Het lesprogramma van groep 4 Voor u is het belangrijk om te weten dat juf Petra er op alle ochtenden is om les te geven (een enkele vrijdagochtend zal er een invaller zijn). Op maandag-, dinsdag- en donderdagmiddag wordt de groep begeleid door juf Wieke die ondersteund wordt door juf Hilde op maandag- en donderdagmiddag, en juf Susan op dinsdagmiddag. Juf Petra is voor u het aanspreekpunt als het gaat om vorderingen en belangrijke zaken omtrent uw kind. U kunt altijd een gesprek aanvragen na schooltijd. Voor schooltijd is niet handig in verband met de veiligheid van de kinderen in de klas. U kunt mondeling een afspraak maken, maar ook een e-mail sturen. Mijn persoonlijke e-mailadres is
[email protected] Op het moment dat de leerlingen ’s morgens binnenkomen kunnen zij op het white bord zien wat ze die dag gaan doen. Om de leerlingen meer zelfstandig te leren handelen maken we gebruik van ‘stilteblokjes’ waarbij de leerling zelf kan aangeven of hij of zij wil doorwerken zonder gestoord te worden voor vragen, een ander hulp wil bieden of zelf een vraag heeft. Wanneer de vraag niet direct beantwoord wordt werkt de leerling tussentijds met andere lesstof door. Ook het werken met de wekelijkse taakkaart versterkt het zelfstandig werken. Verderop in deze informatiebrief vindt uitleg over de taakkaart. In de klas staat een instructietafel. De leerlingen die moeite hebben met bepaalde leerstof kunnen daar extra instructie en hulp krijgen van de leerkracht. Voor die leerlingen is er ook extra materiaal aanwezig, denk hierbij bijvoorbeeld aan een rekenrekje, MAB-materiaal (blokjes, staafjes van 10, honderdvelden), kralenkettingen, getallenlijnen, extra oefenbladen, taalspelletjes, etc. Leerlingen die al iets verder zijn met de leerstof en daarvoor extra werk krijgen komen ook minimaal 1 keer per week aan deze tafel bij de leerkracht. Het vieren van de verjaardagen doen we bij voorkeur ’s ochtends. Om 10.00 start het feest met feliciteren en liedjes zingen. Daarna wordt de tractatie uitgedeeld. Heel graag zou ik willen dat u nadenkt over een zo gezond mogelijke traktatie, die toch leuk en lekker is. Dat lijkt een hele uitdaging, maar hoeft niet zo moeilijk en duur te zijn. Sommige ouders hechten veel waarde aan gezond eten en zo weinig mogelijk snoepen. De kinderen mogen tijdens de pauze ook nog langs de andere juffen en meesters om iets op de verjaardagskaart te laten schrijven en eventueel nog iets te trakteren.
Hieronder vindt u meer informatie over de vakken die in groep 4 aan de orde komen. U bent van harte uitgenodigd om op de informatieavond alle materialen behorende bij deze vakken te komen bekijken en eventueel vragen te stellen. Vakgebieden: Godsdienst (methode: kind op maandag) De leerlingen krijgen 2 of 3 keer per week een verhaal te horen uit de bijbel en dit wordt regelmatig beeldend of muzikaal verwerkt. Ook praten we samen over wat het voor ons nu nog betekent. Op maandag mogen de leerlingen geld meenemen voor ons goede doel: de peuterspeelzaal Bi Songo in Yorgo, Burkina Faso. Op de website van school vindt u hier over meer informatie. Zo leren we de leerlingen elke week te delen met kinderen die het minder goed hebben dan wij. Kinderen en hun Sociale Talenten Dit is een methode die werkt aan het aanleren en versterken van de sociale vaardigheden. Het gaat over het vermogen om op een gelijkwaardige manier sociaal en emotioneel te functioneren. Gelijkwaardig wil zeggen dat een leerling rekening houdt met zijn eigen belangen én met de belangen van een ander en dat hij rekening houdt met de waarden en normen die in de samenleving gelden. Elke maand komt Marina Verstraeten fysieke oefeningen doen, om de kinderen te laten ervaren hoe je bijvoorbeeld stevig staat en zelfverzekerd overkomt op anderen. Rekenen (methode: Pluspunt) Groep 4: de telrij t/m 100 is erg belangrijk. Binnen dit bereik worden sommen gemaakt en wordt er veel geteld met of zonder sprongen. Klokkijken wordt geoefend. Verder komen de eerste tafels aan bod, 1 t/m 5 en 10. Het goed kennen van de tafelsommen is erg belangrijk, ook voor de volgende leerjaren. Wilt u dit thuis regelmatig oefenen met uw kind? Er wordt aandacht besteed aan meten, ruimtelijke oriëntatie en verhoudingen. Onze methode maakt veel gebruik van rekenspelletjes om de kinderen ook (inter)actief met de rekenvaardigheden bezig te laten zijn. Taal (methode: Taal actief) De taalmethode biedt naast taal ook spelling. Er wordt 3 weken gewerkt binnen een thema. Gedurende die drie weken wordt de nodige taalkennis en taalvaardigheid verworven (o.a. lidwoorden, voorzetsels,
voegwoorden, alfabetkennis, stellen, spreekwoorden, vergrotende trappen). Er is voldoende ruimte in de lessen om te differentiëren (naar niveau en tempo). Ook na de oefenlessen en de toets wordt er aan de hand van de resultaten gedifferentieerd naar remediëring en verrijking met het taalboek extra. Spelling (methode: Taal actief) Het spellingsonderwijs gaat uit van hetzelfde themablok als dat van taal. Dit sluit op elkaar aan. (Gaat het in taal over de schoolkrant , dan gaat het bij spelling ook over de schoolkrant). Per blok komen een aantal spellingscategorieën en spellingsregels aan bod. Na een aantal lessen waarin het woordpakket wordt aangeboden volgt een signaaldictee. Daarna wordt er gedifferentieerd. Zwakke spellers krijgen extra hulp. Na 2 lessen volgt een controledictee. Kinderen die dan nog uitvallen krijgen extra remediering op de desbetreffende spellingscategorieën via de computer. Lezen Technisch lezen (methode: Timboektoe) Kinderen van deze leeftijd zijn erg gevoelig voor het leren lezen. Daarom is het belangrijk om vooral in de groepen 3, 4 en 5 veel te lezen, zowel op school als thuis, liefst iedere dag. In de klas wordt ook elke dag gelezen.
Elke week staat er een leesstrategie centraal. Vooral leerlingen die moeite hebben met lezen oefenen deze leesstrategie regelmatig deze week, in de boeken, op leeskaarten en op de computer. Een veel voorkomende oefening is om de woorden eerst te horen terwijl ze worden voorgelezen, daarna worden ze gezamenlijk gelezen en vervolgens apart (ook wel het voor-koor-door-lezen genoemd). Leerlingen lezen met regelmaat zelfstandig uit zelfgekozen boeken, daarbij wisselen stripboeken, informatieve boeken en gewone leesboeken elkaar af. Er zijn grote niveauverschillen tussen de leerlingen. De leerlingen lezen daarom allemaal rond hun eigen leesniveau. Eén keer per week lezen we in groepjes waarbij het leesniveau dicht bij elkaar ligt. De leerlingen lezen samen (om de beurt), helpen elkaar en delen leeservaring. Over het algemeen vinden de leerlingen deze manier van lezen dan ook erg leuk. Begrijpend lezen (methode: Nieuwsbegrip) Bij begrijpend lezen gaat het om het begrijpen van de tekst.
Nieuwsbegrip Vanaf januari gaan we met groep 4 starten met de methode ‘Nieuwsbegrip’. Deze methode biedt elke week een actuele tekst aan die verkend gaat worden. Eerst komt er een inleidend filmpje op het digibord, daarna worden strategieen besproken. De leerkracht geeft instructie, maar de kinderen moeten actief meedenken. Daarna wordt er in tweetallen gewerkt aan vragen en opdrachten die samenhangen met de tekst. Het overleg is erg belangrijk. Uiteraard zijn dit niet de enige begrijpend-leesmomenten voor de leerlingen. We lezen de hele dag door rekensommen, taallessen, biologielessen, uitleg van het bord etc. Hieruit blijkt hoe belangrijk het is om goed te kunnen lezen en te begrijpen wàt ze lezen. Spreek- en boekenbeurten De leerlingen zullen dit jaar allemaal een spreekbeurt houden. Dit staat gepland voor het tweede deel van het schooljaar. Naast spreekbeurten zullen er ook boekbesprekingen zijn, waarbij de leerlingen elkaar enthousiast maken voor literatuur. Schrijven (methode: Zwart op Wit) In groep 4 ligt de nadruk op het leren schrijven van hoofdletters en het verbinden van de kleine letters. De kinderen leren met een vulpen te schrijven, die krijgen ze rond de herfstvakantie. Engels (methode: Groove me) Dit schooljaar wordt er voor het eerst al vanaf groep 1, regelmatig, engelse les gegeven. We hebben gekozen voor een methode die werkt vanuit (moderne) liedjes die rond een thema werken. In groep 4 wordt begonnen met het thema ‘dieren’ en het lied dat daarbij het uitgangspunt is, is :Everything at once van Lenka. In groep 4 draait het vooral om luisteren, begrijpen en praten. Natuur en techniek (methode: NAUT) Groep 4 kijkt het schooltvprogramma huisje-boompje-beestje en behandelt daarnaast verschillende thema’s in een doeboek van de methode NAUT.. De inhoud hiervan draait niet alleen om het kennisgebied natuur en techniek, maar daarnaast wordt er ook aandacht besteed aan geschiedenis en aardrijkskunde. In dit doeboek is door de kinderen ook al gewerkt in groep 3. Aardrijkskunde (methode: Hier en Daar) Voor groep 4 is de aardrijkskundemethode beperkt tot 4 basisthema’s. Er wordt veel nadruk gelegd op het oefenen met plattegronden. Dit als voorbereiding op de topografie die in groep 6 om de hoek komt kijken.
Geschiedenis In groep 4 zijn de lessen gericht op het ontwikkelen van tijdsbesef. Er zijn verschillende blokken waarin gewerkt wordt, steeds wordt er een vergelijking getrokken tussen vroeger en nu. Gym Twee keer per week krijgen de leerlingen gymnastiekles. Op dinsdagmiddag samen met groep 3, en op vrijdagochtend alleen met groep 4. Er wordt gegymd in de gymzaal van de Ganzerik. De gymlessen worden in principe gegeven door de eigen leerkracht, maar vaak is er ondersteuning van OSHB. Zij hebben gymleraren in dienst en leiden stagiaires van het CIOS op tot gymleraar. De groepsleerkracht is altijd aanwezig bij de lessen, en kan goed observeren hoe het met elk kind gaat en hoe samengewerkt wordt. De kinderen gymmen in een korte broek, een shirt met korte mouwen en op schoenen die alleen binnen worden gedragen. De gymtas mag op school, aan de kapstok blijven hangen, maar dat hoeft niet. Verkeer De leerlingen werken met een verkeerskrant van Veilig verkeer Nederland, waarin afwisselende verkeerssituaties, zoals die in de omgeving van de leerlingen kunnen voorkomen, worden besproken en waarbij de leerling leert om rekening te houden met anderen in het verkeer. Hierbij gaat het verkeerswerkblad steeds uit van het kind als deelnemer aan het verkeer (als bestuurder van een fiets of paard of als voetganger). Muziek Leerlingen zingen, maken kennis met verschillende muziekinstrumenten, luisteren, bespelen muziekinstrumenten, leren muzieknotaties en bewegen. Tekenen, handvaardigheid Kleuren, knippen, tekenen, vouwen, plakken, kleien … Hierbij wordt ook vanuit een methode gewerkt. De methode biedt een opbouw door de hele basisschool en heeft mooie platen en foto’s van kunstwerken waar leerlingen enthousiast mee aan de slag kunnen. Ook wordt soms gebruik gemaakt van actuele lessen die op het internet in overvloed te vinden zijn. De meeste vakken hebben extra leer- en oefenmateriaal op de computer. Voor elke leerbehoefte is er wel iets te bieden en de computers worden dan ook regelmatig ingezet.
Het digibord is een belangrijk onderdeel van elke les. Vaak zijn speciale digibordlessen bij een methode. Taakkaart Elke week wordt een aantal vakken en lessen in een taakkaart samengesteld. Daar kunnen de leerlingen zelfstandig mee aan de slag. In de taakkaart wordt ook gedifferentieerd op niveau en tempo. Het ene kind zal dus iets meer en moeilijkere opdrachten doen dan het andere. Het is de bedoeling dat de kinderen een 23-ringsmap mee naar school nemen om hun opdrachten in te bewaren. Veel kinderen hebben die map al meegenomen. Het is handig wanneer er in die map tabbladen zitten, zodat de bladen geordend kunnen worden. De kinderen hebben om de beurt een week klassendienst. De kinderen die aan de beurt zjn voor klassendienst, hebben bepaalde taakjes overdag zoals het uitdelen van boeken en schriften en het wegbrengen van de overblijfmap. ’s Middags wordt de klas geveegd en alles in de gang opgehangen. Op die dagen in de week dat ze aan de beurt zijn, zijn ze soms dus iets later uit school. De bedoeling is dat de klassendienst niet langer dan 5 minuten duurt.