W.((56.( .HHUVVWUDDW%UXJJH ZHEVLWHZZZSURWHVWDQWVHNHUNEUXJJHEH
INHOUDSOPGAVE 1
Gedicht Ik heb je naam in het zand geschreven.
2
Informatie over de televisiedienst op 20 februari.
4
Overdenking over beeldvorming.
11 Samen rond de Bijbel (serie van 4 Bijbelavonden). 12 Activiteiten. 13 In memoriam dr. Willem Barnard. 15 Gedichten van Willem Barnard. 19 Gebedsweek voor de eenheid der christenen. 20 Oecumenisch Officium. 21 Oecumenisch gebed. 22 Vrouwenbijbelkring (mevr. P. Verstraete-Desmet). 29 Nieuwjaarsgebed. 30 Missionair gemeente zijn. 32 Erediensten. 35 Roosters voor lectoren en koffiedienst. 36 Uitsmijter of bladvulling?
EREDIENSTEN ZONDAG OM 10.00 UUR Babyoppas & kinderdienst Koffiedrinken na de eredienst hartelijk welkom!
www.protestantsekerkbrugge.be
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 1
ZONDAG 20 FEBRUARI RECHTSTREEKSE TELEVISIEDIENST VRT 1 – 10.00 uur
1
VERENIGDE PROTESTANTSE KERK BRUGGE
1
Zie voor meer informatie blz. 3 De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 2
INFO OVER DE TELEVISIEDIENST Er wordt een gedetailleerd script (met precieze tijdsduur van de onderdelen) opgemaakt door de predikant, waarin alle gesproken en gezongen teksten van de uitzending staan. Dit dient minstens vier weken voordien naar de VRT gezonden te worden. Eens het script is ingeleverd, kan er in principe geen wijziging meer worden aangebracht. De VRT-projectleider zal een vergadering ter plaatse (technisch bezoek) plannen, waarop alle details concreet worden afgesproken (met de predikant). Op zaterdagmorgen 19 februari vindt de technische installatie plaats (camera’s, boxen, lichtinstallatie). De voorbereiding gebeurt zaterdagmiddag 19 februari vanaf 14.00 uur met aanwezigheid van alle medewerkers die aan de uitzending meewerken. Zondagmorgen dient de kerk voor de VRT-medewerkers vanaf 7.30 uur toegankelijk te zijn, om 8.00 uur is er een technische briefing en vanaf 8.30 uur is er een generale repetitie met alle medewerkers. De kerkgangers dienen om 9.30 uur aanwezig te zijn! Ik zal een liturgie voor deze dienst maken waarop de volgorde van de dienst zal staan, alsook de Bijbelgedeelten en de te zingen liederen. Kom met ons de dienst meevieren; u hebt thuis hoogstwaarschijnlijk een video of cd–speler, dus u kunt later de dienst bekijken. De televisiedienst is er voor u, maar zeker ook voor mensen die aan huis gebonden zijn, voor zieken en bejaarden, die we hopelijk een zinvolle en troostrijke boodschap kunnen meegeven. Dat de kerk die zondag in een studio veranderd, nemen we er dan ook graag bij. Familieleden, kennissen e.a. kunt u aansporen om in de kerk met ons mee te vieren of anders te kijken! De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 3
OVERDENKING OVER BEELDVORMING bij het begin van het nieuwe jaar Het zal u absoluut niet verbazen als ik zeg, dat ik graag wil horen bij de groep mensen die zich christen noemt. Ik geloof in God en sta achter de woorden van de apostolische geloofsbelijdenis, zoals die bekend is in het katholicisme en het protestantisme (waarvan ik actief deel uitmaak). Voor mij is geloven niet zozeer een aantal zaken uit het hoofd kennen (hoewel dat altijd makkelijk is), maar veeleer: vertrouwen. Dat vertrouwen is niet redelijk te verklaren en ik kan dan ook geen afdoend antwoord geven op vragen vanuit (puur) rationalistische hoek of van de kant van het humanistisch–atheïsme. Het is een bijna niet te verklaren keuze, maar die keuze is voor mij wel wezenlijk. En bewust. Natuurlijk speelt het mee dat mijn moeder mij de traditie c.q. het geloofsgoed heeft meegegeven en daar ben ik haar dankbaar voor. Natuurlijk heb ik de manier van geloven en het praktiseren daarvan anders ingevuld dan zij dat deed, niet beter, anders. En op mijn beurt hebben mijn vrouw en ik dat weer doorgegeven aan onze kinderen, die dit vertrouwen zelf ook uitgesproken hebben, maar er ook weer anders mee omgaan dan wij dat doen. Hieronder leest u één en ander om aan te geven, wat me boeit / intrigeert in het geloof. Als ik het juist heb kijkt de gemiddelde Vlaming ongeveer 22 uren televisie per week. Televisie bepaalt mede de beeldvorming. In het bekende radioprogramma (spijtig genoeg afgelopen) ‘Jongens en wetenschap’ hoorde ik eens iemand iets vertellen over de invloed van televisie op de beeldvorming van de mensen.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 4
Een voorbeeld: in Amerikaanse televisieseries zie je dat dokters mensen reanimeren en het schijnt dat 75% van de mensen in die series dat overleeft, terwijl het in de werkelijkheid veel minder is. Dat betekent voor de rouwverwerking van de nabestaande wiens geliefde gereanimeerd moest worden –maar helaas stierf– de vraag opkomt: hebben de dokters iets verkeerd gedaan? Naast deze beeldvorming van mensen is er ook beeldvorming van God. Ruim 5 eeuwen voor Christus leefde de Griekse filosoof Xenophanes en van hem is de uitspraak, dat waar de goden van de Ethiopiërs zwart zijn en die van de Thraciërs blauwe ogen hebben, de os en de ezel zich ook wel hun goden als os en ezel zullen verbeelden. Dit verhaal leert mij dat onze Godsbeelden te maken hebben met onze manier van spreken over God en dat die manier van spreken beperkt en onvolledig is. Als mensen vormen bij bewust of onbewust ‘beelden’ van elkaar. Maar onze zienswijze heeft nadelen, zeker als we die ‘beelden’ absoluut maken. Om aan dat gevaar te ontkomen moeten we het ‘beeld’ dat we hebben van onze medemensen hebben relativeren. Want naast onze zienswijze zijn er ook andere zienswijzen mogelijk. Je kunt de medemens niet in een vakje stoppen of er een etiket op plakken. Daar is de ander te veelzijdig voor. Met het ene beeld dat je van iemand hebt kan wel iets, maar niet alles over die mens gezegd worden. Een patiënt in een ziekenhuis of psychiatrische kliniek is meer dan zijn ziekte; een gehandicapte meer dan zijn handicap; een vrouw is geen lustobject, maar een medemens, een partner, een collega, een vriendin, een echtgenote enz. We maken ook beelden van God. Het zijn dan wel geen letterlijke beelden, maar toch dienen we hier kritisch te zijn. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 5
Een beeld is een vaststelling, maar God laat zich niet vastleggen. Want elk absoluut ‘godsbeeld’ doet God onrecht omdat hij de ‘Gans Andere’ is. Je kunt God niet opeisen of voor je karretje spannen! Maar ik besef terdege, dat we moeilijk anders over God kunnen spreken dan met onze menselijke begrippen. In de Bijbel wordt in beeldende taal over God gesproken, over zijn gezicht, ogen, mond enz. Zo wandelt God in de hof van Eden of spreekt met mensen, Hij wordt aangeduid als koning, rechter, vader. Er worden zelfs beelden ontleend aan de natuur en dingen als rots, vesting, schild en hoorn. Aan de andere kant lezen we in de Bijbel ook over het stukslaan van beelden, letterlijk en figuurlijk. Juist om te voorkomen dat de mens meent God te begrijpen of te beheersen. Er bestaan ook godsbeelden waarbij je vraagtekens kunt zetten of die je zonder meer moet afkeuren. Bijv. voorstellingen waarmee mensen hun bevoorrechte positie verdedigen om onrecht, geweld en armoede te rechtvaardigen. En er zijn voorstellingen van God, die sommigen naast zich hebben neergelegd en die anderen dan weer koesteren: 1ste: God die onze geschiedenis tot in de details regelt. Dan komt de vraag op of God ook de bewerker van al het onrecht in de wereld is. 2de: God die goeden beloont en de kwaden straft. Dan is de vraag: als je welgesteld bent of altijd gezond, zou dit dan Gods antwoord op jouw goede manier van leven zijn? En zo niet, word je dan gestraft? 3de: God als krachtige heerser die zijn tegenstanders vernietigt. Hier is de vraag: kent God geen emotie? Als reactie op die zienswijzen kwamen andere beelden, die uiteindelijk ook niet altijd en overal voldeden, zoals God die zich niet met alles bezighoudt in ons mensenleven. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 6
Of God als de meelijdende God, die dicht naast ons staat. Een God die er is, ook in een dal van diepe duisternis, zoals we lezen in Psalm 23. Nu wil ik hiermee niet zeggen dat we maar moeten zwijgen met ons spreken over hoe we God zien. Ten andere: het tweede gebod (‘woord’) zegt dat we geen gesneden beeld, geen denkbeeld moeten maken. Ik neem dit woord van God ernstig, maar kan ook zeggen dat dit woord ons het zwijgen niet oplegt om over God te spreken. Dat zou ook in tegenspraak zijn met het Bijbelse getuigenis. Ik wil nog een paar Bijbelse voorbeelden geven, te beginnen met een deel uit het Oudtestamentische boek Amos. Deze profeet geeft rond 770 een bepaald beeld van God weer. Hij wordt geroepen om in het Noordrijk (Israël) te gaan profeteren in een tijd van een tamelijk sociaal–politieke vrede onder koning Jerobeam II. De felheid van Amos ligt niet voor de hand, want er heerst welvaart in het land, ook al is er een zekere dreiging van de Assyriërs in het noorden en de Egyptenaren in het zuiden. De boerenzoon Amos –die profeet is geworden– komt door zijn waarschuwende profetie in botsing met de overheid. Echte profetie is vaak een gevaar voor het staatsbestel. Amos stelt lastige vragen, zoals: “Is jullie voorspoed een zegen? Is jullie winst rechtvaardig verkregen? Zijn de maatschappelijke verhoudingen te verdedigen als je ziet hoe armen onderdrukt worden, het recht verkracht wordt, hoe onzedelijkheid, drankmisbruik en oneerlijkheid heersen?” De machtshebbers vragen zich af waar dat ‘profeetje’ de moed vandaan haalt om zo te spreken. Amos antwoordt dat zijn oordeelswoorden niet van hem zijn, maar van God. Dit wordt duidelijk door het gebruik van de stijlfiguur: De leeuw heeft gebruld, wie zou niet vrezen? De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 7
Met andere woorden: Hij heeft Gods stem gehoord en kan niet anders dan Gods oordeel aankondigen. Hij twijfelt er niet aan dat het spreken van God echt is. Zijn interpretatie laat ik staan, maar ik wil (mag) dat beeld niet verabsoluteren; het is een beeld uit zijn tijd! Er is meer over God te zeggen, vanuit andere tijd en vanuit onze tijd. Dat is bijvoorbeeld te lezen in de Nieuwtestamentische tekst uit Johannes 10. Hier komt het beeld van de goede Herder naar voren. Veiligheid, geborgenheid en liefde zitten erin. De herder zorgt voor de schapen. Dit beeld zegt dat mensen geen anonieme massa zijn. Bij Jezus mag de mens naam hebben. Jezus is de goede Herder, Die zijn leven inzet voor de schapen. Dat beeld mag je ook gebruiken! Ik vind het een mooi en troostend mooi beeld. In een tekst uit Matteüs vraagt Jezus zijn leerlingen: Wie zeggen jullie dat Ik ben? Er zijn veel Jezusbeelden. Jezus als de zachtmoedige vredestichter, de revolutionair, het houvast in het lijden. In de Bijbel vinden we naast de man van Nazareth die aan tafel zit met tollenaars en zondaars, de Heerser van de Apocalyps. Naast de Hogepriester uit het Bijbelboek Hebreeën, de nieuwe mens van Paulus. Naast de lijdende dienaar, de hemelse mensenzoon of vergoddelijkte Heer. Een deel van het volk zag Hem als de Bevrijder, die hen zou verlossen van de Romeinse bezetting. Ook theologen hebben antwoorden gegeven. De een stelt Jezus voor als voorbeeld van het nieuwe mens–zijn, de ander als prediker die onze angst wegneemt. Anderen zien in Jezus de Genezer, die alle geestelijke en lichamelijke problemen van de mens oplost. Al die zienswijzen hebben hun beperking. Wie is Jezus?
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 8
De kerkvader Augustinus gaf al aan dat dit moeilijk is, toen hij schreef: “Hoe hoog de gedachten ook mogen gaan, God is telkens verder. Als je het begrepen hebt, is dat niet God. Als je het kon begrijpen, begreep je niet God, maar slechts een beeld van God. Als je het bijna kon begrijpen, ben je bedrogen door je beschouwing”. God is radicaal anders! Als je wilt weten Wie God is, moet je bij Jezus zijn. Paulus zegt: Niet wij, maar de opgestane Christus is het ware beeld van de onzichtbare God. Jezus zegt: Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien. In de praktijk moet dit door elk mens ontdekt worden. Dat is niet eenvoudig in een tijd van kerkverlating en bevragen van het geloof, een tijd van ‘Godsverduistering’, waarbij de vraag is: zijn wij er de oorzaak van dat we het zicht op God verloren hebben, of heeft God zijn aangezicht voor ons verborgen? Toch is het een uitdaging om te blijven zoeken naar antwoorden in de snel veranderende wereld met goede communicatiemogelijkheden, techniek, wetenschap. Maar de keerzijden zijn: armoede, vervuiling, verschraling op terreinen van emoties, relaties en creativiteit, met als gevolgen: onzekerheid, vereenzaming, zelfdoding, wantrouwen, op zoek zijn naar zekerheid. Hoe ga je daar als christen mee om? Je kunt alles wat er gebeurt rond geloof en kerk ontkennen, vluchten in fundamentalisme of extremisme, de schuld geven aan anderen (theologen, kerk, jongeren, ouders), het geloof zien als privéaangelegenheid. Vanuit het Evangelie valt te pleiten voor een andere manier die meer energie vraagt: Zoeken, op weg gaan, jezelf open stellen voor verdieping. Onderzoekt alles en behoudt het goede! Luister naar de ervaring van mensen, ga terug naar de Bijbelse grondwoorden, houd je bezig met theologische opvattingen, met onze mensbeelden (visie op vrouw, vreemdelingen). De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 9
Wie zeggen wij dat Jezus is? Christenen zeggen: “de Zoon van God”. Op de belijdenis van Petrus “U bent de Christus” is de christelijke gemeente gebouwd. De inhoud van dit getuigenis is niet zo zeer een geformuleerde waarheid, maar heeft als vaste grond een levende Persoon, Jezus Christus. Getuigen vraagt een persoonlijke keuze en is ook een waagstuk. Zolang mensen vertellen wat andere mensen van Jezus vinden, nemen zij geen risico. Maar geloven is kiezen en zich dan –in alle vrijwilligheid– binden aan God. En dat hopelijk samen met anderen, als kerkelijke gemeente, waar men met elkaar kan bidden, danken, lofprijzen, zingen, luisteren, spreken, troosten. Hoe gebrekkig het kerkelijk gemeenteleven ook is en hoeveel ergernissen dit soms wekt, wij mogen God danken dat wij elkaar hebben en niet moederziel alleen in deze wereld hoeven te staan met ons geloof. Wie Jezus belijdt, ervaart een vaste grond onder de voeten, namelijk Gods Woord dat staat in eeuwigheid. Van daaruit kan de gemeente vaststaan in de storm der tijden en heeft de christen midden van alles wat wankelt een houvast. In Jezus komt God aan het licht. Hij is de volmaakte belichaming op aarde, het concrete en inspirerende alternatief voor een betere manier van leven. Licht van de wereld is Hij, brood van het leven, goede Herder. Herder van mensen, geef ons oren die kunnen luisteren geef ons ogen die kunnen zien geef ons een hart dat bewogen is om medemensen. Leer ons behoedzaam te leven in Uw naam, Herder van mensen.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 10
SAMEN ROND DE BIJBEL De oecumenische werkgroep “Samen rond de bijbel” nodigt u van harte uit op vier Bijbelavonden. De serie bestaat uit 4 maandagavonden, telkens rond een andere gelijkenis en ingeleid door een verantwoordelijke van een telkens andere Brugse kerkgemeenschap. Maandag 21 februari – 19.30-21.30 uur Bijbelhuis Zevenkerken, Zevenkerken 4, 8200 Sint-Andries DE TALENTEN - Inleider: deken Stany d’Ydewalle Maandag 14 maart – 19.30-21.30 uur Kapel 't KEERSKE, Keersstraat 1, 8000 Brugge DE BARMHARTIGE SAMARITAAN Inleider: Ds. Cor de Beun (VPKB) Maandag 4 april – 19.30-21.30 uur Christelijk Ontmoetingscentrum Tabor Dampoortstraat 168, 8310 Sint-Kruis DE VERLOREN ZOON - Inleider: Dhr. Nick Vandeputte Maandag 2 mei – 19.30-21.30 uur Adventkerk, Frèren Fonteinstraat 9, 8000 Brugge DE HUISBEHEERDER Inleider: Dhr. Johan Delameilleure De avonden verlopen als volgt: Welkom, inleiding op en toelichting bij de gelijkenis, korte tijd om zelf na te denken, bespreking in “gemengde” gespreksgroepen van 4 personen, gebedsmoment (inleider), hapje en een drankje. Inschrijven via uw eigen kerkgemeenschap. Om het interkerkelijk karakter te waarborgen, aanvaarden we maximaal tien personen per kerkgenootschap. Breng je Bijbel mee! We vragen voor de vier avonden een bijdrage van 10€. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 11
ACTIVITEITEN NIEUWJAARSRECEPTIE. Zondag 16 januari, na de eredienst, in de kerk. VROUWENBIJBELKRING. Maandag 10 januari en 14 februari van 13.45-15.45 uur o.l.v. mevr. P. Verstraete. BIJBELSTUDIEKRING Op dinsdag 15 februari in de kerkzaal, aanvang 19.30 uur. Het thema: Geluk. We bekijken Bijbelse gegevens in verband met geluk en bespreken ook het boek van Leo Borremans “Geluk – the World of Happiness”, een bestseller in 2010. In de televisiedienst van zondag 20 februari komt het thema ook aan bod. KOORZANG Repetities voor de televisiedienst in de kerk op maandag van 19.30 – 21.00 uur: 10, 17, 24 en 31 januari, 7 en 14 februari 2011. KERKENRAADSVERGADERING Dinsdag 11 januari in het kerkcentrum (19.30 uur). DISTRICTSVERGADERING. Zaterdag 15 januari, PCC Gent, 14.00 uur. Nadien een Nieuwjaarsreceptie.
STEUN DE BRUGSE KERKBODE U kunt ons kerkblad financieel steunen door € 9 over te maken op rekeningnummer 000-0165874-04, t.n.v. Vrienden Protestantse Kerk Brugge. Mensen uit Nederland vragen we € 15 te willen overmaken op de Nederlandse giro 400456, t.n.v. Verenigde Protestantse Kerk Brugge. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 12
IN MEMORIAM DR. WILLEM BARNARD De dichter, schrijver, liturg en theoloog Willem Barnard overleed in zijn woonplaats Utrecht op zondag 21 november. Dit was in liturgische zin de laatste zondag van het protestantse kerkelijke jaar, de zogenaamde Eeuwigheidszondag of gedachteniszondag. Het is gebruikelijk om op deze dag de overledenen te herdenken. Barnard hechtte sterk aan het kerkelijke jaar. In de jaren vijftig had hij het zogenaamde lectionarium het liturgische leesrooster –stammend uit de Middeleeuwen– herontdekt. Zijn vele liturgische boeken cirkelen rond dit thema: het lezen van de Bijbel in volgorde, in samenhang en toegespitst op de hoogtijdagen van die kalender: Kerst, Pasen en Pinksteren. Van zo maar op de klank af lezen, Bijbelteksten zo maar lukraak kiezen, wilde Barnard niets weten. De Schriften kennen een eigen orde, betoogde hij. In zijn boek ‘Stille omgang’ deed hij uitvoerig uit de doeken welke rijkdommen in beeld komen als je volgens de kerkelijke orde leest. Willem Barnard publiceerde onder het pseudoniem Guillaume van der Graft meer dan twintig dichtbundels, alsook –onder zijn eigen naam– publicaties met teksten voortgekomen uit jarenlange liturgische praktijk. Hij geldt als een van de belangrijkste dichters zowel op het gebied van psalmvertalingen als nieuwe gezangen. In 1946 werd Barnard predikant in Hardenberg en debuteerde als dichter met de bundel 'In exilio'. Zijn grote doorbraak beleefde hij in 1953 met de bundel 'Vogels en vissen'. Aanvankelijk werd hij in een adem genoemd met generatiegenoten als Gerrit Kouwenaar en Simon Vinkenoog.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 13
Maar toch bleef hij een buitenstaander, iemand die meer wilde dan een experiment met vorm en klank alleen en zocht naar de diepere mythologische betekenis van de taal. Na Hardenberg is Barnard tot 1975 predikant geweest in Nijmegen, Amsterdam en het Gelderse Rozendaal. In die periode werkte hij in opdracht van de kerk als dichter en vertaler nauw samen met Martinus Nijhoff, Ad den Besten, Schulte Nordholt en Jan Wit. Het leidde tot een nieuwe psalmberijming die haar weg vond in het 'Liedboek van de Kerken' waarin 76 liederen van hem staan. Ook nam hij een bijzondere plaats in als exegeet. Met name 'Stille omgang' (1992), waarin hij de Bijbel op uiterst persoonlijke wijze bespiegelt, wordt in brede kring veel gelezen. In 1997 maakte Van der Graft als dichter een opmerkelijke comeback na de verschijning van het aan zijn overleden vrouw opgedragen 'Onbereikbaar nabij'. Het leidde tot nieuw werk dat - steeds vaker gericht op de liefde, de dood en de poëzie - zelf steeds soberder en kernachtiger werd. Toen Barnard in 2004 'Anno Domini', een dagboek publiceerde, had Knack-redacteur Piet Piryns een interview met hem over dit boek vol tegendraadse aforismen en politieke overpeinzingen. Hij schreef er onder andere dat hij zich 'proteliek en kathestant' voelde. Willem Barnard, die de laatste drie jaar van zijn leven in een rolstoel zat na een heupfractuur, was nog steeds helder van geest. We wilden bewust een hommage aan deze grote man brengen, zeker ook omdat we (als ik goed gelezen heb) in de Vlaamse pers weinig of niets hoorden na zijn overlijden. Bron: Persberichten en interview Knack (oktober 2004).
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 14
DRIE LIEDEREN OVER DE DODEN – WILLEM BARNARD2 I De doden zijn begraven, zij wachten tot er weer een levenslicht zal dagen, zij wachten op de Heer. De vader van het meisje kwam voor zijn dochter op: o Jezus, begeleid ze voorbij de levensloop! De moeder kwam hem tegen toen zij haar zoon begroef: o Jezus, laat hem leven, gij komt geen uur te vroeg! Had gij uw komst bespoedigd en dit met ons doorstaan, o Jezus, onze broeder zou niet zijn doodgegaan! De doden zullen horen wanneer gij voor hen staat, zij worden weer geboren, gij komt geen uur te laat!
2
Uit ‘Op een stoel staan – herfst en winter’, bundel 3, Haarlem, 1979, blz. 80-83 De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 15
II
De doden zijn bescheiden, zij trekken zich terug, ze zijn niet te bereiken, ze liggen op hun rug.
Hun tongen zijn als zerken op het woord van hun hart, onder hun dode werken worden hun handen zwart.
Hun ogen lege nesten, de vogels zijn er niet, zij vlogen naar het westen, een onbekend gebied.
De doden liggen onder een dunne laag van tijd, hun zielen gaan te gronde. God, roep hun namen uit!
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 16
III Niemand die U verstaat dan wie onder Uw ogen uit de doden opstaat, uit het water getogen; Mozes die uit de Nijl, uit de ark opgeheven, wakker wordt in het heil, het diepzinnige leven; Israël, uit de zee, op een andere oever, met zijn middelaar mee naar het braambos geroepen; Jozua, de Jordaan herademend te boven, die het beloofde land onder Uw zon verovert; Elia die het kleed achter zich laat ontvallen, achteloos en gereed om als vuur neer te dalen. Niemand die U verstaat, tenzij onder Uw ogen, met het vuur dat neerslaat uit de zon, uit den hoge.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 17
De zon daalt in de schoot van de moeder de aarde en de hemel wordt rood, want de dag is genaderd; het dochtertje dat zich in de dood had verslapen ziet een nieuw ochtendlicht over zich heen ontwaken; en de zoon, uit de stad op een baar uitgedragen, als een geboorte laat gij licht over hem dagen; Lazarus in de steen in de schelp van de doden, met de nacht om hem heen, hoort Uw nieuwe geboden. Tranen hebt gij gestort en de stenen ontgonnen en de mens, een nieuw woord, is als een zaad begonnen. Niemand die U verstaat, dan wie onder Uw ogen alles achter zich laat en U volgt, opgetogen.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 18
Thema Week van Gebed 2011: ‘Trouw en toegewijd’ De Week van Gebed in 2011 een gezamenlijk thema vastgesteld. Het thema ‘Trouw & Toegewijd’ verwoordt heel kernachtig de houding die de christelijke gemeenschap nastreeft. De gebedsweek van beide organisaties vindt in 2011 plaats van 16 tot 23 januari. Honderdduizenden christenen nemen hier deel aan. Het thema is gebaseerd op de Bijbeltekst uit Handelingen 2: 42 waar staat: Ze bleven trouw aan het onderricht van de apostelen, vormden met elkaar een gemeenschap, braken het brood en wijdden zich aan het gebed. In dit Bijbelvers worden vier belangrijke kenmerken genoemd van een missionaire gemeente: trouw aan het woord en aan elkaar, het breken van het brood en toewijding aan gebed. Gebed is niet alleen een ‘spirituele ervaring met God’, het is ook een kwestie van toewijding en volharding. Dat was de kracht en het geheim van de vroege kerk. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 19
Dit Bijbelgedeelte is aangedragen door een groep Palestijnse christenen. Het gemeenschappelijke thema maakt het voor gemeenten, parochies en gebedsgroepen op lokaal niveau makkelijker om de gebedsactiviteiten begin januari een gezamenlijke invulling te geven. De Raad van Kerken en de Evangelische Alliantie ontwikkelen beide materiaal voor de gebedsweek dat geschikt is voor de eigen achterban. Die toerustingsmaterialen verschijnen in het najaar. De aan de Raad van Kerken verbonden kerken kennen al meer dan honderd jaar een Week van gebed voor de eenheid van de christenen. In evangelische kringen bestaat al ruim 160 jaar een traditie om het nieuwe jaar met de Week van Gebed in Gods hand te leggen.
OECUMENISCH OFFICIUM SINT-JACOBSKERK BRUGGE ZONDAG 23 JANUARI 16.00 UUR Zoals al jaren de traditie, vieren we een gebedsdienst met (koor) zang en verkondiging. Vanwege werken in de kathedraal, vieren we het officium in de Sint-Jacobskerk! Medewerking: Het kathedraalkoor Brugge o.l.v. Ignace Thevelein Parochiekoor orthodoxe kerk o.l.v. Carlo Snauwaert Organist: Ignace Michiels Voorgangers de bisschop van Brugge Mgr. J. De Kesel, E.H. Tilleman, E.H. B. Peckstadt, en ds. J.C. de Beun. De overdenking wordt dit jaar verzorgd door uw predikant. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 20
OECUMENISCH GEBED Vader in de hemel, wij danken en prijzen u voor wat u ons gegeven hebt: uw eniggeboren Zoon, Jezus. Wij danken u voor zijn geboorte in Bethlehem, zijn optreden in het heilig land, zijn dood aan het kruis en zijn verrijzenis en hemelvaart. Hij is gekomen om verlossing te brengen aan dit land en aan de wereld. Hij kwam als de vredesvorst. Wij brengen u dank voor elke kerk over heel de wereld die vandaag met ons verbonden is in gebed voor vrede. Onze heilige stad en ons land hebben vrede hard nodig. Uw liefde voor iedereen is een ondoorgrondelijk geheim. Laat dan ook de kracht van uw verlossing en uw vrede alle hindernissen overstijgen tussen culturen en godsdiensten. Laat het de harten vullen van allen die U hier dienen, en uit alle religies. Zend ons politieke leiders die bereid zijn om zich helemaal in te zetten om voor hun volken vrede tot stand te brengen. Geef ons leiders die begrip hebben voor de heiligheid van uw stad en die haar openstellen voor al haar bewoners– Palestijns of Israëlisch – en voor heel de wereld. Bevrijd ieder van ons van de zonde van haat en moord in dit land door u geheiligd. Vader in de hemel, wij vertrouwen op u. Wij geloven in uw goedheid en ook dat die goedheid sterker zal zijn dan het kwaad van oorlog en haat in ons land. Wij vragen in het bijzonder uw zegen voor kinderen en jongeren: dat hun angst en de vrees voor botsingen mag plaats maken voor de vreugde en het geluk van vrede. Wij bidden ook voor bejaarden en invaliden: dat het hun goed mag gaan en dat zij een bijdrage kunnen leveren aan de toekomst van dit land. God, geef aan de politici en de regeringen wijsheid en moed om passende en rechtvaardige oplossingen voor hen te vinden. Amen. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 21
Vrouwen(bijbel)kring van januari 2011 VROUWEN IN DE BIJBEL Deel 3 : Rebekka – een vrouw met grote mogelijkheden en toch … (Genesis) Het verhaal begin als een sprookje. Een begeerde vrijgezel in het land zoekt een vrouw… De aanstaande bruidegom Isaak is de zoon van een rijk man, erfgenaam van een aanzienlijk fortuin. (Genesis 24:34-36) Hij, Isaäk, leeft in een tijd waarin de ouders het huwelijk regelen. Daarom treft zijn vader, Abraham, grondige voorbereidingen voor het huwelijk van zijn zoon. Hij stuurt een man, aan wie hij een delicate opdracht kan toevertrouwen – naar algemeen wordt aangenomen zijn huisbewaarder Eliëzer – naar Haran in Mesopotamië. Dit is de stad waar hij zelf een tijdlang heeft gewoond en waar hij nog familie heeft. Isaäk mag geen vrouw uit de Kanaänieten huwen temidden van wie hij woont, want op dat volk rust de vloek van God. (Genesis 9:18-27). De vrouw van Isaäk mag geen heidense zijn, maar iemand die dezelfde God aanbidt als hij. Hij mag geen huwelijk sluiten met een ongelovige, want dat vormt een ongelijke span. (2 Cor. 6:14-18) Abraham gelooft dat God ook voor Isaäk een vrouw heeft. Als vader kan hij zijn zoon huis en have en goed nalaten, maar een verstandige vrouw kan alleen God geven. Een goede vrouw is een geschenk van God en een blijk van zijn gunst. (Spreuken 18:22) “Wie een vrouw vond, heeft iets goeds gevonden en gunst van de Here verworven.” Abraham is er zeker van dat God zelf de leiding van de reis op zich zal nemen mits Hij daarin wordt gekend. (Spreuken 3:5-6) “Vertrouw op de Here met uw ganse hart en steun op uw eigen inzicht niet. Ken Hem in al uw wegen, dan zal Hij uw paden recht maken.”
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 22
Hij bemoedigt zijn huisbewaarder dan ook met de belofte dat God zijn engel zal vooruit zenden om het contact met de juiste vrouw te verzekeren. (Genesis 24:7) “De Here, de God des hemels, die mij genomen heeft uit mijns vaders huis en uit het land mijner maagschap, en die tot mij gesproken heeft, en mij heeft gezworen : aan uw nageslacht zal Ik dit land geven – Hij zal zijn engel voor uw aangezicht zenden, en gij zult vandaar voor mijn zoon een vrouw nemen.” Als hij na een tocht van zo’n negenhonderd kilometer de stad van Nahor, de broer van Abraham, bereikt, informeert hij niet bij de eerste de beste naar diens adres. Hij bidt. Tegelijk doet hij wat het meest voor de hand ligt. Praktisch zoekt hij de centrale plaats van de stad. De waterput. Daar komen de vrouwen om water te halen. Het loopt tegen de avond. Ze zullen niet lang op zich laten wachten … Hoe selecteert hij uit de velen de ene ? De vrouw die God bestemd heeft voor de zoon van zijn heer ? Alles komt nu op zijn leiding aan en daarom tast hij biddend zijn weg af. Vertrouwelijk vraagt hij om een herkenningsteken : (Genesis 24:12-22) Ondanks zijn beknoptheid getuigt dit gebed van inzicht. Een oosterse vrouw is schuchter in de omgang met mannen. Als het meisje hem, een onbekende man, op een dergelijke vrijmoedige manier tegemoet treedt zal hij daaruit Gods leiding aflezen. Is hij erop bedacht dat de verhoring van zijn gebed ook dingen over het meisje aan het licht zal brengen? Het is geen kleinigheid om tien kamelen te drenken. Dat betekent zo’n honderd vijftig tot driehonderd liter water scheppen en van de lager gelegen bron naar boven dragen. Dat eist lichamelijke kracht en gezondheid. Nadat de kamelen genoeg gedronken hebben, laat de onderzoekende blik van de vreemdeling haar geen moment los. Zwijgend slaat hij haar gade… De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 23
De rijke beloning verrast haar. Hoewel, ook weer niet. De man is vertegenwoordiger van een rijke heer. Dat ziet ze aan de staat van zijn gevolg.(Genesis 24 : 22-32) Die nacht is er weinig geslapen in het huis van Bethuël. Nadat Laban, Rebekka’s broer, de man naar huis gehaald had en die zijn verslag had gedaan, bleef er maar één conclusie over : dit is de leiding van God. Ze hadden gehoord hoe het zoeken van een vrouw voor Isaäk stoelde op de belofte van God. Zoals Isaäks geboorte en leven bewijzen waren van de vervulling van Gods beloften, zo had ook zijn huwelijk daarmee te maken. In het vertrouwen daarop hadden Abraham en Eliëzer gehandeld. Ze waren overtuigd geweest dat ze de wil van God deden en daarom waren ze ook zeker van de verhoring van hun gebeden. Hun vertrouwen was niet beschaamd geworden. God had duidelijk zijn weg gewezen. God bewijst zijn leiding ook door de instemming van de familie. Het huwelijk is geen zaak van partners alleen; ook anderen, vooral de ouders, zijn erbij betrokken. Maar Hij die Eliëzer feilloos naar het juiste meisje leidde, wekt in haar hart een overtuiging zo sterk dat ze volmondig ja zegt op de vraag : ‘Wil je met deze man meegaan ?’ De familie heeft een stem in het kapittel maar de uiteindelijke beslissing berust bij haarzelf. Het wordt een stap in het geloof. De afstand tussen haar toekomstige woonplaats en het ouderlijk huis maakt het tot een afscheid voorgoed. De enigen die haar zullen herinneren aan thuis zijn haar voedster, Debora en een paar dienstmeisjes, die met haar meegaan. Als Rebekka Isaäk ziet is er een innerlijke herkenning. Ze stijgt meteen af uit respect voor de man die hun tegemoet komt. Ze sluiert zich, zodra ze weet dat hij haar bruidegom is. Het gezicht van een bruid in het oosten mocht en mag vaak nog niet gezien worden voordat de huwelijksceremonie achter de rug is. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 24
Nadat de huismeester Isaäk heeft verteld hoe God elk onderdeel van zijn gebed in vervulling heeft doen gaan, ontmoeten de twee elkaar. Een al wat oudere vrijgezelle man en ’n jong meisje dat nog maagd is. De Geest van God, die tot het schrijven van de Bijbel inspireerde (2 Petrus 1 : 20-21) stelt er prijs op Rebekka’s ongereptheid in dit verband nadrukkelijk te vermelden. Rebekka, een jong, onbekend meisje, wordt ingelijfd in de geschiedenis van Abraham, de stamvader van het Joodse geslacht, de vader van alle gelovigen, de vriend van God. Ze stapt een toekomst binnen vol van beloften. Wat gaat ze daar van maken ? In (Genesis 25:19-34) staat er geschreven dat Rebekka aanvankelijk onvruchtbaar was. Nadat Isaäk voor haar gebeden had, werd Rebekka zwanger van een tweeling, Esau en Jakob. We lezen verder in (Genesis 25 : 29-34) dat Esau zijn eerstgeboorterecht verkoopt aan Jakob. Er kwam hongersnood in het land en Isaäk en Rebekka gaan naar Abimelek, de koning der Filistijnen in Gerar. (Genesis 26 : 1-3) Isaäk maakt Abimelek wijs dat Rebekka zijn zuster is om zijn eigen leven te sparen. Deze leugen komt uit en Abimelek gebiedt het volk : Wie deze man of zijn vrouw aanraakt, zal zeker ter dood gebracht worden. (Genesis 26 : 7-11) Verder lezen wij in de Bijbel dat Isaäk zaaide in dat land en oogstte zodat hij een heel rijk man geworden was. Abimelek gebood Isaäk en Rebekka om het land te verlaten omdat ze veel machtiger geworden waren dan zijn volk. (Genesis 26 : 12-17). Verder lezen we : Zover is ze dan gekomen dat Rebekka de man die ze jaren geleden als een Godsgeschenk beschouwde, nu bespiedt. Er is geen goede communicatie meer tussen haar en Isaäk. Hun gezin is geen eenheid gebleven, het is verdeeld in twee mini-wereldjes.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 25
Het ene bestaat uit Isaäk en Esau, het andere uit Rebekka en Jakob. Rebekka ziet haar oudste zoon – Esau – de tent van zijn vader binnengaan. Meteen is haar achterdocht gewekt. Wat kunnen die twee samen te bepraten hebben ? Ogenschijnlijk is het alsof de kinderen hen uit elkaar hebben gedreven. De jongens, tweelingen, verschillen als dag en nacht. Esau is een harige, ruwe klant, zowel uiterlijk als van karakter. Een man die van ’t buitenleven houdt en die de liefde van zijn vader heeft gewonnen, omdat die het wildbraad dat zijn oudste zoon hem na de jacht voorzet, zo lekker vindt. Jakob, de jongste, is tengerder gebouwd en geslepen van karakter, een huiselijke jongen. Hij is de lieveling van zijn moeder. Maar vandaag heeft Rebekka geen tijd voor bespiegelingen van het verleden. Ze heeft andere dingen aan haar hoofd. De toekomst staat op het spel, die van haar lieveling : Jakob. Rebekka mag dan om en bij de tachtig zijn, aan helderheid van verstand en snelheid van handelen heeft ze niet ingeboet. Zo speelt de oude vrouw voor luistervink, bij haar eigen man. Isaäk, die de honderd is gepasseerd, begint zich oud te voelen en treft voorbereidingen voor zijn dood. Hij wil de zegen van God die via Abraham op hem rust nu – tegen Gods woord in – op zijn oudste zoon overdragen. Zo’n plechtigheid tussen vader en zoon werd in die tijd en nog eeuwen daarna gevierd met een maaltijd. Rebekka is meteen gealarmeerd. Er dreigt iets mis te gaan. Had God voor de geboorte van de kinderen haar niet duidelijk gezegd : ‘De oudste zal de jongste dienen’ ? Door Isaaks handelswijze wordt Gods verkiezing genegeerd. Dat mag in geen geval gebeuren. In de achter liggende jaren heeft ze ook begrepen waarom Gods voorkeur naar Jakob uitgaat. Esau heeft bewezen dat hij Gods geboden niet ernstig neemt. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 26
Hij heeft zijn eerstgeboorterecht, dat in Gods oog heilig is, onverschillig verruild voor een bord eten. Ook heeft hij heidense vrouwen getrouwd. Zonder aarzeling besluit Rebekka haar man en Esau, die toch ook haar kind is, te bedriegen. Jakob blijkt geen moeite met het bedrog te hebben. Hij is alleen bang voor de ontdekking en de vloek die hij op zich kan laden. Bij Rebekka heiligt het doel de middelen. Is de kloof tussen haar en God zo groot geworden ? De onbegrijpelijke tegenstelling doet zich voor, dat een vrouw die Gods plan wil uitvoeren, zijn vloek niet vreest. Roekeloos klinkt het : ‘Uw vloek zij op mij, mijn zoon.’ Alles verloopt dan heel snel, en juist voordat Esau met zijn dampend gerecht voor de deur van zijn vaders tent staat, heeft Jakob de zegen kunnen stelen. Weggrissen. Rebekka mag dan denken dat ze heeft gewonnen, in feite heeft ze verloren. Het verdriet dat ze haar oudere man met haar slinkse streken berokkent, blijft niet zonder gevolgen. Isaäk, wiens naam lachen betekent, heeft dat lachen voorgoed verleerd. Als Esau aanvankelijk respect voor zijn moeder heeft gevoeld, dan is dat nu wel tot nul gereduceerd. Maar ook Jakob, haar lieveling, heeft ze schade berokkend. Hij heeft niet alleen zijn vader bedrogen en leugen op leugen gestapeld, hij heeft niet alleen Gods naam gelasterd en op de verwonderde uitroep van zijn vader : ‘Wat heb je het wild spoedig gevonden, mijn zoon’, geantwoord met : ‘Omdat de Here, uw God, mij deed slagen’, maar hij is ook een meester-bedrieger geworden, iemand die even listig als zijn moeder te werk zal gaan (Genesis 30:37-43). Dat God hem desondanks zegent (Genesis 31:11-13), is genade en geen verdienste van Jakob. Esau staat Jakob naar het leven. En zo komt ze opnieuw tot bedrog. Jakob moet het ouderlijk huis ontvluchten. Onmiddellijk. De broer van Rebekka, Laban in Haran, is een goed schuiladres. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 27
Nadat ze alles met Jakob bedisseld heeft, gaat ze naar Isaak. ‘Ik walg van mijn leven om die vrouwen van Esau’, zegt ze. ‘We moeten voorkomen dat Jakob ook een vrouw uit dit land neemt, dan heeft het leven voor mij geen waarde meer.’ Evenmin als Sara heeft Rebekka de verstrekkende gevolgen van haar daad kunnen overzien. De haat die in het hart van Esau, ook Edom genoemd, werd ontstoken is tot in verre nageslachten doorgegaan (Ezechiël 25:12-13). Door de eeuwen heen zijn de Edomieten de vijanden van Israël geweest. Herodes de Grote, de man van de kindermoord in Bethlehem (Mattheüs 2:16) en zijn zoon Herodes Antipas, de man die de Here Jezus bij zijn verhoor bespotte (Lucas 23:11) waren Iduméërs of Edomieten. Rebekka, de vrouw die met veel zorg als vrouw van Isaäk was uitgekozen en die ontegenzeggelijk door God voor die taak was aangewezen, heeft de beloften die ze bij haar huwelijk meebracht niet waar gemaakt. Haar begin was goed, maar haar einde was teleurstellend : - Omdat ze niet kon wachten op God (Psalm 27:14, 37:34). - Omdat ze het lot in eigen handen nam en het niet overliet aan God om voor haar te strijden (Deut.1:30, Exodus 14:13-14). - Omdat ze vergat dat zij die geloven niet behoeven te haasten (Jesaja 28:16). - Omdat ze God geen kans gaf te laten zien wat Hij kan en wil doen voor degene die op Hem wacht (Jesaja 64:4). P. Verstraete-Desmet. Bron : Manninne, vrouwen in de Bijbel door Gien Karssen.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 28
NIEUWJAARSGEBED
Opnieuw laat U ons een nieuwjaar beginnen, ondanks alle teleurstellingen die wij U in het afgelopen jaar hebben bereid. Wij vatten dat op als een teken van uw vergeving, wij danken U daarvoor. Wij bidden U: laat wat wij aan goede voornemens en plannen hebben, uw zegen hebben! Laat het een jaar van bekering zijn, van de bekering uit het ongeloof en de kleingelovigheid tot geloof, uit de angst tot vertrouwen op U, uit de ongehoorzaamheid tot het luisteren naar uw wil en het doen van uw wil! Heer, ontferm U over ons! Geen dag zullen wij in het nieuwe jaar alleen zijn. Dat belooft U ons. Wij bidden U: laten wij het ook mogen merken. En als we het niet merken, laten we het dan toch steeds weer mogen geloven! Zend ons mensen, die ons helpen, en zend ons naar mensen toe die ons nodig hebben! Spreek door uw Heilige Geest in onze harten, en geef ons steeds opnieuw de zekerheid, dat U ons nabij bent! Amen.
De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 29
MISSIONAIR PROCES We hopen dat u overtuigd bent van de noodzaak om te komen tot een grondige doordenking van uw kerk. Dat een goede analyse van de huidige situatie van de gemeente met haar mogelijkheden en onmogelijkheden uw kerk vooruit kan helpen. Dat het zin heeft om te achterhalen wat de wensen zijn die leven onder de kerkgangers, welke beelden er bestaan van wat een kerk zou moeten doen, wat de noden zijn van de samenleving waar de kerk mee te maken heeft. Als u ervan overtuigd bent dat de kerk voldoet aan haar taak en haar roeping en alle mensen bereikt die ze volgens haar missie zou moeten bereiken, dan bent u snel klaar met het missionair proces. Dan bent u een tevreden gelovige en werkt u met plezier aan een aantrekkelijke kerk. Maar er zijn vast velen onder u die vinden dat de kerk ‘veel meer’ zou kunnen doen, veel meer mensen zou kunnen bereiken, veel meer uitstraling zou kunnen hebben. Uw kerk bedient een kleine groep mensen en u ziet dat deze groep niet groter wordt, eerder afneemt. U ziet dat jongeren de weg naar de kerk niet meer vinden en dat veel ouderen ook thuisblijven. U vraagt zich af hoe het nu verder moet en wat we in deze zo snel veranderende samenleving nog kunnen doen als klein kerkje. U heeft vast vragen, hoop en verlangens en vindt het nodig om tot een bezinning te komen van wat mensen naar de kerk drijft. We zullen even pas op de plaats moeten maken om onze situatie in ogenschouw te nemen, te bekijken waarom we ook alweer kerk zijn, keuzes maken, om dan met nieuw enthousiasme weer op weg te gaan. We vragen daarom aan u, aan de kerkenraad, de voorgangers en alle geëngageerde kerkleden, om tijd vrij te maken om het missionaire proces ook in uw gemeente tot stand te brengen. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 30
Het proces moet plaats krijgen in het hart van uw gemeente. Elke gemeente is uniek, vol met eigen mogelijkheden. Daar ligt de uitdaging voor ons zoeken naar die kerkvormen die het beste passen in deze moderne tijd. Op de synodevergadering in november werd gesproken over het missionaire proces. Onze hoop is dat alle kerken zich bereid verklaren om in hun gemeente het proces op te starten. Hiervoor is een engagementsverklaring voorzien, waarmee deze intentie tot uitdrukking kan worden gebracht. Deze ‘engagementsverklaring’ is niet bindend, maar geeft formeel aan dat de kerkenraad het engagement wil aangaan om een denkproces te doorlopen in de eigen gemeente én tijdens dit proces haar bevindingen ten dienste wil stellen aan de andere kerken, die ook bezig zijn met hun denkproces. Zo kunnen we samen-apart elkaar steunen en bemoedigen en bouwen aan onze eigen gemeente, als ook de landelijke uitstraling van onze kerk bevorderen. Het engagement houdt het volgende in: 1) De bereidheid om als kerkenraad met alle gemeenteleden die willen participeren, een missionair proces op gang te brengen. 2) De bereidheid om de bevindingen van dit proces te delen met andere gemeenten die zich ook hebben geëngageerd. Het belangrijkste is dat we als Kerk en kerken ons herbezinnen op onze taak en ons doel, om in deze tijd volop gehoor te geven aan de roep van het Evangelie. Elke tijd kent haar eigen uitdagingen, vragen, verlangens, mogelijkheden en onmogelijkheden. Telkens opnieuw moet de kerk geherdefinieerd worden om mensen aan te spreken en te bemoedigen. Wij mogen bouwen aan onze kerken, gesteund door het vertrouwen dat ‘we het niet alleen hoeven te doen! ds. Arjan Knop. N.B. We hebben ds. A. Knop al gevraagd om een keer in februari of maart langs te komen voor een gesprek hieromtrent en hij wil dit graag doen. U hoort daar later meer over! De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 31
EREDIENSTEN
10.00
uur
ZONDAG 16 JANUARI 2011 (NIEUWJAARSRECEPTIE!) Predikant Ds. J.C. de Beun Ouderling Mevr. R. ten Kate Diaken Mevr. T. Berg Organist Jonas Desmet Bijbellezing 1 Jesaja 62:1-5 / Mevr. A. Klifman Bijbellezing 2 Johannes 2:1-11 / Mevr. R. ten Kate Zondagsschool geen Babyoppas Mevr. A. Laureys Collecte Kerk Koffiedienst Fam. A. Deceuninck ZONDAG 23 JANUARI – GEBEDSWEEK Predikant Ds. J.C. de Beun Ouderling Mevr. G. Labeur Diaken Dhr. J. van Groenigen Organist Jonas Desmet Bijbellezing Handelingen 2:36-42 Dhr. P. Hellebuck Zondagsschool Mevr. S. Loete Babyoppas Mevr. M. Lammens Collecte Kerk Koffiedienst Mevr. H. Coudyser & Mevr. M. Verbeke ZONDAG 30 JANUARI (jongerendienst apart) Predikant Ds. J.C. de Beun Ouderling Dhr. A. Deceuninck Diaken Mevr. A. Laureys Organist Mevr. L. Vercruysse Bijbellezing 1 Psalm 37:1-11 / Mevr. D. Constant Bijbellezing 2 Matteüs 5:1-11 / Ds. J.C. de Beun Jongerendienst Mevr. M. Caproni Zondagsschool Mevr. R. Verlinde Babyoppas Mevr. E. Vanryckeghem Collecte Kerk Koffiedienst Fam. W. ten Kate De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 32
ZONDAG 6 FEBRUARI – MAALTIJD VAN DE HEER Predikant Ouderling Diaken Organist Zondagsschool Babyoppas Collecte Koffiedienst Predikant Ouderling Diaken Organist Bijbellezing 1 Bijbellezing 2 Zondagsschool Babyoppas Collecte Koffiedienst
Ds. M. Schippers Mevr. R. ten Kate Mevr. T. Berg Dimos de Beun Mevr. I. Neels Annelies Clarisse Zending Fam. D. Schittecat ZONDAG 13 FEBRUARI Ds. J.C. de Beun Mevr. G. Labeur Dhr. J. van Groenigen Dhr. P. Vandenkerckhove Romeinen 5:1-5 / Mevr. H. Coudyser Handelingen 3:1-10 / Mevr. C. Luteijn Mevr. T. Berg Mevr. A. Laureys Kerk Fam. P. Luteijn & Mevr. Vanryckeghem
ZONDAG 20 FEBRUARI TELEVISIEDIENST LIFE Medewerkers dienen ten laatste om 8.30 uur in de kerk te zijn. Kerkgangers ten laatste om 9.30 uur. Laatkomers kunnen (alleen) deze keer echt niet meer naar binnen!
Predikant Ouderling Diaken Organist Koorleider Bijbellezing 1 Bijbellezing 2 Bijbellezing 3 Zondagsschool Babyoppas Collecte Koffiedienst
Ds. J.C. de Beun Dhr. A. Deceuninck Mevr. A. Laureys Dimos de Beun Dhr. P. Hellebuck uit Psalm 139 / Mevr. G. Labeur uit Prediker 3 / Dhr. W. Constant Matteüs 5:1-11 / Dhr. P. Luteijn geen ? Kerk Fam. W. Constant De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 33
ZONDAG 27 Predikant Ouderling Diaken Organist Bijbellezing 1 Bijbellezing 2 Jongerendienst Zondagsschool Babyoppas Collecte Koffiedienst
FEBRUARI (jongerendienst apart) Ds. J.C. de Beun Mevr. R. ten Kate Mevr. T. Berg Mevr. L. Vercruysse Psalm 62 / Mevr. R. ten Kate Matteüs 6:24-34 / Mevr. A. Klifman Mevr. M. Caproni Mevr. S. Loete Mevr. M. Lammens Kerk Fam. A. Michiels-Ameel
ZONDAG 6 MAART – MAALTIJD VAN DE HEER Predikant Ds. J.C. de Beun Ouderling Mevr. G. Labeur Diaken Dhr. J. van Groenigen Organist Dimos de Beun Bijbellezing Matteüs 7:15-27 / Dhr. P. Hellebuck Zondagsschool Mevr. R. Verlinde Babyoppas Mevr. E. Vanryckeghem Collecte Zending Koffiedienst Fam. J. Klifman ZONDAG 13 MAART – GASTPREDIKANT
Predikant
Ds. P. van Reenen
Ouderling Diaken Organist Zondagsschool Babyoppas Collecte Koffiedienst
Dhr. A. Deceuninck Mevr. A. Laureys Dhr. P. Vandenkerckhove Mevr. I. Neels Annelies Clarisse Kerk Mevr. J. Lagauw-Wage
Op haar vraag zoeken een opvolger/opvolgster voor mevrouw R. Verlinde voor de zondagsschoolleiding, vanwege haar spijtig genoeg durende gezondheidsproblemen! De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 34
ROOSTER LECTOREN 2010-2011 DATUM 20/03 27/03 03/04 10/04 24/04 01/05 08/05 22/05 29/05 05/06 12/06 26/06
LEZING 1 Ouderling Mevr. C. Luteijn Mevr. A. Klifman Dhr. P. Hellebuck Mevr. D. Constant Mevr. H. Coudyser Mevr. G. Labeur Ouderling Predikant Ouderling Mevr. C. Luteijn Mevr. A. Klifman
LEZING 2 Mevr. D. Constant Mevr. H. Coudyser Ouderling Predikant Ouderling Mevr. C. Luteijn Dhr. W. Constant Mevr. A. Klifman Dhr. P. Hellebuck Mevr. D. Constant Mevr. H. Coudyser Ouderling
KOFFIEDIENST 2010-2011 20/03 27/03 03/04 10/04 17/04 24/04 01/05 08/05 15/05 22/05 29/05 05/06 12/06 19/06
Fam. W. Buijs Fam. J. van Groenigen Fam. A. Deceuninck Mevr. H. Coudyser & Mevr. M. Verbeke Fam. W. ten Kate Fam. D. Schittecat Fam. P. Luteijn & Mevr. E. Vanryckeghem Fam. W. Constant Fam. A. Michiels-Ameel Fam. J. Klifman Mevr. J. Lagauw-Wage Fam. W. Buijs Fam. J. van Groenigen Fam. A Deceuninck De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 35
UITSMIJTER OF BLADVULLING? Op de vraag of ze de preek weer zeer goed vonden, zei 90% van de ondervraagde kerkgangers te Brugge hartgrondig "JA", net als de overige 10%. Als je een keuze moet maken en je doet het niet, is dat op zich al een keuze. Echt, ik was een prachtige baby, maar in het ziekenhuis hebben ze me verwisseld! Elke getrouwde man weet waarom ze orkanen vrouwennamen geven. Wees vriendelijk tegen uw kinderen! Zij kiezen later uw tehuis! Het enige plezier aan je eigen fouten is, dat je er soms anderen gelukkig mee maakt, want die kunnen er iets van zeggen. Vriend(in): iemand die tijdens je leven tegen je zegt wat anderen na je dood vertellen. De schepping is een wonder! Een miljoen jaar geleden wist nog niemand dat de mensen een bril zouden kunnen dragen en toch staan onze oren op de goede plaats! Tsjchsch sprkwrd: Mdklnkrs zjn ht blngrjkst! Hbrws sprwrd: Klnkrs zjn nblngrjk! Grpj klnkrs: Eeeiiee ii oeeeee uuii aaai Pappa, ik heb een vlieg ingeslikt …. Fijn, jongen, hoe minder van die beesten, hoe beter! Als je agenda volstaat met telefoonnummers van medisch specialisten, je pacemaker de garagedeur opent bij het zien van een knappe vrouw, je je schommelstoel zelf niet meer in beweging krijgt en je staat met de zomertijd twee uur voordien al voor de kerkdeur te wachten, dan ……, dan weet je dat je oud wordt. De Brugse Kerkbode, januari & februari 2011, bladzijde 36
KERKENRAAD Predikant Ds. J.C. de Beun – ' 050 - 35.50.84 Blauwvoetstraat 32 – 8310 Assebroek E-Mail:
[email protected] Ouderlingen Mevr. R. ten Kate – ' 050/35.60.69 Baljuwlaan 5, 8310 Sint-Kruis Mevr. G. Labeur – ' 050/38.26.86 Veldstraat 46, 8200 Sint-Michiels Dhr. A. Deceuninck – ' 050 / 31.69.23 Rond den Heerdstraat 14, 8000 Brugge Diakenen Mevr. A. Laureys – ' 050 / 32.24.00 Bevrijdingslaan 8, bus 4, 8000 Brugge Mevr. T. Berg – ' 0487 / 51.97.59 Sint-Baafsstraat 66, 8200 Sint-Andries Dhr. J. van Groenigen – ' 050/38.72.62 Zandwege 10, 8490 Varsenare
Bankrekeningen Kerkenwerk Protestantse Kerk Brugge 280-0202516-17 Diaconie 001-4461304-59 t.n.v. Diaconie Verenigde Protestantse Kerk Brugge VZW Vrienden 000-0165874-04 t.n.v. Vrienden Protestantse Kerk Brugge Nederlandse giro 400456 t. n.v. Verenigde Protestantse Kerk Brugge
MAANDBLAD
%HOJLs²%HOJLTXH 3% %58**(
EHKDOYHLQIHEUXDULHQDXJXVWXV
'(%58*6(.(5.%2'(
9HUDQWZRRUGHOLMNHXLWJHYHUDI]HQGDGUHV 'V-&GH%HXQ%ODXZYRHWVWUDDW$VVHEURHN 7HOHPDLOMGHEHXQ#VN\QHWEH .DQWRRUYDQDIJLIWH´%UXJJHPDLOµ²(UNHQQLQJVQXPPHU3