Hogeschool NTI TNO Integrale Veiligheid
© Netherlands Quality Agency (NQA) Maart 2011
2/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Managementsamenvatting Dit rapport is het verslag van het auditteam dat in opdracht van Netherlands Quality Agency (NQA) een nieuwe hbo-bacheloropleiding heeft beoordeeld. Het onderzoek heeft plaatsgevonden in het kader van Toets Nieuwe Opleiding in hogere beroepsopleidingen. Het beschrijft de bevindingen, overwegingen en conclusies. Het rapport is conform het NQA Protocol 2010 TNO hbo-bacheloropleiding opgesteld. De rapportage heeft betrekking op: Instelling Opleiding(en) Variant(en) Croho-nummer Locatie(s) Auditdatum Auditteam
Hogeschool NTI TNO Integrale Veiligheid deeltijd/afstandsonderwijs 39201 n.v.t. (afstandsonderwijs) 30 september 2010 De heer mr. drs. E.J. Emde (voorzitter en vakdeskundige) De heer prof. dr. G.F. Vermeulen (vakdeskundige) De heer dr. H.G.K. Hummel (vakdeskundige) Mevrouw L. Tukkers (studentlid auditteam) Mevrouw drs. P. Göbel (NQA-auditor)
Door Hogeschool NTI is een dossier ingediend bij NQA voor de beoordeling van de nieuwe hbo-bacheloropleiding Integrale Veiligheid. Bij de aanvraag werd door de instelling een kritische reflectie aangeboden die naar vorm en inhoud voldeed aan de eisen die NQA in het NQA Protocol 2010 TNO hbo-bacheloropleiding stelt. Voor de beoordeling van de kwaliteit en het niveau van de nieuwe opleiding heeft NQA een auditteam samengesteld, dat voldoet aan de eisen van de NVAO. Het team heeft de kritische reflectie bestudeerd en twee bezoeken aan de opleiding gebracht. De kritische reflectie en alle overige (mondeling en schriftelijk) verstrekte informatie hebben het auditteam in staat gesteld om tot een weloverwogen oordeel te komen. Tijdens het eerste bezoek aan de opleiding, op 30 september 2010, heeft het auditteam een aantal kanttekeningen geplaatst bij het programma, de toekenning van studiepunten en de digitale leeromgeving. De opleiding heeft toen besloten eerst een aantal verbeteringen aan te brengen alvorens het visitatieproces te vervolgen. In december heeft het auditteam een aantal documenten toegestuurd gekregen. Vervolgens heeft de opleiding in de eerste twee maanden van 2011 het programma en de daarop aansluitende beroepsopdrachten en praktijktrainingen herzien. Op 23 maart heeft een delegatie van het auditteam de opleiding opnieuw bezocht. De belangrijkste veranderingen betreffen: 1. de opleiding heeft haar ambitieniveau bijgesteld: competenties worden als basis voor het programma gebruikt, maar niet als onderwijskundige vorm. Daarvoor hanteert de opleiding het bij NTI Hogeschool gangbare didactische model van blended learning. 2. In het programma is in het eerste jaar meer nadruk op vakken over integrale veiligheid gelegd en minder op algemene vakken. 3. De opleiding heeft de studiepunten anders verdeeld.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
3/55
Samenvatting De eindkwalificaties (elf competenties) van de opleiding sluiten aan bij de kernopgaven die landelijk zijn vastgesteld en daarmee bij de landelijke competenties die bij de kernopgaven zijn geformuleerd. De opleiding heeft de elf competenties aangevuld met twee generieke competenties van de Commissie-Franssen. De opleiding gebruikt de Dublin descriptoren om het niveau aan te duiden. De opleiding heeft aangegeven welke aspecten uit de kernopgaven en competenties bij een descriptor horen, waarmee de opleiding het niveau van hbo-bachelor heeft aangetoond. Het auditteam heeft vastgesteld dat het opleidingsprofiel en de opleidingscompetenties in nauw overleg met het beroepenveld tot stand zijn gekomen en aansluiten bij het landelijke profiel en de landelijke competenties. De beroepenveldcommissie heeft duidelijk aangegeven dat er behoefte aan afgestudeerden van een integrale veiligheidsopleiding bestaat. Het auditteam heeft in september 2010 een programma gezien waarin met name in het eerste jaar veel aandacht voor algemene vorming en minder voor integrale veiligheid was. Tijdens het tweede bezoek aan de opleiding, in maart 2011, lag er een programma met meer aandacht voor integrale veiligheid en multidisciplinair samenwerken waardoor studenten in staat zijn de relevante beroepsvaardigheden te ontwikkelen. Het auditteam heeft veel waardering voor de inbreng van de beroepenveldcommissie en de docenten. Het nieuwe programma sluit beter aan bij de ambities in het zelfevaluatierapport. De opleiding gebruikt algemene literatuur en actuele informatie voor integrale veiligheid voor de kennisontwikkeling bij studenten. De casuïstiek in de beroepsopdrachten en praktijktrainingen is afkomstig uit de beroepspraktijk. De beroepenveldcommissie is bereid nieuwe casussen te leveren. De opleiding zal via gastdocenten de actuele beroepspraktijk in het programma brengen. Het auditteam stelt vast dat de opleidingscompetenties zijn uitgewerkt in leerdoelen op drie niveaus. De leerdoelen uit de Factsheets komen overeen met de landelijke competenties en/of met de generieke hbo-kwalificaties van de Commissie-Franssen. Bij het eerste bezoek aan de opleiding stelde het auditteam vast dat de visie op onderwijs bij de betrokkenen zeer gedifferentieerd was. Bij het tweede bezoek bleek dat er een meer eenduidige visie op het onderwijs is ontstaan. De opleiding gaat uit van blended learning en een thematische aanpak met praktijktrainingen en integratieve beroepsopdrachten. Het auditteam is van mening dat de opleiding een samenhangend programma heeft opgesteld. Kennis en vaardigheden uit de modulen van een themablok komen samen in de integratieve beroepsopdracht. De verticale samenhang blijkt uit de oplopende moeilijkheidsgraad en de eventueel vereiste voorkennis uit andere modulen. Studenten kunnen tijd- en plaatsonafhankelijk studeren, waardoor zij zelf hun tempo kunnen bepalen. De opleiding hanteert de wettelijke vooropleidingseisen en sluit aan bij de kwalificaties van instromende studenten door het opstellen van een individueel studieplan. Het auditteam stelt vast dat de opleiding een programma heeft samengesteld bestaande uit 240 EC, waarmee het aan de formele eisen voldoet.
4/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Het auditteam is van mening dat de docenten met wie het gesproken heeft, in staat zullen zijn om de verbinding tussen opleiding en beroepspraktijk te leggen. Docenten hebben naast hun taken bij de opleiding een baan in het werkveld van integrale veiligheid. De docenten hebben voldoende vakinhoudelijke kennis en zijn didactisch gekwalificeerd om het onderwijs te verzorgen. Wel wil het auditteam het belang van een integrale en multidisciplinaire benadering benadrukken die meer van docenten vraagt dan specialistische kennis. Het docententeam wordt aangevuld met deskundigheid op het gebied van onderzoek. Het auditteam is van mening dat NTI Hogeschool voldoende capaciteit vrijmaakt om de opleiding te ontwikkelen en te starten. De hogeschool kan gebruik maken van de netwerken van de docenten en van de leden van de beroepenveldcommissie voor het verder invullen van vacatures en zoeken van specialisten. Het auditteam verwacht dat met de aanstelling van de hoofddocent de inhoudelijke en organisatorische ontwikkeling van de opleiding een verdere impuls zal krijgen. Het auditteam stelt vast dat de opleiding met de digitale leeromgeving een werkend communicatiemedium voor studenten en docenten heeft, hoewel de mogelijkheden voor multidisciplinair samenwerken beperkt lijken. Het auditteam is positief over de aanstelling van een coördinator voor het verder ontwikkelen van de digitale leeromgeving en de ideeën die NTI Hogeschool op dit gebied heeft. De opleiding heeft de begeleiding van studenten adequaat vormgegeven. Via de digitale leeromgeving kan zij de voortgang van een student bewaken. Het auditteam heeft vastgesteld dat er een systeem voor kwaliteitszorg binnen Hogeschool NTI wordt gebruikt dat ook voor de opleiding Integrale Veiligheid gaat gelden. De opleiding heeft de betrokkenheid van medewerkers, studenten en externe belanghebbenden adequaat geregeld. De opleiding moet nog van start gaan, zodat er voorlopig nog geen afgestudeerden zullen zijn. Hogeschool NTI geeft studenten de garantie dat zij het programma volledig kunnen doorlopen. Hogeschool NTI stelt voldoende middelen beschikbaar, zodat de opleiding geschikt personeel kan aantrekken om de opleiding te realiseren. Het auditteam heeft geen reden om te twijfelen aan de mogelijkheden van Hogeschool NTI om eventuele aanloopverliezen op te vangen. Alles overziend komt het auditteam van NQA tot de conclusie dat de kwaliteit en het niveau van de nieuwe hbo-bacheloropleiding Integrale Veiligheid van Hogeschool NTI aan de vereiste basiskwaliteit voldoet. Een onderbouwing van deze conclusie is opgenomen in hoofdstuk 2.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
5/55
6/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
1
Basisgegevens
2
Beoordeling
3
9
13
2.1
Doelstellingen van de opleiding
13
2.2
Programma
17
2.3
Inzet van personeel
26
2.4
Voorzieningen
29
2.5
Interne kwaliteitszorg
31
2.6
Condities voor continuïteit
33
Bijlagen
35
Bijlage 1
Deskundigheden auditteam
37
Bijlage 2
Onafhankelijkheidsverklaring auditteam
43
Bijlage 3
Bezoekprogramma
49
Bijlage 4
Bijlagen zelfevaluatie en ter inzage gelegd materiaal
51
Bijlage 5
Domeinspecifieke referentiekader en opleidingscompetenties
53
Bijlage 6
Curriculumoverzicht Integrale Veiligheid (versie september 2010)
54
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
7/55
8/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
1
Basisgegevens
De basisgegevens van de nieuwe hbo-bacheloropleiding Integrale Veiligheid zijn in onderstaande tabel weergeven. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
Naam instelling Status instelling Naam opleiding in CROHO Registratienummer in CROHO Oriëntatie en niveau Aantal studiepunten Afstudeerrichting(en) Locatie(s) Code of conduct Variant(en) Inhoudelijk profiel opleiding
12. Beoogd werkveld alumni
Hogeschool NTI Rechtspersoon hoger onderwijs TNO Integrale Veiligheid 39201 Hbo-bachelor (artikel 7.21, lid 3 WHW) 240 EC n.v.t. (afstandsonderwijs) deeltijd/afstandsonderwijs De opleiding Integrale Veiligheid kwalificeert personen voor een integrale benadering van het brede terrein van veiligheid en leefbaarheid. De opleiding zorgt daarmee voor het verkrijgen van kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshouding die nodig zijn bij de voorbereidende en uitvoerende activiteiten in het kader van staf- en lijnfuncties op dit werkterrein. Er zijn een drietal functiebenamingen: Integrale Veiligheidskundige, Interactieve Beleidskundige en Manager. De startfunctie voor de afgestudeerde Integrale Veiligheidskundige zal doorgaans van het type ‘expert integrale veiligheid’ zijn. Van hieruit kan hij/zij door werkervaring vaak doorgroeien. Bij de ‘expert integrale veiligheid’ gaat het om een uitvoerende en beleidsvoorbereidende functie op het terrein van Integrale Veiligheid. De functionaris draagt vanuit een multidisciplinair gezichtspunt en een integrale blik op veiligheid bij aan integrale producten. In het publieke domein kan gedacht worden aan: - Medewerkers op het terrein van integraal veiligheidsbeleid bij gemeenten en soms ook provincies of het rijk; - Medewerker pro-actie en preventie bij overheden en overheidsinstellingen als politie, brandweer en gezondheidsdiensten op het terrein van pro-actie en preventie van rampen en ongevallen. In het private domein kan gedacht worden aan: - Medewerker integrale veiligheidszorg in een bedrijf of (overheids-)instelling die zich bezighoudt met beleidsvoorbereidende (en soms coördinerende) taken ten aanzien van zowel beveiliging als fysieke veiligheid binnen het bedrijf; - De expert kan ook werkzaam zijn als docent, onderzoeker of consultant veiligheid.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
9/55
13. Plaats opleiding in organisatiestructuur hogeschool
De opleiding Integrale Veiligheid valt onder de verantwoordelijkheid van de Business Unit Manager Hogeschool NTI. De uitvoering ligt bij de toetscoördinatie en de opleidingscoördinatie, in samenwerking met het docententeam en de afdeling Kwaliteitszorg en Onderwijsinnovatie.
14. Jaar vorige visitatie en datum besluit NVAO 15. Belangrijkste wijzigingen in opleiding sinds vorige visitatie 16. Schema opbouw programma
n.v.t. n.v.t.
Programma Integrale Veiligheid (maart 2011) INTEGRALE VEILIGHEID – JAAR 1 Leervak Themablok Brede Professionalisering 6002 Studie- en BeroepenOriëntatie 6007 Schriftelijke Communicatie 6052 Projectmanagement 6008 Methoden van Onderzoek I 14 EC Leervak Themablok Inleiding Integrale Veiligheid 6421 Oriëntatie op Integrale Veiligheid Oriëntatie op Integrale Veiligheid in de praktijk 6422 Bedrijfskunde 6423 Bestuurskunde Engels in de veiligheidsbranche 6425 Wet & Regelgeving IV 6426 Beroepsopdracht Thema Inleiding Integrale Veiligheid 32 EC Leervak Themablok Leefbaarheid 6427 Integraal Veiligheidsbeleid 6428 Sociaal Maatschappelijke Veiligheid 6444 PPS (publieke & private samenwerking 6429 Beroepsopdracht Thema Leefbaarheid 14 EC
10/55
EC
Examenvorm
2
Praktijkdag
4 4 4
Examen Thuisopdracht Examen
EC
Examenvorm
6
Examen
4 4 4 6 6 2
Praktijkdag Examen Examen Examen Praktijkdag Thuisopdracht
EC 4 4
Examenvorm Examen Examen
4
Praktijkdag
2
Thuisopdracht
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
INTEGRALE VEILIGHEID – JAAR 2 Leervak Themablok Beleid & Strategie 6440 Veiligheid vanuit Internationaal Perspectief 6441 Risicoperceptie & Scenariodenken 6442 Politicologie Massapsychologie en Veiligheidsbeleving 6443 Beroepsopdracht Thema Beleid & Strategie 22 EC Leervak Themablok Fysieke Veiligheid 6430 Beveiliging Evenementen & Crowd Control 6431 Crisismanagement 6432 Logistieke Veiligheid 6433 Veiligheid in Organisatie en Industrie 6435 Operationele Hulpverlening 6436 Beroepsopdracht Thema Fysieke Veiligheid 24 EC Leervak Themablok Maatschappelijke Integriteit 6424 Ethiek 6437 Criminologie 6438 Digitale Criminaliteit 6439 Beroepsopdracht Thema Maatschappelijke Integriteit 14 EC
EC
Examenvorm
6
Examen
4
Praktijkdag
4 6 2
Examen Praktijkdag Thuisopdracht
EC
Examenvorm
6
Examen
4 4 4
Praktijkdag Examen Werkbezoek
4 2
Examen Thuisopdracht
EC
Examenvorm
4 4 4 2
Examen Examen Examen Thuisopdracht
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
11/55
INTEGRALE VEILIGHEID – JAAR 3 Leervak Themablok Multidisciplinaire Integratie 6181 Verandermanagement 6178 Methoden van Onderzoek II 6420 Bedrijfsprocesanalyse Veiligheid en Economie 22 EC Leervak Minor 1: Veiligheid in de Private Sector 6447 Systeemauditing (bedrijfsbezoek) 6448 Securitymanagement 6449 Safetymanagement 6450 Arbeidsomstandigheden 6451 Quality Assurance & Managementsystemen 6452 Beroepsopdracht Thema Veiligheid in de Private Sector 38 EC Leervak Minor 2: Veiligheid in de Publieke Sector 6453 Nationale Veiligheid en Veilige Samenleving (bedrijfsbezoek) 6454 Veiligheidregio’s en de Publieke Taak 6455 Terrorismebestrijding 6456 Intelligence 6457 Criminaliteitspreventie 6458 Beroepsopdracht Thema Veiligheid in de Publieke Sector 38 EC Werkervaring/stage Afstuderen
EC
Examenvorm
6 4 6 6
Examen Examen Examen Examen
EC
Examenvorm
8 6 6 6 6
Examen/Praktijk Examen Examen Examen Examen
6
Thuisopdracht
EC
Examenvorm
8
Examen/Praktijk
6
Examen
6 6 6 6
Examen Examen Examen Thuisopdracht
30 30
Examen Examen
60 EC
12/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
2
Beoordeling
Het auditteam komt samenvattend tot het volgende oordeel over de opleiding: Onderwerp 1 Doelstellingen
Oordeel P
2 Programma
P
3 Inzet personeel
P
4 Voorzieningen
P
5 Interne kwaliteitszorg
P
6 Condities voor continuïteit
P
Facet 1.1 Domeinspecifieke eisen 1.2 Niveau 1.3 Oriëntatie hbo 2.1 Eisen hbo 2.2 Relatie doelstellingen – programma 2.3 Samenhang programma 2.4 Studielast 2.5 Instroom 2.6 Duur 3.1 Eisen hbo 3.2 Kwantiteit 3.3 Kwaliteit 4.1 Materiële voorzieningen 4.2 Studiebegeleiding 5.1 Systematische aanpak 5.2 Betrokkenheid 6.1 Afstudeergarantie 6.2 Investeringen 6.3 Financiële voorzieningen
Oordeel V V V V V V V V V V V V V V V V V V V
Het auditteam stelt vast dat de kwaliteit en het niveau van de nieuwe hbo-bacheloropleiding Integrale Veiligheid van Hogeschool NTI aan de vereiste basiskwaliteit voldoet en adviseert de NVAO positief ten aanzien van de accreditatie van deze opleiding. Het auditteam beschrijft in de volgende paragrafen per onderwerp en per facet van het NVAO beoordelingskader de bevindingen, overwegingen en conclusies. Elke paragraaf sluit af met een samenvattend oordeel op onderwerpniveau.
2.1
Doelstellingen van de opleiding
Domeinspecifieke eisen (facet 1.1) De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Bevindingen • De opleiding baseert zich voor haar opleidingscompetenties (NTI Opleidingsprofiel Integrale Veiligheid, NTI Hogeschool, augustus 2010) op de competenties uit het landelijke beroepsprofiel (Beroepsprofiel HBO-opleiding Integrale Veiligheid, 2004).
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
13/55
•
•
•
In het landelijke beroepsprofiel zijn vier resultaatgebieden geformuleerd, voortkomend uit de domeincompetenties bachelor of administration. Dit zijn leefbaarheid, fysieke veiligheid, maatschappelijke integriteit, en beleid en strategie. Binnen de resultaatgebieden zijn vervolgens elf kernopgaven geformuleerd met per kernopgave een aantal competenties, 49 in totaal. De opleiding Integrale Veiligheid heeft de resultaatgebieden in het tweede studiejaar expliciet aan modulen gekoppeld, zie het curriculumschema in hoofdstuk 1. De opleiding heeft de 49 landelijke competenties bij de kernopgaven als competentieindicatoren c.q. leerdoelen genomen. De opleiding heeft, gekoppeld aan de elf kernopgaven, elf opleidingsspecifieke competenties, geformuleerd: 1. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze lokaal Integraal Veiligheidsbeleid aan te pakken; 2. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze bij te dragen aan het vergroten van de sociaal-maatschappelijke veiligheid; 3. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze bij te dragen aan het beveiligen van (grote publieks-)evenementen; 4. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze op te treden bij rampen en crises; 5. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze een bijdrage te leveren aan een integrale aanpak van veiligheid in organisaties en industrie; 6. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze operationele hulpverlening te bieden; 7. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze en nadrukkelijk integrale manier de veiligheid bij mobiliteit te borgen; 8. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze een bijdrage te leveren aan de beheersing van criminaliteit; 9. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze informatie, personen en objecten te beveiligen; 10. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze en nadrukkelijk vanuit een integrale aanpak aan veiligheid vanuit internationaal perspectief te werken; 11. De Bachelor Integrale Veiligheid is in staat om op adequate wijze en nadrukkelijk vanuit een integrale aanpak aan beleidsontwikkeling IV in de 21e eeuw te werken. Hoewel het auditteam herkent dat de competenties een herformulering van de kernopgaven zijn, heeft het in eerste instantie geen tabel aangetroffen waarin de elf competenties op een heldere wijze aan de 49 landelijke competenties gerelateerd worden. In het aanvullende materiaal (Aanvulling zelfevaluatie HBO Integrale Veiligheid, NTI Hogeschool, december 2010) heeft de opleiding een competentiematrix opgesteld waarin de opleidingscompetenties worden gerelateerd aan de landelijke competenties. De opleiding gebruikt naast de specifieke opleidingscompetenties ook de generieke hbo-kwalificaties van de Commissie-Franssen: 12. Sociaal-communicatieve competentie; 13. Zelfsturende competentie.
14/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
•
•
De opleiding Integrale Veiligheid van Hogeschool NTI heeft zich vergeleken met drie andere, vergelijkbare opleidingen. Bij Hogeschool NTI kent het programma een iets afwijkende opbouw, omdat de opleiding in verband met de overzichtelijkheid modulair wordt aangeboden. Onderdelen worden geconcentreerd in acht thema’s aangeboden, waar bij andere opleidingen meer met projecten wordt gewerkt. Hogeschool NTI werkt net als andere opleidingen met authentieke opdrachten. Hogeschool NTI biedt, in overleg met de beroepenveldcommissie, twee minoren aan: Veiligheid in de publieke sector en Veiligheid in de private sector. Bij de andere opleidingen kunnen studenten uit meer minoren kiezen. Hogeschool NTI geeft de opleiding geen dominante inkleuring, maar laat studenten via de minoren zelf kiezen voor de publieke of private sector. Het auditteam heeft vastgesteld dat de ambities in het landelijk profiel en de daarvan afgeleide opleidingscompetenties bijzonder hoog liggen.
Overwegingen De eindkwalificaties (elf competenties) van de opleiding sluiten expliciet aan bij de kernopgaven die landelijk zijn vastgesteld en daarmee bij de landelijke competenties die bij de kernopgaven zijn geformuleerd. Het auditteam heeft een tabel gemist waarin de relatie tussen de opleidingscompetenties en de landelijke competenties wordt gelegd. Conclusie Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam op het facet domeinspecifieke eisen tot het oordeel voldoende.
Niveau bachelor (facet 1.2) De beoogde eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een bachelor. Bevindingen • De competenties en leerdoelen (competentie-indicatoren gekleurd naar de context van een module) sluiten aan bij de Dublin descriptoren. In een overzicht in het zelfevaluatierapport (Integrale Veiligheid, Zelfevaluatierapport, september 2010) laat de opleiding zien hoe deze descriptoren voor de opleiding gelden. Deze beschrijvingen van het bachelorniveau zullen worden verwerkt in de beoordelingsformulieren voor verschillende producten die studenten moeten opleveren (zie ook 2.2). Het auditteam heeft geen matrix aangetroffen waarin de opleidingscompetenties aan de Dublin descriptoren worden gerelateerd. • De opleiding wil het bachelorniveau borgen door een transparante en herkenbare toepassing van de Dublin descriptoren. Voor de descriptor kennis en inzicht moet de bachelor integrale veiligheid bijvoorbeeld beschikken over een breed scala aan kennis en inzicht over leefbaarheid, fysieke veiligheid, maatschappelijke integriteit, en beleid en strategie. Voor de descriptor oordeelsvorming moet de afgestudeerde zich een beeld kunnen vormen op basis van een brede hoeveelheid informatie. Hij kan actuele ontwikkelingen binnen integrale veiligheid en van toepassing zijnde regelgeving interpreteren voor de aanpak van vraagstukken van bedrijven en organisatie.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
15/55
•
•
De competenties uit het opleidingsprofiel dienen binnen een module tot een bepaald niveau te worden ontwikkeld. Aan het eind van de studie dienen alle competenties op bachelorniveau te zijn gerealiseerd. De opleiding onderscheidt drie niveaus van competenties: 1. enkelvoudige taken, 2. meervoudige taken met meerdere en veranderlijke factoren, en 3. meervoudige, complexe taken met belangen- en waardentegenstellingen die de student zelfstandig uitvoert. Van de elf competenties moeten de studenten er negen op niveau 3 bereiken en twee op niveau 2 (competentie 6: operationele veiligheid en competentie 8: beheersing criminaliteit). In NTI Opleidingsprofiel Integrale Veiligheid (NTI Hogeschool, augustus 2010) is een matrix opgenomen waarin per module aangegeven is welke competenties op welk niveau aan bod komen. Verder heeft de opleiding in het aanvullende materiaal (Aanvulling zelfevaluatie HBO Integrale Veiligheid, NTI Hogeschool, december 2010) een overzicht meegestuurd waarin de opleidingscompetenties, gekoppeld aan de landelijke competenties, zijn beschreven in meetbaar gedrag op de drie niveaus.
Overwegingen Het auditteam heeft vastgesteld dat de opleiding per Dublin descriptor heeft aangegeven welke aspecten uit de kernopgaven en competenties bij de descriptor horen, waarmee de opleiding het niveau van hbo-bachelor heeft aangetoond. Conclusie Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam op het facet niveau bachelor tot het oordeel voldoende.
Oriëntatie hbo bachelor (facet 1.3) De beoogde eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. De eindkwalificaties weerspiegelen het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een hbo-opleiding vereist of dienstig is. Bevindingen • Veiligheid speelt een belangrijke rol in de samenleving door ontwikkelingen op het gebied van terrorisme, technologie, maatschappij en politiek. Hierdoor is er meer behoefte ontstaan aan een integrale benadering van veiligheidzorg en veiligheidsbeleid. De beroepenveldcommissie gaf aan dat security management zich de laatste jaren sterk ontwikkeld heeft. Er is behoefte aan breed opgeleide veiligheidsdeskundigen die op het niveau van het management kunnen communiceren. • De opleiding baseert zich voor haar beroepsprofiel op het landelijke beroepsprofiel (Beroepsprofiel HBO-opleiding Integrale Veiligheid, 2004). Afgestudeerden kunnen in de volgende drie kernfuncties terecht komen: integraal veiligheidsdeskundige, interactieve beleidskundige en manager. De opleiding Integrale Veiligheid wil studenten opleiden voor een integrale benadering van het brede terrein van veiligheid en leefbaarheid (zie de eerste bullit). De studenten verkrijgen kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshouding
16/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
•
•
die nodig zijn bij de voorbereidende, uitvoerende, beleidsmatige en adviserende activiteiten in staf- en lijnfuncties op dit werkterrein. Bijvoorbeeld als integrale veiligheidskundige, interactieve beleidskundige of manager (NTI Opleidingsprofiel Integrale Veiligheid, NTI Hogeschool, augustus 2010). De startfunctie van de afgestudeerde zal meestal integraal veiligheidskundige zijn waarbij het om een uitvoerende en beleidsvoorbereidende functie gaat. In de publieke sector gaat het bijvoorbeeld om functies bij gemeenten en overheidsinstellingen als politie, brandweer en gezondheidsdiensten. In de private sfeer kan gedacht worden aan medewerker integrale veiligheidszorg bij bedrijven, of aan docent, onderzoeker of consultant veiligheid. Het opleidingsprofiel met de visie op het beroep en de opleiding is in nauw overleg met een delegatie uit het beroepenveld tot stand gekomen. Dit profiel is vervolgens naast het landelijke profiel gelegd waarmee het overeen bleek te komen. In het opleidingsprofiel wordt uitgegaan van studenten die reeds werkzaam zijn in relevante functies of in de een relevante beroepspraktijk. De opleiding heeft een beroepenveldcommissie samengesteld, bestaande uit zes vertegenwoordigers van het werkveld die alle minimaal op bachelorniveau functioneren.
Overwegingen Het auditteam heeft vastgesteld dat het opleidingsprofiel en de opleidingscompetenties in nauw overleg met het beroepenveld tot stand zijn gekomen en aansluiten bij het landelijke profiel en de landelijke competenties. De beroepenveldcommissie heeft duidelijk aangegeven dat er behoefte aan afgestudeerden van een integrale veiligheidsopleiding bestaat. Conclusie Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam op het facet oriëntatie hbobachelor tot het oordeel voldoende. Samenvattend oordeel Doelstellingen opleiding Alle facetten zijn met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp ‘Doelstelling opleiding’ positief.
2.2
Programma
Eisen hbo (facet 2.1) Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied/de discipline. Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
17/55
Bevindingen • Het programma van de opleiding omvat veertig modulen verdeeld over acht themablokken met als afsluiting een stageperiode en een afstudeerproject. (zie schema in hoofdstuk 1). Studenten zijn meestal werkzaam in veiligheidsfuncties waardoor zij geen problemen met de context van integrale veiligheid hebben. • De opleiding kiest voor een breed programma, in lijn met de student die zich binnen het vakgebied Integrale Veiligheid verder wil ontwikkelen tot specialist of manager. Bij de herziening van het programma, in overleg met docenten en de beroepenveldcommissie, heeft de opleiding dezelfde themablokken aangehouden, maar de nadruk is meer op integrale veiligheid gelegd. In het eerste jaar zijn daarom de themablokken Brede Professionalisering (gericht op beroep, 14 EC) en Inleiding Integrale Veiligheid (vakinhoudelijke kennis, 32 EC) opgenomen. In het eerste en het tweede jaar komen de resultaatgebieden Leefbaarheid, Fysieke Veiligheid, Maatschappelijke Integriteit, en Beleid en Strategie in de themablokken aan bod. In het derde jaar staat de competentieontwikkeling van de manager centraal in het blok Multidisciplinaire Integratie, daarnaast kiezen studenten één van de twee minoren. Het laatste jaar bestaat uit stage en afstuderen. Het auditteam is van mening dat met het herziene programma het realiseren van de beoogde competenties haalbaarder is geworden. • Kennisontwikkeling vindt vooral plaats via vakliteratuur. Op de lijst staan bijvoorbeeld de volgende standaardwerken: Basisboek Integrale Veiligheid, Bedrijfsethiek voor het HBO en Projectmanagement (Grit). Het auditteam stelt vast dat de literatuur nog erg algemeen van aard is, meer gericht op een bacheloropleiding business administration dan op een opleiding integrale veiligheid. Als voorbeelden noemt het auditteam de inhoud en literatuur van de modules Engels en rechten. Tijdens het tweede bezoek bleek dat de docenten nu bij de invulling van deze modulen integrale veiligheid als uitgangspunt nemen. Verder willen de docenten dat studenten bij opdrachten de managementsamenvatting in het Engels schrijven. De opleiding heeft in het aanvullende materiaal ook een vernieuwde literatuurlijst opgenomen waarin nog ontbrekende literatuur is aangevuld. Van de docenten heeft het auditteam vernomen dat er gekozen is voor een brede aanpak en kennisontwikkeling in het eerste jaar waarbij de context van integrale veiligheid in de opdrachten terug komt. De beroepenveldcommissie gaf aan dat pas de laatste jaren meer over integrale veiligheid is gepubliceerd. Er blijkt een databank met casuïstiek en literatuur in ontwikkeling te zijn. Via de digitale leeromgeving zal de opleiding de vakliteratuur aanvullen met vakgerelateerde, actuele artikelen. De beroepenveldcommissie en de curriculumcommissie zullen de opleiding tweejaarlijks adviseren over de te gebruiken vakliteratuur en over de actualiteit van het programma. • Elk themablok wordt afgesloten met een integratieve beroepsopdracht gebaseerd op een authentieke casus afkomstig uit de actuele beroepspraktijk, bijvoorbeeld een crisisplan, risicoanalyse of een adviesrapport personele veiligheid. De bedrijfscontexten die als uitgangspunt zullen worden genomen, kunnen in overleg met de beroepenveldcommissie tot stand komen, zoals uit de gesprekken is gebleken. De beroepenveldcommissie is bereid casuïstiek voor de opleiding te leveren en wil ook haar netwerk beschikbaar te stellen, bijvoorbeeld in verband met het vinden van geschikte stageplekken. Leden van de beroepenveldcommissie zijn betrokken bij praktijktrainingsdagen, bijvoorbeeld voor speeddaten. Via de beroepenveldcommissie en ook via de beroepspraktijk waarin de
18/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
•
•
•
meeste docenten naast hun lesgevende taak werkzaam zijn, zijn er voldoende mogelijkheden om actuele ontwikkelingen te signaleren en in het curriculum op te nemen. De beroepenveldcommissie benadrukt in het gesprek met het auditteam het belang van de coördinatorische scope die afgestudeerden moeten hebben om communicatieve en culturele beperkingen bij betrokken te kunnen overbruggen. Via de aangereikte kennis leren studenten vanuit diverse perspectieven naar veiligheidsaspecten te kijken. De multidisciplinaire benadering moet tijdens de studie in casussen worden geoefend bijvoorbeeld aan de hand van rollenspelen en filmpjes. De beroepenveldcommissie gaf aan dat dit aspect in het programma nog verder moet worden uitgewerkt. Uit de aanvulling op de documentatie blijkt dat de opleiding in de praktijktrainingen, maar ook in reflecties en huiswerk- en beroepsopdrachten nadrukkelijk aandacht aan communiceren en samenwerken wil schenken. Aangezien de opleiding als afstandsonderwijs wordt aangeboden, wordt het aantal samenwerkingsopdrachten beperkt gehouden. In alle fasen van de opleiding zitten echter opdrachten die studenten in tweetallen of kleine groepjes moeten uitvoeren (bijvoorbeeld de eindopdracht van de praktijktraining Oriëntatie op IV, de eindopdracht van de praktijktraining Risicoperceptie, de eindopdracht bij een bedrijfsbezoek, stage en scriptie). Het auditteam heeft begrip voor deze aanpak gezien het type onderwijs. Tijdens praktijktrainingen, waar studenten fysiek aanwezig zijn, worden praktijkvoorbeelden aan de hand van de literatuur bestudeerd. Tijdens deze dagen zullen beroepsvaardigheden centraal staan, zoals het analyseren van praktijksituaties, communicatie, het omgaan met en inspelen op calamiteiten of het omgaan met een wettenbundel. Tijdens het gesprek met docenten bleek dat tijdens deze dagen ook leren samenwerken aan bod moet komen. Gezien het feit dat studenten voor Hogeschool NTI kiezen vanwege de individuele leerroutes, is dit een lastig onderdeel. Docenten zoeken naar mogelijkheden om meer aspecten van samenwerken in het programma op te nemen. In de nieuwe opzet heeft de opleiding in de praktijktrainingen meer aandacht voor samenwerken in de vorm van presenteren, overleggen, brainstormen, interviews voorbereiden en speeddaten). De opleiding heeft verder twee extra praktijktrainingsdagen in het programma opgenomen. Tijdens het eerste en het derde jaar volgen studenten een module over methoden van onderzoek (MvO I, gericht op kwalitatieve methoden, en MvO II, gericht op kwantitatieve methoden, inclusief SPSS). In de integratieve beroepsopdrachten is altijd een onderzoekselement opgenomen, zoals een risico-analyse, analyse vakgebied op basis van interviews, crisisplan, adviesrapport en een beleidsplan. Het auditteam heeft dit in de voorbeelden die bij het eerste bezoek ter inzage lagen, niet duidelijk aangetroffen. In de bijgestelde versies die het auditteam voor het tweede bezoek heeft gekregen, heeft het deze onderzoekselementen wel aangetroffen. De module Werkbezoek Fysieke Veiligheid (Rotterdam-the Hague Airport) zal volgens het zelfevaluatierapport worden afgesloten met een kleinschalig onderzoek. De afsluitende minor van de hoofdfase omvat een paper met onderzoekselementen. De scriptie wordt in opdracht van een organisatie geschreven op basis van een probleem uit de beroepspraktijk waarvoor studenten een groter onderzoek uitvoeren. Voorafgaand aan de stage- en scriptieperiode vindt een stage- en scriptievoorbereidingsdag plaats waarbij ingegaan wordt op methoden en technieken van
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
19/55
•
onderzoek. Het auditteam heeft uit de aanvullende documenten kunnen vaststellen dat onderzoek een onderdeel van het programma vormt. Tijdens de opleiding komen studenten in aanraking met Engelstalige literatuur. Beheersing van het Engels wordt voorondersteld. Internationale aspecten komen in verschillende modules aan bod: Veiligheid vanuit internationaal perspectief, Oriëntatie op Integrale Veiligheid, Wet- en regelgeving, Organisatie en industrie, Crisismanager en Digitale criminaliteit. De opleiding is bezig om met AKAD-Hochschulen een gezamenlijk programma te ontwikkelen.
Overwegingen Het auditteam heeft veel waardering voor de inbreng van de beroepenveldcommissie en de ideeën bij de docenten, die in beperkte tijd een programmaherziening hebben opgesteld waardoor het programma beter aansluit bij de ambities in het zelfevaluatierapport. In het programma is meer aandacht voor integrale veiligheid en multidisciplinair samenwerken gekomen waardoor studenten in staat zijn de relevante beroepsvaardigheden te ontwikkelen. Voor de kennisontwikkeling maakt de opleiding gebruik van algemene literatuur en van actuele informatie voor integrale veiligheid. De casuïstiek in de beroepsopdrachten en praktijktrainingen is afkomstig uit de beroepspraktijk. De beroepenveldcommissie is bereid nieuwe casussen te leveren. De opleiding zal via gastdocenten de actuele beroepspraktijk in het programma brengen. Conclusie Het auditteam komt tot het oordeel voldoende voor het facet eisen hbo.
Relatie doelstellingen en inhoud programma (facet 2.2) Het beoogde programma, het didactisch concept, de doelstellingen en werkvormen en de wijze van toetsing weerspiegelen de te bereiken eindkwalificaties van de opleiding. De te bereiken eindkwalificaties zijn aantoonbaar vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het beoogde programma. Bevindingen • De opleiding Integrale Veiligheid beoogt te werken conform het uitgangspunt van Hogeschool NTI met het didactisch concept blended learning, een combinatie van zelfstudie, contactonderwijs en e-learning, en met praktijkgerichte beroepsopdrachten voor de transfer van theorie naar praktijk. Begeleiding van de student vindt voornamelijk via de digitale leeromgeving plaats. De docent begeleidt de student in het realiseren van een leerproduct. De mentor begeleidt de student tijdens zijn leerproces. • Het studiemateriaal is afgestemd op afstandsonderwijs, zodat studenten zich de stof voornamelijk via zelfstudie eigen kunnen maken. Om studenten vertrouwd te maken met het didactisch concept van blended learning en met de digitale leeromgeving wordt bij aanvang van de studie een verplichte studie- en beroepenoriëntatieavond georganiseerd. Om studenten te stimuleren tot actief studeren is het programma overzichtelijk, thematisch opgebouwd. Via de digitale leeromgeving leggen studenten contact met docenten en met elkaar om ervaringen uit te wisselen en vragen voor te leggen.
20/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
•
•
•
•
In het opleidingsprofiel (Opleidingsprofiel Integrale Veiligheid, NTI Hogeschool, augustus 2010) is een overzicht opgenomen van programma-onderdelen met studiebelastingsuren, zelfstudie-uren en contacturen. Via de modulewijzer worden studenten door de leerstof geleid. Via de huiswerkopdrachten, waarin de student vragen over de theorie en over mogelijke toepassingen in de beroepspraktijk beantwoordt, krijgt de student feedback van de docent. Binnen de digitale leeromgeving zijn aanvullende zelfstudieopdrachten geplaatst evenals een oefententamen. Het studiemateriaal is samengesteld door docenten die veelal zelf in de beroepspraktijk werkzaam zijn. Het auditteam heeft het studiemateriaal voor alle modulen van het eerste jaar ingezien. Het auditteam vraagt zich af of de aanwijzingen in de modulewijzer voldoende uitgewerkt zijn om richtinggevend en instruerend voor studenten te zijn. In het opleidingsprofiel (Opleidingsprofiel Integrale Veiligheid, NTI Hogeschool, augustus 2010) is een overzicht opgenomen waarin de opleidingscompetenties zijn gekoppeld aan de modulen. In de modulewijzers die het auditteam in september 2010 heeft bestudeerd, was niet duidelijk hoe de competenties, uitwerking van de competenties en de leerdoelen aan elkaar waren gerelateerd. Het schema met de uitwerking van de competenties in meetbaar gedrag per niveau biedt al meer houvast. In de Factsheets (NTI Hogeschool, 11 maart 2011) heeft de opleiding per module aangegeven: jaar, niveau, korte inhoud, kernbegrippen, competenties, leerdoelen en literatuur. Het auditteam heeft vastgesteld dat de leerdoelen de landelijke competenties en de hbo-kwalificaties van de CommissieFranssen volgen. NTI Hogeschool gebruikt een instructie voor docenten voor het formuleren van leerdoelen (model Kennedy) dat naar de mening van het auditteam zeer bruikbaar is,.Ook de instructie voor het ontwikkelen van beroepsopdrachten is bruikbaar, hoewel daarin nog meer aandacht aan de methodische kant, bijvoorbeeld vormen van samenwerken, kan worden geschonken. De Hogeschool NTI heeft het toetsbeleid vastgelegd in de notitie Naar competentiegericht en flexibel toetsen (Toetsbeleid Hogeschool NTI/ NTI University, z.j.). Elke module is gekoppeld aan een te behalen niveau en wordt getoetst aan de hand van een digitaal of schriftelijk tentamen of een praktijktraining met een voor- en eindopdracht. Een themablok wordt afgesloten met een integratieve beroepsopdracht om de theorie aan de praktijk te koppelen. De student laat hierin zien dat hij de competenties uit dat themablok in voldoende mate heeft ontwikkeld. De stage wordt afgerond met een stageverslag met de uitwerking van twee aanvullende beroepsopdrachten. De scriptie met de verdediging vormt de meesterproef. Studenten kunnen geen vrijstelling voor de scriptie krijgen. In het derde jaar kan de student kiezen uit twee minoren: veiligheid in de publieke sector en veiligheid in de private sector. Om het gewenste toetsniveau te waarborgen werkt de opleiding met correctiemodellen per toetsvorm. Bij het bezoek in september 2010 heeft het auditteam bij alle modulen voor het eerste jaar toetsen met correctiemodellen aangetroffen. De toetsen zijn inhoudelijke adequaat, maar het auditteam heeft toen wel inconsistenties tussen de omvang van toetsen en de beschikbare tijd voor toetsen aangetroffen. De opdrachten in de documenten Praktijktrainingen (NTI Hogeschool, 11 maart 2011) en Beroepsopdrachten (NTI Hogeschool, 1 maart 2011) zijn naar de mening van het auditteam concreter en zwaarder en daarmee meer in verhouding to het aantal studiepunten dat ervoor beschikbaar is.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
21/55
•
•
•
NTI Hogeschool heeft een examencommissie bestaande uit zeven leden. Elk domein is in deze commissie vertegenwoordigd en er hebben drie relevante afgevaardigden uit het werkveld zitting in deze commissie. De examencommissie komt minimaal vier maal per jaar bij elkaar om steekproefsgewijs de kwaliteit van toetsen en beoordelen te controleren. Zij controleert ook de consistentie tussen toetsen en beoordelen. De taken en bevoegdheden van de examencommissie zijn vastgelegd in het Onderwijs- en examenreglement (WHW art. 7.12 lid 4) Opleiding: Integrale Veiligheid (concept, Hogeschool NTI, augustus 2010, Leiden). Het auditteam is tijdens het eerste bezoek in de diverse gesprekken verschillende visies op onderwijs tegengekomen: van modulaire aanpak tot sterk competentiegericht. Het auditteam stelt vast dat het gehanteerde concept van blended learning niet tot competentiegericht onderwijs leidt. De opleiding kiest voor een thematische aanpak met nadruk op kennis en inzicht. In de integratieve beroepsopdracht laat de student zien dat hij het geleerde kan toepassen in een praktijksituatie. Bij het tweede bezoek bleek dat er een eenduidiger visie op het onderwijs onder de gesprekspartners was: niet competentiegericht, maar blended learning staat centraal als didactisch model. Het auditteam vindt dit een goede basis voor de verdere conceptuele ontwikkeling. Het auditteam heeft in facet 1.1 al aangegeven dat het ambitieniveau van de landelijke en de opleidingscompetenties hoog is. In het oorspronkelijke programma, en dan met name in de uitgewerkte onderdelen voor het eerste jaar, was dit ambitieniveau niet terug te vinden. Door de verschuiving van aandacht in het eerste jaar van algemene vorming naar vakken over integrale veiligheid is het auditteam van mening dat het mogelijk is om de ambitieuze eindkwalificaties in vier jaar te realiseren (zie ook facet 2.1).
Overwegingen Het auditteam stelt vast dat de opleidingscompetenties zijn uitgewerkt in leerdoelen op drie niveaus. De leerdoelen uit de Factsheets komen overeen met de landelijke competenties en/of met de generieke hbo-kwalificaties van de Commissie-Franssen. Bij het tweede bezoek bleek dat er een eenduidige visie op het onderwijs is ontstaan. De opleiding gaat uit van blended learning en een thematische aanpak met praktijktrainingen en integratieve beroepsopdrachten. Het auditteam is positief over de aanwezigheid van toetsen en correctiemodellen bij het studiemateriaal voor het eerste jaar. Conclusie Het auditteam komt tot een voldoende op facet relatie doelstellingen en inhoud programma.
Samenhang in opleidingsprogramma (facet 2.3) Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. Bevindingen • De opleiding kent een verticale samenhang doordat de moeilijkheidsgraad oploopt. Elke module kent een gewenst te behalen niveau (van één tot drie). Hoewel de opleiding flexibel is opgezet, wordt studenten dringend aangeraden modulen in een bepaalde volgorde te doorlopen. In de modulewijzers wordt een advies gegeven over de volgorde
22/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
•
•
•
•
van de modulen en themablokken. Ook de mentor geeft de student hierover een persoonlijk advies. Een themablok is opgebouwd uit een aantal modulen waarin kennis, houding en vaardigheden apart worden aangeleerd. Integratie van deze aspecten vindt plaats in de overkoepelende beroepsopdracht aan het eind van het themablok. Op de digitale leeromgeving zullen de inhouden van verschillende modulen aan elkaar gekoppeld worden. Studenten brengen op verschillende momenten het geleerde (theorie) in praktijk. Tijdens de integratieve beroepsopdrachten aan het eind van een themablok past de student zijn kennis toe in een praktijksituatie aan de hand van een casus. Praktijktrainingen sluiten aan op een themablok. In de voor- en eindopdrachten wordt teruggegrepen op de theorie uit de modules. De scriptie vormt de uiteindelijke meesterproef. De student voert een opdracht voor een bedrijf uit en toont daarmee aan alle elf competenties op bachelorniveau te beheersen (niveau drie). De opleiding start met de verplichte module Studie- en Beroepenoriëntatie om kennis te maken met andere studenten, de mentor, het onderwijsconcept en de digitale leeromgeving. Deze module wordt bij voorkeur gevolgd door het themablok Oriëntatie op Integrale Veiligheid waarin studenten overzicht van het vakgebied en een oriëntatie op de verdere studie geboden wordt. De samenhang in het programma wordt bewaakt door de hoofddocent (nog aan te stellen) van de opleiding in samenspraak met de opleidingscoördinator en de curriculumcommissie.
Overwegingen Het auditteam is van mening dat de opleiding een samenhangend programma heeft opgesteld. Kennis en vaardigheden uit de modulen van een themablok komen samen in de integratieve beroepsopdracht. De verticale samenhang blijkt uit de oplopende moeilijkheidsgraad en de eventueel vereiste voorkennis uit andere modulen. Conclusie Het auditteam komt op basis van voorgaande overwegingen tot het oordeel voldoende op het facet samenhang.
Studielast (facet 2.4) Het beoogde programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Bevindingen • In het Opleidingsprofiel Integrale Veiligheid (NTI Hogeschool, augustus 2010) is per module vastgelegd wat de omvang van de studielast is. In de modulewijzers en de Factsheets (NTI Hogeschool, 11 maart 2011) is deze eveneens opgenomen. • Studenten kunnen tijd- en plaatsonafhankelijk studeren en zelf hun toetsmomenten plannen, waardoor zij de studielast evenredig over het jaar kunnen spreiden. Uit onderzoek van NTI Hogeschool blijkt dit type student gemiddeld 9 tot 16 uur per week
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
23/55
•
•
•
•
•
studeert. Studenten betalen voor drie jaar onderwijs en hebben het recht om zes jaar te studeren. Studenten van andere NTI-opleidingen van een vergelijkbare zwaarte (bijvoorbeeld HBO-Rechten) blijken meestal na vijf of zes jaar af te studeren. Veel studenten zijn werkzaam in een relevante beroepspraktijk waardoor de afstudeerfase (stage en scriptie) relatief efficiënt doorlopen kan worden (concurrencyprincipe). Afhankelijk van de achtergrond van de student en de flexibele studiemogelijkheden biedt de studie ongeveer vijftien procent contacttijd (ongeveer een half uur per EC). Deze tijd wordt voornamelijk ingevuld met praktijktrainingen en contacten tussen de docent en de student. Het auditteam vindt het vreemd om de stageperiode als contacttijd te rekenen, maar vindt de contacttijd voldoende voor het uitvoeren van het onderwijsconcept met blended learning. De door studenten gekozen studie volgens het concept van blended learning vraagt zelfredzaamheid en zelfstandigheid. Studenten die tegen belemmeringen aanlopen kunnen contact opnemen met de mentor. Zij zijn binnen en buiten reguliere kantooruren bereikbaar per mail, telefoon en in de digitale leeromgeving. NTI Hogeschool hanteert als basisregel een verdeling van vier, zes of acht studiepunten voor een module. Hiermee wordt de toenemende complexiteit in de studiepunten verdisconteerd. De curriculumcommissie kent de studiepunten aan modulen toe. NTI Hogeschool onderzoekt jaarlijks de studeerbaarheid van zijn opleidingen. De uitkomsten zijn aanleiding om kritisch naar de inschattingen van de studielast te kijken. Via het studenttevredenheidsonderzoek wordt de studiebelasting van een themablok bevraagd. Dit onderzoek is onderdeel van de afsluitende beroepsopdracht van een themablok.
Overwegingen Het auditteam stelt vast dat het programma studeerbaar is, doordat studenten hun tijd volledig zelf kunnen indelen. Conclusie Het auditteam komt op het facet studielast tot het oordeel voldoende.
Instroom (facet 2.5) Het beoogde programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Bevindingen • Hogeschool NTI hanteert de wettelijke vooropleidingseisen. Een toelatingscommissie beoordeelt de aanmeldingen. Studenten die niet aan de vooropleidingseis voldoen, kunnen meestal in aanmerking komen voor een 21+-toelatingsonderzoek. • Studenten kunnen op elk moment aan de opleidingen beginnen.
24/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
• •
•
•
Studenten kunnen gebruik maken van een intakegesprek met een hbo-studieadviseur die met de student bekijkt in hoeverre de studie aan zijn verwachten zal kunnen voldoen. Het propedeutische jaar is oriënterend en selecterend van karakter. In dit jaar is 36 procent van de leerstof generiek van aard (4 van de 11 modulen) en 64 procent opleidingsspecifiek. Op deze manier kan een studentin voldoende mate kennis maken met de studie en de wijze van studeren. Voor studenten met een deficiëntie kan in overleg met de mentor een aangepast, individueel studieplan worden gemaakt. De studieplannen zijn altijd onderwerp van gesprek tussen mentor en student waarbij ingegaan kan worden op de tijdsplanning, de volgtijdelijkheid van modulen en dergelijke. Instromende studenten kunnen een vrijstelling voor modules aanvragen waarvoor ze bewijzen moeten overleggen. De scriptie wordt niet vrijgesteld. Studenten met recente, relevante werkervaring kunnen een vrijstelling voor de stage krijgen.
Overwegingen Het auditteam stelt vast dat de opleiding de wettelijke vooropleidingseisen hanteert en aansluit bij de kwalificaties van instromende studenten door het opstellen van een individueel studieplan. Conclusie Op grond van bovenstaand overwegingen komt het auditteam op het facet instroom tot het oordeel voldoende.
Duur (facet 2.6) De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: hbo-bachelor: 240 studiepunten/european credit points. Bevindingen • De opleiding Integrale Veiligheid heeft een curriculum van 240 EC. Het programma is opgebouwd uit acht themablokken van 10 à 12 EC. De propedeuse omvat 60 EC, de hoofdfase 90 EC, de minoren 38 EC, en stage en scriptie ieder 30 EC. • Studenten betalen voor drie jaar collegegeld en kunnen daarvoor zes jaar studeren. Gedurende die jaren worden zij door de opleiding begeleid. Overwegingen Het auditteam stelt vast dat de opleiding een programma heeft samengesteld bestaande uit 240 EC, waarmee het aan de formele eisen voldoet. Conclusie Op grond van bovenstaande overweging komt het auditteam op het facet duur tot het oordeel voldaan.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
25/55
Samenvattend oordeel Programma Alle facetten zijn met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp ‘Programma’ positief.
2.3
Inzet van personeel
Eisen hbo (facet 3.1) Het onderwijs zal voor een belangrijk deel worden verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Bevindingen • De opleiding Integrale Veiligheid heeft haar personeelsbeleid vastgelegd in Organisatie HBO Integrale Veiligheid & Docentenbeleid (2010). Dit document sluit aan bij documenten van Hogeschool NTI waarin zaken rondom personeel zijn vastgelegd. • Bij de opleiding Integrale Veiligheid zijn dertien docenten betrokken. Uit de curricula vitae blijkt dat de expertise van deze docenten gespreid is over de vakgebieden van de modulen. Het auditteam heeft vastgesteld dat docenten afkomstig zijn uit diverse beroepsdomeinen uit zowel de private als de publieke sector. Alle docenten hebben minimaal het master werk- en denkniveau. Ruim de helft is actief in de beroepspraktijk. Daarnaast zijn verschillende docenten in het hoger onderwijs werkzaam (geweest). • De leden van de beroepenveldcommissie brengen hun inhoudelijke expertise in bij de opleiding (casussen en netwerk). Het auditteam is van mening dat in deze commissie veel expertise aanwezig is die wellicht nog meer voor het onderwijs benut zou kunnen worden. • Het auditteam heeft in het gesprek met de docenten vastgesteld dat zij hun eigen beroepservaring in het onderwijs kunnen gebruiken om de theorie vanuit de praktijk toe te lichten. Het auditteam gaat er vanuit dat zij in staat zullen zijn om de brug te slaan van een vakinhoudelijke benadering naar een integrale aanpak. De nog aan te stellen hoofddocent zal hier volgens het auditteam een belangrijke rol in moeten spelen. Overwegingen Het auditteam is van mening dat de docenten met wie het gesproken heeft, in staat zullen zijn om de verbinding tussen opleiding en beroepspraktijk te leggen. Docenten hebben meestal naast hun taken bij de opleiding een baan in het werkveld van integrale veiligheid. Wel wil het auditteam het belang van een integrale en multidisciplinaire benadering benadrukken die meer van docenten vraagt dan specialistische kennis. Conclusie Op basis van bovenstaande overweging komt het auditteam tot het oordeel voldoende op het facet eisen hbo.
Kwantiteit personeel (facet 3.2) Er wordt voldoende capaciteit vrijgemaakt om de opleiding te kunnen starten. Er wordt voldoende capaciteit vrijgemaakt om de opleiding te kunnen continueren.
26/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Bevindingen • Het huidige docententeam van dertien docenten is voldoende toegerust om de opleiding door te ontwikkelen en de studenten inhoudelijk te begeleiden, behalve op het gebied van onderzoeksvaardigheden. Voor de modules uit het tweede jaar zullen nog specifieke docenten worden aangetrokken. • Voor de onderwijsondersteunende processen is voldoende capaciteit aanwezig. Naast de Business Unit Manger is er een Senior Opleidingscoördinator, een Opleidingscoördinator, een medewerker Toetscoördinatie en het mentorenteam. Tijdens het bezoek van het auditteam aan de opleiding was er nog geen hoofddocent voor Integrale Veiligheid benoemd. • Het afstandsonderwijs van de opleiding kent een flexibele instroom van studenten. De werkdruk van docenten is daarmee van periode tot periode verschillend. Met docenten worden afspraken gemaakt over de inzet van uren. Wanneer bijvoorbeeld meer studenten instromen, worden de uren uitgebreid of worden er meer docenten aangetrokken. Alle docenten werken op free-lancebasis. Wanneer meer docenten nodig zijn, wordt uit de verschillende netwerken van docenten en beroepenveldcommissie geput. • Studenten kunnen docenten bereiken via de digitale leeromgeving, via mail of telefoon en via de mentor en opleidingscoördinator. De regel is dat een student binnen een week een reactie krijgt. In de praktijk wordt gestreefd naar een reactietijd van maximaal 48 uur. Vanuit de opleiding wordt daarop toegezien, zoals het auditteam in de gesprekken heeft vernomen. Overwegingen Het auditteam is van mening dat NTI Hogeschool voldoende capaciteit vrijmaakt om de opleiding te ontwikkelen en te starten. De hogeschool kan gebruik maken van de netwerken van de docenten en van de leden van de beroepenveldcommissie voor het verder invullen van vacatures en zoeken van specialisten. Het auditteam verwacht dat met de aanstelling van de hoofddocent de inhoudelijke en organisatorische ontwikkeling van de opleiding een verdere impuls zal krijgen. Conclusie Op grond van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel voldoende op facet kwantiteit personeel.
Kwaliteit personeel (facet 3.3) Het in te zetten personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Bevindingen • In het personeelsbeleid van de opleiding (Organisatie HBO Integrale Veiligheid & Docentenbeleid, 2010) is vastgelegd dat docenten minimaal het master werk- en denkniveau moeten hebben. Uit de curricula vitae blijkt dat alle docenten dit niveau hebben. Het auditteam constateert dat vakinhoudelijk gezien docenten vooral over
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
27/55
•
•
•
•
•
praktische deskundigheid beschikken, maar dat in het huidige docententeam nog te weinig onderzoekservaring aanwezig is om studenten op dit terrein optimaal te begeleiden. De opleiding vult deze expertise aan via een docent voor methoden en technieken die ook bij andere NTI-opleidingen is betrokken. De docenten met wie het auditteam heeft gesproken, blijken interessante, inhoudelijke ideeën te hebben. Het auditteam is van mening dat de docenten in voldoende mate didactisch onderlegd zijn. Docenten kunnen binnen de opleiding verschillende rollen vervullen: hoofddocent, vakdocent, praktijkdocent, en stage- en scriptieadviseur. In het verlengde hiervan zijn er taken op het gebied van ontwikkelwerk (het maken van toetsen en/of studiemateriaal) en op het gebied van vakinhoudelijke begeleiding (nakijken, begeleiden en beoordelen). De mentorrol wordt door onderwijsondersteunend personeel uitgevoerd. Al deze rollen zijn op functiekaarten vermeld. Op deze functiekaarten is onder andere vastgelegd: - minimale functie-eisen - wijze en frequentie van rapporteren en aan wie - doel van de rol - resultaatgebieden - benodigde kennis en vaardigheden Voor de werving van nieuwe docenten is een procedure in het document Organisatie HBO Integrale Veiligheid & Docentenbeleid (2010) opgenomen. Hierin is ook de beoordelingsprocedure voor zittende docenten te vinden. De evaluaties van alle docenten worden één keer per jaar besproken in overleg met de afdeling Kwaliteitszorg & Onderwijsinnovatie, de opleidingscoördinatoren, hoofddocenten en de Business Unit Manager. Indien nodig volgt er een gesprek met de desbetreffende docent en bij onvoldoende functioneren wordt afscheid genomen. Minimaal twee maal per jaar vindt er een docentenoverleg plaats. Via evaluaties monitort de opleiding de mate waarin de beroepspraktijk in de opleiding wordt gehaald. Docenten, studiemateriaal en toetsen worden door studenten geëvalueerd. De hoofddocent gebruikt de resultaten voor de jaarlijkse voortgangsgesprekken met de Business Unit Manager.
Overwegingen Het auditteam heeft vastgesteld dat de docenten voldoende vakinhoudelijke en didactisch gekwalificeerd zijn om het onderwijs te verzorgen. Via een specifieke docent voor methoden en technieken van onderzoek wordt de deskundigheid van het docententeam op het gebied van onderzoeksvaardigheden uitgebreid. Conclusie Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel voldoende op het facet kwaliteit personeel. Samenvattend oordeel Personeel Alle facetten zijn met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp ‘Inzet van personeel’ positief.
28/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
2.4
Voorzieningen
Materiële voorzieningen (facet 4.1) De beoogde huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Bevindingen • De belangrijkste materiële voorziening betreft de digitale leeromgeving (DLO). Deze wordt ingezet om de componenten van blended learning (zelfstudie en contactonderwijs in de vorm van collegedagen) te ondersteunen. • De digitale leeromgeving maakt dat studenten tijd- en plaatsonafhankelijk kunnen studeren. De digitale leeromgeving ondersteunt volgens de opleiding het onderwijs via fora met diverse discussievormen en weergavemogelijkheden, voor bijvoorbeeld het samenstellen van een portfolio en via mogelijkheden voor samenwerkend leren. Het forum biedt studenten de mogelijkheid voor gemeenschappelijke kennisconstructie waarbij studenten op elkaars vragen en/of ervaringen reageren. Via de digitale leeromgeving kunnen studenten communiceren en samenwerken, waardoor zij niet zoals vroeger in isolement studeren. Het auditteam heeft enige twijfels of de samenwerking in deze vorm zal leiden tot de gewenste multidisciplinaire samenwerking die van integrale veiligheidsdeskundigen wordt verlangd. • Hoewel de digitale leeromgevingen meer functionaliteiten heeft, wordt deze vooral voor de communicatiedoeleinden gebruikt. Docenten gebruiken de digitale leeromgeving om actuele informatie (mededelingen en forumberichten) voor studenten beschikbaar te stellen. Het auditteam stelt net als de opleiding vast dat de digitale leeromgeving vooral de functie van elektronisch notitiebord heeft. Uit het gesprek met het management bleek dat de hogeschool de digitale leeromgeving wil verbeteren. Er is daarom recent een coördinator ICT en Onderwijs aangesteld. • Tijdens het tweede bezoek bleek dat NTO Hogeschool bezig is de inrichting van de digitale leeromgeving te verbeteren, bijvoorbeeld door een andere indeling van de fora. Het streven is om vanaf volgend jaar door middel van filmpjes een presentatie van elke module te geven, zodat studenten zich een beeld bij de docent en de inhoud kunnen vormen. • De opleiding kan op de locatie van de Hogeschool NTI in Leiden beschikken over voldoende lokalen en ruimtes voor adviesgesprekken en praktijktrainingen, zoals het auditteam heeft gezien. De trainingen vinden ook op een locatie in Utrecht plaats. • De opleiding werkt met een digitale bibliotheek waar relevante, internationale vakliteratuur voor studenten te raadplegen is. De Hogeschool NTI onderzoekt de mogelijkheden van een gebruikerslicentie of abonnement op de Koninklijke Bibliotheek en voor een studentenabonnement op databanken. Overwegingen Het auditteam stelt vast dat de opleiding met de digitale leeromgeving een werkend communicatiemedium voor studenten en docenten heeft. Het auditteam heeft geen inzicht in de mogelijkheden voor multidisciplinair samenwerken binnen deze digitale leeromgeving gekregen. Het auditteam is positief over de aanstelling van een coördinator voor het verder
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
29/55
ontwikkelen van de digitale leeromgeving en de ideeën die NTI Hogeschool op dit gebied heeft. Conclusie Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel voldoende op hat facet voorzieningen.
Studiebegeleiding (facet 4.2) Er is voorzien in personele capaciteit voor studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten, die adequaat zijn met het oog op de studievoortgang. Bevindingen • Iedere student krijgt een mentor die de hele week via telefoon, mail en digitale leeromgeving voor studenten bereikbaar is. Inhoudelijke vragen van studenten speelt de mentor door aan de docent. De werkzaamheden en taken van de mentor zijn vastgelegd in Toelichting werkzaamheden mentoren (procesbegeleiding) (z.j.). • De studiebegeleiding door mentoren is gericht op de procesbegeleiding met het oog op de studievoortgang. Mentoren ondersteunen studenten bij het opstellen van een studieplanning en bespreken de belemmeringen bij het niet halen van de planning. Voor inhoudelijke begeleiding kunnen studenten een beroep op de docenten doen. • Reflectie op de beroepsopdracht en de eigen uitwerking aan de hand van een aantal vragen vormt een standaard onderdeel van de beroepsopdrachten. De docent die het huiswerk en de reflectie beoordeelt, geeft de student hierop feedback. • Stage- en scriptieadviseurs geven feedback op de leerervaringen van studenten tijdens het begeleiden van de student in de stageperiode en afstudeerfase. • Contacten met de student worden vastgelegd in het onderwijs- en informatiesysteem (OIS). Mentoren kunnen zien wat er eerder met de student besproken is en hoe de studievoortgang is. Studenten kunnen in de digitale leeromgeving een portfolio bijhouden. Een lijst met gemaakte opdrachten en tentamens is zichtbaar voor mentor, docent en student. • De informatievoorziening vindt voornamelijk plaats in Fronter, de digitale leeromgeving, en in Studentennet+, een aanverwant digitaal systeem. Alle relevante studie-informatie is beschikbaar in de digitale leeromgeving. Via Studentennet+ kunnen studenten zich digitaal voor tentamens inschrijven. Studenten kunnen in dit systeem ook hun studiepunten raadplegen. Overwegingen Het auditteam stelt vast dat de opleiding de begeleiding van studenten adequaat heeft vormgegeven en dat ze via de digitale leeromgeving de voortgang van een student kan bewaken. Conclusie Op basis van voorgaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel voldoende op het facet studiebegeleiding.
30/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Samenvattend oordeel Voorzieningen Beide facetten zijn met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp ‘Voorzieningen’ positief.
2.5
Interne kwaliteitszorg
Systematische aanpak (facet 5.1) Er is voorzien in een systeem van interne kwaliteitszorg, waarbij mede aan de hand van toetsbare streefdoelen en periodieke evaluaties verbetermaatregelen worden getroffen. Bevindingen • Het kwaliteitszorgsysteem van de opleiding sluit aan bij het kwaliteitszorgstelsel van de hogeschool, dat is beschreven in het Handboek Kwaliteitszorg (Hogeschool NTI, 2010). In het systeem worden vier onderdelen onderscheiden: 1. cyclisch werken volgens de pdca-cyclus; 2. interne evaluatie gebaseerd op CIPP-model van Stufflebaum; 3. interne en externe kwaliteitsbeoordeling via ISO-certificering; 4. externe kwaliteitsbeoordeling via accreditatie door de NVAO. • Het Handboek Kwaliteitszorg geeft naast een beschrijving van deze onderdelen ook een beschrijving van de borging en evaluatie van het stelsel zelf. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de ISO-certificering, een tweejaarlijkse interne evaluatie volgens CIPP (het Context-Input-Proces-Productmodel van Stufflebeam) en door de accreditatie van de opleidingen door de NVAO. • Centraal in het stelsel van kwaliteitszorg staat de pdca-cyclus of Deming-cirkel. De pdca-cycli zijn uitgewerkt en beschreven op strategisch, tactisch en operationeel niveau. De cycli zijn met elkaar verbonden doordat de uitkomsten ervan besproken worden. In het zelfevaluatierapport is per fase van de cyclus in een schema aangegeven wat de kerndocumenten zijn en wie daarvoor verantwoordelijk zijn. Ook geeft het rapport van elke fase een uitgebreide beschrijving. • Voor de tevredenheid van de studenten hanteert NTI de streefscore van 75 procent (rapportcijfer 7,5). Daarboven krijgt de score de kwalificatie goed en zijn er geen verbeteracties nodig. Indien de score 6,5 of lager is, zijn (dringende) verbeteracties gewenst. Deze worden geformuleerd door het opleidingsmanagement en de afdeling Kwaliteitszorg en Onderwijsinnovatie. • Als bijlage heeft de opleiding een overzicht opgenomen van kwantitatieve en kwalitatieve evaluatie-instrumenten met de relevante onderwerpen die geëvalueerd worden, de frequentie en de verantwoordelijke. De opleiding neemt onder studenten het studenttevredenheidsonderzoek af, dat het belangrijkste evaluatie-instrument is om de studenttevredenheid te meten. De enquête wordt door de afdeling Kwaliteitszorg en Onderwijsinnovatie via het digitale enquêteprogramma Questback onder studenten uitgezet. Op hogeschool- en opleidingsniveau wordt een respons van 25 procent nagestreefd. De afdeling Kwaliteitszorg en Onderwijsinnovatie verzorgt de analyse en rapportage over de resultaten, die worden gepresenteerd in het managementteamoverleg en het unit-overleg. Ook worden kwalitatieve
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
31/55
•
evaluatiegegevens verzameld in de bijeenkomsten van de Studentenraad. Deze komt twee maal per jaar bijeen. Onder de docenten wordt het docenttevredenheidsonderzoek afgenomen en daarnaast wordt jaarlijks het medewerkerstevredenheidsonderzoek afgenomen. Het curriculum als geheel wordt geëvalueerd door de curriculumcommissie. Vanaf 2010 zal hogeschoolbreed een werkveldtevredenheidsonderzoek worden afgenomen. Naast deze enquêtes wordt informatie over de kwaliteit van de opleiding verzameld door verschillende commissies, zoals de examencommissie, het docentenoverleg, de studentenraad, de beroepenveldcommissie en de Raad van Advies.
Overwegingen Het auditteam heeft vastgesteld dat er een adequaat systeem voor kwaliteitszorg binnen Hogeschool NTI wordt gebruikt dat ook voor de opleiding Integrale Veiligheid gaat gelden. Conclusie Op basis van boevenstaande overweging komt het auditteam tot het oordeel voldoende op het facet systematische aanpak.
Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld (facet 5.2) Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief betrokken. Bevindingen • Studenten, docenten, de overige medewerkers, het beroepenveld en de alumni zullen bij de kwaliteitszorg betrokken worden. Dit gebeurt met name door hun deelname aan de verschillende tevredenheidonderzoeken (zie ook facet 5.1). • De resultaten van de evaluaties worden door de afdeling Kwaliteitszorg en Innovatie gepresenteerd aan de business-unitmanager, de opleidingscoördinator, de toetscoördinator, de onderwijsondersteuners en aan de hoofd- en de vakdocenten. • Studenten en docenten zullen worden geïnformeerd over de resultaten van de evaluaties door middel van een (sinds 2009) digitale nieuwsbrief. De evaluatieresultaten worden ook besproken in de Studentenraad. • Alle bij de opleiding betrokken personen hebben de mogelijkheid om een bezwaar- en beroepsprocedure te starten, indien zij ontevreden zijn over de kwaliteit van de opleiding. De procedure is beschreven in de Studiegids, het Procedure handboek en de digitale leeromgeving. Ook de persoonlijke mentor kan hierbij behulpzaam zijn. Maandelijks wordt het aantal en soort klachten besproken door het opleidingsmanagement en het College van Bestuur. • Op hogeschoolniveau is er een Raad van Advies. Deze heeft als belangrijkste taak om te adviseren over beleid van het college van bestuur en algemene zaken van de hogeschool. Ook worden belangrijke documenten, bijvoorbeeld over het toetsen, voorgelegd aan deze raad. • Op het niveau van de opleiding is er een beroepenveldcommissie. Het auditteam heeft in een gesprek met deze commissie vastgesteld dat de leden zeer betrokken zijn bij de nieuwe opleiding Integrale Veiligheid. Zij dragen goede ideeën aan voor de inhoudelijke
32/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
invulling van de opleiding, denken mee over profilering, competenties, niveau en vormgeving van de opleiding. Overwegingen Het auditteam stelt vast dat de opleiding de betrokkenheid van medewerkers, studenten en externe belanghebbenden adequaat geregeld heeft. De opleiding moet nog van start gaan, zodat er voorlopig nog geen afgestudeerden zullen zijn. Conclusie Het auditteam komt op basis van bovenstaande overweging tot het oordeel voldoende op het facet betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld. Samenvattend oordeel Interne kwaliteitszorg Beide facetten zijn met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp ‘Interne kwaliteitszorg’ positief.
2.6
Condities voor continuïteit
Afstudeergarantie (facet 6.1) De instelling geeft aan studenten de garantie dat het programma volledig kan worden doorlopen. Bevindingen • Hogeschool NTI garandeert dat elke ingeschreven en betalende student de opleiding Integrale Veiligheid binnen zes jaar kan voltooien. Gedurende die periode worden college- en instructiedagen aangeboden en zijn docenten voor begeleiding beschikbaar. • Het auditteam heeft dit tijdens het gesprek met het management bevestigd gekregen. Overwegingen Het auditteam heeft vastgesteld dat Hogeschool NTI studenten de garantie geeft het programma volledig te kunnen doorlopen. Conclusie Op grond van bovenstaande overweging komt het auditteam tot het oordeel voldoende op het facet afstudeergarantie.
Investeringen (facet 6.2) De voorziene investeringen zijn toereikend om de opleiding (inclusief voorzieningen) tot stand te brengen.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
33/55
Bevindingen • Hogeschool NTI heeft het budget met de investeringen voor de opleiding Integrale Veiligheid voorgelegd aan het moederbedrijf Cornelsen, één van de grootste aanbieders van afstandsonderwijs in de wereld en daarnaast uitgeverij van studieboeken in het Duitse taalgebied. Hogeschool NTI is in bedrijfseconomisch opzicht een gezonde onderneming die, eventueel met steun van het moederbedrijf, de financiële lasten en de daaraan gekoppelde personele inzet kan dragen. De Hogeschool NTI staat garant voor de continuïteit van de opleiding. • Het auditteam heeft vastgesteld dat de opleiding inmiddels docenten heeft kunnen aantrekken voor het vormgeven en realiseren van de nieuwe opleiding Integrale Veiligheid. • Overwegingen Het auditteam is van mening dat de opleiding vanuit Hogeschool NTI voldoende middelen beschikbaar krijgt voor het aantrekken van voldoende personeel om de opleiding te realiseren. Conclusie Op basis van bovenstaande oberwegingen komt het auditteam tot het oordeel voldoende op het facet investeringen.
Financiële voorzieningen (facet 6.3) De financiële voorzieningen voor de gecalculeerde negatieve resultaten zijn voldoende voor dekking van de aanloopverliezen. Bevindingen • De Hogeschool NTI heeft voldoende financiële ruimte om eventuele negatieve exploitatieresultaten op te vangen. De Hogeschool NTI heeft dertien geaccrediteerde bacheloropleidingen en één geaccrediteerde masteropleiding met voldoende instromende studenten om financieel gezond te draaien. Aanloopverliezen bij een nieuwe opleiding kunnen daarmee worden opgevangen. Overwegingen Het auditteam heeft geen reden om te twijfelen aan de mogelijkheden van Hogeschool NTI om eventuele aanloopverliezen op te vangen. Conclusie Op basis van bovenstaande overweging komt het auditteam tot het oordeel voldoende op het facet financiële voorzieningen. Samenvattend oordeel Condities voor continuïteit Beide facetten zijn met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp ‘Condities voor continuïteit’ positief.
34/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
3
Bijlagen
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
35/55
36/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Bijlage 1:
Deskundigheden leden van het auditteam
Relevante werkvelddeskundigheid
X
X
Vakdeskundigheid: Vertrouwd met meest recente ontwikkelingen
X
X
Vakdeskundigheid: Vertrouwd met lesgeven en beoordeling en toetsing minstens op niveau/oriëntatie te beoordelen opleiding
X
X
Onderwijsdeskundigheid
X
X
Lid auditteam NQA: Mevrouw drs. P. Göbel X
X
Studentgebonden deskundigheid
Visitatie- of auditdeskundigheid
Studentlid auditteam: Mevrouw L. Tukkers
Lid auditteam: De heer dr. H.G.K. Hummel
Lid auditteam: De heer mr.drs. E.J. Emde
Deskundigheid cf. Protocol VBI’s
Lid auditteam: De heer prof.dr. G.F. Vermeulen
Bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid, NTI Hogeschool
X
X
X
X
X
Nadere informatie over de achtergronden van de leden van het auditteam:
De heer mr.drs. E.J. Emde De heer Emde is ingezet als lid van het auditteam vanwege zijn deskundigheid als adviseur en manager op het gebied van (operationeel) risicomanagement en vanwege zijn inzicht in de internationale ontwikkelingen in dit werkveld. Door zijn ervaring als hoofd Veiligheid en Beveiliging en Personeelsgezondheid (arbodienst) bij ESTEC in Noordwijk heeft de heer Emde een brede expertise op het gebied van alle aspecten van beveiliging en veiligheidsoperaties. De heer Emde heeft daarnaast ervaring in het opzetten en bepalen van het bedrijfsbeveiligingbeleid, het adviseren inzake criminaliteitsrisico’s, interne en externe fraude, vertrouwelijkheid van informatie, persoonlijke fysieke veiligheidsrisico’s, crisismanagement en continuïteit en het nemen van preventiemaatregelen in verschillende sectoren, zoals bij een grote bank, multinationals, museums en luchtvaart. Tevens heeft de heer Emde ervaring met fraudeonderzoek en fraudepreventie, integriteitanalyse en zakelijke ethiek en integriteit.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
37/55
Voor deze visitatie is de heer Emde individueel geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding: 1987,’88 &’92 SVPB (Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties), Houten, basisdiploma, professioneel diploma en management diploma Beveiliging 1992 Lancaster University, Management school, UK, MA degree in Organisational analysis and behaviour 1994 Erasmus Universiteit Rotterdam, Nederlands recht 1994 Bedrijfskunde, Erasmus Universiteit Rotterdam, Strategisch Management 1995 KPMG Management Training Utrecht, Cursus Administratieve Organisatie 1995 Rechercheschool Zutphen, Interviewtechnieken 1996 KPMG Amsterdam, Marketing en verkooptechnieken 1997 en 1998 Politie Trainings Centrum, Vaassen, persoonlijk beveiliging, onderzoek en privacy 1999 – 2010 Diverse trainingen en cursussen op het gebied van risicomanagement, handhaving, integriteit, management en leiderschap Werkervaring 1988 – 1991 1991 1992 – 1994 1994 – 1999 1999 – 2002 2002 – 2004 2004 – 2007 2007
Beveiligingsdienst Nederland BV, Vianen, beveiligingsmedewerker Centocor B.V. Leiden: Management Assistent Facility- en Beveiligingsmanager Erasmus Universiteit Rotterdam; assistent vakgroep Strategie en Omgeving KPMG Holding NV Amsterdam AMRO Bank NV, Amsterdam, Teamleider risicoanalyse en security auditing AMRO Bank NV, Amsterdam, Vice President (Afdelingsdirecteur) European Space Agency ESA, ESTEC Noordwijk, Hoofd Veiligheid en Beveiliging, ESA Informatica en Facility Management Department Interseco Den Haag, manager Consultancy Services
Diversen (selectie): Lid van vele organisaties in het vakgebied van veiligheid, (informatie-)beveiliging en risicomanagement, onder meer: 1990 – heden Diverse functies binnen ASIS International, ’s werelds grootste organisatie van en voor security professionals. 1995 – heden Lid van de ACFE, the Association of Certified Fraud Examiners, sinds maart 2006 ook een Nederlandse afdeling. 1998 - heden Toegelaten als CPP (Certified Protection Professional sinds mei 1998); Register beveiligingsadviseur NEROB (sinds april 2004); CISSP (Certified Information Systems Security Professional sinds juni 2006). Spreker en trainer op verschillende conferenties, cursusdagen, congressen en dergelijke, onder andere: Maart 2009 “Maatschappelijk veiligheid: het praktijkperspectief” spreker bij symposium ter gelegenheid van het afscheid van de heer J. Cornet, NEN, Delft. November 2008 Panellid “Convergentie van security en enterprise risk management” ISACA European Conference, Amsterdam. Februari 2008 Panellid “De rol van het bedrijfsleven”; sessie over rol van de private sector bij het omgaan met terrorisme; 5e Worldwide Security Conference, East West Institute, Brussel.
38/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Juni 2007 Juni 2006 Maart 2006 Juni 2005 Sept.2003 2002 & 2004 Sept. 1998 Mei 1998
Beveiligingsdag 2007, Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid, WTC Rotterdam; “Aanbesteding en outsourcing van Security” TAPA, Noordwijk; “Personal & professional development in Security management” Bijeenkomst Afdeling Zwitserland ASIS International, Zurich, “Personal Development voor Security managers and certification” Trainer Asset Protection Course Europe, segments “Ethics” en “Professional security management”, Brussel Spreker, met M. Cummings, “Understanding Cultural Diversity”, sessie tijdens de 49ste jaarlijkse ASIS congres, New Orleans Trainer CPP Review Course, segments “Investigations”, “Security management”, “Liaison” and “Loss Prevention”, te Brussel en Leuven Spreker “Measuring and improving security awareness”, 44ste jaarlijkse ASIS International congres, Dallas, USA Spreker “Keeping honest people honest at department stores”, 9th Risicomanagement conferentie, Intercontinental Group of Department Stores IGDS, Madrid
Publicaties op het gebied van fraude, integriteit en beveiliging, waaronder: • E.J. Emde, “Het frauderisico van de afdeling Inkoop”, Beveiliging, volume 10, issue 3, March 1997, pp. 23-25. • R. Rozekrans en E.J. Emde, “Organized crime. Towards the preventive screening of industries: a conceptual model”, Security Journal, issue 7/1996, October 1996, pp. 169-176. • E.J. Emde, “Ziekenhuis en criminaliteit”, Management interne en civiele diensten, Samsom, Juni 1996, pp. 50001/1-5000/15.
De heer prof.dr. G.F. Vermeulen De heer Vermeulen is ingezet als lid van het auditteam vanwege zijn domeindeskundigheid op het gebied van strafrecht, strafprocesrecht, veiligheid, privaat-publieke samenwerking, politie, justitie, inlichtingendiensten, informatieuitwisseling, gewapend bestuursrecht, binnenlandse zaken, asiel- en vreemdelingenbeleid, racisme/xenofobie, huisjesmelkerij, overlast, terrorisme, openbare orde etc. en vanwege zijn inzicht in de internationale ontwikkelingen in dit werkveld, die bestaan uit internationale wetenschappelijke adviezen en consultancy; organisatie internationale congressen en symposia en actieve deelname internationale congressen en symposia. Bovendien heeft de heer Vermeulen onderwijservaring als professor strafrecht, Europees strafrechtelijk beleid, justitie en binnenlandse zaken in de EU aan de Universiteit Gent. Van 1996 tot 2001 heeft hij cursussen strafrecht, openbare orde en Europees (straf)recht gedoceerd aan de Oost-Vlaamse Politie Academie en sinds 1994 cursus internationale samenwerking in strafzaken bij de Federale Overheidsdienst Justitie. Daarnaast is hij sinds 2010 bijzonder hoogleraar “European Evidence Law”, Master in Forensics, Criminology and Law aan de Universiteit Maastricht. Sinds 2006 is hij vakgroepvoorzitter van de vakgroep strafrecht en criminologie aan de Universiteit Gent. Van 2008 tot 2010 is hij voorzitter geweest van de VLIR-VLHORA-werkgroep (en UGent-vertegenwoordiger) ter voorbereiding van een gedragscode inzake het omgaan met persoonsgegevens van studenten in het hoger onderwijs in Vlaanderen. De heer Vermeulen heeft auditdeskundigheid opgedaan tijdens zijn lidmaatschap van de werkgroep visitatie criminologie (2006-2008). Voor deze visitatie heeft de heer Vermeulen onze handleiding voor auditteamleden ontvangen en in een voorbereidende vergadering is hij aanvullend geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
39/55
Opleiding: 1987-1991 1992-1993 1993-1999
Licentiaat Rechten Universiteit Gent Geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs in de rechten Doctoraat in de Rechten
Werkervaring: 1991-1992 Advocaat 1992-heden Directeur Institute for International Research on Criminal Policy 1999-heden Professor Universiteit Gent Overig: • Een groot aantal redactionele lidmaatschappen en activiteiten, waaronder Hoofdredacteur Panopticon sinds 2001. • Een groot aantal wetenschappelijke lidmaatschappen, zoals in 2008 mede-initiatiefnemer en lid Vlaamse Vereniging voor Criminologie, Strafrecht en Forensisch Welzijnswerk (VVC) en sinds 2007 lid van het Vlaams-Nederlands Netwerk van Terrorismeonderzoekers. • Vele wetenschappelijke adviezen en consultancy, zoals bijvoorbeeld in 2010 als Expert/teamlid onderhandelingsteam EU m.b.t. nieuw Swift-akkoord EU-VS (Article 29 Data Protection Working Party) en eveneens in 2010 als Lead expert, UN Environmental Crime Expert Group, International Association of Penal Law – Association Internationale de Droit Pénal. • Hij heeft als auteur of co-auteur vele boeken, rapporten, syllabi en readers gepubliceerd, eveneens als editor. Tevens zijn vele artikelen van zijn hand in tijdschriften, wetenschappelijke tijdschriften, proceedings van wetenschappelijke congressen en internationale en nationale wetenschappelijke congressen opgenomen, evenals bijdragen op websites en verschenen op CD-roms.
De heer dr. H.G.K. Hummel De heer Hummel is ingezet vanwege zijn deskundigheid op het gebied van afstandsonderwijs met name vanwege zijn ervaring met ontwerp, ontwikkeling en kwaliteitszorg van (innovatief) afstandsonderwijs. Hij heeft zich in zijn werk met name gericht op het realiseren van competentiegericht onderwijs binnen elektronische leeromgevingen, waaronder de ontwikkeling van authentieke virtuele praktijkconfrontaties (te zien als innovatieve vormen van werkplekleren met ICT). In het bijzonder was hij meer recent betrokken bij het ontwerp, acceptatie en disseminatie van de IMSLD (Learning Design, 2003) leertechnologie specificatie. De heer Hummel was themaleider ‘Navigation Services’ binnen het Learning Networks programma (2003-2007), waar hij onder meer het ISIS project (2006-2008) leidde. Hij was themaleider ‘Immersive Media’ binnen het Learning Media programma en leidde onder meer het EMERGO project (2006-2008), welke een bekroonde (Comenius Multimedia Award 2008) methode en toolkit voor de ontwikkeling van serious games heeft opgeleverd. Vanaf februari 2009 is Hummel benoemd tot lector ‘Werkplekleren en ICT’ binnen het Instituut Educatie en Communicatie (IEC) van de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden.Het laatste decennium is het accent van zijn werk verschoven in de richting van onderwijstechnologisch onderzoek naar innovatieve media en leertechnologieën voor onderwijs. De heer Hummel heeft zitting genomen in tientallen (internationale) programma committee’s, zit in de editorial board van enkele wetenschappelijke tijdschriften, en heeft inmiddels ongeveer 100 (internationale) publicaties in peerreviewed tijdschriften en boeken op zijn naam staan. Ook ontwikkelde hij (voor Noordhoff uitgeverij) een zestal populair-wetenschappelijke uitgaven voor het verwerven van algemene competenties op het gebied van onderzoek, communicatie en projectmanagement (combinaties van boek en interactief programma). Voor deze visitatie heeft de heer Hummel onze handleiding voor auditteamleden
40/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
ontvangen en in een voorbereidende vergadering is hij aanvullend geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding: 1978-1985
2000-2005
Pedagogiek, Psychologie en Informatica – Rijksuniversiteit Leiden (afgestudeerd op handelingspsychologisch onderzoek naar aanpak/gedrag van basisschoolleerlingen met leerproblemen bij rekenen) gepromoveerd aan de Open Universiteit Nederland op een onderzoek naar het gebruik van procesondersteuning bij multimediale practica. “Design of cueing in multimedia practicals”. Promotores: prof. E.J.R. Koper, prof. F. Paas.
Werkervaring: 1983-1987 programmeur – Pedologisch Instituut Leiden coördinator – onderzoekscentrum LICOR – Leiden onderwijskundig adviseur – IVIO - Lelystad 1987-2009 onderwijstechnoloog en projectleider – Open Universiteit Nederland 2009-heden (half-time) Associate Professor - CELSTEC (Centre for Learning Science and TEChnologies) (half-time) lector ‘Werkplekleren en ICT’ IEC (Instituut Educatie en Communicatie) van Noordelijke Hogeschool Leeuwarden.
Mevrouw L. Tukkers Mevrouw Tukkers is ingezet als studentlid. Zij volgt de hogere juridische opleiding bij Saxion Hogeschool, waar zij lid is van het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad en zitting heeft in verschillende commissies. Als studentlid heeft zij ook zitting gehad in de Academieraad. Mevrouw Tukkers beschikt over studentgebonden deskundigheden met betrekking tot de studielast, de onderwijsaanpak, de voorzieningen en de kwaliteitszorg bij opleidingen. Mevrouw Tukkers heeft ervaring met het visiteren van opleidingen in het afstandsonderwijs. Zij is door de NVAO meerdere malen ingezet als studentpanellid in commissies bij het beoordelen van nieuwe opleidingen bij onder andere NCOI en LOI. Voor deze visitatie is mevrouw Tukkers aanvullend individueel geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding: 2000-2005 2005-2006 2006-2010
Havo MER, Saxion Hogeschool Hogere juridische opleiding, Saxion hogeschool
Werkervaring: 2002-2005 2005-2006 2006-2007 2007 2007-2008 2008-2009
Verkoopster, Bakkerij Koehorst Cassiere, Dirk van de Broek Postbezorger, TNT post Uitzendkracht, Randstad (uiteenlopende werkzaamheden) Callcenter medewerkster (verkoop) Cendriss Interview I&O Research
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
41/55
Student-panellid voor Nederlands-Vlaamse accreditatieorganisatie (NVAO) in de volgende commissies voor Toets Nieuwe Opleiding (TNO): o TNO hbo-bachelor ICT, Open Universiteit Eindhoven (juni 2009) o TNO hbo-master Financieel management, NCOI Utrecht (augustus 2009 – oktober 2009) o TNO hbo-bachelor na bachelor Psycho-sociale Gerontologie, Hogeschool-Universiteit Brussel, (oktober 2009 – november 2009) o TNO hbo-bachelor Humanitarian Assistance Management, Stenden Hogeschool, Leeuwarden (november 2009 – december 2009) o TNO hbo-bachelor na bachelor Internationale samenwerking Noord-Zuid, Katho-howest Kortijk en Katholieke Hogeschool Leven (december 2009 – januari 2010) o TNO hbo-bachelor na bachelor Psycho-sociale gerontologie, Hogeschool-Universiteit Brussel (heringediende aanvraag) (maart 2010 – april 2010) o TNO hbo-bachelor na bachelor Internationale samenwerking Noord-Zuid, Katho-howest Kortijk en Katholieke Hogeschool Leven (heringediende aanvraag) maart 2010 – april 2010) o TNO hbo-bachelor Sport en Bewegingseducatie, Hogeschool Zeeland, Vlissingen (mei 2010) o TNO hbo-bachelor Humanitarian Assistance Management, Stenden Hogeschool, Leeuwarden (heringediende aanvraag) (juni 2010 – heden) o TNO hbo-bachelor rechten NCOI, Utrecht (juni 2010 – heden)
Mevrouw drs. P. Göbel Mevrouw Göbel is ingezet als NQA-auditor. Zij heeft meer dan tien jaar ervaring met visiteren in bijna alle sectoren van het hbo. Zij heeft veel ervaring met het beoordelen van afstandsonderwijs. Ze heeft bij Lloyd’s auditcursussen gevolgd. Verder heeft zij twintig jaar ervaring met ontwikkelen van onderwijsprogramma’s, lesgeven en beoordelen van studenten en met management in het hoger beroepsonderwijs in uiteenlopende sectoren. Opleiding: 1971 – 1976 1976 – 1979
Tweedegraads lerarenopleiding: Nederlands en Engels Rijksuniversiteit Utrecht, Nederlandse taal- en letterkunde
Werkervaring: 1980 – 1993 Docent taalbeheersing bij de sector Economie Saxion Hogeschool Enschede 1987 – 1993 Studentendecaan en vertrouwenspersoon bij de sector Economie Saxion Hogeschool Enschede 1993 – 1995 Studentendecaan en vertrouwenspersoon bij de sectoren Welzijn en Arbeid, Lerarenopleiding Basisonderwijs en Conservatorium 1994 – 1997 Directeur van het instituut Welzijn en Arbeid bij de Saxion Hogeschool Enschede 1997 – 2000 Projectleider bij de afdeling Onderwijszaken van de Saxion Hogeschool Enschede 2000 – 2004 Medewerker kwaliteitszorg bij de HBO-raad 2004 – heden senior auditor en adviseur NQA 2005 – heden secretaris en adviseur Raeflex Overig: 2006 – heden lid hoofdbestuur VVAO
42/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Bijlage 2
Onafhankelijkheidsverklaring auditteam
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
43/55
44/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
45/55
46/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
47/55
48/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Bijlage 3
Bezoekprogramma
Visitatie toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Integrale Veiligheid Tijd: Locatie:
donderdag 30 september 2010 Hogeschool NTI, Schipholweg 101 in Leiden
Tijdstip
Programmaonderdeel
Deelnemers
09.00 – 10.45 uur
Ontvangst Materiaalbestudering
•
Auditteam
10.45 – 11.30 uur
Gesprek met opleidingsmanagement
•
de heer J. (Jeffrey) van Zaalen Business Unit Manager Hogeschool NTI/ NTI University mevrouw E.(Ellis) Nieveen Senior Opleidingscoördinator mevrouw A. (Anneloes) van Dijk Opleidingscoördinator Integrale Veiligheid
• •
11.45 – 12.30 uur
Gesprek met beroepenveldcommissie
12.30 – 13.15 uur 13.15 – 14.15 uur
Lunchpauze Gesprek met docenten
14.30 – 16.15 uur
Materiaal bestuderen Rondleiding binnen digitale leeromgeving Eventuele extra gesprekken Intern overleg auditteam Tweede gesprek met opleidingsmanagement en afronding
16.15 – 16.45 uur
• • • • •
Dhr. M.P. (Marco) Heijn (BVC) Dhr. R. (Rolie) Tromp (BVC) Dhr. R (Rob) Van den Biggelaar Dhr. A. (Alvin) Noteboom Dhr. M. (Martin) Overeem
• • • • •
Mevr. M. (Martine) Pieters Mevr. A. (Annette) Lieth Dhr. H.J.F. (Houdijn) Hardenbol Dhr. W. (Wouter) Zitter Dhr. S. (Sander) Valk
•
Auditteam
•
de heer J. (Jeffrey) van Zaalen Business Unit Manager Hogeschool NTI/ NTI University mevrouw E.(Ellis) Nieveen Senior Opleidingscoördinator mevrouw A. (Anneloes) van Dijk Opleidingscoördinator Integrale Veiligheid Auditteam
• • 16.45 – 17.15 uur
Afsluitend overleg auditteam
•
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
49/55
Bezoekprogramma 23 maart 2011
Tijdstip
Programmaonderdeel
Deelnemers
19.00- 19.45 uur
Gesprek met management
Dhr. J. (Jeffrey) van Zaalen Business Unit Manager Hogeschool NTI/ NTI University
19.45-20.45 uur
Gesprek met docenten en coördinatoren
Mevr. E.(Ellis) Nieveen Senior Opleidingscoördinator Mevr. A. (Anneloes) van Dijk Opleidingscoördinator Integrale Veiligheid Mevr. M. (Martine) Pieters Mevr. A. (Annette) Lieth Dhr. H.J.F. (Houdijn) Hardenbol
20.45-21.00 uur
Gesprek met management
Dhr. J. (Jeffrey) van Zaalen Business Unit Manager Hogeschool NTI/ NTI University
50/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Bijlage 4
Bijlagen zelfevaluatie en ter inzage gelegd materiaal
Bijlage A
Opleidingsprofiel Integrale Veiligheid
Bijlage B
Vergelijking aanbieders Integrale Veiligheid
Bijlage C
Missie en visie NTI
Bijlage D
Samenstelling Raad van Advies Hogeschool NTI/ NTI University Reglement en notulen beroepenveldcommissie
Bijlage E Bijlage F Bijlage G
Samenstelling/ CV’s beroepenveldcommissie Integrale Veiligheid Curriculumoverzicht Integrale Veiligheid
Bijlage H
Voorlopige literatuurlijst Integrale Veiligheid
Bijlage I
Studiehandleiding Integrale Veiligheid jaar 1
Bijlage J
Docentenbeleid NTI
Bijlage K
Voorbeeldmateriaal Modulewijzers Integrale Veiligheid
Bijlage L
Voorbeeldmateriaal Beroepsopdracht Integrale Veiligheid
Bijlage M
Toetsbeleid
Bijlage N
Onderwijs- en examenreglement Integrale Veiligheid
Bijlage O
Samenstelling/ CV’s docenten Integrale Veiligheid
Bijlage P
Functiekaarten docenten
Bijlage Q
Docenttevredenheidsonderzoek 2009 (DTO)
Bijlage R
Studenttevredenheidsonderzoek 2009 (STO)
Bijlage S
Generiek verbeterplan 2010
Bijlage T
Conceptbeleid werkveldonderzoek
Bijlage U
Evaluatie-overzicht Hogeschool NTI (bronnen van input) Factsheets van alle modules in de opleiding Programma en bijbehorende voor- en eindopdrachten van 2 praktijktrainingen 5 Beroepsopdrachten Toelichting wijziging curriculum met oog op visitatie maart 2011 Aanvulling zelfevaluatie, december 2010: Toelichting op ‘samenwerken’ + toelichting competentietabel in relatie leerdoelen.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
51/55
52/55
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Bijlage 5
Domeinspecifieke referentiekader en opleidingscompetenties
Het domeinspecifieke referentiekader is te vinden op de website van de HBO-raad: www.hbo-raad.nl.
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
53/55
Bijlage 6
Curriculumoverzicht Integrale Veiligheid (versie september 2010)
Curriculumoverzicht Integrale Veiligheid Onderwijseenheden Jaar 1 Themablok Inleiding Integrale Veiligheid Oriëntatie op Integrale Veiligheid Bedrijfskunde Bestuurskunde Bedrijfsethiek Wet en Regelgeving IV Beroepsopdracht Thema Inleiding Integrale Veiligheid Themablok Brede Professionalisering SBO Inleiding Bedrijfseconomie Communicatie Inleiding Organisatie & Management Schriftelijke Communicatie Methoden van Onderzoek I Engels Bedrijfsprocesanalyse Jaar 2 Themablok Leefbaarheid Integraal Veiligheidsbeleid Sociaal Maatschappelijke Veiligheid Beroepsopdracht Thema Leefbaarheid Themablok Fysieke Veiligheid Beveiliging Evenementen & Crowd Control Operationele Hulpverlening Logistieke veiligheid Veiligheid in Organisaties en Industrie Werkbezoek Fysieke Veiligheid Crisismanagement Beroepsopdracht Thema Fysieke Veiligheid Themablok Maatschappelijke Integriteit Criminologie Personele Veiligheid Beroepsopdracht Thema Maatschappelijke Integriteit Themablok Beleid & Strategie Veiligheid vanuit Internationaal Perspectief Risicoperceptie & Scenariodenken Politicologie Beroepsopdracht Thema Beleid & Strategie
54/55
Toetsvorm
EC
Digitaal examen Digitaal examen Schriftelijk examen Digitaal examen Praktijktraining Schriftelijk examen
6 4 4 4 6 2
Praktijktraining Digitaal examen Praktijktraining Praktijktraining Digitaal examen Schriftelijk examen Praktijktraining Digitaal examen
2 4 4 4 4 4 6 6
Examen Examen Schriftelijk examen
4 4 2
Examen Examen Examen Examen Praktijkdag Praktijkdag Schriftelijk examen
4 4 4 4 4 4 2
Examen Examen Schriftelijk examen
4 4 2
Examen Praktijktraining Examen Schriftelijk examen
4 4 4 2
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
Jaar 3 Themablok Multidisciplinaire Integratie Projectmanagement Verandermanagement Methoden van Onderzoek II PPS (publieke en private samenwerking) Beroepsopdracht Multidisciplinaire Integratie
Minor Keuze uit: Veiligheid in de Private Sector Systeemauditing (bedrijfsbezoek) Securitymanagement Safetymanagement Arbeidsomstandigheden Quality Assurance & Managementsystemen Beroepsopdracht Thema Veiligheid in de Private Sector Keuze uit: Veiligheid in de Publieke Sector Nationale Veiligheid en Veilige Samenleving (bedrijfsbezoek) Veiligheidregio’s en de Publieke Taak Terrorismebestrijding Intelligence Criminaliteitspreventie Beroepsopdracht Thema Veiligheid in de Publieke Sector Werkervaring/stage
Afstudeerproject
Examen Examen Examen Examen Schriftelijk examen
4 6 4 6 2
Examen/Praktijk Examen Examen Examen Examen Schriftelijk examen
8 6 6 6 6 6
Examen/praktijk Examen Examen Examen Examen Schriftelijk examen Praktijkexamen (Stage) Schriftelijk examen (Stageverslag) Schriftelijk examen (2 beroepsopdrachten) Schriftelijk examen (Scriptie) Praktijkexamen (Verdediging scriptie)
8 6 6 6 6 6 30
© NQA - NTI: audit TNO hbo-bacheloropleiding TNO Integrale Veiligheid
30
55/55