Porselein lesmap
2
INHOUD INLEIDING INLEIDING 3 OVER MUZIEKTHEATER TRANSPARANT 5 OVER PORSELEIN 6
DEEL I: ACHTERGRONDINFO 7 OVER DE MAKERS VAN DE VOORSTELLING 8 DE PERS OVER PORSELEIN 10
DEEL II: MET DE KLAS AAN DE SLAG: 12 INLEIDING 13 MET DE KLAS AAN DE SLAG 14 INLEIDENDE OPDRACHT: KENNISMAKING MET HET VERHAAL 14 THEMAOPDRACHT: FILOSOFEREN OVER HET VERHAAL 15 ACHTERGRONDINFO VOOR DE LEERKRACHT 15 EN NU AAN DE SLAG ... STAPPENPLAN 19 PLASTISCHE OPDRACHT: TEKEN JE VRIJ! 21 VOORBEREIDING 25 ACHTERGRONDINFO 25 EN NU AAN DE SLAG ... STAPPENPLAN 22 MUZIEKOPDRACHT: MUZIKALE INLEVING 23 INLEIDING 23 EN NU AAN DE SLAG ... STAPPENPLAN 23
DEEL III: NABESPREKING 24
3 Beste leerkracht,
Binnenkort kom je met de leerlingen de voorstelling Porselein bijwonen. Deze educatieve map bied je de mogelijkheden om de leerlingen hierop voor te bereiden. De map bestaat uit drie grote delen. Het eerste deel bestaat voornamelijk uit achtergrondinformatie bij de voorstelling. In dit deel lees je meer over het verhaal, de makers van de voorstelling (auteur, regisseur, componist), interviews en persartikels. In het tweede deel wordt een aanzet gegeven om zelf aan de slag te gaan met de klas. Porselein biedt een uitgelezen kans om samen met de kinderen te filosoferen over tal van onderwerpen. Ze proberen zich in te leven in de personages en geven daarna hun eigen dromen vorm aan de hand van een collage. Ook een muzikale activiteit komt aan bod. Het derde deel is de nabespreking na de voorstelling. Doordat deze oefeningen hoofdzakelijk vertrekken vanuit de eigen inbreng van de kinderen zijn ze erg geschikt voor elk type onderwijs. Bovendien lenen de oefeningen zich uitstekend om vakoverschrijdend te werken en leunen ze nauw aan bij de eindtermen van de verschillende domeinen binnen muzische vorming, Nederlands en godsdienst/zedenleer van het basisonderwijs. Jullie reacties en reacties van leerlingen, zowel op de voorbereiding en de nabespreking als op de beleving van de voorstelling, zijn voor Muziektheater Transparant erg waardevol. Je kan deze reacties altijd mailen naar
[email protected].
Hopelijk wordt het een boeiende ervaring! Haryanti Frateur - educatief medewerker - Muziektheater Transparant Elisabeth Druwé - stagiaire
4
‘Porselein is een pareltje. Proust voor kinderen, zo zou je Porselein kunnen omschrijven’ De Standaard, 1 maart 2010
5
MUZIEKTHEATER TRANSPARANT Leopoldplaats 10 bus 1, B-2000 Antwerp Tel: + 32 (0)3 225 17 02 Fax: + 32 (0)3 22616 52 E-mail:
[email protected]
OVER MUZIEKTHEATER TRANSPARANT Muziektheater Transparant is een productiehuis dat de artistieke grenzen van opera- en muziektheater verkent. Steeds weer staat muzikaliteit en het vocale voorop bij de uitwerking van de projecten. Oud en nieuw worden gelijktijdig geprogrammeerd en geconfronteerd. Mozart zowel als Peter Maxwell Davies, Monteverdi naast Zimmermann. Maar ook hedendaagse makers van eigen bodem worden binnen Transparant gekoesterd en groeikansen geboden. Wim Henderickx nam eerder als huiscomponist al waardig de fakkel over van Peter Maxwell Davies en Jan Van Outryve stak als eigenzinnig muzikant en componist al de lont aan menig artistiek kruitvat. Met Eric Sleichim kiest Transparant nu voor een derde componist/muzikant die vanuit muzikale ingevingen theater maakt. Als theaterhuis zullen we ons ook in hoofdzaak focussen op het regiewerk van Wouter Van Looy, Caroline Petrick en Ramsey Nasr. Annelies Van Parys en Joachim Brackx, twee veelbelovende Vlaamse componisten, zijn uitgenodigd om tijdens een driejarige residentie bij Transparant hun eerste stappen in muziektheater te zetten. Van Parys componeert voor RUHE en beiden werken ze aan een project van stille Belgische kortfilms en aan eigen opera. Hiernaast heeft Transparant er zich ook toe verbonden de komende jaren het muziektheaterwerk van Josse De Pauw en An De Donder te ondersteunen en te produceren. Muziektheater Transparant wil bovenal een huis zijn waar die paden elkaar kruisen en inspireren. Als basis van de verdere zoektocht naar wat muziektheater is, blijft de werking met jonge artiesten en het stemmenproject Institute for Living Voice van groot belang. De ontmoetingen met zangers uit diverse stijlen en tradities en het creëren van nieuw werk met jonge zangers leverde de voorbije jaren concreet enkele spraakmakende voorstellingen op, maar gaf ook artistieke zuurstof aan de hele werking. Muziektheater Transparant kadert zijn werk in een internationaal perspectief. Het maakt reisvoorstellingen, die tot ver buiten de eigen landsgrenzen te zien zijn en werkt samen met heel wat internationale structuren en festivals zoals de Salzburger Festspiele, het KunstenfestivaldesArts, diverse Cultuursteden van Europa (Brugge, Salamanca, Lille, Stavanger), Festival d'Avignon , Hollandfestival, Edinburgh International Festival enz. Transparant werkt regelmatig met andere huizen samen, belangrijke partners zijn o.a. deSingel, De Munt, de Vlaamse Opera, Kunstencentrum Vooruit, Concertgebouw Brugge, HetPaleis.
6 OVER PORSELEIN leeftijd +8 jaar Porselein is een oude man die schuchter het verhaal vertelt van zijn kinderjaren. Hoe hij, nadat zijn vader verdween, eenzaam opgroeide met zijn overbezorgde moeder en het inwonende kamermeisje. Wat begon als een gewone zonnige dag bleek voor Porselein het begin van een nare droom. Bij thuiskomst van school vertelt zijn moeder dat hij ziek is en thuis moet blijven. Ze begeleidt hem naar de slaapkamer. De gordijnen zijn dicht, de deur van de donkere kamer wordt in het slot gedraaid. Naarmate de dagen in de donkere kamer verstrijken, vervagen voor Porselein de grenzen tussen zijn ontluikende fantasie en de donkere werkelijkheid. Via zijn dromen en tekeningen krijgen we Porselein’s nieuwe wereld te zien. Gewapend met zijn fantasie tekent Porselein zich een ontsnappingsroute.
Voor Porselein bracht regisseur Wouter Van Looy een aantal kunstenaars samen die elk vanuit hun discipline een schitterende bijdrage leveren aan zijn intrigerende scenische vertelling van Paul Verrepts verhaal. Freija Van Esbroeck en Paul Delissen voorzagen Porselein van fascinerende animatiefilms, Jan Van Outryve schreef de meeslepende muziek.
tekst Paul Verrept, Emily Dickinson / muziek Jan Van Outryve / regie en visueel concept Wouter Van Looy / animatiefilm Freija van Esbroeck & Paul Delissen / spel en zang Simon Versnel, Jochem Vanagt, Naomi Beeldens, Ina Geerts (film), Jaro Vanderghinste (film) / piano Jeroen Malaise / lichtontwerp Peter Quasters / klankontwerp Bart Celis / camera Stijn De Ceuninck / tekeningen Maarten Van Kerckhoven / Voice off Aline Cornelis en Jochem Vanag
Een productie van Muziektheater Transparant
7
DEEL I ACHTERGRONDINFO
8
OVER DE MAKERS VAN DE VOORSTELLING Biografie Paul Verrept - Auteur
Bibliografie "De kleine soldaat" (2002, Clavis) "De dag dat mama even tijd had" (2003, Afijn) "Mijnheertje Kokhals" (2003, Afijn) "Mijnheertje Kokhals krijgt bezoek" (2003, Afijn) "Het meisje de jongen de rivier" (2004, Afijn) "Mag ik bij je slapen?" (1994, Clavis) "Een tekening op reis" (1995, Clavis) "Slaap" van Paul van Ostaijen (1996, Clavis / Villanella) "Marc" van Paul van Ostaijen (1996, Clavis / Villanella) "Sjimpansee" van Paul van Ostaijen (1996, Clavis / Villanella) "God" (1999, Clavis) - Prentenboek "Floris en Blancefloer" van Jo Roets (1999, Clavis) "Klein verhaal van de nacht" (2000, Clavis) - Prentenboek "Maskers" van Leen Van den Berg (2000, Clavis) "Ik mis je" (2000, Clavis) - Prentenboek "Laika" van Judith Herzeberg (2001, Clavis/De Harmonie) “Het kleine mannetje Jaromir” van Martin Ebbertz (2004, Afijn) “Andere verhalen” (2004, uitgave van het NCJ/Villa Kakelbont ter gelegenheid van WoordenWoud) "Mijnheertje Kokhals heeft een vriendje" van Bart Meuleman (2006, De Eenhoorn) “Mist” (2006, De Eenhoorn) - Prentenboek
PAUL VERREPT (°1963) is grafisch ontwerper en illustrator/auteur van prentenboeken. Hij debuteert in 1994 met Mag ik bij je slapen? In 1996 bewerkt hij gedichten van Paul Van Ostaijen tot getekende verhaaltjes: Slaap, Sjimpansee en Marc. Zijn schijnbaar eenvoudige illustraties, dikwijls aquarellen, vertellen een heel eigen, poëtisch verhaal. Gaandeweg begint Paul Verrept ook zelf teksten te schrijven. Dit resulteert in sobere en vaak filosofische verhalen, waarin tekst en tekeningen in dialoog met elkaar elk hun eigen waarde hebben. Zijn werk wordt nationaal en internationaal geprezen, zijn boek Het meisje de jongen de rivier (2004) is bekroond met de Gouden Uil 2005, prijs van de jonge lezer 2005 en de Prijs voor Letterkunde van de Provincie Antwerpen 2005. Op basis van dit prentenboek creëert Muziektheater Transparant in 2006 een gelijknamige voorstelling met muziek van Jan Van Outryve. Er volgen nog twee prentenboeken die geënsceneerd worden: de reeks rond Meneertje Kokhals bewerkt hij samen met theatermaker Bart Meuleman tot theatervoorstelling (bij Villanella, okt 2007) en in januari 2008 gaat zijn boek Geen Spijt in première (De Vikingen). Paul Verrept ontwerpt ook affiches voor verschillende theatergezelschappen.
Paul Verrept over Porselein (De Leeswelp, nov 2007) “Ik schrijf voor het eerst een theatertekst, Porselein, voor Muziektheater Transparant. Het is een eigen idee, wat geïnspireerd op Maurice Maeterlinck en een verhaal uit Maurice Gilliams’ “Oefentocht in het luchtledige”. “Porselein” zal het verhaal van een overbeschermd iemand vertellen die uitbreekt. Het personage is als een porseleinen Pinokkio die op ontdekking gaat. Het schrijven gaat héél traag. Het wordt echt muziektheater. Muziek en ritme helpen de woorden en het verhaal.”
9 Biografie Jan Van Outryve - Muziek JAN VAN OUTRYVE is luitist en componist. Zijn kennis en kunde van de oude muziek wordt daarbij gekoppeld aan een niet te stoppen creativiteit die haar wortels vaak heeft in de muziek uit een verder verleden of uit andere muzikale tradities. Jan Van Outryve is al jaren nauw betrokken bij de werking van Transparant met jonge muzikanten en voor een jong publiek. Hij componeerde en speelde de muziek van Het meisje de jongen de rivier en heeft de muzikale leiding van Villa Vivaldi en de jongerenopera Alles Liebe rond Samson van Händel. Voor het interactieve Muziek Fabriek componeert hij nieuw werk voor symfonisch orkest. Biografie Wouter Van Looy - Regisseur WOUTER VAN LOOY (1966) is een van de drijvende krachten achter Muziektheater Transparant waar hij samen met Guy Coolen de artistieke leiding deelt. Hij is de bezieler van tal van jongerenvoorstellingen en het muziekfestival Oorsmeer dat overal in Europa opduikt. Als regisseur is hij bezig aan een parcours waar zowel experimenten met de nieuwe elektronica als barokmuziek hun plaats vinden. Hij maakt producties voor en met jongeren, zoals het bejubelde Drift, Dido (Jan Van Outryve) en ensceneert ook stukken zoals Blauwbaards Burcht (Bartók) en Sestina (Monteverdi). Naast zijn werk met professionals, zoekt Van Looy naar initiatieven waarbij hij jong en onervaren talent de wereld van muziektheater binnenleidt. Vermeldenswaardig hierbij zijn de jaarlijkse zomerstages voor jongeren en het Institute for Living Voice, het internationaal workshop-festival van Muziektheater Transparant en David Moss. Dit seizoen is zijn regie van Het meisje, de jongen, de rivier opnieuw te zien. Bijzondere aandacht gaat uit naar zijn regie van Void, de nieuwe productie die hij samen met Wim Henderickx en Hans Op de Beeck maakt. Daarnaast regisseert hij ook Villa Vivaldi, een productie rond de muziek van Vivaldi. Wouter Van Looy over Porselein Na het succes van Het meisje de jongen de rivier werkt regisseur Wouter Van Looy voor de nieuwe productie Porselein opnieuw samen met Paul Verrept. ‘Wat me destijds zo fascineerde in zijn boek Het meisje de jongen de rivier was het feit dat er zeer essentiële dingen aangeraakt werden die nochtans zeer moeilijk te benoemen zijn’, zegt Wouter Van Looy. ‘Dat is in Porselein ook zo. Ditmaal gaat het verhaal over de grens tussen de realiteit en de droomwereld. Veel kinderen kijken op hun eigen manier, met veel fantasie, naar de werkelijkheid. Zo trachten ze die te begrijpen en een evenwicht te creëren tussen de eigen belevingswereld en de wereld die hen omringt. De beelden en belevenissen die dat oplevert, zijn vaak veel sterker dan
volwassenen kunnen vermoeden omdat wij al meer gepokt en gemazeld zijn, en een afweersysteem hebben gecreëerd voor dat soort ervaringen.’ In Porselein duikt een vijver op waarvan niemand ooit de bodem geraakt heeft en waarin iemand verdronken is. De mysterieuze sfeer van dit gruwelijke verhaal over een angstige moeder die haar kind in een kamer opsluit zet de toehoorder aan het denken. Feiten of logische conclusies blijven achterwege. De tekst van Paul Verrept prikkelt wel de fantasie en nodigt uit om zelf op zoek te gaan naar oorzaken, drijfveren en verklaringen. ‘Het verhaal pendelt tussen werk van Maurice Maeterlinck en Le grand Meaulnes van Alain Fournier’, zegt Paul Verrept. ‘Het is belangrijk dat literatuur een eigen wereldje creëert, dat ze een fictieve constructie is die ons ook wat leert over onszelf. In de kamer van de jongen ontstaat een soort waanzin, maar er komt ook bevrijding. Ik heb bij het schrijven wel eens gedacht aan de jongen in De Brief voor de Koning van Tonke Dragt. Dit is ook een initiatieverhaal, maar deze jongen in Porselein realiseert zijn bevrijding zelf. Dat maakt hem een stuk individualistischer dan de andere, gewonere kinderen. Dat maakt van hem ook een kunstenaar in spe. Hij tekent zich vrij.’
10
DE PERS OVER PORSELEIN Knack, 14 april 2010, Els van Steenberghe Theater ~ Herinnering van Porselein ( * * * 1/2) Wat doe je als kind wanneer het buiten regent of je van mama niet mag buiten spelen? Dan trek je je terug in jouw eigen fantasiewereld. Met poppen, autootjes of potloden. Porselein is een ranke verbeelding van die kinderlijke zelfredzaamheid. Muzikale levenswandel Voor deze voorstelling slaan auteur en illustrator Paul Verrept en regisseur Wouter Van Looy opnieuw de handen in elkaar. Beide heren werkten al succesvol samen voor Het meisje, de jongen, de rivier (2008). Verrept is niet alleen een gevierd illustrator en auteur maar ensceneerde onlangs, samen met confrater en theatermaker Bart Meuleman, de grappige Mijnheertje Kokhalsboekenreeks. Verrept heeft met andere woorden het theater in de vingers zitten. Dat blijkt ook uit de compacte en poëtische tekst die hij met Porselein afleverde. Hiervoor liet hij zich, naast autobiografische elementen, onder meer inspireren door het werk en leven van Emily Dickinson. Deze Amerikaanse dichter koos bewust voor een kluizenaarsbestaan om zo de meest integere poëzie te kunnen creëren. Dit is een kluifje naar de hand van Van Looy. Van Looy is niet alleen het brein achter kindermuziekfestival Oorsmeer (opgericht in 1995) en de Zonzo Compagnie (het gezelschap dat onlangs verraste met ’s Nacht zijn alle katten grijs). Wouter Van Looy is sinds 2000 verbonden aan muziektheater Transparant waar hij het artistiek leiderschap deelt met Guy Coolen. Van Looy legt zich, naast zijn regies voor volwassenen, vooral toe op de (educatieve) jongerenwerking. Hij maakt niet alleen voorstellingen, zoals het speelse Dido (2006) naar Vergilius en in coproductie met figurentheatergezelschap Theater Froe Froe. Maar hij creëert ook met jongeren. Zoals het vonkende Drift (2004) gebaseerd op Claudio Monteverdi’s L’Arianna. Wat opvalt in Van Looys regietaal is een avontuurlijkheid om opera (muziektheater) en beeldende kunst met elkaar te verenigen tot een unieke voorstelling in een unieke ruimte. Want ook de voorstellingsruimte wordt door Van Looy niet zelden getransformeerd. Zo plaatste hij voor de voorstelling Zonzo (1999) zijn zangers in een peepshow. In het wondermooie Sestina (2004) loodste hij het publiek binnen in een betoverend nachtelijk park van de hand van beeldend kunstenaar Hans Op de Beeck. En voor de jeugdproductie Het meisje, de jongen, de rivier (2008) legde Van Looy zijn publiek te slapen aan de Scheldeoevers van de Antwerpse haven.
Voor Porselein, een muziektheatervoorstelling voor iedereen vanaf 8 jaar, behoudt Van Looy de klassieke zaalindeling maar leeft zich als regisseur uit in het spelen met multimedia en decor… Magisch Porselein Porselein speelt in een hoogst rustieke scenografie, ontworpen door Wouter Van Looy zelf. De warme bruintinten vormen het ideale decor voor de mijmeringen van Porselein (indrukwekkend vertolkt door Simon Versnel). Als Porselein blikt Versnel terug op een kindertijd die voor een groot stuk gedwongen achter gesloten deuren plaatsvond. Porselein wordt als kind door zijn moeder in een donkere kamer opgesloten. De vrouw is namelijk bang dat ze na haar man ook nog haar zoon zal verliezen. Spelen aan de rand van de vijver zit er dus niet meer in voor de kleine kapoen. Versnel deelt het podium met pianist Jeroen Malaise die de gehele voorstelling van een meesterlijke soundscape voorziet. Die pianomuziek is gecomponeerd door huiscomponist Jan Van Outryve met wie Van Looy geregeld samenwerkt. De warme pianoklank van de herinneringen haakt zich feilloos vast in de zachte vertelstem van Versnel. Zo ontspint er zich een ingenieuze dialoog tussen stem, muziek én filmbeelden waarin een gevangen kinderleven zich ontbloot. Die (warm getinte) filmbeelden tonen de herinneringen van Porselein. Soms met een korte scène, soms een still. Zo maakt het publiek kennis met de ruimte buiten Porseleins kamer – de vijver, de oprijlaan, … Van zodra Porselein door zijn angstige moeder opgesloten wordt in de kamer, verandert de stijl van die filmbeelden die mee het verhaal vertellen op een subtiele en esthetische manier. Die inventieve stijlbreuk in de film van Freija van Esbroeck & Paul Delissen geeft de wending in verhaal en leven van Porselein perfect aan. Hierdoor maken Van Looy en de cineasten de film tot een meerwaarde (en geen overbodige illustratie) binnen de voorstelling. Van zodra Porselein opgesloten zit, geven de beelden niet meer de buitenwereld maar de fantasie- en droomwereld weer die Porselein voor zichzelf creëert bij gebrek aan buitenwereld. Op den duur weet de jongen amper nog wanneer het dag en nacht is. En een mens vraagt zich af of Porselein het ondertussen wel weet. Misschien is hij wel oud geworden tussen de muren van zijn ouderlijk huis? Het enige wat ontbreekt aan dit zorgvuldig gecomponeerd en geënsceneerd verhaal is een sprankel hoop om het geheel ietwat op te lichten. Desondanks is Porselein een intrigerende muziek- en beeldentrip door de herinneringen van een kinderleven dat gedwongen werd in alle stilte en donkerte te ontpoppen… Porselein, Transparant. Gezien op 27 februari 2010.
11 De standaard, 1 maart 2010, van onze medewerker ‘Porselein is een pareltje’ ANTWERPEN - Proust voor kinderen: zo zou je ‘Porselein' kunnen omschrijven, de theatertekst die de illustrator Paul Verrept schreef voor Transparant. Het gerucht gaat dat Paul Verrept ooit heeft leren tekenen omdat zijn moeder hem te veel binnen hield. Schetsen werd zijn overlevingsstrategie, zijn venster op de wereld. En precies op die bezwaarde herinnering bouwt zijn theatertekst Porselein — een mooi gekozen titel trouwens: met de suggestie van breekbaarheid, koele intimiteit en een ietwat Proustiaanse zintuiglijkheid. Aan een schrijftafel zit tussen een paar lampenkampjes een oudere man, Porselein (Simon Versnel). Hij blikt terug op zijn jeugd en zijn zacht verstikkende moederfiguur. Porselein doet dat met de ogen van toen, als een kind dat veel ziet, maar slechts de helft snapt. Waarom werd hij op een dag voorgoed opgesloten op zijn kamer, terwijl zijn moeder rode ogen had? Waarom schiet zij uit als hij een glas melk laat vallen? En dan nog wel tegen zijn verdwenen vader, die scherven maakte van alles waar zij met zorg aan bouwde? De regisseur Wouter Van Looy omringt zich met veel hulpmedia om dat naïeve kindperspectief extra dimensies te geven. Op film passeren zwart-witbeelden die soms bijna bevriezen tot stilstaande foto's. Je ziet er de jonge Porselein verwoed tekenen op zo'n schoolbankje waar nog een inktpot in past. Ook zijn kinderschetsen komen tot leven. En animatiefilmpjes van Freija Van Esbrouck en Paul Delissen geven vorm aan zijn tussentijdse nachtmerries. Uit een tunnel raast een trein op Porselein af. De sfeer wordt nog het meest bepaald door de pianomuziek van Jan Van Outryve: etherisch, melancholisch, als een troostende streling. Het maakt Porselein nog intimistischer dan Het meisje de jongen en de rivier, Van Looys eerdere podiumbewerking van Verrepts universum. Ook door de zang van Naomi Beeldens neigt de voorstelling meer naar een requiem voor een verloren jeugd dan dat het de kleurige kinderviering is die je veel vaker ziet bij jeugdtheater. Met die multidisciplinaire illustratie had er veel fout kunnen lopen. Ze had de tekst kunnen dicht plamuren. Maar Van Looy opent er net méér kieren mee, waarlangs je
verbeelding kan ontsnappen uit deze claustrofobische evocatie. Zoveel blijft ongezegd. Dat is een klein wonder, maar ook precisie en vakmanschap. Met dank aan de rijkdom van Verrepts basismateriaal. Je voelt dat de illustrator hier als auteur een persoonlijke snaar raakt. Zijn kernmetafoor is water: dat is zowel een zuigende dood als de bron van alle leven. Steeds weer zien twee fluisterende kinderstemmen de oude Porselein roerloos aan een vijver staan, waar hij met zijn vinger tekeningen maakt in het water. Het zelfportret van de artiest als oudere man? In elk geval een indringende voorstelling. ‘Porselein' is nog te zien in Hasselt, Schaarbeek, Antwerpen, Brussel, Dendermonde en Oudenaarde
12
DEEL II MET DE KLAS AAN DE SLAG THEMAOPDRACHT / PLASTISCHE OPDRACHT / MUZIEKOPDRACHT
13
INLEIDING In dit deel van de map werkten we drie educatieve activiteiten uit die nauw aansluiting vinden bij Porselein. We hopen dat dit een aanzet kan zijn voor een boeiende voorbereidende les op het bijwonen van de voorstelling. De opdrachten hebben als doel de kinderen vertrouwd te maken met de thematiek van de voorstelling. Het ‘inleven in de personages’ loopt als een rode draad door de activiteiten. De activiteiten sluiten nauw aan bij de volgende vakken: Themaopdracht/Filosoferen over het verhaal: godsdienst/zedenleer, Nederlands Plastische opdracht/Teken je vrij: muzische vorming, domein Beeld Muziekopdracht /Muzikale inleving: muzische vorming, domein Muziek
We vangen aan met een algemene opdracht waar het verhaal kort wordt verteld. Dit geldt als inleiding op de drie volgende activiteiten en is bijgevolg onontbeerlijk. De activiteiten kunnen los van elkaar en naar eigen keuze gegeven worden. In de themaopdracht geven we een aanzet om met de kinderen te filosoferen over het verhaal Porselein. Filosoferen met kinderen is een discipline die kinderen aanzet tot autonoom nadenken. Kinderen hebben immers originele denkbeelden. Helaas ontbreekt vaak de stimulans om die te ontwikkelen en te uiten. Nochtans is het stimuleren hiervan erg belangrijk voor het leren formuleren van een eigen mening, het logisch denken en het redeneren. Porselein is een verhaal dat zich perfect leent om over te filosoferen met kinderen. Het verhaal is voldoende suggestief zonder dat er veel antwoorden worden gegeven. De ruimte in het verhaal zet de lezer/luisteraar aan het denken. Bovendien worden er allerlei thema’s aangereikt om rond te filosoferen met kinderen. In de plastische opdracht gaan we creatief aan de slag. Het doel van de activiteit is dat de kinderen zich inleven in de situatie van Porselein. Hoe zouden zij zich vrij tekenen? Ze worden gestimuleerd hun fantasie de vrije loop te laten en hun dromen vorm te geven aan de hand van een collage. In de muziekopdracht staat de muzikale inleving centraal. De kinderen worden aangemoedigd om bewust te luisteren en te experimenteren met geluiden. Er wordt dieper ingegaan op de relatie tekst/ritme en liedjes krijgen verschillende interpretaties. Ze gaan op zoek naar passende muziek bij het verhaal.
We wensen jullie alvast veel succes en hopen dat dit het begin kan zijn van een zeer boeiende, creatieve en verrijkende leeractiviteit!
14
MET DE KLAS AAN DE SLAG INLEIDENDE OPDRACHT / KENNISMAKING MET HET VERHAAL
Deze inleidende opdracht gaat aan alle opdrachten vooraf en maakt de kinderen vertrouwd met het verhaal en de thematiek. 1. Creëer een niet-klassikale sfeer: tafels en stoelen worden aan de kant geschoven. Schoenen worden uitgedaan. Zitten in een kring op kussens. Zorg voor een gemoedelijke sfeer zodat de kinderen zich vrij voelen om zich te uiten. 2. Vertel kort waarover het verhaal gaat.
Reflecteren over het verhaal Algemene vragen wat betekent de titel voor jou: Porselein? wat zou de auteur hiermee willen vertellen? waar gaat het verhaal volgens jou over? hoe zou het verhaal verder gaan?
Over de moeder hoe voelt de moeder zich? is ze gelukkig denk je? is er een reden waarom ze zich zo voelt? waarom zou de moeder Porselein opsluiten? is ze bang dat Porselein iets zal overkomen? vind je het juist wat ze doet? kan je haar begrijpen? *welke thema’s komen uit de groep? angst overbescherming, andere?
Het verhaal kort en bondig Porselein had een vriendje Maurice, die woonde bij de vijver waar ooit een jongen was verdronken. Porseleins vader verzon altijd verhalen, maar die was er nu niet meer. Hij voelde dat alles veranderde, de schaduwen van de bomen werden scherper. Porseleins mama was bang van de vijver, bang ook dat er iets zou gaan gebeuren met Porselein. Daarna werd Porselein opgesloten op zijn kamer, hij was niet boos op zijn mama, hij wist gewoon dat ze een beetje gek was. Zijn mama liet hem beloven om nooit achter het gordijn te gaan kijken, omdat ze dacht dat Porselein het licht niet kon verdragen. Maar hij begon Maurice zo te missen dat hij het na lange tijd toch deed. Wat zag hij daar? NIETS! Achter het gordijn was een muur! Nu wilde hij echt weg! Daarom nam hij een potlood en tekende zelf een raam. Een raam waardoor hij sprong om bij Maurice te zijn. Waar hij zijn papa zag in een witte sportwagen.
Over Porselein hoe voelt Porselein zich? waarom voelt hij zich zo? begrijp je dat Porselein niet boos is op zijn mama? zou jij boos zijn? wat zou je doen in zijn plaats? welke thema’s komen uit de groep? fantasie, eenzaamheid, andere?
15
THEMAOPDRACHT: FILOSOFEREN OVER HET VERHAAL In deze opdracht reflecteren de kinderen over het verhaal. We bekijken het verhaal vanuit het standpunt van de moeder enerzijds en het standpunt van Porselein anderzijds. De moeder wordt vereenzelvigd met de thema’s angst en overbescherming, Porselein met fantasie en eenzaamheid. We geven telkens een aanzet om dieper op deze thematiek in te gaan. Het spreekt voor zich dat er ook andere thema’s uit de groep aan bod kunnen komen. We leggen de link naar de actualiteit en de leefwereld van de kinderen zelf. De kinderen proberen zich in te leven in de personages.
Hoe filosoferen met kinderen? Als je filosofeert met kinderen ben je niet de alwetende volwassene. Wel ben je diegene die vragen stelt, aanzet tot nadenken, net zo lang tot ze niet meer verder kunnen. Zorg ervoor dat de vragen het kind verder brengen. Verwacht geen juiste antwoorden. Die bestaan niet. Ook zijn er geen oplossingen. Het belangrijkste is dat de kinderen op zoek gaan naar een antwoord en hun gedachten helder leren formuleren. De antwoorden argumenteren is wel belangrijk. Kinderen leren ervaren dat hun argumenten er toe doen ofwel serieus genomen worden. ACHTERGRONDINFORMATIE VOOR DE LEERKRACHT ARTIKELS TER ILLUSTRATIE VAN DE THEMA’S Hieronder volgen een reeks artikels ter illustratie van de thema’s die in Porselein aan bod komen. Deze artikels plaatsen de thematiek van Porselein in een bredere context en leggen de link met zeer actuele thema’s. Ze zijn bedoeld als achtergrondinformatie voor de leerkracht. De artikels zijn ingedeeld volgens de thematiek van de moeder (angst/overbescherming) enerzijds en volgens de thematiek van Porselein (eenzaamheid/fantasie) anderzijds. Enkele stellingen uit deze teksten worden daarna aangegrepen om er met de klas een gesprek over op te starten. Enkele suggestievragen worden aangereikt. (zie pag. 23)
ANGST/OVERBESCHERMING Help! Overbezorgd ‘Alles is gevaarlijk’ uit ‘Klasse.be’
«Ik moet mijn cactussen van de vensterbank in de klas verwijderen», zucht meester Bart. «Van de ouders. Ze zijn bang dat de kinderen zich zouden prikken.» Steeds meer ouders zijn overbezorgd. Alles en iedereen is gevaarlijk tegenwoordig: de wieg, het donsdeken, de speeltuin, de nieuwe babysit, het pakje chips. Pas op voor dit gevaarlijk artikel. We willen onze kinderen overbeschermen. 'Niet leuk voor de ouders en slecht voor de kinderen', zeggen specialisten. Klasse voor Ouders loopt bij Kind en Samenleving binnen. Of directeur Jan Van Gils ons soms kan geruststellen? Zijn ouders banger dan vroeger? Jan Van Gils: «We kunnen die indruk misschien wel hebben, maar het is zeker niet bewezen. Ik weet nog zo niet of mijn buren met hun jonge kinderen banger zijn dan ikzelf toen ik zo'n jonge kinderen had. Ouders zijn altijd bezorgd geweest, maar er is een verschil tussen gezonde bezorgdheid en angst die je kind bevriest.» Als ouders dan al banger zijn dan voeger, hoe komt dat? Jan Van Gils: «We leven in een klimaat dat heel veel aandacht besteedt aan onveiligheid. We worden elke dag met onze neus geduwd op het gevaar in de huiskamer, de speelplaats, de straat De media spelen daar een belangrijke rol in. Sommige kranten en tv-zenders leven van de ongevallen. In zo'n klimaat worden ouders sneller bezorgd en overbezorgd. Ik weet echt niet of onze maatschappij veel gevaarlijker is dan pakweg dertig, veertig jaar geleden. Wat ik wel weet is dat vrienden, buren, collega's en familieleden vroeger bondgenoten waren van de ouders. Er was een soort van gezamenlijke bezorgdheid voor kinderen. Nu is het niet vanzelfsprekend dat je de kinderen van je buren vertelt dat ze gevaarlijk bezig zijn op straat. In het beste geval ga je aanbellen bij de buren. Maar de meest voor de hand liggende reactie is: 'ik moet mij niet bemoeien'.»
16 Hoe gaan ouders met dat gevoel van onveiligheid om? Jan Van Gils: «Grofweg zijn er twee soorten ouders. De ouders van de 'corner boys en girls': Zij laten hun kinderen wat losser, hun kinderen spelen op straat, in de buurt. De ouders doen dat misschien uit onmacht, omdat ze geen controle kunnen uitoefenen, maar heel wat ouders doen dat ook bewust. De kinderen hangen meer op straat. Ik betwijfel of zij sneller verongelukken. Ze zullen misschien wel sneller een eerste sigaret roken, sneller in aanraking komen met drugs of voor het eerst dronken zijn. Ze krijgen ook vaak meer zakgeld en slagen erin om vlugger aan de slag te gaan en geld bij te verdienen. Ze leren met andere woorden een aantal vaardigheden waarmee je het in deze wereld ook maakt: je plan trekken, weten waar je moet zijn, risico's nemen Dan heb je de ouders van de 'college boys en girls'. Zij zien de gevaren, de risico's van het leven en willen die voor hun kinderen vermijden, zonder ze te isoleren. Hun leven wordt netjes geregeld. Ze mogen heel veel. Ze gaan naar de manege, de jeugdbeweging Pa en ma rijden wel. Ze mogen hun kamer inrichten zoals ze dat willen, maar pa zal wel verven of behangen. Ze gaan samen winkelen en samen kleren kiezen. Ze krijgen minder zakgeld en gaan hogere studies doen. Ze groeien meer beschermd op.» Waarom is het belangrijk om als ouder niet bang te zijn? Jan Van Gils: «Kinderen moeten ruimte krijgen, kansen om splinters in hun handen te krijgen of een schaafwonde, een vuile broek, een tand te verliezen of zelfs misschien een arm of een been te breken. Het zijn risico's die kinderen moeten lopen. De enige manier om ze te wapenen tegen risico's is ze er leren mee omgaan: je mogelijkheden en je begrenzingen leren kennen. Je leert kinderen niet fietsen zonder dat ze vallen, je leert ze niet zwemmen zonder de angst om te verdrinken, je leert ze niet alleen naar sc hool fietsen zonder het risico omvergereden te worden. Omgaan met risico's is een deel van het leven, en ook dat moeten kinderen leren. Als je kinderen afschermt van elk risico zullen ze ook nooit zin krijgen om de wereld te ontdekken.» Bange ouders hebben bange kinderen? Jan Van Gils: «Dat klopt. Als je voortdurend met angsten leeft omdat je je werk gaat verliezen, je partner er misschien vandoor gaat of je kind gaat verongelukken, dan
leef je verkrampt. Je kan als ouder niet 100 % verantwoordelijk zijn voor je kind en je dus telkens schuldig voelen als er wat gebeurt. Kinderen zijn ook verantwoordelijk voor zichzelf en dat moeten ze kunnen leren, thuis en op school. Ook alle andere mensen, autobestuurders bijvoorbeeld, zijn verantwoordelijk voor je kind.» Hoe los je die angst dan op? Jan Van Gils: «Natuurlijk wil je met je kind meefietsen als het eindelijk met de fiets naar school kan. Maar op een bepaald moment moet je het loslaten. Het laten gaan is even belangrijk als het beschermen. Je moet wel praten met je kind over jouw angst: 'Als ik je zo zie slingeren met de fiets dan weet ik toch niet goed of je wel alleen naar school kan fietsen'. Zo neem je hem mee in je gevoelens, maar je vertelt ook wat er nog niet goed genoeg aan zijn fietsgedrag is. Zeg dan gewoon dat je er na de zomer nog eens over praat. Angstige ouders blokkeren: 'Neen is neen!' Ze komen niet tot een afspraak of compromis. Ga de discussies aan met je kind. Misschien overtuigen ze jou niet, maar ze zetten jou en je kind wel aan tot denken. 'Wel, we gaan eens proberen, rij jij maar eens met je broer mee.' Je verlegt je grenzen en je bent vertrokken. Eigenlijk dwingen je kinderen je in een groeiproces.» Sommige ouders geven hun kind een gsm. «Dat is veilig». Is dat een oplossing? Jan Van Gils: «Geloven dat kinderen veilig zijn als ze een gsm bij zich hebben is idioot. Onlangs hoorde ik bij een ongeluk: 'Gelukkig had hij zijn gsm bij, hij kon naar zijn ouders bellen'. Die gsm zou hem niet beschermd hebben. Maar zo'n gsm maakt ouders wel minder bang. En dat is goed natuurlijk. Als ouders minder bang zijn, geven ze hun kinderen meer ruimte. Kinderen krijgen kansen om alleen naar school, de bib, de jeugdbeweging te gaan. Als dat vlot loopt, komt er meer vertrouwen tussen ouders en kind. In die zin is een gsm wél interessant natuurlijk.»
17 FANTASIE ‘Geike heeft een fantasievriendje’ uit ‘klasse.be’ Geike en Loesje doen alles samen. Geike kamt de haren van de poppen, Loesje kleedt ze aan. Geike speelt met de eendjes in bad, terwijl Loesje met shampoo de gekste kapsels maakt. ’s Avonds kruipen ze gezellig samen onder de veren. Alleen, papa heeft Loesje nog nooit gezien. Enkel Geike (3) ziet haar. Loesje is haar fantasievriendje. Moet papa zich zorgen maken? Papa: Is zo’n ingebeeld vriendje wel normaal? Ja. Meer dan de helft van de kinderen heeft ooit een fantasievriendje gehad. Kleuters hebben een oneindige fantasie. Fantaseren leert hen omgaan met problemen en emoties. Ze vinden zo oplossingen voor wat ze nog niet begrijpen. Tot 5 jaar maakt een kleuter weinig verschil tussen fantasie en werkelijkheid. Monsters onder het bed, spoken in de kast, een teddybeer die ’s nachts met je spreekt, nieuwe vriendjes die plots opduiken maar voor niemand zichtbaar zijn. Alles kan. Papa: Heeft Geike misschien te weinig vriendjes? De meeste kinderen met een fantasievriendje hebben op school nog vele andere vriendjes. Maar soms hebben ze er graag nog iemand bij: iemand die hen begrijpt, die er altijd is, die zegt en doet wat zij willen… Ze experimenteren op een veilige manier met echte vriendschap. Kleuters beschouwen de kinderen die ze leuk vinden en met wie ze vaak optrekken als hun vrienden. Maar vaak spelen ze naast elkaar in plaats van met elkaar. Een fantasievriendje is dan iemand van hen alleen. Als je kind na schooltijd ook over echte klasvriendjes vertelt, is het denkbeeldige kameraadje niet meer of minder dan een gezonde fantasie. Papa: Krijgt Geike thuis geen steun genoeg? Wij zijn er toch voor haar? Een jonge kleuter kan al veel zelf. Maar het kan en begrijpt nog lang niet alles. Soms voelen ze zich wat hulpeloos tussen volwassenen. Sommige kinderen vinden daar wat op. Ze fantaseren een vriendje dat alles net iets beter kan en weet dan zij zelf. Met twee voelen ze zich sterker. Ze doen net hetzelfde als de kinderen die ’s nachts bescherming zoeken bij een knuffelbeer. Fantasievriendjes bieden het kind in de eerste plaats veiligheid. En het is gewoon fijner om de wereld samen met een vriendje te ontdekken in plaats van alleen.
Papa: Leert Geike iets van Loesje? Kinderen met een ingebeeld vriendje leren sociale relaties ‘oefenen’. Geike leert zich inleven in Loesje. Ze verplaatst zich en ziet de dingen hoe Loesje ze ziet. Zo krijgt haar inlevingsvermogen vorm. Wellicht vertelt ze Loesje soms hoe ze dingen moet doen, of berispt ze haar. Dan is Geike sociale relaties aan het uittesten. Ze leert ook gevoelens verwoorden. Uit onderzoek blijkt dat kinderen met een fantasievriendje meer inlevingsvermogen hebben en beter kunnen vertellen. Papa: Hoe moet ik met Loesje omgaan, ik zie haar niet? Het beste kan je het fantasievriendje aanvaarden. Het vriendje verbieden of belachelijk maken, heeft een averechts effect. Ga gerust mee in de fantasie van het kind. Wacht wel tot je kind er zelf over begint, als het aangeeft dat het vriendje er ook bij is. Begin er niet zelf over. Kinderen krijgen soms via hun fantasievriendje dingen gezegd die ze anders niet durven. Bv. “Loesje heeft die vaas omgestoten. Niet boos zijn op haar. Het was per ongeluk!” Dan kan je verder vragen: “En hoe heeft Loesje dat gedaan? Wat is er gebeurd?” Je kan ook veel over de gevoelens en angsten van je kind leren. Dan is Loesje eens ongelukkig of heel boos op papa. Vraag dan: “Waarom is Loesje boos op papa? Heeft papa iets verkeerds gedaan?” Soms gebruiken kinderen hun fantasievriendje om ondeugender te zijn dan ze mogen. Dan heeft het fantasievriendje de rol wc-papier in het toilet gegooid of het haar van de pop afgesneden. Daar hoef je niet te fel op in te gaan. Zeg bijvoorbeeld: “Jouw vriendje moet zich ook aan de regels houden. Ruim nu samen alles op.” Gebruik het vriendje niet om te doen wat jij wil. Vermijd uitspraken als “Loesje wil dat je opruimt” of “Loesje gaat wenen als je niet naar papa luistert.” Papa: Blijft Loesje nu voor altijd bij ons? Nee hoor. Wanneer kleuters ouder worden, gaan ze meer mét elkaar spelen in plaats van naast elkaar. Dan worden echte vriendschappen belangrijker en verdwijnen fantasievriendjes vanzelf. Ze komen op de achtergrond en je kind praat er steeds minder vaak over. Soms verdwijnen ze abrupt. Het kind vindt zijn vriendje dan maar kinderachtig en laat het links liggen. Heb je het gevoel dat je kind blijft aan het vriendje vasthangen, zich volledig afsluit van de buitenwereld en enkel voor zijn denkbeeldig vriendje oog heeft? Wil hij met niemand anders spelen en/of lijkt hij ongelukkig? Praat er dan eerst met de huisdokter over. Die kan je doorverwijzen.
18 ‘Fantasie’ Bron: http://kunst-en-cultuur.infoyo.nl/overige/17581-onze-bfantasieb.html Het lijkt er een beetje op dat mensen bang zijn voor hun eigen fantasie. Als we iets bedenken dat ons te gefantaseerd lijkt, dan laten we het verder rusten of stoppen we het zelfs weg. Terwijl het heel goed het begin kan zijn van een schitterende activiteit of nieuw product. Fantaseren De mens heeft vanaf zijn jeugd een rijke fantasiewereld. Geef een kind een stok en hij ziet een zwaard, een paard, een hockeystick, een honkbalknuppel, een golfclub, een speer, een geweer, een hengel, een wandelstok. Als kind hebben we geen probleem met ons gefantaseer. Naarmate we ouder worden, worden we geattendeerd op het feit dat fantaseren de werkelijkheid niet is. In het onderwijs mag je alleen op specifieke momenten je fantasie op een bepaalde manier laten gaan. Alleen bij het schrijven van opstellen of in het uurtje handenarbeid. Ouders proberen hun kinderen te leren om vooral hun fantasie te gebruiken om zo snel mogelijk een baan te krijgen, die zekerheid biedt en niet teveel te fantaseren over het worden van een beroemde artiest. Fantasie Maar wat we als volwassenen vergeten is dat het onze fantasie is die onze problemen oplost. Het is ons vermogen om te fantaseren wat er allemaal aan oplossingen zijn voor een probleem, waardoor we uiteindelijk een oplossing vinden die het probleem of praktisch of definitief oplost. Maar omdat we onszelf en anderen verbieden om te fantaseren, we moeten realistisch zijn, lopen we steeds meer oplossingen mis. Terwijl door de toename van het aantal mensen onze problemen ook toenemen en we dus steeds meer oplossingen nodig hebben. Fantastische oplossing Hoe kunnen we weer gebruik gaan maken van de verborgen fantasie van mensen? Als je kijkt naar hoe het bij kinderen werkt, dan lijkt het erop dat een open houding belangrijk is. Een open houding betekent de wereld niet bekijken vanuit wat moet of mag, maar kijken wat iets bij jezelf oproept. Dus niet van tevoren al roepen dat kan of dat mag niet. Maar gewoon alles toelaten wat bij je opkomt. Gewoon genieten van het feit dat je brein ongecontroleerd aan de gang gaat met de informatie die zij heeft en er als een klein kind mee speelt. Daarvoor moet je het kind zijn natuurlijk wel
goed vinden en als iets positiefs zien. En dat betekent ingaan tegen die onzinnige gedachtengang van onze voorouders dat kinderen minderwaardig, lastig, kinderachtig, onvolwassen, nutteloos, waardeloos, lasten, enzovoort zijn. Aan de andere kant van die negatieve ideeën over onze kinderlijke vermogens ligt dan echter wel de vrijheid van onze fantasie, die onbeperkt en oppermachtig is en ieder probleem dat haar gepresenteerd wordt aankan. En misschien is dat wel waarom volwassenen kinderfantasie proberen dood te slaan. Want hoe kan het dat kinderen machtiger zijn dan volwassenen als het gaat om het oplossen van problemen?
19 EN NU AAN DE SLAG ... STAPPENPLAN 1. Creëer een niet-klassikale sfeer: tafels en stoelen worden aan de kant geschoven. schoenen worden uitgedaan. Zitten in een kring op kussens. Zorg voor een gemoedelijke sfeer zodat de kinderen zich vrij voelen om zich te uiten. 2. Vertel de kinderen wat filosoferen inhoudt. Benadruk hierbij altijd dat het over ‘diep nadenken’ gaat en dat er geen goed of fout antwoord bestaat.
DE THEMA’S: LINK MET DE EIGEN LEEFWERELD/ACTUALITEIT Een paar thema’s uit de voorstelling komen hieronder aan bod. Er wordt telkens een stelling uit de voorgaande teksten aangereikt, die kan dienen als vertrekpunt om dieper in te gaan op de thema’s. De thema’s die de moeder verpersoonlijkt (angst en overbescherming) en de thema’s die Porselein verpersoonlijkt komen weerom aan bod. Enkele suggestie-vragen worden aangereikt.
ANGST/OVERBESCHERMING “Ik moet mijn cactussen van de vensterbank in de klas verwijderen», zucht meester Bart. «Van de ouders. Ze zijn bang dat de kinderen zich zouden prikken.» Steeds meer ouders zijn overbezorgd. Alles en iedereen is gevaarlijk tegenwoordig: de wieg, het donsdeken, de speeltuin, de nieuwe babysit, het pakje chips.” uit ‘Help! Overbezorgd Alles is gevaarlijk’ (uit ‘klasse.be’) waarom kunnen ouders ongerust zijn? is de moeder van Porselein ongerust? wat doen ouders als ze ongerust zijn? zijn ouders banger dan vroeger? ben jij soms ongerust? waarover?
EENZAAMHEID wat is eenzaamheid? was je al eens eenzaam? is eenzaamheid hetzelfde als alleen zijn? kan je je eenzaam voelen in een groep? waardoor wordt je eenzaam?
VRIENDSCHAP/FANTASIE ‘Geike en Loesje doen alles samen. Geike kamt de haren van de poppen, Loesje kleedt ze aan. Geike speelt met de eendjes in bad, terwijl Loesje met shampoo de gekste kapsels maakt. ’s Avonds kruipen ze gezellig samen onder de veren. Alleen, papa heeft Loesje nog nooit gezien. Enkel Geike (3) ziet haar. Loesje is haar fantasievriendje.’ uit ‘Geike heeft een fantasievriendje’ (uit ‘klasse.be’)
20 Casper en Hobbes
wat is fantasie? zijn dromen fantasie? waar fantaseer jij over? heb jij ooit een fantasievriendje gehad?
«Ik heb heel veel vrienden. Tim omdat hij mij helpt. Wout omdat hij naast mij zit. Met vrienden kan je veel doen, bijvoorbeeld spelen. Een vriend moet lief en behulpzaam zijn. In de school heb ik vrienden gemaakt. Ze zijn allemaal even oud als ik.» (Jan, 9 jaar) uit ‘Het geheim van mijn broekzak’ (klasse.be)
‘Watterson schetst de belevenissen van een zes jaar oud, fantasierijk jongetje Casper en zijn opgevuld knuffeldier, de tijger Hobbes (genoemd naar de filosoof). Hobbes komt in Casper's fantasie tot leven en is voor hem dan ook een levende vriend, maar voor anderen is hij gewoon een knuffel. Hobbes kan dingen die Casper niet kan. Samen beleven ze avonturen’
hoe ziet jouw ideale vriendje eruit? wat betekent vriendschap voor jou? wat wil jij betekenen voor jouw vriend(en)
21 Rene Magritte (1898-1967)
PLASTISCHE OPDRACHT: TEKEN JE VRIJ! VOORBEREIDING benodigdheden: laat de kinderen enkele tijdschriften meebrengen. zorg voor plakaatverf grote vellen papier
(The Son of Man, Time transfixed en Castle of the Pyrenees)
Salvator Dali (1904-1989)
Porselein heeft een manier gevonden om te ontsnappen aan zijn situatie. Hij tekent zich vrij. Hij zet zijn dromen op papier.
ACHTERGROND INFORMATIE Surrealisme Honderd jaar geleden gebeurden er heel veel veranderingen in het gewone leven van de mensen. De eerste en tweede wereldoorlog, heel wat nieuwe technologie, zoals bijvoorbeeld de auto. Alles ging sneller voor de mensen. Kunstenaars zochten daarom nieuwe manieren om zich uit te drukken, want de dingen waren voor hen niet meer wat ze eerst waren. Sommige kunstenaars begonnen hun dromen te schilderen. Ze werden surrealisten genoemd. Rene Magritte en Salvator Dali waren één van hen. Ze schreven hun dromen op en en schreven ze uit, ook al waren ze niet helemaal logisch. Alles wat ze op hun weg tegenkwamen, gebruikten ze om iets van te maken. Kan je hen vergelijken met Porselein? Is zijn wereld plots veranderd?
22 Surrealisten willen de werkelijkheid niet uitbeelden zoals je die ziet. Ze vermengen de werkelijkheid met hun fantasie en droombeelden. Soms droom je dingen die niet kunnen in de werkelijkheid. Er komen dingen bij elkaar die in het echte leven niks met elkaar te maken hebben. Daarom zien de schilderijen er heel vreemd uit. Wat zijn dromen? Hebben ze een functie? Zijn het wensvervullingen? Kan jij je jouw dromen herinneren? waarover gaan ze?
Kunstenaars gaan vreemde dingen doen. Veel laten ze afhangen van het toeval. Wat zou jij tekenen dat je in het echt niet kan laten gebeuren? Laten we zelf ook een surrealistisch schilderij maken!
EN NU AAN DE SLAG ... STAPPENPLAN 1. Ga in kleine groepjes zitten. 2. De kinderen brainstormen onder elkaar: wat zijn jouw dromen? wat zou jij tekenen als je in de plaats was van Porselein? hoe ziet jouw droomwereld eruit? 3. Neem de tijdschriften erbij. Haal er enkele prenten uit die jouw droom vorm geven. 4. Maak een knotsgekke collage. Maak het schilderij af met plakaatverf. 5. Bedenk een vreemde titel voor je schilderij.
23
MUZIEKOPDRACHT: MUZIKALE INLEVING INLEIDING Muziek in de voorstelling is heel belangrijk om de juiste sfeer te scheppen. Bij Porselein is muziek voortdurend aanwezig. Er wordt gezongen en de pianist begeleidt tekst en beeld.
SCOUNDSCAPE In een eerste opdracht proberen we met de kinderen enkele sferen op te roepen aan de hand van geluiden die ze zelf maken. We maken een ‘geluidslandschap’. Ze mogen alles gebruiken, hun stem (fluisteren, blazen, hoog, laag, ...), handen en voeten, ... Laat de kinderen op zoek gaan in de klas naar instrumenten die voorhanden zijn (papiergeritsel, tromgeroffel, ...).
Deze muzikale activiteit omvat 4 opdrachten die de kinderen aan de hand van muziek aanspoort om hun inlevingsvermogen te gebruiken. Ze maken een scoundscape, doen een ritme-oefening met tekst, gaan op zoek naar passende muziek bij Porselein en proberen verschillende manieren uit om een liedje te zingen.
Laat het om te beginnen heel stil worden de klas. De kinderen sluiten hun ogen en worden zich bewust van de geluiden om hen heen. Welke geluiden horen ze? Welke sfeer wordt opgeroepen door de stilte? Wat gaan ze voelen (rust? misschien gaan ze giechelen?)
EN NU AAN DE SLAG ... STAPPENPLAN
We beelden nu een storm uit in het woud. Welke geluiden maakt een storm (wind, donder, ...)? De kinderen experimenteren met geluiden, daarna worden de gevonden geluiden in een structuur gegoten. Hoe begint de storm, wanneer gaat ze terug liggen? ... Het stukje wordt uitgevoerd.
1. Creëer een niet-klassikale sfeer: tafels en stoelen worden aan de kant geschoven, schoenen worden uitgedaan. Zitten in een kring op kussens. Zorg voor een gemoedelijke sfeer zodat de kinderen zich vrij voelen om zich te uiten. 2. Snij even het onderwerp muziek aan. Zijn er muzikanten in de klas? Wie heeft al eens een concert bijgewoond? Waarvoor kan muziek allemaal dienen? Moet muziek altijd mooi klinken? Waarom zou het in de voorstelling gebruikt worden?
We proberen een griezelsfeer op te roepen. Waaraan doet ‘griezelen’ je denken (bedenk een paar kernwoorden bv. heks, spookkasteel)? Hoe beelden we het uit? De kinderen verzamelen de geluiden en daarna wordt het verloop van het sfeerstukje bepaald. Het stukje wordt uitgevoerd. We roepen een sfeer van vreugde op. Wat kan dat betekenen? (feest, vogeltjes fluiten). Experimenteren, structuur bedenken, uitvoeren.
RITME Als we een gewone zin uitspreken, zit daar eigenlijk al een ritme in verweven. Elke zin heeft een bepaalde cadans. Bij gedichten zie je dat heel duidelijk. De kinderen krijgen een fragment uit Porselein en ontdekken welk ritme erachter zit. Een leerling leest inwendig de zin, terwijl hij/zij de lettergrepen in zijn/haar handen
24 klapt. Sommige lettergrepen zijn lang, bijvoorbeeld ‘raam’, andere zijn kort, zoals ‘ik’. We zien dat een komma of punt een rust is. De andere leerlingen herhalen het ritme met hun handen.
Igor Stravinsky, `Sacre du printemps’,‘Le Sacrifice: Danse Sacrale’ Modest Moessorgsky: ‘Schilderijententoonstelling’, ‘Gnomus’ Beethoven: symfonie n° 6, deel 5
“Hij loopt over straat.” We gaan spelen met de woorden en proberen telkens het ritme van de zin te veranderen. Sommige klanken rekken we uit, we lezen de zin traag, snel, ... Elke leerling probeert iets anders. De ritmes wordt telkens door de hele groep herhaald.
“Hij gaat mee.” “Ze lopen het veld in.” “Heb je de jongen gezien?” “Er viel een schaduw over hem.”
LIEDJES ZINGEN De leerlingen kiezen een lied dat ze goed kennen en zingen het samen. Daarna proberen ze het lied op verschillende manieren te zingen: alsof je een soldaat bent, een dronken zeeman, een elfje, een heks als je droevig bent, hoe zou je het lied dan zingen? blij, bang? (zacht, hoog, laag, traag, snel, ...) hoe zou Porselein het lied zingen?
DEEL III NABESPREKING In de nabespreking praten de kinderen na over de voorstelling. Het is een goede kans om hun mening te leren formuleren. Enkele vragen worden aangereikt.
wat vond je leuk aan de voorstelling? wat vond je minder leuk? Was de voorstelling zoals je verwacht had? kon je je inleven in de personages? kon je goed volgen? wat vond je van de muziek? paste die goed bij het verhaal? Wat vond je van het decor? Paste het goed bij het verhaal? Wat vond je van de filmbeelden? Pasten die goed bij het verhaal?
MUZIEK BIJ DE VOORSTELLING Op een cd staan verschillende muziekfragmenten. De kinderen gaan op zoek naar muziek die het best bij de voorstelling past. Welk gevoel krijg je bij de muziek die je hoort? Welk beeld roept het bij je op? Past deze muziek bij de voorstelling? waarom wel/niet? György Ligeti: Pianocyclus Musica Ricercata, deel 2
wat zou je anders doen? wil je in de toekomst nog een keer naar het theater? zou je iemand willen meenemen naar de voorstelling? waarom?
25 BRONNEN
www.klasse .be