reg ids io
1ja0ar
N-HN
ilig Ve he
Noorderrood
Informatie voor raadsleden over nieuwe brandweer Regionalisering brandweer is pittige klus
Brandweer blijft gestoeld op vrijwilligheid
Wordt het straks écht anders?
Bezuinigen is een noodzaak Jaargang 5 / mei 2014
“Ik kan me voorstellen dat sommige brandweerlieden met fronsende wenkbrauwen kijken naar de ontwikkelingen”
Als geen ander realiseert de Heilooër burgemeester Hans Romeyn zich dat er de komende tijd veel gaat veranderen voor brandweermensen. Zowel voor beroeps als vrijwilligers. In zijn hoedanigheid als voorzitter van de commissie Brandweerzorg is hij nauw betrokken bij alle ontwikkelingen die gaande zijn in het brandweerlandschap van Noord-Holland Noord. “Maar wat er ook gebeurt”, zegt Romeyn, “ik wil graag de binding houden met het brandweerkorps in mijn gemeente. Tuurlijk ga ik af en toe wat drinken na een oefenavond. Ook na de regionalisering. Ik weet zeker dat mijn collega-burgemeesters daar niet anders over denken.”
“Ik kan me goed voorstellen dat sommige brandweerlieden met fronsende wenkbrauwen kijken naar ontwikkelingen, zoals de regio nalisering en het Dekkingsplan 2015. Natuurlijk hebben die impact op vrijwillige en in zekere mate ook op beroepsbrandweermensen. Iedereen is erg gewend aan de aansturing van een eigen commandant of aan hun eigen brandweermaterieel. De zekerheden die ze dachten te hebben, zijn op dit moment niet meer zeker”, zo stelt Romeyn. “Maar”, zo vindt de voorzitter van de Commissie Brandweerzorg, “wij moeten onze ogen niet sluiten voor de situatie zoals die is. De inwoners uit onze regio moeten op de beste wijze worden geholpen. Zij zijn ‘onze klant’ en zij zijn er bij gebaat dat ze zo snel mogelijk worden geholpen”. Daarmee doelt Romeyn op het Dekkingsplan 2015 zoals dat eind november 2013 door de burgemeesters uit de regio, als uitgangspunt voor het opstellen van de begroting 2015, is aangenomen.
Klant sneller helpen De maatregelen die in het Dekkingsplan 2015 zijn aangegeven, moeten leiden tot een aan zienlijk hogere dekking en dus snellere aan komst op de plek des onheils. De klant wordt dus sneller geholpen. Ook dat is in deze tijd noodzakelijk. Ondanks spannende ontwikke lingen, zoals de overstap van gemeentelijke brandweerkorpsen naar de veiligheidsregio en de uitgangspunten van het Dekkingsplan, blijft brandweerzorg in Noord-Holland Noord in belangrijke mate op vrijwilligers gestoeld. “Ik ben daar heel blij mee. Want de enorme betrokkenheid van de vrijwillige brandweer mensen is van grote waarde. Dat blijkt elke dag opnieuw.” Echte bestuurlijke hobbels is Romeyn in de periode die voorafging aan de vaststelling van het Dekkingsplan en het proces dat leidt tot regionaliseren, niet tegengekomen. Natuurlijk hebben sommige burgemeesters wel eens kritische kanttekeningen geplaatst bij de
richting die het opging. “Iedereen probeert zijn mening te ventileren. En dat is goed. Wanneer zo’n proces uiteindelijk leidt tot een unaniem besluit in het algemeen bestuur, kan ik niet anders concluderen dan dat alle burgemeesters uit de regio er achter staan.
Gigantisch veel werk Er klinkt ook trots door in de stem van Romeyn. “Er is door heel veel mensen gigantisch veel werk verricht. En nog steeds werkt een hele groep mensen gestaag door. Er moet nog een heleboel gebeuren voordat de brandweer op 1 januari 2015 geregionaliseerd is. Het is mooi om te zien dat zo veel mensen werken aan een nieuwe organisatie waar het voor iedereen prettig is om te werken. Een organisatie waar mensen elkaar kunnen vertrouwen en voor elkaar instaan. Want laten we eerlijk zijn: brandweermensen zijn erg van elkaar afhankelijk.“
Special voor raadsleden Noorderrood is het brandweerblad dat zes keer per jaar verschijnt om zowel beroepsals vrijwillige brandweermensen op de hoogte te houden van diverse ontwikke lingen in brandweerland. Deze keer gaat de Noorderrood niet naar de normale doel groep. Speciaal voor raadsleden uit de regio Noord-Holland Noord is een editie geschre ven om hen bij te praten over wat er alle maal gebeurt rondom de (verplichte) regionalisering van de brandweer.
Ongetwijfeld bent u op de hoogte van het feit dat alle gemeentelijke brandweerkorpsen uit de regio op 1 januari 2014 zijn opgeheven en sinds die datum formeel vallen onder Veiligheidsregio NoordHolland Noord. Burgemeesters uit de regio hebben zich lang verzet tegen de regionalisering van de brandweer. Zij vonden dat met intensieve samenwerking een vergelijkbaar resultaat kon worden gehaald. Met het aannemen van de Wet op de veiligheidsregio’s is er geen keuze meer. Noord-Holland Noord is de laatste regio in ons land waar de regionalisering van de brandweer een feit wordt. Het jaar 2014 wordt gebruikt om alle zaken rondom deze overgang netjes en zorgvuldig te laten verlopen, zodat alle medewerkers (beroeps en vrijwillig) die vanaf 1 januari 2015 officieel vallen onder de veilig heidsregio kunnen werken binnen een geoliede organisatie. In deze speciale editie leest u van alles over dit (omvangrijke) project. En natuurlijk ook over de rol die u als raadslid vervult.
Regionalisering van de brandweer is een pittige klus Het is een gigantische operatie. Het samenvoegen van de nu nog negentien gemeentelijke brandweerkorpsen tot één regionale brandweer. Als laatste regio in het land worden in Noord-Holland Noord de korpsen samengevoegd. Deze regio is dus de spreekwoordelijke ‘Rode lantaarndrager’. Projectleider en algemeen directeur van de veiligheidsregio Jos Stierhout en regionaal commandant Steven van de Looij hebben er de handen vol aan. En niet alleen dit tweetal. Aan de regionaliseringsopdracht werken inmiddels meer dan honderd betrokken mensen.
“Ik moet bekennen dat ik doorgaans hou van uitdagingen in mijn werk, maar dit regionaliseringsproces is wel een bijzondere. Deze keer mag het gerust in superlatieven worden benoemd: een enorme uitdaging”, zegt Jos Stierhout die als projectleider het proces begeleidt. “Regionaliseren doen we niet omdat we dat allemaal zo vreselijk graag willen, het is gewoon een verplichting. De wet bepaalt dat. Er is geen ontkomen aan. Maar als het dan toch moet gebeuren, doen we het graag zo goed mogelijk. We willen bouwen aan een goede brandweerorganisatie. Een brandweer die klaar is voor de toekomst! En dat is een stuk minder eenvoudig dan het misschien lijkt”, zo zegt hij.
Roeien met de riemen Behalve de ambitie om te bouwen aan een brandweer die klaar is voor de toekomst heeft de projectorganisatie te maken met zware bezuinigingen. Stierhout: “Een organisatie met
‘gouden randen’ is dus bij voorbaat uitgesloten. En dat hoeft natuurlijk ook niet. Maar door alle bezuinigingen sluit ik niet uit dat de op handen zijnde veranderingen niet voor iedereen even prettig zijn. Ik begrijp heel goed dat niet alle brandweermensen er vrolijk van worden. En toch hebben we geen andere keuze. We moeten roeien met de financiële riemen die we hebben”.
Liefde Ondanks de financiële beperkingen denkt regionaal commandant Steven van de Looij dat het ook in de toekomst nog leuk is bij de brandweer. “Elke dag kom ik in aanraking met mensen die liefde voor het vak hebben. Die met groot plezier elke week een oefenavond bezoeken, hun opleidingen doen en natuurlijk zeer gedreven uitrukken naar een incident. Ook de sociale component is tot aan de dag van vandaag ‘iets van de brandweer’. Brandweerkorpsen zijn vriendengroepen.
Ze zijn er voor elkaar, door dik en dun. Ik durf te stellen dat dit na de regionalisering niet anders wordt. Weliswaar zijn we aan het einde van dit jaar anders georganiseerd, maar dat wil niet zeggen dat de essentie van ons vak ver andert. Ook vanaf 1 januari 2015 rukken we uit naar alle incidenten waar onze hulp nodig is. Daar verandert niets aan. Ook de wekelijkse oefenavonden zullen (inclusief het biertje of colaatje na afloop) niet veel anders worden. En ook aan de gezelligheidsaspecten, veelal georganiseerd door de brandweer- of personeelsvereniging, wordt niet getornd”, zegt hij stellig.
Kennis en kwaliteit De burgemeesters uit Noord-Holland Noord zijn er van meet af aan heel duidelijk in geweest. Bouw een zodanig effectieve en vooral effi ciënte brandweerorganisatie die ook een bezuiniging voor de gemeenten oplevert. Dat lijkt gemakkelijker gezegd dan gedaan.
Regionaal commandant Steven van de Looij (links) en Projec tleider en algemeen directeur van de veiligheidsregio Jos Stierhout (rechts)
Aan de ene kant moet worden gewerkt aan een goede moderne brandweer, aan de andere kant moet er zo weinig mogelijk in de buidel van de gemeenten worden getast. Stierhout: “Door de bestuursopdracht moet ik ook buitengewoon voorzichtig opereren in het Bijzonder Georga niseerd Overleg (BGO). Daar staan ondermeer de arbeidsvoorwaarden centraal. Ik kan niet anders dan ook daar aan de zuinige kant te gaan zitten. Toch hoop ik dat we er met z’n allen op een zo goed mogelijke manier uit komen. Zodanig dat wij over enige tijd een organisatie hebben waarin iedereen zich prettig voelt. Of je nu een vrijwilliger of een beroeps bent”. Steven van de Looij: “We willen, meer nog dan voorheen, ons best doen om het kennis- en kwaliteitsniveau van onze brandweermensen op een zo hoog mogelijk niveau te brengen. Het grote voordeel van regionaliseren is dat iedereen dezelfde opleidingen en trainingsmethoden krijgt. Ook worden de voertuigen zoveel mogelijk
geüniformeerd. Daar ligt de kracht van onze nieuwe organisatie. We doen alles op dezelfde manier en beschikken over vergelijkbaar materieel. Dat betekent een enorme kwaliteits slag. Nog meer dan nu spreken we straks dezelfde taal”.
Pijnpunt Stierhout: “Een kenmerk van één organisatie is dat voor iedereen dezelfde regels en ver goedingen gelden. Mogelijk zit daar een pijn punt. Voor sommige brandweermensen wordt het misschien beter, voor anderen misschien minder. Wij hebben met de vakbonden (ver tegenwoordigd in het BGO) een concept onderhandelaarsakkoord en een sociaal statuut opgesteld. Ik heb er vertrouwen in dat zij, samen met de Bijzondere Onder nemingsraad, de belangen van de brand weermedewerkers zo goed hebben bewaakt en dat blijven doen.” De afgelopen tijd is heel veel tijd gestoken in
het bedenken, bediscussiëren en opschrijven van plannen. Er is urenlang vergaderd, er zijn kilo’s papier geproduceerd en talloze mega bytes aan documenten zijn digitaal opgesteld. Meer dan honderd betrokken mensen hebben zich daarvoor ingezet. De contouren van de nieuwe organisatie zijn beschreven in de zogenoemde inrichtingsplannen. Deze beleidsdocumenten zijn vrij saaie kost. In deze speciale editie van Noorderrood voor raadsleden zijn de hoofdpunten uit de plannen verpakt. Alles wat er in dit blad is geschreven, is nog onder voorbehoud. Dat wel. Er wordt namelijk nog steeds gewerkt aan het fijnslijpen van de plannen. Bovendien moeten lokale gemeenteraden en de burgemeesters uit de regio, verenigd in het algemeen bestuur, nog hun akkoord op de uiteindelijke begroting geven. Pas dan weten we precies wat de komende jaren wel en niet mogelijk is.
Wettelijke verplichting gekoppeld aan ambitie Regionaliseren is het overdragen van de taakuitvoering (niet het gezag) aan een regionaal samenwerkingsverband, om hiermee de (operationele) schaal van de taakuitvoering te vergroten. Bij regionaliseren is zowel sprake van het samenvoegen van lokale brandweerorganisaties in één regionale organisatie, als het samenwerken van gemeenten in regionaal verband.
Regionalisering van brandweertaken is een wettelijke verplichting. Met invoering van de wetswijziging in de Wet veiligheidsregio’s (2 oktober 2012) moeten alle gemeenten hun brandweerzorgtaken regionaal organiseren. De wijze waarop is daarbij vrij gelaten. De gemeenten in Noord-Holland Noord hebben eerder al gekozen voor een nieuwe, moderne organisatiewijze, die tegelijk ook past bij de huidige ambities en lokale context in deze regio. Deze organisatiewijziging wordt niet alleen uitgevoerd om te voldoen aan het nieuwe wettelijke kader. Er is ook sprake van een kwalitatieve ambitie en een financiële noodzaak. Op dit moment bestaan er grote verschillen tussen de gemeenten over geleverde kwaliteit van de brandweerzorg. Ook de voor de brandweer beschikbaar gestelde financiële middelen verschillen per gemeente. Met de regionalisering moet dit worden rechtgetrokken.
De specialistische uitvoerende taken en adviestaken hebben veel baat bij een regionale aansturing. Hetzelfde geldt voor de bedrijfs voering van de brandweer. Aan specialismen en adviestaken worden steeds hogere eisen
Er is ook sprake van een kwalitatieve ambitie en een financiële noodzaak
gesteld. De brandweer moet adviseren over brandveiligheid en externe veiligheid bij grote infrastructurele projecten en bouwplannen. Operationele prestatie-eisen worden steeds strenger. Opleiding, training en oefening voor
specialistische brandweertaken kosten steeds meer tijd en menskracht. Genoeg argumenten om dergelijke taken niet op kleine schaal bij de individuele brandweerkorpsen neer te leggen, maar op regionaal niveau. De taken kunnen dan efficiënter worden georganiseerd en er is een betere waarborg voor kwaliteit en kwantiteit. De organisatie wordt minder kwetsbaar voor (tijdelijke) tekorten aan personeel. Een robuustere organisatie kan gemakkelijker investeren in kennis, opleiding, training en het op peil houden van specialistische vaardigheden.
Brandweerorganisatie blijft gestoeld op vrijwilligheid Ook in de toekomst blijft de brandweer in Noord-Holland Noord gestoeld op vrijwilligheid. Dat is nu zo en dat blijft ook in de nieuwe organisatie zo. De nieuwe brandweerorganisatie realiseert zich dat in vrijwilligers moet worden geïnvesteerd. De liefde moet van twee kanten komen. Aan de ene kant wordt van de vrijwilligers veel verwacht (zoals opleidingen, oefe ningen en beschikbaarheid), aan de andere kant moet de organisatie de mogelijkheid bieden dat dezelfde vrijwilliger op dat hoge kwaliteitsniveau kan functioneren. Na een TNO-enquête in 2009 is bijvoorbeeld veel aandacht besteed aan leiderschap en vakbekwaamheid. Dit wordt in de nieuwe organisatie voortgezet. De werving van vrijwilligers blijft ook in de toekomst een lokale aangelegenheid. Wel geeft de orga
nisatie een aantal kaders aan. Ook in de toekomst blijven de vrijwilligers betrokken bij wat er in hun korps gebeurt, maar als vuistregel geldt dat de regionale brand weerorganisatie de kaders bepaalt. De specifieke brandweertaken worden uitgevoerd volgens het Dekkingsplan. Daar valt niet aan te tornen. Taken die daar buiten vallen en ten goede komen aan de regionale organisatie of lokale worteling, worden georganiseerd door de plaatselijke leidinggevende. Ondanks alle organisato rische aanpassingen die de nodige positieve resultaten opleveren, wordt ook negatieve emotie gevoeld bij de brandweervrijwilligers. De gevolgen van minder materieel en het vastgestelde Dekkingsplan levert bij vrijwilligers spanning op. Wij zijn ons dat bewust en proberen zo goed mogelijk in gesprek te blijven met deze doelgroep.
De voordelen van Samen Eén • Een slagvaardige organisatie die zorgt voor eenduidige brandweerzorg in de hele regio • Een moderne brand weer met meer aan dacht voor het voor komen van brand • Eenheid in leiding en beleid • Allemaal dezelfde arbeidsvoorwaarden • Betere ondersteuning en ontwikkelings mogelijkheden voor brandweermensen • Sneller en daad krachtiger handelen bij grotere inzetten • Profiteren van elkaars kennis • Efficiënter en effectiever werken
Dekkingsplan 2015 moet betere prestaties bieden De geregionaliseerde brandweer moet straks een efficiënte en snellere brandweer opleveren, vinden onze bestuurders. Maar wat betekent dit nou eigenlijk en hoe krijgen we dat voor elkaar?
We moeten het met minder geld doen, want de crisis doet zich ook in gemeente- en brand weerland voelen. Voor het organiseren van de brandweer ontvangen de gemeenten een bij drage vanuit de Rijksoverheid. Deze bijdrage is inmiddels flink versoberd, waardoor gemeenten minder geld hebben voor de openbare orde en veiligheid. De negentien gemeenten hebben de veiligheidsregio dan ook opgedragen om een brandweer neer te zetten die minder kost dan nu het geval is. Dit betekent dat kritisch geke ken moet worden waarin het geld gestoken wordt. De veiligheidsregio heeft aangegeven
niet te willen bezuinigen op de basisbrand weerzorg. Gelukkig biedt de regionalisering kansen om de brandweer efficiënter te organiseren. Wat in de praktijk betekent dat gekeken wordt hoe we zaken slimmer kunnen organiseren, zodat we geld besparen.
Inkoop Een grote besparing zit in het samenvoegen van negentien gemeentelijke korpsen naar één regionaal korps. Denk daarbij aan de gezamenlijke inkoop van voertuigen, appa ratuur, realistisch oefenen en instructeurs.
Door in groter verband te opereren, kunnen kosten worden bespaard. Denk hierbij vooral aan taken, die we nu in negentien gemeenten afzonderlijk van elkaar regelen. Treffend voor beeld is de inkoop van ‘realistisch oefenen’. Een ander voorbeeld is het regelen van ademlucht. Dit gebeurt nu nog op zestien plaatsen, terwijl dit ook vanuit vier plaatsen geregeld kan worden. Een besparing van € 200.000. Door het anders te organiseren besparen we dus op kosten. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat in de afgelopen jaren al schaalvoordeel is bereikt door inter gemeentelijke, regionale en interregionale samenwerking. Daarmee is de besparing op inkoop ten opzichte van het huidige kostenniveau begrensd.
Middenmoot Verkeerd doen we het zeker niet. Samen halen we nu een dekkingspercentage van 68 procent overdag en 65 procent in de avond, nacht en weekenden. Met dit dekkingspercentage staan we landelijk in de middenmoot. Een aardige prestatie, maar dit moet beter volgens de wet en minister Opstelten. Hij heeft de norm gesteld op honderd procent. Hiervan mag alleen met goede redenen worden afgeweken. Een dekkingspercentage van honderd procent is vrijwel onmogelijk in onze regio, met een groot landelijk gebied met kleine woonkernen zonder brandweerpost. Toch blijkt uit het Dekkingsplan 2015 dat er ruimte is voor verbetering. Een dekkingspercentage van 89 procent overdag en 86 procent in de avond, nacht en het weekend is haalbaar.
Wat gaat de nieuwe brandweer kosten? De afgelopen periode is veel tijd geïnvesteerd om te komen tot een realistisch bedrag wat de nieuwe brandweerorganisatie gaat kosten. Het algemeen bestuur van de veiligheidsregio heeft gekozen voor de methode ‘zero based’ begroten. Dat wil simpelweg zeggen: kijk naar wat een regionale brandweer aan geld nodig heeft om goed te functioneren. Bewust is ervoor gekozen niet de gemeentelijke begrotingen als leidraad te kiezen voor het opstellen van een concept-begroting.
Ervaringen uit den lande hebben geleerd dat dit niet leidt tot een juist eindcijfer. Elke gemeente benadert de brandweer financiën namelijk op een andere manier. Sommige gemeenten betalen brandweer investeringen uit eigen zak, andere hanteren variabele afschrijvingstermijnen. En zo zijn er nog veel meer voorbeelden. Vergelijkingen gaan dus bijna altijd mank.
Vergelijkingen gaan bijna altijd mank
Acceptabele kosten Een team rekenmeesters is aan de slag geweest om te komen tot een eindcijfer dat voor acceptabele brandweerzorg in de regio moet worden betaald. Het eindbedrag is in nauwe samenwerking met een groep gemeen telijke controllers bepaald en wordt betiteld als een realistisch getal, gebaseerd op een doelmatige organisatie zonder ‘gouden randen’. Toch moet de nieuwe brandweer organisatie bij de start al rekening houden met een fikse bezuiniging op de als reëel beschouwde concept-begroting.
De negentien gemeenten in deze regio hebben de veiligheidsregio dan ook opgedragen om een brandweer neer te zetten die behoorlijk minder kost dan nu het geval is. Dit is geen gemakkelijke opgave. Het betekent dat zeer kritisch gekeken moet worden hoe het totale budget (de negentien korpsen en het regio bureau opgeteld) zo efficiënt en effectief mogelijk wordt ingezet. Dat vraagt een regio nale organisatiewijze waarmee maximaal gebruik gemaakt kan worden van schaal voordeel en onderlinge uitwisselbaarheid van mensen en materieel. Goedkoper Veiligheidsregio Noord-Holland Noord heeft geraamd dat in 2015 64,6 miljoen euro nodig
is om alle diensten (dit bedrag is inclusief de bijdragen van het Rijk en de zorg verzekeraars van de ambulancezorg, dus niet alleen brandweer) en werkzaamheden uit te voeren. Het bestuur heeft daar boven op besloten dat het in ieder geval minimaal 3,3 miljoen euro goedkoper moet. Ook is afgesproken dat voorstellen moeten worden ontwikkeld die ‘dieper in het vlees snijden’. Bij de bestuurders bestaat het beeld dat de organisatie de komende vier jaar steeds goedkoper en efficiënter kan worden. Dat kan ook betekenen dat er gesneden moet worden in de ambitie. De komende maanden onderzoekt de projectorganisatie waar de bezuinigingen gerealiseerd kunnen worden.
Begroting en bijdrage gemeenten
Omvang
Totaal kosten VR structureel
€ 64.6 mln
Baten
€ 20.1 mln
Uitkomst nieuwe bijdrage
€ 44.6 mln
Voorgestelde bezuiniging (DB)
€ 3,3 mln
Structurele nieuwe bijdrage
€ 41.3 mln
Huidige bijdrage Meerkosten VR na regionalisering Verdeelsleutel: 50-50 of OOV
€ 7.0 mln € 34.3 mln
Wordt het straks écht anders? Ons land telt zo’n 27.000 brandweerlieden. Het overgrote deel van hen, circa 22.000, is vrijwilliger. Het zijn mensen met passie voor hun vak. Het zijn mensen uit de lokale samenleving, voor wie juist die lokale verbondenheid en teamgeest de drijfveren zijn om bij de brandweer te willen werken. Vrijwilligers zijn de steunpilaren onder de Nederlandse brandweer.
Brandveilig leven wordt steeds belangrijker De toekomst van de brandweer is niet meer al leen gebaseerd op het blussen van een brand of hulpverlening bij een ernstig incident. Natuurlijk blijft dat een belangrijke taak van de brandweer, maar steeds meer komt de nadruk te liggen op het voorkomen van incidenten. Brandveilig leven moet bij de inwoners uit ons gebied tussen de oren. De inwoners moeten zich bewust zijn van hun eigen (on)veiligheid. Vaak kunnen ze daar zelf veel aan doen. Dat vraagt om veel voorlich ting en tips. Brandweermensen worden meer en meer ingezet als ambassadeur voor Brandveilig leven. Dat kan op heel veel gebieden. Op de markt staan om mensen, op basis van eigen ervaringen, te vertellen hoe snel de vlam in de pan kan slaan of hoe een schoorsteenbrand al snel tot fatale gevolgen kan leiden. Maar het kan natuurlijk ook heel simpel tijdens een verjaars visite wanneer je de vraag krijgt waar de rook melder nou eigenlijk moet hangen. Bovendien worden voorlichtingsbijeenkomsten op scholen gegeven en de contacten met bijvoorbeeld verzorgingshuizen en woningbouwcorporaties geïntensiveerd. Het is logisch dat de brandweer man of –vrouw dan advies geeft. Ook dat is een voorbeeld van het ambassadeurschap van Brandveilig leven. Vanzelfsprekend is dit niet alleen een taak voor de lokale brandweer mensen. Vanuit de regionale brandweer wordt bijvoorbeeld streng gekeken naar bedrijven die er met de pet naar gooien. Vooral bedrijven met bijzondere en hoge risico’s kunnen de koffie alvast klaar zetten. De brandweer komt eraan!
Wat verandert er concreet voor hen? Zo langzamerhand zijn alle regio’s in ons land geregionaliseerd. En wat blijkt? Voor de lokale brandweerlieden in een repressieve functie is er maar weinig veranderd. Het simpele feit dat hun loonstrookje of uitrukvergoeding van de regio in plaats van de gemeente komt, blijkt geen bedreiging voor de verbondenheid met hun lokale gemeenschap. De brandweerverenigingen blijven bestaan, net als de lokale uitrukposten. Voor beroepspersoneel zitten er over het algemeen plussen aan regionalisering, zo blijkt uit den lande. Voor het beroepspersoneel wordt het op termijn aantrekkelijker. Er is meer variatie en er zijn voor hen meer doorstroommogelijkheden. Bijvoorbeeld om zich te specialiseren. Ook voor de vrijwilligers zijn er pluspunten, zo blijkt. Zoals een betere ondersteuning door een efficiëntere beroepsorganisatie. Daardoor kunnen zij zich beter concentreren op de taken waarvoor ze eigenlijk bij de brandweer zijn gegaan. Dat wil niet zeggen dat er helemaal niets gaat veranderen. De brandweerwereld is in ontwikkeling. Het bestaan van de brand weer wordt niet alleen meer gestoeld op het blussen van brand of het doen van hulpverlening. De moderne brandweerorganisatie anno nu speelt een nadrukke lijke rol bij het voorkomen van brand. Dat is geen bedreiging, maar juist een kans voor de ambitieuze en gemotiveerde brandweermensen. Of ze nu beroeps of vrijwillig hun taak uitoefenen.
Langedijk
13 11
Ste
Opmeer
Drechterland
Koggenland Large, medium en smallHoorn kazernes Heerhugowaard
De toekomstige brandweerorganisatie kent drie typen kazernes: large, medium en small. en small. De centrumkazernes Hoorn, Den Helder, Heerhugowaard en Alkmaar zijn large zijn large kazernes. Schagen, Schagen, Den Den Burg, Burg, Medemblik, Medemblik, Castricum, Castricum, Stede Stede Broec Broec en en maar Wieringerwerf vallen onder de categorie medium kazernes.
Schermer De large large en en medium medium kazernes kazernes noemen noemen we we ook ook wel wel de de tien tien ‘ruggen‘ruggen De graatkazernes’. Onder Onder een een ‘ruggengraatkazerne’ ‘ruggengraatkazerne’ wordt wordt een een kazerne kazerne graatkazernes’. verstaan waar waar een een (volledig (volledig of of gedeeltelijk) gedeeltelijk) gekazerneerde gekazerneerde bezetting bezetting verstaan aanwezig is. is. Hetzij Hetzij in in de de dagsituatie, dagsituatie, hetzij hetzij 24 24 uur uur per per dag. dag. De De bezetting bezetting aanwezig geldt voor voor de de tankautospuit tankautospuit en (TS6 of TS4) specialistische en eventueel specialistische geldt eventueel voertuigen. voertuigen. De ruggengraatkazerne heeft een gegarandeerde De ruggengraatkazerne heeft een gegarandeerde uitruk binnenuitruk drie binnen drie minuten (voorposten een aantal is de uitruktijd zelfs één minuten (voor een aantal is de posten uitruktijd zelfs één minuut) en minuut) en vormt daarmee TS met variabele vormt daarmee een back-upeen voorback-up een TSvoor met een variabele voertuigbezetting voertuigbezetting in de posten eromheen. in de posten eromheen.
Graft De Rijp
De Rijp, Heerhugowaard De Noord, Heiloo,Heiloo, Anna Paulowna, Breezand, Graft-De Rijp, Heerhugowaard De Noord, Anna Paulowna, Den Oever,Den Hippolytushoef, Middenmeer, Slootdorp,Slootdorp, Wieringerwaard, Breezand, Oever, Hippolytushoef, Middenmeer, Winkel, Blokker, Hoorn Veiling, Avenhorn, Berkhout, Obdam, Wieringerwaard, Winkel,Oude Blokker, Hoorn Oude Veiling, Avenhorn, Ursem, Langedijk Langedijk Mossel, Abbekerk, Andijk, Berkhout, Obdam, Vroedschap, Ursem, Langedijk Vroedschap, Langedijk Mossel, Nibbixwoud, Wervershoof, Wognum, Opmeer,Wognum, Callantsoog, Dirkshorn, Abbekerk, Andijk, Nibbixwoud, Wervershoof, Opmeer, Schagerbrug,Dirkshorn, Warmenhuizen, Stompetoren en De Cocksdorp. Callantsoog, Schagerbrug, Warmenhuizen, Stompetoren en De Cocksdorp. small-kazernes hebben gemeen dat hier in principe zowel De De small-kazernes hebben gemeen dat hier in principe overdag als ’s geen brandweerlieden gekazerneerd zijn. zijn. zowel overdag nachts als ’s nachts geen brandweerlieden gekazerneerd Bij acute acute bezettingsproblemen bezettingsproblemen is is het het mogelijk mogelijk dat dat één één of of twee twee personen Bij personen op aanwezig zijn. Dat kanzijn het om geval bij de op de kazernede kazerne aanwezig zijn. Dat kan het geval bij zijn eenom uitruk een uitrukbezetting de reguliere bezetting te ondersteunen en(bijvoorbeeld aan te vullen reguliere te ondersteunen en aan te vullen (bijvoorbeeld tijdens vakanties). tijdens vakanties).
Markermee
17 gemeenten (situatie 1 januari 2015) 645.000 inwoners
Small kazernes kazernes zijn zijn Koedijk, Koedijk, Groet, Groet, Schoorl, Schoorl, Bergen, Bergen, Egmond Egmond aan aan Zee, Zee, Small Akersloot, Limmen, Limmen, Julianadorp, Julianadorp, Venhuizen, Venhuizen, Westwoud, Westwoud, Enkhuizen, Enkhuizen, GraftAkersloot,
Enquête over vrijwillige kazernebezetting Vakbekwaamheid blijft speerpunt De regionale brandweer wil sneller ter plaatse zijn. Nu halen Geoefendheid vandekkingspercentage brandweermensenvan blijft de komende we gemiddeld een 68ook procent overjaren belangrijk speerpunt van de dag eneen 65 procent in de avond, nacht en veiligheidsregio. weekenden. WelisBlijvend wordt op niveaumidden houden en waar staat onze geïnvesteerd regio daarmeeininhet de landelijke moot, uitbreiden vanOpstelten kennis envindt vaardigheden van de brandweer maar minister dat niet genoeg.
vrijwilligers en –beroeps. De wijze waarop wordt geoefend, ondergaat wel een verandering. Hij heeft de norm om op tijd bij een incident te zijn, gesteld op honderd procent. Dat is voor een regio als de onze, met een groot De komende jaren de nieuwe brandweerorganisatie steeds meer landelijk gebied en wil diverse woonkernen zonder brandweerposten, inzetten oponmogelijke realistisch oefenen verzorgingsgebied, een schier opgave. binnen Uit het het onlangs voor onze regiozodat niet voor elk dekkingsplan, oefenmomentblijkt uitgeweken hoeft te verbetering worden naarmogelijk oefen vastgestelde echter dat een centra zoals in Wijster. In onze bevinden zich inen Berkhout en in is. Een dekkingspercentage vanregio 89 procent overdag 86 procent in Wieringerwerf al weekenden dergelijke oefenplaatsen. Berkhout staan de avond, nacht en moet mogelijkIn zijn. Maar dan moeten zes containers opgesteld waar met hout gestookt kan worden en we wel wat durven veranderen. verschillende elementaire oefeningen gedaan kunnen worden. In Wieringerwerf staat een loods verbeteringen waar vooral technische hulp te De enige manier om substantiële in de aanrijtijden verlening halen, zou (ongevallen) een 24-uurs beoefend bezetting wordt. van de brandweerposten moeten zijn. Natuurlijk is dat niet realistisch. Op dit moment vind je die alleen Lokale contacten in de grotere kazernes zoals Alkmaar en Den Helder. Heerhugowaard De bedoeling is dat op richting. meerdereDaarom plekkenisininde regio dergelijke2015 moet echter ook in die het dekkingsplan oefenplaatsen worden ingericht waar kan worden de hybride kazerne opgenomen. In zo’nrealistisch kazerne gaan we werken met geoefend op de basisvaardigheden. specifieke beroepsmedewerkers overdag. In deVoor avond, nacht entrainingen, weekenden zoals inzetoefeningen, wordtinzetten. nog welNiet uitgeweken externe willen we graag vrijwilligers alleen innaar Heerhugowaard,
maar ook wanneer er in Alkmaar of Den Helder vacatureruimte oefencentra. Het realistisch oefenen in het eigen heeft ontstaat wordt gekeken of die met vrijwilligers kangebied worden ingevuld. meerdere voordelen. Aan de ene kant kan door de korte reisafstand meer op de reguliere oefenavond worden gerealiseerd. Aan de lijke In de Samen1-cafes van het afgelopen najaar bleek dat er behoor andere kant het goed om als brandweer zichtbaarDit te willen zijn inwe het interesse wasisonder de vrijwillige brandweerlieden. eigen in verzorgingsgebied en kunnen lokale onder graag kaart brengen. Daarom wordt overcontacten enige tijd worden een belanghouden. Door teuitgezet oefenenonder in objecten binnen het eigen verzorgings stellingspeiling alle vrijwillige brandweer mensen in gebied, verzorgingshuizen, blijft gegeven de kennishoe vankazernering deze objecten de regio.zoals In deze enquête wordt uitleg op peil. er dan daadwerkelijk aan de hand is, kentom de te werkt enWanneer wordt geïnventariseerd wie iniets aanmerking wil komen brandweerman of –vrouw het pand, de worden ingeroosterd in een schema vanbrandpreventievoorzieningen, vrijwillige kazernebezetting. de eigenaar, de waterwinplaatsen en de risico’s van het object.
Voorlichting Het opleidingsaanbod van de regionale brandweer voorziet behalve het gebruikelijke basispakket de komende jaren meer en meer in voorlichtende aspecten. In de lijn van de landelijke brandweer moet zoveel mogelijk energie worden gestoken in bewustwording van de samenleving. Dat gaat verder dan reclame maken voor het ophangen van rookmelders. Hoe meer mensen zich realiseren wat zij zelf kun nen doen om brand te voorkomen, hoe beter het is. Een goed voor beeld daarvan is bewustwording van mensen met een beperking, zoals de doelgroep die voorzieningen krijgt uit de WMO. In de brand weeropleidingen wordt hier expliciet aandacht aan besteed.
Zorgvuldigheid tijdens plaatsingsproces Beroepsmedewerkers in nieuwe organisatie:
15% van de werktijd met ‘de poten in de klei’ In de nieuwe brandweerorganisatie is plaats voor verschillende beroepsbrandweer-functies. In wezen zijn er drie groepen benoemd: management, expert-medewerkers en allrounders. Binnen deze groepen zitten weer verschillende groepen. Het overzicht maakt duidelijk om welke functies het gaat en om welke aantallen. Uitgangspunt bij de inrichting van de nieuwe organisatie is dat elke medewerker ook een warme functie bekleed. Welke functie dat ook maar is. In het berekeningsmodel wordt ervan uitgegaan dat vijftien procent van de effectieve werktijd wordt besteed aan operationele taken, zoals het blussen van brand of andere soorten hulpverlening.
Nu de contouren voor de nieuwe brandweerorganisatie in Noord-Holland Noord zijn geschetst, wordt zo langzamerhand ook begonnen met het concreet invullen van de functies. Dat is voor veel mensen een spannende tijd. Daarom wordt dat op een zorgvuldige en correcte wijze gedaan. In het afgelopen voorjaar is een zogenoemde plaatsings commissie aangesteld die, volgens de afspraken die in het sociaal statuut zijn benoemd, de algemeen directeur van Veiligheidsregio Noord-Holland Noord adviseert over het plaatsen van beroeps medewerkers. De plaatsingscommissie bestaat uit drie personen: iemand namens de directie, een onafhankelijk extern lid die is aangewezen door het BGO en een onafhankelijk voorzitter. De plaatsingscommissie werkt volgens de afspraken uit het sociaal statuut. Dit sociaal statuut is in samenwerking met het Bijzonder Georganiseerd Overleg tot stand gekomen. Zoals gezegd adviseert de plaatsingscommissie de algemeen directeur over de plaatsing.
Repressieve vrijwilligers en niet repressieve ondersteuners Het overgrote deel van de brandweer in Noord-Holland Noord bestaat uit vrijwilligers. Om precies te zijn, zijn 1266 mannen en vrouwen opgenomen in de formatie. Zij zijn niet alleen repressief actief. Zij geven ook uitvoering aan het opera tioneel basispakket en verrichten dus ook werkzaamheden op het vlak van brandveilig leven, vakbekwaamheid, risico beheersing en incidentbestrijding. Op het gebied van opleiden en oefenen van de vrijwillige medewerkers wordt het aanbod zoveel als mogelijk afgestemd op de vraag vanuit de leden. De brandweerorganisatie bestaat ook uit vrijwilligers die ondersteunende, niet-repressieve taken uitvoeren. Dit noemen we de nieuwe brandweervrijwilliger. De taken die een ondersteunende, niet-repressieve vrijwilliger uitvoert, kunnen heel verschillend zijn. Bijvoorbeeld:
• ondersteuning bij brandveilig leven • ondersteuning bij logistieke verzorging (bijvoorbeeld eten en drinken tijdens repressie) • brandweerfotograaf • ondersteuning bij technisch beheer, administratie, personeelsvereniging of jeugdbrandweer Alle vrijwillige leden van de gemeentelijke korpsen gaan in principe over naar de regionale brandweerorganisatie. Op 1 januari 2015 krijgen ze allemaal ‘eervol ontslag’ bij hun oude werkgever, de gemeente. Tegelijk krijgen deze vrijwilligers een formele aanstelling bij de veiligheidsregio. De beroepsbrandweermensen die ook nog als repressieve vrijwilliger werkzaam zijn, krijgen twee aanstellingsbrieven.
15
Is de rol van de burgemeester uitgespeeld? Integendeel! Wie denkt dat de rol van de lokale burgemeester na de regionalisering is uitgespeeld, heeft het mis. De burgemeester blijft een belangrijke rol vervullen in de brandweerzorg. Hij of zij is het gemeentelijk gezicht van de brandweer en treedt op als ambassadeur van het gemeentelijk korps in het algemeen bestuur. Sinds jaar en dag wordt veel waarde gehecht aan de persoonlijke betrokkenheid van de burgemeester bij de plaatselijke brandweer. Bij de ene gemeente is de rol van de burgemeester wat meer zichtbaar dan bij de andere
gemeente. Dat kan historisch gegroeid zijn, maar kan ook te maken hebben met de grootte van de gemeente. In de geregionaliseerde organisatie heeft de burgemeester regel matig contact met de teammanager. In dit overleg wordt de burgemeester geïnformeerd over het wel en wee van de ploeg, zoals de ernst en aard van de uitrukken en personele ontwikkelingen binnen de ploeg. Ook blijft de burgemeester beschikbaar voor de ploeg(en) uit zijn gemeente wanneer er bijvoorbeeld ernstige incidenten zijn geweest. Om de band tussen de burgemeester en de ploeg goed te houden, is hij of zij minimaal eens per jaar aanwezig bij een korpsavond. De burgemeester wordt ook betrokken bij de benoeming van de teammanager, de plaatsvervangend teammanager en de ploegchefs van de posten.
Vakmanschap en zakelijkheid gaan hand in hand De uitvoering van brandweertaken is mensenwerk. Met alle veranderingen in de maatschappij is voortdurende aandacht voor de inzet en ontwikkeling van medewerkers van groot belang. Er moet daarom beter gebruik gemaakt worden van aanwezig talent binnen de regio. Ook diversiteit, mobiliteit en tweede loopbaanbeleid zijn belangrijke elementen in een toekomstbestendige brandweerorganisatie. Door adequate begeleiding van leidinggevenden en professionele ondersteuning vanuit de regionale organisatie daarbij, wordt dat mogelijk. Uiteindelijk is alles erop gericht het vakmanschap te versterken en continue ontwikkeling mogelijk te maken. Vakmanschap en zakelijkheid gaan daarbij hand in hand. Brandweermede werkers worden beter ondersteund bij hun professionele ontwikkeling. Ze moeten kunnen aantonen dat zij hun vakmanschap in de praktijk brengen en zich tonen als goed hulpverlener in publieke dienst. Leidinggevenden zien daarop toe. Zakelijkheid geldt niet in de laatste plaats ook voor leiding gevenden. Zij zijn integraal verantwoordelijk en sturen op doelmatige inzet van middelen. Er is sprake van genormeerde budgetten waarbinnen de posten werken. Alhoewel ook hier zuiniger met uitgaven wordt omgegaan, blijft het vrijwillige karakter behouden.
Kazernes zijn overgedragen aan de regio Hoe ziet de organisatie er uit?
Tussen kerst & oud en nieuw zijn alle kazernes die minder dan tien jaar oud zijn, overgedragen aan de veiligheidsregio. De notariële akten werden op ‘derde Kerstdag’ getekend. Met de overname van de kazernes voor 1 januari 2014 kon een behoorlijk belastingbedrag (BTW) worden bespaard. De brandweerkazernes die ouder dan tien jaar zijn, worden door de veiligheidsregio van de gemeenten gehuurd.
Regionaal commandant
Teammanager
Plv.TM
Team Specialisme & Beleid
Teammanager
Plv.TM
Team Noord
Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs beroeps en vrijwillig
Teammanager
Plv.TM
Team Midden
Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs beroeps en vrijwillig
Schematisch ziet de nieuwe brandweer organisatie er zo uit. Aan het hoofd regionaal commandant Steven van de Looij. Daaronder bevinden zich vijf teams: Noord, Oost, ZuidWest, Midden en Specialismen en Beleid. Elk team heeft een teammanager en een plaats vervanger. Het is de bedoeling dat deze mana gers begin juli worden benoemd. De nieuwe organisatie telt 52 ploegen. Elke ploeg heeft minimaal één ploegchef. Zowel de vrijwillige ploegen als de beroeps. Wanneer een ploeg uit meer dan 25 mensen bestaat worden twee ploegchefs aangesteld.
Teammanager
Plv.TM
Team Oost
Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs beroeps en vrijwillig
Teammanager
Plv.TM
Team Zuid-West
Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs Ploegchefs beroeps en vrijwillig
Noord-Holland Noord wil investeren in jeugdbrandweer De jeugd heeft de toekomst. We kennen die kreet allemaal. Dat geldt ook voor de brandweer. Acht brandweerkorpsen in onze regio werken al met een jeugdbrandweer. De huidige jeugdbrandweerkorpsen bevinden zich in West-Friesland en Noord-Kennemer land. De Kop van Noord-Holland heeft, met uitzondering van Texel, geen jeugdbrandweer. De nieuwe geregionaliseerde organisatie wil investeren in de jeugd brandweer. Niet elke post hoeft een jeugdbrandweerafdeling te hebben, maar de verspreiding moet zodanig zijn dat jongelui op acceptabele (fiets)afstand een jeugdbrandweerkorps kunnen bereiken. Jeugdbrandweerkorpsen zijn belangrijk omdat een goed verspreid netwerk van dergelijke korpsen bijdraagt aan de aanwas van nieuwe vrijwilligers. De ervaring van korpsen die nu al met jeugdbrandweer werken, leert dat dit een belangrijke kweekvijver is voor nieuwe leden. Bovendien wordt de jeugd zich bewust van het voorkomen van brand. En dat draagt weer bij aan de doelstelling van de brandweer om te komen tot minder brand.
Brandweer niet op de slachtbank Tijdens de behandeling van de conceptbegroting voor de nieuwe brandweer organisatie werd, op vrijdag 9 mei tijdens de vergadering van het algemeen bestuur, door een aantal burgemeesters sterk gepleit om niet al zwaar te gaan bezuinigen op brandweerzorg. “Ik wil niet dat de brandweer op de slachtbank komt. Niemand gaat ons helpen wanneer wij over een paar jaar tot de ontdekking komen dat veel te veel is wegbezuinigd”, zo stelde burgemeester Onno van Veldhuizen van Hoorn. Daarin werd hij ondermeer gesteund door Koen Schuiling, eerste burger van Den Helder. “Ik heb de sterke indruk dat de veiligheidsregio een efficiënte organisatie is, waar geen geld over de balk wordt gegooid”.
Een aantal andere burgemeesters daarentegen willen de geldkraan nog wel een stukje verder dichtdraaien. “Misschien moet je ambities bijstellen door niet te behoren tot de vijf beste veiligheidsregio’s, maar te behoren tot de vijf efficiëntste regio’s”, was één van de reacties. Dat de bestuurders ook in de toekomst willen blijven kijken naar hoe de organisatie goedkoper kan worden ingericht, zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit van brandweerzorg, staat buiten kijf. Met die boodschap en taakstelling wordt de concept-begroting binnenkort aangeboden aan de gemeenteraden in de regio. “Maar op dit moment even stoppen met nog meer bezuinigen”, stelde Gert-Jan Nijpels (Opmeer). “Je moet er toch niet aan denken dat straks alle vrijwilligers er uit stappen. Het brandweerhart moet bij elke burgemeester kloppen. Wat er nu is bezuinigd, is meer dan genoeg.” Ondanks zijn oproep is het aan de gemeenteraden om te besluiten over de hoogte van de begroting. De definitieve begroting wordt op 3 oktober vastgesteld door het algemeen bestuur.
18
De organisatie eromheen De regionalisering van de brandweer heeft grote impact op een aantal andere bedrijfsonderdelen van de veiligheidsregio. Dat is logisch. Immers nu bestaat de veiligheidsregio uit zo’n 250 medewerkers, maar over ruim een half jaar zijn er bijna 1800 mensen in dienst. Dat vraagt om een totaal andere manier van werken van bijvoorbeeld de afdeling Bedrijfsvoering. Deze afdeling wordt daarom ook meegenomen in de reorganisatie. Datzelfde geldt voor het huidige Veiligheids bureau dat vanaf 1 januari 2015 met een iets andere benadering van het takenpakket als afdeling Risico & Crisisbeheersing verdergaat.
Zeker voor de afdeling Bedrijfsvoering staat een fikse verandering op stapel. Bedrijfsvoering is de paraplunaam voor een groot aantal ondersteunende functies en werkzaamheden. Om precies te zijn: Huisvesting, Facilitair Logistiek, ICT, Communicatie, Personeel & Organisatie, Financiën, Inkoop & contract management, Kwaliteit, Bestuurlijke onder steuning en Directiesecretariaat. Op dit moment voeren deze afdelingen hun werk grotendeels nog in eigen beheer uit. Dat gaat veranderen. In de nieuwe, fiks grotere orga nisatie, kan de huidige werkwijze niet worden voortgezet. De nieuwe organisatie zou dan verstikken in zijn eigen werkprocessen.
Kwetsbaar Sommige werkzaamheden van Bedrijfsvoering zijn best wel kwetsbaar. Denk bijvoorbeeld aan de ICT-voorzieningen. Wanneer die niet goed werken, heeft de hele (operationele) organi satie daar veel last van. Dat geldt ook voor het op tijd uitbetalen van salarissen en vergoe dingen of complexe aanbestedingsvraag stukken. Om verzekerd te zijn van een stabiel kwaliteitsniveau, worden in de toekomstige organisatie van Bedrijfsvoering waar mogelijk activiteiten uitbesteed. Daarmee wordt dat onderdeel van de afdeling relatief slank qua bezetting en is het gemakkelijker om echte specialisten bepaalde werkzaamheden uit te laten voeren.
De nieuwe afdeling Risico & Crisisbeheersing De komende jaren wil de veiligheidsregio meer de nadruk leggen op het voorkomen van incidenten. Daarbij wordt zwaar ingezet op bewustwording van de inwoners en bedrijven. Aan veilig wonen en werken in de meest brede zin van het woord kunnen inwoners en bedrijven veel zelf doen. Alleen dan moeten ze wel weten wat ze moeten doen. De veilig heidsregio kiest bewust voor een multidisciplinaire aanpak. Om te voorkomen dat we alleen maar voorlichtingsacties voor burgerparticipatie of zelfredzaamheid bedenken, zonder dat we weten wat de effecten daarvan zijn, moet ook meer aandacht worden besteed aan onderzoek. Wij kunnen wel telkens roepen dat mensen rookmelders moeten ophangen, om maar eens een voorbeeld te noemen, maar wanneer het publiek dat niet doet hebben we het niet goed gedaan. Er zijn echter meer voorbeelden waarbij de burger wordt gevraagd zich actief op te stellen. Denk aan BurgerAED, NL Alert of het volgen van social media als communicatiemiddel bij incidenten.
Multidisciplinair Onderzoek en analyse is dus belangrijk om te kijken of de bewustwording bij inwoners en bedrijven goed is neergedaald. Deze taak wordt neergelegd bij de nieuwe afdeling Risico & Crisisbeheersing, de opvolger van het huidige Veiligheidsbureau. De nieuwe afdeling werkt multidisciplinair. Met name het muldisciplinaire takenpakket op het gebied van risico en crisisbeheersing van de veiligheidsregio wordt daar ondergebracht. Daarnaast wordt meer samenhang aangebracht met het takenpakket van de huidige afdeling Risicobeheersing Brandweer. Het volgen van ontwikkelingen rond hoge, bij zondere en normale risico’s wordt een belangrijke taak. De afdeling gaat ook, meer nog dan voorheen, aan de slag met de professionalisering van de crisisprocessen. Weliswaar zijn de crisisprocessen bij de veiligheidsregio goed op orde, maar continu onderhoud en bijstellen is noodzakelijk. Onderdeel hiervan is het takenpakket van gemeenten tijdens een crisis en hoe deze kunnen worden verbeterd.
Beter inzicht in prestaties van de brandweer Om te komen tot een goed samenspel tussen bestuur en politieke verantwoording, is het van belang om heldere besluitvor mingsprocessen te hanteren. Daarom sluit Veiligheidsregio Noord-Holland Noord aan bij de adviezen van de landelijke evaluatie commissie van de Wet veiligheidsregio’s (commissie Hoekstra). De commissie vindt dat de betrokkenheid van gemeenten moet worden versterkt door meer transparantie en communicatie. Dat draagt bij aan een heldere governance en daarmee betere democratische legitimatie van de veiligheidsregio. De governance is op hoofdlijnen als volgt georganiseerd. - Na de zienswijze van de gemeenteraad (concept-beleidsplan en concept-begroting) benoemt het bestuur de risico’s, veiligheids ambities en wijze waarop daarmee wordt omgegaan en stelt de brandweerproducten vast;
- Het management levert de vastgestelde brandweerproducten (prestaties) tegen het vastgestelde budget; - Het management informeert het bestuur (en daarmee de deel nemende gemeenten) adequaat en regelmatig op een transparante wijze. Daarbij is een duidelijke relatie tussen prestaties en kosten; - Ieder jaar gaan de burgemeester en het management van de veiligheidsregio met de gemeenteraad in gesprek over de geleverde prestaties en kosten op het gebied van brandweerzorg. De relatie tussen prestaties en kosten dient voor iedereen duidelijk te zijn. Nu zijn dat veelal prestaties in de vorm van gerealiseerde tijd of doorlooptijd. Het is gewenst dat uiteindelijk ook het niveau van veiligheid (en optreden bij onveiligheid) zichtbaar wordt. Momenteel wordt naar die maatschappelijke opbrengst van de brandweer onderzoek gedaan (ook landelijk). De brandweer moet haar prestaties steeds meer op het niveau van maatschappelijke opbrengst inzichtelijk maken zodat voor gemeenteraden een transparante afweging ook daadwerkelijk mogelijk wordt tussen het niveau van veiligheid ten opzichte van de kosten. Veiligheidsregio Noord-Holland Noord heeft inmiddels een productenboek ontwikkeld waar de prestaties van alle onderdelen worden gemonitord en gemeten.
Hoe zit het met de lokale betrokkenheid Van oudsher vervult de brandweer een belangrijke rol bij de lokale activiteiten. Lokale brandweerorganisaties hebben een speciale cultuur. Natuurlijk zijn de leden van de korpsen vooral brandweermens, maar het sociale aspect is minstens zo belangrijk. Overal in de regio zijn actieve brandweerverenigingen die de nodige initiatieven ontplooien. De samenleving doet bijna nooit tevergeefs een beroep op de leden van het plaatselijke brandweerkorps. Of dat nu gaat om het opspuiten van de ijsbaan, het assisteren bij de intocht van Sinterklaas of hand en spandiensten tijdens bijvoor beeld de plaatselijke badeendjesrace. Dat blijft ook in de toekomst zo. De lokale zichtbaarheid is belangrijk. Ook worden brandweermensen gestimuleerd hun gezicht te laten zien op markten en braderieën om daarmee de brandweer en brandveiligheid te promoten. De uurvergoeding die zij tijdens deze activiteiten ‘verdienen’ kan ter beschikking worden gesteld aan de post. Zodoende ontstaat budget om bijvoorbeeld een oldtimer in stand te houden of een barbecue te organiseren. Het te verdienen budget kent wel een jaarlijks maximum en is gekoppeld aan de grootte van de post. Jaarlijks wordt samen met de ploegchef een plan gemaakt aan welke lokale activiteiten wordt deelgenomen.
Colofon Dit is een uitgave van Veiligheidsregio Noord‑Holland Noord. Oplage: 500 Teksten en productiebegeleiding: Harry Katstra Tekstbijdragen: Renee Linck Vormgeving: Recreatieparc, Lutjebroek Druk: Verweij Communicasa Groep, Mijdrecht Fotografie: Maurice Amoureus, Jan Jong, Aryan Boshuis, brandweerkorpsen, communicatie veiligheidsregio Redactieadres: Veiligheidsregio Noord-Holland Noord, team Communicatie, Postbus 416, 1800 AK Alkmaar Redactie en tips:
[email protected]
Overzicht beschikbaar materieel Het wagenpark van de regionale brandweer ziet er volgens de berekeningen van dit moment als volgt uit:
Haakarmvoertuig
WAGENPARK
NU
STRAKS
Tankautospuit
75
68
Natuurbrandbestrijdingsvoertuig
0
6
Jeugdbrandweervoertuig
6
12
Schuimblusvoertuig
0
1
Hoogwerker
6
6
Haakarmvoertuig
7
9
Logistiek voertuig
2
8
Personeelsvoertuig
79
63
Hoogwerker
Personeelsvoertuig
Tankautospuit