–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
lessuggest ies - onderbou w
Het grote voorleesfeest ¨ DER MARIANNE BUSSER & RON SCHRO M ET I LLU S TR ATI E S VA N DAG M A R S TA M
et grote voorleesfeest is het nieuwste deel in de reeks ‘grote voorleesboeken’ van Marianne Busser en Ron Schröder. Andere delen uit de reeks zijn Het grote dierenverhalenboek en Het grote gekke verhalenboek. De voorleesboeken zijn bedoeld voor kleuters en zijn allemaal geïllustreerd door Dagmar Stam.
H
www.mariannebusser-ronschroder.info
42
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
In Het grote voorleesfeest wisselen verhalen en versjes over uiteenlopende figuren elkaar af. In sommige spelen dieren de hoofdrol, zoals Olifantje Oliebol en Egeltje Elisabet. k Dan weer gaat het over een knotsgek fantasiepersonage, zoals de blote koning. Die draagt nooit kleren, hooguit guit een kartonnen doos als het écht niet annders kan... Personages als buurvrouw Broodtrommel en meneer en meDE SCHRIJVERS vrouw Takkenbos lijken weer wat meer op gewone mensen. Maar ook zij raken steeds in gekke en grappige situaties verzeild. Zo heeft Het grote voorleesfeest twaalf verschillende personages (of groepjes personages) met elk zijn eigen verhaallijn. Ze komen om de beurt aan bod. Over elk personage staan vijf verhalen of versjes in het boek. Het gaat dus om twaalf afzonderlijke verhaallijnen. Maar doordat ze allemaal een paar keer terugkomen, heeft Het grote voorleesfeest toch een mooie samenhang. Al luisterend leren de kinderen de personages steeds beter kennen en kunnen ze hun eigen favorieten kiezen. De meeste verhaaltjes en versjes in Het grote voorleesfeest zijn op zichzelf te lezen. Maar er staan ook een paar vervolgverhalen tussen die het extra spannend maken.
Marianne Busser en Ron Schröder staan bekend om hun verhalen, versjes en liedjes voor jonge kinderen. Ze hebben al meer dan 250 boeken geschreven, en ook nog eens meer dan duizend liedjes. Ze schrijven voorleesverhalen maar ook AVI-boekjes om zelf te lezen. De auteurs staan dicht bij hun doelgroep. Hun eigen kinderen zijn inmiddels volwassen, maar ze gaan vaak op bezoek bij bibliotheken en scholen. Daar lezen ze voor uit hun werk en vertellen ze aan de kinderen hoe het is om schrijver te zijn. En ze laten de kinderen ook altijd zelf aan het woord. Zo weten ze heel goed wat jonge kinderen leuk vinden, waar ze om moeten lachen en wat hen ontroert.
43
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
Beer, olifant en varken Beer, olifant en varken houden elkaar wel eens voor de gek. Maar ze maken het altijd weer goed. Het liefst doen ze dat met iets lekkers, zoals een boterkoek of een taart. Daar zijn ze allemaal dol op! Taart verdelen In ‘De appeltaart van beer’ verdelen beer, olifant en varken een appeltaart. Geef elk kind een cirkelvormig vel papier ter grootte van een boterhambord. Laat hen hier een mooie taart van maken. Ze tekenen er dingen op die ze zelf lekker vinden: vruchtjes, snoepjes enzovoort. Vertel er alvast bij dat ze de taart straks in stukjes gaan snijden, net als beer in het verhaal. Dus laat hen er niet té veel energie in steken. Beer snijdt zijn taart in drie stukken: een stuk voor olifant, een stuk voor varken en een stuk voor nijlpaard. Maar hij vergeet zichzelf! Ze zijn met zijn vieren, dus beer had zijn taart in vier stukken moeten snijden. Eens kijken of de kinderen dat beter kunnen… Hoe doe je dat, een taart in vieren verdelen? Geef elk kind een liniaal en potlood en laat hen het uitproberen door lijnen te trekken op de achterkant van hun taart. Lukt het hun om vier even grote stukken te krijgen? Als het gelukt is, knippen ze de stukken uit. Ze plakken de stukken bij elkaar op een groot vel gekleurd papier. Dan kunnen ze er nog iets bij tekenen of plakken, zoals taartvorkjes en glaasjes limonade. Van alles vier natuurlijk: een voor beer, een voor olifant, een voor varken en een voor nijlpaard. Een feestelijke tafel vol taart!
Haas en Egel Egel is vaak somber en zeurt de hele tijd. Haas is juist altijd vrolijk. Hij maakt zich nergens zorgen om. Haas probeert egel op te vrolijken door leuke dingen te noemen en grapjes te maken. Een gezellige klas In het verhaal ‘Egel is somber’ vindt Egel zijn huisje niet meer leuk. Terwijl hij eigenlijk een heel gezellig huisje heeft. Egel wil het alleen niet zien, want hij
44
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
loopt steeds te mopperen. Eigen schuld, vindt haas. Als je zelf wat vrolijker bent, ziet alles om je heen er ook een stuk leuker uit. Probeer maar eens uit… Vertel de kinderen dat u egel bent. U bent alleen maar aan het mopperen. De kinderen spelen haas. Wat zouden ze doen of zeggen om u op te vrolijken? Als het ze lukt om u aan het lachen te maken, hebben ze gewonnen! U trekt een boos gezicht en moppert heel overdreven. U noemt allerlei dingen in de klas op die u zogenaamd niet leuk vindt. ‘Wat een vervelende klas. Ik vind er helemaal niets aan. Er zit vogelpoep op het raam. Ik vind de kleur van de deur niet mooi. Mijn tafel wiebelt. De kinderen maken veel te veel lawaai…’ Enzovoort. De kinderen proberen u op te vrolijken door juist zo veel mogelijk leuke dingen te noemen in de klas. De mooie tekeningen aan de muur, de vogelpoep die er eigenlijk juist heel grappig uitziet… Als de reacties niet los komen, laat u een paar kinderen om de beurt één ding bedenken. Als de kinderen u aan het lachen hebben gekregen, hebben ze gewonnen. Egel is weer vrolijk. En u besluit dat u eigenlijk een heel gezellige klas hebt. Maar als je steeds loopt te klagen, vergeet je dat wel eens.
Buurvrouw Broodtrommel Buurvrouw Broodtrommel krijgt alles voor elkaar. Gratis pannenkoeken, verf voor de speeltuin… Ze mag zelfs op bezoek bij de koningin. Hoe doet ze dat? Buurvrouw Broodtrommel weet wat alle mensen heel erg leuk vinden, namelijk een prijs winnen! Een prijs voor een… Buurvrouw Broodtrommel maakt een medaille voor de lekkerste pannenkoeken van Nederland. Zo krijgt ze gratis pannenkoeken. En ze maakt een beker voor de beste koningin van de wereld. Zo mag ze op bezoek bij de koningin. Laat de kinderen zelf iets bedenken wat ze heel graag (gratis) zouden willen. Een lekker ijsje, een computer, een raceauto… Of misschien wel een optreden van k 3 in hun slaapkamer, of een rol in hun favoriete tv-serie. De kinderen gaan – net als
45
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
buurvrouw Broodtrommel – een medaille maken om dit voor elkaar te krijgen. Bijvoorbeeld een medaille voor het lekkerste ijs, voor de beste computerwinkel of voor de mooiste muziek. Of voor de leukste ouders van Nederland? Laat de kinderen eerst vertellen wat voor medaille ze gaan maken en voor wie. Geef elk kind een cirkel van goud- of zilverkleurig karton. Bovenin maakt u een gaatje met een perforator. U kunt ook kartonnen cirkels beplakken met aluminiumfolie. Op de cirkel tekenen of kleuren ze met stiften een mooie medaille. Help de kinderen om erop te schrijven waar de medaille voor is. Haal een stuk lint of touw door het gaatje en de medaille is klaar.
De blote koning De blote koning draagt schoenen en een kroon, maar verder niks. Daardoor kan hij zijn boodschappenlijstje gewoon op zijn buik schrijven. En de koningin schrijft wel eens woordjes op zijn rug. Wie staat er op mijn rug? In het versje ‘De blote koning mag woordjes raden’ schrijft de koningin woorden op de rug van de koning, en de koning moet raden wat er staat. Dat is best moeilijk, want wat er op zijn rug staat, kan hij zelf natuurlijk niet lezen. Behalve als hij voor de spiegel staat… De kinderen gaan dit spelletje ook doen, maar dan met plaatjes. En ze hoeven niet bloot, zoals de koning. In bijlage 1 vindt u alle figuurtjes uit Het grote voorleesfeest. Kopieer de pagina en knip de plaatjes los. U haalt twee kinderen naar voren: de koning en de koningin. De koningin kiest een plaatje en plakt dat met plakband op de rug van de koning, zonder dat die het ziet. De koning raadt welk figuurtje (of welk groepje figuurtjes) er op zijn rug staat. Hij mag alleen vragen stellen die met ja of nee te beantwoorden zijn. De koningin beantwoordt de vragen, waarbij de rest van de groep helpt. Als de koning het geraden heeft, mag hij voor de spiegel controleren of het klopt. Net als in het versje.
46
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
De koning met twee hoofden Een koning met twee hoofden, dat is wel heel gek. Toch doet hij alle dingen die gewone mensen ook doen: in bad gaan, voetballen, televisiekijken... Alleen gaat het bij hem natuurlijk net een beetje anders. Twee hoofden en vier benen Hoe zou het voelen om de koning met twee hoofden te zijn? Soms is het wel handig, bijvoorbeeld als je oversteekt. Want met twee hoofden kun je extra goed uitkijken. Maar als elk hoofd een andere kant uit wil, wordt het lastig. Dit spel kunt u in de gymzaal doen. Laat de kinderen in tweetallen de koning met twee hoofden spelen. Neem een oud shirt, een jasje of een overhemd mee in een grote maat, waar twee kinderen samen in passen. Knip bij een shirt de boord eruit zodat het over twee hoofden past, zonder dat de kinderen elkaar bezeren. Elk kind steekt één arm door een mouw, met de andere houden ze elkaars hand vast. Maak van geel papier twee kroontjes die de kinderen op hun hoofd zetten. U kunt een klein parcours uitzetten met pylonen. Als het goed gaat, kunt u wat obstakels plaatsen waar de koning met twee hoofden overheen moet stappen, zoals een omgekeerde bank. Zet ook wat voorwerpen klaar waarmee u opdrachten kunt laten uitvoeren. Bijvoorbeeld een boek, een knuffel of een kratje dat ze moeten optillen met hun twee vrije handen. Alsof ze samen één armenpaar zijn.
Olifantje Oliebol Olifantje Oliebol neemt wel zeven plakjes cake op het olifantenfeest. Hij houdt erg van snoepen… Maar wat zou Olifantje Oliebol het lekkerst vinden? Oliebollen natuurlijk! De vriendjes van olifantje Oliebol Verzamel plaatjes van dieren en hun ‘lievelingseten’ dat met dezelfde letter begint. Zorg dat er voor elk kind ten minste één set plaatjes is. U legt de plaatjes in het midden van de kring, en laat kinderen om de beurt een paar bij elkaar zoeken, waarbij ze elkaar mogen helpen. Welk eten begint met dezelfde letter als de naam van het dier?
47
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
De kinderen plakken hun dier met het bijbehorende lievelingseten op een vel papier. De beginletter waar het om gaat, schrijven ze erbij als ze dit al kunnen. Anders helpt u hen daarbij. In plaats van plaatjes bij elkaar te laten zoeken, kunt u de kinderen ook zelf allitererende dierennamen met eten laten bedenken. Ze maken zelf een tekening van hun dier met zijn lievelingseten. Voorbeelden Aapje Appelmoes Dolfijntje Doperwt Geitje Gehaktbal Konijntje Komkommer Leeuwtje Lolly Neushoorntje Noot Paardje Pannenkoek Schaapje Spekkie Varkentje Visstick IJsbeertje IJs
Beertje Boterham Duifje Dropveter Hondje Honing Koetje Kiwi Muisje Mandarijntje Nijlpaardje Nasi Rupsje Rijstwafel Schildpadje Spruitje Wolfje Wortel Zebraatje Zoethout
Bijtje Banaan Egeltje Erwtensoep Hertje Hagelslag Kikkertje Kaas Molletje Melk Papegaaitje Pinda Slakje Suikerspin Tijgertje Taart Walvisje Wafel Zeehondje Zuurkool
Egeltje Elisabet Egeltje Elisabet heeft ook een mooie naam met twee keer dezelfde letter. Elisabet is gewoon een meisjesnaam zoals Sofie of Femke. Kunnen de kinderen een dier bedenken bij hun eigen naam, dat met dezelfde letter begint? Of bij de naam van degene die naast hen zit? Bijvoorbeeld: Stekelvarken Simon, Ooievaar Onno, Eendje Eva, Varkentje Vincent, Schildpad Sofie, Aapje Alexandra, Tijgertje Timo, Mammoet Max…
Prinsje Alexander Steeds als Prinsje Alexander iets goed kan, krijgt hij een diploma. Hij heeft al een eetdiploma, een logeerdiploma, een teldiploma, een boterhamdiploma en een kleurdiploma. Een bedenk-zelf-maar-diploma voor iedereen Vertel de kinderen dat iedereen wel ergens goed in is. Judo, zingen of koekjes bak-
48
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
ken. Tot honderd tellen, dansen, heel hard rennen of fietsen... Misschien zorgen ze wel heel goed voor hun huisdier, helpen ze vaak andere kinderen of kunnen ze een prachtige knikkerbaan bouwen. Noem een paar voorbeelden van dingen waar u zelf goed in bent. Het maakt niet uit wat het is. Laat dan de kinderen vertellen over iets waar ze trots op zijn. Of iets waarvan anderen, bijvoorbeeld de ouders, zeiden dat ze het knap of goed vonden. Als iemand het niet weet, helpen u en de rest van de groep hem op weg. Hij heeft vast pasgeleden wel iets knaps gedaan of iets moois gemaakt op school. Besluit dat de kinderen allerlei verschillende dingen hebben genoemd. Hoe komt dat? Niet alle mensen zijn goed in dezelfde dingen. Maar iemand die niet zo goed kan rekenen, kan misschien heel goed zwemmen. Iedereen heeft wel iets waarvoor hij een diploma verdient, net als prinsje Alexander. Vandaag belonen de kinderen zichzelf met een mooi diploma. U geeft elk kind een gekleurd vel papier, waarop u bovenin met dikke stift het woord diploma schrijft. Geef de kinderen ook een uitgeknipte ovaal van wit papier, waarin ze – als dat kan – een foto van zichzelf plakken. De foto kunnen ze van thuis meenemen. De witte ovaal met de foto plakken ze op het diploma. Dan hebben ze net zo’n diploma als prinsje Alexander. Ten slotte versieren ze hun diploma met bijvoorbeeld tekeningen of glitters.
Varkentje Mondriaan ‘Het kleine varkentje Mondriaan heeft steeds hetzelfde truitje aan. Hij gaat het elke morgen pakken, zijn truitje met gekleurde vlakken. Rechte vlakken – groot en klein. Het zou een kunstwerk kunnen zijn…’ Een echt kunstwerk Het truitje van varkentje Mondriaan lijkt écht op een kunstwerk. Piet Mondriaan was een schilder die ongeveer honderd jaar geleden leefde. Hij maakte schilderijen met allemaal gekleurde vlakjes. Dat vonden veel mensen toen heel raar. Want de mees-
49
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
te schilders schilderden gewoon huizen, bomen, dieren of mensen. Mondriaan tekende alleen maar rechte vlakken, groot en klein. En die maakte hij blauw of rood of geel. Laat de kinderen een paar voorbeelden zien van de vlakkencomposities van Mondriaan. Toon deze bijvoorbeeld op het digibord of maak een paar kleurenprints. Laat zien dat de trui van varkentje Mondriaan op Mondriaans schilderijen lijkt. Laat de kinderen vertellen wat ze van de schilderijen vinden. Vinden ze echte kunstwerken? Zouden ze er een in hun kamer willen hangen? Of vinden ze de schilderijen raar, net als de mensen vroeger? En zouden ze zelf zo’n trui willen als varkentje Mondriaan? De kinderen gaan net zo’n bijzonder kunstwerk maken als Piet Mondriaan. Geef elk kind een vel tekenpapier, een liniaal en een zwarte stift. De kinderen trekken eerst lijnen met de stift over het papier. Een paar van boven naar beneden en een paar van links naar rechts. Zo komen er vanzelf allemaal vakjes op het papier. Het maakt niet uit hoe groot de vakjes zijn. Het geeft ook niet als de lijnen niet helemaal recht zijn. Mondriaan heeft ook schilderijen met schuine vlakjes gemaakt. Vervolgens kleuren de kinderen de vlakjes in met verf. Er mogen ook een paar vlakjes wit blijven. Maar dat hoeft natuurlijk niet. Ieder mag er zijn eigen kunstwerk van maken!
Afsluiting De kinderen hebben een heleboel verhalen en versjes gehoord over verschillende dieren en grappige mensen. Olifantje Oliebol, de koning met twee hoofden, buurvrouw Broodtrommel en nog veel meer. Wie vonden ze leuk? Wat deed die figuur allemaal? Hoe zag hij eruit? Welk verhaaltje of versje zouden ze nog een keer willen horen?
50
–
Lezen is leuk! –
l essugges t ies - he t grot e voor l eesfees t
bijl age 1
BEER, VARKEN EN OLIFANT
BUURVROUW BROODTROMMEL
DE BLOTE KONING
DE KONING MET TWEE HOOFDEN
DE TAKKENBOSSEN
EGELTJE ELISABET
HAAS EN EGEL
HET MANNENKOOR
OLIFANTJE OLIEBOL
OMA FLUITEKRUID
PRINSJE ALEXANDER
VARKENTJE MONDRIAAN
51