Infoblad Fytosanitaire certificaten

Infoblad Fytosanitaire certificaten Waarom dit infoblad? Voor een aantal beschermde, veel gekweekte plantensoorten is voor uitvoer naar landen buiten de EU geen CITES-uitvoervergunning nodig. Wél is een CITES-bijschrijving op het fytosanitaire certificaat vereist. De Keuringsdienst kan een CITES-bijschrijving op het fytosanitair certificaat waarmerken voor de volgende geslachten: Alle soorten opgenomen in Appendix II van CITES1 Alleen Cycas revoluta Alle succulente soorten opgenomen in Appendix II van CITES Alle soorten opgenomen in Appendix II van CITES Alle soorten opgenomen in Appendix II van CITES Alle soorten opgenomen in Appendix II van CITES en Paphiopedilum hybriden SARRACENIACEAE Alle soorten opgenomen in Appendix II van CITES

CACTACEAE CYCADACEAE EUPHORBIACEAE LILIACEAE NEPENTHACEAE ORCHIDACEAE

Er is sprake van een aantal algemene vrijstellingen en uitzonderingen. In de Bijlage staat een overzicht van soorten die met een fytosanitair certificaat kunnen worden uitgevoerd. Ook leest u onder dit overzicht welke vrijstellingen van kracht zijn.

Planten gekweekt in de EU Een CITES-bijschrijving op een fytosanitair certificaat is alleen mogelijk als de planten uit de EU afkomstig zijn. Het land van herkomst is het land waar de planten door kunstmatige voortplanting zijn verkregen. In een aantal gevallen geldt er een vrijstelling voor bepaalde vormen van de soort, zoals zaden, het land van herkomst is dan het land waar deze vrijstelling vervalt. Voorbeeld: Zaden van de soort Cycas revoluta afkomstig uit Costa Rica zijn ingevoerd in Nederland en daar gekweekt tot planten. Voor zaden van de soort Cycas revoluta geldt een vrijstelling, voor planten geldt deze vrijstelling niet. Het land van herkomst van deze gekweekte planten is volgens CITES het land waar de vrijstelling vervalt, in dit geval Nederland. Planten die eerder zijn ingevoerd in de EU en die in de EU zijn opgekweekt, kunnen volgens CITES niet aangemerkt worden als ‘in de EU gekweekt’.

1

Op www.rvo.nl en leest u hoe u kunt vaststellen of een soort beschermd is en op welke Appendix van CITES en Bijlage van de

Basisverordening (CITES-wetgeving geïmplementeerd in de Europese wetgeving) een soort staat.. Pagina 1 van 6

CITES-bureau – augustus 2015

Voorbeeld: Jonge stekken van de soort Cycas revoluta zijn vanuit Guatemala ingevoerd en in Nederland opgekweekt. Deze opgekweekte planten hebben volgens CITES geen herkomst EU en kunnen NIET via een fytosanitair certificaat worden wederuitgevoerd. De Keuringsdienst kan vragen naar de herkomst van de planten. Bewaar daarom alle documenten bij de planten waarop de soortnaam en het land van herkomst staat.

Verschil internationale en Europese CITES-regelgeving Er is een verschil tussen internationale en Europese CITES-regelgeving betreffende het gebruik van fytosanitaire certificaten. Volgens Europese CITES-regelgeving mogen alleen CITES-bijschrijvingen worden gedaan voor gekweekte planten die hun herkomst in de EU hebben. Volgens de internationale CITES-regelgeving mogen echter alleen CITESbijschrijvingen worden gedaan door het land waar de planten ook hun herkomst hebben. Voorbeeld: U wilt planten met herkomst uit Spanje, via Nederland, met een Nederlands fytosanitair certificaat uitvoeren naar de Verenigde Staten. Volgens Europese regelgeving is het gewoon mogelijk deze planten met een CITES-bijschrijving op het Nederlandse fytosanitaire certificaat uit te voeren naar de Verenigde Staten. Maar omdat de VS een derde land (land buiten de EU) is mag zij zich beroepen op de internationale CITES-regelgeving. Het kan dus voorkomen dat de zending wordt vastgehouden door het derde land omdat de CITESbijschrijving op het fytosanitaire certificaat niet is gewaarmerkt door het land van herkomst. Als u planten wilt uitvoeren die in een andere lidstaat zijn gekweekt, raden wij u aan eerst navraag te doen in het land van bestemming over de CITES-regelgeving in dat land.

Controleer het fytosanitaire certificaat Controleer goed of het fytosanitaire certificaat op een goede manier is gewaarmerkt. Op het fytosanitaire certificaat moet altijd de door CITES erkende, wetenschappelijke naam vermeld staan, in principe met geslacht en soortnaam. Is dit niet (correct) gebeurd en ontstaan daardoor problemen, dan komen deze voor rekening van de exporteur.

CITES-uitvoervergunning Voor plantensoorten die niet in het overzicht worden genoemd maar die wel onder CITES vallen, is een (weder)uitvoervergunning vereist. Bij invoer in de EU is een invoervergunning nodig. U kunt een vergunning aanvragen via Direct regelen.

Pagina 2 van 6


Vragen Heeft u na het lezen van dit infoblad nog vragen? Wij helpen u graag. U kunt op verschillende manieren contact met ons opnemen. Telefoon U kunt ons bellen op 088 042 42 42 (keuzemenu optie 1--> optie 5). U belt tegen lokaal tarief. Post Rijksdienst voor Ondernemend Nederland / CITES-bureau Postbus 40225 8004 DE Zwolle Contactformulier Ga naar www.rvo.nl » Neem contact op met RVO.nl » Contactformulier E-mail CITES-bureau [email protected] Internet Kijk ook eens op ons klantportaal voor meer informatie over CITES. Ga naar www.rvo.nl

Pagina 3 van 6


Bijlage

CITES-bijschrijving op fytosanitair certificaat is mogelijk voor:

Uitzonderingen: Onderstaande soorten mogen niet via een CITES-bijschrijving op een fytosanitair worden uitgevoerd omdat de soorten zijn opgenomen in Appendix I van CITES. Hiervoor is een uitvoervergunning vereist. Pediocactus bradyi Ariocarpus spp. Pediocactus knowltonii Astrophytum asterias Pediocactus paradinei Aztekium ritteri Pediocactus peeblesianus Coryphantha werdermanni Pediocactus sileri Disocactus spp. Pelecyphora spp. Echinocereus ferreirianus ssp. Pereskiopsis spp. lindsayi Pereskia spp. Echinocereus schmollii Quiabentia spp. Escobaria minima Sclerocactus brevihamatus ssp. tobuschii Escobaria sneedii Mammilaria pectinifera Sclerocactus erectocentrus Mammilaria solisioides Sclerocactus glaucus Melocactus conoideus Sclerocactus mariposensis Melocactus deinacanthus Sclerocactus mesae-verdae Melocactus glaucesecens Sclerocactus nyensis Melocactus paucispinus Sclerocactus papyracanthus Obregonia denegrii Sclerocactus pubispinus Pachycereus militaris Sclerocactus wrightiae Strombocactus spp. Turbinicarpus spp. Uebelmannia spp.

Uitzonderingen: Onderstaande soorten vallen onder een vrijstelling. Ze hebben geen CITES-bijschrijving op een fytosanitair certificaat of een uitvoervergunning nodig. Hatiora x graeseri Schlumbergera x buckleyi Schlumbergera russelliana x S. truncata Schlumbergera orssichiana x S. truncata Schlumbergera opuntioides x S. truncata Schlumbergera truncata (cultivars) Opuntia microdasys (cultivars) en Cactaceae spp. kleurmutanten zonder chlorofyl (bijv. Gymnocalycium) geënt op de volgende onderstam: Harrisia 'Jusbertii', Hylocereus trigonus of Hylocereus undatus.

Cycas revoluta Euphorbia spp. , de succulente soorten (vetplanten)

Geen E. ambovombensis E. capsaintemariensis E. cremersii

Aloë spp.

A. A. A. A. A. A.

Geen - Euphorbia trigona - Euphorbia misera - verpakte eindproducten van Euphorbia antisyphilitica die zijn klaargemaakt voor de detailhandel. - Kam- of waaiervormige mutanten of kleurmutanten van Euphorbia lactea die op een onderstam van Euphorbia neriifolia zijn geënt - Cultivars van Euphorbia milii mits de zending uit minimaal 100 planten bestaat en de zending eenvoudig te herkennen is als gekweekt. Aloe vera (syn. A. barbadensis)

Cactaceae spp.

albida albiflora alfredii bakeri bellatula calcairophila

E. cylindrifolia E. decaryi E. francoisii

E. E. E. E.

moratii parvicyathophora quartziticola tulearensis

A. A. A. A. A.

A. A. A. A. A.

helenae laeta parallelifolia parvula pillansii

compressa delphinensis descoingsii fragilis haworthioides

A. A. A. A. A.

polyphylla rauhii suzannae versicolor vossii

Pagina 4 van 6


Nepenthes spp.

N. khasiana en N. rajah

Geen

Orchidaceae spp. (incl. bloembollen en knollen van Bletilla, Cypripedium en Pleione) en gekweekte hybride Paphiopedilum soorten Sarracenia spp.

Aerangis ellisii, Dendrobium cruentum, Laelia jongheana, Laelia lobata, Paphiopedilum spp.( behalve gekweekte hybride soorten), Peristeria elata, Phragmipedium spp., Renanthera imschootiana

Zie hieronder: Vrijstellingen

S. rubra ssp. alabamensis; S. rubra ssp. jonesii; S. oreophila

Geen

Vrijstellingen Algemeen: Voor de volgende plantendelen van bovenstaande soorten is geen CITES-bijschrijving vereist: • zaden (met inbegrip van zaadhulsels van Orchidaceae), sporen en pollen (met inbegrip van pollinia). De uitzondering is niet van toepassing op uit Mexico uitgevoerde zaden van Cacataceae spp. en op uit Madagascar uitgevoerde zaden van Beccariophoenix madagascariensis en op Neodypsis decaryi; • In vitro zaailing- en weefselculturen op een vaste of vloeibare voedingsbodem die in steriele recipiënten worden getransporteerd; • Afgesneden bloemen van kunstmatig gekweekte planten; • vruchten en delen en producten van verwilderde of kunstmatig gekweekte planten van het genus Vanilla (Orchidaceae) en van de familie Cactaceae; • stengels, bloemen en delen en producten van verwilderde of kunstmatig gekweekte planten van de soort Opuntia subgenus Opuntia en Selenicereus (Cactaceae). Orchideeën: CITES is niet van toepassing op gekweekte hybriden van de geslachten Cymbidium, Dendrobium, Phalaenopsis en Vanda, als de zending voldoet aan de volgende voorwaarden: • Verzending in colli, die per stuk minimaal 20 stuks van dezelfde hybride bevatten. • Een colli slechts één hybride bevat. • De planten gemakkelijk zijn te herkennen als zijnde gekweekt doordat zij een hoge mate van uniformiteit vertonen en in goede gezondheid verkeren. Er zijn geen tekenen dat zij uit het wild komen, zoals schade of sterke uitdroging als gevolg van het verzamelen, onregelmatige groei en heterogeniteit qua grootte en vorm binnen hetzelfde taxon en dezelfde partij, aan de bladeren klevende algen of andere epifyllen of door insecten of andere organismen veroorzaakte schade. • De zending wordt begeleid door documentatie, zoals een factuur, met daarop duidelijk vermeld de aantallen van elke hybride. CITES is ook niet van toepassing op Cymbidium (kruisingen binnen het geslacht en daar buiten), Dendrobium (kruisingen binnen het geslacht, die bekend zijn als de ‘nobile-types’ en ‘phalaenopsis-types’), Phalaenopsis (kruisingen binnen het geslacht en daar buiten) en Vanda (kruisingen binnen het geslacht en daar buiten), op voorwaarde dat: 1. Ze verhandeld worden met minimaal één open bloem per plant. 2. Ze professioneel zijn klaargemaakt voor de detailhandel (bijv. met geprint steeketiket en/of hoes met gegevens van de plant). 3. De planten gemakkelijk zijn te herkennen als zijnde gekweekt (hoge mate van reinheid en onbeschadigd). Pagina 5 van 6


4. De planten geen kenmerken hebben die er op duiden dat ze uit het wild komen (zoals schade door insecten of andere dieren, bladeren met schimmels of algen). 5. Op het geprinte steeketiket en/of de hoes staat vermeld: • De handelsnaam van de plant. • Het land van herkomst, of het land waar de plant professioneel is klaargemaakt voor de handel • Een foto van de bloem of een ander kenmerk van de plant, waardoor het juiste gebruik van het geprinte steeketiket en/of de hoes eenvoudig te controleren is.

Pagina 6 van 6


Infoblad Fytosanitaire certificaten

Recommend Documents