Het onderwijs in de wolken
Schets van de ontwikkelingen, de kansen en de aandachtspunten van cloudcomputing binnen het onderwijs. Individueel Paper Wilco te Winkel (251449) Master of Information Management-25 TiasNimbas Business School, Universiteit Tilburg April 2011
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011.
Het onderwijs in de wolken. Schets van de ontwikkelingen, de kansen en de aandachtspunten van cloudcomputing binnen het onderwijs.
Table of Contents Samenvatting......................................................................................................... 2 Wat is cloud computing?........................................................................................ 3 Wat kan het onderwijs met cloud computing? ....................................................... 6 Wat zijn de nadelen van cloud computing? ............................................................ 7 Impact van cloud computing op de IT organisatie................................................. 12 Business case ....................................................................................................... 14 Referenties .......................................................................................................... 15
Samenvatting Cloudcomputing is een ingrijpende verandering in de wijze waarop ICT wordt aangeboden en afgenomen; software en diensten draaien niet meer op de computer van een gebruiker, maar ergens op het internet. Cloudcomputing groeit enorm omdat het wordt gezien als een innovatie die kan leiden tot sterke kostenreductie en verregaande flexibilisering van inzet van IT. De verwachting is dat het onderwijs tot de grootste industrieën behoord die zullen veranderen onder invloed cloud computing. Door de inzet van cloudcomputing krijgen instellingen ruimte (tijd en geld) om aandacht te geven aan de mogelijkheden van ICT in het onderwijsen leerproces. Bovendien kan het het leren en werken onafhankelijk worden van tijd, plaats en specifieke apparatuur (bijvoorbeeld PC, tablet, of telefoon). Een algemeen aandachtspunt rondom cloudcomputing is het gegeven dat het een jonge ontwikkeling is; het bevindt zich op de piek van de hype, vlak voor de fase van de verhalen waarin verteld zal worden over de tekortkomingen en teleurstellingen. Specifieke aandachtpunten betreffen in ieder geval veiligheid, privacy en koppelingen met andere systemen. De bekendheid van eindgebruikers (studenten, docenten en professionals) met cloudgebaseerde toepassingen zoals gmail of facebook zal de komende jaren sterk toenemen. Voor de interne IT organisatie is het van doorslaggevend belang om in te kunnen spelen op deze nieuwe vraag en te ontdekken hoe deze ontwikkelingen ingezet kunnen worden ten behoeve van een verbeterde bedrijfsvoering (flexibiliteit, efficiency en kosten).
2
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011.
Wat is cloud computing?
Cloud computing is een ingrijpende verandering in de wijze waarop ICT wordt aangeboden en afgenomen; van individueel beheerde software, platforms en infrastructuur naar diensten die via het Internet te benaderen zijn en worden geleverd vanuit gecentraliseerde datacenters. Gebruikers hoeven software niet meer te installeren op hun computer voordat ze het gaan gebruiken. De software draait namelijk niet meer op de computer van de gebruiker maar ergens op het internet (SURF, 2010a). Een definitie van cloud computing is niet eenvoudig te geven omdat er nog volop gezocht wordt naar de scope en impact van deze ontwikkeling. Het National Institute of Standards and Technology benoemt vijf essentiële kenmerken van cloud computing (Mell & Grance, 2009): 1. On-demand self-service: een gebruiker kan, zonder tussenkomst van technische personeel, naar eigen behoefte computercapaciteit (bijv. rekencapaciteit of opslag) inzetten. 2. Broad network access: de diensten zijn benaderbaar via het internet via gestandaardiseerde protocollen die ondersteunt worden door een veelheid aan verschillende devices (bijv. laptops of smartphones). 3. Resource pooling of multi-tenancy: dezelfde resources (bijv. opslag, computer geheugen, bandbreedte) kunnen worden ingezet ter ondersteuning van meerdere, verschillende klanten. 4. Rapid elasticity: de schaal van de dienst kan (snel) meegroeien met de behoefte van de klant. 5. Measured service: de dienst wordt afgerekend op basis van het feitelijke gebruik ervan. In een poging om te komen tot een alomvattende hanteren Vaquero en zijn collega’s (2009) de volgende definitie: “Clouds are a large pool of easily usable and accessible virtualized resources (such as hardware, development platforms and/or services). These resources can be dynamically reconfigured to adjust to a variable scale, allowing for an optimum resource utilization. This pool of resources is typically exploited by a pay-per-use model in which guarantees are offered by the Infrastructure Provider by means of customized Service Level Agreements.” De onderdelen die samenkomen in Cloud Computing zijn niet nieuw, maar gecombineerd genereren ze een belangwekkend “emerging phenomenon” (Plummer, Cearley & Smith, 2008).
3
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. Cloud computing groeit enorm omdat het wordt gezien als een innovatie die kan leiden tot sterke kostenreductie en verregaande flexibiliteit. Door functionaliteiten vanuit “de cloud” (of: het internet) te betrekken, hoeven instellingen minder software op de PC’s te installeren en kunnen het aantal servers (en het daaraan gekoppelde beheer) in een instelling afnemen omdat applicaties, bestanden en databases, websites en mailvoorzieningen bij een leverancier van clouddiensten kunnen worden ondergebracht. Veel bestaande leveranciers maken de beweging van lokale installaties naar clouddiensten omdat het uitrollen en implementeren van nieuwe versies van de software veel eenvoudiger verloopt waardoor de leverancier kan besparen op ondersteunende staf en een aantrekkelijker product kan leveren aan zijn klant. Nieuwe leveranciers kiezen voor cloudoplossingen omdat ze direct een grote markt kunnen bedienen zonder dat er grote investeringen nodig zijn. De verwachting is dat 33% van de software wereldwijd vanuit de cloud wordt uitgeleverd en ondersteunt (KPMG, 2011). In figuur 1 is een overzicht van voordelen overgenomen zoals het World Economic Forum (2010) die ziet.
Figuur 1. Voordelen van cloud computing (bron: WEF, 2010)
4
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. In aanvulling op het kostenvoordeel ziet het WEF (2010) ook een transformationeel effect van cloudcomputing op onderwijs, onderzoek, gezondheidszorg en industrie (zie figuur 2).
Figuur 2. Invloed van cloudcomputing op verschillende industrieën (bron: WEF, 2010) De verschillende cloud-gebaseerde diensten laat zich groeperen in een drietal verschillende servicemodellen (SURF, 2010a): 1. Applicaties (of Software as a Service, of SaaS): dienstverlening via internet van kant-en-klare applicaties die direct door de eindgebruiker gebruikt kunnen worden. Het gaat hierbij om diensten zoals e-mail voorzieningen (bijv. Hotmail), office-achtige applicaties (bijv. Google Docs) maar ook om online sociale netwerken (bijv. Facebook). 2. Platform (of Platform as a Service, of PaaS): dienstverlening via internet waarin een softwareplatform beschikbaar wordt gesteld waarmee de eindgebruiker zelf diensten kan ontwikkelen. Het gaat hier bijvoorbeeld om de verschillende applicatiewinkels voor mobiele telefoons (bijv. Force.com of Windows Azure). 3. Infrastructuur (of Infrastructure as a Service, of IaaS): dienstverlening via internet waarin fundamentele computerresources wordt aangeboden, zoals rekenkracht, dataopslag of netwerk. De klant kan hier alle gewenste software installeren, van besturingssysteem (Windows, Linux, MacOS) tot applicaties die op deze besturingssystemen draaien. Een voorbeeld is Amazon’s Simple Storage Service (Amazon S3) of Amazon’s Elastic Computing Cloud (Amazon EC2).
5
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. Ook kunnen de verschillende clouddiensten onderscheiden worden op basis van het type beheer (Mell & Grance, 2009): 1. private cloud: de dienst is cloudgebaseerd maar alleen bestemd voor een specifieke organisatie of gebruiker. De dienst kan geleverd worden door een interne danwel externe service provider, de gebruiker kan voorwaarden stellen aan de dienst. 2. publieke cloud: een externe service provider levert standaarddiensten aan gebruikers. De gebruiker kan de dienst enigszins aanpassen aan eigen wensen maar heeft overwegend geen invloed op en controle over de wijze waarop het wordt aangeleverd. 3. hybride cloud: publieke en private clouds worden in technisch opzicht gecombineerd maar blijven qua beheer gescheiden. Kritieke applicaties worden vaak geleverd vanuit een private cloud, applicaties met een geringer veiligheidsrisico’s worden vaak via een publieke cloud geleverd. 4. community cloud: de infrastructuur wordt opgezet en onderhouden door een aantal organisaties, ter ondersteuning van specifieke doelgroepen (communities) met gedeelde belangen zoals missie, veiligheid, of compliance (voldoen aan wet- en regelgeving). SURF heeft op dit moment in onderzoek of een community cloud voor het Nederlands hoger onderwijs opportuun is (SURF, 2011).
Wat kan het onderwijs met cloud computing?
Volgens SURF (2010a) is het onderwijs een belangrijke sector voor aanbieders van cloudservices omdat onderwijsinstellingen: * meestal beschikken over een flink aantal PC’s met een goede internetverbinding * zeer vergelijkbare behoeften hebben * beperkte budgetten hebben om te investeren * gezamenlijk een enorme ‘koopkrachtige vraag’ vormen * worden bevolkt door ‘de kopers van morgen’, de leerlingen die binnen enkele jaren op de arbeidsmarkt stromen Door de inzet van cloudcomputing krijgen instellingen weer ruimte (tijd en geld) om aandacht te geven aan de mogelijkheden van ICT in het onderwijs- en leerproces. Bovendien kan het het leren en werken onafhankelijk worden van tijd, plaats en specifieke apparatuur (bijvoorbeeld PC, tablet, of telefoon). Naast e-mail voorzieningen kunnen onderwijsinstellingen ook overwegen hun digitale leeromgeving, hun leermiddelenmanagement en studentinformatiesysteen te verplaatsen naar de cloud (KPMG, 2011). Naast kostenbesparingen kan het onderwijs daardoor sneller inspringen op de relevante innovaties die zich in de buitenwereld voordoen.
6
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011.
Volgens het World Economic Forum (2010) staat het onderwijs op de derde plaats van industrieën die de meeste impact zullen ondervinden van cloud computing (zie figuur 5).
Figuur 5. Impact van cloud computing per industrie (WEF, 2010)
Wat zijn de nadelen van cloud computing?
Onderwijsinstellingen kunnen profiteren van de ontwikkelingen rondom cloud computing maar er zijn zeker ook nog een aantal aandachtspunten. Het meest algemene punt is de maturity van cloudcomputing. Cloudcomputing is een hele jonge ontwikkeling waar veel over gedacht, geschreven en beweerd wordt maar er moet nog veel “lucht uit de cloud” (SURF, 2011). Om dit punt te illustreren maakt Gartner van een hun zogenaamde ‘Hype Cycle’ (zie figuur 3). In hun opvatting gaan alle technologische ontwikkeling door vijf verschillende fases heen voordat het gemeengoed wordt en een stabiele plek heeft gekregen temidden van andere technologieën (Fenn, 2010).
7
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011.
Figuur 3. Gartner’s Hype Cycle. 1. Technology Trigger: een technologische doorbraak wordt publiek bekend gemaakt en opgepakt door de pers. De eerste bedrijfjes rondom de technologie verschijnen. Er is nog sprake van een hoge prijs voor een dienst die nog veel aanpassingen behoeft. Early adopters onderzoeken de toepassingsmogelijkheden. 2. Peak of Inflated Expectations: Er wordt lovend gesproken in de pers over de (oneindige) mogelijkheden van de dienst. De publicaties zijn enthousiast en staan vol (onrealistische) claims; de verwachtingen zijn hoog gespannen. De gebruikersgroep breidt zich uit verder dan alleen de early adopters. 3. Trough of Disillusionment: de teleurstellende verhalen beginnen zich op te stapelen, er is sprake van een afnemende waardering van de technologie. Het onderwerp raakt uit de gratie van de pers, de leveranciers van de dienst consolideren. Slechts 5% van de potentiele klantengroep heeft de dienst volledig geïntegreerd. Verbeterde versies van de dienst worden ontwikkeld. 4. Slope of Enlightenment: de meerwaarde en de (on)mogelijkheden van de dienst wordt beter ingeschat. De aanpassingen die vereist zijn om de dienst te kunnen gebruiken nemen af en het kan steeds meer out-of-the-box worden toegepast. 5. Plateau of Productivity: de technologie is stabieler geworden en het wordt breed geaccepteerd door de (technische) gemeenschap. Van het potentiële klantengroep gebruikt 20-30% het, een brede uitrol van de dienst is begonnen. Smith (2010) plaatst cloud computing op de piek van ‘inflated expectations’, dus vlak voor de fase van de teleurstellende verhalen en het verschuiven van de aandacht naar de volgende hype. Typisch voor zo’n jonge ontwikkeling is ook dat iedereen iets anders
8
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. verstaat onder ‘cloud computing’. Het blijkt lastig om een eenduidige definitie te geven ondermeer omdat er een veelheid aan verschillende diensten die zich afficheren met de ‘cloud’. Smith (2010) beschrijft gedetailleerd de meest vermeldenswaardige cloudservices en gebruikt de Hype Cycle om een uitspraak te doen over de ontwikkelingsfase waarin het zich bevindt (zie figuur 4).
Figuur 4. Cloudservices per fase van Gartner’s Hype Cycle. In aanvulling op het algemene punt, zijn er nog een aantal specifieke aandachtspunten (Armbrust et al., 2009; World Economic Forum, 2010; KPMG, 2010, 2011). In dit paper wordt specifiek ingegaan op veiligheid, privacy en koppelingen met andere systemen. Volgens KPMG (2010) zijn veiligheidoverwegingen het grootste en meest genoemde struikelblok voor grootschalige inzet van cloud computing. Deze veiligheidoverwegingen hebben betrekking op (1) de externe opslag van data, (2) het delen van hardware met anderen (multi-tenancy), (3) afstemming van externe en interne veiligheidsprotocollen en (4) de afhankelijkheid van het internet. Door data extern op te slaan heeft een bedrijf minder fysieke controle over de eigen data en wordt het afhankelijk van de veiligheidsmaatregelen van de dienstenleverancier. Bovendien vallen data die opgeslagen zijn buiten de EU onder andere wetgeving waardoor privacybescherming anders opgevat kan worden (JOL, 1995). Het is zelfs zo dat data die opgeslagen is binnen de EU maar door amerikaanse bedrijven onder andere privacybepalingen vallen. Amerikaanse bedrijven vallen namelijk onder de Patriot Act waardoor ze de Amerikaanse
9
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. veiligheidsdiensten, binnen de wettelijke kaders, toegang moeten geven tot de data ongeacht waar de data zich fysiek bevinden (John Collins, Senior Global Trust Productmanager; SURF 2011). Het delen van hardware met anderen (multi-tenancy) is een essentieel onderdeel van cloud computing maar sluit ook een belangrijk veiligheidsrisico in. Onvoldoende scheiding van data van verschillende klanten kan resulteren in vervuiling van data. Bovendien kan gebrekkige toegangscontrole ervoor zorgen dat individuen toegang krijgen tot data waarvoor ze niet geautoriseerd zijn. Ook worden cloud leveranciers interessante partijen om in te breken omdat zij de data van veel andere partijen beheren. Het afstemmen van de interne veiligheidsmaatregelen en requirements met de maatregelen van de dienstenleverancier verloopt moeizaam. Onder andere door een (bewust) gebrekkige transparantie en verschillen in opvattingen over de vereiste beveiligingsniveau’s. Dit kan met name een probleem opleveren wanneer er voldaan moet worden aan nationale auditvereisten. Ondanks dat de afhankelijkheid van het internet niet vaak wordt genoemd als aandachtspunt, zijn aansprakelijkheid en eigenaarschap van het netwerk slecht belegd. Bovendien is het een slecht beveiligd netwerk, zeker in relatie tot de economische waarde van het netwerk. Velen ervaren het internet als een gegeven, toch kwam de stabiliteit ervan meerdere malen aan het wankelen. In 2002 werden negen van de dertien rootservers die de ruggengraat van het internet verzorgen uitgeschakeld tijdens een zogenaamde DOS-aanval. Tijdens de aanval werden vanaf duizenden (mogelijk gekaapte) pc's miljarden malafide datapakketten naar de rootservers verstuurd. Daarna gebeurde dit nog eens in 2007 waardoor er twee van de dertien rootservers bezweken (ICANN, 2007). Naast veiligheidsoverwegingen wordt privacy van (persoons)gegevens vaak als tweede belangrijke struikelblok genoemd. Met het gebruik van online applicaties worden verantwoordelijkheden omtrent data en persoonsgegevens diffuser (SURF, 2010b). Vaak is er sprake van een gezamenlijke verantwoordelijkheid maar in sommige gevallen kan de verantwoordelijkheid verschuiven naar de dienstenleverancier, de Cloud Service Provider (in juridisch termen de CCSP). De feitelijke levering van diensten vindt plaats vanaf servers die al dan niet aan de CCSP toebehoren en die zich al dan niet op dezelfde fysieke plaats bevinden als de CCSP vandaar dat het nodig is om nog een verdere verfijning aan te brengen en Applicatie Servers (AS) en Storage Servers (SS). De juridische positie van de verschillende partijen kan verschillen per Cloud Service. Desondanks zijn er een drietal basismodellen beschikbaar die de juridische posities tussen verschillende partijen kunnen verhelderen.
10
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. 1. Basismodel. In dit model gaat de eindgebruiker zelf een overeenkomst aan met de CCSP. Middels expliciete instemming stemt de gebruiker in met de voorwaarden van de dienstverlener. Gebruikers bepalen zelf wat zij wel en niet doen binnen de Clouddienst, natuurlijk binnen de grenzen van de overeenkomst van de CCSP1. 2. Instellingsmodel. In dit model sluit de onderwijsinstelling een overeenkomst met de Service Provider, waarna de dienst vervolgens aangeboden wordt aan de eindgebruikers. De eindgebruikers werken direct op de servers van de Service Provider; de onderwijsinstelling is zelf niet betrokken of verantwoordelijk voor de operationele dienstverlening. De gebruiker is in dit model dus niet de enige die bepaalt welke gegevens worden uitgewisseld of hoe de dienst er uit ziet, de onderwijsinstelling zit daar tussen. 3. Federatiemodel. In dit model wordt gebruik gemaakt van een federated identity infrastructuur die op nationaal niveau is ingeregeld door SURFnet. In dit model loopt de identificatie en authenticatie van de gebruiker via de SURFfederatie, die vervolgens de relevante informatie doorsluist naar de Service Provider om deze het juiste user-account te laten selecteren. SURFfederatie en Entree zijn vervolgens niet bij de dienstverlening betrokken. Afhankelijk van het gekozen model, kunnen verschillende rechtspersonen juridisch verantwoordelijk zijn voor de verwerking van persoonsgegevens. De verwerking van gegevens kan op verschillende landen plaatsvinden. Gegevens kunnen op verschillende plaatsen in de wereld worden opgeslagen. Dit betekent dat de verwerking en de gegevens dus mogelijk onderworpen zijn aan verschillende juridische regimes. Als laatste struikelblok voor grootschalige adoptie van cloud services, wordt integratie met bestaande systemen genoemd. Waar voorheen softwareleveranciers verantwoordelijk waren voor een goede gegevensuitwisseling binnen hun softwaresuite (bijvoorbeeld mail en kalender), ligt dat met cloud computing anders. Voor elke functionaliteit kan in principe gekozen worden voor de leverancier die de beste oplossing, prijs of voorwaarden biedt. Dat betekent dat de afnemer, veel meer dan voorheen, geconfronteerd kan gaan worden met de beheerslast van een los 1 De lezer wordt verwezen naar een kritisch gebruikersonderzoek dat recentelijk is vrijgegeven door Bright (2011) waarin misstanden door gerenomeerde bedrijven als Facebook, Google, Microsoft, Apple, en Foursquare beschreven worden. De bedrijven kregen respectievelijk een 3, 4, 3, 4 en een 3 als rapportcijfer als het gaat om het beschermen van persoonsgegeven van hun klanten. Vaak blijkt het verhandelen van deze gegevens juist onderdeel van het verdienmodel te zijn en reden waarom de dienst voor de eindgebruiker gratis is .
11
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. geslagen applicatielandschap. Dit kan zich uiten in verschillende niveau’s van dienstverlening, performance en betrouwbaarheid per applicatie. Maar ook in het zelfstandig moeten gaan voorzien in vele typen koppelingen tussen de applicaties, combinaties van applicaties en hardware, platformen of suites. Plummer en Kenny (2009) verwachten dat dit dusdanige vormen aan kan nemen dat zij anticiperen op de opkomst van zogenaamde ‘cloudmakelaars’. Een makelaar kan een persoon of bedrijf zijn, maar kan ook een model of een stuk technologie zijn. Zij onderscheiden drie soorten makelaars: 1. ‘Cloud Service Intermediation’ levert een dienst bovenop een bestaande clouddienst. Het kan bijvoorbeeld de toegang tot de cloud regelen via identiteits- en toegangsbeheer. Deze diensten kunnen op 3 verschillende plekken gerealiseerd worden; bij de leverancier, bij de consument, of in de cloud als een zelfstandige service 2. ‘Cloud Service Aggregation’ combineert verschillende diensten, inclusief eventuele dataintegratie, procesbeheer, dataverkeer en beveiliging, in 1 samengestelde dienst. Plummer en Kenney spreken de verwachting uit dat dit de toekomstige applicaties zullen gaan worden; (unieke) applicaties die als samengesteld pakket geleverd worden aan de klant. 3. ‘Cloud Service Arbitrage’ lijkt op de ‘cloud service aggregation’ maar waar deze kiest voor 1 pakket per functionaliteit, is het bij een ‘cloud service arbitrage’ gebruikelijk om verschillende software pakketten met dezelfde functionaliteit te leveren om zodoende mogelijkheden van vendor lock-in zoveel mogelijk tegen te gaan, bijvoorbeeld 3 verschillende mailpakketten. Een arbiter selecteert de diensten die samen worden gebracht door een aggregator. Via arbitrageservices kan een aggregator flexibel kiezen uit het aanbod van verschillende clouddienstenleveranciers en op die manier voordelen behalen voor de klant.
Impact van cloud computing op de IT organisatie
De bekendheid van eindgebruikers (studenten, docenten en professionals) met cloudgebaseerde toepassingen zal de komende jaren sterk toenemen, waardoor de verwachtingen van de interne IT organisatie zal veranderen (KPMG, 2011). Voor de interne IT organisatie is het van doorslaggevend belang om hun eigen positie te herbezien en zowel in te spelen op deze verwachtingen als er profijt uit te kunnen halen.
12
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. Infrastructure as a Service (IaaS) Binnen de universitaire context is in ieder geval een herpositionering te verwachten van de interne IT organisatie op het gebied van data-opslag. IT professionals hechten sterk aan het gevoel van controle dat ze krijgen door deze voorzieningen zelf te beheren en aan te bieden. Het belang van data blijft echter voortdurend sterk groeien; vanaf 1990 groeit het volume data elke 4 jaar met een factor 10 (Masoud Nikravesh, Directeur CITRIS; SURF 2011). Bovendien neemt de complexiteit van het beheer van datacenters toe. Door data-opslag te verplaatsen naar de cloud kan personeel vrijkomen die ingezet kan worden op kernactiviteiten. Taken die overgeheveld kunnen worden naar de serviceprovider zijn het voorzien in up-to-date veiligheidsgerelateerde hardware en software, het monitoren en upgraden van de hardware infrastructuur en het archiveren van data. De omslag naar cloudservices zorgt er bovendien voor dat de storagevoorzieningen voortdurend past bij de behoefte van de instelling en eenvoudiger piekbelasting opgevangen kan worden door het inkopen van (tijdelijk) extra capaciteit. Het kan bovendien voorzien in een forse kostenreductie. Armbrust en collega’s (2009) schatten dat cloudservices 5 tot 7 keer kosten-effectiever zijn dan traditionele datacentra. Ook is er een omslag van het financieringsmodel van een CAPEX (kosten ten gevolge van aanschaf van voorzieningen) naar een OPEX model (kosten op basis van gebruik van voorzieningen), hetgeen gunstiger is vanuit een cashflow perspectief. Platform as a Service (PaaS) Op dit moment wordt softwareontwikkeling ondersteunt door een zogenaamde ‘OTAP-omgeving’. De afkorting OTAP staat voor Ontwikkeling Test Acceptatie en Productie. Een programma wordt ontwikkeld in de Ontwikkelomgeving. Als de programmeur denkt klaar te zijn wordt het gekopieerd naar de Testomgeving. Daar kan gecontroleerd worden of het programma of component naar behoren werkt en of het goed kan communiceren met zijn omgeving. Als het goed is bevonden wordt het gekopieerd naar de Acceptatieomgeving waar een klant in kan beoordelen of aan zijn eisen en specificaties is voldaan. Indien de klant het programma of component goedkeurt wordt het gekopieerd naar de Productieomgeving waar het gebruikt kan worden door alle gebruikers van het systeem. Voor grote of kritische omgevingen is nog wel eens een vijfde omgeving aanwezig: Maintenance. Dit is een omgeving die identiek is aan de productie omgeving, beschikbaar voor applicatiebeheer. In deze omgeving kunnen calamiteiten worden uitgezocht en (bijbehorende) urgente oplossingen getest. Het opzetten en onderhouden van deze verschillende omgevingen is duur en kent lange looptijden. Door
13
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. gebruik te maken van PaaS-oplossingen kan een geïntegreerde hardware en software omgeving worden afgenomen. Bovendien krijgen ontwikkelaars de mogelijkheid om snel te ontwikkelen door gebruik te maken van Application Programming Interfaces (APIs) die hen op gestandaardiseerde wijze toegang geven tot de databases die door bestaande SaaS-oplossingen worden gebruikt. Software as a Service (PaaS) De verkoop en distributie van software verloopt nu veelal nog via de aanschaf van licenties (per gebruiker of campusbreed) en het implementeren van de software op de PC van een medewerker danwel op een server van de universiteit. SaaS is software die als een online dienst wordt aangeboden. De gebruiker hoeft de software niet aan te schaffen, maar sluit een contract af voor een vast bedrag per maand voor het gebruik. De SaaS provider zorgt voor installatie, onderhoud en beheer, de gebruiker benadert de software over het internet bij de SaaS provider. Aanschaf van dure licenties en bijkomende hoge implementatiekosten wordt vermeden. De software wordt met SaaS ineens toegankelijk voor een breed publiek.
Business case Cloudcomputing maken nieuwe business- en IT-methodes mogelijk door toepassingen, infrastructuur en businessprocessen te standaardiseren waardoor ze hogere efficiëntieniveaus kunnen realiseren en nieuwe services kunnen leveren. Tegelijkertijd is het zo dat weinig bedrijven de business case sluitend krijgen (Tan, 2010). Voornaamste reden is dat het bedrijven nog volop in ontwikkeling als het gaat om hun verdien- en verbruiksmodellen, dit geldt zowel aan de zijde van de dienstenleveranciers als voor de dienstenafnemers. Tan (2010) stelt daarom voor te ontdekken op welke manier cloud computing een plek kan krijgen in de instelling om zodoende een beter gevoel te krijgen voor de potentie, de kosten en de baten die deze ontwikkeling met zicht meebrengt.
14
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011.
Referenties Armbrust, M., Fox, A., Griffith, R., Joseph, A.D., Katz, A.D., Konwinski, A., Lee, G., Patterson, D.A., Rabkin, A., Zaharia, M. (2009) Above the Clouds: A Berkeley View of Cloud Computing. Technical Report EECS-2009-28, EECS Department, University of California, Berkeley. Gedownload op 22 april 2011, via http://d1smfj0g31qzek.cloudfront.net/abovetheclouds.pdf Bright (2011). Accept or decline crowd-sourcing. Gedownload op 25 april 2011, via https://www.bright.nl/files/brght39_accept.pdf Fenn, J. (2010) Understanding Gartner's Hype Cycles, 2010. Gartner, 9 July 2010, G00205030. ICANN (2007). Factsheet. Root server attack on 6 february 2007. Gedownload op 22 april 2011, via http://icann.org/announcements/factsheet-dns-attack08mar07.pdf JOL (1995/281) Richtlijn 95/46/EG van het europees parlement en de raak betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en het vrije verkeer van die gegevens, Publikatieblad van de Europese Gemeenschap, 1 (281/31), 31-50. KPMG (2010). From Hype to Future. KPMG’s 2010 Cloud Computing Survey. Gedownload op 22 april 2011, via https://www.kpmg.com/NL/nl/IssuesAndInsights/ArticlesPublica tions/Documents/PDF/IT%20Performance/From_Hype_to_Futur e.pdf KPMG (2011). The Cloud. Changing the Business Ecosystem. Gedownload op 17 april 2011, via http://www.kpmg.com/IN/en/IssuesAndInsights/ThoughtLeader ship/The_Cloud_Changing_the_Business_Ecosystem.pdf Mell, P., & Grance, T. (2009). The NIST Definition of Cloud Computing. Gedownload op 22 april 2011, via http://csrc.nist.gov/groups/SNS/cloud-computing/cloud-defv15.doc Plummer, D.C., & Kenney, L.F. (2009) Three Types of Cloud Brokerages Will Enhance Cloud Services. Gartner, 11 May 2009, G00164265. Plummer, D.C., Cearley, D.W., & Smith, D.M. (2008) Cloud Computing Confusion Leads to Opportunity. Gartner, 19 June 2008, G00159034. SURF (2010a). Cloud computing in het onderwijs. Minder zorg om techniek, meer profijt van ICT. Gedownload op 7 april 2011, via http://www.surfnetkennisnetproject.nl/attachments/session=clo ud_mmbase+2178257/PublicatieCloudComputing_webversie.pdf
15
Het onderwijs in de wolken –Wilco te Winkel – MIM-‐25 – April 2011. SURF (2010b) De wolk in het onderwijs. Privacy aspecten bij cloud computing services. Gedownload op 7 april 2011, via http://www.surfnetkennisnetproject.nl/attachments/session=clo ud_mmbase+2320973/De_wolk_in_het_onderwijs_feb2011.pdf SURF (2011) The Daily Cloud. Verslag van Studiereis ‘Cloud Computing’ georganiseerd door SURFfoundation. Smith, D.M. (2010). Hype Cycle for Cloud Computing, 2010. Gartner, 27 July 2010, G00201557. Tan, S. (2010) Vendor Focus for IBM Global Services: Consulting Services for Cloud Computing. Gartner, 22 February 2010, G00174046. Vaquero, L.M., Rodero-Merino, L., Caceres, J., & Lindner, M. (2009). A break in the clouds: towards a cloud definition. ACM SIGCOMM Computer Communication Review, 39(1), 50-55. World Economic Forum (2010) Exploring the Future of Cloud Computing: Riding the Next Wave of Technology-Driven Transformation. Gedownload op 22 april 2011, via http://www3.weforum.org/docs/WEF_ITTC_FutureCloudComputi ng_Report_2010.pdf
16