HAVEN
4
KOEIEN GRAZEN IN NATUURGEBIED
6
krant
HOE ZIET HET DORP PROSPERPOLDER ER STRAKS UIT?
Zeldzame getijdennatuur langs de Schelde
11
HAVEN ZOEKT TECHNISCHE PROFIELEN
NUMMER 3 SEPTEMBER 2015
23
HOE LEVEN HAVENBEDRIJVEN EN BUURTBEWONERS SAMEN?
HET HAVENGEBIED KLEURT OOK GROEN
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
7
Ambitieuze havenplannen Welkom in het septembernummer van de Havenkrant, het driemaandelijkse magazine dat focust op alles wat reilt en zeilt in het havengebied van Antwerpen.
Veel leesplezier. Jan Hemelaer, Procesmanager Ontwikkeling Havengebied Antwerpen, Vlaamse overheid
7 Het havengebied kleurt ook groen
In de getijdennatuur rond de Schelde voelen zeldzame planten en dieren zich thuis.
11 Haven verwoed op zoek naar technische profielen 20 “Zonder inlevingsvermogen lukt het niet” Lieve Verfaillie bemiddelt bij onteigeningen.
27 Op zoek naar sporen uit de Steentijd Logistiek Park Waasland komt er pas na opgravingen.
VERDER IN DIT NUMMER 4
Koeien grazen in natuurgebied
6
Hoe ziet het dorp van Prosperpolder er straks uit?
16 Vlotte mobiliteit in het havengebied Antwerpen
20
In deze Havenkrant lees je onder meer hoe bemiddelaar Lieve Verfaillie het leed verzacht bij onteigeningen en hoe de secretaris-generaal van het Departement MOW de mobiliteit in het havengebied vlot wil trekken. Je komt te weten welke jobkansen de haven biedt en hoe de Schelde zeldzame getijdennatuur creëert. In de Havenkrant krijgen partners en belanghebbenden de ruimte om hun zeg te doen, ook als ze verschillende visies hebben. De confrontatie van meningen en ideeën zorgt ervoor dat onze projecten rijker en evenwichtiger worden. Daarom zijn we ook benieuwd naar jouw mening over de Havenkrant! Je suggesties zijn welkom op
[email protected].
3
Veel vacatures in de haven raken moeilijk ingevuld. Bedrijven, overheid en onderwijs pakken knelpuntberoepen samen aan.
De haven is een bron van economische welvaart. Om dat zo te houden, is groei noodzakelijk. Alle studies tonen aan dat de internationale containervaart blijft toenemen. Daarom heeft de Vlaamse Regering beslist om verder te gaan met de ontwikkeling van een nieuw Saeftinghedok. Dat gebeurt met ruime aandacht voor de omgeving: de volgende stappen zijn de opmaak van een milieueffectenrapport en een onteigeningsplan. Ook de mobiliteitsontsluiting van de Waaslandhaven en de Linkerscheldeoever moet volledig duidelijk zijn voor het licht op groen gaat. Het nieuwe Saeftinghedok moet op termijn een nettowinst van 3,5 miljard euro opleveren en tot 3500 jobs creëren.
23 Hoe leven havenbedrijven en buurtbewoners samen? 30 Uit in de haven 32 Backcover: de vierde Vlaamse Havendag
We zijn zeer benieuwd wat je van de Havenkrant vindt. Je opmerkingen en suggesties zijn welkom op
[email protected]
Colofon
inhoud
Voorwoord
2
De Havenkrant is een magazine over de ontwikkeling van het havengebied Antwerpen. Het wordt uitgegeven door het Departement Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse overheid. VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: Jan Hemelaer HOOFDREDACTIE: Jan Hemelaer, procesmanager REDACTIE, CONCEPT EN LAY-OUT: Pantarein DRUK: Artoos REDACTIEADRES: Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel, tel. 02 553 71 32,
[email protected]
11
27
De meningen die derden in dit magazine vertolken, vallen buiten de verantwoordelijkheid van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. COPYRIGHT BEELDEN: p. 4-6: Michiel Mels, p. 7: Karlien Claeys, p. 8-10: Vilda - Yves Adams, p. 11: GTI Beveren, p. 12-14: Michiel Mels, p. 15: GTI Beveren, p. 16-19: Elisabeth Verwaest, p. 20-22: Michiel Mels, p. 23-24: BASF, p. 25-26: Electrabel, p. 27-28: MLSO, p. 30-31: Vilda - Yves Adams, Antwerp Port Tours, Ludo Goossens, p. 32: GHA
HAVEN
4
krant
Havenzicht
D
e uitbreiding van het havengebied blijft niet zonder gevolgen voor landbouwer Geert Meersschaert en zijn vrouw Kris Van Royen. De afgelopen jaren moest hun bedrijf in de Prosperpolder heel wat gronden afstaan voor natuurontwikkeling. Maar toen het koppel het aanbod kreeg om hun runderen in het Verdronken Land van Saeftinghe te laten grazen, keerde het tij. “Het vlees van onze dieren heeft nu een unieke smaak”, zegt Geert.
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
5
Koeien grazen in natuurgebied Het bedrijf van Geert en Kris bestaat al 27 jaar. Nadat ze een deel van hun landbouwgronden kwijtraakten, kreeg het koppel een voorstel van de Stichting Het Zeeuwse Landschap: ze mochten hun koeien laten grazen in het Verdronken Land van Saeftinghe. Dat beschermde natuurgebied wordt doorsneden door slikken, schorren en geulen. (Lees meer over de getijdennatuur op p. 7.) “Aanvankelijk twijfelden we, maar het was een mooi aanbod”, vertelt Geert. “Onze dieren hebben nu 250 hectare ter beschikking om te grazen. Het is een win-winsituatie voor de landbouw en de natuur, want wij krijgen extra land en de koeien zorgen ervoor dat het riet niet gaat woekeren. ” Af en toe raakt er een koe vast in de modder, maar de kudde heeft zich goed aangepast aan het gebied. “Het eerste jaar moesten de dieren hun weg zoeken, maar nu weten ze precies welke routes veilig zijn. De oudere runderen tonen de jongere waar ze moeten lopen.”
DELICATESSE Door de toevloed van zout zeewater heeft het gras in het Verdronken Land van Saeftinghe een zilte smaak. Die dringt ook door in het vlees van de koeien: dat is nu lichtgezouten. “Na drie maanden in het reservaat krijgt het vlees een helderrode kleur en een stevige maar malse textuur. Omdat de dieren de hele dag rondlopen in diepe modder, hebben ze veel spierweefsel. Hun lichtgezouten vlees is een zeldzame delicatesse”, vertelt Geert. “Enkel in de vallei van de Somme in Frankrijk lopen ook koeien rond in overstromingsgebied. We hebben onze dieren de naam Saeftingher gegeven. In de zomerperiode krijgt hun vlees die unieke smaak. Het is te koop van 1 oktober tot 31 maart.”
“Door het zilte gras krijgt het vlees een unieke smaak” Landbouwer Geert Meersschaert
Je kunt pakketten van tien kilo bestellen via het mailadres
[email protected]. Het vlees kun je dan op de boerderij afhalen. Wie thuislevering verkiest, kan inschrijven via de website www.deeleenkoe.be.
HAVEN
6
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
Havenzicht
Hoe ziet het dorp van Prosperpolder er straks uit?
Het havengebied kleurt ook GROEN D
D
e gemeente Beveren wil haar gehucht Prosper vlak bij het havengebied opwaarderen en herinrichten. Ze is op zoek naar een partner die uittekent hoe bewoners, toeristen en landbouwers kunnen blijven genieten van het unieke polderlandschap, het erfgoed en de natuur in en rond het dorpje.
In het noorden van Beveren, vlak tegen de Nederlandse grens, ligt het gehucht Prosperpolder, kortweg Prosper. Wonen, fietsen, aan landbouw doen, genieten van het polderlandschap en de nabijgelegen natuur, iets drinken op een terrasje, de Prosperhoeve of de Sint-Engelbertuskerk bezoeken, in de toekomst blijft dat allemaal mogelijk in Prosper. De grote lijnen heeft de Vlaamse Regering in 2013 vastgelegd in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) voor de ontwikkeling van het havengebied Antwerpen. Ze gaf toen ook de opdracht aan de Vlaamse overheid om in Prosperpolder in (her)huisvesting te voorzien voor bewoners die getroffen zijn door de haven- en de natuurontwikkeling.
PLAN VOOR INRICHTING Hoe de verschillende functies van het poldergehucht op elkaar afgestemd kunnen worden, daar wil Beveren een plan voor uittekenen. In augustus publiceerde de gemeente een bestek voor de opmaak van een inrichtingsstudie voor Prosperdorp. Boudewijn Vlegels, schepen van Woonbeleid en Leefbaarheid Polderdorpen van de
gemeente Beveren: “De opdracht luidt: maak een inrichtingsstudie, een beheerplan voor het onroerend erfgoed en een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (gRUP). Daarnaast moet het studiebureau ook de goedkeuringsprocedure van het gRUP begeleiden en de inwoners nauw betrekken bij het uitwerken van de plannen. Alle partners samen hebben daarvoor een budget van 175.000 euro uitgetrokken.”
FIETSNETWERK Voor het project werkt de gemeente Beveren samen met de Vlaamse overheid, die ongeveer drie vijfde van het geschatte budget inbrengt, en met het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen en Maatschappij Linkerscheldeoever, die ongeveer evenveel bijdragen als de gemeente zelf. Boudewijn Vlegels: “Het is belangrijk dat er aandacht gaat naar wie naast de haven en de natuurgebieden leeft en werkt. De opwaardering van Prosperpolder is een begin. Zorg voor erfgoed, buffering, landschapsvorming, zachte recreatie en toerisme, en een goed fietsnetwerk om alles te verbinden volgt.”
e Schelde en de omringende getijdengebieden vormen niet alleen het decor voor de haven, ze zijn ook een uniek natuurfenomeen. Die natuur is zo zeldzaam dat het hele havengebied als speciale beschermingszone werd ingekleurd. De haven kan haar economische activiteiten enkel verder ontwikkelen als de waardevolle getijdennatuur rondom gevrijwaard blijft.
7
8
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
De Schelde is een van de laatste rivieren in West-Europa met een natuurlijke monding. Waar de rivier en de zee samenkomen, creëren ze een menggebied van zout zeewater en zoet rivierwater. Die overgang van zout naar zoet, samen met het ritme van eb en vloed, doet een zeer gevarieerde getijdennatuur ontstaan. De talrijke slikken en schorren maken de Scheldemonding uniek. De rivier is een levensnoodzakelijke pleisterplaats voor tientallen soorten trekvogels, wintergasten en broedvogels.
NOODZAKELIJKE BESCHERMING
WAAROM RICHT DE VLAAMSE OVERHEID GETIJDENNATUUR ROND DE SCHELDE IN? Om het voortbestaan van typische Europese planten en dieren te verzekeren, hebben de lidstaten van de Europese Unie samen Natura 2000 opgericht, een netwerk van waardevolle leefgebieden. Alle landen duidden speciale beschermingszones aan. Ook rond de Schelde en in een deel van het havengebied Antwerpen liggen er enkele. Die zones moet de Vlaamse overheid prioritair inrichten om de Europese natuurdoelen voor het havengebied te halen. Pas dan kan de haven verder ontwikkeld worden. De natuur rond de haven is bijzonder zeldzaam en heeft het ritme van de getijden nodig om voort te bestaan. Daarom kan die waardevolle natuur enkel rond de Schelde ontwikkeld worden.
Getijdennatuur is zo zeldzaam dat Vlaanderen grote delen van het mondingsgebied van de Schelde als speciale beschermingszone heeft aangewezen. Verschillende gebieden langs de rivier zijn opgenomen in het Europese natuurnetwerk Natura 2000. Die ketting van beschermde natuurgebieden verzekert de toekomst van de meest kwetsbare Europese planten- en diersoorten en hun biotopen. Laurent Vanden Abeele van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB): “Op de Rechterscheldeoever vind je het Vogelrichtlijngebied van de Kuifeend. Op de linkeroever liggen de ‘Schorren en polders van de Beneden-Schelde’, een Vogelrichtlijngebied dat het grootste deel van de Waaslandhaven en een stuk van de polders omvat. Beide gebieden zijn cruciaal als broed-
plaats voor bedreigde vogels en als veilige haven voor trekvogels. Daarnaast heb je het Habitatrichtlijngebied van het Schelde-estuarium, dat zich uitstrekt van de Nederlandse grens tot Gent. In al die speciale beschermingszones moeten bedreigde dieren en planten alle kansen krijgen én blijft economische ontwikkeling mogelijk.”
AANEENGESLOTEN NATUURGEBIED Het havengebied Antwerpen maakt deel uit van drie verschillende overlegplannen. De langetermijnvisie voor het Schelde-estuarium is een akkoord tussen de Vlaamse en de Nederlandse overheid om de Zeeschelde toegankelijk te maken voor grote zeeschepen, het mondingsgebied te beschermen tegen overstromingen en het natuurlijke ecosysteem van de rivier te herstellen. Het Sigmaplan wil Vlaanderen in de eerste plaats beschermen tegen overstromingen vanuit de Schelde en haar zijrivieren. Daarnaast zorgt het ook voor nieuwe natuur rond die rivieren. Het derde plan, het strategisch plan van de Vlaamse Regering voor de ontwikkeling van het havengebied Antwerpen (OHA), heeft als doel de economische activiteiten te verzoenen met de omgeving. Samen leiden de drie plannen tot de ontwikkeling van een groot, aaneengesloten natuurgebied rond de haven.
WAT ZIJN SLIKKEN EN SCHORREN? De Schelde is onderhevig aan eb en vloed. Tweemaal per dag stijgt het waterpeil vier tot vijf meter. De delen van de oever die bij elke vloedbeweging overspoeld worden, noemen we slikken. In zo’n moddervlakte groeien nauwelijks planten, maar het krioelt er van de wormen, krabben en kreeftjes. Voor ganzen, steltlopers en andere vogels zijn slikken een ideale plek om te rusten en voedsel te zoeken. De schorren zijn de hoger gelegen delen van de Scheldeoevers: ze overstromen niet elke dag, enkel bij springtij. Jonge schorren, die het dichtst bij de rivier liggen, overstromen het vaakst. Daar groeien planten die een regelmatig bad in zout of brak water wel kunnen verdragen, zoals lamsoor, zeekraal en zeeaster. Verder stroomopwaarts ontstaan zoetwaterschorren met wilgenvloedbossen. Daar komen riet- en moerasvogels schuilen en broeden. De zoetwaterschorren stroomopwaarts voorbij Kruibeke zijn uniek in Europa.
VEILIG OORD VOOR WAARDEVOLLE DIEREN De Schelde is een kraamkamer voor vissen. Vooral de schorren zijn van onschatbare waarde. Ze bevatten veel kiezelwieren, een belangrijke voedselbron voor vissen. De grote hoeveelheid vissen, krabben, kreeftjes en wormen trekt watervogels en steltlopers aan. Ze overwinteren in het getijdengebied van de Schelde of pauzeren tijdens hun trektocht naar het Zuiden. Afhankelijk van de hoeveelheid zout en zoet water vind je overal andere vogels. Aan de grens met Nederland komen steltlopers zoals de wulp en de tureluur bodemdiertjes zoeken op de slikken. Stroomopwaarts, langs de zoetere delen van de Schelde, voelen allerlei soorten eenden zich thuis.
WELKE VOORDELEN HEEFT GETIJDENNATUUR VOOR DE MENS? Getijdennatuur belangt niet alleen natuurliefhebbers aan. Iedereen plukt de vruchten van een sterk ecosysteem in en rond de Schelde. Enkele voordelen op een rij: • Bescherming tegen overstromingen. Slikken en schorren zijn natuurlijke golfbrekers. Ze temperen het getij en beschermen het achterliggende land. Bovendien remmen ze het water af voor het de dijken bereikt. • Minder baggerwerken nodig. Om de vaargeul van de Schelde open te houden, moet er voortdurend slib worden weggebaggerd. Slikken en schorren doen het water minder snel stromen. Daardoor wordt er minder zand losgeschuurd en komt er ook minder zand in de vaargeul terecht. • Natuurlijke waterzuivering. Schorren zijn kampioenen in waterzuivering. Door de stroming en de plantengroei brengen ze het water in contact met de lucht, zodat het met zuurstof wordt verrijkt. De bacteriën in schorren kunnen verontreinigende stoffen beter afbreken. • Ontspannen aan het water. In het prachtige Scheldelandschap valt van alles te beleven. Er zijn schilderachtige fiets- en wandelroutes, vogelkijkhutten, boottochtmogelijkheden, terrasjes, restaurants… Hier vindt iedereen zijn gading.
9
10
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
GRENSPARK GROOT SAEFTINGHE IN DE MAAK
11
BEDRIJVEN, OVERHEID EN ONDERWIJS PAKKEN KNELPUNTBEROEPEN SAMEN AAN
Vlaanderen en Nederland willen met Europese steun werk maken van een uitgestrekt natuurpark in de grensregio: het grenspark Groot Saeftinghe. De natuur kent geen grenzen. Dus is het logisch dat ook de natuurontwikkeling rond de Schelde zo weinig mogelijk gehinderd wordt door staatkundige barrières. In het grenspark Groot Saeftinghe slaan Vlaanderen en Nederland de handen in elkaar om de Scheldenatuur optimaal te ontwikkelen. Het park zal verschillende natuurgebieden met elkaar verbinden: onder meer het Verdronken Land van Saeftinghe, het Hedwige-Prosperproject, Doelpolder Noord en Midden, Prosperpolder Noord en Zuid en Nieuw Arenbergpolder.
ECOLOGISCHE WAARDE De zone rond de Scheldemonding is een van de laatste getijdengebieden in Europa. Die unieke natuur verdient bescherming. De ecologische waarde van een uitgestrekt, aaneengesloten natuurgebied is veel groter dan die van veel versnipperde gebieden. Het verbinden van verschillende habitats biedt de waardevolle fauna en flora meer kansen om zich voort te planten en een geschikte leefplek te vinden. Bovendien is het beheer van zo’n aaneengesloten natuurgebied eenvoudiger. Hoe de samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland in de praktijk zal verlopen, wordt nog concreet gemaakt.
Haven verwoed op zoek naar technische profielen P
BEKIJK DE PLANNEN VOOR DOELPOLDER EN NIEUW ARENBERGPOLDER Doelpolder en Nieuw Arenbergpolder worden de komende jaren respectievelijk ingericht als gecontroleerd gereduceerd getijdengebied (GGG) en natuurgebied met zilte graslanden. Wil je uitgebreider kennismaken met de inrichtingsplannen? Kom dan op dinsdag 22 september naar de infomarkt. Je kunt er de plannen inkijken en al je vragen stellen aan de projectmedewerkers. Plaats van afspraak is het Ontmoetingscentrum Ermenrike, Tuinwijkstraat 66 in Kieldrecht.
ijpleidingen in elkaar steken voor het transport van chemische producten, een zeeschip boeken om goederen naar Afrika te vervoeren, een chemisch productieproces van a tot z opvolgen: de haven vraagt mensen met uiteenlopende talenten. Toch raken veel vacatures moeilijk ingevuld. Daarom werken in het havengebied tal van partners samen om die knelpuntberoepen aan te pakken.
Tegen 2018 moeten er in het havengebied 1.931 vacatures worden ingevuld. Dat blijkt uit de competentiebarometer, een bevraging die VOKA-Kamer van Koophandel Antwerpen-Waasland in juni uitvoerde bij alle grote en middelgrote industriële ondernemingen uit de regio. Industriële bedrijven zitten vooral verlegen om technisch talent, zoals procesoperatoren en onderhoudstechnici. De haven- en logistieke bedrijven zijn vooral op zoek naar bedienden zoals expediteurs, commerciële medewerkers, maar ook naar ICT’ers en boekhouders.
VDAB zorgt daarnaast voor een goede match tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt door in te zetten op een benadering per sector. Ingrid Mertens: “Samen met de werkgever bekijken de bemiddelaars van VDAB hoe werkzoekenden klaargestoomd kunnen worden voor bepaalde knelpuntberoepen. Dat kan via werkplekleren – leren in de praktijk – of door een opleiding te volgen in een van de opleidingscentra van VDAB of partners. In 2014 hebben we in de provincie Antwerpen 2.112 werkzoekenden opgeleid voor de industrie.”
TALENTENHUIZEN
VDAB werkt ook nauw samen met de onderwijssector. Ingrid Mertens: “Zo ondersteunen de talentenhuizen scholen om hun opleidingen af te stemmen op de arbeidsmarkt, en kunnen leerlingen die een technische opleiding volgen, gebruikmaken van de gespecialiseerde infrastructuur van VDAB. Daarnaast bieden we ondersteuning aan leerlingen, leerkrachten en ouders om een gerichte beroepskeuze te maken.”
Om voor die knelpuntberoepen geschikte kandidaten klaar te stomen, zijn in de regio Antwerpen vijf talentenhuizen opgericht: Talentenwerf voor de bouwsector, Talentenfabriek voor metaal en chemie, Talentenstroom voor havenbedienden, Onderwijstalent voor leerkrachten en Zorgtalent voor de zorgsector. Ingrid Mertens van VDAB: “Binnen elk talentenhuis werkt een team van VDAB samen met de opleidingsfondsen per sector, het onderwijs en de stad en de provincie Antwerpen aan oplossingen om de knelpuntberoepen in te vullen. De talentenhuizen bouwen onder meer vooropleidingen en technische opleidingen uit, organiseren opleidingen op het werk zelf en zetten projecten op.”
www.talentenfabriek.be www.talentenstroom.be
12
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
ERNEST MATEU GARCIA (29) IS PIJPFITTER BIJ VERWATER
“Drie bedrijven boden mij een contract aan”
“Ik kom uit Barcelona en woon al zes jaar in België. De eerste jaren heb ik als bouwvakker gewerkt, tot ik begon in te zien dat die stiel niet zo goed bij mij past. Ik ben een perfectionist en werk heel minutieus. Maar mijn bazen op de bouwwerf zaten me voortdurend achter de veren. ‘Werk eens wat sneller’, moest ik constant horen.” “Een vriend van mij werkt bij VDAB en vertelde over het vak pijpfitten. Dat leek me op mijn lijf geschreven. Vorig jaar ben ik dan een Metaalbad gaan volgen. Dat wordt georganiseerd door VDAB, het sectorfonds Metaal Antwerpen, de Stad Antwerpen en het Steunpunt Tewerkstelling. Ik kreeg een introductie van een maand over metaalbewerking, wiskunde en taal. Na die vooropleiding volgde ik vijf maanden een basisopleiding pijpfitten in een bedrijf in de haven.” “Na afloop organiseerde VDAB een ontmoeting met enkele metaalverwerkende bedrijven die op zoek waren naar pijpfitters. Drie bedrijven boden me daar een contract aan. Nu ga ik aan de slag bij Verwater, een internationaal bedrijf dat gespecialiseerd is in de bouw en
13
DRIES VAN LOMMEL (28) IS PROCESOPERATOR CHEMIE BIJ STYROLUTION
het onderhoud van grote tankconstructies. Ik zal er pijpleidingen construeren en monteren. Maar eerst volg ik nog een specialisatieopleiding pijpfitten in de PipeTech Academy van VDAB in Sint-Niklaas.” “Ik hou van dit vak. Elke opdracht is als een puzzel. Eerst denk je goed na over je aanpak en dan voer je die nauwkeurig en voorzichtig uit. Nauwkeurig omdat de kwaliteitseisen voor pijpleidingen in de petrochemie zeer hoog zijn. Voorzichtig, want je werkt met toestellen als snijbranders en slijp-, boor- en plooimachines, en dat houdt toch wel risico’s in.” “Het verwondert me niet dat pijpfitter een knelpuntberoep is. Voor die vriend van mij erover vertelde, had ik er nog nooit van gehoord. Bovendien is het geen eenvoudige job. Je moet handig zijn, maar ook met je hoofd werken. Zo moet je iets kennen van driehoeksmeetkunde, complexe plannen van installaties kunnen interpreteren, en op de hoogte zijn van verschillende materiaalsoorten en hun bewerkingswijze. Maar bovenal is het een toffe en uitdagende job met werkzekerheid en de mogelijkheid om op te klimmen.”
“Ik leer elke dag iets bij”
“In een vorig leven was ik aan de slag als webdesigner. Toen mijn contract afliep, stelde ik me de vraag of ik mijn hele leven aan de slag wilde blijven als IT’er. Bij toeval kreeg ik in die periode een vacature voor procesoperator in mijn mailbox. Die beantwoordde niet aan mijn profiel, maar de jobinhoud leek me zeer interessant. Ik heb me erin verdiept en ben een opleiding gaan volgen bij VDAB. Aansluitend liep ik stage bij Styrolution Belgium in de haven. Met succes, want sinds maart werk ik hier als procesoperator.”
plexere problemen roep ik met mijn walkietalkie de hulp van collega’s in. Bij zware storingen is het soms alle hens aan dek.”
“Styrolution is de wereldleider in de productie van styreenkunststoffen. Daarmee worden producten als speelgoedblokken of autobumpers gemaakt. Als procesoperator waak ik over het goede verloop van het productieproces. Momenteel werk ik op één specifiek onderdeel van de productie-installatie. Zodra ik daarin thuis ben, leer ik de rest van de installatie stap voor stap kennen. Ik controleer er verschillende parameters zoals de temperatuur, de druk en de kwaliteit van het granulaat, en grijp in waar nodig. Is er bijvoorbeeld een storing, dan probeer ik die eerst zelf op te lossen. Bij com-
“Voor deze job moet je goed tegen stress kunnen en snel ingrijpen als er een probleem opduikt. Een goede procesoperator moet ook een teamspeler zijn die over goede communicatieve vaardigheden beschikt en leergierig is. Ik leer elke dag iets bij, ik zal me hier dus niet snel vervelen. Het duurt immers gemiddeld tien jaar voor je de volledige installatie onder de knie hebt. Handigheid en technisch inzicht zijn troeven, want kleine onderhoudswerken voeren we zelf uit. De job van procesoperator biedt werkzekerheid in een sector die blijft evolueren.”
“Bij Styrolution werken we in een full continu ploegensysteem, zodat het productieproces 7 dagen op 7 en 24 uur per dag verzekerd is. In een week doe ik bijvoorbeeld twee vroege en drie late shifts en werk ik twee nachten. Nadien heb ik dan twee dagen vrij. Naast werken doe ik ook veel aan sport. Ja, het shiftleven gaat me goed af.”
14
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
WHITNEY NGANDU (27) IS SPECIALIST DOCUMENTAIR KREDIET BIJ BDP INTERNATIONAL
15
PASCAL DE ROP, DIRECTEUR GEMEENTELIJK TECHNISCH INSTITUUT BEVEREN
“Onze opleidingen zijn op maat van de arbeidsmarkt gesneden”
I
ndustrieel onderhoud, haventechnieken, pijpfitten, lassen, monteren, het Gemeentelijk Technisch Instituut (GTI) van Beveren biedt precies die technische richtingen aan waar de haveneconomie om schreeuwt. “We tekenen onze opleidingen uit in nauw overleg met de bedrijven uit de regio. Zo zijn ze op maat van de arbeidsmarkt gesneden”, vertelt directeur Pascal De Rop.
“Dankzij mijn werk komen producten tijdig aan bij de klant”
“Ik heb jaren in een kledingwinkel en in een cocktailbar gewerkt. Tot ik toe was aan een nieuwe uitdaging. Bij VDAB volgde ik een opleiding logistiek en internationale handel. Daar hoorde een stage van zes weken bij. Ik mocht stage lopen bij BDP International en nadien kon ik meteen aan de slag als documentatiespecialist. Nu, drie jaar later, ben ik opgeklommen tot specialist documentair krediet.” “BDP International is in zijn niche een van de grootste internationale logistieke dienstverleners ter wereld. BDP International is vooral actief in de (petro)chemie, retail, gezondheidszorg en machinery. Voor die sectoren organiseert BDP de import en export over de hele wereld. Wij zijn de architecten van het proces. Gewapend met een telefoon en een computer regelen wij de meest complexe logistieke operaties.”
“Stel dat een bedrijf een lading containers aan een klant in India wil bezorgen. Hoe is dat bedrijf er zeker van dat die klant na levering zal betalen? Met dat doel sluiten beide bedrijven een documentair krediet af. De bank van de koper gaat daarmee een onherroepelijke verbintenis aan om de leverancier te betalen na ontvangst van de goederen. Het is mijn taak om die letter of credit tot in de puntjes na te lezen. En dat bedoel ik letterlijk, want vaak komt het aan op punten of komma’s.” “Ik werk samen met een collega op documentaire kredieten. We overleggen als er problemen opduiken en lezen elkaars documenten na. Daarnaast werken we nauw samen met onze collega’s in Praag voor het boeken van transport. Ik haal veel voldoening uit mijn job, want als ik mijn werk goed doe, komen de goederen op tijd aan bij de klant en is die tevreden. Ook de internationale contacten zijn boeiend, zowel op het werk als met klanten en leveranciers.”
“Het GTI overlegt intensief met de vertegenwoordigers van alle sectoren uit de regio. Dat overlegplatform komt vijf keer per jaar samen. Daar vangen we op met welke knelpunten de ondernemingen te maken krijgen. Door onze richtingen daarop af te stemmen, zoeken we aansluiting met de echte noden van de arbeidsmarkt.” “Het zevende jaar Haventechnieken bijvoorbeeld leert leerlingen hoe ze hef- en hijstoestellen en dieselmotoren moeten besturen en onderhouden. Samen met bedrijven werkten we daarvoor een eigen leerplan uit. In Vlaanderen zijn we de enige school die een dergelijke opleiding op maat aanbiedt.” “We proberen onze leerlingen op verschillende manieren warm te maken om voor een knelpuntberoep te kiezen. Elk jaar organiseren we een jobbeurs waar firma’s uit de hele regio zichzelf voorstellen. Daar zien de leerlingen met eigen ogen welke profielen die bedrijven zoeken. We hopen dat ze op die manier begrijpen dat een zevende jaar hun kansen op een job verder kan verhogen. We organiseren ook geregeld bedrijfsbezoeken, en in het zesde en zevende jaar lopen onze leerlingen stage. Zo krijgen ze voeling met de noden van de arbeidsmarkt.”
Met dank aan Alda Budo en Michiel Thiebaut van VDAB Antwerpen voor de waardevolle input.
16
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
FILIP BOELAERT, SECRETARIS-GENERAAL MOW, OVER DE MOBILITEIT IN HET HAVENGEBIED ANTWERPEN
“Mix van maatregelen moet mobiliteit vlot trekken” D
e Oosterweelverbinding, een nieuwe tram naar het noorden van Antwerpen, de herinrichting van de E17, de komende maanden en jaren staan in en rond het havengebied Antwerpen omvangrijke infrastructuurwerken op de agenda. “Die infrastructuurwerken zijn inderdaad cruciaal”, benadrukt Filip Boelaert, secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW). “Maar het is pas met een mix van maatregelen dat we het mobiliteitsvraagstuk kunnen oplossen.”
17
18
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
beuren om die modal shift waar te maken? Filip Boelaert: “Vandaag verloopt al 39 procent van het goederentransport via de binnenvaart, 49 procent via de weg en 12 procent via het spoor. De uitdaging ligt dus vooral in het spoorvervoer. Een eerste stap is gezet met de opening van de Liefkenshoekspoortunnel eind vorig jaar. Via die nieuwe spoortunnel kunnen containers uit de haven vlot het Europese hinterland bereiken.” Welke andere modi mogen we niet uit het oog verliezen? Filip Boelaert: “Pijpleidingen worden vaak vergeten als alternatief voor het transport van chemische producten, gas en olie. Daar is beslist nog ruimte voor verbetering. Momenteel brengen we in kaart voor welke goederen het vervoer via pijpleidingen een interessant alternatief kan zijn.” De Vlaamse overheid wil het havengebied in evenwicht met de omgeving ontwikkelen. Hoe gebeurt dat concreet? Filip Boelaert: “In 2009 koos de Vlaamse Regering ervoor om het havengebied Antwerpen verder te ontwikkelen volgens het maatschappelijk meest haalbare alternatief (lees meer op www.havenvandetoekomst-antwerpen.be). Die economische groei gebeurt zo veel mogelijk met oog voor leefbaarheid, duurzame mobiliteit, landbouw, natuur en erfgoed. De ontwikkeling van het havengebied wordt stapsgewijs uitgevoerd via plannen en projecten, het zogenaamde actieprogramma Ontwikkeling Havengebied Antwerpen. Het gaat zowel om infrastructuurprojecten met het oog op een multimodale ontsluiting, als om maatregelen die het evenwicht met de leefomgeving verzekeren, zoals de inrichting van groene buffers.” Hoe belangrijk is mobiliteit binnen het actieprogramma voor de ontwikkeling van het havengebied? Filip Boelaert: “Mobiliteit is een
belangrijk aandachtspunt. De efficiëntie van het goederenvervoer verhogen, het goederentransport duurzamer maken, veiliger verkeer, minder hinder voor omwonenden en meer woon-werkverkeer met de fiets, het openbaar vervoer of ander collectief transport, dat zijn de krachtlijnen van het actieprogramma over mobiliteit voor de haven.” Welke rol speelt het Departement MOW in de mobiliteitsontwikkelingen in en rond het havengebied Antwerpen? Filip Boelaert: “We leveren onze expertise op meerdere vlakken. MOW is de regisseur van de ontwikkeling van het havengebied Antwerpen. De procesmanager Jan Hemelaer overlegt met de betrokken partijen en leidt alle acties en projecten in goede banen. Daarnaast voeren we zelf belangrijke werken uit zodat de haven zich verder kan ontwikkelen. Dat gaat over wegenwerken om de haven te ontsluiten, maar ook over de bouw van de grootste sluis ter wereld, de Deurganckdoksluis. Om al die grootschalige werken mogelijk te maken, onderzoeken
onze geotechnische ingenieurs de grondlagen in de wijde regio. We ondersteunen ook, zowel financieel als op het vlak van projectleiding, de ontwikkeling van de natuurgebieden.” De Oosterweelverbinding, een nieuwe tram naar het noorden van Antwerpen, de herinrichting van de E17, de komende maanden en jaren staan omvangrijke infrastructuurwerken op de agenda. Hoe moeten die helpen om het verkeer vlot te trekken? Filip Boelaert: “Die infrastructuurwerken zijn inderdaad cruciaal om de mobiliteit in en rond de haven vlotter te maken. Maar minstens even belangrijk zijn investeringen in comfortabel openbaar vervoer en in de water- en spoorinfrastructuur. Pas als we die mix van maatregelen uitvoeren, helpen we het mobiliteitsvraagstuk oplossen.” Tegen 2030 moet 40 procent van al het goederentransport in Vlaanderen via de binnenvaart verlopen en 20 procent via het spoor. Wat moet er ge-
Vanaf 2016 betalen vrachtwagens in ons land een kilometerheffing. Kan die de modal shift helpen uitvoeren? Filip Boelaert: “De kilometerheffing moet in de eerste plaats een gelijk speelveld creëren voor al het vrachtvervoer over ons wegennet. De kosten voor de weginfrastructuur worden vandaag voornamelijk door binnenlandse transportbedrijven gedragen. De kilometerheffing moet dat rechttrekken. Daarnaast kan een kilometerheffing het verkeer ook sturen. Het kan helpen om de afweging te maken welke vervoersmodus het best aan de noden beantwoordt of hoe we bestaande transportstromen kunnen optimaliseren.” Om de concurrentiepositie van de Vlaamse zeehavens ten opzichte van de ons omliggende landen te behouden, is ook een vlotte bereikbaarheid per schip cruciaal. Hoe zet de Vlaamse overheid daarop in? Filip Boelaert: “Wij bouwen niet alleen de basisinfrastructuur zoals de sluizen en de dokken, maar verzekeren daarnaast dat de modernste
zeeschepen onze haven kunnen bereiken door de Schelde bevaarbaar te houden. Jaarlijks ruimen we zo 13,4 miljoen kubieke meter baggerspecie. Daarvoor overleggen we intensief met onze Nederlandse collega’s.” Hoe beïnvloedt het verkeer in en rond de haven de leefbaarheid en wat kunnen we eraan doen? Filip Boelaert: “Verkeer is in heel Vlaanderen, en niet enkel in het havengebied, een hot item. Bij elke investering in de ontsluiting van het havengebied brengen we de mogelijk negatieve gevolgen voor de omgeving in kaart en nemen we maatregelen om die te verzachten. Zo plaatsen we geluidsbermen en –schermen om de overlast voor omwonenden te milderen. Daarnaast heeft ook de natuur een belangrijke rol om de havenontwikkeling op te vangen. Rond het havengebied richten we
robuuste natuur in. Daar vinden tal van Europees beschermde dieren en planten een thuis en genieten ook bezoekers straks van de adembenemende Scheldenatuur.”
nen we Antwerpen om een lage emissiezone in te voeren. Al die maatregelen moeten helpen om de luchtkwaliteit in de Scheldestad te verbeteren.”
De luchtkwaliteit in de Scheldestad hoort tot de slechtste van Europa. Het verkeer is daar voor een groot deel verantwoordelijk voor. Hoe kan de mobiliteitssector bijdragen om de leefkwaliteit in en rond de haven te verbeteren? Filip Boelaert: “De scheepvaart probeert haar emissies te beperken door in de haven op zo veel mogelijk plaatsen walstroom te gebruiken. Schepen maken daarbij gebruik van het elektriciteitsnet aan wal, in plaats van hun vervuilende generatoren te laten draaien. Vanaf 2016 moeten binnenschepen ook LNG kunnen tanken in de haven. Daarnaast voeren we mee het luchtkwaliteitsplan NO2 en het Fijnstofactieplan uit en ondersteu-
Waterwegen als de Schelde trekken van nature mensen aan. Hoe kan die recreatieve behoefte samengaan met de economische activiteiten van een wereldhaven? Filip Boelaert: “Uiteraard speelt de economische bedrijvigheid de hoofdrol in de haven, maar tegelijk heeft het gebied interessante troeven voor bezoekers en recreanten. Met tal van partners werken we momenteel het onthaal- en recreatieplan Havenland uit. Dat moet mensen zo veel mogelijk laten genieten van het unieke havenlandschap. Door kennis te maken met de maritieme en industriële activiteiten zien mensen met eigen ogen hoe belangrijk de haven is voor hun eigen levensonderhoud.”
19
20
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
21
LIEVE VERFAILLIE BEMIDDELT BIJ ONTEIGENINGEN
“Zonder inlevingsvermogen lukt het niet” O
m de haven verder te ontwikkelen is er ruimte nodig. Soms moeten woningen en landbouwgrond daarvoor wijken. Als er sprake is van verwervingen en onteigeningen, komt Lieve Verfaillie bemiddelen. “Mensen die onteigend worden, hebben het recht om hun kwaadheid te tonen en hun verhaal te doen. Ik ben een luisterend oor voor hen. Samen zoeken we een oplossing voor hun problemen.”
Om de haven verder te ontwikkelen en de natuurgebieden die daarbij horen te realiseren, is ruimte nodig. Voor dat algemene belang moeten soms woningen en landbouwgrond van privépersonen wijken. “Het is mijn taak om alle betrokken bewoners en landbouwers hierover te informeren”, vertelt Lieve Verfaillie. “Dat het individuele belang moet zwichten voor het algemene belang, is geen gemakkelijke boodschap om te brengen. Ik maak er een erezaak van om indien nodig persoonlijk langs te gaan bij de betrokkenen. Het menselijk aspect is zeer belangrijk.” Uiteraard gaan niet alle getroffen burgers zomaar akkoord met een onteigening. Lieve Verfaillie: “Dat is begrijpelijk en hun volste recht. Ook zij hebben recht op een aanspreekpunt: om te tonen hoe kwaad ze zijn, hun bezorgdheden te uiten, hun verhaal te kunnen en mogen doen … Het is mijn taak om voor
al die emoties een luisterend oor te zijn. Diegene die tegenover mij zit, moet voelen dat ik hem respecteer en zijn angsten en gevoelens begrijp.”
AANSPREEKPUNT “Als mensen mij vragen: ‘Waarom moeten wij hier weg?’, dan probeer ik neutraal maar correct uit te leggen waarom bepaalde beslissingen genomen worden”, zegt Lieve Verfaillie. “Ik doorloop samen met hen de verschillende opties: willen ze elders iets huren of kopen? Komen ze in aanmerking voor sociale huisvesting? Of een huurpremie? Waar kunnen ze de documenten vinden om een aanvraag in te dienen? Behoort een bedrijfsverplaatsing tot de mogelijkheden? Ik begeleid de betrokken burgers en landbouwers persoonlijk bij hun zoektocht naar een nieuwe woonst of landbouwgrond. Samen zoeken we naar de beste oplossing.”
22
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
23
Hoe leven havenbedrijven en buurtbewoners samen? V
oor bedrijven in het havengebied Antwerpen is een goede band met de buurt een pluspunt. De haven heeft arbeidskrachten en lokale verwevenheid nodig, en buurtbewoners stellen een aangename leefomgeving op prijs. Hoe treden havenbedrijven in interactie met hun omgeving? We houden de buurtwerking van de kerncentrale van Doel en chemiereus BASF tegen het licht.
ERVARING EN EMPATHIE Naast inzicht in juridische dossiers is ook een flinke dosis inlevingsvermogen noodzakelijk. Lieve Verfaillie: “De ervaring heeft me geleerd dat je met een persoonlijk gesprek veel kunt bereiken. Het gebeurt dat mensen mij opbellen met een specifieke vraag. Dan zal ik altijd voorstellen om een afspraak bij hen thuis te maken. Dat persoonlijke contact laat toe om dieper in te gaan op de situatie van de persoon in kwestie. Ik kan mensen pas gericht helpen als ik hun situatie door en door begrijp.” “Als bemiddelaar is het belangrijk om steeds voor ogen te houden dat je met mensen spreekt, en dat geld voor deze mensen niet altijd de belangrijkste drijfveer is. De emotionele waarde van de woning, de her-
inneringen die de woonomgeving oproept, de band met de overbuur … Het zijn allemaal elementen die meespelen en die niet in geld kunnen worden omgezet. Het belangrijkste voor mij is dat mensen na mijn tussenkomst nieuwe perspectieven (kunnen) zien en vooruit durven te denken. De getroffenen mogen niet met een wrang gevoel achterblijven.”
BETROKKENHEID Om betrokkenen goed te informeren, moet de bemiddelaar op de hoogte zijn van de laatste ontwikkelingen in elk dossier. Lieve Verfaillie: “Daarom sta ik voortdurend in contact met alle betrokken overheden en organisaties: het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, de Vlaamse Landmaatschappij (VLM), de Vlaamse afdeling Vastgoedtransacties, ge-
meentebesturen, OCMW’s, huisvestingsmaatschappijen, en specifiek voor het havengebied Antwerpen: Maatschappij Linkerscheldeoever en het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. Alle bezorgdheden en vragen die op het terrein leven, geef ik door aan de juiste man of vrouw.”
BEDANKT! Na een moeilijk gesprek is het voor een bemiddelaar niet altijd makkelijk om de knop om te draaien. “Ik kan relatief vlot de grens trekken tussen mijn werk en mijn privéleven. Maar natuurlijk lukt dat niet altijd honderd procent: bepaalde verhalen en situaties laten je niet los”, geeft Lieve Verfaillie toe. “En als er ’s avonds laat of in het weekend iemand belt, neem ik toch de telefoon op. Die betrokkenheid hoort bij mijn job.”
“Met sommige mensen die ik in het verleden geholpen heb en die ondertussen verhuisd zijn, onderhoud ik een goed contact. ‘Als je in de buurt bent, spring dan zeker eens binnen’, zeggen ze. Of ze bellen me op met een vraag over hun energiefactuur. Dan help ik hen met plezier verder. Geregeld loopt er een mailtje binnen van mensen die een nieuwe stek hebben gevonden en me laten weten dat ze het naar hun zin hebben en me bedanken voor mijn tussenkomst. Weten dat die mensen ondanks alles tevreden zijn, daaruit haal ik de voldoening die maakt dat ik mijn job graag doe.”
www.mow.vlaanderen.be/ bemiddelaar/
CHEMIEBEDRIJF BASF ANTWERPEN:
“We vieren tien jaar burenoverleg” Chemieconcern BASF in Antwerpen viert dit jaar het tienjarig bestaan van zijn burenoverleg. Een goede communicatie won in die jaren steeds meer aan belang. “De buren moeten weten dat ze bij ons terechtkunnen met hun vragen”, zegt communicatieverantwoordelijke Lieve Van Hasselt. “Daarom bieden we via verschillende kanalen informatie aan. Onze telefoonlijn staat altijd open, onze website bevat een onderdeel ‘Berichten aan de buren’, we verspreiden een burenblad, er vindt een burenoverleg plaats en de omwonenden kunnen ons ook vinden op Facebook en Twitter.”
24
HAVEN
krant
“De buren vinden ons nu ook op Facebook en Twitter” Lieve Van Hasselt communicatieverantwoordelijke BASF
BELANG VAN DE BUURT In het BOB, het Burenoverleg BASF, zitten zowel geëngageerde buren als vertegenwoordigers van de omliggende gemeenten en groeperingen zoals milieuverenigingen. Elk jaar komen zij vier keer samen om thema’s te bespreken die de buurt aanbelangen: grote investeringen, de jaarresultaten, het werkgeversbeleid, maar ook klachten van buren, verkeersveiligheid, het milieu… Een onafhankelijke voorzitter modereert dat overleg. “De mensen van het Burenoverleg krijgen een grondige inkijk in de werking van BASF”, zegt Lieve Van Hasselt. “We gaan regelmatig met hen een installatie bezoeken. De informatie die ze van ons krijgen, delen ze met andere buurtbewoners. Omgekeerd krijgen wij van hen te horen wat er leeft onder de mensen.”
INFO MET EEN BLAD De thema’s die op het kleinschalige Burenoverleg worden behandeld, komen op grote schaal terug in het burenblad ‘Zij aan zij’. Dat belandt minstens twee keer per jaar in de brievenbus bij 23.000 gezinnen in de aangrenzende gemeenten. Zo is de wijde omgeving van BASF op de hoogte van de
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
25
belangrijkste ontwikkelingen in het bedrijf. Lieve Van Hasselt: “We gebruiken het blad ook om mensen vooraf op de hoogte te brengen als we overlast verwachten. Eén keer om de vijf jaar leggen we onze grootste installatie, de steamcracker, stil voor een groot onderhoud. Het heropstarten brengt fakkelactiviteit met licht- en geluidshinder mee. Daar wijden we dan een apart nummer van ‘Zij aan zij’ aan. Of we sturen een omzendbrief uit.”
SOCIALE MEDIA Buren die concrete klachten of opmerkingen hebben, bijvoorbeeld over licht- of geluidshinder, kunnen 24 uur per dag terecht op de telefonische infolijn en op de Facebook- en Twitterpagina van BASF. Lieve Van Hasselt: “Als we een klacht krijgen, checken we eerst of het incident al wordt behandeld. Dan geven we mee wat de storing veroorzaakt en hoelang de hinder ongeveer zal duren. Soms gebeurt het dat we door een onverwachte storing procesgassen moeten affakkelen. Dan is de vlam boven BASF groter dan normaal. Vooral ’s nachts proberen we dat te vermijden. Een goede communicatie is in zulke gevallen cruciaal. Als mensen weten wat er gebeurt en hoelang het zal duren, tonen ze ook meer begrip.”
OPEN DAG Naast het specifieke burenoverleg organiseert BASF om de vier jaar een open dag. Die vond dit jaar plaats op 4 mei. “We nodigen dan alle buren uit, maar ook andere geïnteresseerden zijn welkom. Dit jaar was de opkomst opnieuw groot, en daar zijn we blij om. Hoe meer mensen weten over ons, hoe beter ze ons als bedrijf respecteren en aanvaarden”, besluit Lieve Van Hasselt.
LIESBETH SLEYMER, VAN HET BURENOVERLEG BASF:
“Wij bekijken BASF door een andere bril” Een van de leden van het Burenoverleg BASF (BOB) is Liesbeth Sleymer. Als inwoner van Zandvliet en communicatieverantwoordelijke bij het district Berendrecht-Zandvliet-Lillo is zij de geknipte tussenpersoon tussen de buurtbewoners en BASF. “Op het burenoverleg zijn mensen uit alle omliggende gemeenten welkom. Onze groep is heel gevarieerd: vertegenwoordigers van gemeenten, iemand van Natuurpunt, geïnteresseerde buurtbewoners… Iedereen bekijkt de samenkomsten vanuit zijn eigen achtergrond. We praten over uiteenlopende thema’s, zoals milieu, geluidsoverlast, het jaarverslag, de communicatie en eventuele klachten. We stellen veel vragen en geven ook thema’s door die buurtbewoners bij ons aankaarten. Omdat wij veel weten over de werking van BASF, kunnen we zelf veel vragen van omwonenden beantwoorden. Als communicatieverantwoordelijke neem ik de informatie ook mee in mijn job. Interessante berichten verspreiden we verder via de webpagina van het district of via het infokrantje.”
OP
RO
E P!
Wil jij deel uitmaken van het Burenoverleg BASF?
Het Burenoverleg BASF is op zoek naar gemotiveerde nieuwe leden. Woon jij in de omgeving van BASF, wil je meer weten over het bedrijf en wil je je voor je buren engageren? Stuur dan een mailtje naar
[email protected].
KERNCENTRALE ELECTRABEL IN DOEL
“Een open communicatie stelt mensen gerust” De kerncentrale van Electrabel in Doel kiest bewust voor een open communicatie met de buurt. “De omwonenden voelen zich beter als ze duidelijk weten wat er in onze centrale gebeurt. Daarom communiceren we op verschillende manieren over onze activiteiten”, vertelt Ann Becquaert van de dienst Communicatie. “Vier keer per jaar verspreiden we het magazine ‘Doelbewust’ in de omliggende gemeenten. Daarin geven we algemene informatie over de grote projecten waaraan de kerncentrale werkt. We laten werknemers vertellen over hun baan en publiceren vacatures. In ‘Doelbewust’ staan ook onze contactgegevens, zodat mensen bij ons terechtkunnen met vragen of opmerkingen.”
KLANKBORDRAAD Wie niet graag rechtstreeks naar Electrabel belt of mailt, kan ook terecht bij de Klankbordraad. Die groep van twaalf omwonenden fungeert als tussenpersoon tussen de buurtbewoners en het bedrijf. Elke omliggende gemeente stuurt twee vertegenwoordigers. Ann Becquaert: “De Klank-
26
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
27
LOGISTIEK PARK WAASLAND KAN PAS NA OPGRAVINGEN GEBOUWD WORDEN bordraad wordt vier of vijf keer per jaar uitgenodigd in de kerncentrale. De leden krijgen onder meer informatie over grote projecten, over problemen die zich stellen en over hoe we die aanpakken. Die informatie delen ze nadien met de andere omwonenden.”
Op zoek naar sporen uit de Steentijd
GROTE INFOAVOND Af en toe organiseert Electrabel ook grote infoavonden voor de buurt. Dat gebeurt meestal naar aanleiding van een concreet probleem dat veel vragen oproept. “Toen de pers vorig jaar berichtte dat er waterstofinsluitsels (de zogenaamde ‘scheurtjes’, n.v.d.r.) in Doel 3 zaten, kregen we veel vragen van bezorgde inwoners en gemeentebesturen. Om die te beantwoorden, organiseerden we een grote infoavond in CC Ter Vesten in Beveren. Daar werden heel wat mensen gerustgesteld. Zodra we merken dat we veel vragen binnenkrijgen over hetzelfde onderwerp, bekijken we of een infomoment nuttig kan zijn. Maar ook als er geen algemene reactie komt, beantwoorden we elke vraag snel en persoonlijk.”
DEUR ALTIJD OPEN Er is dus de specifieke buurtcommunicatie, en verder staat de deur bij Electrabel ook altijd open voor geïnteresseerden. In het Doel Infocentrum, net buiten de site, kunnen mensen onder meer terecht voor algemene informatie, filmpjes en uitleg. “Het centrum is elke werkdag vrij toegankelijk van 8 tot 16 uur”, vertelt Ann Becquaert. “De buurtbewoners komen daar weleens over de vloer, maar we zien ook veel scholen en andere groepen. Ze kunnen hun bezoek op aanvraag combineren met een rondleiding door de kerncentrale. Gemiddeld ontvangen we in het Infocentrum zo’n drieduizend bezoekers per jaar.”
JAN BOOGAERT, LID VAN DE KLANKBORDRAAD:
“Als brandweercommandant leerde ik de kerncentrale goed kennen” De Nederlander Jan Boogaert is lid van de Klankbordraad van Electrabel in Doel. Als gepensioneerde brandweercommandant is hij vertrouwd met de kerncentrale. “Mijn brandweerkorps had een goed contact met de centrale. We zijn er een paar keer op excursie geweest. Nu ik met pensioen ben, ben ik lid geworden van de Klankbordraad. Samen met een collega vertegenwoordig ik de gemeente Hulst. We gaan regelmatig naar bijeenkomsten en gebruiken de informatie die we krijgen om mensen gerust te stellen.”
TELEFOONTJES
“We beantwoorden elke vraag snel en persoonlijk” Ann Becquaert communicatiemedewerker Electrabel
De telefoonnummers van de Klankbordraad staan in het burenblad ‘Doelbewust’. “Telkens als er een artikel over de kerncentrale in de krant is verschenen, bellen mensen me op. Daar zijn al boeiende gesprekken uit voortgekomen”, vertelt Jan Boogaert. “Ik vind het jammer dat kernenergie zo vaak op een negatieve manier wordt belicht. Ze heeft echt wel voordelen. Maar ook minder positief nieuws delen we met de omwonenden. We blijven altijd eerlijk.”
D
eze zomer ging in Beveren een van de grootste archeologische onderzoeken in Vlaanderen van start. In de ondergrond van het toekomstige Logistiek Park Waasland troffen archeologen sporen uit de prehistorie aan. “We verrichten hier letterlijk pionierswerk.”
28
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
Pal naast de E34, ter hoogte van de afrit Vrasene en op een boogscheut van het Verrebroek- en Vrasenedok, verrijzen binnen enkele jaren de magazijnen van het Logistiek Park Waasland. Maar niet voordat archeologen in het westelijk deel van het park in kaart hebben gebracht hoe onze voorouders hier in de Steentijd leefden.
Tijdens het vooronderzoek maakten de archeologen gebruik van een innovatieve technologie die de bodem scant met sensoren.
Peter Van de Putte van Maatschappij Linkerscheldeoever (MLSO): “De Vlaamse wetgeving over het onroerend erfgoed bepaalt dat wie een terrein wil ontwikkelen, in kaart moet laten brengen of er archeologisch interessante relicten voorkomen. Het oostelijk deel van het Logistiek Park
Waasland werd in de jaren tachtig metershoog opgespoten; daar is archeologisch onderzoek niet nodig. In het westelijke deel heeft MLSO in 2013 een archeologisch vooronderzoek laten uitvoeren.” Dat leverde verrassende resultaten op. De archeologen troffen er enkele artefacten uit de prehistorie aan, onder meer een stuk van een bijl en fragmenten van een pijlpunt. Die stammen uit het mesolithicum, een prehistorische periode die 11.000 jaar geleden begon.
VOORONDERZOEK Het archeologisch onderzoek werd tweemaal gevoerd: één keer met de klassieke methoden door sleuven af te graven en te boren, een tweede
keer met een twee meter lange buis vol sensoren. Jeroen Verhegge van de onderzoeksgroep Orbit van de Universiteit Gent: “Die splinternieuwe technologie werd oorspronkelijk ontwikkeld voor de landbouw. Maar al snel bleek dat ze ook archeologische sporen in kaart kan brengen. De elektromagnetische sensoren sturen pulsen de bodem in. De reflectie van die golven geeft niet alleen informatie over de locatie van begraven sporen en structuren, maar ook over hun diepte en vorm. Nu gebeurt terreinonderzoek met boringen of via proefsleuven. Dat is tijdrovend en duur, en graafmachines kunnen sporen vernielen. Ons toestel bestrijkt grote oppervlakken
en werkt veel efficiënter. Zodra de technologie op punt staat, moet die het archeologische vooronderzoek sneller en vooral goedkoper maken.” Het vooronderzoek in het Logistiek Park Waasland wees uit dat de bodem wellicht nog heel wat meer interessante relicten herbergt. Van de 65 hectare ziet 25 hectare er veelbelovend uit. Nader archeologisch onderzoek is dus nodig.
PIONIERSWERK In augustus volgde de eerste spadesteek van dat grootschalige archeologische onderzoek. Dat ontpopte zich op vele vlakken als pionierswerk. Marjan Van Avermaet van MLSO: “Om te beginnen gaat
Logistiek Park Waasland komt er tegen 2017 Peter Van de Putte van Maatschappij Linkerscheldeoever: “We krijgen heel wat spontane vragen van logistieke bedrijven die op zoek zijn naar een geschikte locatie voor hun activiteiten in de haven. Op dit moment kunnen we ze echter geen bedrijventerreinen aanbieden. Daarvoor is het wachten tot de eerste fase van het archeologisch onderzoek op het westelijk deel van het park is afgerond. In het oostelijk deel van het park bevindt zich dan weer waardevolle natuur. Die natuur moeten we eerst elders ontwikkelen voor we ook dat stuk kunnen inrichten. We verwachten dat we in 2017 opnieuw terreinen in concessie kunnen aanbieden.”
Waaslandhaven in cijfers
A12 Breda
Tabaknatie
N
Schoorhavenweg
Nederland Zandvliet Berendrecht
Verrebroekstraat
Het Logistiek Park Waasland richt zich op bedrijven die aan internationale maritieme handel doen. Het wordt zowel bereikbaar via het water, de weg als het spoor. Ongeveer 49 van de 170 hectare van het park werd al in 2011 in gebruik genomen door Tabaknatie, die ruwe tabak vanuit de hele wereld in- en uitvoert. In september 2014 werd het milieueffectenrapport voor de resterende 120 hectare van het Logistiek Park Waasland goedgekeurd. Maatschappij Linkerscheldeoever, de eigenaar van de gronden, is dus klaar om de overige terreinen aan te snijden.
MLSO knoopte daarop gesprekken aan met het Agentschap Onroerend Erfgoed. Als oplossing kwam uit de
bus om het archeologische onderzoek in fasen aan te pakken. Marjan Van Avermaet: “MLSO sloot daarvoor een raamovereenkomst met het archeologische onderzoeksbureau BAAC, voor een totaalbudget van 5 miljoen euro. Dit jaar onderzoeken de archeologen het oostelijk deel van het gebied. Via werkputten scannen ze de grond op interessante vondsten. Zodra dat onderzoek is afgerond, beginnen we met het klaarmaken van die terreinen voor het logistiek park. In een latere fase volgen de opgravingen in het westelijk deel van het gebied. Die moeten ons een inkijk geven in het leven dat onze voorouders hier duizenden jaren geleden leidden.”
Logistiek Park Waasland
HAVENONTWIKKELING De werkputten waar de eerste fase van het archeologisch onderzoek deze zomer van start ging
het om een van de grootste opgravingen in Vlaanderen. Bovendien zijn opgravingen uit de Steentijd bijzonder arbeidsintensief. Zo moet elke gram grond minutieus gezeefd worden om vooral geen vondsten te missen. Komt daar nog bij dat Vlaanderen niet bepaald dicht bezaaid is met kenners van de Steentijd. Het gevolg: de prijsoffertes voor het archeologisch onderzoek die de onderzoeksbureaus ons overmaakten, waren buitensporig hoog. We moesten op zoek naar een andere oplossing.”
België
Zone Haasop Stabroek
E34
Hoevenen
aat
Schoorstr
De tweede fase van het archeologisch onderzoek
Kieldrecht R2
A12 Antwerpen - Ekeren
Meerdonk
Sint-Gillis-Waas
41.302.513 ton maritieme trafiek
Verrebroek
Kallo
rugge
ate - Zeeb
E34 Zelz
16.327
voltijdse werknemers
69%
van alle goederen wordt via containers vervoerd
Melsele
grootste afzetmarkt: China
29
Zwijndrecht
Antwe rpen
Beveren t Gen
Antwerpen
Stadskern
HAVEN
krant
N U M M E R 3 • S E P T E M B E R 2015
31
Poldermuseum Lillo toont het leven in de polders
UIT in de haven
30
Hoe zag het leven in de polders rond de Schelde er in de vorige eeuw uit? Dat ontdek je in het Poldermuseum in Lillo. 34 kamers, honderden historische foto’s , ontelbare voorwerpen en een film over de geschiedenis tonen het polderleven in de vorige eeuw, van het volksvermaak gansrijden tot de verdwenen polderdorpen Wilmarsdonk, Oosterweel en Lillo.
Fietsen en wandelen door Berendrecht-Zandvliet-Lillo
De streek rond Berendrecht, Zandvliet en Lillo is met haar rijke geschiedenis, comfortabele fietspaden en de vlotte aansluiting met Nederland het ideale decor voor een verkwikkende fiets- en wandeltocht. Je kunt de regio zelf ontdekken met vijf thematische fiets- en wandelroutes. Dompel je onder in de geheimen van de ‘Spaansche’ vestingstad Zandvliet, laat je vervoeren door verhalen over geloof en bijgeloof, of treed in de voetsporen van stoutmoedige smokkelaars en slimme douaniers.
www.poldermuseum-lillo.be
www.vrijetijdscentrumdeschelde.be (Klik op ‘Wandel-/Fietsroutes’)
Trek eropuit in de unieke havennatuur van Kallo
In Beveren komt het Rietveld Kallo stilaan volop tot leven. Ondiepe plassen water en uitschietende rietvelden vormen er samen een weids moeras van 47 hectare, waar tal van vogelsoorten voorkomen. Regelmatig duikt er een bruine kiekendief op, maar ook de kleine karekiet en de rietgors kun je er spotten. Met wat geluk strijkt er zelfs een zilverreiger neer. Je kunt het rietveld ontdekken via de wandel- en vlonderpaden door het gebied. Het natuurgebied is vlot bereikbaar met het openbaar vervoer en met de fiets. Bovendien valt een bezoek makkelijk te combineren met een wandeling in het aanpalende Groot Rietveld.
www.natuurpuntwal.be www.natuurenbos.be
Ontdek de haven met bus en tablet Wil je de bedrijvigheid van een wereldhaven comfortabel beleven? Dat kan met de bustochten van Antwerp Port Tours.
De comfortabele bus rijdt rakelings naast, onder en tussen containers, schepen en industrie. Instappen!
Een bus, een ervaren gids en een tablet per passagier, dat is in een notendop het concept van de Antwerp Port Tours. Op een interactieve kaart volg je continu waar de bus zich bevindt. Je krijgt interviews te zien met havenmedewerkers en exclusieve beelden van achter de schermen.
Dat kan met de bussen van het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen en Maatschappij Linkerscheldeoever. De trips vinden plaats in de zomermaanden, nog tot eind september.
www.antwerpporttours.com www.portofantwerp.com/nl/bustour www.mlso.be
Een gratis bustrip?
Havens gooien de poorten open Op zondag 20 september zetten de Vlaamse havens opnieuw hun deuren open voor het grote publiek. Tijdens de vierde Vlaamse Havendag valt er weer heel wat te beleven in de havens van Antwerpen, Gent, Oostende en Zeebrugge. De Antwerpse haven gunt je een blik op haar uitgebreide industriële en logistieke activiteiten. Stap op een pendelbus, bezoek de havenbedrijven en kruip in de huid van hun medewerkers. Een lading scannen als douanier, een container op de juiste plaats zetten als kraanman, of de leiding nemen als kapitein van een baggerschip? Tijdens de Havendag kan het allemaal! Wie liever een echte sleepboot, peilboot of boeienlegger bezoekt, houdt halt in het nautische beroependorp.
MUZIEKHAVEN Naast al die bedrijvigheid kun je in het havengebied ook genieten. Kom je op de Havendag ontspannen in een van de vijf muziekhavens op de Linker- en Rechterscheldeoever. Of ga mee met een geleide natuurwandeling in de natuurgebieden Groot Rietveld en Rietveld Kallo. Wie de haven liever op eigen tempo ontdekt, loopt langs in het MAS Havenpaviljoen voor een fietskaart. De haven vanop het water beleven kan tijdens een boottocht in het Deurganckdok en het Delwaidedok.
Ook zin gekregen? Surf naar www.vlaamsehavendag.be voor meer info!
Is dit jouw beeld van de haven? Verruim je kijk tijdens de Vlaamse Havendag