1
Inhoudsopgave 1
2
3 4
5 6
Baron von Münchhausen De startvraag en de Baron von Münchhausen? De Baron en de wereld Identiteit en mijn wereld De wet van behoud en beitelen van energie Verrassend aanwezig Wijken als Suburbia Wat moet er zijn? De O-voorwaarden Ontregelen Operatie herstel vertrouwen Ontkoppelen en ontstolpen Ostrom als leidraad voor de organisatie van NPK Startkaart - de “Elinor Stones” Baron von Münchhausen – strategieën De V-motor en vijf strategieën… 1 Verleiden & Omkeren 2 Verplichten & Afdwingen 3 Vlechten & Vergroten 4 Vergroeien & Aantakken 5 Verdienen & Ondernemen NPK als verdienmodel Installatie eisen Baron in energieautarker Ortsteil Feldheim
Werkdocument Baron von Münchhausen, een verhaal over dat wat productiekracht in wijken mogelijk maakt Rode Wouw Joop Hofman Ap van Straaten Deventer, 21 juni 2012
2
1
Baron von Münchhausen 1
De startvraag en de Baron von Münchhausen?
In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties doet Rode Wouw een verkenning naar de mogelijkheden voor productiekracht in Nederlandse wijken. Doel van het project: hoe organiseer je de productiekracht van een wijk en vooral in die, vaak stedelijke wijken, waarin weinig zelfinitiatief lijkt te zijn. De opdracht is “het ontwikkelen van een concept om te komen tot een arrangement voor ‘productiekracht’ vanuit burgers. Waarin vanuit onverwachte combinaties - in dit geval coalities gedreven door burgers en tussen burgers, marktpartijen, maatschappelijke instanties, overheid- productieve verbindingen op schaal van de wijk kunnen ontstaan.” De naam Baron von Münchhausen is natuurlijk niet voor niks gekozen. De baron trok zich aan zijn eigen haren uit het moeras, met behulp van veel verbeeldingskracht en door de strengen in zijn haar om een boomtak te werpen. Daar gaat het om: zelf optrekken, verbeeldingskracht, verbinding met de buitenwereld, vlechten, verleiden en soms ook verplichten.
2
De Baron en de wereld
Met zevenmijlslaarzen stappend door de wereld van zelfsturing, eigen kracht en productiekracht van wijken, is er sprake van een bijna verstikkende omarming van deze begrippen. Alleen al de Googlezoektitel ‘Meer burger, minder overheid’ heeft 4500 resultaten en levert op de eerste pagina een provinciale adviesnota op, een projecteninventarisatie, een congresuitnodiging, twee congresverslagen, een spoorboekje, een powerpointpresentatie, een nieuwsbrief van het Ministerie en een opinie-artikel. Allemaal zendingsmateriaal vanuit de overheid. In Nederland draagt de economische crisis zeker bij aan deze ontwikkeling. All over the world is er sprake van een toename van vormen van ‘Meer burger, minder overheid’. In woorden variërend van Smallholding1 tot Big Society. Steeds gaat het om het opnieuw uitvinden van de relatie overheid-burger, misschien iets preciezer: de driehoeksrelatie overheid - maatschappelijke instellingen - burgers. Bij het ruimte geven aan productiekracht vanuit bewoners zie je drie overheidsbenaderingen: • Niks doen en het aan het vrije spel der krachten over laten. Misschien wel het best verwoord door een recent twitterbericht “Als de gemeente zich terugtrekt op haar kerntaken, dan komt het vanzelf goed.” • De gemeente stelt zich faciliterend op. Onder andere door het beschikbaar stellen van bewonersbudgetten of een initiatievenmakelaar.
1
Een kleine boerderij en land in Afrika, USA , Groot Brittannië of Nieuw Zeeland die eigenaren mogelijkheden geven om naast gewone werk producten te verbouwen. Zelfpluk boerderijen zijn ook zo’n voorbeeld. Vaak is er een gezamenlijke voorzieningen als een winkel of ontmoetingsplek
3
•
De gemeente stelt zich uitdagend op. Bijvoorbeeld door het opstellen van een burgerbegroting of doordat het, ten aanzien van diverse overheidsprojecten, de burger gericht uitdaagt het over te nemen. In Nederland kennen we een enkel voorbeeld dat past in de laatste benadering en dan is er eerder sprake van een incident, toeval of een pilot 2. De terugtrekkende Nederlandse overheid is dan misschien iets meer een uitnodigende overheid geworden maar zeker nog geen uitdagende overheid. En dat is vreemd want in omringende landen als Duitsland, Groot-Brittannië en ook –iets verder weg- Denemarken is dat laatste meer zichtbaar. Zo hebben al meer dan 170 Duitse steden een burgerbegroting. Dat wil zeggen dat burgers de begroting van de gemeente kunnen opmaken en ook uitgedaagd worden met tegenvoorstellen te komen voor bestaand beleid en projecten.
Energieautarker Ortsteil Feldheim Azuurblauwe lucht en gele koolzaadvelden. Een bonkige provincieweg door voormalig Oost-Duitsland. Veel aspergeverkopers langs de weg. BeelitzSparkel…ze zijn beroemd en goedkoop. Ik ben op weg van Potsdam naar Feldheim, op zoek naar een bijzondere vorm van collectieve productiekracht: een energieautarkisch stadje, volgens VNONCW die daaraan direct de conclusie verbindt dat elke gemeente in NL een eigen energie-centrale moet beginnen. Feldheim intikken op Google levert een bevestiging van deze stelling: het inmiddels wereldberoemde stadje onder Berlijn dat geheel voorziet in eigen energie en daaraan ook nog eens geld verdient. Geld dat natuurlijk geïnvesteerd wordt in de gemeenschap en uiteindelijk ook terecht komt in de individuele portemonnees. En bijzonder: alle inwoners zijn mede-eigenaar.
In Groot Brittannië staat een wet in de steigers om ‘community organizations’ een wettelijk ‘right to challenge’ geven. Dat wil zeggen: een recht van (georganiseerde) burgers om een publiek gebouw of een publieke dienst over te nemen als zij kunnen aantonen dat ze het beter zelf kunnen doen. In Denemarken is het wettelijk vastgelegd dat huurders mogen meebeslissen over de begroting van het complex waar ze wonen. De huurders zijn lid van de corporatie en tevens 2
De burgerbegoting in 2009 in de wijk Stadspolders Dordrecht is zo’n experimentvoorbeeld. Het dorpsbudget in Spijk (Gld) is een nieuw voorbeeld van een uitdagende overheid.
4
aandeelhouder van een klein deel van het bezit van de instelling. In dat deel –hun complexmaken de huurders de afwegingen ten aanzien van de uitgaven. De Deense overheid heeft inmiddels ook een “right to challenge”-regel ingevoerd waarbij organisaties op gebied van zorg en welzijn –dus geen burgerorganisaties- de overheid kunnen uitdagen hun werk beter te kunnen doen door wetten, beleid en bestaande processen te mogen omzeilen. De uitdagende overheid die burgers of organisaties actief oproept het beter te doen en instrumenten inzet om van overheidswerk naar burgerwerk te komen blijft in Nederland hangen in beleidsnota’s met titels als “ Meer Burger, Minder Overheid.” Ondertussen gebeurt er wel van alles in de Nederlandse steden en dorpen.
3
Identiteit en mijn wereld
De grote bulk aan voorbeelden van collectieve productiekracht vanuit bewoners hebben allemaal iets ‘dorps’. Daarmee ontkennen we de bewonersinitiatieven in de grote en middelgrote steden niet, daar zien we vaak autonome initiatieven van een aantal zeer gedreven bewoners. Vaak gestut door professionals en op weg geholpen met overheidssubsidies. Maar een vlechtwerk van projecten, mensen, initiatieven, bronnen zien we in ‘dorpse’ situaties, en dat kan evengoed in de grote stad. Want zijn dynamische gebieden als Saint Germain in Parijs, Lombok in Utrecht “ met de Kanaalstraat als Dorpstraat”3 of het NDSM-eiland in Amsterdam ook geen dorpen in de stad? Er zijn in Nederland twee gebiedsindelingen in de voorbeelden zichtbaar waarin er sprake is van gebiedsgerichte productiekracht: 1. dorpen, 2. gebieden die een waarde vertolken waar bewoners een deel van hun gewenste identiteit aan (willen) ontlenen. Denk aan de ecologische wijken (EVA-Lanxmeer, De Kersentuin in Utrecht, Groene Marke Zutphen), seniorenwijken, retro-wijken als Brandevoort in Helmond of de kastelen van De Haverleij in Den Bosch, artistieke gebieden als het Havenkwartier in Deventer of iets heel anders: Sidhadorp, de Transcendente Meditatie (TM) in Lelystad. Stad Openheid Kosmopolitisch Anoniem Onvoorspelbaar Vrijheid Diversiteit aan levensstijlen Individu Liberaal
Dorp Geslotenheid Provinciaals Gekend Voorspelbaar Sociale controle Uniformiteit Gemeenschap Conservatief
Radboud Engbertsen
3 Bewoner Joost Mangnus in ‘Dorpsgevoel’ over zijn Lombok
5
Bij deze indeling van Radboud Engbertsen (zelf Rotterdammer) hoort zijn toenmalige (1995) opvatting dat stadslucht vrij maakte en dat dorpen een verstikkend, claustrofobisch klimaat kenden. Tegenwoordig hebben veel mensen het tegenovergestelde gevoel: ‘dorpslucht maakt vrij’. Veel stedelingen zijn op zoek naar rust en ruimte in kleinschalige woonmilieus. Toch geeft het interessante handreikingen voor succesfactoren voor productiekracht van bewoners: identificatie, gemeenschapsgevoel en sociale aanspreekbaarheid horen daarbij. Onderzoekster Lilian Linders 4 ontdekte dat burenhulp niet zo maar ontstaat. Ze zag een grote mate van handelingsverlegenheid en vraagverlegenheid bij bewoners. En laat dát nu net iets zijn wat veel minder speelt als je elkaar kent, weet wat je aan elkaar hebt en er ook een sociale gewoonte ligt dat je dingen samen doet. Het voordeel van steden is dat er sprake is van een veelzijdig lokaal productiemilieu. Ondernemers, kunstenaars, studenten maar ook kenniswerkers en specialisten kunnen op een eenvoudige en vanzelfsprekende wijze contacten leggen met producenten en afnemers. Het maakt ook dat de niches in de collectieve productiekracht vaak in steden van de grond komen: stadslandbouwprojecten of de Noorderparkkamer in Amsterdam-Noord: een onnavolgbare combi van huiskamer, speakerscorner, open atelier en nog veel meer. In de ‘ identiteitsgebieden’ gebeurt wat de filosoof Oosterling5 noemt: “Identiteit wordt zo een levensstijl. Gedragspatronen en materiële buitenkant reflecteren de mentale binnenkant.” Derek Wilkinson 6 werkt dat wat praktischer en schematischer uit. Hij spreekt over een ‘sense of community’, de ‘attraction of place attachment’ en ‘neighbouring’. Sociale cohesie dimensies Betrokkenheid bij de gemeenschap - Sense of community
Aantrekkingskracht omgeving - Attraction of place attachment
Burencontacten -Neighbouring
Componenten Het gevoel van erbij horen centraal, vanuit gedeelde waarden, een gemeenschappelijke identiteit en de betrokkenheid bij het vorm geven van de gemeenschap Aantrekkingskracht: de waarde die toegekend wordt aan de fysieke omgeving als aantrekkelijke plek, mogelijkheden voor activiteiten, betekenisgeving Sociale gedrag tussen buren, mate van ondersteunen, netwerken, interactie
De Baron von Münchhausen gaat aan de slag in stedelijke gebieden waar sprake is van een geringe actieve betrokkenheid bij de wijkgemeenschap, in gebieden die meer functioneel dan aantrekkelijk zijn en waar er weinig contact lijkt tussen bewoners. Alles lijkt kansloos, daarom heet het ook de Baron von Münchhausen….
4
De Betekenis van nabijheid’ – Lilian Lindersen, 2010 Uitg: SdU H. Oosterling, - Woorden als daden, Rotterdam Vakmanschap/Skillcity 2009 6 Wilkinson, D., 2007. The multidimensional nature of social cohesion: psychological sense of community, attraction, and neighboring, American Journal of Community Psychology 5
6
4
De wet van behoud en beitelen van energie
Altijd en overal is er energie, ook in mensen, in wijken, in verlangens en in inzet. Altijd hebben gemeenschappen een vorm gevonden om zich te kunnen ontwikkelen, om verdelingsafspraken te maken en om productie te leveren. Ook in stedelijke wijken waar het lijkt dat er weinig tot niets gebeurt als het gaat om collectieve inzet voor het publieke. Elke wijk kent zogenaamde assets7 waaronder kwaliteiten en passies van de inwoners, netwerken van bewoners (sport, geloof, sociaal, cultureel), ‘instituten’ (school, bibliotheek, park, plein, zorgcentrum, winkels), infrastructuur, economische activiteit. De kunst is om dat wat er in zit er uit te laten komen of er uit te beitelen. De aansprekende voorbeelden van collectieve vormen van productiekracht laten een aantal vaste waarden zien. (Zie ook de ontwerpprincipes van Nobelprijswinnares Elinor Ostrom, pag 15). Van het kleinste Duitse dorpje Feldheim tot de grote voorbeelden uit Seattle, herkennen we in elk geval situationele oplossingen en aanpakken (“uitrollen verboden”), autonoom handelen, gedragen en inspirerend leiderschap (zogenaamde “best person”), organisatie met echt eigenaarschap (aandeelhouderschap), geld maken (fondsvorming), mensen die mensen vertrouwen, de funfactor. Naast de traditionele buurtcomités, wijkplatforms, wijkraden en klankbordgroepen ontstaan organisaties en netwerken van betrokken mensen en groepen die zelf het voortouw willen nemen in veranderingen. Er is een omslag van het aanleveren van klachten en tekorten (‘zwartboek’) naar het ontwerpen van oplossingen (‘handboek’). Dit geldt als de wet behoud van energie. Illustratief is de groei van het aantal coöperaties in Nederland. De afgelopen vijf jaren zijn er meer dan 2500 coöperaties ingeschreven op een totaal van 7800. En vooral in de niettraditionele coöperatiesectoren (traditioneel zijn de agrarische sector, verzekeringen, banken). Maar met name op gebied van energie, onderwijs, parkeerbeheer, medische sector en zzp-ers. Zelfs een voetbalclub FC Barcelona is een coöperatie. Daar mogen de 170.000 leden -“socios” - meepraten over het beleid van de club. Anno 2012 zijn er zes terreinen die er uit springen als het gaat om collectieve productiekracht vanuit wijken en dorpen • Ecologie/duurzaamheid ( o.a. energieopwekking, stadslandbouw) Het meest in het oogspringende terrein. Er zijn al meer dan 60 werkende energiecoöperaties in Nederland (zonne-energie, windenergie, bio-vergisting) en er is een veelvoud in voorbereiding. Al deze coöperaties worden gerund door burgers en kennen andere burgers als lid of aandeelhouder. Daarnaast is er sprake van een hausse aan moestuintjes en stadslandbouw. Vaak opgezet om het eerlijke (eigen onbespoten groenten ) en sociale karakter (tijd, ontmoetingen), maar ook om groenten te verkopen (wijkmarkt, ecologische groentepakketten). • Beheer van openbaar gebied/ruimte 7
Asset-Based Community Development Institute, McKnight and Kretzmann (1990)
7
•
•
•
•
Het domein met de meeste voorbeelden. Zoals het beheer van het wijkgroen, adoptiegroen, parkbeheer, straatreiniging, portiekonderhoud, bloembakservice. Vaak wordt het beheer ook aangegrepen om er iets meer van te maken: kunstzinnige bloembakken, nieuwe perkindeling. Of het maken van een mobiele buurtbezemkast in de Utrechtse wijk Hoograven als aanmoediger en bindmiddel tussen bewoners. Zorg Dit is het snelst opkomende terrein. Nog even wennen, omdat we erg georiënteerd zijn op de woonomgeving. Op sociaal gebied ligt er een legio aan kansen. Diverse wijken in het land kennen al een zorgcoöperatie. Hoogeloon was de eerste maar het breid snel uit: Schaijk, Helenaveen, Amsterdam-Zuid. Het inzetten van PGB, inspelen op openbare aanbestedingen en zelf zorgactiviteiten uitvoeren (ontmoeting, hulp) zijn mogelijkheden om de zorg in eigen hand te houden. Hoewel niet gebiedsgebonden, zijn initiatieven als Thomashuizen en De Herbergier hier mooie voorbeelden van. Onderhoud eigen woning/huurwoning Dit is het meest voor de hand liggende terrein. Woningcorporaties gaan steeds meer over op het bieden van maatwerk en zelfwerkzaamheidoplossingen bij woningverbetering. Dat kan gaan om vormen van huurders opdrachtgeverschap in de huursector tot eenvoudige verbeterklussen en aanpassingen aan de woning. Wijkbewoners kunnen hier collectief op inspelen. In de regel zijn corporaties, als partner in de wijk, wel bereid om hier aan mee te werken. Want er is steeds minder geld voor nieuwbouw en renovatie. Veiligheid Niet het grootste verdiendomein, maar wel een belangrijk terrein waar bewoners door eigen inzet een stap vooruit kunnen maken. Denk aan projecten als buurtvaders, kidspolitie Amsterdam-Oost (winnaar meest aansprekende wijkinitiatief 2011) of buurtpreventieteams. Veiligheid is een onderwerp dat alleen maar kan slagen als bewoners een bepalende inzet plegen, maar ook alleen maar kan slagen als partijen als de politie en gemeente hun taak uitvoeren. Cultuur en Vrije Tijd Een niet te onderschatten domein voor een wijk omdat het het beeld van een wijk onderstreept: sportactiviteiten, culturele ontmoetingen, muziek, catering, kinderactiviteiten, etc. Allemaal zaken die bewoners, meer dan alle andere domeinen, met eigen passie en bronnen kunnen uitvoeren.
5
Verrassend aanwezig
Zoals bij de coöperatiegroei al aangegeven, zijn bewonersinitiatieven en zelforganisaties overal aanwezig. De WRR noemt dit in haar rapport ‘ Vertrouwen in de burger’ het Maatschappelijk Initiatief. En zegt daarover: ” De huidige samenleving vergt het besturen van het onbestuurbare”…. “ De grootste uitdaging is echter gelegen in het verwelkomen van maatschappelijk initiatieven die niet altijd gladjes ‘passen’ in het beleidsperspectief van beleidsmakers.” Het besef moet er zijn dat productiekracht (NPK) vanuit de wijk gebaseerd moet zijn op de wil en ambities om te werken aan de gezamenlijke ontwikkeling van de bewoners en de 8
wijk. Dat is wat anders dan het overdragen van overheidstaken, geformuleerd vanuit overheidsperspectief, richting wijkbewoners. Er is niks op tegen dat 70 bewoners in de Zuthpense Zuidwijken 70 straten hebben geadopteerd omdat ze mooi, schoon en plezierig willen wonen. Dat is wat anders dan het overdragen van reinigingstaken aan de buurt, hoewel het er in materiële zin hetzelfde uit ziet. Als 70 bewoners daar zelf voor kiezen, met elkaar afspraken en spelregels maken en samen gaan bepalen hoe mooi en plezierig en schoon er uit ziet, is dat een mooie vorm van alledaagse straatdemocratie. “Mensen die een gesprek aangaan met elkaar, verlenen elkaar, zonder dat ze zich dat beseffen, een voorschot aan vertrouwen. Juist in de openbare ruimte waar burgers met elkaar de dialoog voeren over alledaagse onderwerpen en meningsverschillen met argumenten worden opgelost, ligt de basis van gemeenschapsontwikkeling.”8 Dit is ook de vorm waar democratie niet betekent de macht van de meerderheid, maar de kracht van de dialoog.
Onwerkelijke hitte, de buitentemperatuur geeft 29 graden Celsius aan. Mijn reisgenoten vragen zich af of dit de goede richting is. Het platteland wordt wel erg platteland, en de tomtom geeft aan dat we toch in de buurt zijn. Linksaf een slecht geasfalteerd dorpsweggetje in. In een wei herkauwt een kudde bruine koeien in de schaduw van een grote sleedoornhaag. Het doet me denken aan de golvende heuvels van de Thierace in Noord Frankrijk. Aan de horizon ineens een grote groep windmolens. Kijk…dit moet het zijn. We naderen Feldheim. Geen stad of stadje maar een heel klein dorp. Of eigenlijk een gehucht, een groep huizen langs een weg. Geen kerk of winkel te bekennen. Laat staan een café of een andere voorziening. Geen kip op straat, het lijkt uitgestorven. Ik schat een stuk of 20 huizen en een paar boerderijen en schuren, alles in staat van achterstallig onderhoud. Een grote vervallen boerenschuur is opgesierd met een enorm spandoek. Hier komt in de toekomst een energie-informatiehuis. En vele logo’s en emblemen van energiepartners, overheden en het onvermijdelijke ESF. Het doek is verweerd, hoe lang duurt de toekomst hier, denk ik….
Als de overheid slechts haar eigen gekozen taken wil overdragen aan bewoners is dat geen dialoog maar een vorm van staatsvrijwilligerswerk. De ‘straatdemocratie’ is een vitaliserende vorm van omgaan tussen bewoners en uiteindelijk versterkend voor de lokale representatieve democratie
8
Jürgen Habermas, Duits filosoof en socioloog
9
De bestuurskundigen Lowndes and Sullivan9 noemen twee soorten ruimte voor productiekracht (NPK) van wijken: • ‘Bewoners ruimte’: gemaakt door burgers buiten de bestaande politieke en institutionele systemen, • ‘Uitgenodigde ruimte’: structuren en instrumenten gemaakt door de overheid Een overheid moet inspelen op beide ruimten. NPK kan de lokale overheid niet vervangen. Daarom dienen gemeenten, maar ook instellingen als corporaties en het welzijnswerk, zich meer te vormen rond ‘bewonersruimte’ zonder de ‘uitgenodigde ruimte’ af te schaffen.
6
Wijken als Suburbia
De Baron von Münchhausen richt zich op wijken in stedelijke gebieden waar sprake is van een geringe actieve betrokkenheid bij de wijkgemeenschap, in gebieden die meer functioneel dan aantrekkelijk zijn en waar er weinig contact lijkt tussen bewoners. Een beetje uitgeblust. “Suburban sadness” noemt Josse de Voogd, onderzoeker Electorale Geografie, deze wijken. Zonder dat we deze wijken exact kunnen duiden, hebben we wel een beeld en we noemen ze in dit verhaal: Suburbia Bakfietsen en Rolluiken; de electorale geografie van Nederland Josse de Voogd Wordt het straatbeeld gedomineerd door bakfietsen, ja/nee- stickers op brievenbussen en gevelplanten aan 19e eeuwse woningen? Grote kans dat GroenLinks hier de grootste partij is. Zie je veel rolluiken, protserige witte hekwerken, bordjes met ´hier waak ik´, opgepimpte VW-golfjes en, als je naar binnen kijkt, SBS op de buis? Dan is de kans groot dat de PVV hier goed scoort. D66´ers verraden zich met de NRC bij het oud papier en Saab´s en Volvo´s op straat, terwijl een CDA´er zijn stoepje sneeuwvrij maakt en met een schuin oog kijkt of de buren dat ook doen. Waar vroeger religie en sociaaleconomische positie het stemgedrag bepaalden, tekent zich nu steeds meer een politieke tegenstelling af op basis van culturele en -´lifestyle´- kenmerken Suburban sadness Dat er veel afhaak- protestgeluiden zijn in de nieuwbouwwijken en overloopgebieden is opvallend en zorgwekkend. Door suburbanisatie lijken veel mensen ontheemd geraakt. Men heeft het zelf goed voor elkaar, met een eigen huis en een auto voor de deur, maar is ontevreden over het gebrek aan sociale samenhang, sociale voorzieningen en veiligheid in de publieke ruimte. Het Sociaal Cultureel Planbureau vat die discrepantie samen onder de noemer: 'Met mij gaat het goed, met ons gaat het slecht'. Veel van het onbehagen is in verband te brengen met een vage 'suburban sadness'. De destabiliserende invloed op wel/niet willen meedoen, vanuit´suburbia´ houdt ons nu al jaren bezig.”
Overigens beseffen we ons dat we ons sterk fixeren op de wijk. En je moet niet alles in de wijk willen oplossen, omdat de wijk of de buurt helemaal niet de primaire leefwereld van de burger is. Toch neemt de Baron von Münchhausen de wijk als plattegrond voor zijn handelen mee.
9 How low can you gou, Vivien Lowdes, Helen Sullivan, Uitgv. Public Administration 2008
10
2
Wat moet er zijn?
De O-voorwaarden Op de vraag wat op orde moet zijn, wat de randvoorwaarden zijn voor succesvolle en kansrijke NPK–initiatieven, komen we tot een serie O’s . Soms gaat het hier letterlijk over “orde op zaken stellen”, maar veel vaker doet het een appèl op houding en bereidheid tot veranderen, experimenteren en uitproberen.
Ontregelen Het gaat hier om het durven aangaan van regelruimte. Durf er voor te kiezen om de gewenste ontwikkeling van een gebied leidend te maken. Dit veronderstelt situationeel werken. Per gebied en situatie moet de afweging gemaakt worden of eenmaal opgestelde regels bepalend zijn voor de volgende stap of dat het verwachte effect van een voorgenomen interventie op de gewenste gebiedsontwikkeling de boventoon moet gaat voeren. Het gaat om het gehele palet aan regels: wetten, regelgeving, normeringen, beleid, reglementen, afspraken, gewoonten. Vaak wordt hierbij naar de overheid gekeken maar ook woningcorporaties (overlastregels), buurthuizen (doelgroepregels), buurtcomités en sportkantines (huishoudelijke reglementen), winkelcentra (verblijfregels) kunnen er wat van. Durf te ontregelen, geïnspireerd op de designrules van Elinor Ostrom (zie kader op pagina 15) Ontregelen betekent niet dat er regelvrije gebieden worden gecreëerd maar dat regels worden afgestemd op de ontwikkelingsrichting van de wijk. Zo is er spanning tussen gemeentelijk beleid om enerzijds sociale cohesie te versterken en de bewoners aan te spreken op eigen verantwoordelijkheid en anderzijds het aanscherpen van regels rond de vergunningplicht voor buurt- en straatfeesten en speeldagen en het instellen en zelfs verhogen van daarvoor verschuldigde leges. Spannender wordt het als het niet gaat om zichtbaar lastige regels maar om conflicterend gemeentelijk beleid. De gemeente Zutphen stimuleert bewonersinitiatieven, maar op het moment dat bewoners in een achterstandswijk een al jaren braakliggend terrein willen beheren en omvormen tot een buurtpark met veel zelfbeheer (moestuinen, ontmoeting, spelen, activiteiten, enz.) onder regie van een bewonersgroep, dreigt er een rekening van € 3.200,= aan jaarlijkse huurpenningen van het gemeentelijk grondbedrijf. Simpelweg omdat het gemeentelijk grondbeleid een andere financieringsgrondslag kent dan het gemeentelijke activeringsbeleid: dit is het bedrag dat in de boeken staat. Linksom incasseren of rechtsom niks doen, dit beleid gaat de gemeente geld kosten. Hier zul je moeten ontregelen. Op wijkniveau zal het moeilijk zijn om landelijke regels te negeren en het is ook niet gewenst. Wel kunnen er in samenwerking met de gemeente handige manoeuvres gemaakt worden. Zo is de belastingvrije onkostenvergoeding voor onbetaald vrijwilligerswerk vastgesteld op € 1.500,= per jaar. Maar indien iemand in de bijstand zit en maatschappelijk 11
actief wil worden, kan hij maximaal € 764,- vergoeding ontvangen. Dit is praktisch ‘oplosbaar’ door de bijstandtrekker niet zelf te laten kiezen voor maatschappelijke inzet maar door de gemeente aan de betrokkene te laten vragen om inzet te doen voor de samenleving. Dan staat er wel weer € 1.500 per jaar tegenover. Per situatie moet dus een keuze gemaakt worden: handhaven, afschaffen, bijstellen, negeren, omzeilen of manoeuvres maken.
Operatie herstel vertrouwen (Op orde brengen) De overheid heeft op diverse sporen zaken te regelen in wijken: • Organiseren van democratische, publieke interactie. Denk aan wijkpanels, wijkdebatten of vormen van klassieke burgerparticipatie zoals inloopbijeenkomsten, tekenworkshops, etc. • Bijdrage geven aan oplossing van maatschappelijke problemen. Variërend van een krimpaanpak tot het tegengaan van overgewichtproblemen of het opzetten van lokaal CO2beleid • Handhaven openbare orde en rechtsorde. Het verval kan beginnen met burenruzies en zich ontwikkelen tot intimidatie en straatterreur • Verrichten van taken die de samenleving niet of onvoldoende kan of wil behartigen. Zoals het organiseren van inburgeringcursussen of het versterken van het cultuurbeleid • Het voortbrengen van goederen en diensten waaronder collectieve goederen. Het organiseren van toegang tot watergebruik, reinigingsdiensten of de energieinfrastructuur zijn voorbeelden. • Reguleren van markt en marktfalen. Ingrijpen bij illegale overbewoning, of het aanpakken van huisjesmelkers Op al deze sporen heeft de overheid de basis op orde. Wat die basis is, is politiek ingekleurd. De ene gemeente wil actief sturen op voldoende zorgarrangementen in de wijk zodat iedere bewoner zo actief mogelijk kan meedoen in de samenleving , de andere vindt het voldoende dat de kwetsbaren toegang moeten hebben tot die zorg die niet leidt tot non-deelname aan de samenleving . Op orde brengen kan op drie niveaus Er zijn drie niveau’s waarop de gemeente, maar ook partijen als woningcorporaties of zorgpartijen de zaak op orde kunnen hebben: • • • •
1. Voor U op orde gemaakt Een overlegkanaal tussen gemeente en wijk Harde infrastructuur zoals riolering, water, energie, hoofdwegen, woonomgeving en een goed beheer van deze zaken. Voor woningcorporaties betekent het een aanbod aan goede woningen. Toegang tot onderwijs, zorgarrangementen Organisatie van veiligheid: bescherming bij dagelijkse onveiligheid die inwoners ervaren bijvoorbeeld overlast, onveiligheidgevoelens, huiselijk geweld, inbraken, voertuigencriminaliteit, veiligheidsproblemen in de horeca, brandveiligheid en verkeersveiligheid 12
• •
•
•
2. Duidelijk maken waar zaken aan moeten voldoen in delen van de publieke ruimte Kwaliteitsnormen op gebied van zorg, ruimtelijk wijkbeeld, kwaliteit van een plein, niveau van geluidsbelasting of beheernormen omgeving. Zonder dat ze zelf verantwoordelijk is voor de alledaagse uitvoering Gedrag en omgangsnormen op het gebied van bijvoorbeeld het aanbieden van huisvuil, openbare orde etc. 3. Ruimte maken voor productiekracht en ideeën Op die gebieden waar de gemeente niet zelf de uitvoering regelt, moet ze partijen aanspreken en mogelijkheden geven om zaken ‘op orde’ te maken. Daarbij kan ze, meer dan nu gewoon is, denken aan maatschappelijke aanbesteding of zelfs burgeraanbesteding. Op die gebieden waar de gemeente de ‘op orde’- zaken niet zelf uitvoert of andere partijen moet uitnodigen om kwaliteit te leveren, kan ze de leef-en woonomgevingsdynamiek op een actieve manier uitnodigen. Dat wil zeggen dat ze middels vormen van bijvoorbeeld een wijkburgerbegroting, een bewonersbedrijf of methoden voor wijkprojecten-activering burgers verleidt, verplicht, vervlecht en laat vergroeien en verdienen aan wijkontwikkeling (zie hoofdstuk 4 – De Baron von Münchhausen-strategieën)
Ontkoppelen en Ontstolpen -niet terugtreden, maar uitnodigen en uitdagen• Hetzelfde anders benaderen Het gaat niet alleen om het veranderen of bijstellen van regels. Vaak hoef je de regels maar een beetje anders te benaderen. Het is de manier waarop je het zegt, aangeeft en je eigen vraag vraagt verandert. Google maar eens op You Tube “the power of words”. Dus denk na over omgangsvormen en besef permanent dat je als professional te gast bent in de wereld van de burger. Zelfs als je materieel eigenaar bent, ben je toch te gast in de – sociale- wereld van de ander. • Uitnodigen en uitdagen Niet terugtrekken maar willen uitnodigen en durven uitdagen. Dat geldt voor de gemeente maar ook voor een partij als de wooncorporatie. Het signaal moet klip en klaar zijn. Wij willen dat bewoners hun huis maar ook hun buurt beschouwen als van hun zelf. Ze mogen er alles doen dat leidt tot een fijne, toffe buurt. Vergelijk het met het Scandinavische model van allemansrecht: je mag alles en overal doen dat leidt tot een prettig leven, zolang je een ander geen overlast bezorgt. En de ander bepaalt of het overlast is. Daar moet wel een vorm van ‘wijkrugdekking’ voor zijn. Dus wanneer het gaat om openbare zaken mag je zelf initiatief nemen. Of je vraagt ‘allemansrecht’, voor zover dat geen tegenspraak is, of de wijk neemt ‘allemansrecht’ doordat het wordt uitgenodigd –deze passen het best in de polderdemocratie- of je doet niks en wacht af of de wijk het doet. • Vertrouwen geven aan buurt en burger Grondgedachte in de, in dit subkopje verwerkte titel, van de WRRrapporten, is dat de overheid en instanties zorgen voor een goede basis, en van burgers wordt inzet verwacht 13
om het naar eigen inzicht verder te brengen. De overheid gaat er daarbij vanuit dat burgers hiervoor slim genoeg zijn en dat er genoeg energie, capaciteit en deskundigheid aanwezig is in de wijk. Dit is een breuk met het signaal dat je altijd professionele deskundigheid nodig hebt, een breuk met het signaal dat je zelf niks kunt en niks mag. Laat het eens over aan deskundigheid van de autodidact of zzp-er uit het gebied. Dat kan zeer productief en effectief werken. Want ze hebben een extra belang: ze wonen er zelf dus ze profiteren twee keer van de kwaliteit die ze leveren. Ontkoppelen is ook: loslaten en de motor in de vrijstand zetten: dat gaat er zo min mogelijk energie verloren. Vertrouw erop dat het gebied zelf wel tot beweging en versnelling komt. Ontstolpen is ook: invloed van buitenaf leuk vinden. Dus inzicht geven in plannen en middelen in een gebied en daar het gebied zelf mee laten stoeien ( inspiratie: budgetmonitoring). Dat is veel meer dan transparant zijn. Vlakbij de boerenschuur is een parkeerplaats met een splinternieuwe parkeerzuil. Nadere inspectie leert dat ik geparkeerd sta op een oplaadpunt voor elektrische auto’s. Twee auto’s kunnen hier tegelijk aan de kabel en met een pasjessysteem kan het opladen worden gestart. Het lijkt me aardig hitech en ik vraag me af hoeveel dorpelingen hier gebruik van maken? De vaalblauwe Trabant, die eenzaam twintig meter verderop geparkeerd staat, zeker niet. Geen spoor van andere auto’s. Een witte SRV wagen stopt. Die Conditorei, mit Brot und Torte. Dan is er plotseling leven achter de vervallen voordeuren. Drie vrouwen slenteren naar de Conditorei. Mijn kans voor lokaal onderzoek… De vrouw van de Conditorei kijkt me aan of ik gek ben. “Feldheim weltberühmt… jajaja sicher.. das is doch nur für Politiker…“ Of iedereen hier eigenaar van de energiecentrale is ? Niemand antwoordt. Een van de vrouwen zegt dat hier net zoals in andere huizen stroom uit het stopcontact komt. Maar je moet er gewoon voor betalen. Of het dan goedkoper is hier dan elders? Voordat één van de vrouwen kan antwoorden, snerpt de Conditorei dame: “Billig?? Wenn du Arbeitsloss bist, ist alles teuer”. En demonstratief pakt ze een half brood onder de toonbank vandaan en geeft het aan de jongste van de drie vrouwen. “Hier hast du ein Brot, hast du etwas zum essen heute…“
14
De uitdaging en opdracht is dat we moeten beseffen dat we meer dan 150 jaar onderdaan zijn van een Thorbeckiaanse overheid. Het bijbehorende volg-en klantgedrag wordt niet per convenant omgedraaid in onderheid en overdaan. Zowel overheid, bestuurders als bewoners moeten dat leren. De voorhoede van burgers redt dat wel, zal er het snelst op inspelen en door trial and error een flinke stap maken. De niet zo snelle achterhoede zal sneller afhaken en dan zijn we nog verder van huis doordat we een nieuwe tweedeling schapen van toegeruste voorhoede en steeds meer verliezende achterhoede die de oude overheid als heil van alles romantiseren Dit proces vraagt een jaar of tien van oefenen, trainen, zoeken en elkaar helpen met hulp van nieuwe vormen van samenwerking in wijken die zich steeds meer ontwikkelen van 1vraaggericht samenwerken via 2-ambitiegericht samenwerken en 3-agenda-afstemming naar 4-zelfsturing met wijkproductiekracht
Ostrom als leidraad voor de organisatie van NPK Elinor Ostrom is Nobelprijswinnaar in de Economie. Zij heeft die prijs gekregen omdat ze acht ontwerpregels maakte voor het door een lokale samenleving gezamenlijk kunnen beheren en exploiteren van bronnen in een gebied. Ter inspiratie en postuum eerbetoon hier de ontwerpregels van Ostrom10
Design Principles for CPR Institutions Ostrom identified eight "design principles" of stable local common pool resource management: 1. Clearly defined boundaries (effective exclusion of external un-entitled parties); 2. Rules regarding the appropriation and provision of common resources that are adapted to local conditions; 3. Collective-choice arrangements that allow most resource appropriators to participate in the decision-making process; 4. Effective monitoring by monitors who are part of or accountable to the appropriators; 5. A scale of graduated sanctions for resource appropriators who violate community rules; 6. Mechanisms of conflict resolution that are cheap and of easy access; 7. Self-determination of the community recognized by higher-level authorities; 8. In the case of larger common-pool resources,organization in the form of multiple layers of nested enterprises, with small local CPRs at the base level.
Hieronder een vrije vertaling op de schaal van Baron von Münchhausen 1. Heldere afbakening van het gebied, de buurt, de wijk. Op basis van wat bewoners beschouwen als hun wijk, domein. Geen CBSwijken of administratieve wijkindeling. Steden kunnen de norm van Seatlle als maatvoering aanhouden: plm 4000 bewoners is een buurt. Duidelijkheid over welke personen aan welk wijkinitiatief deelnemen. 10
Ostrom, Elinor, designrules of Common Pool Resource (CPR) management – wikipedia Engelse versie
15
Het gericht op afstand houden van externe partijen met een algemene boodschap. Als de vraag is: wie/wat hebben we nodig, dan eerst binnen het gebied kijken en niet op voorhand buiten het gebied. Als er geen duidelijke rol is voor een stedelijke of regionale organisaties (welzijnswerk, cultuurinstelling) dan hebben ze op voorhand geen rol . . 2. Afspraken maken over eigenaarschap en voorraadbeheer van de bronnen in een gebied plus de inzet die de deelnemers gaan leveren. Er moet een gedeeld besef zijn dat het geheel van regels, indien naleving wordt afgedwongen, voldoende is om tegenwicht te bieden aan egoïstische, korte-termijn prikkels. Principieel uitgangspunt is dat alle gebruiksrecht van de lokale gemeenschap (wijk) is en rechtstreeks toegankelijk moet zijn –tuin, grond, groenperkje, zonnestralen in eigen tuin)-. Het is te beschouwen als een soort van recht van overpad op mondiale bronnen. Ook hier geldt weer allemansrecht. Dit geldt ook indirect, dus als de gemeente eigenaar is van een gebouw mag de wijk er in principe gebruik van maken maar kan het niet rechtstreeks opeisen. Andersom geldt dat eigenaren van openbare zaken niet zonder overleg met de wijk hun eigendom een andere bestemming kunnen geven of een bestemming of functie er aan toe kunnen voegen. 3. Het gebied (dus daarmee ook de eigenaren van bronnen en initiatiefnemers) heeft toegang tot het proces van besluitvorming via eenvoudige modellen van co-creatie. Het moet gemakkelijk zijn om met elkaar te communiceren. Als er in een gebied iets op de rol staat bij bv de gemeente of een corporatie, dan krijgen bewoners, ondernemers, gebruikers van het gebied een rol in het bedenken van aanpak en oplossing. Het advies vanuit het gebied geldt als zwaarwegend: het wordt in principe opgevolgd! Dit is een trendbreuk met “algemeen belang gaat voor gebiedsbelang”. 4. De initiatiefnemers en eigenaren die een bron in het gebied benutten, of een project vanuit het gebied opzetten, moeten verantwoording afleggen aan de deelnemers en/of moeten die deelnemers zelf zijn. Bewoners monitoren zelf met eigen systemen die een natuurlijk onderdeel zijn van het geleefde leven in het gebied. Gebieden moeten zelf keuzes kunnen maken voor efficiënte en effectieve interventies en achteraf ook zelf kunnen beoordelen of het ook werkelijk efficiënt en effectief was. . 5. Een heldere strafmaat ( met een oplopende schaal) voor initiatiefnemer, deelnemers en NPK-ers die de community regels schenden. Andere deelnemers –als belanghebbenden- sanctioneren. Dit houdt dus in dat er afspraken en regels er moeten zijn. Een gebied heeft bij aanvang zelf de toekomstgerichte leefregels voor hun wijk geformuleerd. Ofwel wat voor soort wijk willen we zijn, waar willen we naar toe, hoe gaan we dan om met elkaar, welke taken hebben we dan uit te voeren, wat is de sanctielijst etc…. 16
6. Er moet een simpel en toegankelijk systeem zijn voor het oplossen van een conflict is tussen NPK (eigenbelang), gemeenschappelijk belang of lokaal belang. Er moet een breed besef zijn dat bewoners, initiatiefnemers en deelnemers naleving van de eigen regels van dag tot dag moeten afdwingen, zonder dat een extern gezag kan ingrijpen. Kunst is om op basis van allemansrecht te komen tot mediërende uitspraken en niet op basis van nieuwe regels die de oude weer gaan vervangen. 7. Bij bestuur van de stad en bestuur van instellingen dient erkenning (en afstandelijkheid) te zijn ten aanzien van zelfkracht, zelfbeheer en zelfbeschikkingsrecht en de daarbij behorende afspraken van de inwoners/gebruikers en initiatiefnemers van een wijk. 8. Initiatieven moeten klein en herkenbaar zijn. Er over heen kan een gelaagde en grote organisatie komen. Aan de basis moet de bron, het initiatief herkenbaar blijven. De SRV wagen rijdt verder naar het volgende gehucht. Ik blijf ietwat onthand achter en praat na met de andere vrouw. Ze is 87 en ze moet lachen om dat energie-gedoe. Dat is toch iets “fur junge Leute”. Of zij mede-eigenaar is, of “Mitglieder” van de energie-coöperatie? Ze weet het niet. Herr Bürgermeister heeft het allemaal geregeld en dan zal het vast goed zijn voor het dorp. Een andere vrouw, ik schat haar ergens in de zestig, bevestigt dit verhaal. Jaren geleden is er een bijeenkomst geweest onder leiding van Herr Bürgemeister. Maar dat was nog voor 2000. Als ik meer wil weten, moet ik maar naar het Geschäft. Ze wijst op een klein paadje een tiental meters terug. De twee vrouwen verdwijnen met hun brood onder de arm in hun huizen. De arbeidsloze vrouw is allang verdwenen. Het lijkt weer uitgestorven. En opvallend…….van de vele windmolens is er geen één te zien, alle zichtlijnen worden gebroken door bomen en huizen. Dat beeld verandert rigoureus als ik het paadje in stuur op weg naar het Geschäft.
17
3
Startkaart - de “Elinor Stones”
Vijftien bouwstenen11 voor collectieve, natuurlijke en zelfgeorganiseerde productiekracht (NPK) Voordat begonnen wordt met het verder vorm geven van NPK raden wij aan om als een echte baron in de spiegel te kijken door middel van deze bouwstenen startkaart. U verwerft hiermee inzicht in de slaagkans van de voorgenomen initiatieven in uw werkgebied. Deze bouwstenen zijn tevens gebruikt om de primaire NPKstrategieën ( vijf stuks zie hoofdstuk 4) te concretiseren en van voorbeelden te voorzien. Het gaat – zoals eerder aangegeven – vooral om bronnen/initiatieven op het gebied van • Ecologie/duurzaamheid ( o.a. energieopwekking, stadslandbouw) • Beheer van openbaar gebied/ruimte • Zorg • Onderhoud eigen woning/huurwoning • Veiligheid • Cultuur en Vrije Tijd
1 Grootte van de bron, initiatief Hoe groter de bron/initiatief, des te minder kans op NPK Het gaat hier letterlijk om de fysieke/geografische omvang van bron/initiatief. Bewoners in Doetinchem die duurzaam willen leven sluiten zich eerder aan bij een zonnecollectoreninitiatief in de Achterhoek dan bij TransitionTown Nederland. Afspraken maken omtrent voortuintjes beheer op straatniveau zal eerder leiden tot een groep enthousiaste, initiatiefrijke bewoners dan op het niveau van de gehele wijk. Schat de grootte in van het initiatief/bron in uw barongebied op een schaal van 1-5 punten • Het Initiatief is op schaal van de gehele wijk: 1 punt • Het Initiatief is op schaal van straat/portiek/buurt: 5 punten • Zit het er tussen in: 3 punten 2 Productiviteit van de bron/initiatief Hoe schaarser de opbrengst van de bron/initiatief, des te groter de kans op NPK Als er in een wijk sprake is van veel groen dan zal de animo om nog een nieuw groenplekje te creëren laag zijn. Daarentegen; in gebieden met een stenig karakter zal een groen buurtinitiatief kansrijk zijn en kunnen leiden tot NPK Schat de opbrengst van het initiatief in, in termen van schaarste versus overvloed. • Grote mate van overvloed: 1 punt • Grote mate van schaarste: 5 punten • Zit het er tussenin: 3 punten
11
Wat ons betreft gaat het hier om de Elinor Stones, een verwijzing naar de onlangs overleden systeemtheoretica Elinor Ostrom, die de Nobelprijs verwierf door haar onderzoek naar Common Pool Resource management en Social Ecological System theory. De “Elinor stones” zijn systeemvariabelen
18
3 Voorspelbaarheid van de dynamiek van de bron/initiatief Hoe onvoorspelbaarder de opbrengst/dynamiek van een initiatief/bron, des te groter de kans op NPK Als van te voren duidelijk is dat er dagelijks tientallen betalende senioren op een buurtrestaurant afkomen, zal een commerciële markt of zorgpartij hier allang op afgekomen zijn. Als dat onduidelijk is – en meestal is dat zo als er geen commercieel tegenhanger is – creëert dat spanning en verrassing ten aanzien van een dergelijk initiatief. En dwingt het tot een unieke, vaak creatieve, oplossing. Dat vergroot de kans op NPK Schat de dynamiek/opbrengst van het initiatief in, in termen van onzeker/vaag versus zeker/helder. • Grote kans op helderheid,zekerheid ten aanzien van dynamiek/opbrengst: 1 punt • Kleine kans op helderheid/zekerheid ten aanzien van dynamiek/opbrengst: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten 4 Mobiliteit van de bron/initiatief Hoe mobieler de bron/initiatief, des te kleiner de kans op NPK Als het initiatief niet weg kan lopen uit de wijk, is de kans op NPK groter. Een zorgcoöperatie beginnen in de oude, lege melkfabriek jaagt eerder NPK aan dan een theoretisch zorgcoöperatie model dat van buitenaf wordt gelanceerd. Die laatste variant is niet spijkervast en kan zo weer weg zijn, de melkfabriek is eigen, zichtbaar en verhuist niet zomaar. Of het kweken en uitzetten van salamanders in de vijver midden in de buurt (buurtgroep ecologisch beheer buurtvijver) biedt meer kansen op NPK dan het uitzetten van deze salamanders in de langsstromende grote rivier ( dus geen buurtgroep ecologisch beheer Grote Rivieren). Schat de mobiliteit van het initiatief in, in termen van mobiel verus vastzittend • Grote mate van mobiliteit: 1 punt • Grote mate van spijkervastheid : 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten 5 Grootte van de groep betrokkenen rondom bron/initiatief Hoe groter de groep, des te groter behoefte aan collectiviteit en zelforganisatie en des te krachtiger de investering- en slagkracht Het maakt nogal wat uit of één bewoner zijn huurhuis gaat verbouwen of de halve straat of een geheel woonblok. Dat maakt uit in slag en investeringskracht en een groot aantal deelnemers jaagt de kans op NPK aan. Schat het aantal deelhebbers van het initiatief in • Minder dan 4: 1 punt • Meer dan 10: 5 punten • Er tussen in: 3 punten
19
6 Kennis en toerusting Hoe meer kennis er aanwezig is, des te groter de kans op NPK, hoe minder kennis, des te sneller bron/initiatief opdroogt/doodbloedt Hier gaat het om de toerusting van initiatiefnemers. Als geïnvesteerd kan worden in kennis van een groep ten aanzien van een bepaald initiatief, dan is de kans op NPK een stuk groter. Succesvolle buurtinitiatieven zijn vaak gestart met kennisvergroting zoals een cursus, op excursie gaan, bij een ander in de keuken kijken, doorvlooien van regelgeving, procedures en subsidies, in gesprek gaan met deskundigen. Zie bijvoorbeeld de trainingen budgetmonitoring (zie hoofdstuk 6 NPK als verdienmodel l) Schat de bereidheid in t.a.v. kennisvergroting of de aanwezige kennis in ten aanzien van een initiatief • Weinig kennis/geen bereidheid tot kennisvergroting: 1 punt • Veel kennis, grote bereidheid tot kennisvergroting: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten 7 Afhankelijkheid van de bron/initiatief Hoe groter de mate van afhankelijkheid van de bron, des te groter de kans op NPK Als duidelijk is dat veiligheid toeneemt, de waarde van woningen stijgt, de woonlasten dalen, de zorg goed en dichtbij geregeld is, het openbaar gebied er fijn bij ligt met andere woorden: als welzijns-en geluksbeleving direct een relatie heeft met het initiatief, dan is de kans op NPK groot. Schat het directe belang en de concrete mate van afhankelijkheid ten aanzien van het initiatief in • Geen weinig belang: 1 punt • Groot belang: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten 8 Mate van betrokkenheid Hoe groter de mate van betrokkenheid ten aanzien van. een initiatief hoe groter de kans op NPK De kunst en kunde van NPK is om een idee tot een gedragen initiatief te ontwikkelen. Dat verloopt van volgen, geïnteresseerd, belangstellend, deelnemend, deelhebbend zijn tot eigenaar zijn. Hoe meer eigenaarschap beleving des te groter de kans op NPK. Schat mate van betrokkenheid in, in termen van eigenaarschap • Geen/nauwelijks mate van betrokkenheid: 1 punt • Grote mate van betrokkenheid-eigenaarschap: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten
20
9 Mate van maakbaarheid Hoe maakbaarder het initiatief, hoe groter de kans op NPK De kunst en kunde van NPK is om een idee tot een haalbaar, jazelfs maakbaar initiatief te ontwikkelen. Het gaat er om dat er uiteindelijk zicht is op de maakbaarheid van het initiatief. Hoe meer zicht hierop, des te groter de kans op NPK. Schat mate van haalbaarheid in, in termen van (zelf)maakbaarheid • Geen/nauwelijks mate van maakbaarheid: 1 punt • Grote mate van maakbaarheid: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten 10 Plezier en geloof Hoe meer lol bij het initiatief, hoe groter de kans op NPK Alles begint bij inspiratie, ambitie, iets leuk vinden en er een hoop lol aan beleven. Anders haak je af. Organiseer je initiatief alsof je een feestje organiseert. Punt. Plezier staat of valt met of je er ook in gelooft: als je niet gelooft in “man on the moon”, dan kom je er niet of als Usain Bolt niet gelooft in dat ie zal winnen, dan wordt het weer een valse start. Schat mate van plezier en geloof in ten aanzien van het initiatief • Geen/weinig plezier en geloof: 1 punt • Veel plezier en geloof: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten 11 Stabiliteit ( driepoot ) Hoe stabieler een initiatief wordt neergezet, hoe groter de kans op NPK Als een initiatief gedragen wordt door bewoners en inspirerende ruimte krijgt van professionals en bestuurders dan is de kans op NPK groot. Het gaat om drie principes: maatschappelijke betrokkenheid waarbij bewoners het voortouw nemen; het versterken van democratische legitimatie (politiek) en het verbeteren van de effectiviteit (professionals).12 En het is ook een keiharde wetmatigheid uit de mechanica: een driepoot wiebelt nooit. Schat in of het initiatief een driepoot heeft in de domeinen publiek, politiek en professioneel • Geen driepoot: 1 punt • Stabiele driepoot met voor elk een rol: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten
12
Zie Albert Jan Kruiter en Eelco Blokker “In Ons belang”. Van Gennep 2012
21
12 Wet behoud van energie Hoe minder sprake is van overbrenging, transmissie , schijven en tandwielen, des te groter de kans op NPK Als een initiatief zich kan ontwikkelen met zo min mogelijk tussenpersonen, procedures en regels dan blijft de meeste energie van een initiatief behouden voor dat initiatief. Dit is de wet behoud van energie in optima forma: de wieken van een windmolen die direct, boven in de molen de generator aandrijven, zonder tussenkomst en transmissie: hier gaat geen aandrijving-energie verloren. Deze nieuwe generatie windmolens levert tot 10 maal de energieopbrengst dan oudere generaties. Schat de mate van behoud van energie ten aanzien van een initiatief in • Geringe mate van behoud/veel transmissie, schijven en bureaucratie: 1 punt • Grote mate van behoud energie met korte lijnen: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten Variabelen ten aanzien van het gebied 13 Leiderschap Hoe meer natuurlijke leiders en entrepreneurs in een gebied, des te groter de kans op NPK Dit kunnen informele, natuurlijke leiders en entrepreneurs, zijn in een gebied maar ook professionals. Schat de aanwezigheid en kracht van leiders in, in het gebied • Geen leiderschap aanwezig: 1 punt • Sterk leiderschap aanwezig: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten 14 Gedeeld sociaal kapitaal Hoe meer gedeelde waarden, normen, ambities en gebruiken in een gebied, des te groter de kans op NPK Niet voor niets ontstaat er veel NPK in dorpen en identiteitsgebieden waar sprake is van grote mate van wederzijdse betrokkenheid. In doorsnee stads wijken is dit niet vanzelfsprekend Schat de mate in van sociaal kapitaal bij het initiatief • Geen/nauwelijks sociaal kapitaal: 1 punt • Grote mate van sociaal kapitaal: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten
22
15 Zelfsturing Hoe groter de autonomie om in een gebied zelf afspraken, normen, codes en regels te mogen maken, des te groter de kans op NPK Als in een gebied de inwoners een grote mate van autonomie hebben om zelf afspraken, normen en regels te mogen afspreken die in hun gebied leidend zijn ( boven op de grondwet en het burgerlijk wetboek) en dat ook kunnen handhaven, dan vergroot dat de kans op NPK.13 Schat de mogelijkheid in om in een gebeid te komen tot eigen wetten en gouden regels • Geen regel-autonomie: 1 punt • Sterke regel autonomie: 5 punten • Zit er tussen in: 3 punten \
Rekensom 60-75 punten: 25-60 punten: 15-25 punten:
Het initiatief heeft grote kans zich te ontwikkelen tot NPK. Doe verder niks, behalve aanmoedigen en belangstelling tonen Het initiatief heeft potentie zich te ontwikkelen tot NPK. Maak gebruik van de volgende vijf strategieën Het initiatief heeft grote kans te mislukken
En misschien wel de belangrijkste bouwsteen van allemaal is de mate van absurditeit. Hier raken we de kern van Baron von Münchhausen. Alle voorafgaande bouwstenen ten spijt geldt toch vooral : hoe absurder hoe kansrijker. Laten we die er ook vooral inhouden Albert Einstein: “If at first, the idea is not absurd, then there is no hope for it”
Meer dan veertig windmolens draaien langzaam hun wieken rond. Wow, dat is een heftig gezicht en ik vraag me meteen af of je dit moet willen, zo dichtbij bij een dorpje. Het “Geschäft” bestaat uit een grote varkensschuur met een enorme biogasklok, er naast een klein soort kerncentrale en iets verderop een rechthoekige fabriekshal. Een drietal auto’s voor de deur. Binnen tref ik Vertriebsleiter Günther Kreissler en zijn secretaresse. Ik leg de reden van mijn bezoek uit en der Günther is de beroerdste niet. Vier maal per week krijgt hij een touringcar vol bobo’s van heinde en verre op bezoek, dus een eenmansbezoek is voor hem een eitje en hij wil me graag rondleiden. Buitengekomen sluiten mijn reisgenoten aan.”Dass sind nur drei”, lacht Günther. Meestal zijn het er wel “dreißig“, olijkt hij. 13
Zo is het in zgn. Commons de regel dat een gebruiker die ziet dat een andere grondgebruiker een overtreding begaat ook in overtreding is als hij dat niet meld. De kennis bij beide partijen van deze plicht zorgt voor een sociale balans van zelfregulering
23
4
Baron von Münchhausen – strategieën
De V-motor en vijf strategieën… De vijf strategieën hebben als doel om bewoners, bedrijven, winkeliers en organisaties (samen de makers van de wijk) aan te spreken, aan te sporen en elkaar op te zoeken. De vijf V-strategieën vormen een aanvullend en samenhangend geheel. Met andere woorden: je moet alle vijf inzetten wil je NPK laten groeien. Per wijk kunnen er wel accenten gelegd worden. Bijvoorbeeld meer inzetten op de V-strategie Verleiden & Omkeren en minder op Verplichten & Afdwingen. Zie het als een voetbalelftal: je moet kunnen aanvallen én verdedigen én de tegenstander opjagen én de wedstrijd vertragen én met de punt naar voren spelen én het middenveld kunnen controleren én splijtende passes geven én vanaf de vleugels het spel opentrekken én…. Maar dit alles nooit tegelijkertijd en elk elftal heeft zijn eigen strategie en speelt zijn eigen stijl . De vijf V-strategieën kennen voorbeelden van alledaagse werkvormen, instrumenten en benaderingen die zich bewezen hebben. Ze zijn soms voor de hand liggend maar vaker nog innovatief; dan vragen ze om een stelselwijziging in het maken van beleid, benaderen van bewoners, opzetten van wijknetwerken of de sturing van uitvoeringsprogramma’s. Elke strategie is opgebouwd vanuit de drie kernfuncties van een creërend proces gericht op productie: inspiratie, interactie, transactie.14
14
Een werkmodel van De Stad BV
24
Het leidt tot een matrix waaruit voor elke aanpak of initiatief een eigen strategie kan worden samengesteld.
verleiden
verplichten
vlechten
vergroeien
verdienen
inspiratie interactie transactie
De Baron von Münchhausen heeft deze matrix het NPK Dashbord genoemd. Deze is in bijlage 1 te vinden • Verleiden & Omkeren, waarbij het gaat om het uitbouwen van individueel eigenbelang naar gedeeld eigenbelang, • Verplichten & Afdwingen, waarbij het gaat om nieuwe vormen van afgedwongen gemeenschapsvorming en verplichte maatschappelijke inzet, • Vlechten & Vergroten, waarbij het gaat om grote, kleine, zichtbare en ontluikende initiatiefkracht aan te moedigen en met elkaar te vervlechten • Vergroeien & Aantakken, waarbij het gaat om de productiekracht aan te laten sluiten op de gezamenlijk gewenste ontwikkelingsrichting van bewoners, ondernemers, gemeente, maatschappelijke partijen, • Verdienen & Ondernemen, waarbij het gaat om productiekracht te kapitaliseren en “op geld “ en “winst” te zetten.
25
1. Verleiden en Omkeren Van eigen belang naar gedeeld eigen belang naar misschien wel
collectieve wederkerigheid. De opbrengst van deze strategie is: intrinsieke energie en motivatie van de deelnemer om zich actief in te zetten. Het gif van de verleiding heeft zijn werk gedaan en deelnemers gaan , samen met anderen, door roeien en ruiten om hun initiatief te realiseren.
Onze zuiderburen gebruiken voor verleiden het woord animeren: ergens een ziel in aanbrengen, bezielen. Nederlanders zijn meer van het calvinisme: verleiden heeft bijna een negatieve connotatie: de slang die Eva verleidt met de appel en ons daardoor eeuwig met de erfzonde belast. Hoewel Duitser van geboorte is Baron von Münchhausen geen calvinist, eerder een Bourgondische Belg die graag verleidt en verleid wordt. Dat leidt tot de volgende drie stappen
Inspiratie: Uitnodigen, verbeelden, voorbeelden Wees de uitnodigende partij Verleiden begint altijd met een uitnodigende partij die een signaal afgeeft, een signaal waardoor je geraakt wordt en gaat nadenken. Dat moet in woord en gebaar duidelijk zijn en terugkomen. “Iedereen die iets wil doen voor zijn of haar buurt is bij ons aan het goede adres”. Dat dient het mantra te zijn van de uitnodiging. Dit doet een beroep op : • fantasieprikkeling ( iets doen) • op gemeenschappelijk gevoel (iedereen) • op de omgeving ( buurt) • op krachtige en betrouwbare ontvangst (“goede adres, bij ons”) Dat kan door de inzet van een werker maar wees ook op andere fronten uitnodigend: beleidsvoornemens bekend maken in uitnodigende taal, open data15 (bv budgetbesteding t.a.v. groenkwaliteit of veiligheidscijfers in de wijk tot en met de soorten fruitbomen in de wijk, etc. ). Uitnodigend kan ook zijn het instellen van een variant op het Engelse Right To Challenge: Recht Op Overdracht. (zie hoofdstuk 1, Baron von Münchhaussen) Organiseer praktische vormen van honorering voor bewonersinitiatieven. Denk aan huurkortingen bij bijzondere inzet of gereedschapsgebruik. Ook dat werkt uitnodigend. Overheid en instanties treden niet terug maar naar voren door uitnodigend en uitdagend te zijn. Daarmee spreken zij vertrouwen uit in de samenleving ( bewoners, ondernemers etc). 15
http://wheredoesmymoneygo.org
26
Zij (bewoners etc) worden zo gevraagd mee te doen vanuit hun eigen inzichten en aangesproken op hun eigen vermogen om zaken te realiseren .
Maak het directe belang duidelijk. Maak duidelijk wat er te halen valt en wat de winst voor jou en je omgeving kan zijn. Dat is meer dan financieel voordeel alleen. Het uitgangspunt van verleiden is dus ook: Imagine…stel je eens voor… Bij de verbeelding is het belangrijk om de schaarste van (de opbrengst van) het initiatief aan te geven of de uniekheid van het initiatief te benadrukken. Het geeft een “drive” om te denken dat jij in jouw buurt nu iets doet wat anderen nog niet bedacht hebben. Zoek voorbeelden, leiders en de rolmodellen Niks prikkelt de fantasie beter dan voorbeelden van gelijksoortige initiatieven elders. Presenteer het als een catalogus van mogelijkheden. Dat kan letterlijk in een catalogus, of filmpjes op internet, ideeënwebsites, etc Als in die voorbeelden mensen voorkomen die men kent en die succesvol zijn of gezag hebben dan werken ze dubbel zo goed. Kenmerkend in Suburbia is dat het “ een verzameling is van eigengereide groepen die zich vooral focust op de eigen leefwereld. En op het lichamelijke, het aardse en het materiële. Eveneens kenmerkend in Suburbia is de aantrekkingskracht van en focus op mensen met een volkse uitstraling of op zijn minst een kritische houding ten aanzien van autoriteit”16. Als men hier in staat is om leiders te mobiliseren voor buurtinitiatieven, is dit ook een aansporing om eigen vrijheid van handelen te nemen en niet langer te wachten op de overheid. En het leven is “verrukkulluk”: geen advertentie, presentatie of uitnodiging zonder een feestelijk tintje. Dat sterkt “fun en faith”
Interactie: Van vergaderen naar party bezoeken Maak werk van voorpret Als mensen zich uitgenodigd voelen zal dit respons opleveren. Iedereen die beweegt of respondeert, krijgt bezoek aan huis. “Leuk dat u met een idee bent gekomen”. Het gaat erom om het idee nu verder te brengen tot (NPK) initiatief: dus levensvatbaarheid versterken. Laat mensen met ideeën bij elkaar komen, elkaar inspireren en zorg er voor dat er ook ‘makers’ zijn van organisaties als gemeente, corporatie, welzijnswerk, bedrijfsleven, etc. Die zich aanmoedigend opstellen als wegbereiders in de systeemwereld en als ideeondersteuners. Organiseer een bijeenkomsten met een ander karakter dan een vergadering. Maak er markten, arena’s en theaters van. Waar ideeën, initiatieven en beleid elkaar ontmoeten, waar dialoog gemakkelijk kan plaatsvinden. Neem een voorbeeld aan de populaire Pecha Kucha-bijeenkomsten.
16
Motivaction Stand TV Meting 26
27
Ook het internet kan een goede plek zijn om ideeën te delen, maar vergeet niet de virtuele wereld te koppelen aan “real life”. Zorg er wel voor dat het vooral niet op vergaderen lijkt, maar op doen en vieren. Have fun & faith is niet voor niks één van de bouwstenen van Baron von Münchhausen en startregel van de Amerikaanse burgerkrachtdeskundige Jim Diers17 We beginnen bij de biogasinstallatie. Günther legt geroutineerd uit. Wat we hier in Feldheim produceren is stroom en warmte. Stroom wordt op twee manieren geleverd: door de windmolens en door de verbranding van biogas. Beiden zetten generatoren in werking die stroom leveren. Warmte halen we eveneens uit de verbranding van biogas en uit de verbranding van houtsnippers. Eigenlijk hebben we hier maar twee problemen: in de winter komen we warmte tekort, dus dan stoken we op houtsnippers een grote boiler op. Dit is het bouwwerk dat ik aanzag voor een soort kerncentrale. Die levert dan extra warm water. En in de zomer hebben we teveel aan warmte en dat kunnen we niet kwijt of terugleveren. Het laatste probleem is dat 46 windmolens vele malen teveel aan stroom produceren dan nodig is in Feldheim. Terugleveren voor een vaste prijs - die tien jaar is afgesproken - is een goede oplossing gebleken. Maar we willen eigenlijk deze overtollige energie gebruiken om dat op te slaan in een enorm batterij-pakhuis zodat we ook stroom hebben als het windstil is. Maar dat is toekomstmuziek…… Stroom komt gewoon via het net bij de huizen. De windmolens en de biogasinstallatie leveren hun stroom keurig aan het net en de bewoners halen de stroom via de meterkast weer in huis. De geproduceerde warmte komt via een geïsoleerd buizenstelsel elk huis binnen. En ook de varkensstal wordt op deze manier verwarmd. Zo krijgen de varkens in ruil voor hun mest warmte terug. En als er niet genoeg mest is, dan wordt de biovergasser aangevuld met gehakselde maïs. Ook dat wordt door een paar boeren uit de omgeving geleverd. Niet voor niks staan de meeste van de 46 windmolens in maïsvelden opgesteld. Zo wordt het land twee keer gebruikt….
Geef zicht op en toegang tot “Routemakers” Het is belangrijk om duidelijk te maken hoe het “proces” er in grote lijnen uit ziet, langs welke stappen het een en ander verloopt. Minstens zo belangrijk is het signaal dat
17
Neighbor Power. Building Community the Seattle Way – Jim Diers. Uitgv. University of Washington, 2004
28
initiatiefnemers alle vrijheid hebben om hun eigen route te ontwerpen. Wel moet duidelijk zijn waar en met wie ze die routekaart kunnen maken . Dus routemakers: een organisatie, een construct dat bewoners helpt met het maakbaar maken van het initiatief en die zaken die de initiatiefnemers zelf kunnen vooral niet doet en die de initiatiefnemers ontlast bij remmende zaken als beleidsobstakels, administratieve lasten, juridische zaken en aanspoort bij het maakbaar maken door perspectieven en medestanders te zoeken, kennis te delen,etc. (In hoofdstuk 6 De installatie-eisen staat er meer over het “Baronconstruct”). Het is de kunst voor bewoners en professionals om zo min mogelijk schijven en tussenstations in te bouwen. Elke schijf zorgt voor energieverlies, dus de uitdaging is om routes zo simpel mogelijk te ontwerpen, langs zo min mogelijk haltes te laten lopen en interventies te beperken tot de hoogst noodzakelijke. Dat is het principe van de Wet Behoud van Energie.
Transactie: Beleggen en borgen Aanmoedigingsbonus/starterspakket Organiseer voor elke initiatief een uniek NPK starterspakket vol handige tips, excursies, adressen en websites. Hiermee help je het initiatief verder, voorkom je onwenselijke bureaucratie, vergroot je de kennis van de initiatiefnemers en versterk je het eigenaarschap . En het is een zichtbare en aanmoedigende mijlpaal op weg naar het beoogde resultaat, waarbij feitelijk het signaal wordt gegeven van “it giet oan”, er is weer een belangrijke stap gezet, de transactie is begonnen Oliemannetje/pech onderweg Lever een oliemannetje (of vrouwtje). Een idee maakbaar maken met zo min mogelijk haltes en via zo min mogelijk schijven, dat is het uitgangspunt en behoud ook de meeste energie. Toch kan het zijn dat een initiatief dreigt vast te lopen. Dan is de “pech onderweg service” vanuit het Baronconstruct behulpzaam: een persoon, die snel ter plekke olie toevoegt op een plek waar het stroef loopt. Dienstbaar aan de burgerinitiatieven en faciliterend aan burger/productiekracht, staat op zijn schildje. (Zie ook hoofdstuk 6 - De Installatie eisen.) Permanente ontmoeting Zorg voor vormen van open en permanente ontmoeting tussen initiatiefnemers onderling en soms met de overheid en professionals er bij. Er moet een sfeer ontstaan waarin initiatieven gedeeld worden en nieuwe initiatieven ontstaan kunnen worden. Vergelijkbaar met de broedplaatsgedachten
29
2. Verplichten en Afdwingen Van afgedwongen samenwerken en verplicht vrijwilligerswerk tot collectieve kracht en gemeenschapsvorming. De opbrengst van deze strategie is: extrinsiek energie en motivatie van de deelnemer om mee te doen. De verplichting heeft z’n werk gedaan en deelnemers werken samen om initiatieven te realiseren. Na verloop van tijd vindt hier echte gemeenschapsvorming plaats. Want de deelnemers zijn van lotgenoten bondgenoten geworden ja vaak zelf eigenaren van het – afgedwongen – initiatief. Moderne vormen van Subbotnik In Nederland wordt verplichten dikwijls verward met het begrip wederkerigheid. Wederkerigheid is het belonen van een dienst met een tegen dienst, vanuit je waarden, normen,geloof, of overtuiging. Verplichten is “ an offer you can’t refuse…” of anders heb je pech gehad en volgens er sancties. Ter inspiratie: in het Oost Duitsland werd dit “subbotnik” of “freiwillige Arbeitseinsatz” genoemd. Elke eerste zaterdag van de maand samen de handen uit de mouwen om van je buurt, je complex, je dorp een fijne woon- en leefomgeving te maken. Anders kreeg je er geen woning. Het Russische begrip “subbotnik” (van Lenin) is door de Oostduitsers overgenomen en subbotnik betekent nu ook in het Duits: de dag voor zondag waarop je samen met elkaar aan de slag gaat in je buurt. Het gaat om ontmoeting, werken, en daarna bier drinken, Het gaat ook om gezelligheid en gemeenschapsvorming. Vaak gaat het om verleidend verplichten. Niet alleen het communistische Oostblok was hier goed in. De kapitalistische profit-markt werkt onder de naam package deals met verplichte verkoopmechanismes: je krijgt gratis een prachtige telefoon maar je bent verplicht om een abonnement af te sluiten. Of je wordt in de catalogus verleid om die ene IKEAtafel te kopen maar je bent verplicht om de gehele route door het warenhuis af te leggen. Of je koopt een hippe Apple en daarna ben je verplicht om voor elke gadget naar de Apple Store te gaan en te betalen. De nonprofit-markt kent dit mechanisme eveneens: bij veel voetbalclubs kun je je kind alleen nog voor de F-jes aanmelden als uit de ouders een elftalleider en een trainer naar voren komt. ok andere verenigingen en instellingen kennen het principe van verplichte werkzaamheden: de gezamenlijke schoonmaakdag van vele tennisparken , schoolpleinen, jachthavens, bar en kantine diensten die soms nog kunnen worden afgekocht maar steeds vaker niet meer. Baron von Münchhausen maakt het niet uit: verleidend verplichten of verplicht verleiden: “macht nichts aus”, het gaat hem om inspiratie, interactie en transactie: het onverwachte resultaat.
Inspiratie: Samen …..de balans opmaken Lotgenoten De strategie begint met een ‘verplicht voelende’ start. Bij voorkeur een bijeenkomst. Maar het kan ook middels een stand in het winkelcentrum of per brief aangekondigd worden, bij deze laatste twee ligt het initiatief voor vervolgstappen bij bewoners. 30
Niet ingaan op de uitnodiging staat gelijk met direct verlies en directe voelbare maatregelen. In Dordrecht bij de Short Stay Facility noemen ze dat dwingende maatregelen. Je kunt kiezen uit: werken, leren of… naar de gevangenis. Mensen kunnen worden bijeengeroepen door een gezaghebbende partij zoals hun huisarts, hun woningverhuurder, hun gemeente, hun sportvereniging etc. De oproep is uitnodigend en dwingend: als ik hier niet op inga, snij ik mezelf of mijn buurtgenoten in de vingers. Het doet een beroep op: • Gemeenschappelijkheid – we zitten met meerdere mensen in hetzelfde schuitje. Hoe groter het aantal, des te meer aanvaarding • Nieuw keuzes maken: nieuwe ‘next best’oplossingen zoeken, het bestaande accepteren of het verzet in duiken. Een verhaal uit Dresden 1958 “Alle toekomstige huurders van een flatwoning in een nieuw opgeleverde flat worden op een zaterdagmiddag ontboden in het souterrain voor de sleuteloverdracht. Vlak er voor hebben ze allemaal individueel hun nieuwe flat bezocht en bewonderd. Nu de sleutel nog…. De staatsverhuurder staat met een doos vol sleutels voor de groep: “Voordat u uw sleutel ontvangt wil ik graag aan deze sleutel ( van het souterrain) een label hebben met acht namen erop van bewoners die in het beheercomité van deze flat gaan zitten. Dit souterrain is hun uitvalbasis en de ruimte voor gemeenschappelijke activiteiten. Jullie hebben een half uur de tijd om die acht namen te leveren, anders even goed kameraden, maar dan gaat dit feest niet door.” De man verlaat de bijeenkomst. Na rumoer en gemopper , besluit de groep om toch maar acht mensen af te leveren: anders geen woning en dat in ieder geval niet. Eigenlijk is dat ook geen optie. De acht bewoners ontvangen een uitnodiging voor de eerste beheerbijeenkomst waarin hun uitleg wordt gegeven over hun taken. Ze worden verantwoordelijk voor trappenhuizen, souterrain, tuin, was-lijnen, fietsenhok, garagebeheer en kinderspeeltuin. Groot is hun verbazing als ze horen dat er een budget van 5000 ODM tot hun beschikking staat en een garagebox vol apparatuur. Nog groter hun verbazing als duidelijk wordt dat het souterrain is uitgerust met een grote koelkast en een tapinstallatie. Ze gaan aan het werk…..als eerste wordt een “Fass angeslossen”. Een jaar later is de groep uitgedijd tot een community van bewoners die lol hebben in technische klussen en wekelijks samen een pintje vatten in het souterrain. Er ontstaat een gemeenschap en meer en meer worden feesten en verjaardagen samen gevierd
De winst en verliesrekening Maak duidelijk wat er te halen valt en wat de winst voor jou en je omgeving kan zijn. En maak duidelijk wat er te verliezen valt. Dat is meer dan financieel voordeel alleen. Er is sprake van drie soorten winst-verlies: • Nieuwe oplossingen: jij en de buurt worden er direct beter van In Ootmarsum hebben bewoners het onderhoud van een park op zich genomen. Omdat de gemeente het niet langer wilder beheren.Het park ziet er schoner uit dan ooit, bewoners hebben er lol in en wat eerst € 30.000 kostte, kost nu € 3.000 euro. 31
• Nieuwe oplossingen: jij en de buurt worden op lange termijn beter van Energie -Inkoop coöperaties van bewoners komen in snel tempo van de grond. Het voordeel van zo’n opzet is dat tegen lage kosten energie ingekocht en weer verkocht wordt. Het bevorderen van duurzame energie door bijvoorbeeld de plaatsing van zonnepanelen, windmolens of andere herwinbare energie. Zo is het mogelijk om zelf de energieprijs in de hand te houden • Bestaande oplossingen gaan niet door: dus verlies De gemeente Heerlen stopt het onderhoud van het in verval geraakte Rosarium in de wijk Aarveld/Bekkerveld. Vanaf dat moment is het een braak terrein Dus verlies, gelukkig gingen bewoners het Rosarium in oude glorie herstellen. Maar ze hadden het verlies kunnen nemen.
Aanspreken Veel mensen willen wel wat voor anderen doen, maar ze weten niet hoe ze dat moeten aanpakken in een samenleving waarin niet langer automatisch een beroep op ze wordt gedaan. Er is een reëel bestaand altruïstisch overschot dat onderschat wordt. Dat kan aangeboord worden. Dat kan op een sociaal verplichtende manier (“Wat gaat U inzetten voor uw wijk?”), het kan ook op een opener wijze (“Mag de wijk gebruik maken van uw unieke mogelijkheden en kwaliteiten? “). Zo opende een kunstenaar in Beilen, samen met vijf andere kunstenaars, zijn atelier voor kinderclubs. Bereid de winstkansen voor Organiseer een wijksafari waarbij bewoners aangeven welke zaken ze zelf (beter) kunnen doen en organiseer met partijen of, in welke mate en onder welke voorwaarden dat kan. Maak vooraf een menukaart van mogelijke diensten en activiteiten die bewoners zelf kunnen doen of over kunnen nemen van de gemeente of een maatschappelijke instelling. Zet daar ook een prijs bij zodat bewoners kunnen zien wat ze kunnen verdienen, terugverdienen voor de wijk of inverdienen voor de instantie.
Interactie: per situatie aftikken Bouw werk om in maatwerk Als mensen verplicht worden om iets te gaan doen, zal dit in de meeste gevallen leiden tot respons . Afgedwongen weliswaar, maar toch. Leg de wederzijdse afspraken goed vast. Per initiatief en per bewoners is dat anders. Zorg dat er in korte tijd toegewerkt wordt naar een contract. Dat ligt niet vooraf vast omdat het het contract van meerdere partijen moet worden.
32
Zorg dat de ‘verplichtingen’ van beide partijen benoemd worden plus de winst voor beide partijen. Benoem niet alleen de minimale verplichtingen maar schets een perspectief en geef aan waar je naar toe werkt met het contract: de route naar iets beters en wat iedere partij daar aan gaat bijdragen. Bij het project Breda Opgeruimd is er door het contract een privaat-rechterlijke relatie ontstaan tussen bewoners en de gemeente. “Veel beter en eerlijker dan een subsidierelatie”, volgens de projectleider. Elk contract wordt afgesloten met een deal waarin de te leveren prestatie omschreven is in termen van werkzaamheden , werkplek, hoeveelheid en overdracht naar eigenaarschap.
Tussendoor vraag ik steeds naar de invloed van de bewoners van Feldheim op dit alles, hoe dit initiatief tot stand is gekomen. Of de mensen bereid waren om zelf te investeren – want naar mijn gevoel is er vooral armoede in het dorpje – en of het hen nu al in de portemonnee scheelt. Ik vertel maar niets over mijn eerste ervaringen met de locals aan de Conditoreiwagen. Gunther ontwijkt in eerste instantie deze vragen. Gemeenschapsvorming is duidelijk zijn ding niet, de techniek van hoe het energiepark werkt daarentegen wel. Vol enthousiasme vertelt hij over het nieuwe type windmolen waarbij de draaiende beweging van de wieken direct wordt overgebracht op de generator die ook boven in de molen zit. Zonder tandwieloverbrenging of een andere vorm van transmissie. Dat is de Wet van behoud van energie in optima forma. Het verschil tussen de oude windmolens en de nieuwe generatie is dan ook navenant: van 700 kilowatt naar 7 megawatt. Maar na een beetje aandringen licht hij een tip van de sluier op.
Maak spel,-en speelregels Organiseer gesprekken tussen bewoners en gemeente en maatschappelijke partijen met betrekking tot de normen van gebruik in de straat, gebied, plein, park of portiek. Dat kan leiden tot normen en gewoonten die passen bij die ene plek. Soms zullen bewoners de beheernorm hoger willen dan de stedelijke norm (IBOR) is, soms zullen ze de plek een andere functie willen geven, soms zullen ze de norm naar beneden willen bijstellen. Dit vraagt wel duidelijke kaders waarbinnen er geschoven mag worden met normen en aan de andere kant flexibel om kunnen gaan met beheernormen. De uitvoering van deze gebiedsnormering kan alleen als bewoners ook hun deel op pikken. Maak wijkdeals volgens de indeling: 33
• • • •
Wat doen bewoners Wat doen bewoners samen met de beheerder Wat doet de beheerder samen met bewoners Wat doet de beheerder18
In Hoogezand werkt men in het project” Gorecht West – Samen aanpakken “ met Goud Waark Deals. In dit contract ligt de aandacht vooral op de prestaties ( goede werken) die de verschillende partijen verrichten en niet zozeer op de tegenprestatie.
Transactie: Eenheid van tijd, handeling en plaats Gezamenlijke uitvoering Een samenwerkingscoalitie burger-overheid-instanties krijgt betekenis als er ook daadwerkelijk samen gewerkt wordt. Daarbij helpt het uitgangspunt van eenheid in tijd, plaats en handeling. Ofwel echt samen werken, samen pauze hebben, samen verhalen delen, samen terugblikken en nieuwe afspraken maken. Geef richting maar vooral ook ruimte Het is de kunst om ruimte en vertrouwen te geven ten aanzien van de uitvoering. De aanzet en aanleiding is in meer of mindere mate afgedwongen maar daarna wordt ruimte geboden aan eigen inzicht en capaciteit. Niet zelden worden mensen toch intrinsiek gemotiveerd er meer van te willen maken dan de eerste verplichtende contractafspraken. Dus POP-achtige voortgangsgesprekken plannen: ProductiekrachtOntwikkelingPlannen. Het initiatief van het Rosarium in Heerlen is inmiddels uitgegroeid met een prieel, educatieve tuin, beeldentuin, mooie hangplek, concertpodium…..
18
Uit: Power in our hands – Tony Gibson Uitgv Paul & Co Pub Consortium, 1996
34
3.
Vlechten & Vergroten
Krachtige stromingen en kleine druppels samenvoegen tot een productiestroom. De opbrengst van deze strategie is een deeltjesversneller. De aanwezige, maar nog niet manifeste krachten in de wijk zijn gevonden en op zo’n manier in elkaar gevlochten dat dit samen de productiekracht van een wijk wordt.
Inspiratie: Oog voor bruising, branding en vitale stromen Zoek productiekansen Opsporen, oproepen en bij elkaar halen van ondernemende bewoners in de wijk: gangmakers, ondernemers, projecttrekkers (dit is wat anders dan projectleiders), everydaymakers19, ZZP-ers, enz. Het gaat dus om gericht productiekansen zoeken voor de wijk: o welke vragen dienen zich aan in de wijk (kansenplan), o op welke diensten kan een tegenbod gedaan worden (Engelse Right to Challenge), o samenwerkingen zoeken tussen partijen, o aanvullende diensten maken (bv catering aan verzorgingshuis, sportactiviteiten aan seniorencentrum, verhuisdiensten bij aangekondigde sloop/nieuwbouw-aanpak, nieuwe beheerfuncties voor buurthuis etc.)
Zet een Ambitie + Talent-aanpak op poten Organiseer een Ambitie + Talent-aanpak door bewoners individueel en uitdagend aan te spreken op hun talenten, hun ambities en hun bereid dat in te willen zetten voor zichzelf en voor de wijk. Vergelijk het met het Project voor Alledaagse Kansen20 (PAK) in Deventer waar meer dan 400 bewoners hun ambities in het groot en klein, op eigen kracht hebben verwezenlijkt. De aanpak kan intensief, zoals de frontlijn-aanpak in Leeuwarden waar alle bewoners deur –aan-deur zijn aangesproken, of wat ruimer opgezet worden zoals het aanspreken van bewoners op bestaande publieke plekken zoals de school, het buurthuis, ouderencomplex of voetbalkantine. Waak er voor dat deze Talent-aanpak geen administratief overzicht wordt zonder beweging
19
Term van Deense onderzoekers Bang & Sorensen,(2001) voor een praktisch ingestelde ‘doener’ die in zijn directe leefomgeving – liefst snel – concrete resultaten wil bereiken 20 Deze methode wordt nu als KOEK-project (Klimmen Op Eigen Kracht) uitgevoerd in 8 andere steden in Nederland
35
Bereid wijkdeals voor Zet uitdagingen uit in de wijk om ‘het’ openbare in eigen hand te nemen. Daag straten, bewoners, pleinen, individuen, bedrijven rechtstreeks uit om leefbaarheidsactiviteiten te organiseren: kinderactiviteiten, groenonderhoud, portiek schoonmaken, naschoolse activiteiten, etc. Dit allemaal vanuit de filosofie Right To Challenge. Van belang is wel dat de overheid aangeeft waar ze welke kwaliteitsnormen wil hanteren. De gemeente Breda nodigt de stad uit om met initiatieven te komen of om een deel van uw omgeving te adopteren. De klussen kunnen van alles zijn. Van blad ruimen in het najaar, sneeuwruimen, de eigen stoep, straat, plein of speelplek schoonhouden tot en met het adopteren van groen en plantvakken. Dat wordt vastgelegd in een wijkdeal. Een wijkdeal is een afspraak wat buurtgenoten gaan doen én een tegenprestatie – vaak in de vorm van geld en materiaal- van de gemeente die de initiatiefnemers op weg helpt. Dat is maatwerk tussen bewoners en de gemeente.
Interactie: het ontmoeten Permanent speeddaten De ontmoeting van ondernemende, op de wijk gerichte bewoners is een permanente ontmoeting en moet zeker twee keer per jaar een event-achtig gehalte hebben. Omwille van ‘meet and greet’ en omdat zo’n bijeenkomst in zichzelf al diensten genereert. Makassarplein Community De Community is een sociaal netwerk van bewoners, ondernemers en sociale professionals die zich inzetten voor de versterking van de wijk en de verbetering van de sociale, economische en culturele positie van de wijkbewoners. De Community is geen instituut. De Community heeft niet de pretentie een vertegenwoordigend lichaam te zijn. De Community verenigt mensen die gezamenlijke doelen nastreven en ieder van uit de eigen kracht en kwaliteit bijdraagt aan de realisatie van die doelen. Daarnaast hebben de deelnemers aan de Community hun eigen doelen en belangen. De deelnemers maken dat aan elkaar duidelijk en respecteren dat. Ze laten zich niet in een projectencarroussel tegen elkaar uitspelen. Bij de verwezenlijking van ambities van de afzonderlijke deelnemers ondersteunen de leden van de Community door solidaire steun in de vorm van het openstellen van bronnen (netwerk, kennis en kunde). Ze vertrouwen elkaar.
‘Exporterende’ ZZP-ers er bij halen ZZP-ers in met name ondersteunende en creatieve industrie oproepen en ‘vernetwerken’. Zij exporteren in de wijk geproduceerde productiekracht vaak naar buiten (bedrijven, steden, organisaties). De kennis, inzichten en prestaties willen ze vaak ook wel inzetten in de wijk.
36
Transactie:
Vervlechten
Open samenwerkingsnetwerk opzetten Organiseer een vorm van lichte clustering van bedrijven, NPKers, zelf-doe-projecten, etc. Dat biedt een aantal voordelen: een gemakkelijk beroep op de expertise van de deelnemers, het delen van kennis, informatie, arbeidskrachten, facilitaire ondersteuning, transport en zelfs risicospreiding bij de aanschaf van materiaal of het introduceren van vernieuwing. Ondersteunende organisatie van de Baron opzetten Organiseer een romporganisatie of Baronconstruct dat ruimte biedt aan de NPKontplooiing van verschillende kwaliteiten en interesses van deelnemers. De organisatie moet gerund worden door een ‘management’ met een onafhankelijke positie t.o.v. de overheid, eigenaarschap over initiatieven en deelname aan het economisch leven bevorderen. Deze organisatie is een facilitair bedrijf, ze moet actieve bewoners en initiatieven ontzorgen zodat die niet verzuipen in administratief gedoe, beleidsspaghetti, eisen rond rechtspersoonlijkheid, verzekeringskwesties etc. En moet een oefenplek voor NPK kunnen zijn. Een voorbeeld is de Federatie Broekpolder, die haar organisatie heeft ingericht als een aantal ‘kamers’ waarin mensen met een bepaalde interesse of betrokkenheid bij de Broekpolder actief zijn. Dit gaat om groen, verenigingen, sport/recreatie en onderwijs/cultuur. De rol van de federatie is er vooral op gericht om thema’s vanuit de kamers te vertalen in beleidsplannen en (extern) financierbare projecten. Van belang is een open structuur. Verder zijn face-to-face contacten, gebruik maken van complementariteit en de toegang tot instituties van belang.
37
4.
Vergroeien & Aantakken.
Naar binnengerichtheid tegengaan, parallelle gemeenschapsvorming bestrijden en de omgeving bij het ontwikkelen van de wijk betrekken. De opbrengst van deze strategie is (1) een open verbinding met de wijk, (2) een open verbinding met externe patijen die er toe doen en (3) een natuurlijke groeiproces. De aanwezige krachten zijn samen gebracht tot sterke productiekracht en aangesloten op bestaande, door de samenleving geaccepteerde productiekracht.
Inspiratie: Een gedeeld verlangen Een visie zodat we weten waar we naar toe willen Het hebben van een gedeelde visie op de ontwikkeling van de wijk. Wat is de wijkidentiteit, welke functie heeft de wijk in de stad en vooral welke kant moet het op? Invloedrijke spelers als gemeente, eigenaren, woningcorporaties delen de visie en zijn bereid hun investeringsprogramma’s af te stemmen op die visie. Om de visie als inspiratiebron van handelen te maken is het maakproces essentieel • • •
Zorg er voor dat zoveel mogelijk bewoners op een intensieve of een lichte manier mee kunnen doen en dat het bouwen aan een visie leidt tot geprikkeld worden om er in de uitvoering mee aan de slag te willen. Nodig mensen en partijen uit die vaker niet dan wel meedoen in wijktrajecten (KvK, Kerken) Nodig naast de invloedrijke spelers ook minder betrokken partijen uit. Ze kunnen soms het ijs breken.
: Inhaken en aantakken op agenda’s Maak een werkprogramma waarin bewoners kunnen schuiven Bestaande investeerders en beheerders in de wijk hebben een duidelijk werkprogramma. Daarin staat aangegeven welke activiteiten ze nodig achten en aan welke uitvoering ze denken. Het werkprogramma is beïnvloedbaar door wijkbewoners: in tijd en in prioriteit schuiven met activiteiten, bijstellen van de uitvoering, koppelen van activiteiten, uitvoering overhevelen naar bewoners. Kies omgekeerd: bewonersaanbesteding first Er is een vorm van bewonersaanbesteding (zie hoofdstuk 1Baron von Münchhausen) ingebouwd in het werkprogramma en deze wordt op een actieve manier ingezet. Het programma komt voort uit de visie en is opgebouwd volgens de lijn: welk werk is noodzakelijk , wat kan vanuit het gebied zelf worden aangepakt, welk werk kan door anderen gedaan worden. 38
Zichtbare Schakel is een landelijk project in ruim vijftig steden met als doel op wijkniveau zorg, wonen en welzijn beter te verbinden. Op 7 juni 2012 is de continuïteit van deze aanpak gegarandeerd door een decentralisatie van de benodigde middelen ( 10 miljoen euro) naar het gemeente fonds van de betreffende steden. Het gaat om het helpen van mensen met het vinden van oplossingen voor problemen die zij ondervinden op het vlak van wonen, gezondheid en welzijn. Letterlijk: “Mensen die bijvoorbeeld moeite hebben hun huis schoon te houden, zich eenzaam voelen, zich niet meer veilig voelen of moeite hebben met de Nederlandse taal kunnen terecht bij de wijkverpleegkundige.” Ook de aanvragers zijn aangegeven:”thuiszorgorganisaties, zorginstellingen, gezondheidscentra, GGD’en en formele samenwerkingsverbanden”. Zou er één van deze partijen zijn die durft over te gaan tot burgeraanbesteding in de wijk waar het over gaat? Zou er één gemeente zijn die dit durft te vragen aan een zorgpartij? Terwijl dit een goed passend terrein is voor het ontwikkelen van productiekracht vanuit de wijk.
Maak al het werk zichtbaar Er is een wijkagenda met een looptijd van 1-2 jaar waarin alle partijen die investeren in wijkleefbaarheid, aangeven welke activiteiten ze uitvoeren De zichtbaarheid zal aantakking van en vergroeiing met al dan niet bestaande initiatieven van binnen en buiten het gebied bevorderen Werk aan de Wijkveiling Organiseer een wijkveiling en laat maatschappelijke partijen, bewoners, bedrijven hun aanbod veilen. In Enschede-Zuid was er jarenlang een wijkveiling waar bewonersonderwerpen en -vragen geveild werden onder lokale instellingen. In deze variant draaien we het om. Bewoners kunnen aangeven welk bod ze voor welke prijs uitgevoerd willen zien in de wijk. Eindhoven heeft bij de Krachtwijkenaanpak (2007) een variant gedaan door partijen op te roepen aanbiedingen te doen voor drie wijken. Deze aanbiedingen zijn op een aanbiedingenmarkt gepresenteerd en vervolgens hebben georganiseerde bewoners, met stickers, aan kunnen geven waar hun voorkeur lag. Alles is natuurlijk te danken aan Herr Bürgemeister, die al 17 jaar geleden energie-visionair was en door had dat daar geld mee te verdienen is. Hij heeft snel na die Wende de handen op elkaar gekregen om te investeren in Feldheim: een ontvolkt gebied waar windmolens niet op massaal verzet stuitten en een gebied met veel werkloosheid waar ESF middelen goed werk zouden verrichten. Hij heeft drie bijeenkomsten georganiseerd in het dorp en de mensen konden voor 1500 of 3000 euro ( of Dmark) meedoen : 3000 voor stroom en warm water, 1500 voor één van de twee. En bijna iedereen deed mee, das war man gewöhn. Hier lijkt de Oost-Duitse gedwongen- gemeenschapsvorming zijn werk gedaan te hebben. Günther ruikt mijn aarzeling. Natuurlijk is dit “ein Pilootproject” dat in een stadTransactie: niet gaat werken. Maar is niet waar het om gaat, het gaat juist om te Voorrang bijdat uitvoering experimenteren met vormen van energieautarkie. En hij doelt daarmee op de 39 technische en economische aspecten.
Voorrang aan de wijk Bestaande beheerders en investeerders zoeken met voorrang uitvoeringscombinaties met partijen in de wijk. Zogenaamde preferent suppliers & partners. Dit gaat zowel om ‘klein’ werk als flyers opmaken of muurtjes schoonmaken, als ook om ‘groot’ werk zoals zorgpakketten aanbieden of een wijkpreventie-aanpak uitvoeren. Partijen maken afspraken over duurzame afname en wijkprijs korting. Voorsprong met de wijk Grote investeerders en beheerders geven bij externe aanbesteding aan dat bewoners,-en gebiedsdeelname in de uitvoering leidt tot meer kans op het positieve beoordeling van de offerte . Het gaat om • Deelname wijkbewoners bij de uitvoering • In dienst nemen van wijkbewoners ten behoeve van de uitvoering • Samenwerking bij uitvoering met andere (wijk)partijen Voorbeeld voor de wijk Grote investeerders en beheerders vragen van externe uitvoerders facilitatie van hun kernwerkzaamheden t.b.v. bewonersinzet. Dus de hovenier geeft een cursus snoeien, de ontwerpstudio geeft een workshop buurtkrantje maken, zorgpartij geeft workshop seniorenbezoek. Plaats uitvoeringsborden, wie zijn de schouderonderzetters? Maak duidelijk wie er aan de wijk werkt, investeert, schouders onderzet etc. Dat lijkt vooral iets van aannemers en wegenbouwers verder zien we het weinig bij bijvoorbeeld zorgprojecten in de wijk, speeltuinonderhoud, sportactiviteiten, koffieochtenden. Zichtbaarheid van wijkontwikkelingen werkt genererend en stimulerend .
40
5.
Verdienen & Ondernemen
Eigen productiekracht kapitaliseren en “op geld “ en “winst” te zetten. De opbrengst van deze strategie is een waardengenerator voor (1) de wijkbewoner of wijkondernemer als individu, (2) de wijk als collectief en (3) de samenleving als totaal.
Het verdienen speelt zich af op drie niveau’s en op elk niveau zowel in materiële als immateriele waarden • •
• •
• •
•
Individueel Individuele winst van bewoners. Soms in geld, soms in hogere kwaliteit dienstverlening (meer zorg, lagere energierekening, hogere woningwaarde) Individuele waarde. Bijvoorbeeld: meer burencontact is een belangrijke indicator voor positieve leefbaarheidbeoordeling, en ook nog eens handig als je de reservesleutel achter wilt laten. Collectief voor de wijk Wijkwinst. De wijk moet er letterlijk aan kunnen verdienen. Omdat de wijk (als aandeelhouder), voor haar inleg winst moeten kunnen boeken en een deel van de ‘wijkwinst’ moet bijdragen aan fondsvorming. Eigen middelen in handen van bewoners. Wijkwaarde. Het versterken van relaties, het verhogen van betrokkenheid, het verzilveren van de eigen talenten, het oplossen van wijkproblemen middels maatwerk, het verbeteren van de dienstverlening, het werken aan wijkidentiteit, het zijn allemaal waarden die er toe doen voor bewoners en die het wonen en leven meer waard maken. Collectief voor de samenleving Inverdieneffect overheid en maatschappelijke partijen. Het organiseren van NPK leidt in de regel tot betere, efficiëntere en goedkopere dienstverlening. De overheid en maatschappelijke partners krijgen meer waar voor hetzelfde geld. Of dezelfde waar voor minder geld. Denk aan inverdieneffecten door voorkoming van inzet van AWBZ-, WMO-, Jeugdzorg-en WWB middelen. Mentaliteitsverandering. De samenleving profiteert door inspirerende voorbeelden van saamhorigheid, verantwoordelijkheid en gemeenschapsvorming. Deze winst stijgt boven de wijk of het gebied uit en stimuleert het discours over de rol van burger en overheid op een productieve manier
Inspiratie: Geef inkijk en inzicht om mee te sturen Een budgetmonitor en het voordeel meten Om het proces van verdienen en inverdienen te kunnen sturen is het van belang dat er gewerkt wordt met twee instrumenten: • modellen zoals een burgerbegroting op wijkniveau21 of met een model als Budget Monitoring22. In dit laatste model kunnen burgers los van de overheid budgetten beoordelen en komen met andere vormen van dienstverlening (zie hoofdstuk 1) 21
Zie brochure ‘ Nederland op weg naar de burgerbegroting – Joop Hofman, uitg. Rijksoverheid september 2011
41
•
•
•
•
een meetinstrument dat de financiële voordelen van NPK aangeeft. De app zelfkrachtmeter waarmee nu geëxperimenteerd wordt in de zorg, biedt kansen. Omdat het praktischer is dan MKBA en SROI-onderzoeken. De methode (en bijbehorende app) , in handen van wijkverpleegkundigen, verbindt zorgvragen van bewoners aan steunmogelijkheden van andere bewoners. En berekent het financiële rendement in harde euro’s. Investeer in burgerbegrotingen Opstellen van een burgerbegroting op schaal van de wijk. De investeringen van grote spelers als gemeente, zorgpartijen en woningcorporaties worden op basis van wijkprioriteiten ingezet. Om NPK te krijgen is het nodig dat er ook sprake is van bewonersaanbesteding. Een startvariant op de burgerbegroting is het bespreekbaar maken van bestaande wijkprogramma’s en bewoners te laten schuiven met voorgenomen maatregelen. Waarbij de maatregelen ook uitgevoerd kunnen worden door bewoners, of tegen een vergoeding of op zo’n wijze dat het uitgespaarde geld weer ingezet kan worden.. Een voorbeeld van zo’n wijkprogramma variant op fysiek gebied is het dorp Spijk (zie hfoofdstuk 1 Baron von Münchhaussen). Een eenvoudige variant en in veel steden toegepast is het werken met bewonersbudgetten. Dat wil zeggen budgetten die ingezet kunnen worden voor bewonersinitiatieven en waar bewoner over beslissen. “ Maar zijn alle Feldheimers dan mede-eigenaar?” vraag ik nogmaals. “Ja, dat is zo geregeld met de bijdrage van die 3000 pro Person , of de helft daarvan. Maar de mensen merken daar verder niks van. Dat gaat buiten hun om. Hun voordeel nu is warm water en een vaste stroomprijs van 16 cent per verbruikte kilowatt. Dat is dezelfde prijs die ontvangen wordt voor de teruggeleverde stroom.” Ik zeur verder: “Maar ontvangen ze dat geld dan ook?” “ Nein, zover is het nog niet…er zijn natuurlijk miljoenen aan investeringen gedaan en dat moet eerst afbetaald worden. Het voordeel voor bewoners zit in die 16 cent. Ik betaal 25 cent want ik woon in een dorp 20 kilometer verderop.” Ik moet denken aan de arbeidsloze vrouw…voor haar zijn die 16 cent “ teuer” want als je werkloos bent is alles duur. En die twee andere vrouwen….horen zij bij die paar huizen diewin-win niet aangesloten zijn? Ik weet het niet. Er staan volgens Interactie: Van naar winst-winst mij niet meer dan een stuk op dertig gebouwen,hooguit. De folder van Feldheim spreekt over 36 aangesloten Bedrijven in kaart brengenhuishoudens dus dat moet bijna 100% zijn.
22
Methodiek waarmee burgers, communities en andere organisaties zicht krijgen op begrotingsprocessen en de besteding van middelen. Zie www.budgetmonitoring.nl
42
NPK mapping: een kaart opstellen van alle bedrijven en bedrijfsinitiatieven in de wijk (zie www.ondernemeropdekaart.nl). Bedrijven in de wijk zien de wijk vaak niet als markt en andersom ziet de wijk deze ondernemers bijna nooit als samenwerkingspartij. Dat geldt ook voor de gemeente en de maatschappelijke instellingen. Houd vooral ook rekening met vormen van kleine economie: bewoners met een nagelstudio, bewoners als alternatief genezer, bijzondere cateringbedrijfjes. Een marktkraamverhuurder in de buurt Jerusalem in Nijmegen bedacht wel dat hij kon verdienen aan de wijk. Elk jaar met Hemelvaart verhuurt hij honderd kramen aan buurtbewoners in de wijk, de bewoners doen aan zolderverkoop, en de buurt heeft al vijf jaar lang een druk bezochte activiteit. In een Deventer achterstandswijk blijken opeens vier bewoners een eigen jongerenclub (10-15 jaar) te organiseren in hun eigen huis. Plus huiswerkbegeleiding en gespreksgroepen met ouders. Deze families organiseren ook gratis huiskamerconcerten. De muzikanten gaan met de pet rond en verkopen cd’s.
Maatschappelijke handel Organiseer een markt/beurs waar initiatiefrijke bewoners en bedrijven op basis van eigen inzet coalities kunnen sluiten met in de wijk actieve maatschappelijke partijen en marktpartijen. Uitgangspunt is dat de maatschappelijke partijen hun inzet in de wijk bereid zijn over te dragen aan bewonersinitiatieven. En andersom: bereid zijn om bewonersinitiatieven, op hun deelterrein, te willen ondersteunen met kennis, regelruimte, coaching en soms beetje geld. Markt,-en maatschappelijke partijen zijn: gemeente, woningcorporaties, zorgpartijen, sociale werkvoorziening, welzijnswerk, zorginstellingen, energiebedrijf, scholen, winkelcentrum, projectontwikkelaar. In Enschede Zuid organiseerde men hiervoor een aantal jaren het veilinghuis. En zoek aansluiting bij de vele lokale MVO (maatschappelijk verantwoord ondernemen)initiatieven ( beursvloeren en veilinghuizen) die bovengenoemde winst - winst coalities stimuleren. Vier ZZPers in Nijmegen-Oost zijn een wijksite begonnen met eigen energie en geld www.mijnbuurt.je als wijkinitiatief. Dit om de banden in de wijk te versterken. Inmiddels is dat een stedelijk project en een project met inkomsten voor de ZZP-ers. Was nooit de bedoeling, maar hun ondernemingslust zorgde voor deze groei. En zo werd een maatschappelijk initiatief een kleine onderneming.
Stimuleer crowdfunding Om startkapitaal te verwerven en direct ook wijkeigenaarschap t.a.v een initiatief te versterken kan geëxperimenteerd worden met vormen van crowdfunding op schaal van de wijk . Maar dan moet de wijk wel volume hebben. Het leuke van crowdfunding is dat er direct contact is tussen wijkbewoners als initiatiefnemers en wijkbewoners als investeerders. Investeerders wordt een leuk vooruitzicht geboden: een initiatief waar de wijk beter van wordt en een speciale VIP behandeling als het initiatief gerealiseerd is of van start gaat.
43
Transactie: Laat de winst in de wijk Honoreer talent Spoor talentontwikkeling in de wijk aan door bewoners te honoreren. Zakgeldprojecten op gebied van schoon-heel-veilig zijn een begin maar denk met name aan het culturele domein waar jongeren actief op zijn. Dus laat flyers door jongeren uit de wijk stylen en betaal ze. Laat jongeren uit de wijkmuziekstudio optreden op het wijkfeest en betaal ze. Laat jongeren die op een designopleiding zitten, het buurthuis ontwerpen en betaal ze. Een bewoner uit Assen die in haar huiskamer cupcake-workshops geeft, doet dat niet in het buurthuis, brede school of in het winkelcentrum:“ Nee, nooit bedacht.” Zie het als een vorm van talentontwikkeling en ‘light’ verdienen. Maak winst zichtbaar Organiseer de jaarlijkse wijk aandeelhouders vergadering en presenteer de cijfers. Of geef dagelijks inzicht in de stand van het wijkfonds via een grote meter op het plein of op de wijkwebsite. Het gaat er om dat iedereen in de wijk ( bewoners, ondernemers, dienstverleners) zien dat hun inzet geld dus wijkwinst oplevert. Dat is voor veel mensen tweemaal (of vaker) profijt trekken. •
•
•
Ontwikkel een roulatiemodel voor wijkinvesteringen Laat bewoners opbrengsten voor maatschappelijke inzet verdienen die ze elders in de wijk kunnen verzilveren. Dus boodschappen doen voor zieke senioren en als tegenprestatie een beloning ontvangen. In de Amsterdamse Makkassarpleinbuurt heet dat ‘Makkies’ . Bij voldoende opbrengst kunnen bewoners tegen reductie lid worden van de voetbalclub of speelgoed lenen bij het pleinproject. ‘Makkies’ -of een andere variant, Nederland ken er enige tientallen- zijn een wijkmunt en zorgt voor deelname aan de sociale infrastructuur in de wijk. In een aantal steden en wijken is er een nieuw muntsysteem ontstaan die verder gaat dan de deelname aan sociale infrastructuur. In de Bijlmer is er de Bijlmer-euro, in Brixton de Brixtonpound, in Bremen Rolands en rond München de Chiemgauer. De laatste is het betaalmiddel waarmee boeren en leveranciers betaald worden voor groenten op het land en in de winkel. Deze betaalmiddelen zijn vooral bedoeld voor het versterken van de locale economie. Het meest vergaande experiment vond plaats in het Oostenrijkse Wörgl met ‘Freigeld’ als reactie op de crisis in de dertiger jaren van de vorige eeuw. Een van de manieren om het geld in roulatie te houden was een 44
•
soort boete op oppotten (sparen). Er moest namelijk iedere maand een zegel gekocht worden van één procent van de nominale waarde om het biljet zijn geldigheid te laten behouden. Het experiment was geslaagd te noemen omdat overal in Wörgl weer werd gebouwd en geïnvesteerd. Er bestaat nog een viaduct in de gemeente met het opschrift „mit Freigeld erbaut“ (met vrijgeld gebouwd). Tijdens het project nam de werkloosheid af van 21% naar 15%, terwijl zij overal elders in het land steeg Op dit moment zijn er ideeën voor een eigen munt in de Noord Oost Polder (de Schokker) en Groningen (Groninger Gulden). Günther leidt ons rond in de fabriekshal. Deze is ook met “ESF finanzierung” tot stand gekomen. Men maakt er zonnepanelen die, slim opge-steld, een heel akker kunnen bevolken. Het paradepaardje is een zonnepaneel met computergestuurde servo-motoren die het paneel op drie manieren kunnen draaien richting de zon. Zo ontstaat steeds de optimale invalshoek van de zon ten opzichte van het paneel. Er is eigenlijk werk voor 21 mensen – volgens de ESF subsidieaanvraag – maar de klad zit er in omdat Spanje, Griekenland en Italie de beoogde afnemers waren en deze landen hebben alle bestellingen gestaakt! Eurocrisis, sie weisen…….En in juni 2012 stopt de ESF subsidie dus we maken het nu op.” Op mijn vraag of “de bio vergasser, de houtsnipper generator en de windmolens extra werkgelegenheid opleveren” is Günther helder en ietwat schamper. Bij de varkenshouderij werken drie mensen, dat was al zo en de biovergasser en houtgenerator levert voor een halve persoon extra werk op. De windmolens worden onderhouden door “Techniker” van de grote energiemaatschappijen. Netto banenwinst in Feldheim dus „Null Punkt Fünf“ In de fabriekshal staan twee medewerkers gebukt onder de motorkap van een auto. Een heftruck staat er naast en accukabels worden aangesloten….altijd weer die stroom! Verder is de fabriekshal leeg. De rest van het personeel is “op karwei”, zullen we maar zeggen.
Baron als Boekhouder In elke wijk of voor elk initiatief van NPK biedt het baronconstruct ( zie hoofdstuk 5 installatie eisen) facilitatie voor de boekhouding. Ontzorging noemt Baron von Münchhausen dat…..
45
5 NPK als verdienmodel Er is geen effectievere ontwikkelingsstrategie dan NPK als het gaat om winst boeken in wijken. Enerzijds is het van waarde voor maatschappelijke waarden en anderzijds draagt het direct bij aan financiële opbrengsten
Maatschappelijke waarden De maatschappelijke waarden die NPK ontwikkelt, hebben alles te maken met de voldoening die mensen, groepen en een samenleving hebben als ze het zelf doen: identiteit, onafhankelijkheid, solidariteit, zelfontplooiing, zelfbepaling. Identiteit en herkenning De oplossingen zijn van bewoners en worden door bewoners uitgevoerd. Geen instituties, standaardmodellen en catalogusoplossingen. De hand van de bewoner en van de wijk is er in terug te zien. Daarmee is NPK een erkenning van het unieke van elke wijk. Het kan botsen met een andere beweging in overheidsland, namelijk die van vaste inkoopafspraken maken met leveranciers: bijvoorbeeld een gereduceerd tarief voor standaard straatmeubilair of speelattributen. Onafhankelijkheid en zelfbeschikking Bewoners kunnen werken aan vitaliteit in wijken op basis van eigen inzichten en kracht. Het hoeft niet te passen in stedelijke benaderingen, raamwerken van instellingen, beleid van samenwerkende ketenpartners, etc. Het gaat primair om de oplossingen en richting die bewoners zelf kiezen. Onderzoek van Tonkens en Verhoeven (UvA, Amsterdam) toont aan dat bewoners kritischer zijn in hun keuzes en tegelijkertijd hun oplossingen beoordelen op “dat wat werkt” in plaats van op beleidspassendheid. Solidariteit en betrokkenheid Het is de sprong van individuele betrokkenheid bij de dichtbije samenleving naar een betrokkenheid op basis van gedeelde belangen en gedeelde verantwoordelijkheden. Het gaat verder dan de zelfredzame burger die vooral zichzelf redt. Bij NPK is de zelfredzaamheid meer collectief georiënteerd: Bewoners nemen de verantwoordelijkheid voor hun sociale omgeving: hun buurt, wijk of stad. NPK zorgt voor afhankelijkheden tussen bewoners. En daardoor hebben bewoners het ook zelf in de hand omdat afhankelijkheden alleen kunnen voortbestaan bij wederkerigheden. Oftewel, als het niet meer werkt, dan stopt het en als het wel werkt dan gaat het door en worden de banden sterker. De wijk krijgt daardoor steeds meer belang en betekenis voor actieve bewoners. Zelfontplooiing en talentontwikkeling Uit diverse onderzoeken, van psychologisch tot neurologisch, blijkt steeds weer dat we gelukkiger worden als we wat –met onze talenten- voor andere mensen kunnen doen, wat voor hen kunnen betekenen. Ook in dit geval is er sprake van wederkerigheid. Geven van 46
talent en ontvangen van ‘goed voelen’ moedigen elkaar aan. Het is een vorm van burgerschap waarmee je invulling geeft aan je plek in de samenleving. Burgerschap is vooral een begrip waaraan een actie gekoppeld moet zijn. Iets doen. Bijdragen aan de publieke zaak door meer te doen dan te werken en je aan de wet houden. Koken voor een eenzame buurvouw, taalles geven op een weekendschool, een buurtmoestuin opzetten, vrijwilliger zijn in de speeltuin. Het maakt duidelijk dat je bijdragen er toe doen, dat het daarom de moeite waard is je te blijven inzetten en te blijven doorontwikkelen
Zelfbepaling en regie Bewoners kunnen zelf kiezen welke taken ze willen oppakken. Het gaat nadrukkelijk niet om de zogenaamde “overdraagbare overheidstaken” maar om taken waar bewoners het nut, plezier, de noodzaak en kansrijkheid van inzien om aan te pakken. De wijze waarop ze die taken samenvoegen is de zaak van de wijk. Een moestuin combineren met groen-educatie of met ontmoetingsbijeenkomsten of met de verkoop in een buurtwinkel: het is de zaak van de wijk.
Financiële waarden In financiële zin is er sprake van klassieke winst: meer product voor minder geld. Verdienen Theo Rietkerk, gedeputeerde in Overijssel noemt het financiële voordeel van bewonersparticipatie bij het project IJsseldelta in één citaat: “Normaal krijgen we duizenden bezwaarschriften, nu maar drie. Dat bespaart tijd en geld. De uiteindelijke planvorming duurde maar drie jaar. Dat is anders tien jaar.” Bewonersparticipatie lijkt duurder door het uiterlijk vertoon rond bijeenkomsten, maar niets is minder waar. Er is sprake van ‘inverdienen’ op de normale plan,-en beleidsvormingsprocessen. NPK gaat nog een stap verder, het organiseert niet alleen de bijdrage van bewoners bij planontwikkeling. Maar neemt die plantontwikkeling vooral in eigen hand en bij de uitvoering organiseert NPK ook dat wat, waar mogelijk, door de wijk (bewoners, bedrijven, organisaties) zelf wordt gedaan. Dat maakt dat de diensten bijna altijd goedkoper zijn dan normaal gangbaar is. Het PAK-project (Project voor Alledaagse Kansen) in Deventer stoelt voor 90% op bewonersinzet. Een SROI-scan gaf aan dat elke euro PAK een maatschappelijke waarde vertegenwoordigde van € 1,92 . PAK leverde meer dan 400 actieve bewoners op met meer dan 100 buurtprojecten. In de Groningse PAKvariant ,KOEK (Klimmen Op Eigen Kracht), sprak de stadsdeelcoördinator zijn verwondering uit : “Waarom steken we zoveel organisatietijd-en kosten in CJG-modellen als een KOEK-aanpak aantoonbaar de zelfde resultaten boekt?” Omruilen Het werken vanuit NPK is werken vanuit het perspectief van de wijk. Dat betekent dat een ‘beleidsgekokerde’ benadering wordt ingeruild voor een inclusieve benadering. Dat kan omdat in een wijk de ingewikkelde werkelijkheid als één werkelijkheid wordt ervaren. Deze complexiteit is een kans omdat het inclusieve oplossingen mogelijk maakt zonder dat er professionele afstemming of institutioneel ketenoverleg nodig is. Deze tussenlagen 47
verdwijnen. De auteur Ronald van den Hoff noemt in zijn boek Society 3.0 deze tussenlagen Quango’s (Quasi autonome non gouvernementele organisaties) en becijfert dat ze in 2008 140 miljard van het nationaal inkomen benutten, dat toen 508 miljard was. Ofwel bijna 28% van het Nederlands BNP. Omrekenen In welke mate NPK geld verdient is moeilijk aantoonbaar; wel aantoonbaar is dat ervaren professionals merken dat het maatschappelijk effect van dit soort ‘goedkope’ projecten minstens hetzelfde opleveren dan professioneel uitgevoerde projecten. Uit: Van weerkerende liefde - Paul van Soomeren. Uitg DSP-groep 2012 Een citaat uit het rapport t.a.v. de kosten van de wijkgerichte aanpak, ‘Deventer Wijkaanpak’: “We lieten al zien dat er 219 taakgroepen binnen de Deventer Wijkaanpak aan de slag zijn, waarin zo'n zes bewoners in de kern echt actief zijn en zes bewoners iets meer zijdelings betrokken zijn. We gaan er vanuit dat elk van de kernleden gemiddeld vier uur per week aan hun taakgroepwerk besteedt; dat is naar beneden afgerond tweehonderd uur per jaar. We komen dan in totaal op: • Kernleden: 219 taakgroepen x 6 actieve leden x 4 uur per week x 50 weken *) = 250.000 werkuren per jaar voor heel Deventer • Betrokken leden: 219 taakgroepen x 6 betrokken leden x 1 uur per week x 50 weken = 65.000 werkuren per jaar voor heel Deventer. Totaal generaal (naar beneden afgerond) 300.000 uren. Uitgaande van een modaal inkomen met een economische waarde van twintig euro per uur representeren deze 300.000 bewoners-zelfwerkzaamheid-uren in totaal een waarde van € 6.000.000 per jaar. De rekensom oogt misschien bespottelijk, maar laat wel zien dat een flinke groep bewoners met hun inzet in tijd opeens erg veel blijken te 'investeren'. Sterker nog: waar de overheid zoals we zagen ongeveer € 1.800.000,- in de Deventer Wijkaanpak investeert per jaar, investeren bewoners meer dan 3x zo veel in de Deventer Wijkaanpak per jaar (€ 6.000.000,-) met hun werkkracht en uren. *) We rekenen hierin ook het werk mee dat in de wijkteams verricht wordt door bewoners (vandaar dat we met het vrij hoge getal van 50 weken rekenen)
Wel is het zaak om NPK vorm te geven vanuit de opvatting dat bewoners door hun inzichten en kwaliteiten meer voor een wijk kunnen betekenen en niet a priori mee doen vanuit het financiële inverdienen. Citaat uit “De Rem op de Projectencaroussel”23: “Wanneer bewoners een rol spelen in de uitvoering van projecten, betekent het dat de overheid minder zelf hoeft te doen. Dat lijkt aantrekkelijk, maar vaak blijkt dat het voor zorg- en welzijnsaanbieders erg lastig is om op de handen te zitten. Het betekent namelijk ook dat het niet meer op jouw manier gebeurt. Professionals hebben de neiging om deze beweging richting burgerbetrokkenheid in de sfeer van ‘sociaal beheer’ op te vatten als resultante van bezuinigingswoede. Dat vertroebelt echter een realiteit die in buurten bestaat, namelijk de intrinsieke motivatie van verreweg de meeste mensen om iets te doen voor anderen. Bewoners zijn veel eerder geneigd om mee te doen als men hen benadert vanuit waardering om hun specifieke kwaliteiten en kennis, dan vanuit het idee dat het goedkoper is.” 23
De Rem op de Projectencaroussel – Daniel Giltay Veth. Uitg Ministerie BZK, 2012
48
Waarde maken Door zelf taken uit te voeren verdienen bewoners en bedrijven letterlijk geld. Geld dat anders de wijk was uitgegaan omdat een derde partij de klus had uitgevoerd. Bewoners –en daarmee de wijk- maken een financieel sprongetje door te werken aan hun eigen leefbaarheid. Daarbij komt dat bewoners het geld ook weer uitgeven en met een beetje geluk doen ze dat in de wijk, in het wijkwinkelcentrum. Op deze manier doet de traditionele economie er zijn voordeel mee: er is meer geld in de wijk om handen. Dit leidt tot economische progressie. Waardestijging NPK is een strategie waardoor de leefbaarheid, betrokkenheid en uitstraling van de wijk stijgen. Deze stijging is om te zetten in financiële waardestijging. Zie het voorbeeld uit de Wijkengids24 “De waardering van bewoners voor de leefbaarheid is in aandachtswijken met kunst en cultuur meer omhoog gegaan dan in aandachtswijken zonder kunst en cultuur. De toegenomen waardering werkt ook door in een extra toename van woningwaarde. Een gemiddelde stijging van de woningwaarde van € 1.000 per woning leidt in een gemiddelde buurt van 2.500 woningen in 10 jaar tot een waardestijging van € 2,5 miljoen. Vooral de corporaties en andere vastgoedeigenaren hebben daar profijt van. Niet alleen wordt de verhuurbaarheid van de woningen verbeterd, ook de sloop en nieuwbouw kan worden beperkt en de verkoopbaarheid van de woningen gaat vooruit” We nemen afscheid van Günther, niet na kaartjes te hebben uitgewisseld. “Amsterdam war schön aber teuer”. Nederland heeft z’n eigen productiekracht systeem namelijk parkeren, zo legt Gunther uit.
Hij en zijn vrouw waren in hartje Amsterdam acht euro “pro Stunde” kwijt aan parkeerkosten.
Handige jongen, die Amsterdammers! Dat levert meer op dan energie……..hoor ik ‘m denken Fondsvorming De wijk kan door een bepaalde organisatievorm waarin ze NPK wil vorm geven ook geld verdienen. Dus winst maken in een bewonersbedrijf, buurtontwikkelingsmaatschappij, wijkcoöperatie of een creatieve vorm als vereniging van wijkeigenaren. Hiermee kunnen bewoners aan fondsvorming doen, waardoor ze steeds meer vrijheid krijgen om wijkinitiatieven te nemen. Een aantal Engelse Neighbourhoodtrusts zijn daar een mooi 24
De Wijkengids, Nicis Institute - 2012
49
voorbeeld van. In de USA is er sprake van het omgekeerde, namelijk Neighbourhood Improvement Districts waarbij bedrijven en burgers meer belasting betalen voor extra diensten. Door NPK in te voeren kunnen a.) de diensten zelf geleverd worden, b.) goedkoper en c.) verdient de organisatie van de wijk er aan. Zo komt het financiële voordeel van coöperatief gedrag ten goede aan betrokkenen. Dit in de vorm van winstdeling en lagere lasten. Aldus legt eigenbelang mede een basis voor coöperatief gedrag. Burgerbegroting en aanbesteding Het verdienen aan NPK is alleen kansrijk als bewoners op een rechtstreekse manier de keuzeprocessen van bestaande publieke geldbronnen kunnen beïnvloeden. Het meest succesvol zijn de burgerbegrotingen zoals die in honderden steden in de wereld wordt uitgevoerd. Dat zijn gemeentebegrotingen die opgesteld worden in sterke samenwerking met burgers. Burgers kunnen dan aangeven waar hun prioriteiten liggen en aangeven welk beleid en oplossing ze het meest gewenst vinden. Door daar onmiddellijk geld aan te koppelen zien bewoners ook wat het kost. Een wipkip haal je voor ruim € 500 uit de catalogus en een lantaarnpaal doet € 1000. Gras maaien? € 2,50 per 100 m2. Straat vegen? €3,50 per 100 m2. Zo kunnen bewoners afwegingen maken tussen een lantaarnpaal, een wipkip, een plantenbak (€ 700) of iets anders. In Engeland zien bewoners op de achterkant van hun gemeentelijke belastingsaanslag precies waar het geld heen gaat. Dat stimuleert om zelf met een bod te komen: Dezelfde kwaliteit leveren voor een aantrekkelijker bedrag zodat er geld overblijft voor andere zaken.. Door het werken met een burgerbegroting of een variant er van op wijkschaal kunnen bewoners naast behoefte-argumenten ook kosten-argumenten mee laten wegen. In Nederland is er meer en meer een traditie aan het ontstaan van zelfwerkzaamheid en heel voorzichtig steken vormen van bewonersaanbesteding de kop op. In Emmen zijn er voorbeelden van en in het dorpje Spijk (Gld) is er een dorpsbudget aan het dorp overgedragen. Dat budget is de omvang aan gemeenschapsgeld die de gemeente kwijt was aan Spijk. Spijk mag de uitvoering aan zichzelf aanbesteden of de taken vervangen door anderen wensen of diensten. Hiermee wordt een burgerbegroting versterkt met burgeraanbesteding. Dan kan NPK zowel maatschappelijk als financieel renderen in een wijk of dorp. Dit proces van burgerbegroting is in 2012 geen exclusieve keuze meer voor de gemeente. Een organisatie als het Centrum van BudgetMonitoring helpt en traint bewoners al in het ‘doorvlooien’ van de begrotingsprocessen en bestedingen om zo te komen met bewonersvoorstellen die van invloed kunnen zijn op de begroting. Met hulp van Hack de Overheid -verzamelen van open data- en INESC, de Braziliaanse expert op het gebied van budgetmonitoring, kunnen groepen bewoners zelf het voortouw nemen.
50
6
Installatie eisen
Met de startkaart ( hoofdstuk 3) en een maatwerk strategie die u zelf samenstelt met behulp van het NPK dashboard ( zie hoofdstuk 4 en bijlage 1) kunt nu aan de slag met NPK. Zie Baron von Münchhausen als een software pakket dat u wilt installeren. Aan welke installatie eisen moet uw systeem dan voldoen? In hoofdstuk twee schetsten we al de randvoorwaarden. In dit hoofdstuk benoemen we een aantal specifieke eisen waar Ja tegen gezegd moet worden. Dat is niet meer vrijblijvend “ja interessant” knikken maar de handtekening (van B&W, van de bestuurder van een corporatie) zetten onder een verklaring. 1. 2. 3. 4. 5.
6.
Bereidheid om voor een periode van minimaal drie jaar te gaan Baronnen in uw gemeente of werkgebied ( verklaring) Bereidheid om werk te willen maken van “wat er moet zijn”, zoals weergegeven in hoofdstuk 2 (verklaring) Bereidheid om in het werkgebied of in de wijken waar u aan de slag wilt met NPK, een Baronconstruct op te zetten. (verklaring) Zie hieronder Bereidheid om een Baronpersonage te scouten en te benoemen in het gebied of de wijk die u op het oog heeft (verklaring) Zie hieronder Bereidheid om experience te delen met andere Baron von Münchhausengemeenten en met het ministerie van BZK in de vorm van een Community of Practice (verklaring) Bereidheid om zelf hiervoor de benodigde middelen vrij te maken (verklaring)
De Baron von Münchhausen wordt niet als project geïnstalleerd maar als een aansluitend en adaptief pakket op bestaande programma’s en situaties.
Baronconstruct In elke wijk of gebied is er sprake van een ‘construct’. Dat kan een groep mensen zijn, een coöperatie, VVW (Vereniging van Wijkeigenaren), een bewonersbedrijf of wat dan ook. Het construct is een mogelijkmaker en zorgt er voor dat initiatieven van bewoners rugdekking krijgen. Het construct levert deze rugdekking door –tijdelijk en indien nodig- als rechtspersoon te fungeren, de administratie en boekhouding te faciliteren, verzekeringskwesties te verhelpen. Het construct is de toegangspoort voor beheerders, ontwikkelaars, maatschappelijke partijen als het gaat om de organisatie van NPK en andersom heeft het construct toegang tot de organisatie van diensten in samen werking met andere partijen. Het construct is aanmoedigend naar de wijk. Ze organiseert ontmoetingen, speeddates en starterpakketten. Het construct bewaakt dat de ontwikkeling van de wijk zichtbaar blijft (thermometer, aandeelhoudersbijeenkomst) en organiseert het ‘verdienen’ in de wijk. Waar mogelijk doet
51
het construct aan fondsvorming, om een permanente startkapitaal te hebben voor nieuwe vormen van NPK. Een handige burgemeester, een gehoorzame gemeenschap die nog in het OostDuitse tijdperk leeft, een goed verhaal naar Europa ( ESF) en goede deals met een paar grote energie leveranciers: zie hier het Feldheim-model. Maar collectieve productiekracht, slimme bewoners die de handen ineenslaan en zich zelf onafhankelijk maken, gedeeld eigenbelang dat leidt tot gemeenschappelijke inkomsten die omgeploegd worden tot goede voorzieningen in de gemeenschap? En eigen individuele inkomsten voor de Feldheimers? Wir haben es nicht gesehen……… Maar wat dan wel geleerd? Na enig barondenken vindt toch het “eureka” moment plaats. Dat zit ‘m in het enthousiasme van Günther voor de nieuwste generatie windmolens . Hoe minder overbrengingen en tandwieltransmissies, hoe groter het behoud van energie. Dat wist Albert Einstein ons ook al te vertellen maar niet dat dit ook van toepassing is in het sociale domein. Als er energie is bij bewoners en er ontstaat een groot vuur van lokale productiekracht, zorg dan voor zo min mogelijk tandwielen en transmissies. Als elke ambtenaar een tandwiel is, en elke regeling een transmissie dan is duidelijk wat de rol van de overheid in de toekomst dient te zijn! Bij NPK zal E=T+V het leidende principe moeten zijn. 4 mei 2012 - AvS
Het construct is eigenlijk het mechanisme dat zorg draagt voor de Wet behoud van Energie. Dus toezien dat wijkenergie en dadendrang zo effectief en efficiënt mogelijk zijn weg kan vinden in de vorm van initiatieven en productiestromen. Elke schijf, overleg, regel die kan worden overgeslagen, mag worden overgeslagen. Daarin ligt de kerntaak van het baronconstruct. We zien het Baronconstruct als een acroniem B: Bruggenbouwen en verbinden A: Aanmoedigen en aanjagen R: Rugdekking verlenen O: Ontzorgen en ontregelen N: Neutraal dus zonder (instituuts) belang waardoor sterke mediator rol Baron best person In elke wijk of gebied is er sprake van een mens van “vleesch en bloet” die de verpersoonlijking is van het baronconstruct. Deze persoon heeft alle kenmerken van een “best person” en een 06 nummer. 52
Bijlage 1
NPK Dashbord verleiden
inspiratie
o o o o o o o
interactie
o o
Nodig uit Gebruik toegankelijke taal Stel je wijkdata open Daag wijk uit (Recht tot Overdracht) Bereid practische honorering voor Verbeeld de winstkansen Zet rolmodellen voor verandering in Met Fun en Faith Voorpret: mix ideeënmakers en andere makers
verplichten o o o
o
o o
vlechten
Vergroeien
Maak ‘verliessituatie’ o duidelijk Benoem wat ‘next best’ kansen zijn Spreek o ‘maatschappelijk overschot’ aan op inzet Maak keuzemenu met o ‘overdraagbare’ diensten plus prijskaartje
Verzamel de o productiekansen in de wijk (vraag, diensten, aanvullingen, etc) Organiseer intensieve Ambitie + Talent Aanpak Bereid Wijkdeals voor (Recht tot Overdracht)
Zet een gedeelde visie voor ontwikkeling wijk neer
Stel werkcontract op Maak spelregels tav wijknormen en bijpassende diensten
Organiseer permanente o vrije ontmoeting Haal export ZZP-ers er bij o
Maak werkprogrammas waar bewoners in kunnen schuiven Ontwikkel model voor ‘bewonersaanbesteding first’ Maak zichtbare wijkagenda Organiseer Wijkveiling Wijk als preferent supplyer Wijkdeelname is voorsprong bij aanbesteding Uitvoerende bedrijven doen maatschappelijk corvee “Tell it”: maak uitvoering zichtbaar
o o
o
transactie
o o o o
Starterspakket op maat o Oliemannetje stand-by o Organiseer de permanente ontmoeting
Ga echt samen aan de slag (lees: DOEN). Geef ruimte aan vervolg: POPPlannen
o o
o Maak licht netwerk van o doeners en NKP-ers Zet ondersteunende o organisatie op (taak: ontzorgen, ontmoeten, o omgevingsverbinding en autonomie) o
verdienen o o
o
o o
o
o o
o o
Organiseer financiële inkijk Burgerbegroting / begrotingsposten/ bewonersbudget Zelfkrachtmeter
Wijkbedrijven Mapping Organiseer markt voor initiatiefnemers en bedrijven Crowdfunding
Honoreer talent letterlijk Presenteer de winst (aandeelhoudersbijeenko mst, thermometer, website) Houd geld in wijk: roulatiemodel eigen ‘geld’ Organiseer de boekhouder
53