Generated by Foxit PDF Creator © Foxit Software http://www.foxitsoftware.com For evaluation only.
XS Het paneel ‘De Verheerlijking van Maria’, te zien in zaal 3 van De Collectie Twee, is één van de kleinste schilderijen in de collectie van Museum Boijmans Van Beuningen, maar tegelijkertijd één van de grootste meesterstukken. Schilder: Geertgen tot Sint Jans Titel: De Verheerlijking van Maria Materiaal / Techniek: olieverf op paneel Verworven met de verzameling van: D.G. van Beuningen 1958 inventarisnummer: 2450 (OK)
Het paneel geeft een verheerlijking van Maria weer als een optelsom van Bijbelteksten. Het visioen toont Maria die op de maansikkel zit en onder zich de draak verplettert. Zij wordt omringd door engelen met muziekinstrumenten en de passiewerktuigen. Het visionaire karakter wordt versterkt door het hemelse licht dat moeder en kind omgeeft. Maria is hier te zien in een zee van licht en omgeven door drie kransen engelen. Pas als je het paneel van dichtbij bestudeerd vallen deze op. Direct om de Heilige Maagd zijn de serafijnen weergegeven in een krans van helder geel oranje licht. Serafijnen zijn de zesvleugelige engelen die het hoogste in rang zijn, en dus het dichtste bij God staan. In de ring daarbuiten zijn engelen te zien met de passiewerktuigen. Tot deze Arma Christi behoren het kruis, de lans waarmee Christus zijn zijde werd geopend, de doornenkroon, de hamer en de spijkers waarmee hij werd gekruisigd, de spons op de stok en de paal waaraan hij werd gegeseld. In de derde ring zijn de musicerende engelen te zien. Er zijn engelen met blaasinstrumenten, slagwerk en strijkinstrumenten. Ook het Christuskind heeft in elke hand een belletje, hij kijkt naar een Engel in de buitenste ring die precies zulke belletjes draagt. Het lijkt alsof het beweeglijke Christuskind de engelen aanzet tot musiceren! Onder Maria is behalve een maansikkel ook een draak te zien. Deze draak staat voor de duivel die volgens de Openbaring het Christuskind bedreigde en door de engelen werd verslagen. Deze verschijning van Maria gaat terug op de Openbaring van Johannes 12:1: ‘En daar werd een groot teken gezien aan de hemel, een vrouw bekleed met de zon, en de maan was onder haar voeten, en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren.’ Het paneeltje was oorspronkelijk onderdeel van een tweeluik. Het andere paneel bevind zich in Edinburg en geeft de kruisiging van Christus weer. Het andere paneel: http://nl.wikipedia.org/wiki/Bestand:Geertgen_Kruisiging_Edinburg.jpg Over Geertgen tot Sint Jans (ca. 1455/65 - ca. 1485/95) is weinig bekend. De belangrijkste bron is een korte levensbeschrijving die Karel van Mander publiceerde in zijn ‘schilder-boeck’ van 1604. Hij noemt de schilder ‘Gheerrit van Haerlem’, maar het is onduidelijk of hij in Haarlem geboren is. Er zijn maar enkele werken waarvan met zekerheid te zeggen is dat ze van zijn hand zijn. Totaal zijn er ongeveer 15 panelen die aan hem worden toegeschreven. Geertgen tot Sint Jans overleed op jonge leeftijd.
Generated by Foxit PDF Creator © Foxit Software http://www.foxitsoftware.com For evaluation only.
è Video Marcel Moring Museumnacht http://www.youtube.com/watch?v=fX0BT1e6Mlw
XL In het schilderij de ‘Toren van Babel’, te zien in zaal 6, staat het grootst denkbare bouwwerk centraal: een toren die tot in de hemel reikt.
Schilder: Pieter Bruegel (I) Titel: De Toren van Babel Materiaal / Techniek: olieverf op paneel Afmetingen: 74,6 x 59,9 cm Verworven met de verzameling van: D.G. van Beuningen 1958 Inventarisnummer: 2443 (OK)
Op dit beroemde schilderij verbeeldt Pieter Bruegel het bijbelverhaal over de overmoed van de mens, die een toren tot in de hemel wilde bouwen. God strafte daarvoor met de Babylonische spraakverwarring. Het immense bouwwerk reikt tot in de wolken. Talloze mensen bevinden op en rond het gebouw. Breugel liet zich voor zijn toren uit de oudheid inspireren door de Romeinse arena, het Colosseum. In het Kunsthistorisches Museum in Wenen hangt een ander schilderij van Bruegel met dit onderwerp. Een toren van verwarring Het verhaal van de Toren van Babel is te lezen in de bijbel, Genesis 11:1-9. Babel, een stad in het land Sinear, was de eerste stad die door de nakomelingen van Noach gebrouwd werd. Hun leider Nimrod had het ideaalbeeld om een toren van gebakken ‘tichelen’ en leem te bouwen die tot God zou reiken. Hij was hoogmoedig en handelde daarmee tegen de wil van God. God veroordeelde deze ambitieuze ijdele plannen en verstoorde de bouw. Wat één volk met één taal was geweest veranderde door Gods toedoen in talrijke volkeren die zich over de wereld verspreidden en hun eigen talen gingen spreken. Vanaf die tijd leven de verschillende volkeren in een ‘Babylonische spraakverwarring’ met elkaar. Het verhaal van de Toren van Babel bevat universele waarde. Het bouwen van de toren staat symbool voor het streven van de mens naar het hoogst haalbare. De mens is creatief en ambitieus. Hij vertrouwt blind op zijn eigen kunnen en op de onbegrensde mogelijkheden van techniek. De Toren staat symbool voor de hoogmoed van de mens, die door God bestraft wordt. Het is op zijn beurt weer een beetje ijdel van een kunstenaar om de Toren van Babel na te bootsen in een schilderij, maar het afbeelden geeft de kijker duidelijk deze boodschap mee. In de Toren van Babel van Pieter Bruegel de Oude is van Gods bestraffing duidelijk nog geen sprake. Over dit verhaal: Nl: http://www.biblija.net/biblija.cgi?m=Genesis+11%3A1-9&id18=1&pos=0&l=nl&set=10 En: http://www.biblegateway.com/passage/?search=Genesis%2011:9&version=NKJV Een feest van details De voorstelling wordt bijna helemaal gevuld met het geweldige monumentale bouwwerk. Opvallend is het subtiele kleurgebruik in de toren. In het bovenste gedeelte van de toren is de baksteen nog helder rood, terwijl in de lagere étages de baksteen al verweerd is. Daartegenover staat de zeer gedetailleerde registratie van menselijke bedrijvigheid in en rond de enorme toren. Er zijn ruim duizend mensen afgebeeld. Links aan de voet van de toren sjouwen mannen met zakken kalk die naar boven worden gehesen. De kalk wordt als metselspecie gebruikt. Vandaar dat er een witte baan naar boven te zien is op de toren.
Generated by Foxit PDF Creator © Foxit Software http://www.foxitsoftware.com For evaluation only.
Links daarvan is een baan rood stof te zien. Deze markeert de weg waarlangs de bakstenen naar boven worden gehesen. Op de derde trans of etage van de toren is een processie aan de gang. Deze passeert bijna een boog in de vorm van een kerkraam. Onder hen zijn ruiters te zien, die te paard te toren bestijgen. Ook in de haven onder de toren is het een grote drukte van kleine mensfiguurtjes. Bruegel Pieter Bruegel werd omstreeks 1525 geboren, waarschijnlijk in of bij Breda. Vanaf 1551 werkte hij in Antwerpen, destijds één van de de belangrijkste steden van West-Europa. In 1552 of 1553 reisde hij via Frankrijk naar Italië, tot aan Sicilië. Na 1560 ging hij in Brussel werken, waar hij trouwde met de dochter van zijn vermoedelijke leermeester Pieter Coecke van Aelst. Aanvankelijk maakte hij vooral landschappen, maar later overheersten de figuurstukken met godsdienstige, belerende of satirische onderwerpen. Door de laatste twee onderwerpen verwierf hij de bijnaam 'Boeren Bruegel'. Pieter Bruegel de Oude was de stamvader van een schildersdynastie waarvan zijn zonen Pieter Brueghel de Jonge, genaamd 'Helse Breughel', Jan Brueghel de Oude, genaamd 'Fluwelen Brueghel', en zijn kleinzonen Jan Brueghel de Jonge en David Teniers de Jonge deel uitmaken. De toren van Antwerpen Bruegel maakt het werk omstreeks 1560 toen hij ongeveer 35 jaar oud was. Bruegel die Rome bezocht heeft, heeft voor de Toren van Babel het Colosseum van het oude Rome als inspiratiebron gebruikt. Echter meer naar boven toe lijken de bogen steeds meer op spitse bogen van gotische kathedralen. De Toren van Babel was in de 16de eeuw en voornamelijk in Antwerpen, waar Bruegel schilderde een populair thema. Antwerpen was toen een drukke havenstad, schepen kwamen uit alle windstreken en op straat waren veel verschillende talen te horen. Dat maakte het verhaal uit Oude Testament over de Babylonische spraakverwarring actueel. Bruegel maakte nog twee schilderijen van de Toren van Babel. Een daarvan bevindt zich in het Kunsthistorisch Museum in Wenen. Het schilderij is groter en de toren is nog halfopen. Het andere schilderijtje was een miniatuur. Bruegel schilderde het op een stukje ivoor. Het is onbekend waar dit werkje nu is. Over het Collosseum in Rome: http://nl.wikipedia.org/wiki/Colosseum http://en.wikipedia.org/wiki/Colosseum Een voorbeeld van een Gotisch venster: http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/7/7e/Venice__Gothic_window_on_the_Basilica_di_San_Marco.jpg Vijf eeuwen omzwervingen De 'Toren van Babel' heeft heel wat meegemaakt tussen het moment waarop het meer dan 440 jaar geleden het atelier van Bruegel verliet en in 1958 in het museum terecht kwam. Voor een deel is de zwerftocht van het schilderij nog te traceren. Omstreeks 1600 bevond het schilderij zich in de kunstverzameling van Rudolf II van Praag, samen met nog meer schilderijen van Bruegel. Zeker is dat het zich omstreeks 1620 weer in Antwerpen bevond. Door een zegel op de achterkant van het paneel weten we dat het een eeuw later in het bezit was van keizerin Elisabeth, de tweede vrouw van koning Philips V van Spanje. In 1935 duikt het pas weer op in de Parijse kunsthandel. In 1936 koopt de kunstverzamelaar D.G. van Beuningen het schilderij voor een kapitaal bedrag van 120.000 gulden. Hij heeft het een plek in de woonkamer boven een komfoortje, waarop hij, zoals zijn kinderen hebben verteld, 's zondags zelf een eitje bakte! Samen met het grootste deel van zijn verzameling kwam de 'Toren van Babel' in 1958 in het museum.
Generated by Foxit PDF Creator © Foxit Software http://www.foxitsoftware.com For evaluation only.
XS Christus speelt zelfs als foetus al een rol in de Westerse kunstgeschiedenis. In dit schilderij ‘De Annunciatie’, te zien in zaal 5, draait alles om het kleinste detail dat is afgebeeld: en kleine Christusfiguur in een lichtstraal die de goddelijke conceptie van Maria verbeeldt.
Schilder: Meester van de Virgo inter Virgines (werkzaam Delft ca. 1470 - 1500) Titel: De Annunciatie Materiaal / Techniek: olieverf op paneel Afmetingen: 47,2 x 57,4 cm Verworven met de verzameling van D.G. van Beuningen, 1958 Inventarisnummer: 1568 (OK)
Hier is het moment afgebeeld dat Maria te horen krijgt dat zij in verwachting is van Christus. De engel Gabriel is rechts afgebeeld en Maria zit geknield links. Ze worden gescheiden door een zuil die dwars door het midden van de voorstelling loopt. De twee kanten van het paneel hebben een hele andere sfeer. Maria zit in haar slaapvertrek. Voor haar bed hangt een kleed en er is een wit kussen te zien. De kleuren, plooival en de nederige houding van de heilige maagd geven dit deel van het paneel een intieme sfeer. Ze lijkt verrast door het plotselinge verschijnen van de Engel in haar slaapvertrek. De ruimte waar de engel Gabriel staat is veel lichter en heeft zelfs een doorkijk naar een kloostertuin. Gabiel heeft zijn rechterhand opgeheven als teken dat hij spreekt. In zijn linkerhand draagt hij een scepter. De verkondiging aan de heilige maagd Maria is een veel voorkomende voorstelling in de middeleeuwse kunst. De voorstelling is veelal hetzelfde van opbouw. In de lichtstraal boven Maria is het Christuskind afgebeeld met het kruis en de duif, die symbool staat voor de heilige geest. Ze dalen via de lichtstraal af naar Maria. Christus is op dit moment nog niet eens geboren. Wel vaker is Christus als ongeboren kind voorgesteld in Bijbelse voorstellingen. De naam van deze schilder is niet bekend. Wel weten we dat een aantal schilderijen van zijn hand is en dat hij mogelijk in Delft gewerkt heeft. Aan het begin van de 20ste eeuw schreef de kunsthistoricus Friedlander een klein oeuvre aan hem toe en gaf hem de noodnaam ‘Meester van de Virgo inter Virgines’ Hij ontleende deze naam aan een schilderij waarop Maria temidden van vier vrouwelijke heiligen is afgebeeld. In een oeuvrecatalogus uit 2004 worden 23 werken aan de meester toegeschreven en op basis van onderzoek van het hout gedateerd tussen 1468 en 1495. Zie ook: http://www.rijksmuseum.nl/catalogue/sk-a-501.html
XL In dit schilderij van Jeroen Bosch, te zien in zaal 6, gaat het over de reus die, ondanks zijn immense kracht, het kleine Christuskind amper kan dragen.
Generated by Foxit PDF Creator © Foxit Software http://www.foxitsoftware.com For evaluation only.
In een uitgestrekt landschap met allerlei merkwaardige taferelen draagt de heidense reus Reprobus een kind over de rivier. Tijdens de overtocht wordt zijn last ondraaglijk zwaar. Hij blijkt het Christuskind te torsen. Vanaf dat moment heet de bekeerde reus Christophorus, of drager van Christus, en wordt hij de beschermheilige van de reizigers. Over de werken van Jheronimus Bosch, beter bekend als Jeroen Bosch, is veel geschreven, gespeculeerd en gesuggereerd. De reden voor deze belangstelling is de raadselachtigheid van Bosch en zijn werken. Hij stond bekend als de ‘duivelmaker’, niemand evenaarde hem in het schilderen van duivels. Als geen ander kon hij monsters, rook en vlammen schilderen. Jeroen Bosch werkte in een echt familiebedrijf. Zijn vader Anthonius en ook zijn oudere broer Goessen, drie ooms en een neef werkten in hetzelfde atelier. Daarnaast liepen er verschillende leerlingen en assistenten rond in het atelier. Gangbare atelierpraktijk was dat meerdere medewerkers in het atelier samen aan één opdracht werkten. Uit onderzoek is gebleken dat aan het drieluik Ecce Homo, te zien is in Boston, zelfs drie handen hebben gewerkt, waarvan geen van Jeroen Bosch zelf.
XL ‘De Schroefboog’ van Claes Oldenburg is weliswaar al een erg grote schroef, maar Claes Oldenburg had deze aanvankelijk nog groter willen uitvoeren, namelijk als een brug over de Maas in Rotterdam.
Kunstenaar: Claes Oldenburg (Stockholm 1929) Uitvoerder: Alfred Lippincott Uitvoerder: Kymball Grant Materiaal / Techniek: aluminium Afmetingen: 655 x 386 cm Aankoop: 1982 Inventarisnummer: BEK 1589 (MK)
Voorwerpen uit het dagelijks leven, zoals etenswaren, werktuigen en kledingstukken, zijn sinds het begin van zijn carrière een belangrijk onderwerp in het werk van Claes Oldenburg. Altijd gaf hij aan deze massaproducten een eigen draai aan. Zo maakte hij etenswaren in gips en harde objecten als een wasbak of een badkuip van zachte materialen zoals rubber. In 1961 opende hij in zijn atelier in New York. Hij noemde het ‘The store’ en presenteerde er zijn kunstwerken als koopwaar in een warenhuis. Pop Art kunstenaars, waartoe ook Oldenburg gerekend wordt, lieten zich inspireren door de consumptiemaatschappij, die in de vroege jaren zestig volop in opkomst was. Zo gebruikte de kunstenaar Roy Lichtenstein stripboeken als basis voor zijn werk, terwijl Andy Warhol bekend werd met zijn tomatensoepblikken van Cambell’s, ‘Brillo Boxes’ en zeedrukken van Marylin Monroe. Hiermee reageerden kunstenaars niet alleen op de popcultuur van hun tijd, maar gaven zij ook een kritisch commentaar op de status van de zogenaamde ‘hoge kunsten’. Claes Oldenburg werd geboren in Zweden maar hij verhuisde op jonge leeftijd met zijn familie naar Amerika. Hij trouwde met de Nederlandse kunstenaar Coosje van Bruggen, met wie hij in Amerika woonde en samenwerkte. De kunstwerken die ze samen maakten zijn over de hele wereld te vinden. De grote sculpturen staan vaak in de openbare ruimte, bijvoorbeeld in parken, op pleinen en zoals deze schroefboog, in en om musea. Zo maakte het kunstenaarsechtpaar onder andere een gigantische tuinslang voor een park in Duitsland,
Generated by Foxit PDF Creator © Foxit Software http://www.foxitsoftware.com For evaluation only.
een verrekijker zo groot als een gebouw en een reusachtige naald en draad voor een groot plein in Milaan. Tijdens een verblijf in Nederland met Coosje raakte hij onder de indruk van het Nederlandse landschap, de havenstad Rotterdam en de bruggen. Rotterdamse plannen voor de bouw van een brug over de Nieuwe Maas prikkelden hem om zijn schroefproject voort te zetten. Voor deze plek in de stad zag hij een brug over de Maas voor zich in de vorm van een gigantische schroef. De plannen voor de bouw van een brug werden om praktische redenen afgeblazen. Echter, museumdirecteur Wim Beeren zag wel iets in Oldenburgs ideeën. Met het kunstenaarsechtpaar sprak hij in 1978 af dat zij een maquette, een ets en een grote sculptuur zouden maken voor de collectie van Museum Boijmans Van Beuningen. De schroefsculptuur zou wellicht niet zo groot als een brug over de Nieuwe Maas worden, wel werd het formaat zo groot gemaakt dat het beeld precies in het museum paste. In 1983 is de schroefboog in het museum tentoongesteld. Echter, als snel werd besloten dat het werk een permanente plaats in de beeldentuin van het museum moest krijgen. Claes Oldenburg koos zelf deze plek aan de vijver, waar het beeld in zijn ogen goed tot zijn recht zou komen.
XS In 1960 bracht Sony de eerste draagbare televisie op de markt, nu te zien in zaal 49. Nog nooit eerder was het fabrikanten gelukt om het elektrische apparaat zo klein en compact te maken dat het overal mee naar toe genomen kon worden. De zogenaamde ‘microfichering’ speelt een grote rol in de technologische ontwikkelingen van de 20ste eeuw.
Uitvoerder: Sony Corporation Materiaal / Techniek: metaal, glas, elektronica Afmetingen: 20 x 25 x 24 cm Schenking J. de Jonge 1987 Inventarisnummer: V 1098 (KN&V)
XL De vrouwenfiguren nemen in de schilderijen van Salvador Dalí, te zien in zaal 35 en 36, soms de omvang van een landschap of een gebouw aan. Schilder: Salvador Dalí Materiaal / Techniek: olieverf op doek Afmetingen: 60,2 x 91,8 cm Verworven met steun van de Vereniging Rembrandt 1979 Inventarisnummer: 2990 (MK)
Salvador Dalí is misschien wel de beroemdste surrealistische schilder, zijn werk hangt in musea over de hele wereld. Salvador Dalí werd geboren in 1904 in Figueras, een stadje aan de voet van de Pyreneeën in Spanje. Tijdens zijn studie in Madrid leerde de schrijver André Breton kennen, de grondlegger van de surrealistische beweging. In 1924 schreef hij het eerste surrealistische manifest, waarin de psychoanalyse van Sigmund Freud een sleutelrol vervulde. Ook Dalí zag in de psychoanalyse,
Generated by Foxit PDF Creator © Foxit Software http://www.foxitsoftware.com For evaluation only.
de leer van het onderbewustzijn, en de droomwereld zijn belangrijkste inspiratiebron. Hij leverde dan ook een grote bijdrage aan de ontwikkeling van het surrealisme. Breton zou later over hem zeggen: ‘Met zijn uitzonderlijke ‘kokende’ innerlijk was hij een onschatbare drijvende kracht voor het surrealisme’. Invloedrijk was de mecenas Edward James, die in 1936 een contract afsloot met de schilder. Dalí zou zijn hele productie van het jaar 1937 aan hem overdragen tegen een ruime jaarvergoeding. Ook droeg James de ideeën aan voor onder meer de Kreefttelefoon die te zien is in zaal 35. De indrukwekkende kunstverzameling van Edward James bleef jarenlang verborgen in het landhuis in Engeland. Pas op de Dalí-tentoonstelling in Museum Boijmans Van Beuningen in 1970 waren deze voor het eerst weer te zien. En niet alleen voor het publiek was dit bijzonder, ook de kunstenaar zelf had zijn werken al die jaren niet meer gezien! Salvador Dalí kwam daarom speciaal naar Rotterdam voor de opening van zijn tentoonstelling. Edward James gaf aan het begin van de jaren zeventig een groot aantal werken van Dalí in bruikleen aan het museum, waarvan uiteindelijk elf schilderijen en twee tekeningen werden aangekocht. Zo kwam ook het schilderij waar u nu voor staat in de collectie van dit museum.