Het koppelen van een FC51, via Modbus RTU, aan een AC500-eco

Het koppelen van een FC51, via Modbus RTU, aan een AC500-eco. Snelle start handleiding.

Solar Technical Support

Inhoudsopgave:

Benodigdheden. .......................................................................................................................... 2 De Modbus RTU kabel. ............................................................................................................... 3 De gewijzigde parameters in de FC51 t.o.v. de fabrieksinstelling. ............................................... 4 De instellingen in de AC500-eco.................................................................................................. 6 Sla het project op. ........................................................................................................................ 9 Het programma. ..........................................................................................................................10 De routine om de status van de FC51 uit te lezen. .....................................................................12 De routine om het “ControlWord” naar de FC51 te schrijven. .....................................................13

Solar TPS Industrial Automation

1

woensdag 30 september 2015 www.solarnederland.info

Benodigdheden.    

Een laptop met daar op Automation Builder software Een RS485 kabel Een PM564-ETH Patchsnoer


2


De Modbus RTU kabel. Onderstaand vindt u het schema van de Modbus kabel. Deze kunt u zelf aanmaken met behulp van een DB9 connector en een stukje afgeschermde data kabel. De connector voor de Danfoss FC51 zit standaard op de frequentie omvormer.

In onze test hebben wij gebruik gemaakt van een Profibus connector en kabel


3


De gewijzigde parameters in de FC51 t.o.v. de fabrieksinstelling. Wij gaan er van uit dat de frequentie omvormer correct inbedrijf is genomen.

De parameters welke zijn aangepast hebben betrekking op de communicatie instelling. Het protocol staat standaard op “FC”, zet parameter 8-30 op 2

Geef in parameter 8-31 het Modbus ID op! Dit is het busnummer van de drive, in onze test hebben wij deze op 1 laten staan.

Geef in parameter 8-31 de baud rate op! Standaard staat deze op 9600 ingesteld, in onze test maken wij gebruik van 19200 Baud. Solar TPS Industrial Automation

4


Stel parameter 8-33 in op 2.

De poort instellingen zijn als volgt ingesteld:    

P8-30 = 2 P8-31 = 1 P8-32 = 3 P8-33 = 2

De Danfoss FC51 is voor wat betreft het communicatie gedeelte nu ingesteld.


5


De instellingen in de AC500-eco. Binnen de software dienen wij aan te geven dat de 1 e communicatie poort gebruikt gaat worden voor Modbus communicatie.

Klik met de rechter muisknop

Selecteer.


6


Selecteer de COM1 – Modbus driver, en vervang het object.

Klik met de linker muisknop

Klik met de linker muisknop

Sluit vervolgens het scherm af.

Dubbel klik hierop. Dubbel klik om te selecteren.

Stel vervolgens de parameters van de Modbus communicatie in zoals bovenstaand is aangegeven.


7


Stel eventueel het IP-adres in, dit om het programma te downloaden.

Geef eventueel de I/O mapping aan van de ingangen.


8


Sla het project op.

Sla het project op door op het diskette symbool te klikken. Open nu de programmering door op het “Application” symbool te klikken. De CoDeSys wordt nu geopend;


9


Het programma. Definieer in de globale variabele de volgende merker woorden met hun bits.


10


Zoals op de voorgaande pagina te zien is worden de bits van het status- en controlword coils genoemd. Deze coil nummers vindt u weer in de Danfoss documentatie terug.

De teller heeft als doel de stap te onthouden ten behoeve van de communicatie   

Met stap 1 en 2 wordt het statusword uit de FC51 gelezen. Met stap 4 en 5 wordt het controlword naar de FC51 geschreven. Met stap 7 en 8 wordt het setpoint naar de FC51 geschreven.

Op deze wijze voorkomen wij dat er twee instructies tegelijk gestart worden. En creëren wij een stijgende flank voor het “COM_MOD_MAST” blokje.


11


De routine om de status van de FC51 uit te lezen. In de aanhef van het programma blok worden de variabele gedeclareerd die lokaal gebruikt gaan worden.

U ziet dat de Modbus ID welke in de FC51 ingesteld is hier weer wordt gebruikt om de FC51 te adresseren. Het start adres is het adres in de FC51 waar Coil33 begint, iedere Coil is één bit. Het aantal bits wat gelezen wordt, wordt aangegeven in NrCoils.

Zodra de teller de waarde 2 heeft wordt de lees routine gestart en schrijft het COM_MOD_MAST blokje de gelezen bits in het woord “StatusWord”. Als er een fout geconstateerd wordt dan wordt de foutcode opgeslagen in “FoutBijLezen”.


12


Een beveiliging welke ingebouwd is, is het resetten van de status als de communicatie niet succesvol verlopen is.

De teller is 2 en de communicatie is gestart maar er treedt een fout op, op dit moment wordt de status gereset anders kunt u de verkeerde conclusie trekken uit de status bits.

De routine om het “ControlWord” naar de FC51 te schrijven. Deze routine is feitelijk hetzelfde als de routine van het lezen, het verschil zit in de functie van het blokje en het start adres.

Dit zelfde geldt ook voor het schrijven van het setpoint naar de FC51:


13


Het geheel wordt door het hoofdprogramma aangestuurd.

In het bovenstaande ziet u de koppeling van de ingangen naar de “Coils” en dus Modbus adressen in de FC51.

Het volledige project is te downloaden vanaf onze informatie pagina.

Indien u vragen heeft neem dan gerust contact met ons op: I: E: T:


www.solarnederland.info [email protected] 0887652761

14


Het koppelen van een FC51, via Modbus RTU, aan een AC500-eco

Recommend Documents