmatig alcohol wordt geschonken. Als niet aan deze inrichtingseisen wordt voldaan, wordt er geen vergunning afgegeven of wordt de vergunning ingetrokken. Leeftijdcontroles bij supermarkten, slijterijen en horecagelegenheden; Het aanwezig hebben van alcoholhoudende drank of voor consumptie gereed hebben van alcoholhoudende drank bij jongeren onder de 18 jaar Naast de eisen van de Drank- en Horecawet wordt er ook gecontroleerd op eisen van de Wet op de kansspelen, de sluitingsuren en het Convenant Veilig Uitgaan (CVU).
Wet- en regelgeving
Drank- en Horecawet (DHw), Wet op de kansspelen (Wok), Algemene plaatselijke verordening (APV), Convenant Veilig Uitgaan (CVU).
Omvang taak
Alle 190 inrichtingen worden bezocht volgens toezichtplan.
Capaciteit
Technische uren:1100 uur Juridisch uren: 340 uur
Doelstelling
Alle gecontroleerde horecagelegenheden voldoen aan de regelgeving.
Indicatoren
-
Toezichtstrategie
aantal nieuwe Drank- en Horecavergunningen aantal controles en hercontroles; aantal geconstateerde overtredingen; aantal bestuurlijke strafbeschikkingen aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom); aantal inningen verbeurde dwangsom/verhalen bestuursdwangkosten; aantal (tijdelijk) ingetrokken vergunningen.
De toezichthouders controleren of alles in orde is; vergunningen, aanwezigheid leidinggevende of er geen alcohol wordt verkocht aan minderjarigen en of de juiste maatregelen zijn genomen voor de brandveiligheid. Controle ter plaatse. Met meerdere vakdisciplines (o.a.brandveiligheid, bouwkundigheid, APV, vergunningvoorwaarden) wordt integraal toezicht gehouden. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd.
Sanctiestrategie
Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, proces-verbaal, bestuurlijke boete, Halt-straf voor jongeren, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken vergunning.
Signaaltoezicht
Voor milieu, brandveiligheid, openbare ruimte.
Uitvoerende partij
DVL-VTO.
Bevoegd gezag
Burgemeester.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
19
4. Diversen APV / Bijzondere wetgeving Toelichting taak
Hieronder vallen de taken die niet kunnen worden ondergebracht onder één van de andere categorieën. Dit zijn: - toezicht op de winkeltijden; - inschieters; - seksbedrijven; - coffeeshop; - Wet op de Kansspelen; - BIBOB/RIEC; - braderieën/themamarkten.
Wet- en regelgeving
Regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche, Algemene Plaatselijke Verordening (APV), Winkeltijdenwet, Verordening winkeltijden Lelystad 2010, Wet Bibob, Nadere regels“Gebruik van de openbare ruimte; uitstallingen”, Brandbeveiligingsverordening.
Omvang taak
Alle aanvragen, klachten en meldingen die op grond van bovenstaande regelgeving worden ingediend en waar actie op moet worden ondernomen.
Capaciteit
Technische uren: 205 uur Juridisch/beleidsmatige uren: 150 uur
Doelstelling
Er wordt niet gehandeld in strijd met de verleende vergunningen c.q. regelgeving.
Indicatoren
-
-
aantal controles/hercontroles; aantal gestarte en afgesloten toezichtdossiers; aantal geconstateerde overtredingen; aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom/ intrekking vergunning); aantal inningen verbeurde dwangsom/verhalen bestuursdwangkosten.
Toezichtstrategie
Controle ter plaatse. Met meerdere vakdisciplines (o.a. brandveiligheid, bouwkundigheid, APV, vergunningvoorwaarden) wordt integraal toezicht gehouden. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd.
Sanctiestrategie Signaaltoezicht
Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken vergunning. Voor milieu, brandveiligheid, openbare ruimte.
Uitvoerende partij
DVL-VTO.
Bevoegd gezag
Burgemeester, College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
20
5. Project Hennep Toelichting taak
Deze taak houdt in dat ter uitvoering van het protocol “ Georganiseerde aanpak van de hennepteelt” samen met de politie en andere partners wordt opgetrokken bij ontmanteling van hennepplantage in koopwoningen en bedrijfspanden waar sprake is van een gevaarzetting die betrekking heeft op de openbare ruimte, brandveiligheid en of constructie van een koopwoning of bedrijfspand. Voor effectieve handhaving wordt ingezet op de ontwikkeling van Damoclesbeleid om een pand of woning te kunnen sluiten, het uitwerken van een convenant en het maken van proces- en werkafspraken met alle betrokken partijen.
Wet- en regelgeving
Opiumwet, Hennepconvenant Midden Nederland, Woningwet (Ww), Bouwbesluit 2012.
Omvang taak
Aanbod gestuurde activiteit. Raming voor 2015; uitgaande van het aantal ontmantelde hennepkwekerijen in 2014 gaan we uit van 65 ontmantelingen in 2015. Waarvan onze inspecteur bij 25 zal participeren.
Capaciteit
Technische uren: 80 uur Juridisch uren: 80 uur beleidsmatige uren: 110 uur
Doelstelling
Het creëren van een ongunstig vestigingsklimaat voor hennepkwekerijen.
Wat doen we niet?
In beginsel wordt niet opgetreden indien de hennepkwekerij zich niet bevindt in een huurwoning. Deze worden opgepakt door de woningcorporaties.
Indicatoren
-
-
aantal ontmantelingen; aantal geconstateerde overtredingen; aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom); aantal inningen verbeurde dwangsommen/verhalen bestuursdwangkosten.
Toezichtstrategie
Naar aanleiding van meldingen wordt een controle uitgevoerd waarbij gelet wordt op de gevaarzetting voor openbare ruimte, brandveiligheid en of constructie.
Sanctiestrategie
Afhankelijke van de overtreding: (preventieve) dwangsom, bestuursdwang (sluiting woning/bedrijfspand)
Uitvoerende partij
DVL-VTO, DVL-WB.
Bevoegd gezag
Burgemeester, College
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
21
6. Toezicht op omgevingsvergunningen activiteit bouwen Toelichting taak
Wet- en regelgeving
Omvang taak
Capaciteit Doelstelling Indicatoren Aandachtspunt Toezichtstrategie
Sanctiestrategie
Voldoet aan de wettelijke norm ? Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Deze taak betreft het houden van toezicht op werken waarvoor een omgevingsvergunning activiteit bouwen is verleend. Het gaat hier om omgevingsvergunningen die variëren van de aanbouw bij een woning tot het bouwen van grote voor publiek toegankelijke gebouwen en woningbouwprojecten. Ook woningen in het kader van particulier opdrachtgeverschap vallen onder deze taak. Indien Gedeputeerde Staten het bevoegd gezag is, wordt conform de afspraken in de Bestuursovereenkomst Samenwerking Wabo in Flevoland het toezicht op de bouw door de gemeentelijke bouwinspecteurs verricht. Woningwet (Ww), Bouwbesluit 2012, Bouwverordening, Welstandsnota, Wet milieubeheer (Wm), Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), Wet ruimtelijke ordening (Wro), Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Wet Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG). Aanbodgestuurde activiteit. Raming toezicht voor 2015: - kleine bouwwerken : 10 - middelgroot : 50 - groot : 45 - zeer groot : 16 Technische uren: 2945 uur Juridisch uren: 100 uur Gecontroleerde bouwwerken voldoen aan de regelgeving. Daarbij is extra aandacht voor de EPC eisen. Aantal gestarte en afgesloten omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen. In eerste instantie zal het werken met het Integraal Toezichtsprotocol meer tijd vergen. Na volledige implementatie zal het tijdswinst opleveren ook voor wat betreft dossiervorming Na bestudering van de omgevingsvergunning activiteit bouwen (middelgrote, grote en zeer grote bouwwerken), inclusief de daarin opgenomen voorwaarden, voert de bouwinspecteur controle’s ter plaatse uit. Toezicht op kleine werken vindt slechts plaats als de constructieve veiligheid in het geding is. De strategie daarin is om als overheidsinstantie binnen de wettelijke kaders actief in het bouwproces betrokken te zijn. Hierbij wordt samengewerkt met interne en externe partners (brandweer, constructeur, medewerkers ingenieursbureau, architecten, opdrachtgevers). Na realisatie van de bouwwerken wordt in 90% van de gevallen de vergunninghouder schriftelijk op de hoogte gebracht van tekortkomingen, waarna hercontroles plaatsvinden en zo nodig een sanctie wordt opgelegd. Bij strijdigheden met de omgevingsvergunning deelactiviteit bouwen, voert de bouwinspecteur overleg met de vergunninghouder/bouwkundig aannemer. De bouwinspecteur kan zich daarbij laten adviseren door de constructeur, de brandveiligheidsinspecteur en/of de jurist. Als de strijdigheden niet worden opgeheven of gelegaliseerd, wordt overgegaan tot handhaving. Ja, in 2015 wordt gewerkt conform het Integraal Toezichtsprotocol DVL-WB. College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
22
7. Toezicht op sloopmeldingen Toelichting taak
De bouwinspecteurs houden toezicht op sloopmeldingen. Bij de uitvoering van de werkzaamheden letten zij in het bijzonder op naleving van de bepalingen uit het Asbestverwijderingbesluit en het eventueel bij de sloopmelding behorende (en akkoord bevonden) sloopveiligheidsplan.
Wet- en regelgeving
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Woningwet (Ww), Bouwverordening, Asbestverwijderingsbesluit, Wet ruimtelijke ordening (Wro), Wet Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG), Algemene plaatselijke verordening (APV).
Omvang taak
Aanbodgestuurde activiteit. Raming voor 2015: 95 sloopmeldingen
Capaciteit
Technische uren: 350 uur Juridische uren: 20 uur
Doelstelling
Voor alle sloopactiviteiten wordt een melding gedaan. Afhankelijk van het te slopen object wordt toezicht gehouden bij ca. 45 sloopactiviteiten. Het accent ligt hierbij op de onderdelen veiligheid en gezondheid, met name voor de omgeving.
Indicatoren
-
aantal sloopmeldingen; aantal geconstateerde overtredingen.
Toezichtstrategie
Controle’s ter plaatse. De strategie daarin is om als overheidsinstantie actief in het sloopproces betrokken te zijn. Het sloopterrein dient voldoende te zijn beveiligd, gevaar en onnodige overlast voor omwonenden en publiek vanwege bouwverkeer, hijskranen of bouwlawaai moet worden voorkomen c.q. beperkt. Hierbij werken we samen met interne en externe partners (brandweer, constructeur, medewerkers ingenieursbureau, architecten, opdrachtgevers, sloopaannemers en de Arbeidsinspectie). Asbestgerelateerde sloopmeldingen moeten verplicht door hiertoe gecertificeerde bedrijven worden uitgevoerd. De toezichtouder checkt de betreffende certificaten van het sloopbedrijf, controleert stortbonnen en vraagt de vrijgavedocumenten op (eindbeoordeling asbestsanering).
Sanctiestrategie
Bij strijdigheden kan de bouwinspecteur de activiteiten (gedeeltelijk) stilleggen. De bouwinspecteur werkt daarbij samen met de provincie, de politie en/of de arbeidsinspectie Als de strijdigheden niet worden opgeheven of gelegaliseerd, wordt overgegaan tot handhaving. In dat proces wordt de bouwinspecteur door de jurist erbij betrokken.
Voldoet aan de wettelijke norm ? Uitvoerende partij
Ja, in 2015 wordt gewerkt conform het Integraal Toezichtsprotocol
Bevoegd gezag
College.
DVL-WB, DVL-VTO.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
23
8. Project Inventarisatie asbestdaken Toelichting taak
Met ingang van 2015 is het Asbestverwijderingsbesluit (Avb) gewijzigd. Het Avb bevat algemene regels voor het verwijderen van asbest door particulieren en opdrachtgevers, gemeenten zien toe op de naleving ervan. Voor 2024 (30 jaar na het verbod op de verwerking van asbest) moeten alle asbesthoudende daken zijn gesaneerd, per 2024 wordt een “algemeen verbod op het voorhanden hebben dan asbesthoudende daken” van kracht. Het gaat uitsluitend om asbesttoepassingen die in contact staan met de buitenlucht en daardoor aan verwering onderhevig zijn. Vrijwel alle asbestdaken zijn verweerd en kunnen daarom een bron van gevaar en vervuiling vormen,vgl. de voormalige woonwijk Schouw-Oost. Het Ministerie van I&M dringt erop aan om alvast te starten met de inventarisatie van asbestdaken en gevallen van ernstige verwering onmiddellijk verplicht te laten saneren.
Wet- en regelgeving
Wet milieubeheer (Wm), Asbestverwijderingsbesluit (Avb).
Omvang taak
Systematisch per wijk informatie verzamelen bij gebouweigenaren zoals Centrada, projectontwikkelaars, gemeente en in archieven. Bestaande inventarisaties screenen op asbesttoepassingen in daken.
Capaciteit
Technische uren: 350 uur Juridische uren : geen
Doelstelling
Eind 2015 zijn alle asbestdaken van woningen en overige panden binnen de woonwijken in beeld gebracht. In een latere fase worden de overige gebieden (bedrijventerreinen, de industrieterreinen) en het buitengebied geïnventariseerd.
Indicatoren
-
aantal geconstateerde asbesttoepassingen in daken aantal gevallen van ernstige verwering van asbesttoepassingen.
Toezichtstrategie
Deskonderzoek en controles ter plaatse.
Sanctiestrategie
Afhankelijk van de aangetroffen situatie: informeren, waarschuwen, verplichten tot saneren.
Signaaltoezicht
Wabo-breed, openbare ruimte.
Uitvoerende partij
DVL-WB
Bevoegd gezag
College
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
24
9. Project Gasleidingen Toelichting taak
De oudere wijken in onze gemeente zijn indertijd in een hoog tempo gerealiseerd. Door toepassing van minder geschikte materialen, met name onbehandelde stalen gasleidingen en door achterstallig onderhoud kunnen nu onveilige situaties ontstaan. In veel woningen en andere gebouwen is bij deze stalen leidingen ernstige roestvorming en gaslekkage geconstateerd. Sinds 2010 is bij ca. 15.000 woningen een doorlopend onderzoek gestart naar de kwaliteit van de gasleidingen, waarbij per jaar 600-800 woningen worden aangepakt. Woningeigenaren worden verzocht een inspectie te laten uitvoeren en onveilige leidingen te laten vervangen. Zo nodig wordt er bestuursdwang toegepast. Inmiddels zijn ca. 3000 woningen beoordeeld, waarbij veel gasleidingen zijn vervangen. Het blijkt dat met de normaal voor deze inspecties beschikbare capaciteit onvoldoende tempo kan worden gerealiseerd. Ook het gevoel van urgentie bij de bewoners blijft met de huidige werkwijze nog te laag. Per jaar neemt wel het risico op een gasontploffing toe. Het college heeft daarom besloten extra capaciteit vrij te maken om het project grootschaliger te kunnen aanpakken. In overleg met installateurs met lokale ervaring wordt een plan de campagne gestart om bewoners te stimuleren om hun leidingen na te laten kijken. De gasinstallaties van deze woningen zijn in strijd met de regels van de Woningwet in samenhang met het Bouwbesluit 2012, waarin is aangegeven dat een bestaand bouwwerk een veilige voorziening voor gas moet hebben. Primair ligt weliswaar de verantwoordelijkheid voor de gasleidingen bij de gebouweigenaren. Echter vanuit de Woningwet heeft de gemeente de plicht toe te zien op de kwaliteit van bouwwerken, waaronder het woningbestand.
Wet- en regelgeving Omvang taak
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Woningwet (Ww) en het Bouwbesluit 2012. Het uitvoeren van een representatieve steekproef onder 12.000 woningen naar de kwaliteit van de gasleidingen. Het opstarten van saneringsrondes per buurt/bouwvergunning/type woning. Technische uren: 2400 uur (voor onderzoek en sanering) Juridische uren: 750 uur (voor sanering) Alle gecontroleerde leidingen voldoen aan de regelgeving van het Bouwbesluit en de TNO toetsingscriteria. De tussentijdse inspecties in het handhavingstraject worden niet uitgevoerd. - aantal (voor)aanschrijvingen; - aantal gevallen waarin bestuursdwang is toegepast; - aantal niet gekeurde leidingen. In eerste plaats wordt er naar de huiseigenaren binnen het gebied van de saneringsronde een brief gestuurd. In de brief wordt gesteld dat er mogelijk een probleem is met hun gasleidingen, met het verzoek om dit te controleren. Wordt er gereageerd dat deze zijn goedgekeurd, vervangen of zijn afgedopt dan wordt (aan het einde van het project) een akkoordbrief verstuurd. Wordt er niet gereageerd dan wordt het juridische handhavingstraject ingeslagen. Het juridische handhavingstraject bestaat uit een vooraanschrijving en aanschrijving. De huiseigenaren worden op hun verantwoordelijkheid gewezen en gesommeerd om de gasleidingen te vervangen en bewijs hiervan op te sturen naar de gemeente. Daarbij worden zij erop gewezen dat in het uiterste geval bestuursdwang zal worden toegepast, onder binnentreding van de woning. DVL-VTO College.
Capaciteit
Doelstelling Wat doen we niet? Indicatoren
Toezichtstrategie
Sanctiestrategie
Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
25
10. Controles kamerverhuur Toelichting taak
Wet- en regelgeving Omvang taak
Capaciteit Doelstelling Wat doen we niet?
Indicatoren
Toezichtstrategie
Sanctiestrategie Signaaltoezicht Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Deze taak betreft de controles brandveilig gebruik, bestemmingsplan, Wet basisregistratie personen en leefbaarheid bij gebouwen die worden gebruikt ten behoeve van kamerverhuur. Verder zijn er integrale controles met de politie en sociale recherche Woningwet, Bouwverordening, Bouwbesluit 2012, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Wet basisregistratie personen, Vreemdelingenwet, Wet werk en inkomen, Kamerverhuurbeleid Alle nieuwe meldingen en vergunningen worden gecontroleerd. En tevens opsporing illegale kamerverhuur. Dit betreft tenminste 90 controles maar afhankelijk van de keuze wat voor soort toezicht, reguliere controle, gevelcontrole, administratieve controle, zelfcontrole etc kunnen dit meer controles worden. Technische uren:500 uur Juridisch/beleidsmatige uren: 410 uur Door preventief en repressief toezicht de brandveiligheid optimaliseren en klachten verminderen. Afhankelijk van het aantal controles dat kan worden uitgevoerd kan de controlefrequentie van bouwwerken met een laag risico worden verlaagd. Met andere woorden niet alle bouwwerken worden jaarlijks optimaal gecontroleerd. - aantal controles en hercontroles; - aantal illegale kamerverhuur bedrijven; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom). Controle ter plaatse. Met meerdere vakdisciplines (o.a. brandveiligheid, bouwkundigheid, APV, vergunningvoorwaarden) wordt integraal toezicht gehouden. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd. Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken ontheffing. Voor milieu, Openbare Ruimte, Stadswinkel, WIZ, (Vreemdelingen)politie. DVL-VTO. College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
26
11. Reguliere controles brandveilig gebruik (OFGV/Brandweer ) Toelichting taak
Wet- en regelgeving Omvang taak
Capaciteit
Doelstelling
Wat doen we niet?
Indicatoren
Toezichtstrategie
Sanctiestrategie Signaaltoezicht Voldoet aan de wettelijke norm? Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Deze taak betreft de controle op brandveiligheidsaspecten bij het gebruik van gebouwen. Gecontroleerd wordt op de voorschriften uit de omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik en de algemene regels uit het Bouwbesluit 2012. Het toezicht en de bestuursrechtelijke handhaving wordt door de OFGV uitgevoerd. Woningwet (Ww), Bouwverordening, Bouwbesluit 2012, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Bestaande gebouwen worden door de OFGV periodiek gecontroleerd conform het Toezichtsplan Brandveilig Gebruik 2015, opgesteld aan de hand van een risicoanalyse, zie bijlage 4. In 2015 worden ongeveer 112 bouwwerken fysiek gecontroleerd, bij 42 gebouwen wordt administratief toegepast. Controlebezoeken: 1120 uur (OFVG) en 120 uur (Brandweer). Binnen de reguliere controlebezoeken krijgt de controle op kerstversiering bij natte horeca, scholen en kinderopvang een projectmatige aanpak, evenals het administratief toezicht op scholen. 100 uur is gereserveerd voor onderstaande twee projecten: 1 Vlaggetjescontrole binnen de natte horeca. 2 Brandmeldinstallaties (BMI’s) die niet gecertificeerd zijn inventariseren en via toezicht en handhaving bereiken dat ze alsnog gecertificeerd worden. Voor bestuursrechtelijke handhaving en ondersteuning is 400 uur gereserveerd. Door preventief en repressief toezicht het brandveilig gebruik van bouwwerken optimaliseren. Ca. 81 controles van gebouwen op de naleving van de regelgeving brandveilig gebruik (20 zeer groot risico, 26 groot risico en 35 beperkt risico). Niet alle bouwwerken kunnen jaarlijks worden gecontroleerd. Op basis van een risicoanalyse wordt gewaarborgd dat gebouwen in de hoogste risicoklasse (met niet-zelfredzame bewoners/gebruikers) in ieder geval jaarlijks gecontroleerd worden. - aantal controles - aantal hercontroles; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom). Controle ter plaatse. Wanneer ook milieutoezicht aan de orde is wordt het toezicht zoveel mogelijk integraal uitgevoerd. Bij strijdigheden met de vergunning of het Bouwbesluit, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt overgegaan tot handhaving. Geconstateerde overtredingen van disciplines worden gemeld (signaaltoezicht). Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken ontheffing. Wabo-breed, openbare ruimte, APV, politie, landelijke inspectiediensten Ja. OFGV / Brandweer College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
27
12. Project Eindejaarscontrole natte horeca Toelichting taak
Tijdens de eindejaarscontroles wordt de natte horeca steekproefgewijs gecontroleerd op onder meer de deugdelijkheid van kerstversiering. Uit eerdere horecacontroles kan geconcludeerd worden dat met name het naleefgedrag van de brandveiligheidsvoorschriften laag is. Dit geeft aanleiding om ieder jaar (aspect)controles uit te voeren op het gebied van de brandveiligheid in de horeca.
Wet- en regelgeving
Wet milieubeheer (Wm), Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), Bouwbesluit 2012.
Omvang taak
50 bedrijven
Capaciteit
Technische uren: 50 uur (DVL) Juridisch/beleidsmatige uren: 10 uur Alle gecontroleerde horeca bedrijven voldoen aan de regelgeving.
Doelstelling Indicatoren
-
-
aantal controles; aantal hercontroles; aantal geconstateerde overtredingen; aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom).
Toezichtstrategie
Controle ter plaatse. Met meerdere vakdisciplines (o.a. brandveiligheid, bouwdeskundigheid, APV, vergunningvoorwaarden) wordt integraal toezicht gehouden. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd.
Sanctiestrategie
Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken ontheffing. Eventueel kan door politie proces-verbaal worden opgemaakt.
Signaaltoezicht
Voor milieu, openbare ruimte.
Uitvoerende partij
DVL-VTO, OFGV, Politie
Bevoegd gezag
College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
28
13. Adresonderzoek Wet BRP/BAG Toelichting taak
Deze taak houdt in dat er naar aanleiding van signalen een onderzoek wordt gestart naar de feitelijke situatie van een adres ten behoeve van de Basis Registratie Personen (BRP) en Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). Signalen kunnen zijn dat: - een persoon niet langer op een adres woont waar hij in de BRP staat ingeschreven; - een persoon op een adres woont waarop hij niet staat ingeschreven in de BRP;de gronden van inschrijving niet meer aanwezig zijn; - er gewoond wordt op niet-woonadressen. Dit onderzoek bestaat uit verschillende fases; met betrekking tot onderzoek in het kader van de BRP wordt betrokkene aangeschreven op het BRP-adres. Zijn er familieleden in de eerste lijn bekend dan ontvangen zij een verzoek om informatie te verstrekken met betrekking tot adres- en contactgegevens van betrokkene. Bij een vermoedelijk adres wordt betrokkene op dit adres aangeschreven en wordt de desbetreffende gemeente verzocht een onderzoek te verrichten naar dit vermoedelijke adres. Daarnaast worden, als het onderzoek dit vereist, inlichtingen ingewonnen bij interne- en externe afnemers. Als nader onderzoek in het kader van de BAG en de BRP niet het gewenste resultaat oplevert wordt er onderzoek ter plaatse ingesteld. Het onderzoek ter plaatse wordt uitgevoerd door de afdeling Dienstverlening, team Veiligheid Toezicht en Ondersteuning (DVL-VTO). De informatie verkregen uit het onderzoek kan uiteindelijk aanleiding zijn om de gegevens in de BRP/BAG aan te passen of in het kader van de BRP/BAG handhavend op te treden.
Wet- en regelgeving Omvang taak Capaciteit Doelstelling Wat doen we niet?
Indicatoren Toezichtstrategie Sanctiestrategie Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Bij vermoedens van wonen op niet-woonadressen wordt met voorrang een controle ter plaatse uitgevoerd, omdat hier de fysieke veiligheid in het geding kan zijn. Behalve dat het betreffende pand niet is ontworpen als woonfunctie, is het, in geval van brand, bij de hulpdiensten mogelijk niet bekend dat er personen aanwezig kunnen zijn. Wet Basis Registratie Personen (BRP), Wet Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG). Adressen die onderzocht moeten worden. Technische uren: 550 uur Onderzoeks-/juridische uren: 2500 uur Het BRP/BAG bevat zoveel mogelijk de actuele gegevens. Voor het adresonderzoek in het kader van de BRP wordt niet altijd onderzoek gedaan, er worden prioriteiten gesteld. Feitelijke onderzoek is niet altijd nodig als blijkt dat na administratief onderzoek het probleem is opgelost. Bij voldoende en overtuigende informatie is het tevens mogelijk dat het onderzoek sterk wordt verkort. - aantal te onderzoeken adressen; - aantal onderzochte adressen. Deskonderzoek en controles ter plaatse. Bestuursrechtelijke handhaving verloopt via regulier toezicht en is mede gebaseerd op de Algemene wet bestuursrecht Technisch: DVL-VTO. Onderzoek/juridisch: DVL-STW & DVL-VTO College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
29
14. Wet kinderopvang Toelichting taak
Wet- en regelgeving Omvang taak
Capaciteit Doelstelling Wat doen we wel en wat doen we niet Indicatoren
Toezichtstrategie Sanctiestrategie Signaaltoezicht Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Met betrekking tot een kindercentrum, gastouderbureau of een voorziening voor gastouderopvang worden in de Wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen eisen gesteld. Als niet aan deze eisen wordt voldaan wordt een kindercentrum, gastouderbureau of een voorziening voor gastouderopvang niet geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Daarnaast worden deze voorzieningen gecontroleerd op brandveiligheid. Deze controles zijn al meegenomen in het productblad controle brandveiligheid. Wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen. Per begin 2015 zijn er in Lelystad de volgende aantallen locaties voor kinderopvang: - 32 buitenschoolse opvangen - 12 Gastouder bureaus - 25 kinderdag verblijven - 21 peuterspeelzalen - 255gastouders - 45 nieuwe meldingen (prognose) Technische uren: 1444 uur (worden ingekocht bij de GGD) Juridisch/beleidsmatige uren: 600 uur Kwaliteit van een voorziening waar kinderopvang plaatsvindt naar aard en strekking te laten overeenkomen met de Wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen. Van de gastouders wordt 5% gecontroleerd (13 locaties). Van alle overige vormen van kinderopvang worden alle locaties gecontroleerd (135 locaties). Het toezicht vindt risicogestuurd plaats. - aantal controles en hercontroles; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom); - aantal inningen verbeurde dwangsom/verhalen; - bestuursdwangkosten. - aantal (tijdelijk) ingetrokken registraties; - aantal opgelegde exploitatieverboden. Het toezicht vindt plaats door de GGD. Als deze overtredingen constateren wordt dit door doorgegeven aan DVL die daarop een handhavingstraject starten. Afhankelijk van overtreding: constateringbrief, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken registratie of exploitatieverbod. Brandveiligheid. Toezicht: GGD. Handhaving: DVL-VTO. College.1
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
30
15. Handhaving openbare ruimte Toelichting taak
Wet- en regelgeving Omvang taak
Capaciteit Doelstelling Indicatoren
Toezichtstrategie
Sanctiestrategie Signaaltoezicht Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Deze taak betreft het houden van toezicht op naleving van de bepalingen uit de Algemene plaatselijke verordening en de Afvalstoffenverordening. Het gaat hier onder meer om dumpingen, het veroorzaken van zwerfafval, het onjuist aanbieden van grofvuil, huisvuil en bedrijfsvuil. Vernielingen algemeen en beschadigen bestrating en andere gemeentelijke eigendommen. Aantasting openbaar groen/vernieling openbaar groen, illegaal gebruik openbaar groen. Illegaal plakken, kladden en reclame uitingen. Verontreiniging van de bodem of de openbare weg, inclusief water, door milieugevaarlijke stoffen. Door het Werkbedrijf wordt (behalve handhavend) ook preventief toezicht gehouden door aanwezig te zijn in de wijken. Daarbij wordt gelet op bedrijfsafval, beplanting, brandgevaar, daklozen en zwervers, drugsproblematiek, fietswrakken, fout geparkeerde fietsen, fout geparkeerde auto’s, hangjongeren, hondenpoep, milieuzaken, ongelukken, straatmeubilair, venstertijden, vermissingen en zwerffietsen. Hierin ligt een overlap met de taken die de afdeling Beheer openbare ruimte uitvoert. Daarnaast is het Werkbedrijf aanwezig bij evenementen. Waarbij zij in een aantal gevallen handhavend optreden, maar veelal signaaltoezicht houden (de geconstateerde overtredingen worden doorgeven aan de bevoegde instanties) en het verstrekken van informatie. Gemeentewet, Waterwet, Wegenverkeerswet 1994 (Wvw 1994), Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) Strafrecht, Algemene Plaatselijke Verordening (APV), Afvalstoffenverordening. - preventief toezicht; - reguliere aanpak in de gehele gemeente, waarbij in de vier stadsdelen handhavers van BOR en Werkbedrijf in samenwerking opereren; - op projectbasis - behandelen meldingen/handhavingverzoeken. Toezicht en sanctie uren: 6075 uur Verbeteren van de leefomgeving. Door als handhaver zichtbaar te zijn en op te treden een positief effect op het natuurlijk naleefgedrag uit te oefenen. - aantal binnengekomen en afgehandelde meldingen/ handhavingsverzoeken; - aantal eigen waarnemingen; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal geïdentificeerde overtreders; - aantal bestuurlijke strafbeschikkingen en processen-verbalen; - aantal keren kostenverhaal na bestuursdwang. Surveillances, controles naar aanleiding van meldingen, klachten, handhavingverzoeken en signalen van overige toezichthouders binnen de organisatie, planmatig toezicht op hotspots. Alle verstoringen die hierin worden geconstateerd worden geregistreerd en gemeld bij de daarvoor verantwoordelijke instanties. Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, proces-verbaal, bestuurlijke strafbeschikking, dwangsom, bestuursdwang, strafrecht. Voor gemeente, provincie en politie. BOR en Werkbedrijf. Burgemeester, College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
31
16. Handhaving hondenregels Toelichting taak
Wet- en regelgeving Omvang taak Capaciteit Doelstelling Indicatoren
Toezichtstrategie Sanctiestrategie Signaaltoezicht Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Deze taak betreft het houden van toezicht op de regels voor hondeneigenaren. Het gaat hier over het aanlijngebod, aanwezigheid honden op verboden plaatsen en hondenverontreiniging. De gemeente kent een hondenuitlaatkaart waarop is aangegeven waar honden hun behoefte mogen laten liggen, verbodsgebieden en plaatsen waar de hond onaangelijnd mag zijn. Het toezicht vindt plaats door surveillances uit te voeren. Er wordt ingezet op de tijdstippen dat veel mensen hun hond uitlaten. Het accent ligt hierbij op de aanwezigheid van honden op verboden plaatsen, zoals kinderspeelplaatsen, recreatiegebieden. Algemeen plaatselijke verordening, Hondenkaart 2013. Per 2013 is een nieuwe Hondenkaart uitgegeven. Aanbodgestuurde activiteit. - Reguliere aanpak inde gehele gemeente. - Behandelen meldingen/ handhavingverzoeken. Toezicht en sanctie uren: 800 uur Een openbare ruimte met weinig overlast door honden door bij geconstateerde overtredingen op te treden (waarschuwing, proces verbaal, bestuurlijke strafbeschikking, dwangsom). - aantal binnengekomen en behandelde meldingen/ handhavingverzoeken; - aantal eigen waarnemingen; - aantal geïdentificeerde overtreders; - aantal bestuurlijke strafbeschikkingen en proces verbalen; Surveillances, controles naar aanleiding van meldingen, klachten en meldingen en handhavingverzoeken. Jaarlijkse thematische aanpak in vooren najaar. Waarschuwing, bestuurlijke strafbeschikking, strafrecht. Voor gemeente BOR en Werkbedrijf College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
32
17. Handhaving parkeren Toelichting taak
Wet- en regelgeving Omvang taak
Capaciteit Doelstelling
Indicatoren
Toezichtstrategie
Sanctiestrategie Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Deze taak betreft het houden van toezicht op parkeerexcessen en parkeerbelasting (betaald parkeren). Ook vindt handhaving plaats op Mulderfeiten, langdurig in de openbare ruimte geparkeerde caravans en aanhangwagens, het te koop aanbieden van voertuigen, illegaal geparkeerde grote voertuigen, auto- en fietswrakken en het parkeren in groenvoorzieningen. Algemeen plaatselijke verordening (APV), Wegenverkeerswet 1994 (Wvw 1994), Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), Gemeentewet. Daarnaast wordt gehandhaafd op de Parkeerverordening en de Parkeerbelastingverordening. Controle en handhaving wordt uitgevoerd: - dagelijkse surveillances: - vooraf betaald parkeren (fiscaal); - achteraf betaald parkeren (gebouwde voorzieningen); - in vergunningshouders gebieden en parkeerschijfzones; - in de openbare ruimte; - jaarlijkse projectmatige aanpak caravans en aanhangers; - projecten aanpak parkeren bij scholen; - behandelen meldingen/ handhavingverzoeken; - voorkomen van onveilige en/of gevaarlijke verkeerssituaties. 4500 uur BOA en 1500 uur handhaver (Coöperatieve ParkeerService), 300 uur BOA team Service op jaarbasis - betalingsgraad van 90% bij vooraf betaald parkeren; - betalingsgraad van 99% bij achteraf betaald parkeren; - betalingsgraad van 100% voor vergunning parkeren; - controle niveau: - vergunninggebieden en parkeerschijfzone (1x per dag) - vooraf betaald parkeren (2 tot 3x per dag) - verbeteren van de leefomgeving. Door als handhaver zichtbaar te zijn en op te treden een positief effect op het natuurlijke naleefgedrag uit te oefenen. - voorkomen van onveilige en/of gevaarlijke verkeerssituaties. - aantal binnengekomen en behandelde meldingen/handhavingverzoeken; - aantal geïdentificeerde overtreders; - aantal bestuurlijke strafbeschikkingen en proces verbalen; - aantal keren kostenverhaal; - betalingsbereidheid; - bezettingsgraden. Surveillances, controles naar aanleiding van meldingen, klachten, handhavingverzoeken en signalen van overige toezichthouders binnen de gemeente. Jaarlijkse thematische aanpak caravans en aanhangers na de herfstvakantie. Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, proces-verbaal, bestuurlijke strafbeschikking, dwangsom, bestuursdwang, strafrecht. Coöperatieve ParkeerService, gemeente afdeling BOR, Werkbedrijf. College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
33
18. Project Schoon schip in Lelystadse wateren Toelichting taak
Het is toegestaan om in Lelystadse wateren bootjes af te meren. Daarmee wordt ruimte geboden om gebruik te maken voor recreatief gebruik van onze watergangen. De gemeente krijgt echter met enige regelmaat klachten over (half) gezonken en verwaarloosde boten in het Gelderse Diep en op andere locaties. Buurtbewoners klagen over verloedering daarnaast is er risico op schade aan het milieu. Op grond van de APV kan het college nadere regels vaststellen voor het afmeren van pleziervaartuigen, om verloedering en milieuschade te voorkomen. Op grond van de op te stellen nadere regels wordt projectmatig een opschoningsactie gehouden zodat daarna het gewenste beeld in stand wordt gehouden via regulier toezicht.
Wet- en regelgeving Omvang taak
Algemene Plaatselijke Verordening (APV), Wet milieubeheer (Wm).
Capaciteit
Technische uren: 80 uur (BOR) Juridisch/beleidsmatige uren: 40 uur (BOR) Benodigde capaciteit is vervolgens afhankelijk van omvang eventuele juridische procederes. In april 2015 zijn de watergangen van Lelystad vrij van bootwrakken.
Doelstelling
Op projectbasis worden: De omvang van de problematiek in beeld gebracht De kosten van een incidentele opruimactie berekend De aanpak uitgewerkt en vervolgens uitgevoerd
Indicatoren
- aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom). - aantal verwijderde bootwrakken.
Toezichtstrategie
Na een publiciteitscampagne en een voorlichtingsactie in de omgeving van de watergangen kan handhavend worden opgetreden tegen excessen. Deze wordt zo nodig afgerond met een opruimactie. In situaties dat milieuschade dreigt wordt direct opgetreden. Reguliere handhaving: surveillances, controles naar aanleiding van meldingen, handhavingsverzoeken en signalen van overige toezichthouders binnen de gemeentegrenzen.
Sanctiestrategie
Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, afvoeren en tijdelijk opslaan van bootwrakken.
Signaaltoezicht
Voor Waterschap en OFGV (milieu).
Uitvoerende partij
BOR
Bevoegd gezag
College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
34
19. Uitstallingen, 1199 U19. Uitstallingen, terrassen en fietsparkeren. Toelichting taak
In winkelcentra is voor hulpdiensten, maar tevens voor het winkelend publiek, een onbelemmerde doorgang van de openbare ruimte noodzakelijk. Een vrije doorgang is daarnaast ook van belang voor levendigheid en de uitstraling. Om dit te bereiken worden de in samenspraak met de betreffende ondernemers vastgestelde nadere regels toegepast. Uitstallingen Dit omvat alles wat los voor of naast een winkel staat met het doel de verkoop te bevorderen (stoepborden, kledingrekken, speeltoestellen e.d.) Het toezicht op uitstallingen is gericht op plaatsing binnen toegestane zones, conform de (per 2015 herziene) nadere regels. Terrassen Deze taak houdt in het uitvoeren van regulier toezicht op de plaatsing van het terrasmeubilair binnen de met markeernagels (punaises) in de bestrating aangegeven locatie en op de uitstraling van het meubilair, conform de nadere regels. Incidenteel wordt toezicht gehouden op de sluitingstijden en het opruimen van terrassen. Fietsparkeren Buiten de fietsenrekken mogen geen fietsen worden neergezet en in bepaalde gedeeltes van hert stadshart mag ook niet meer gefietst worden als de winkels geopend zijn. Met publieksvriendelijke acties worden de mensen hierop voorbereid. In de loop van 2015 zal handhavend worden opgetreden tegen het ‘wild parkeren’ en moet er betaald worden voor verwijderde (brom)fietsen.
Wet- en regelgeving Omvang taak Capaciteit
APV, Gebruik van de openbare ruimte; uitstallingen Nadere regels, terrassen Nadere regels. Aanbod gestuurde activiteit. Uitstallingen Technische uren: 50 uur Juridische uren: 20 uur Terrassen Technische uren: 30 uur Juridische uren: 20 uur Fietsparkeren Technische uren: 30
Doelstelling Indicatoren
Toezichtstrategie Sanctiestrategie Uitvoerende partij
Bevoegd gezag
De openbare ruimte voldoet aan de (nadere) regelgeving. - aantal controles en hercontroles; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal bestuurlijke trajecten; - aantal verwijderde (brom)fietsen; - aantal klachten. Controle ter plaatse. Waarschuwing, bestuurlijke boete, dwangsom, bestuursdwang. Uitstallingen: Werkbedrijf ( BOR /DVL-VTO) Terrassen: Werkbedrijf ( DVL-VTO ) Fietsparkeren: Werkbedrijf College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
35
20. Overige taken Openbare Ruimte Toelichting taak
Begraafplaatsen Deze taak betreft het houden van toezicht op de juiste plaatsing van gedenktekens en een ordelijk verloop op begraafplaats. Standplaatsen Deze taak houdt in van toezicht op het illegaal innemen van standplaatsen van waaruit goederen te koop worden aangeboden of afgeleverd dan wel diensten worden aangeboden gebruikmakend van een kraam, wagen of tafel e.d. Ligplaatsen (Bataviahaven) Deze taak houdt in het houden van toezicht op ordelijk verloop bij het innemen en gebruiken van ligplaatsen in de Bataviahaven en toezicht op verleende vergunning voor laden, lossen en overslaan van voorwerpen en goederen.
Wet- en regelgeving
Omvang taak Capaciteit
Doelstelling
Indicatoren
Toezichtstrategie Sanctiestrategie Uitvoerende partij Bevoegd gezag
Ligplaatsvergunning (woonschepen) Voor het afmeren van een vaartuig op een vaste plaats is een ligplaatsvergunning nodig. In de ligplaatsvergunning worden voorwaarden gesteld ten aanzien van openbare orde, veiligheid, milieu, hygiëne en gezondheid. Deze taak houdt in dat er toezicht wordt gehouden op deze voorwaarden en als dat nodig is handhavend wordt opgetreden. Wet op de lijkbezorging,Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats 2012, Nadere regels voor het plaatsen van gedenktekens e.d. 2012, Algemene Plaatselijke Verordening (APV), Huisvestingswet, Woonschepenverordening, verordening op het innemen van ligplaats en het gebruik van de Bataviahaven 2011, marktverordening. Begraafplaatsen: toezicht op 120 verleende vergunningen Ligplaatsen: Ligplaatsenvergunning: Begraafplaatsen Technische uren: 180 Juridische uren: 30 Ligplaatsen (Bataviahaven) Technische uren: 1600 Juridische uren: 50 Ligplaatsvergunning Technische uren: 15 Juridische uren: 50 Standplaatsen (markt) Technische uren: 962 Juridisch uren: 50 Begraafplaats Het in stand houden van de kwaliteit van de begraafplaats. Er worden geen illegale gedenktekens geplaatst. Daarnaast vindt er geen onbehoorlijk gedrag van bezoekers plaats. Stand- en ligplaatsen Er worden geen illegale stand- of ligplaatsen ingenomen. Ordelijk verloop in havens en tijdens markten. En waarvoor een vergunning is verleend voldoet aan de vergunningsvoorschriften. - aantal verleende vergunningen gedenktekens; - aantal ligplaatsvergunningen; - aantal standplaatsvergunningen; - aantal controles; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal handhavingstrajecten. Controles ter plaatse. Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, proces-verbaal, dwangsom, bestuursdwang, geldboete, hechtenis. BOR, havenmeester, marktmeester, beheerder begraafplaats. College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
36
21. Reguliere controles activiteit milieu Toelichting taak
Wet- en regelgeving Omvang taak
Capaciteit Doelstelling
De reguliere controles zijn risicogestuurd verdeeld over inrichtingen in de categorieën 1 t/m 5, waarbij categorie 1 de geringste milieurelevantie en categorie 5 de hoogste milieurelevantie heeft. - oplevercontroles - aspectcontroles - indirecte lozingen - vuurwerkcontroles Wet milieubeheer (Wm), Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), Besluit landbouw milieubeheer. De gemeente heeft op peildatum (okt. 2014) de volgende milieu-inrichtingen waarvoor een planning voor controle moet worden gemaakt. categorie 1 inrichtingen 755 categorie 2 inrichtingen 1171 categorie 3 inrichtingen 306 categorie 4 inrichtingen 40 categorie 5 inrichtingen 19 Er zijn 3996 technische uren en 1078 juridische uren gereserveerd voor het reguliere Milieutoezicht. Alle bedrijven (inclusief vuurwerkopslagplaatsen) waarbij een hoog risico op milieu en veiligheid omgeving aanwezig is, worden gecontroleerd en voldoen aan de milieuregelgeving.
Wat doen we wel en wat doen we niet.
Er staan 237 inrichtingen gepland voor een controle in 2015, zie Toezichtsplan Milieu, bijlage 3. Hiernaast zullen er nog diverse inrichtingen worden gecontroleerd als onderdeel van de diverse uit te voeren projecten: - Actualiseren inrichtingenbestand (gevelcontrole) 180 uur - Indirecte lozingen (44 uur) - Co-vergisting (12 uur) - Handhavingsestafette (120 uur) - Vuurwerkcontroles (160 uur) - Horecageluid (288 uur) De projecten worden kort beschreven in de productbladen en of in bijlage 5
Indicatoren
- aantal controles; - aantal hercontroles; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal bestuursrechtelijke trajecten en mogelijk BSB. Controle ter plaatse. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur zo nodig overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, dan wel algemene regels niet worden nageleefd, wordt overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd.
Toezichtstrategie
Sanctiestrategie
constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken ontheffing, bestuurlijke strafbeschikking.
Signaaltoezicht
Wabo breed, openbare ruimte, politie, veiligheid, landelijke inspectiediensten.
Voldoet aan de wettelijke norm? Uitvoerende partij
Ja.
Bevoegd gezag
College.
OFGV
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
37
22. Bodem Toelichting taak
In 2012 zijn de nota Bodembeheer en de bodemkwaliteitskaart in werking getreden. Waardoor een aantal taken zijn vereenvoudigd, zoals de toestemming voor het verplaatsen van schone of licht verontreinigde grond. Ook worden de bodemkwaliteitskaarten van andere gemeenten in Flevoland over en weer erkend. Waardoor het houden van toezicht nog belangrijker wordt. Controles in het veld, toezicht meldingen.
Wet- en regelgeving
Wet milieubeheer (Wm), Wet bodembescherming, Besluit bodemkwaliteit.
Omvang taak
50 controles, waarvan 30 meldingen.
Capaciteit
Technisch uren: 750 uur bestaande uit: 150 uur afhandeling meldingen 180 uur toezicht melding 420 uur vrije veld controles Juridisch uren: 50 uur
Doelstelling
Risicogestuurd controleren of toepassingen van grond (al dan niet gemeld) voldoen aan de regelgeving.
Indicatoren
-
Toezichtstrategie
Steekproefsgewijze controle op grondtransporten.
Sanctiestrategie
Aanschrijving, dwangsom, bestuursdwang, bestuurlijke strafbeschikking, proces-verbaal. Ja.
Voldoet aan de wettelijke norm? Uitvoerende partij Bevoegd gezag
aantal meldingen; aantal niet gemelde gevallen van toepassingen van grond aantal geconstateerde overtredingen; aantal legaliseringen; aantal vrijwillige beëindigingen van de overtreding; aantal handhavingsbeschikkingen; aantal bestuurlijke strafbeschikkingen.
OFGV College.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
38
23. Project Horecageluid Toelichting taak
Omwonenden van horecagelegenheden, met name in het Stadshart, ondervinden relatief veel overlast van horecageluid. Het geluid dat met geluidapparatuur wordt geproduceerd en versterkt moet voldoen aan de normen op grond van de Wet milieubeheer, die zijn opgenomen in het Activiteitenbesluit. In en bij woningen in een stadscentrum zijn weliswaar hogere geluidniveau’s toegestaan dan in een rustige woonwijk, maar het is duidelijk (dat in een aantal gevallen) ook deze verhoogde normen ruimschoots worden overschreden. Om de geluidoverlast te beperken tot de wettelijk toegestane waarden is het van belang dat er regelmatig toezicht is op de naleving van de wettelijk toegestane norm.
Wet- en regelgeving
Wet milieubeheer, Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), Algemene Plaatselijke Verordening (APV).
Omvang taak
Op projectbasis: Bij de overlast veroorzakende horecagelegenheden (7) worden meerdere geluidmetingen uitgevoerd in de nachtperiode (maatgevende periode). Naast bemande worden ook zg. monitoringstations ingezet, die langere tijd continu kunnen meten en achteraf kunnen worden uitgelezen. Op reguliere basis: Eénmaal per kwartaal wordt een horecaronde gedaan, in het weekend, na 23:00 uur, langs ca. 6 horecapanden. Naar aanleiding van de bevindingen kunnen horecaondernemers worden aangesproken op het veroorzaken van overlast. Zo nodig kunnen indicatieve geluidmetingen worden gedaan.
Capaciteit
Technische uren: 288 uur (OFGV) Juridische uren : 40 uur (OFGV)
Doelstelling
Horecageluid blijft onder de wettelijk ten hoogste toegestane geluidnormen.
Indicatoren
-
Toezichtstrategie
Sanctiestrategie
aantal klachten aantal te controleren horecapanden aantal geconstateerde overtredingen aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom).
Overlastsituaties worden projectmatig onderzocht en zo nodig juridisch aangepakt. De reguliere handhaving wordt uitgevoerd door middel van horecarondes. Dit toezicht is preventief, maar ook naar aanleiding van bewonersklachten of signalen van de politie of andere toezichthouders. Afhankelijk van overtreding: waarschuwing, constateringbrief, (preventieve) dwangsom, sluiting.
Signaaltoezicht
Wabo-breed, openbare ruimte.
Uitvoerende partij
OFGV
Bevoegd gezag
College
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
39
24. Project Vuurwerkcontroles Toelichting taak
In november/december worden de vuurwerkopslagplaatsen bij de verkooppunten van consumentenvuurwerk gecontroleerd op voorzieningenniveau. Tijdens de drie verkoopdagen wordt gecontroleerd op verkoopeisen, gebruik van de verkoopruimte, de (buffer)bewaarplaats, opslaghoeveelheden en de bevoorrading. In de maand februari zijn er nacontroles van de opslag van restanten consumentenvuurwerk van voorgaand verkoopjaar. Gemiddeld wordt er zo’n 5 keer per jaar bij een dergelijke inrichting een aspectcontrole uitgevoerd (incl. hercontrole).
Wet- en regelgeving
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Wet milieubeheer (Wm), Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), Vuurwerkbesluit.
Omvang taak
8 verkooppunten consumentenvuurwerk
Capaciteit
Technische uren: 160 uur Juridisch/beleidsmatige uren: 10 uur
Doelstelling Indicatoren
Alle gecontroleerde vuurwerkopslagplaatsen voldoen aan de regelgeving. - aantal controles; - aantal hercontroles; - aantal geconstateerde overtredingen; - aantal bestuursrechtelijk trajecten (bestuursdwang/dwangsom).
Toezichtstrategie
Controle ter plaatse. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd.
Sanctiestrategie
Constateringsbrief, stillegging, proces-verbaal, bestuurlijke strafbeschikking, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken vergunning.
Signaaltoezicht
Voor brandveiligheid, openbare ruimte.
Voldoet aan de wettelijke norm? Uitvoerende partij
Ja.
Bevoegd gezag
College.
OFGV
21. Project Vuurwerkcontroles
21. Project Vuurwerkcontroles
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
40
25. Project Handhavingsestafette Flevoland Toelichting taak
Zoals ieder jaar wordt deelgenomen aan de door de omgevingsdienst georganiseerde handhavingsestafette. Voor 2015 moet nog worden vastgesteld met de OFGV welke integrale projecten worden uitgevoerd.
Wet- en regelgeving
Wet milieubeheer (Wm), Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), Wet vervoer gevaarlijke stoffen, Besluit landbouw milieubeheer. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Woningwet (Ww), Wet op de Ruimtelijke Ordening (Wro), APV, Bouwbesluit 2012. De omvang van de taak is afhankelijk van de uitkomst van de controles op bovenstaande punten.
Omvang taak Capaciteit
Technische uren: 120 uur Juridisch/beleidsmatige uren: 25 uur
Doelstelling
De integrale controles met verschillende disciplines leiden tot: - vergroten bewustzijn regelgeving ondernemers; - samenwerking binnen provincie; - controles op aspecten die anders onderbelicht blijven; - profilering van toezicht en handhaving.
-
Indicatoren
-
aantal controles; aantal hercontroles; aantal geconstateerde overtredingen; aantal bestuursrechtelijke trajecten (bestuursdwang/dwangsom).
Toezichtstrategie
Controle ter plaatse. Bij strijdigheden met de vergunning, voert de inspecteur overleg met de vergunninghouder. Als de strijdigheden niet worden opgeheven, wordt overgegaan tot handhaving. Bij overtreding van de voorschriften op de overige disciplines, wordt dit direct afgestemd.
Sanctiestrategie
constateringbrief, (gedeeltelijke) stillegging, (preventieve) dwangsom, bestuursdwang, intrekken ontheffing, bestuurlijke strafbeschikking.
Signaaltoezicht
Voor brandveiligheid, openbare ruimte, bestemmingsplan, bouwen, openbare orde en veiligheid.
Voldoet aan de wettelijke norm? Uitvoerende partij
Ja.
Bevoegd gezag
College.
OFGV
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
41
Bijlage 1 Risicoklasse-indeling toezichtsplannen
Om uitvoering te geven aan het toezicht wordt een planning gemaakt met, voor bepaalde toezichttaken, een bijbehorende prioritering. Er is een systematiek ontwikkeld om het toezicht risico gestuurd te kunnen plannen en prioriteren. Daarbij worden gebouwen en bedrijven ingedeeld in risicoklassen. De klasse-indeling is afhankelijk van factoren als zelfredzaamheid van bewoners en het effect van activiteiten op de veiligheid, gezondheid en fysieke leefomgeving. De risicoklasse bepaalt in belangrijke mate de controlefrequentie, daarnaast spelen het naleefgedrag en de houding van een gebouweigenaar, ondernemer of exploitant een rol. Ook kunnen politieke, regionale of landelijke speerpunten worden meegewogen.
Klasse-indeling t.b.v. risico gestuurd toezicht Klasse
Opmaak
I II III IV V
ZEER GROOT RISICO GROOT RISICO BEPERKT RISICO KLEIN RISICO ZEER KLEIN RISICO
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
42
Bijlage 2 Toezichtsplan Drank- en Horecawetgeving Milieu Planning van de uit te voeren controles, per type inrichting en risicoklasse Aantal Risicoklasse
Inrichtingen per 2015 Soort
Planning
1
Supermarkt
17
Slijterij
10
Paracom. Sport
34
Paracom. buurthuis
28
Restaurant
49
Natte horeca
27
Controles
Aantal
Supermarkt
5
Slijterij
3
Paracom. Sport
10
Paracom buurthuis
10
Restaurant
20
Natte horeca Nieuwe inrichtingen eerste controle Klachten Her- en Hh controles 2013 Hh controles inning
2
3
4
5
17 10 34 28 49 27 1
2
3
4
5
5
Kengetal
Uren
3
15
3
3
10
10
9
90
6
60
6
60
55
9
495
20
5
100
20
6
120
10 10
deze uren zijn in de reguliere controles inbegrepen deze uren zijn in de reguliere controles inbegrepen
Projecten
Uren Leeftijdscontroles
50
Bestuurlijke boete
100 1100
Totaal gereserveerde uren Besteedbare uren technisch Besteedbare uren juridisch
1100 340
Aantallen: In 2015 behoeven niet alle inrichtingen te worden bezocht maar kan aan de hand van de uitkomsten van 2014 meer risicogestuurd toezicht worden gehouden Kengetallen: voor 2015 is uitgegaan van de kengetallen inclusief rapportage, hercontrole en inningscontroles, gebaseerd op de evaringen uit 2014. Het jaar 2014 is benut om de kengetallen te preciseren naar soort controle. Integraal: De inrichtingen worden waar mogelijk integraal gecontroleerd zowel bouwkundig, als op aspecten van brandveiligheid en de Drank- en Horecawet.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
43
Bijlage 3 Toezichtsplan Milieu Milieu Planning van de uit te voeren controles, per type inrichting en risicoklasse Toezicht Wabo Periodieke Wabo-controle (milieu) * - categorie 5 inrichtingen (voormalig provinciaal) - categorie 4 inrichtingen - categorie 3 inrichtingen - categorie 2 inrichtingen - categorie 1 inrichtingen - Inclusief oplevercontrole* - Inclusief aspectcontroles* - Indirecte lozingen* - Inclusief vuurwerkcontroles Overige toezicht gerelateerde taken (Wabo) Klachtbehandeling Deelname LHO Beheer inrichtingenbestand*
Aantal inrichtingen 2015 237 19 40 162 8 0
Totaal aantal inrichtingen, peildatum 30-10-2014 2299 19 40 306 1171 755
8
(13) (8)
Beschikbare uren 300 48 180
reservering (75 stuks) reservering (4 stuks) Reservering (3%)
Projecten (toezicht algemeen) Project 1, Handhavingsestafette 2015 Project 2, Geluidsoverlast Horeca Project 3, Energiebesparing bij bedrijven Extra project, Toezicht Co-vergisters, ketentoezicht (deelname van alle deelnemers noodzakelijk )
120 288 12
√ √ √ √
De OFGV werkt met een planningsmodule waarbij er wordt uitgegaan van een basistoezichtfrequentie voor de verschillende categorie bedrijven: De frequentie is voor cat. 4 en 5* 1 x per jaar, cat. 3 om de 2 jaar, cat. 2 om de 5 jaar en cat. 1 om de 10 jaar. Aan de hand van de beschikbare toezichtcapaciteit wordt er op categorie 2 bedrijven nauwelijks toezicht uitgevoerd. Op categorie 1 vindt geen toezicht plaats. Naarmate er meer gegevens in het bedrijvenregistratiesysteem geregistreerd gaan worden, kan er beter risicogestuurd worden geprioriteerd en kan worden geanalyseerd of er risico’s aanwezig zijn de inzet van de huidige beschikbare toezichtcapaciteit. * cat.5, deze frequentie is variërend van 1 a 2 keer per jaar, afhankelijk van het soort voormalig provinciaal bedrijf.
Toelichting: - Beheer inrichtingenbestand, reservering van 3% over de netto te besteden uren voor Wabo-controles. - Externe afstemming en planning integraal Wabo, reservering van 1.5 % over te besteden uren voor toezicht. Wanneer een opdrachtgever een bepaalde problematiek (inschieters) wil aanpakken, dient er rekening mee te worden gehouden dat dit ten koste kan gaan van het aantal controles. Het aantal aangegeven controles is dan ook indicatief.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
44
Bijlage 4 Toezichtsplan Brandveilig gebruik Milieu Planning van de uit te voeren controles, per bouwwerkcategorie en risicoklasse
Projecten
Gebouwfunctie Wooninrichting t.b.v. begeleid wonen Kantoorpand Gezondheidszorgfunctie Horecagelegenheid Penitentiaire inrichting Ziekenhuis Sportgebouw Logiesfunctie Bedrijfspand industriefunctie Woonzorg Horecagelegenheid Peuterspeelzaal Kinderopvang/verblijf BSO Onderwijsinstelling Bedrijfspand industriefunctie Horecagelegenheid Kantoorpand Onvoorzien (klachten/verzoeken brandweer) Subtotaal Basisscholen administratief Eindejaarcontroles horeca Eindejaarcontroles scholen BMI/OMS Totaal
Aantal controles 7 3 4 2 2 1 1 4 1 3 2 1 3 12 11 9 7 8 81 42 10 15 6 154
Risicoklasse zeer groot zeer groot zeer groot zeer groot zeer groot zeer groot zeer groot groot groot groot groot groot groot groot beperkt beperkt beperkt
Gebouwen in de risicoklasse “zeer groot”, zoals het ziekenhuis, de gevangenissen en de verzorgingstehuizen komen ieder jaar terug op de planningslijst. Nadat deze gebouwen met hoge prioriteit zijn ingepland, wordt een selectie gemaakt per gebouwsfunctie. Met de zgn. Prevabmethode van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) is de prioriteit c.q. risicoklasse bepaald. In het gebouwenbestand wordt per locatie bijgehouden wanneer daar een brandveiligheidscontrole is uitgevoerd. Met deze gegevens samen is de planning voor 2015 gemaakt.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
45
Bijlage 5 Projecten Milieu en Brandveilig gebruikMilieu
- Actualiseren inrichtingenbestand (gevelcontrole’s) Een inventarisatie van een industriegebied en eventueel aangegeven risicopanden d.m.v. een quickscan. Hiermee wordt het registratiesysteem van het bedrijvenbestand (Squit XO bij de OFGV) geactualiseerd. Dit project voert de OFGV standaard uit voor opdrachtgevers, welke de taak “beheer inrichtingenbestand” hebben ingebracht. - Indirecte lozingen Een bedrijfshemelwaterriool dat niet uitkomt op oppervlaktewater maar bv. op een gemeentelijk hemelwaterstelsel van een industrieterrein, valt onder de Wet milieubeheer. Het Waterschap adviseert als waterbeheerder het Wm-bevoegd gezag (de gemeente c.q. de OFGV). Namens de gemeente houdt de OFGV mede-toezicht op de lozingen en kan zo nodig handhavend optreden. - Co-vergisting Het aantal vergistingsinstallaties waarin dierlijke en plantaardige reststoffen worden omgezet in brandstoffen, neemt gestadig toe. Meer en meer wordt ook geconstateerd dat het “wegmengen” van niet voor vergisting geschikte afvalstoffen in vergistingsinstallaties voor de afvalmafia bijzonder lucratief kan zijn. Er zijn al gevallen bekend waarbij kadavers van zieke beesten in de installaties zijn verdwenen. Het verspreiden van het restproduct al bodemverbeteraar inclusief afvalstoffen, mogelijk BSE etc, over het land is niet wenselijk. Ook kunnen de installaties bij onjuist gebruik uit elkaar klappen, met alle risico’s voor de omgeving van dien. - Certificering van brandmeldinstallaties en aansluiting op het Openbaar Meldsysteem Het Bouwbesluit geeft aan welke gebouwen moeten zijn voorzien van een (gecertificeerde) brandmeldinstallatie, zodat brand tijdig wordt ontdekt en er veilig kan worden gevlucht. Per 2013 zijn de voorschriften van het Bouwbesluit verder aangescherpt: de installatie moet zijn voorzien van een inspectiecertificaat. In een aantal gevallen komt het nog voor dat voor bestaande installaties geen certificaat is afgegeven en dus niet aan het Bouwbesluit wordt voldaan. In overleg met de Brandweer Flevoland besloten dat deze ongewenste situatie moet worden beëindigd. - Eindejaarcontroles brandveiligheid basisscholen Jaarlijkse fysieke controle brandveiligheid. Tijdens de eindejaarcontroles worden de basisscholen steekproefsgewijs gecontroleerd op onder meer de deugdelijkheid van sinterklaas-en/of kerstversiering om hiermee het naleefgedrag van de brandveiligheidsvoorschriften te verhogen. - Eindejaarcontroles horeca integraal Tijdens de eindejaarcontroles wordt de horeca steekproefsgewijs gecontroleerd op onder meer de deugdelijkheid van kerstversiering om hiermee het naleefgedrag van de brandveiligheidsvoorschriften te verhogen. Dit is een integrale aspectcontrole die samen met brandweer en gemeentelijke toezichthouders kan worden uitgevoerd.
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
46
Bijlage 6 Toezicht op kleine bouwwerken
Naar aanleiding van een besluit van de gemeenteraad om formatie voor constructiecontrole en bouwtoezicht af te ramen is ervoor gekozen te stoppen met het toezicht op kleine bouwwerken met “geringe veiligheidsrisico’s”. In onderstaande tabellen is aangegeven op welke kleine bouwwerken geen toezicht (tabel 1) meer wordt gedaan, in welke gevallen het toezicht afhankelijk is van beoordeling door de constructeur (tabel 2) en op welke kleine bouwwerken altijd toezicht (tabel 3) wordt gehouden Tabel 1: geen toezicht hekwerk erfafscheiding perceelsafscheiding rolhek tuinhuis tuinkas tunnelkas foliekas dierenverblijf kennel buitenren volière
dakramen dakbedekking zonnepanelen zonnecellen gevelpanelen balkonbeglazing kozijnwijziging antennes satellietschotel deurluifel
aanduidingsbord bouwinformatiebord digitaal informatiebord gebiedpromotiebord informatiezuil billboard ledscherm handelsreclame lichtreclame gevelreclame
carport overkapping berging schuurtje zeecontainer
steiger trafo (event. uitzetten) mestopslag
Tabel 2: toezicht afhankelijk beoordeling constructeur dakkapel reclamezuil dakopbouw reclamemast garage grotere overkappingen Tabel 3: altijd toezicht asbestverwijdering > team VTO
gekoppelde containers
legalisatievergunningen
telecommunicatiemast kunstobject
steigers in (jacht)havens gekoppelde trafo’s (centrale)
Handhavingsuitvoeringsprogramma 2015
47