28
Het grote verleden van Klein Brussel Hof Ter Borght, gebouwd door een rijke notaris in de achttiende eeuw.
Ooit prachtige, statige panden die voorbijgangers deden opkijken. Nu verloederde gebouwen waarbij slechts een glimp nog doet terugdenken aan de luxe van weleer. CittA Kempen duikt in het verleden van deze vergane glorie.
Een verloederde villa, een vervallen kerk en een verlaten kasteel. Westmeerbeek verbergt veel verrassende locaties. En wat staat Manneken Pis te klateren in deze deelgemeente van Hulshout? CittA Kempen zocht het voor u uit.
Tekst: Stefan Laenen Foto’s: Joren De Weerdt
29
30 Op Hoogzand staat Manneken Pis den Derde, een exacte kopie van het exemplaar in onze hoofdstad.
Klein Brussel heet Westmeerbeek in de volksmond. In de dagen van weleer hielden passanten hier halt in de herbergen langs de handelsweg tussen Heist-opden-Berg en Westerlo. De bezoekers brachten geld en welvaart naar het dorp. De inwoners van ‘Mjorrebeek’ lijken trots op hun bijnaam. Op het pleintje Hoogzand plaatsten ze bovenop een pomp namelijk een statig ventje met hoog water. Het is Manneken Pis den Derde. De vorige twee exemplaren werden gestolen. Het beeldje lijkt als twee druppels water op zijn tweelingbroer in Brussel. En wat het koninklijk paleis voor onze hoofdstad is, is Hof Ter Borght voor Westmeerbeek. Een monumentaal kasteel met imposante oprijlaan en een poort die voor pottenkijkers dicht blijft. CittA Kempen mocht per hoge uitzondering op audiëntie. Wanneer we ons stipt bij de kasteelpoort aanmelden, blaft een vervaarlijke hond ons de daver op het lijf. Hof Ter Borght ligt er minder verlaten bij dan velen denken. “De echtgenote van de conciërge woont al sinds 1952 op het domein. Ze aarzelt geen seconde om de hond los te laten en de politie te bellen”, waarschuwt onze gelegenheidsgids Carl. Zijn familienaam hoeft niet. “Ik leef liever in de luwte (glimlacht). Ik houd hier ruim dertig jaar een oogje in het zeil. De groep Beaumont uit Luxemburg die het domein in 1980 overnam, zijn goede kennissen van mijn ouders. De huidige eigenaar is een Brits zakenman van Irakese oorsprong, die in Londen woont. Het kasteel is onbewoond, er woont zelfs geen spook (lacht). Het enige wat hier voorlopig door de gangen beweegt, zijn enkele vleermuizen. In nauw overleg met het Agentschap voor Natuur en Bos zorgen we ervoor dat de beestjes hier kunnen blijven wonen. Onlangs betrapten we ongewenste nachtelijke bezoekers. Zij kregen een stevige boete in de bus. Los daarvan is het levensgevaarlijk om het kasteel binnen te dringen. Hier en
daar is de vloer tijdelijk vervangen door planken. Voor je het weet, lig je twee verdiepingen lager.”
Eén miljoen
Lang voor het kasteel stond op deze plek een middeleeuwse schanshoeve, met slotgracht. Westmeerbekenaars zochten in de versterkte hoeve bescherming tegen plunderaars en deserteurs. In de bossen tussen Nete en kasteel verborgen zich tijdens de Boerenkrijg lepe brigands. “Naast de hoeve lag een jachtpaviljoen. Daar begon de rijke notaris Adriaan Somers in 1780 met de bouw van het kasteel”, reconstrueert Carl. “Nadien volgden verschillende bijgebouwen zoals het koetshuis, de paardenstallen, volières en personeelswoningen. Somers breidde zijn eigendom uit tot ongeveer vijftig hectare. Hoewel het kasteel in 1789 niet volledig klaar was, plunderden voorbijtrekkende Oostenrijke troepen het voor de eerste keer.” Momenteel valt in het kasteel weinig te plunderen. “Binnen is nu echt niets te zien. Daarom stellen we het kasteel niet open. Afgelopen zomer begonnen we met het verwijderen van de pleister. We behandelen alle muren tegen vocht en schimmel. Daarna volgt de herstelling van het dak. De dakrenovatie alleen al kost 1 miljoen euro. Een som die zelfs voor een grote immogroep niet evident is. Een beschermd pand renoveren vraagt veel geld en tijd. Zelfs voor de kleinste klus is officiële toelating nodig. We willen de restauratie weldoordacht uitvoeren. Alle trappen en lambrisering die we tijdelijk afbreken, krijgen een nummer zodat we nadien alles in zijn oorspronkelijke staat kunnen herstellen. Dat zijn we ook wettelijk verplicht. Binnenkort houden de eigenaars een raad van bestuur en hopen we onze samenwerking met gemeente en Kempens Landschap concreet te maken.” Kempens Landschap hoopt vurig mee. “Samen met de gemeente vragen we al tien jaar om het park in
eigendom of erfpacht te krijgen”, bevestigt directeur Philippe De Backer. “Het beheer van het park is voor de eigenaars een grote kost. Terwijl wij net niet liever willen dan het opwaarderen en openstellen. Ondanks het principiële akkoord van de eigenaar, wacht het dossier nog altijd op een handtekening. ” “Het dossier is te mooi om op te geven”, vult projectmedewerker Tine Van den Broeck aan. “Al is het vijf voor twaalf. Hoe langer structurele werkzaamheden uitblijven, des te meer treedt de verloedering in. We moeten alle betrokken partijen dus rond de tafel houden.” De gemeente zit al lang klaar aan tafel. “Hulshout heeft in haar meerjarenplan tienduizenden euro opzijliggen voor Hof Ter Borght. Al wat we nodig hebben, is een ja van de eigenaars”, zegt burgemeester Geert Daems. En dan schakelen we weer over naar een verre voorganger van de huidige burgervader. Somers schopte het tot burgemeester van Westmeerbeek. In 1814 stierf hij tijdens de hoogmis in de dorpskerk. “Zijn enige zoon Jozef Somers is vervolgens burgemeester en kasteelheer geworden”, hervat Carl zijn verhaal. “Hij creëerde een indrukwekkend Engels landschapspark met de Grote Nete als grens. Somers junior verlegde de vijver die eerst rond het kasteel lag, naar achter. In het midden kwam een paviljoen en een eendenkooi. Onlangs voer ik er eens naartoe. De kooi staat er nog, maar met weinig eend in (lacht). Met de aarde die uit de vijver kwam, is een ijskelder gecreëerd. Daarin werden producten bewaard, lang voor er sprake was van een frigo. De ijskelder is nog steeds te bezichtigen. De tweede kasteelheer stierf aan krankzinnigheid in een Leuvens gesticht. Hij was vrijgezel, dus bleef zijn kasteel onbewoond achter. Koning Leopold I gebruikte het een tijdje als commandopost.” De familie Beeckmans kocht het kasteel over, maar verkocht het in 1859 aan baron De ’t Serclaes, de burgemeester van Noorderwijk. “Hij gebruikte het als zomerverblijf. In de lente en zeker in de zomer is het park op zijn mooist. Hier zie je uiterst zeldzame bomen. De baron schenkt de eigendom aan zijn twee ongehuwde zussen Helena en Delphina. Zij lieten de druivenserre en de orangerie met rotspartij optrekken. De kristalglazen ramen zijn nog steeds intact. Uit voorzorg verwijderden we het glas, tot de restauratie op punt staat. Het waren zeer gelovige zussen. Schuin tegenover het kasteel bouwden ze een kleine pastorie, zodat een priester elke dag een mis kon lezen in de kasteelkapel. Daarin plaatsten ze glasramen van de Heilige Helena en Delphina. Daarnaast zorgen ze voor een loden buis onder de Provinciebaan om drinkbaar water uit een put aan de overkant naar het kasteel te leiden. Na hun dood werd het kasteel verhuurd. Onder meer aan de Antwerpse generaal August de Ceuster. Volgens getuigen ging het er lustig aan toe op het kasteel. Menig jongeman bezocht in de late uurtjes de dochters van de generaal (lacht).” We maken een sprong naar 1909, het moment waarop de rijke Antwerpse bankier Jozef Jacobs het kasteel koopt. “Hij bouwt de twee torens die het kasteel flankeren. In 1913 krijgt Hof Ter Borght zelfs een tele-
“De tweede kasteelheer stierf aan krankzinnigheid in een gesticht” 31
Van de vroegere weelde in Hof Ter Borght blijft niet veel meer over.
32
Neem zelf een kijkje Villa Janssens in het centrum van Westmeerbeek. Na jaren leegstand staat het pand nu te koop.
De ruïne naast de kerk is beschermd als monument.
foonaansluiting, een zeldzaamheid in die tijd”, weet Carl. “De familie Jacobs vluchtte tijdens de Eerste Wereldoorlog naar Engeland. Tijdens hun afwezigheid verbleven er gewonde burgers en soldaten in het kasteel. Tot Duitse soldaten het plunderden en er verbleven tot het einde van de oorlog. Tin, brons, wol, alles verdween. Door de schaarste aan hout zijn toen veel bomen in het park gekapt. Met de Tweede Wereldoorlog kwamen de Duitsers nog eens terug. De lijken van Belgische soldaten zijn op het eilandje begraven. Pas na de oorlog kon de familie de overblijfselen ophalen. De gevreesde SS installeerde hier douches voor hun generaals, met gewapend beton. Dat is nog zichtbaar. Het gerucht gaat dat de beroemde maarschalk Montgomery op het einde van de oorlog enkele dagen in het kasteel verbleef, toen er hevig werd gevochten aan het Albertkanaal in Geel”, zegt Carl. “Het kasteel bleef tot halfweg de jaren vijftig in handen van de familie Jacobs. Daarna kocht Albert Robberechts, handelaar in brandkasten en metalen meubelen, het op. Hij verkocht het in 1974 weer door aan Armand Tyteca, maar hij nam het nooit in gebruik. In 1980 is Beaumont dan eigenaar geworden.”
Parenclub
Devote kasteelheren woonden zondags de hoogmis bij in de dorpskerk. De notabelen kregen hun plek op het hoogzaal van de Sint-Michielskerk. Naast de kerk rust een ruïne. “Dat is onze oude vijftiende-eeuwse kerk”, dateert schepen Rist Heylen. “In 1938 werd de ruïne beschermd als historisch monument. Sindsdien is er op deze site niets meer gebeurd. Al hopen we dat daar binnenkort verandering in komt. Samen met Kempens Landschap lanceerde de gemeente een oproep om een duurzame en innovatieve herbestemming te vinden voor de kerkruïne. Ondertussen zijn er al enkele concrete voorstellen binnen.” Eentje daarvan zou een gotische parenclub zijn, hoorden we net in de dorpskroeg. Qua innovatie kan dat tellen. “Het klopt dat er een voorstel in die richting was,
Hof Ter Borght zwiert de poorten exclusief open tijdens de Open Parkdagen op zaterdagen 28 maart en 25 april. Uit veiligheidsover wegingen blijft het kasteel gesloten. Het park krioelt van de waterpartijen en obstakels. Daarom vragen de eigenaars, de gemeente en Kempens Landschap om de paden niet te verlaten. Zij dragen ook geen enkele verantwoordelijkheid. Reserveren voor een bezoek is verplicht en kan via toerisme@ hulshout.be of 015-22.40.17.
maar ik moet liefhebbers teleurstellen: dat idee gaan we niet weerhouden (lacht).” De kerk ligt tussen Hof Ter Borght en Villa Janssens. Die villa is eigendom van de Kleine Landeigendom en verboden terrein. We zouden eerlijk gezegd zelfs niet naar binnen durven. “De villa ziet er inderdaad een beetje luguber uit”, lacht Heylen. “Eigenlijk was het huis een showroom van de familie Janssens. Het familiebedrijf is sinds 1880 gespecialiseerd in kunstbeton en imitatierotsen, zoals ze die maakten voor de Zoo. De rotskamer in de villa staat vol rotsen en druipstenen, allemaal namaak.” De villa stond ooit in Antwerpen, tijdens de wereldtentoonstelling van 1910. “Op de expo presenteerde Janssens het huis als voorbeeld van een sociale woning. Twee jaar later is ze hier heropgebouwd. De laatste eigenares gebruikte de villa als buitenverblijf. Nu staat het gebouw al een aantal jaren leeg en overwoekerde het groen. Een plan om er een kinderclub in onder te brengen, kon niet doorgaan. Het voorstel om Villa Janssens af te breken, werd verhinderd. De huisvestingsmaatschappij verdeelde het perceel in drie loten die te koop staan als sociaal huis. Zo is de geschiedenis rond.” n