Projector
IN5542/IN5542c/IN5544/IN5544c Gebruiksaanwijzing Netwerkgids
Bedankt voor de aanschaf van deze projector. Deze projector heeft een netwerkfunctie met de volgende belangrijke eigenschappen. üW ebbesturing De projector kan bestuurd en gemonitord worden d.m.v. webbrowsersoftware op uw PC, welke u kan assisteren bij het instellen en onderhouden van de projector. üM IJN BEELD (afbeeldingsoverdracht) weergave De projector kan afbeeldingen die overgebracht zijn via het netwerk weergeven. Deze handleiding is alleen bedoeld voor uitleg van de netwerkfunctie. Lees de Gebruiksaanwijzing (beknopt en gedetailleerde) over veiligheid, bediening en andere zaken. WAARSCHUWING ►Lees, voordat u dit product gaat gebruiken eerst alle handleidingen van dit product. Als je ze gelezen hebt, bewaar ze dan op een veilige plaats voor toekomstige referentie. N.B. • Dit inforomatie in deze handleiding is onderhevig aan veranderingen zonder voorafgaande mededeling. • De fabrikant neemt geen enkele verantwoordelijkheid voor fouten die er in deze handleiding kunnen staan. • Het herproduceren, overbrengen of kopiëren van de gehele handleiding of een deel daarvan is niet toegestaan zonder de uitdrukkelijk geschreven toestemming. Handelsmerk erkenning. • Microsoft® en Internet Explorer®, Windows®, Windows Vista® zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de VS en/of in andere landen. • JavaScript® is een geregistreerd handelsmerk van Sun Microsystems, Inc. • DVI is een geregistreerd handelsmerk van Digital Display Working Group. • HDMI, het HDMI logo and High-Defi nition Multimedia Interface zijn merknamen of geregistreerde merknamen van HDMI Licensing LLC. • Het handelsmerk PJLink is een handelsmerk waarvoor handelsmerkenrechten zijn aangevraagd in Japan, de Verenigde Staten en andere landen en gebieden. Alle andere handelsmerken zijn eigendom van de respectievelijke eigenaars. 009-1418-00
1
Inhoud
Inhoud Inhoud ............................................................................................ 2 1. Hoofdfuncties............................................................................. 3 1.1 Het configureren en besturen via een webbrowser .................................... 3 1.2 MIJN BEELD (afbeeldingsoverdracht) weergave ....................................... 3 2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling ............................. 4 2.1 Vereiste apparatuur voorbereiding .............................................................. 4 2.2 Handmatige instelling netwerkverbinding ................................................... 5 2.2.1 Apparatuurverbinding............................................................................. 5 2.2.2 Netwerkinstellingen ............................................................................... 5 2.2.3 “Internet-optie” instelling ........................................................................ 8 2.2.4 Controleer de verbinding ....................................................................... 9 3. Beheer met webbrowsersoftware ........................................... 10 3.1 H et configureren en besturen van de projector via een webbrowser ........ 11 3.1.1 Logon (Inloggen) ................................................................................. 13 3.1.2 Network Information (Netwerkinformatie) ............................................ 14 3.1.3 Network Settings (Netwerkinstellingen) ............................................... 15 3.1.4 Port Settings (Poortinstellingen) .......................................................... 16 3.1.5 Mail Settings (Mailinstellingen) ............................................................ 18 3.1.6 Alert Settings (Waarschuwingsinstellingen) ......................................... 19 3.1.7 Schedule Settings (Agenda instellingen) ............................................. 21 3.1.8 Date/Time Settings (Datum/tijdinstellingen) ........................................ 23 3.1.9 Security Settings (Beveiligingsinstellingen) ......................................... 25 3.1.10 Projector Control (Projectorbesturing) ............................................... 27 3.1.11 Projector Status (Projectorstatus) ...................................................... 31 3.1.12 Network Restart (Netwerk reset) ....................................................... 32 3.1.13 Logoff (Uitloggen) .............................................................................. 32 3.2 E-mail waarschuwingen ............................................................................ 33 3.3 Projectorbeheer m.b.v. SNMP .................................................................. 35 3.4 Agenda schema ........................................................................................ 36 3.5 MIJN BEELD (afbeeldingsoverdracht) weergave ..................................... 39 3.6 Opdrachtenbeheer via het netwerk ........................................................... 41 3.7 Het externe apparaat via de projector bedienen (gebruik van de NETWERKBRUG functie) ............................................... 46 3.8 Meerdere projectors tegelijk bedienen (gebruik van de SERIESCHAKELING functie).......................................... 50
2
1. Hoofdfuncties
1. Hoofdfuncties 1.1 Het configureren en besturen via een webbrowser U kunt de projector aanpassen of besturen via een netwerk vanaf een webbrowser op een PCE die aangesloten is op hetzelfde netwerk. Log in het netwerk vanuit de webbrowser en u zult de menu's zien om de netwerkinstellingen, het monitoren van de projector enz.
1.2 MIJN BEELD (afbeeldingsoverdracht) weergave Beeldbestanden kunnen worden overgebracht via het netwerk en maximaal 4 beeldbestanden kunnen worden opgeslagen in de projector zelf en één voor één op het scherm worden weergegeven. (&39)
Overdrachtsafbeeldingsbestand
Toon afbeeldingsbestand ( 1 -
4
)
3
2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling
2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling 2.1 Vereiste apparatuur voorbereiding De volgende apparatuur is vereist om de projector op uw PC aan te sluiten via het netwerk. PC : 1) uitgerust met netwerkfunctie 2) geïnstalleerde webbrowser software (&11) LAN-kabel : CAT-5 of hoger
N.B. • De netwerkfunctie van de projector vereist communicatie via een 100Base-TX of 10Base-T netwerksysteem.
4
2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling
2.2 Handmatige instelling netwerkverbinding 2.2.1 Apparatuurverbinding Verbind de projector en PC met een LAN-kabel. * Neem voordat u het verbindt met een bestaand netwerk contact op met de netwerkbeheerder. Controleer dan de PC instelling zoals uitgelegd in het onderstaande. 2.2.2 Netwerkinstellingen In deze sectie worden de netwerkinstelling voor Windows® XP en Internet Explorer® behandelt. 1) Log in op Windows® XP als systeembeheerder. (*) 2) Open het “Configuratiescherm” vanuit het “Start” menu. 3) Open “Netwerk en Internet-verbindingen” in “Configuratiescherm”. (Afb. 2.2.2.a) * Systeembeheerder is de account welke toegang heeft tot alle functies.
Afb. 2.2.2.a “Netwerk en Internet-verbindingen” venster
4) Open “Netwerkverbindingen”. (Afb. 2.2.2. b)
Afb. 2.2.2.b “Netwerkverbindingen” venster 5
2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling
2.2 Handmatige instelling netwerkverbinding (vervolg) 5) Open “Eigenschappen voor LAN-verbinding” wat u gebruikt voor uw netwerkapparaat. (Afb. 2.2.2.c)
Afb. 2.2.2.c “Eigenschappen voor LAN-verbinding” venster.
6) Stel het gebruikte protocol in op “Eigenschappen voor Internet-protocol (TCP/ IP)” venster
Afb. 2.2.2.d “Eigenschappen voor Internet-protocol (TCP/IP) ” scherm.
7) Stel het IP-adres, subnetmask en standaard gateway in voor de PC.
6
2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling
2.2 Handmatige instelling netwerkverbinding (vervolg) [Over het IP-adres] ■ Handmatig instellen Het netwerkadres deel in het IP-adres ingesteld op uw PC dient overeen te komen met dat van de projector. En het gehele IP-adres in de PC mag niet overlapt worden met andere apparatuur in hetzelfde netwerk, waaronder de projector. Selecteer bijvoorbeeld De initiële projector instellingen zijn als volgt: IP-adres: 192.168.1.10 Subnet mask (Subnetmasker): 255.255.255.0 (Netwerkadres: 192.168.1 in dit geval) Specificeer daarom het IP-adres van de PC als volgt: IP-adres: 192.168.1.xxx (xxx staat voor de decimalen.) Subnet mask (Subnetmasker): 255.255.255.0 (Netwerkadres: 192.168.1 in dit geval) van 1 tot 254 voor “xxx” zonder hetzelfde te zijn met andere apparaten. In dit geval heeft de projecter “192.168.1.10” als IP-adres, specifieer van 1 tot 254, behalve 10 voor de PC. N.B. • “0.0.0.0” kan niet als IP-adres ingesteld worden. • Het IP-adres van de projector kan veranderd worden d.m.v. de configuratie utility via een webbrowser. (&11) • Als de projector en de PC allebei in hetzelfde netwerk bevinden (d.w.z. het netwerk adres is algemeen), dan kan de standaard gateway leeg zijn. • Wanneer de projector en de PC zich allebei in verschillende netwerken bevinden, dan is het instellen van de standaard gateway noodzakelijk. Neem contact op met de netwerkbeheerder voor informatie. ■ Automatisch instellen Wanneer er zich een DHCP-server in het netwerk bevindt, dan is het mogelijk om automatische een IP-adres aan de projector en PC toe te wijzen. * DHCP is een afkorting voor “Dynamic Host Configuration Protocol” en heeft als functie om de noodzakelijk instellingen voor het netwerk zoals het IP-adres van de server naar de cliënt. Een server die de DHCP-functie heeft wordt een DHCP-server genoemd.
7
2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling
2.2 Handmatige instelling netwerkverbinding (vervolg) 2.2.3 “Internet-optie” instelling 1) K lik op “Internet-opties” in het “Netwerk en Internet-verbindingen” venster (Afb.2.2.3.a) om het “Eigenschappen voor Internet” venster te openen. (Afb. 2.2.3. b)
Klik op Afb. 2.2.3.a “Netwerk en Internet-verbindingen” venster.
Klik op
Afb. 2.2.3.b “Eigenschappen voor Internet” venster
2) Klik op de “Verbindingen” tab en daarna op de [LAN-instellingen] om het “LAN-instellingen” (Afb. 2.2.3.c)
8
2. Apparatuurverbinding en netwerkinstelling
2.2 Handmatige instelling netwerkverbinding (vervolg)
Afb. 2.2.3.c “LAN-instellingen” venster.
3) ontvink alle vakjes in het “LAN-instellingen” venster. (Afb. 2.2.3.c) 2.2.4 Controleer de verbinding Controleer of de PC en projector hier goed verbonden zijn. Als deze niet aangesloten zijn, controleer dan of de kabelverbindingen en instellingen goed zitten of niet. 1) S tart de browser op de PC en specificeer de volgende URL en klik dan op de “ ” knop. URL: http://(Projector IP address)/ Bijvoorbeeld, als het IP-adres van de projector 192.168.1.10 geef deze dan op. URL: http://192.168.1.10/ 2) Als Afb. 2.2.4 verschijnt dan is het succesvol.
Afb. 2.2.4 “Inlogmenu”
9
3. Beheer met webbrowsersoftware
3. Beheer met webbrowsersoftware Deze projector is uitgerust met de volgende netwerkfuncties door het gebruik van webbrowsersoftware. 3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser U kunt de projector aanpassen of besturen via een netwerk door een webbrowser vanaf een PC te gebruiken die aangesloten is op hetzelfde netwerk. (11) 3.2 E-mail waarschuwingen De projector kan automatisch een waarschuwing versturen naar gespecificeerde e-mailadressen wanner de projector onderhoud vereist of een fout heeft waargenomen. (33) 3.3 Projectorbeheer m.b.v. SNMP Dit is een SNMP compatibel projector (Simple Network Management Protocol) waarmee u het vanaf een afstand kunt monitoren m.b.v. SNMP-software. Bovendien is de projector in staat om storings- en waarschuwingsberichten naar een gespecificeerde PC te sturen. (35) 3.4 Agenda schema U kunt de projector van te voren laten plannen om verschillende functies uit te voeren al naargelang datum en tijd. (36) 3.5 MIJN BEELD (afbeeldingsoverdracht) weergave De projector kan afbeeldingen die overgebracht zijn via het netwerk weergeven. (39) 3.6 Opdrachtenbeheer via het netwerk De projector kan bestuurd worden d.m.v. RS-232C-opdrachten via een netwerk. (41) 3.7 Het externe apparaat via de projector bedienen (gebruik van de NETWERKBRUG functie) Met de NETWERKBRUG functie kunt u een extern apparaat, via deze projector vanaf de computer, als een netwerkterminal bedienen. (46) 3.8 Meerdere projectors tegelijk bedienen (gebruik van de SERIESCHAKELING functie) Met behulp van de SERIESCHAKELING functie kunt u gelijktijdig vanaf de computer meerdere projectors bedienen die op een gedeelde RS-232C bus zijn aangesloten. (50) 10
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser U kunt de projector aanpassen of besturen via een netwerk vanaf een webbrowser op een PCE die aangesloten is op hetzelfde netwerk. N.B. • Internet Explorer® 5.5 of later is vereist. • Wanneer JavaScript® is uitgeschakeld in uw webbrowser dan moet u JavaScript® inschakelen om de webpagina's van de projector goed te kunnen gebruiken. Zie de hulpbestanden voor uw webbrowser voor informatie over hoe het JavaScript® in te schakelen. • U kunt communiceren met behulp van SSL (Secure Socket Layer) wanneer u Windows® XP Service Pack 2 of een vroegere versie van Microsoft® Windows® gebruikt. Begin met “https://” wanneer u het IP-adres van de projector invoert in de webbrowser. U kunt niet met deze projector via SSL met Windows Vista® communiceren. • Het wordt aanbevolen om alle webbrowser updates te installeren. Het wordt met name aanbevolen dat om met SSL te kunnen communiceren alle gebruikers van Internet Explorer® op een Microsoft® Windows® versie eerder dan Windows® XP Service Pack 2 de beveiligingsupdate Q832894 (MS04004) installeren anders wordt de webbrowser-interface wellicht niet correct weergegeven. En wanneer u een eerdere Internet Explorer® -versie gebruikt, dan logt de browser tijdens bewerkingen na 50 seconden uit.
11
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) Tijdens het configureren of besturen vande projector via een webbrowser zijn een ID en een wachtwoord nodig. Er zijn twee soorten ID's, de Beheerder-ID en de Gebruiker-ID. Het volgende schema beschrijft de verschillen tussen de ID's van de Beheerder en Gebruiker. Optie
Beschrijving
Beheerder
Gebruiker
Network Information
Toont de huidige netwerkconfiguratie instellingen van de projector.
√
√
Network Settings
Toont en configureert de netwerkinstellingen.
√
n.v.t.
Port Settings
Toont en configureert de communicati epoortinstellingen.
√
n.v.t.
Mail Settings
Toont en configureert de e-mailadresinstellingen.
√
n.v.t.
Alert Settings
Toont en configureert storings- & waarschuwingsberichten.
√
n.v.t.
Schedule Settings
Toont en configureert de planningsinstellingen.
√
n.v.t.
Date/Time Settings
Toont en configureert de datum en tijdinstellingen
√
n.v.t.
Security Settings
Toont en configureert wachtwoorden en andere beveiligingsinstellingen.
√
n.v.t.
Projector Control
Bestuurd de projector.
√
√
Projector Status
Toont de huidige projectorstatus.
√
√
Network Restart
Reset de netwerkverbinding van de projector.
√
n.v.t.
12
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.1 Logon (Inloggen) Zie het volgende voor het configureren of besturen van de projector via een webbrowser. Voorbeeld: Als het IP-adres van de projector ingesteld is op: 192.168.1.10: 1) Voer “http://192.168.1.10/” in de adresbalk van de webbrowser, en druk op “Enter” of klik op de knop “ ” knop. Het scherm in Afb. 3.1.1a wordt weergegeven. 2) Voer uw ID en wachtwoord in en klik op [Logon].
Afb. 3.1.1 a “Inlogmenu”
Onder staan de standaard fabrieksinstellingen voor de Beheerder-ID, de Gebruiker-ID en de wachtwoorden. Optie
ID
Wachtwoord
Administrator
Administrator
User
User
Wanneer het inloggen succesvol is dan zal of Afb. 3.1.1 b of Afb. 3.1.1 c verschijnen. Hoofdmenu
Afb. 3.1.1 b “Inloggen met een Beheerder-ID”
Hoofdmenu
Afb. 3.1.1 c “Inloggen met een Gebruikers-ID”
3) Klik op de gewenste functie- of configuratie-onderdeel op het hoofdmenu aan de linkerkant van het scherm. 13
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.2 Network Information (Netwerkinformatie) Alle schermtekeningen in deze handleiding worden getoond wanneer u inlogt met een Beheerder-ID. Elke functie die alleen beschikbaar is voor de Beheerder wordt niet getoond wanneer u inlogt met een Gebruikers-ID. Zie de tabel. (12,13)
Toont de huidige netwerkconfiguratie instellingen van de projector. Optie
Beschrijving
Projector Name
Toont de instellingen van de projectornaam.
DHCP
Toont de DHCP-configuratie instellingen.
IP Address
Toont het huidige IP-adres.
Subnet Mask
Toont het subnetmasker.
Default Gateway
Toont de standaard gateway.
MAC Address
Toont het ethernet MAC-adres.
Firmware Date
Toont het netwerk firmware tijdstempel. Deze informatie wordt alleen weergegeven wanneer er ingelogd is met een Beheerder-ID.
Firmware Version
Toont het netwerk firmware versienummer. Deze informatie wordt alleen weergegeven wanneer er ingelogd is met een Beheerder-ID.
14
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.3 Network Settings (Netwerkinstellingen)
Toont en configureert de netwerkinstellingen. Optie IP Configuration
Beschrijving Configureert de netwerkinstellingen.
DHCP ON
Schakelt DHCP in.
DHCP OFF
Schakelt DHCP uit.
IP Address
Configureert het IP-adres wanneer de DHCP uitgeschakelt is.
Subnet Mask
Configureert het subnetmasker wanneer de DHCP uitgeschakelt is.
Default Gateway
Configureert de standaard gateway wanneer de DHCP uitgeschakelt is.
Projector Name
Configureert de naam van de projector. De lengte van de Projectornaam kan tot 64 alfanumerieke karakters zijn. Alleen alfabetische, cijfers en de volgende symbolen kunnen gebruikt worden: !”#$%&'()*+,-./:;<=>?@[\] ^_`{|}~ en spatie
sysLocation (SNMP)
Configureert de locatie waarnaar verwezen moet worden bij het gebruik van SNMP. De lengte van de sysLocation kan tot 255 alfanumerieke karakters zijn. Alleen de cijfer '0-9' en de letters 'a-z' of 'A-Z' kunnen gebruikt worden.
sysContact (SNMP)
Configureert de contactinformatie waarnaar verwezen moet worden bij het gebruik van SNMP. De lengte van de het sysContact kan tot 255 alfanumerieke karakters zijn. Alleen de cijfer '0-9' en de letters 'a-z' of 'A-Z' kunnen gebruikt worden.
DNS Server Address
Configureert het DNS-serveradres.
Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het resetten van de netwerkverbinding. Wanneer de configuratie instellingen gewijzigd zijn, dan moet u de netwerkverbinding opnieuw starten. U kunt de netwerkverbinding opnieuw starten door te drukken op [Network Restart] in het hoofdmenu. • Wanneer u de projector aansluit op een bestaand netwer, neem dan contact op met de netwerkbeheerder voordat u de adressen van de server instelt. 15
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.4 Port Settings (Poortinstellingen)
Toont en configureert de communicatiepoortinstellingen. Optie Network Control Port1 (Port:23)
Beschrijving Configureert opdrachtenbeheerpoort 1 (Poort 23).
Port open
Klik het [Enable] selectievakje om poort 23 te gebruiken.
Authentication
Klik het [Enable] selectievakje wanneer verificatie is vereist voor deze poort.
Network Control Port2 (Port:9715)
Configureert opdrachtenbeheerpoort 2 (Poort 9715).
Port open
Klik het [Enable] selectievakje om poort 9715 te gebruiken.
Authentication
Klik het [Enable] selectievakje wanneer verificatie is vereist voor deze poort.
PJLink TM Port (Port:4352) Configureert de PJLink TM -poort (poort: 4352). Port open
Klik het [Enable] selectievakje om poort 4352 te gebruiken.
Authentication
Klik het [Enable] selectievakje wanneer verificatie is vereist voor deze poort.
Image Transfer Port (Port:9716)
16
Configureert de beeld overdracht poort (Poort:9716).
Port open
Klik het [Enable] selectievakje om poort 9716 te gebruiken.
Authentication
Klik het [Enable] selectievakje wanneer verificatie is vereist voor deze poort.
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) Optie SNMP Port
Beschrijving Configureert de SNMP-poort.
Port open
Klik het [Enable] selectievakje om poort SNMP te gebruiken.
Trap address
Configureert de bestemming van de SNMP-vastlegging in het IP-formaat. • Met het adres kunt u niet alleen IP-adressen invoeren maar ook domeinnamen wanneer er een geldige DNS-server is opgezet in de Network Settings (Netwerkinstellingen). De maximale lengte van een host of domeinnaam is tot 255 karakters.
SMTP Port Port open Network Bridge Port Port Number Daisy Chain Port Port Number
Configureert de SMTP-poort. Klik op [Enable] Vink het vakje aan om de e-mailfunctie te gebruiken. Configureert het Netwerkbrug-poortnummer. Voer het poortnummer in. U kunt elk nummer tussen 1024 en 65535 instellen. De standaardinstelling is 9717. Configureert het serieschakeling-poortnummer. Voer het poortnummer in. U kunt elk nummer tussen 1024 en 65535 instellen. De standaardinstelling is 9718.
Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het herstarten van de netwerk connectie. Als de configuratie instellingen worden veranderd, moet u de netwerk connectie herstarten. U kunt de netwerk connectie herstarten door te klikken op [Network Restart] in het hoofdmenu.
17
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.5 Mail Settings (Mailinstellingen)
Toont en configureert de e-mailadresinstellingen. Optie
Beschrijving
Send mail
Klik op [Enable] Vink het vakje aan om de e-mailfunctie te gebruiken. Configureer de voorwaarden voor het versturen van e-mail onder de Alert Settings.
SMTP Server Address
Configureert de adressen van de mailserver in het IPformaat. • Met het adres kunt u niet alleen IP-adressen invoeren maar ook domeinnamen wanneer er een geldige DNS-server is opgezet in de Network Settings (Netwerkinstellingen). De maximale lengte van een host of domeinnaam is tot 255 karakters.
Sender E-mail address
Configureert het e-mailadres van de verzender. De lengte van het e-mailadres van de verzender kan tot 255 alfanumerieke karakters zijn.
Configureert het e-mailadress van één tot vijf ontvangers. U kunt ook [TO] of [CC] voor elk adres. De lengte van het Recipient E-mail address e-mailadres van de ontvanger kan tot 255 alfanumerieke karakters zijn.
Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • U kunt ook controleren of de mailinstellingen correct functioneren door de [Send Test Mail] knop te drukken. Schakel a.u.b. de mail verstureninstelling in voor dat u op [Send Test Mail]. • Wanneer u de projector aansluit op een bestaand netwer, neem dan contact op met de netwerkbeheerder voordat u de adressen van de server instelt.
18
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.6 Alert Settings (Waarschuwingsinstellingen)
Toont en configureert de instellingen voor de storings- & waarschuwingsinstellingen. Waarschuwingsoptie
Beschrijving
Cover Error
De lampdeksel is niet goed vastgezet.
Fan Error
De ventilatie functioneer niet.
Lamp Error
De lamp gaat niet branden en er bestaat de mogelijkheid dat het binnenste deel warm geworden is.
Temp Error
Er bestaat de mogelijkheid dat het binnenste deel verwarmd is.
Air Flow Error
De interne temperatuur is aan het stijgen.
Cold Error
Er bestaat de mogelijkheid dat het binnenste deel onderkoeld is.
Filter Error
Fiteroverluchttijd.
Shutter Error
De sluiter werkt niet juist.
Other Error
Overige fouten. Wanneer deze foutmelding getoond wordt, neem dan contact op met uw dealer.
Schedule Execution Error
Planuitvoeringsfout. (21)
Lamp Time Alarm
Lampoverluchttijdalarminstelling.
Filter Time Alarm
Filteroverluchttijdalarminstelling.
Transition Detector Alarm
Transitiedetectoralarm. (Menu OPTIE in de Gebruiksaanwijzing (gedetailleerde) - Bedieningsgids)
Cold Start
De hoofdstroomschakelaar is ingeschakeld. (Uit → standby modus)
Authentication Failure
De SNMP-toegang wordt waargenomen vanuit de ongeldige SNMP-gemeenschap.
Zie de “Oplossingen vinden” in de Gebruiksaanwijzing (gedetailleerde) Bedieningsgids voor een meer gedetailleerde uitleg van fouten behalve Overige fouten en de Planuitvoeringsfout. 19
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) De Alarmeringsopties worden getoond in het onderstaande. De optie
Beschrijving
Alarm Time
Stelt de alarmtijd in. (Alleen Lamp Time Alarm en Filter Time Alarm.)
SNMP Trap
Klik op [Enable] vink het vakje aan om SNMP-vastleg waarschuwingen in te schakelen.
Send Mail
Klik op [Enable] vink het vak je aan om e-mailwaarschuwingen te ontvangen. (Behalve Cold Start en Authentication Failure.)
Mail Subject
Configureert de regel van het onderwerp van het te zenden e-mail. De lengte van de onderwerpregel kan tot 100 alfanumerieke karakters zijn. (Behalve Cold Start en Authentication Failure.)
Mail Text
Configureert de tekst het te zenden e-mail. De lengte van de tekst kan tot 1024 alfanumerieke karakters zijn. (Behalve Cold Start en Authentication Failure.)
Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • Het starten van de e-mail voor Filter Error is afhankelijk van de instelling FILTERMELDING in het onderdeel SERVICE van het Menu OPTIE welke de periode bepaald tot wanneer het filterbericht op het projectorscherm verschijnt. De e-mail wordt verstuurd wanneer de filtertimer de 2000, 5000 of 10000 passeerd gebaseerd op de configuratie. Er wordt geen berichtgevings-email gestuurd als het FILTERMELDING op SCHAKEL UIT is ingesteld. (Menu OPTIE in de Gebruiksaanwijzing (gedetailleerde) - Bedieningsgids) • Lamp Time Alarm wordt gedefinieerd als een drempelwaarde voor een e-mailbericht (herinnering) van de lamptimer. Wanneer het aantal lampuren deze drempelwaarden overschrijdt, die geconfigureerd werd via de webpagina, dan wordt de e-mail verstuurd. • Filter Time Alarm wordt gedefinieerd als een drempelwaarde voor een e-mailbericht (herinnering) van de lamptimer. Wanneer het aantal filteruren deze drempelwaarde overschrijdt dan wordt deze e-mail verstuurd.
20
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.7 Schedule Settings (Agenda instellingen)
Toont en configureert de planningsinstellingen. Optie
Beschrijving
Daily
Configureert het dagelijkse schema.
Sunday
Configureert het schema van zondag.
Monday
Configureert het schema van maandag.
Tuesday
Configureert het schema van dinsdag.
Wednesday
Configureert het schema van woensdag.
Thursday
Configureert het schema van donderdag.
Friday
Configureert het schema van vrijdag.
Saturday
Configureert het schema van zaterdag.
Specific date No.1
Configureert het schema van de specifieke datum (nr. 1).
Specific date No.2
Configureert het schema van de specifieke datum (nr. 2).
Specific date No.3
Configureert het schema van de specifieke datum (nr. 3).
Specific date No.4
Configureert het schema van de specifieke datum (nr. 4).
Specific date No.5
Configureert het schema van de specifieke datum (nr. 5).
21
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) De schema-instellingen worden hieronder getoond. Optie
Dagelijkse & Wekelijkse beschrijving
Schedule
Klik op [Enable] vink het vakje aan om het schema in te schakelen.
Date (Month/Day)
Configureert de maand en datum. Dit item verschijnt alleen wanneer Specific date (No. 1-5) is geselecteerd.
Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. De huidige instellingen voor gebeurtenissen worden getoond in de schemalijst. Om meer functies en gebeurtenissen toe te voegen, dient u de volgende items in te stellen. Optie
Beschrijving
Time
Configureert de tijd om opdrachten uit te voeren.
Command [Parameter]
Configureert de uit te voeren opdrachten.
Power
Configureert de parameters voor het stroombeheer.
Input Source
Configureert de parameters voor het verwisselen van de invoer.
Display Image
Configureert de parameters voor de weergave van overgebrachte beeldgegevens (39).
Klik op [Register] om nieuwe opdrachten aan de schemalijst toe te voegen. Klik op [Delete] om opdrachten uit de schemalijst te wissen. Klik op de [Reset] toets om alle opdrachten te wissen en de schema-instellingen uit de schemalijst te resetten N.B. • Nadat de projector is verplaatst, controleert u de datum- en tijdinstellingen van de projector alvorens de programmering te configureren. Een sterke schok kan de instellingen voor datum en tijd (23) veranderen.
22
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.8 Date/Time Settings (Datum/tijdinstellingen)
Toont en configureert de datum en tijdinstellingen. Optie
Beschrijving
Current Date
Configureert de huidige datum in het jaar/maand/dag formaat.
Current Time
Configureert de huidige tijd in het uur:minuut:sconde formaat.
Daylight Savings Time
Klik op [ON] vink het vakje aan om de daglicht besparingstijd in te schakelen en stel de volgende opties in: Configureert de datum en tijd wanneer de daglicht besparingstijd begint.
Start Month
Configureert de maand wanneer de daglicht besparingstijd begint (1 ~ 12).
Week
Configureert de week van de maand wanneer de daglicht besparingstijd begint (First, 2, 3, 4, Last).
Day
Configureert de dag van de week wanneer de daglicht besparingstijd begint (Sun, Mon, Tue, Wed, Thu, Fri, Sat).
Time
hour
Configureert het uur wanneer de daglicht besparingstijd begint (0 ~ 23).
minute
Configureert de minuut wanneer de daglicht besparingstijd begint (0 ~ 59). Configureert de datum en tijd wanneer de daglicht besparingstijd eindigt.
End Month
Configureert het uur wanneer de daglicht besparingstijd eindigt (1 ~ 12).
Week
Configureert de week van de maand wanneer de daglicht besparingstijd eindigt (First, 2, 3, 4, Last).
Day
Configureert de dag van de week wanneer de daglicht besparingstijd eindigt (Sun, Mon, Tue, Wed, Thu, Fri, Sat).
Time
hour
Configureert het uur wanneer de daglicht besparingstijd eindigt (0 ~ 23).
minute
Configureert de minuut wanneer de daglicht besparingstijd eindigt (0 ~ 59). 23
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) Optie
Beschrijving
Time difference
Configureert het tijdsverschil. Stel hetzelfde tijdsverschil in als die die op uw PC is ingesteld. Indien u onzeker bent, raadpleeg dan u uw IT-beheerder.
SNTP
Vink het [ON] vakje aan om datum en tijd van de SNTPserver te ontvangen en stel de volgende opties in:
Configureert het SNTP-serveradres in IP-formaat. • Met het adres kunt u niet alleen IP-adressen invoeren maar ook domeinnamen wanneer er een geldige DNS-server is SNTP Server Address opgezet in de Network Settings (Netwerkinstellingen). De maximale lengte van een host of domeinnaam is tot 255 karakters. Cycle
Configureert de interval waarmee de datum en tijd van de SNTP-server verkregen wordt (uur: minuut).
Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het herstarten van de netwerk connectie. Als de configuratie instellingen worden veranderd, moet u de netwerk connectie herstarten. U kunt de netwerk connectie herstarten door te klikken op [Network Restart] in het hoofdmenu. • Als u de projector verbindt met een bestaand netwerk, consulteer een netwerk beheerder vóór het instellen van de server adressen. • Om de SNTP functie in te schakelen, moet het tijdsverschil zijn ingesteld. • De projector zal datum en tijd informatie ophalen van de Tijdserver en tijd instellinge overschrijven als SNTP is ingeschakeld. • De tijd van de Interne Klok zou niet accuraat kunnen worden behouden. Gebruik van SNTP wordt aangeraden on accurate tijd te behouden.
24
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.9 Security Settings (Beveiligingsinstellingen)
Toont en configureert wachtwoorden en andere beveiligingsinstellingen. Optie Administrator authority
Beschrijving Configureert de Beheerder-ID en wachtwoord.
Administrator ID
Configureert de Beheerder-ID. De lengte van de tekst kan tot 32 alfanumerieke karakters zijn.
Administrator Password
Configureert de Beheerderwachtwoord. De lengte van de tekst kan tot 255 alfanumerieke karakters zijn.
Re-enter Administrator Password
Voer het bovenstaande wachtwoord nogmaals, ter verificatie, in.
User authority
Configureert de Gebruikers-ID en wachtwoord.
User ID
Configureert de Gebruiker-ID. De lengte van de tekst kan tot 32 alfanumerieke karakters zijn.
User Password
Configureert de Gebruikerswachtwoord. De lengte van de tekst kan tot 255 alfanumerieke karakters zijn.
Re-enter User Password
Voer het bovenstaande wachtwoord nogmaals, ter verificatie, in.
25
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) Optie Network Control
Beschrijving Configureert het Verificatiewachtwoord voor de opdrachtenbeheer.
Authentication Password
Configureert het Verificatiewachtwoord. De lengte van de tekst kan tot 32 alfanumerieke karakters zijn.
Re-enter Authentication Password
Voer het bovenstaande wachtwoord nogmaals, ter verificatie, in.
SNMP Community name
Confgureert de naam van de gemeenschap wanneer SNMP gebruikt wordt. Configureert de naam van de gemeenschap. De lengte van de tekst kan tot 64 alfanumerieke karakters zijn.
Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het herstarten van de netwerk connectie. Als de configuratie instellingen worden veranderd, moet u de netwerk connectie herstarten. U kunt de netwerk connectie herstarten door te klikken op [Network Restart] in het hoofdmenu. • Alleen nummers ‘0-9’ en alphabet ‘a-z’, ‘A-Z’ kan worden gebruikt.
26
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.10 Projector Control (Projectorbesturing) De opties die getoond worden in de onderstaande tabel kunnen gekozen worden d.m.v. het Projector Control-menu. Selecter een optie door de pijltjestoetesen omlaag en omhoog op de PC te gebruiken. De meeste opties hebben een submenu. Zie de onderstaande tabel voor informatie hierover. N.B. • De instellingswaarde kokmt misschien net overeen met de daadwerkelijke waarde als de gebruiker de waarde handmatig verandert. Vernieuw in dat geval de pagina door op de [Refresh] knop te drukken. Bestuurd de projector. Optie Main Power Input Source Picture Mode Blank On/Off Freeze Magnify Template Shutter Zoom Focus Lens Shift V Lens Shift H Lens Memory P by P P by P Left Source P by P Right Source P by P Main Area MY Image MY Image Delete Picture Brightness Contrast
Beschrijving Schakelt de stroom aan/uit. Selecteert de invoerbron. Selecteert de afbeeldingsmodusinstelling. Schakelt Blanco aan/uit. Schakelt Foto aan/uit. Bestuurd de vergrotingsinstelling. Bij een aantal invoersignaalbronnen kan het vergroten stoppen zelfs al heeft het de maximale instellingswaarde niet bereikt. Schakelt de sjabloon aan/uit. Open/sluit de sluiter. Past de zoominstelling aan. Past de scherpstelling aan. Past de verticale lensverschuiving aan. Past de horizontale lensverschuiving aan. Slaat op/laadt de lensgeheugengegevens. Schakelt de P by P in/uit. Selecteert de P by P instelling voor de linker bron. Selecteert de P by P instelling voor de rechter bron. Selecteert de P by P instelling voor de hoofdruimtebron. Selecteer MIJN BEELD gegevens. Wis MIJN BEELD gegevens. Pas de helderheidsinstelling aan. Pas de contrastinstelling aan. 27
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) Optie Picture (continue) Gamma Color Temp Color Tint Sharpness Active Iris Active Iris - Manual MyMemory Save MyMemory Recall Image Aspect Over Scan V Position H Position H Phase H Size Auto Adjust Execute Input Progressive Video NR 3D-YCS Color Space Component Video 1 Format Video 2 Format S-Video Format HDMI Format DVI-D Format HDMI Range DVI-D Range Computer in 1 Computer in 2 BNC Frame Lock-Computer in 1 Frame Lock-Computer in 2 Frame Lock-BNC Frame Lock-HDMI Frame Lock-DVI-D 28
Beschrijving Selecteert de gamma instelling. Selecteer de kleurentemperatuurinstelling. Pas de kleureninstelling aan. Pas de tintinstelling aan. Past de scherpte aan. Selecteert de actieve irisinstelling. Past de actieve iris aan – handmatige instelling. Slaat Mijn geheugengegevens op. Roept Mijn geheugengegevens op. Selecteert de aspectinstelling. Pas de over scan instelling aan. Past de verticale positie aan. Past de horizontale positie aan. Past de horizontale fase aan. Past de horizontale grote aan. Voert de automatische aanpassing uit. Selecteert de progressieve instelling. Selecteert de videoruisonderdrukking instelling. Selecteert de 3D-YCS instelling. Selecteert de kleurruimte. Selecteert de Component poort instelling. Selecteert de video 1formaatinstelling. Selecteert de video 2formaatinstelling. Selecteert de S-videoformaatinstelling. Selecteert de HDMIformaatinstelling. Selecteert de DVI-Dformaatinstelling. Selecteert de HDMI bereikinstelling. Selecteert de DVD-D bereikinstelling. Selecteert het Computer in 1 invoersignaaltype. Selecteert het Computer in 2 invoersignaaltype. Selecteert het BNC invoersignaaltype. Schakelt de FRAME LOCK-COMPUTER IN1 functie aan/uit. Schakelt de FRAME LOCK-COMPUTER IN2 functie aan/uit. Schakelt de FRAME LOCK-BNC functie aan/uit. Schakelt de FRAME LOCK-HDMI functie aan/uit. Schakelt de FRAME LOCK-DVI-D functie aan/uit.
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) Optie Setup Auto Keystone Execute Keystone V Keystone H Eco Mode Mirror Monitor Out Computer in 1 Monitor Out Computer in 2 Monitor Out - BNC Monitor Out - HDMI Monitor Out - DVI-D Monitor Out Component Monitor Out - S-Video Monitor Out - Video 1 Monitor Out - Video 2 Monitor Out - Standby Screen Language Menu Position V Menu Position H Blank Startup MyScreen Lock Message Template C.C. - Display C.C. - Mode C.C. - Channel
Beschrijving Voert de automatische keystonevervormingscorrectie uit. Past de verticale keystonevervormingsinstelling aan. Past de horizontale trapeziumvervormingsinstelling aan. Selecteer de eco stand. Selecteert de spiegelstatus. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de COMPUTER IN1 poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de COMPUTER IN2 poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de BNC poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de HDMI poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de DVI-D poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de Component poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de S-VIDEO poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de VIDEO 1 poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer de VIDEO 2 poort is geselecteerd. Wijst MONITOR OUT toe wanneer het toestel uit (standby) staat. Selecteert de taal voor de OSD. Past de verticale menupositie aan. Past de horizontale menupositie aan. Selecteer der blankmodus. Selecteert de schermstartupmodus. Zet de vergrendelingsfunctie van Mijn Scherm aan/uit. Schakelt de berichtenfunctie aan/uit. Selecteert de patroonscherm. Hiermee selecteert u de instelling WEERGEVEN van de ondertiteling voor gehoorgestoorden. Hiermee selecteert u de instelling MODUS van de ondertiteling voor gehoorgestoorden. Hiermee selecteert u de instelling KANAAL van de ondertiteling voor gehoorgestoorden. 29
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) Optie Option Source Skip Computer in1 Source Skip Computer in2 Source Skip - BNC Source Skip - HDMI Source Skip - DVI-D Source Skip Component Source Skip - S-Video Source Skip - Video 1 Source Skip - Video 2 Auto Search Auto Keystone Direct On
Beschrijving Selecteert de bron overslaan - COMPUTER IN1 instelling. Selecteert de bron overslaan - COMPUTER IN2 instelling. Selecteert de bron overslaan - BNC instelling. Selecteert de bron overslaan - HDMI instelling. Selecteert de bron overslaan - DVI-D instelling. Selecteert de bron overslaan - COMPONENT instelling.
Selecteert de bron overslaan - S-VIDEO instelling. Selecteert de bron overslaan - VIDEO1 instelling. Selecteert de bron overslaan - VIDEO2 instelling. Schakelt de automatische signalenzoekfunctie aan/uit. Schakelt de automatische keystonevervormingscorrectiefunctie aan/uit. Schakelt de direct-aan functie in /uit. Configureert de timer om de projector uit te schakelen Auto Off wanneer er geen signaal gedetecteerd wordt. Shutter Timer Selecteert de sluitertimer-instelling. Wijst de functies toe aan de MY BUTTON1 knop op de My Button-1 meegeleverde afstandbediening. Wijst de functies toe aan de MY BUTTON2 knop op de My Button-2 meegeleverde afstandbediening. Wijst de functies toe aan de MY BUTTON3 knop op de My Button-3 meegeleverde afstandbediening. Wijst de functies toe aan de MY BUTTON4 knop op de My Button-4 meegeleverde afstandbediening. My Source Selecteert de Mijn signaalbron instelling. Schakelt de afstandsbedieningontvanger aan de voorkant in/ Remote Receiv. Front uit. Schakelt de afstandsbedieningontvanger aan de achterkant Remote Receiv. Rear in/uit. Schakelt de afstandsbedieningontvanger aan de bovenkant Remote Receiv. Top in/uit. Schakelt de normaal-instelling voor de frequentie van het Remote Freq. Normal afstandsbedieningssignaal in/uit. Schakelt de hoog-instelling voor de frequentie van het Remote Freq. High afstandsbedieningssignaal in/uit. Remote ID Selecteert de Afstandsbediening-ID instelling.
30
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.11 Projector Status (Projectorstatus)
Toont de huidige projectorstatus. Optie
Beschrijving
Error Status
Toont de huidige foutstatus.
Lamp Time
Toont de gebruikstijd van de huidige lamp.
Filter Time
Toont de gebruikstijd van de huidige filter.
Power Status
Toont de huidige stroomstatus.
Input Status
Toont de huidige invoersignaalbron
Blank On/Off
Toont de huidige Blanco aan/uit status.
Freeze
Toont de huidige Fotostatus.
Shutter
Toont de huidige sluiterstatus.
31
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.1 Het configureren en besturen van de projector via een webbrowser (vervolg) 3.1.12 Network Restart (Netwerk reset)
Reset de netwerkverbinding van de projector. Optie Restart
Beschrijving Reset de netwerkverbinding van de projector om de nieuwe configuratie instellingen te activeren.
N.B. • Het opnieuw opstarten vereist dat u opnieuw inlogt om de webrowser weer te kunnen besturen of configureren via een webbrowser. Wacht 1 minuut of langer nadat u op [Restart] geklikt heeft om opnieuw in te kunnen loggen. • Het inlogmenu (13) verschijnt na het opnieuw starten van de netwerkverbinding van de projector als de DHCP op SCHAKEL IN staat.
3.1.13 Logoff (Uitloggen) Wanneer [Logoff] aangeklikt wordt verschijnt het Inlogmenu. (13)
32
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.2 E-mail waarschuwingen De projector kan automatisch een waarschuwingsmelding sturen naar de opgegeven e-mailadressen als de projector een bepaalde conditie die onderhoud behoeft opmerkt, of een storing opmerkt N.B. • Er kunnen tot vijf e-mailadressen opgegeven worden. • De projector kan misschien niet in staat zijn om e-mails te verzenden als de stroom plotseling uitvalt.
Mailinstellingen (18) Om gebruik te kunnen maken van de e-mailwaarschuwingsfunctie van de projector moet u de volgende opties via een webbrowser configureren. Voorbeeld: Als het IP-adres van de projector ingesteld is op: 192.168.1.10: 1) Voer “http://192.168.1.10/” in de taakbalk van de webbrowser. 2) Voer uw Beheerder-ID en wachtwoord in en klik op [Logon]. 3) Klik op [Port Settings] in het hoofdmenu. 4) Klik op [Enable] om de SMTP-poort te openen. 5) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • Een Netwerk Herstart is vereist nadat de SMTP Port configuratie instellingen zijn veranderd. Klik [Network Restart] en configureer de volgende onderdelen. 6) Klik op [Mail Settings] en configureer elke optie. Zie de sectie 3.1.5 Mail Settings (Mailinstellingen) (18) voor meer informatie. 7) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • Click [Send Test Mail] knop in [Mail Settings] om te bevestigen dat de e-mailinstellingen correct zijn. De volgende e-mail wordt verstuurd aan de gespecificeerde adressen: Onderwerp Tekst
:Test Mail :Send Test Mail Date Time IP Address MAC Address
33
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.2 E-mail waarschuwingen (vervolg) 8) Klik op [Alert Settings] in het hoofdmenu om de E-mail waarschuwingsinstellin gen te configureren. 9) Selecteer en configureer elke waarschuwingsoptie. Zie sectie 3.1.6 Alert Settings (Waarschuwingsinstellingen) (19) voor meer informatie. 10) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. Storings- en waarschuwings-e-mails krijgen het volgende formaat: Onderwerp Tekst
34
: <Mail title> : <Mail text> Date Time IP Address MAC Address
<Storings-/waarschuwingsdatum> <Storings-/waarschuwingstijd>
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.3 Projectorbeheer m.b.v. SNMP Met de SNMP (Simple Network Management Protocol) is het mogelijk om de projectorinformatie te beheren, welke een storings- of waarschuwingstatus is, vanaf de computer op het netwerk. SNMP-beheersoftware zal nodig zijn op de comptuer om deze functie te gebruiken. N.B. • Het wordt aanbevolen om de SNMP-functies te laten uitvoeren door een netwerkbeheerder. • SNMP-beheersoftware moet geïnstalleerd zijn op de computer om de projector via SNMP te monitoren. SNMP-instellingen (16) Configureer de volgende opties via een webbrowser om SNMP te kunnen gebruiken. Voorbeeld: Als het IP-adres van de projector ingesteld is op: 192.168.1.10: 1) Voer “http://192.168.1.10/” in de taakbalk van de webbrowser. 2) Voer uw Beheerder-ID en wachtwoord in en klik op [Logon]. 3) Klik op [Port Settings] in het hoofdmenu. 4) Klik op [Enable] om de SNMP-poort te openen. Stel het IP-adres in om de SNMP-vastlegging naar toe te sturen wanneer er zich een storing/ waarschuwing voordoet. N.B. • Een Netwerk Herstart is vereist nadat de SNMP Port configuratie instellingen zijn veranderd. Klik [Network Restart] en configureer de volgende onderdelen. 5) Klik op [Security Settings] in het hoofdmenu. 6) Klik op [SNMP] en stel de naam van de gemeenschap in op het scherm dat verschijnt. N.B. • Een herstart van het Netwerk is vereist nadat de Community name is veranderd. Klik [Network Restart] en configureer de volgende onderdelen. 7) Configureer de instellingen voor de overdrachtvastlegging van storingen/ waarschuwingen. Klik op [Alert Settings] in het hoofdmenu en selecteer de storings-/waarschuwingsoptie die geconfigureerd moet worden. 8) Klik op [Enable] om de SNMP-vastlegging voor storingen/waarschuwingen te versturen. Vink het [Enable] vakje af wanneer er geen SNMPoverdrachtsvastlegging vereist is. 9) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan.
35
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.4 Agenda schema De planningsfunctie maakt het mogelijk om een ingeplande gebeurtenis, waaronder het in- en uitschakelen, in te stellen. Het maakt “zelfbeheer” van de projector mogelijk.
N.B. • U kunt de volgende besturingsgebeurtenissen inplannen: Power ON/ OFF, Input Source en Transferred Image Display. • De in/uit schakel gebeurtenis heeft de laagste prioriteit van alle gebeurtenissen die op hetzelfde tijdstip bepaald worden. • Er zijn 3 soorten Planning: 1) daily 2) weekly 3) specific date. (21) • De prioriteit van de ingeplande gebeurtenissen is als volgt: 1) specific date 2) weekly 3) daily. • Er zijn maximaal vijf specifiek datums beschikbaar voor ingeplande gebeurtenissen. Er wordt prioriteit gegeven aan die met de lagere nummers wanneer er meer dan één gebeurtenis ingepland is op dezelfde datum en tijd (bijvoorbeeld, 'Specific date No. 1' heeft prioriteit voor 'Specific date No. 2' enz.) • Stel eerst de datum en tijd in voordat u de ingeplande gebeurtenissen inschakelt. (23)
36
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.4 Agenda schema (vervolg) Agenda instellingen (21) Planingsinstellingen kunnen geconfigureerd worden vanaf een webbrowser. Voorbeeld: Als het IP-adres van de projector ingesteld is op: 192.168.1.10: 1) Voer “http://192.168.1.10/” in de taakbalk van de webbrowser. 2) Voer uw Beheerder-ID en wachtwoord in en klik op [Logon]. 3) Klik op [Schedule Settings] in het hoofmenu en selecteer de gewenste planningsoptie. Wanneer u bijvoorbeeld de opdracht elke zondag wilt uitvoeren, selecteer dan [Sunday]. 4) Klik op [Enable] vink het vakje aan om het plannen in te schakelen. 5) Voer de datum (maand/dag) in voor de specifieke datumplanning. 6) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. 7) Klik na het configureren van de tijd, opdracht en parameters op [Register] om een nieuwe gebeurtenis toe te voegen. 8) Klik op [Delete] wanneer u een schema wilt wissen. Er zijn drie soorten planning: 1) Daily: Voer de gespecificeerde operatie elke uit op een gespecificeerd tijdstip. 2) Sunday ~ Saturday: Voer de gespecificeerde operatie uit op het specificeerd tijdstip op een bepaalde dag van de week. 3) Specific date: Voer de gespecificeerde operatie uit op de gespecificeerde datum en tijd.
N.B. • In de standby-modus zal de stroomindicator groen gaan knipperen voor ongeveer 3 seconden wanneer er ten minste 1 “Power On” planning opgeslagen is. • Wanneer de planningsfunctie gebruikt wordt, dan moet het stroomsnoer op de projector en het stopcontact aangesloten zijn en moet de aan/uit-schakelaar aan staan, [ | ]. De planningsfunctie functioneer niet als de aan/uit-knop uitgeschakeld is [O] of wanneer er over het stroomsnoer gestruikeld wordt. De stroomindicator gaat orangje of groen oplichten wanneer de projector stroom ontvangt.
37
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.4 Agenda schema (vervolg) Datum/tijdinstellingen (23) De datum/tijd-instelling kan aangepast worden via een webbrowser. Voorbeeld: Als het IP-adres van de projector ingesteld is op: 192.168.1.10: 1) Voer “http://192.168.1.10/” in de taakbalk van de webbrowser. Voer uw Beheerder-ID en wachtwoord in en klik op [Logon]. 2) Klik op [Date/Time Settings] in het hoofdmenu en configureer elke optie. Zie sectie 3.1.8 Date/Time Settings (Datum/tijdinstellingen) voor meer informatie. 3) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan.
N.B. • Een Netwerk Herstart is vereist nadat de Daylight Savings Time of SNTP configuratie instellingen zijn veranderd. • De batterij voor de ingebouwde klok kan leeg zijn als de klok achterloopt zelfs als de datum en tijd corect ingesteld zijn. Vervang de batterij door de instructies in het gedeelte “Interne Klok batterij” in de Gebruiksaanwijzing (beknopt) te volgen. • De tijd van de interne klok blijft misschien niet accuraat. Het gebruik van de SNTP wordt aanbevolen om een accurate tijd te houden.
38
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.5 MIJN BEELD (afbeeldingsoverdracht) weergave De projector kan afbeeldingen die overgebracht zijn via het netwerk weergeven.
Overdrachtsafbeeldingsbestand
Toon afbeeldingsbestand ( 1 -
4
)
Afb. 3.5 Afbeeldingsoverdracht.
MIJN BEELD overdracht vereist een exclusieve applicatie voor uw PC. U kunt deze downloaden vanaf InFocus website (www.infocus.com/support). Zie de gebruiksaanwijzing van de applicatie voor aanwijzingen. Om de overgebrachte afbeelding te tonen, selecteer de MIJN BEELD optie in het NETWERK-menu. Zie voor meer informatie de beschrijving van de MIJN BEELD optie van het NETWERK-menu. ( Menu NETWERK in de Gebruiksaanwijzing (gedetailleerde) – Bedieningsgids) N.B. • Het is mogelijk om maximaal 4 aan het afbeeldingsbestand toe te wijzen. • Het afbeeldingsbestand kan ook weergegeven worden d.m.v. de planningsfunctie vanaf de webbrowser. Zie de sectie 3.4 Agenda schema (36) voor meer informatie. 39
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.5 MIJN BEELD (afbeeldingsoverdracht) weergave (vervolg) Configureer de volgende onderdelen van een web browser als MIJN BEELD wordt gebruikt. Voorbeeld: Als het IP-adres van de projector is ingesteld op: 192.168.1.10: 1) Voer "http://192.168.1.10/" in de adresbalk in van de web browser. 2) Voer de Beheerder ID en Paswoord in en klik [Logon]. 3) Klik [Port Settings] in het hoofdmenu. 4) Klik het [Enable] selectievakje om de Image Transfer Port (Port: 9716) te openen. Klik het [Enable] selectievakje voor de [Authentication] instelling als verificatie is vereist, maak anders het selectievakje leeg. 5) Klik de [Apply] knop om de instellingen te bewaren. Als de verificatie instelling is ingeschakeld, zijn de volgende instellingen vereist. 6) Klik [Security Settings] in het hoofdmenu. 7) Selecteer [Network Control] en voer het gewenste verificatie paswoord. 8) Klik de [Apply] knop om de instellingen te bewaren. N.B. • Het Verificatie Paswoord zal hetzelfde zijn voor Network Control Port1 (Port: 23), Network Control Port2 (Port: 9715), en Image Transfer Port (Port: 9716). • De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het herstarten van de netwerk connectie. Als de configuratie instellingen worden veranderd, moet u de netwerk connectie herstarten. U kunt de netwerk connectie herstarten door te klikken op [Network Restart] in het hoofdmenu.
40
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.6 Opdrachtenbeheer via het netwerk U kunt de projector configureen en besturen via het netwerk d.m.v RS-232Copdrachten. Communicatiepoort. De volgende twee poorten zijn toegewezen voor opdrachtenbeheer: TCP #23 TCP #9715 N.B. • Commando bediening is niet beschikbaar via communicatie poort (TCP #9716) (16) voor details.die wordt gebruikt voor de MIJN BEELD transmissie functie. Opdrachtenbeheerinstellingen (16) Configureer de volgende opties vanaf een webbrowser als opdrachtenbeheer gebruikt wordt. Voorbeeld: Als het IP-adres van de projector ingesteld is op: 192.168.1.10: 1) Voer “http://192.168.1.10/” in de taakbalk van de webbrowser. 2) Voer uw Beheerder-ID en wachtwoord in en klik op [Logon]. 3) Klik op [Port Settings] in het hoofdmenu.
4) Klik op [Enable] om de Network Control Port1 (Port: 23) te openen om TCP #23 te gebruiken. Klik op [Enable] voor de [Authentication] insteling wanneer er verificatie vereist is, vink anders het vakje af. 5) Klik op [Enable] om de Network Control Port2 (Port: 9715) te openen om TCP #9715 te gebruiken. Klik op [Enable] voor de [Authentication] insteling wanneer er verificatie vereist is, vink anders het vakje af. 6) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. 41
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.6 Opdrachtenbeheer via het netwerk (vervolg) Wanneer de verificatie instelling ingeschakeld is, dan zijn de volgende instellingen nodig. (25) 7) Klik op [Security Settings] in het hoofdmenu. 8) Klik op [Network Control] en voer het gewenste verificatiewachtwoord in. * Zie N.B.. 9) Klik op [Apply] om de instellingen op te slaan. N.B. • Het Verificatie Paswoord zal hetzelfde zijn voor Network Control Port1 (Port: 23), Network Control Port2 (Port: 9715), en Image Transfer Port (Port: 9716). • De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het herstarten van de netwerk connectie. Als de configuratie instellingen worden veranderd, moet u de netwerk connectie herstarten. U kunt de netwerk connectie herstarten door te klikken op [Network Restart] in het hoofdmenu.
42
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.6 Opdrachtenbeheer via het netwerk (vervolg) Opdrachtformaat Opodrachtformaten verschillen per communicatiepoort. ● TCP #23 U kunt de RS-232C-opdrachten gebruiken zonder veranderningen. Het antwoordgegevensformaat is hetzelfde als de RS-232C-opdrachten. Echter het volgende antwoord zal terug gestuurd worden in het geval van een mislukte verificatie wanneer verifiëren ingeschakeld is. Antwoord 0x1F
Foutcode 0x04
0x00
● TCP #9715 Stuur gegevensformaat Het volgende formaat wordt toegevoegd aan de kop (0x02), gegevenslengte (0x0D), Checksum (1 byte) en Verbindings-ID (1 byte) van de RS-232Copdrachten. Kop
Gegevenslengte
RS-232C-opdracht
Checksum
Verbindings-IDa
0x02
0x0D
13 bytes
1 byte
1 byte
Kop → 0x02, Vast Gegevenslengte → RS-232C-opdrachten byte lengte (0x0D, Vast) RS232C-opdrachten → RS-232C-opdrachten die beginnen met 0xBE 0xEF (13 bytes) Checksum → Dit is de waarde om nul te maken met de toevoeging van de lagere 8 bits van de kop naar de checksum. Verbindings-ID → Randomwaarde van 0 tot 255 (deze waar wordt toegevoegd aan de antwoordgegevens)
43
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.6 Opdrachtenbeheer via het netwerk (vervolg) Antwoordgegevensformaat De verbindings-ID (de gegevens zijn dezelfdse als die van de verbindings-ID gegevens op het verstuurgegevensformaat) wordt toegevoegd aan de RS-232Copdrachten antwoordgegevens. Antwoord
Verbindings-ID
0x06
1 byte
Antwoord
Verbindings-ID
0x15
1 byte
Antwoord
Foutcode
Verbindings-ID
0x1C
2 bytes
1 byte
Antwoord
Gegevens
Verbindings-ID
0x1D
2 bytes
1 byte
Antwoord
Statuscode
Verbindings-ID
0x1F
2 bytes
1 byte
Antwoord 0x1F
44
Verificatiefoutcode 0x04
0x00
Verbindings-ID 1 byte
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.6 Opdrachtenbeheer via het netwerk (vervolg) Automatische verbindingsonderbreking De TCP-verbinding wordt automatisch onderbroken wanner er geen communicatie heeft plaatsgevonden voor 30 seconden na tot stand te zijn gebracht. Verificatie De projector accepteert geen opdrachten zonder verificatiesucces wanneer verifiëren is ingeschakeld. De projector gebruike een uitdagend reactie type verificatie met een MD5 (Message Digest 5) algoritme. Wanneer de projector een LAN gebruikt, dan zullen een random 8 bytes teruggekeerd worden als verifiëren ingeschakeld is. Koppel deze ontvangen 8 bytes en het Verificatiewachtwoord en verwerk deze gegevens met het MD5algoritme en voeg deze aan de voorzijde van de te versturen opdrachten. Het volgende is een voorbeeld als het Verificatiewachtwoord “password” is en de random 8 bytes “a572f60c” zijn. 1) Selecteer de projector. 2) Ontvang de random 8 bytes “a572f60c” van de projector. 3) Koppel de random 8 bytes “a572f60c” en het Verificatiewachtwoord “password” aan elkaar en het wordt “a572f60cpassword”. 4) Verwerk deze "a572f60cpassword” d.m.v. MD5-algoritme. Het wordt: “e3d97429adffa11bce1f7275813d4bde”. 5) Verwerk deze “e3d97429adffa11bce1f7275813d4bde” aan de voorkant toe an de opdrachten en verstuur de gegevens. Verstuur “e3d97429adffa11bce1f7275813d4bde” + opdracht. 6) Wanneer de verstuurgegevens correct zin, dan wordt de opdracht uitgevoerd en worden de antwoordgegevens teruggekeerd. In het andere geval zal er een verificatiefout ontvangen worden. N.B. • Wat betreft de overdracht van de tweede of volgende opdrachten, kunnen de verificatiegegevens voor dezelfde aansluiting worden overgeslagen.
45
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.7 Het externe apparaat via de projector bedienen (gebruik van de NETWERKBRUG functie) Deze projector is uitgerust met een NETWERKBRUG functie voor het uitvoeren van wederzijdse omzetting van een netwerkprotocol en een serieel interface. Met behulp van de NETWERKBRUG functie kan een computer die via Ethernetcommunicatie met deze projector is verbonden, een extern apparaat bedienen dat met deze projector is verbonden via RS-232C als een netwerkterminal.
TCP/IP-gegevens
Protocol-wijziging
Ethernet LAN-kabel Computer
LAN poort
Seriële gegevens
RS-232C RS-232C kabel
Extern apparaat
CONTROL OUT poort
3.7.1 De apparaten aansluiten 1) Voor de Ethernet-communicatie verbindt u de LAN poort van de projector met de LAN poort van de computer met behulp van een LAN-kabel. 2) Voor de RS-232C communicatie verbindt u de CONTROL OUT poort van de projector met de RS-232C poort van het apparaat met behulp van een RS232C kabel. N.B. • Lees de handleidingen van de apparaten zorgvuldig door voordat u de apparaten aansluit. Voor de RS-232C verbinding moet u de specificaties van de poorten weten en een geschikte kabel gebruiken. (Bedieningsgids - Technical - Connection to the ports)
46
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.7.2 Communicatie-instellingen 1) Selecteer in het SERIEEL UIT INSTELLINGEN menu de juiste baudsnelheid en pariteit voor de CONTROL OUT poort, overeenkomstig de specificaties van de RS-232C poort van het apparaat dat wordt aangesloten. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – SERIEEL IN INSTELLINGEN/SERIEEL UIT INSTELLINGEN) Item BAUDSNELHEID
Conditie 4800bps/9600bps/19200bps/38400bps
PARITEIT
GEEN/ONEVEN/EVEN
Datalengte
8 bit (vast)
Startbit
1 bit (vast)
Stopbit
1 bit (vast)
2) Selecteer in het COMMUNICATIETYPE menu de NETWERKBRUG voor de CONTROL OUT poort. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – COMMUNICATIETYPE) 3) Configureer in het OVERDRACHTMETHODE menu de juiste methode voor de CONTROL OUT poort overeenkomstig uw gebruik. (Bedieningsgids OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – OVERDRACHTMETHODE) N.B. • SCHAKEL UIT is de standaardinstelling voor het COMMUNICATIETYPE. • Maak de instellingen voor de communicatie in het COMMUNICATIE menu. Bij verkeerde instellingen wordt er geen juiste communicatie verkregen.
3.7.3 Communicatiepoort Voor de NETWERKBRUG functie stuurt u de gegevens vanaf de computer naar de projector met behulp van de Network Bridge Port (Netwerkbrugpoort) die geconfigureerd is in de "Port Settings (Poortinstellingen)" van de webbrowser. (3.1.4 Poortinstellingen – Network Bridge Port) N.B. • U kunt elk nummer tussen 1024 en 65535 instellen als het Network Bridge Port nummer. De standaardinstelling is 9717.
47
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.7.4 Overdrachtmethode De overdrachtmethode kan alleen in de menu's worden geselecteerd wanneer NETWERKBRUG is geselecteerd voor het COMMUNICATIETYPE. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – OVERDRACHTMETHODE) HALF DUPLEX VOLLEDIG DUPLEX 3.7.4.1 HALF DUPLEX Bij deze methode heeft de projector de beschikking over tweeweg-communicatie, maar slechts in één richting tegelijk, óf zenden óf ontvangen van gegevens. De projector kan bij deze methode geen gegevens vanaf de computer ontvangen terwijl de projector op responsgegevens vanaf een extern apparaat wacht. Nadat de projector de responsgegevens vanaf het externe apparaat heeft ontvangen of wanneer de responslimiettijd is verstreken, kan de projector de gegevens vanaf de computer ontvangen. Dit betekent dat de projector het zenden en ontvangen van de gegevens stuurt om de communicatie te synchroniseren. Om de HALF DUPLEX methode te gebruiken, stelt u de LIMIET RESPONSTIJD en de BYTES INTERVAL TIMEOUT in zoals hieronder is beschreven. TCP/IP-gegevens
Computer
Protocol-wijziging
Ethernet LAN-kabel
Seriële gegevens
RS-232C RS-232C kabel
Extern apparaat
Gegevens zenden Gegevens zenden Gegevens verwijderen
Limiet responstijd Reponsgegevens
Reponsgegevens
Gegevens zenden
1) Stel in het LIMIET RESPONSTIJD menu de wachttijd voor de responsgegevens van een extern apparaat in. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – LIMIET RESPONSTIJD ) SCHAKEL UIT 1s 2s 3s ( SCHAKEL UIT) 2) Als er gedurende een bepaalde tijd geen responsgegevens vanaf een extern apparaat worden ontvangen (BYTES INTERVAL TIMEOUT), gaat de projector ervan uit dat de ontvangst van responsgegevens is afgelopen, waarna opnieuw met zenden wordt begonnen. Als de tijd dat er geen responsgegevens worden ontvangen langer is dan de BYTES INTERVAL TIMEOUT, kan de projector niet alle gegevens ontvangen, waardoor het mogelijk is dat de computer het externe apparaat niet kan bedienen. S tel in het BYTES INTERVAL TIMEOUT menu de wachttijd voor de responsgegevens in overeenkomstig de eigenschappen van uw systeem. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – BYTES INTERVAL TIMEOUT ) 50ms 100ms 150ms 200ms ( 50ms) 48
3. Beheer met webbrowsersoftware
[1][2][3][4][5] LAN-kabel Computer
[6][7][8]
[1][2][3][4][5] Bedieningssignaalkabel [6][7][8]
[9][0]
Extern apparaat
t T (: bytes interval timeout) < t
N.B. • Bij gebruik van de HALF DUPLEX methode kan de projector maximaal 254 byte in een keer tegelijk zenden. • Als de responsgegevens van het externe apparaat niet bewaakt hoeven te worden en de LIMIET RESPONSTIJD op SCHAKEL UIT is ingesteld, kan de projector de gegevens vanaf de computer ontvangen en deze continu naar een extern apparaat zenden. SCHAKEL UIT is de standaardinstelling. 3.7.4.2 VOLLEDIG DUPLEX Bij deze methode heeft de projector de beschikking over tweeweg-communicatie, dit wil zeggen gelijktijdig zenden en ontvangen van gegevens, maar zullen de responsgegevens van het externe apparaat niet bewaakt worden. De computer en het externe apparaat zenden bij deze methode gegevens zonder dat dit synchroon verloopt. Als de gegevens gesynchroniseerd moeten worden, stelt u de computer in om de synchronisatie uit te voeren. N.B. • Als de computer de synchronisatie van het zenden en ontvangen van de gegevens regelt, is het mogelijk dat de computer het externe apparaat niet goed kan bedienen afhankelijk van de verwerkingsstatus van de projector.
49
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.8 Meerdere projectors tegelijk bedienen (gebruik van de SERIESCHAKELING functie) Dit model en de aanverwante modellen (neem contact op met uw dealer voor verdere informatie) zijn voorzien van een SERIESCHAKELING functie. Met behulp van de SERIESCHAKELING functie kunt u gelijktijdig vanaf de computer meerdere projectors bedienen die op een gedeelde RS-232C bus zijn aangesloten.
RS-232C kabel (cross) [Stroom AAN]
LAN-kabel
CONTROL IN poort
RS-232C kabel (cross)
RS-232C kabel (cross)
[Stroom AAN] Computer LAN poort CONTROL OUT poort
3.8.1 De apparaten aansluiten 1) Sluit een van de projectors die bediend moet worden op de computer aan. V oor de Ethernet-communicatie verbindt u de LAN poort van de projector met de LAN poort van de computer met behulp van een LAN-kabel. V oor de RS-232C communicatie verbindt u de CONTROL IN poort van de projector met de RS-232C poort van de computer met behulp van een RS232C kabel. 2) Verbind de CONTROL OUT poort van de projector die op de computer is aangesloten en de CONTROL IN poort van de tweede projector met behulp van een RS-232C kabel. V erbind daarna de CONTROL OUT poort van de tweede projector met de CONTROL IN poort van de derde projector. Volg dezelfde aanwijzingen voor het aansluiten van de andere projectors. N.B. • Schakel de stroom van de projector en de andere apparaten uit (met de netschakelaars) en haal de stekkers uit het stopcontact voordat u met de aansluitingen begint. • Pas de SERIESCHAKELING functie niet toe bij een systeem dat een RS232C bus-verdeler gebruikt. 50
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.8.2 Communicatie-instellingen 1) Stel de communicatieconditie in van de CONTROL IN poort van de projector die via RS-232C communicatie op de computer wordt aangesloten, overeenkomstig de specificaties van de RS-232C poort van de computer. Selecteer in het SERIEEL IN INSTELLINGEN menu de juiste baudsnelheid en pariteit. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – SERIEEL IN INSTELLINGEN/SERIEEL UIT INSTELLINGEN) 2) Stel dezelfde conditie in voor de CONTROL IN poort en de CONTROL OUT poort die met dezelfde RS-232C kabel met elkaar zijn verbonden. G ebruik voor het instellen van de baudsnelheid en de pariteit het SERIEEL IN INSTELLINGEN menu voor de CONTROL IN poorten en het SERIEEL UIT INSTELLINGEN menu voor de CONTROL OUT poorten. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – SERIEEL IN INSTELLINGEN/SERIEEL UIT INSTELLINGEN) Communicatieconditie Item BAUDSNELHEID
Conditie 4800bps/9600bps/19200bps/38400bps
PARITEIT
GEEN/ONEVEN/EVEN
Datalengte
8 bit (vast)
Startbit
1 bit (vast)
Stopbit
1 bit (vast)
3) Selecteer in het COMMUNICATIETYPE menu de SERIESCHAKELING voor elke projector. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – COMMUNICATIETYPE) N.B. • De baudsnelheid en de pariteit van de CONTROL IN poort hoeven niet te worden ingesteld wanneer de projector via Ethernet op de computer wordt aangesloten. • Bij verkeerde instellingen is het mogelijk dat er geen juiste communicatie met het externe apparaat is. 3.8.3 Communicatiepoort Wanneer de projector via Ethernet op de computer wordt aangesloten, zendt u de gegevens vanaf de computer naar de projector via gebruik van de TCP # 9718 poort.
51
3. Beheer met webbrowsersoftware
3.8.4 COMMUNICATIEGROEP / COMMUNICATIE ID Wanneer u bij de bediening van projectors in de SERIESCHAKELING een bepaalde projector afzonderlijk wilt bedienen of een bepaalde groep gelijktijdig wilt bedienen, stelt u de COMMUNICATIEGROEP en COMMUNICATIE ID voor elke projector in. Gebruik het COMMUNICATIEGROEP menu en COMMUNICATIE ID menu om de instellingen te maken. (Bedieningsgids - OPTIE menu - SERVICE – COMMUNICATIE – COMMUNICATIEGROEP / COMMUNICATIE ID) N.B. • De standaardinstelling voor de COMMUNICATIEGROEP is A en de standaardinstelling voor de COMMUNICATIE ID is 1. • Om bepaalde projectors afzonderlijk te bedienen, mag u niet dezelfde COMMUNICATIE ID voor deze projectors instellen. U kunt ook met opzet dezelfde COMMUNICATIE ID voor twee of meer projectors instellen wanneer u deze projectors tegelijk wilt bedienen, zoals bij de gelijktijdige bediening met de COMMUNICATIEGROEP. 3.8.5 Opdracht voor serieschakeling-bediening Voor de opdrachtregeling van de SERIESCHAKELING functie kunt u het “Technisch” gedeelte van de Bedieningsgids raadplegen. (Bedieningsgids Technical – Daisy Chain Communication)
52