HSE guidelines
S
december 2012
FLENSVERBINDINGEN
HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS
FLENSVERBINDINGEN
Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan gesloten installaties en systemen zijn strikte procedures van kracht. Er bestaat immers een risico op vallen, stoten en bekneld raken. Lees daarom de werkvergunning nauwkeurig en controleer of de beheersmaatregelen zoals omschreven, daadwerkelijk aanwezig zijn. Tref dan de voorzorgsmaatregelen die horen bij de werken die jij gaat uitvoeren.
Eenzelfde heldere taal spreken op gebied van Veiligheid, Gezondheid en Milieu en harmoniseren van regelgeving door primair te focussen op overeenkomsten tussen Maatschappijen en Contractors. Dat is het doel dat de bij HSElife UNIO aangesloten partijen nastreven.
2
FLENSVERBINDINGEN
FLENSVERBINDINGEN Het voorkomen van lekkages van gas en olieproducten is belangrijk vanwege mogelijke gevolgen voor de veiligheid op de locatie en voor het milieu. Eén van de belangrijkste bronnen van lekkage zijn de flensverbindingen in de installaties. Daarom zijn er strikte instructies om gegarandeerd ‘lekdichte’ flensverbindingen te realiseren. De hiervoor gekwalificeerde flensmonteurs en hun supervisors worden geacht die instructies te kennen en na te leven.
3
FLENSVERBINDINGEN
CONDITIE VAN PAKKINGEN EN BOUTEN/MOEREN Gebruik altijd nieuwe pakkingen of ringen. Gebruik bouten en moeren alleen opnieuw indien de draad en moer nog goed gangbaar zijn en zij geen zichtbare vervormingen of beschadigingen vertonen. Gebruik voorgeschreven grafietvet (Molycote P1000) als smeermiddel op de schroefdraad van bouten en moeren. Let op: disulphide houdende smeermiddelen zoals Molycote 3694 of Molycote G-N plus zijn niet toegestaan, hierdoor kan sulfide spannings-corrosie in het boutmateriaal ontstaan! Maak pakkingvlakken en groeven goed schoon en controleer of de pakkingvlakken vrij zijn van krassen (met name in de radiale richting) en/of van corrosie. Pakking & pakkingvlak zelf niet smeren! Let op bij het ‘breken’ van verbindingen of er geen oude asbesthoudende pakkingen aanwezig zijn (type CAF -
4
FLENSVERBINDINGEN
Compressed Asbestos Fibres en SWAF - Spiral Wound Asbestos Filled). Het verwijderen van asbesthoudende pakkingen kan in eigen beheer worden uitgevoerd mits voldaan is aan specifieke beheersmaatregelen*)
UITLIJNEN VAN FLENZEN Het goed uitlijnen van flenzen is van essentieel belang voor een gelijkmatige verdeelde drukkracht over de gehele pakking. De flenzen moeten voorafgaande aan de montage recht tegen over elkaar gebracht worden volgens onderstaande acceptatie criteria. Indien nodig is het gebruik van centreerpennen toegestaan. Voor bestaande flenzen in onderhoud is de geaccepteerde uitlijning en scheefstand een beoordeling van de competente flensmonteur zelf of zijn supervisor. Bij twijfel kan contact worden gezocht met de Inspectie of afdeling Maintenance Engineering. Controleer: de bouten moeten vrijwel moeiteloos met de hand door de boutgaten kunnen worden gestoken.
5
FLENSVERBINDINGEN
SELECTIE JUISTE BOUT/MOER/PAKKING zoet gas toepassingen B7 of L7 bout 2H moer zuur gas toepassingen B7M of L7M bout 2HM moer De identificaties staan meestal op de boutkop/moer zelf.
JUISTE FLENS-PAKKING-COMBINATIE Specifiek voor ‘ring joints’ gelden de volgende materiaalcombinaties met bijbehorende codering van de ring:
6
FLENSVERBINDINGEN
Voor ‘spiral wound’ pakkingen geldt voor alle typen flenzen dat de binnen- en buitenring van dit type pakking van RVS dient te zijn. Codering staat op de buitenring vermeld. Let op: bij een verkeerd gekozen flens-pakking-combinatie bestaat het risico van galvanische corrosie.
AANHALEN VAN BOUTVERBINDINGEN Gebruik (afhankelijk van flensdiameter en drukklasse) • handgereedschap • mechanische of hydraulische momentsleutel • hydraulische vijzel (‘bolt tensioning’)
7
FLENSVERBINDINGEN
MECHANISCHE OF HYDRAULISCHE MOMENTSLEUTEL Richtwaarden aanhaalmoment (B16.5 flenzen):
In de praktijk worden deze bouten aangehaald met een mechanische momentsleutel
In de praktijk worden deze bouten aangehaald met een hydraulische momentsleutel
HYDRAULISCH VIJZELEN (‘BOLT TENSIONING’) Raadpleeg de locatiebeheerder/supervisor*). *) Let op: er zijn maatschappijen die andere richtwaarden aanhouden.
8
FLENSVERBINDINGEN
AANHAALVOLGORDE VAN FLENSBOUTEN • Kruislings patroon (zie onderstaande patronen) • Patroon in 3 stappen herhalen: op 50%, 80% en 100% van de voorgeschreven waarde • Laatste stap: bout voor bout met de klok mee (op 100% van de voorgeschreven waarde) Patroon aanhaalvolgorde
9
FLENSVERBINDINGEN
CONSERVEREN VAN FLENSVERBINDINGEN (operatie temperatuur tussen –20 °C en 120°C) type flens
‘non-fixed' flenzen: flenzen waarvan het waarschijnlijk is dat deze binnen zes jaar (tijdens de grote stops of eerder) worden verbroken.
fixed' flenzen: flenzen die vrijwel nooit worden gebroken (permanente flensverbindingen)
conservering bouten en moeren aan buitenkant flens (of clamp)
toepassen van het wax-coating systeem op bout en moer (inclusief de locaal beschadigde buitenvlakken van de flens)
toepassing van organische coating (verf) op bout en moer (inclusief de locaal beschadigde buitenvlakken van de flens)
óf herstellen van de originele coating
óf herstellen van de originele coating
conservering tussen de flens
10
voor zowel fixed als non-fixed flenzen: conservering van de ruimte tussen de flenzen, inclusief schroefdraad (voor zover bereikbaar), met het wax-coating systeem (spuitbus)
FLENSVERBINDINGEN
Opmerking: ondanks de verhoogde corrosiebestendigheid dienen de in 2009 ingevoerde ‘zinc plated’ bouten & moeren ook te worden geconserveerd volgens bovenstaande tabel. Corroless CI400 (SAP MM 1001119238) heeft als wax coating de voorkeur, deze is in spuitbusvorm verkrijgbaar. Instructie aanbrengen wax-coating (uit te voeren ná flensmontage): • Bouten en moeren en/of de ruimte tussen de flenzen zo goed mogelijk ontroesten en ontvetten. • Bij gebruik Corroless: aanbrengen met spuitbus van de wax op de moeren en de ruimte tussen de flenzen (inclusief schroefdraad).
CONSERVEREN VAN FLENSVERBINDINGEN
(operatie temperatuur boven 120°C of onder -20°C)* *) Raadpleeg de locatiebeheerder/supervisor. Let op: er zijn maatschappijen die andere richtlijnen aanhouden.
GEBRUIK VAN TAPE Het permanent afplakken van flenzen met tape is niet toegestaan (gevaar voor ophoping van vocht). Uitzondering: leidingsystemen die freon bevatten (t.b.v. detectie van freon lekkages).
11
FLENSVERBINDINGEN
FLENS REGISTRATIE & FLENS LABELLING EISEN Om een controle op de uitgevoerde werkzaamheden te kunnen uitvoeren dient de rapportage / registratie van alle flensverbindingen te geschieden in overeenstemming met het voorbeeld ‘flens registratie formulier’. Tevens dienen alle verbindingen van een ‘label’ te worden voorzien die fysiek op of aan de betreffende flens is geplaatst. Een voorbeeld van zo’n label is hieronder weergegeven.
12
FLENSVERBINDINGEN
OPLEIDINGSEISEN Werkzaamheden aan flensverbindingen mogen alleen worden uitgevoerd door gecertificeerde flensmonteurs. Geldigheidsduur van de training 5 jaar.
VRAGEN? MEER INFORMATIE? Je kunt altijd terecht bij de locatie beheerder/supervisor.
Deelnemende partijen aan HSElife UNIO zijn: SHELL/NAM
Chevron
TAQA Energy
GDF SUEZ
Centrica Energy Upstream
Vermilion Energy
Oranje-Nassau Energie
Dana Petroleum
CASOS
TOTAL
13
LMRA Laatste Minuut Risico Analyse STEL JEZELF DE VOLGENDE VRAGEN: Weet ik wat ik moet doen? Is de werkplek veilig (gesteld)? Zijn alle veiligheidsvoorschriften aan mij uitgelegd? Ken ik de gevaren van mijn werk (opdracht)? Heb ik de juiste veiligheidsmiddelen (PBM)? Heb ik het juiste gereedschap? Is al mijn gereedschap gekeurd? Heb ik er alles aangedaan risico’s zo klein mogelijk te maken? Als het toch fout gaat, weet ik dan wat ik moet doen? Alles JA: start (of hervat) de werkzaamheden. Bij NEE of twijfel: ga naar de leidinggevende en bespreek de situatie.
HSE LIFE