Het gezicht van de vakbeweging Rotterdam II
Rotterdam II 3e proef.indd 1
26-02-14 11:38
Rotterdam II 3e proef.indd 2
26-02-14 11:38
Het gezicht van de vakbeweging Rotterdam II
Auteur:
Sjaak van der Velden e.a. ___________________________________ Uitgave: Stichting VHV, Vrienden van de Historie van de Vakbeweging x1
Rotterdam II 3e proef.indd 1
26-02-14 11:38
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
2x
Rotterdam II 3e proef.indd 2
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Inhoud Voorwoord Lodewijk de Waal5 Ten geleide Henk van der Pols7 Verantwoording Huug Klooster9 Hoe Rotterdams is de Rotterdamse vakbeweging? Sjaak van der Velden13 Portretten Ruud van den Bergh Truus Boogaerdt Ineke de Deugd Dick Groenendijk Dilia van der Heem Ab van Ispelen Bob Kalkman Jaap Kiela Berrie Langendoen Bart Maintz Aad Manse Cor van der Meer Kees van Nimwegen Gerard Nugteren Brigitta Paas Ger Ros Ed Sarton Piet Scheele Harald Schmeling Ruud Schouten Arnold Sta Niek Stam Jan Tielen Arie van der Veer Jan Visser Bert van Zanten
‘Dat zijn onze zaken’ 27 Steunpilaar in bonds actieve hart 30 ‘Blijf altijd jezelf!’ 34 ‘De haven is het zat. De haven die gaat plat!’ 38 Van bestuurder tot officier 41 Werk maken van medezeggenschap 45 Gereformeerd en actief in de bond 49 Grote inzet voor veilig werken 53 Een hoge post in Vlaardingen 58 Een man van de korte klap 62 Je kunt altijd wel iets voor iemand doen 66 Trouw aan de Rotterdamse haven 69 Bedrijfsbezetting kan, actie moet! 73 Contributie, het cement van de vakbeweging 76 Mannen kunnen niet tegen vrouwen met macht 80 Een eigen geluid 84 De Internationale op de ‘Rotterdam’ 88 Het is altijd mensenwerk 93 Schip op, schip af 97 Sociale aspecten van het ondernemerschap 101 Belangen zeevarenden als drijfveer 105 Organise, unite and fight 109 Zo moet je niet met mensen omgaan 113 Breed actief binnen en buiten de bond 117 Grote saamhorigheid tussen alle diensten 121 Vecht voor je recht! 124
Literatuur127
x3
Rotterdam II 3e proef.indd 3
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
4x
Rotterdam II 3e proef.indd 4
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Voorwoord Als geboren en getogen Rotterdammer is ook mijn vakbondsleven daar begonnen. In het café ingeschreven als lid van ‘Mercurius’ ben ik later tot kaderlid gebombardeerd als lid van de Jongerencommissie van de OR van de Rotter damse Verzekerings Societeit (RVS). De eerste staking waaraan ik als kaderlid deelnam, net als mijn baan bij ‘Mercurius’ zelf – als administratieve kracht ‘ter ondersteuning van de bestuurders’– en mijn benoeming tot districts bestuurder speelden zich allemaal af in Rotterdam. Daarom zijn er, nu ik als voorzitter van de Stichting VHV de interviews in dit boek lees, veel momenten van herkenning. Voor de VHV zijn verleden, heden en toekomst onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het verwaarlozen van de aandacht voor – de verworvenheden uit – het verleden leidt onvermijdelijk tot verschraling van huidig en toekomstig beleid. Een verschraling die doorwerkt in de beeldvorming van de vakbewe ging van nu en die van de toekomst. Natuurlijk, tijden en technieken veran deren net zoals de opvatting over de rol van de vakbeweging verandert. Vast staat dat wie de tekenen des tijds niet serieus neemt, onvermijdelijk alleen nog een plek in het museum verdient… De betekenis van de vakbeweging wordt nogal eens afgedaan als geschie denis, als ‘een restant uit vroeger tijden’, of erger nog, als een randver schijnsel of een tanende conservatieve kracht. Dat is wel erg gemakkelijke praat. Vergeten wordt de prominente rol van de vakbeweging in de wording en vormgeving van de welvaartsstaat, en de massale ondersteuning daarvan, ook op dit moment. Die ondersteuning is veel groter dan zelfs het op zich al indrukwekkende aantal leden doet vermoeden. Denk maar eens aan onze rol in de arbeidsverhoudingen, tot uitdrukking komend in onder meer honderden collectieve arbeidsovereenkomsten, waarvan een meerderheid van werk nemers ook in deze decennia profiteert. Toch is oplettendheid meer dan geboden nu allerlei vormen van flexibilisering van de arbeidsverhoudingen oprukken. Er moet nagedacht worden over een positieve en offensieve stra
Voorwoord x 5
Rotterdam II 3e proef.indd 5
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
tegie in een sterk individualiserende tijd, die aansluit bij de opvattingen van moderne mensen, anders missen we de boot. De vakbeweging functioneert op allerlei niveaus en allerlei manieren. Er wordt veel overlegd, soms is zichtbare en voelbare strijdbaarheid noodzake lijk. In de balans van die twee werkwijzen, speelde de Rotterdamse vakbewe ging vaak sterk de kaart van strijdbaarheid. Met voor de werkers in de haven een prominente rol. Zo herinner ik me persoonlijk nog de indrukwekkende stoet van de tienduizenden die in september 2004, over de Maasbruggen richting Coolsingel optrok. De ervaringen die in dit boek worden weergegeven, inspireren enerzijds, en geven anderzijds een goed sociaal economisch tijdbeeld. Ze bieden stof tot nadenken over de toekomst van de vakbeweging, die anders zal zijn dan die in het verleden. Deze publicatie bewijst opnieuw: vakbondswerk is werk van mensen met karakter, mensen die samen geschiedenis maken! Lodewijk de Waal, Voorzitter Stichting VHV, oud-voorzitter FNV
6 x Voorwoord
Rotterdam II 3e proef.indd 6
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Ten geleide Voor u ligt het boekje ‘Het gezicht van de vakbeweging Rotterdam II’. De werkgroep Regio Rotterdam van de Stichting VHV, Vrienden van de Historie van de Vakbeweging, is er opnieuw in geslaagd enkele tientallen portretten samen te stellen van (oud-)bestuurders en kaderleden uit de regio. Het was geen eenvoudige opgave voor de kleine groep vrijwilligers om dit resultaat te bereiken. De suggestie voor een vervolg op het eerste boekje werd geuit in een bijeenkomst van de werkgroep. Allereerst de vraag kunnen wij dit aan en van wie willen wij een levensbeschrijving maken? Namen selecteren, ons afvragen is betrokkene nog in leven, bereikbaar en bereid mee te werken? Of is wellicht een familielid in staat te vertellen over zijn leven zodat er toch een goed beeld ontstaat? Dat leidt dan weer tot het leggen van contacten, afspraken maken en gesprekken voeren, soms meer dan eens met de betrokkenen. Vervolgens natuurlijk het uitwerken van het besprokene. Het was een veelomvattend werk. Het resultaat is dat van een groep vakbondskaderleden en enkele oud-bestuurders hun activiteiten en verdien sten in de naoorlogse ontwikkeling van werk en samenleving zijn vastgelegd. Vakbonden zijn niet zo goed in beschrijvingen en publicaties over het eigen verleden. Ze zijn gericht op het werk van nu en voor de toekomst. In dit boekje worden de grote veranderingen duidelijk die hebben plaats gevonden in dat werk en de werkomstandigheden zoals beschreven in de persoonlijke geschiedenis van de betrokken personen. Onze leidraad was het bekende ‘in het heden ligt het verleden en in het nu wat worden zal’. Opdracht aan de lezer: Neem kennis van het boekje over dat verleden en bouw mee aan die toekomst. Henk van der Pols, Lid werkgroep VHV-Rotterdam
Ten geleide x 7
Rotterdam II 3e proef.indd 7
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
8x
Rotterdam II 3e proef.indd 8
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Verantwoording Rotterdam is een wonderlijke stad. Niet alles wat goed is komt snel. De taal van het voetbalveld geldt niet voor grote andere delen van de maatschappij en zeker niet voor die van de vakbeweging. De vakbonden moeten het voor een belangrijk deel hebben van vasthoudendheid en doorzettingsvermogen. Niet wijken, wel werken. Die houding geldt ook voor de samenstellers van deze publicatie. Vijf jaar geleden verscheen het eerste deel van ‘Het gezicht van de vakbeweging’, de serie die zich richt op het vastleggen van de (vakbonds) levens van bestuurders en kaderleden, toegespitst op een bepaalde regio of stad. De VHV-werkgroep was trots op die eerste publicatie waarin 31 bestuurders en kaderleden persoonlijk werden geportretteerd. We vonden het ook heel plezierig te weten dat een andere werkgroep, die van Zuid Limburg, gelijk tijdig met een eigen vergelijkbare publicatie kwam. Zuid Limburg trok zelfs stevig door en wist enkele jaren later een tweede deeltje te presenteren. In Rotterdam en de Rijnmond-regio had de werkgroep een handicap waar volgende VHV-werkgroepen lering uit kunnen trekken. In tegenstelling tot in Zuid Limburg, waar Mat Janssen alle interviews deed, gingen de werk groepleden hier zelf op pad. Dat vereist meer cohesie en afstemming en kost tijd. Uiteindelijk kunnen we meer dan tevreden zijn dat het ons is gelukt een tweede deel samen te stellen. Met opnieuw aandacht voor mensen die er binnen en voor de vakbeweging er toe deden en er nog direct toe doen. We hebben met veel plezier met elkaar gewerkt. Niet omdat we het zo gemakkelijk met elkaar eens werden, in tegendeel, maar omdat we stug wisten vol te houden en het zonder meer altijd goed is elkaar te treffen om de rode loper verder uit te rollen. Wat huizen er binnen de vakbeweging toch verschillende mensen met uiteenlopende ideeën over aanpak en uitvoe ring. Aan de vergadertafel van FNV Bondgenoten in de Alexanderpolder, Rotterdam, is veel besproken en weersproken. We realiseerden ons vanaf het eerste prille begin dat het opnemen van namen in deze selectieve portret tengalerij geen hogere wetenschap is, maar een uitwisseling van ervaring en inzichten. Vakbondsbestuurders, kaderleden, OR-leden en anderen die de vakbeweging een goed hart toedragen laten zich niet classificeren in kleuren,
Verantwoording x 9
Rotterdam II 3e proef.indd 9
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
stijlen of cijfers. Een mooie staat van dienst is ook geen garantie, of laat ik het anders zeggen, wie niet zichtbaar op het podium staat kan even goed veel voor de vakbeweging betekenen of betekend hebben. De lezer moet zich een voorstelling kunnen maken van de vergadersfeer met vaak veel vrolijkheid en minstens zo vaak stevige, niet onvriendelijk bedoelde woorden. De polder is nu eenmaal niet in Rotterdam uitgevonden en blijft daar ook een niet altijd welkome eend in de bijt. De werkgroep realiseert zich ook dat sommige mensen die in deze publicatie ontbreken er heel verantwoord een plaats in hadden mogen hebben. Maar het is ons niet altijd gelukt alle kandidaten te bereiken of op te sporen. We realiseren ons daarnaast dat veel van onze aandacht is uitgegaan naar mensen die direct met het werk in de haven te maken hadden. Rotterdam is meer dan de haven en de werven, dat mag duidelijk zijn, maar voor de samen hang in deze publicatie is die concentratie van aandacht meer dan verant woord. Binnen de werkgroep hebben we de afgelopen jaren ook enkele uitvallers gehad. Zo overleed Joop van Doorn die met zijn AbvaKabo-achtergrond een belangrijke aanvulling betekende voor de werkgroep. In 2013 verloren we Ed Sarton, later bij de groep gekomen, maar met zijn ervaring, humor en relative ring een belangrijke aanwinst. Ten slotte moest Nico Sannes fysiek een stapje terugdoen in de wetenschap dat veel kan maar niet alles tegelijk. We zijn Joop en Ed veel dank verschuldigd voor hun inzet en bijdragen. Nico mogen we hier wel apart op het schild heffen. Jarenlang was hij binnen de werkgroep de grote gangmaker. Voorzitter, secretaris, interviewer… eigenlijk een bond op zich. Het doet ons dan ook groot plezier dat we in deze publicatie gebruik kunnen maken van een ander talent van hem. Het fotograferen van de Rotter damse havenactiviteiten. Tweemaal per week trekt hij er op uit om alles wat op het water met de havenactiviteiten te maken heeft vast te leggen. Het leidt tot een verrassend breed en gevarieerd spectrum, een mooi tijdsbeeld dat bevestigt dat Rotterdam Nederlandse grootste havenstad is. Natuurlijk zijn we dank verschuldigd aan al die geïnterviewden of in sommige
10 x Verantwoording
Rotterdam II 3e proef.indd 10
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
gevallen hun familieleden die bereid waren aan de totstandkoming van deze publicatie mee te werken. Dank geldt zeker ook voor FNV Bondgenoten dat ons niet alleen vergaderfaciliteiten aanbood maar ook bereid was de vormge vingskosten van dit boekje voor zijn rekening te nemen. Huug Klooster, Redactiecoördinatie VHV
Verantwoording x 11
Rotterdam II 3e proef.indd 11
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
12 x
Rotterdam II 3e proef.indd 12
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Hoe Rotterdams is de Rotterdamse vakbeweging? Sjaak van der Velden
Over Rotterdammers zijn nogal wat kwalificaties in omloop. Harde werkers, rechttoe-rechtaan, botterikken. Als deze typeringen terecht zijn, gelden ze dan ook voor de mannen en vrouwen die de vakbeweging in Rotterdam dragen? En als die mensen inderdaad zo zijn, kunnen we dat dan ook merken aan hun handelen binnen de vakbeweging? In deze inleiding buigen we ons over die vraag. Wie is de Rotterdammer? In 1938 probeerde de in Rotterdam geboren schrijver en journalist Ben Stroman om de Rotterdammer te karakteriseren1. Het mislukken van een plechtigheid om de geboorte van de 600.000ste bewoner te vieren, was voor Stroman aanleiding voor zijn eerste typering van Rotterdam: ‘Rotterdam is sober, ingetogen, nuchter, werkzaam en met haar de Rotterdammers’ (p. 234). En verderop heet het zelfs: ‘Een Rotterdammer bluft zelden, maar hij heeft het hart op de tong, een Rotterdammer kan rauw zijn, onbeschaafd, maar hij is goedhartig en van een natuurlijke fijngevoeligheid, die hem hulpvaardig maakt. De goede eigenschappen van den Rotterdammer grenzen dicht aan zijn ondeugden.’ (p. 240-241). Stroman besteedde voor hij tot deze conclusie kwam een flink aantal pagina’s aan een bevolkingsgroep die door de Amster damse vakbondsman Henri Polak in hetzelfde boek kort werd beschreven met ‘het min of meer grove en onbehouwene van den Rotterdammer’ (p. 200). Volgens Stroman was het moeilijk een karakterisering van de Rotterdammer te geven omdat er allerlei typen Rotterdammers zijn. In die tijd was er nog een duidelijk verschil merkbaar tussen de mensen uit de oude stadsdriehoek en die uit de geannexeerde gemeenten zoals Delfshaven, Kralingen en Charlois. En dan waren er ook nog de mensen die uit heel het land naar de grote stad waren getrokken om hier een nieuw bestaan op te bouwen. Allemaal andere mensen, maar toch ook allemaal Rotterdammers. Daarnaast is er natuurlijk 1) B. Stroman, De Rotterdammers, in: P.J. Meertens en Anne de Vries (red.), De Nederlandsche volkskarakters. J.H. Kok: Kampen 1938, p. 233-242
x 13
Rotterdam II 3e proef.indd 13
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
ook een verschil tussen de gegoede Rotterdammer die soms stamde uit een eeuwenoud geslacht van notabelen en de Rotterdammer aan de onderkant van de maatschappelijke ladder, die vaak uit een eveneens eeuwenoud proletariaat stamde. Maar ook arm en rijk in Rotterdam waren beiden Rotterdammer. Als iemand nu een soortgelijk artikel zou schrijven als Stroman in 1938 deed, dan zou een deel van de kern van zijn betoog vrijwel hetzelfde luiden. Er bestaan nog steeds verschillen tussen arme en rijke Rotterdammers, en ook nu is een verschil merkbaar tussen de Rotterdammers uit oude Rotterdamse geslachten en nieuwkomers. Overigens zullen degenen die zich nu als oude of oorspronkelijke of nog erger als echte Rotterdammer beschouwen zelf vaak afstammen van de mensen die Stroman nog typeerde als nieuwkomers. Want zo snel gaat dat, nakomelingen van de migranten van een eeuw geleden zijn de autochtonen van nu zoals de afstammelingen van de allochtonen van nu in de toekomst weer autochtoon zijn. Wat niet meer zo’n rol speelt is het verschil tussen bewoners van het oude Rotterdam en de inwoners van geannexeerde gemeenten, hoewel in wijken als Overschie en Hillegersberg af en toe stemmen opgaan dat men wel los zou willen komen van Rotterdam. Maar hoe de verschillen ook zouden uitpakken, de hedendaagse opvolger van Stroman zou ongetwijfeld instemmen met zijn karakteriseringen van De Rotterdammer. Voor ons is echter vooral de vraag van belang hoe die aan de Rotterdammer toege schreven karaktertrekken invloed hebben op de vakbeweging. De vakbeweging en Rotterdam Laten we eens bij oude Rotterdamse vakbondsactivisten te rade gaan. Wat vonden die van de stad waar ze probeerden het lot van arbeiders te verbe teren? Gelukkig schreven de vakbondsmannen vroeger hun belevenissen zelf op en waren ze ook niet te beroerd om verder te kijken dan het pure vakbondswerk. Nog een geluk is bovendien dat ze nogal eens van buiten kwamen. En mensen van buiten hebben vaak een helderder blik op wat er aan de hand is dan de zogenaamde gevestigden. Een naam springt er direct uit: Johan Brautigam.
14 x
Rotterdam II 3e proef.indd 14
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Beter kunnen we het niet treffen; hij kwam van Amsterdam naar de stad aan de Rotte. Brautigam (1878-1962) is overigens geboren in Uithoorn maar verhuisde op negenjarige leeftijd met zijn ouders mee naar Amsterdam. Al op tamelijk jonge leeftijd trad hij in dienst van de vakbeweging en dat werk bracht hem in 1904 naar Rotterdam. Hier moest hij de afdeling van de Zeemans bond trachten tot leven te wekken, want het stond er niet goed voor met de vakbeweging voor zeelieden in de Maasstad. In zijn gedenkschrift Langs de havens en op de schepen beschreef Brautigam in 1956 hoe hij het ervoer om in Rotterdam neer te strijken. ‘Thans wil ik iets vertellen over de stad en haar inwoners van omstreeks het begin deze eeuw. Voor mij, kersvers komende uit het grote Amsterdam, was Rotterdam geen aantrekkelijke stad. En zoals mijn gevoelens waren, moeten vele “immigranten” het eveneens hebben ervaren. In de tweede helft van de vorige eeuw waren in de stad tal van onterende, aan vandalisme grenzende handelingen gepleegd.’2 Na een opsomming van de bouw van het spoorviaduct, het dempen van singels en andere wateren, en de rijen afzichtelijke en smakeloze woningen gebouwd ten behoeve van de immigranten, vervolgt Brautigam: ‘Zo de stad, zo haar inwoners! […] Als er een vergadering van bootwerkers werd gehouden in Verenigingsgebouw of Verkooplokaal, was de zaal na afloop niet aan te zien vanwege het tabakssap. Op zulke bijeenkomsten verschenen de meeste bootwerkers in werkkleding. Dit was in Amsterdam anders. Als daar een boot werker naar de stad toog om een vergadering te bezoeken, dofte hij zich eerst op.’ Het is duidelijk dat Brautigam geen hoge pet op had van zijn mede-Rotterdam mers. Hoewel hij ook wel een beetje lijkt te lijden aan het bekende syndroom dat iedereen in zijn greep krijgt die zich op een gegeven moment van buiten in de hoofdstad vestigt. Als een nieuwe bekeerde denken die vaak daar het centrum van de wereld te hebben gezien. Maar goed, in zijn kritiek op de Rotterdammer legde Brautigam vooral de nadruk op het rauwe en onbe schaafde uit de algemene karakterisering van Stroman.
2) J. Brautigam, Langs de havens en op de schepen. Herinneringen van..., De Arbeiders pers: Amsterdam 1956, p. 30
x 15
Rotterdam II 3e proef.indd 15
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Helaas is een andere belangrijke Rotterdamse vakbondsman, Hendrik Spiekman (1874-1917), te vroeg overleden om gedenkschriften te hebben nagelaten. Anders is dat met Hein Mol (1880-1959) die tussen 1920 en 1932 zijn ervaringen met het werken in de haven op schrift stelde. Mol kwam oorspronkelijk uit Rhenen en verhuisde met zijn ouders mee naar Rotterdam waar zijn vader op zoek ging naar werk. Typerend is Mol’s opmerking over de reactie van bootwerkers op het boetesysteem: ‘Ik zou van een aantal feiten namen en data’s kunnen noemen, maar dat heeft geen enkel nut. Een mensch zou er zijn goed humeur maar bij verliezen, want als men alles zoo nog eens de revue laat passeeren, dan komt men tot de conclusie, dat die ruwe, stoere bootwerkers toch sullen van kerels waren, die zich zonder verweer lieten uitschudden’.3 Verderop weet Mol het nog duidelijker te benoemen: ‘De havenarbeiders waren heel moeilijk tot organisatie te brengen. Zij vormden een breede, onontwikkelde, onverschillige, luimige massa, die spoedig en spontaan in beweging kon komen, maar even spoedig weer neerzonk en verliep, om daarna weer voort te leven in een roes van slaafsche onverschilligheid voor eigen lot en toekomst’ (p. 64). Dus Rotter dammers zijn niet alleen rauw en onbeschaafd, maar vanuit vakbondsstand punt bekeken ook onverschillig en moeilijk te organiseren. In De groei van de grote werkstad 4 verklaren Bouman en Bouman de geringe populariteit die het socialisme in Rotterdam ten deel viel uit de afkomst van veel Rotterdammers. In de jaren na 1870, toen de stad economisch een onstuimige groei doormaakte, trokken duizenden van het platteland naar de grote werkstad. Zij namen, aldus Bouman en Bouman, hun agrarische norm besef en ‘de gelatenheid waarmede ongunstige levensomstandigheden werden aanvaard’ mee. Pas de kinderen en kleinkinderen van deze ‘boeren’ stonden open voor nieuwe, niet-kerkelijke invloeden. In dit verband is het wel opvallend dat Ad Knotter in zijn onderzoek naar de Amsterdamse situ atie concludeert dat veel van de socialisten daar juist nieuwkomers in de
3) Hein Mol, Memoires van een havenarbeider. Van aantekeningen en een nawoord voorzien door Tony jansen en Jacques Gielen, SUN: Nijmegen 1980 (oorspr. 1932), p. 29 4) P.J. Bouman en W.H. Bouman, De groei van de grote werkstad. Een studie over de bevolking van Rotterdam, Van Gorcum & Comp: Assen 1967 (oorspr. 1952)
16 x
Rotterdam II 3e proef.indd 16
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
stad waren5. Dus in de ene stad hielden de nieuwkomers vast aan platteland sideeën en in de andere stad zochten ze aansluiting bij modern gedachte goed? Als dit waar is, dan zou dat kunnen komen door de plaats van afkomst van die migranten. Kwamen de nieuwe Amsterdammers uit andere provincies dan de nieuwe Rotterdammers en verklaart dat een andere reactie op hun vestiging in de grote stad? Gaat het hier om het verschil tussen Friezen en Zeeuwen? Het gaat gezien de beschikbare ruimte helaas te ver om op deze plaats veel aandacht aan die vraag te besteden. Een andere verklaring zou kunnen komen door wat Hans Binneveld schrijft over het verschil tussen beide grote steden6. Hij voegt aan de verklaring van Bouman en Bouman toe dat de toename van de arbeidersbevolking van Rotterdam zo extreem snel ging - in vergelijking tot de groei in Amsterdam - dat er geen mogelijkheid was voor het ontstaan van een proletarisch klasse bewustzijn. De woonellende in de oude stadsdriehoek bevorderde eerder een apathische en berustende mentaliteit en de sanering die plaatsvond belem merde de continuïteit, die nodig is voor het vormen van een groepsbewust zijn. Het is trouwens zo dat de verschillen tussen de migratiegeschiedenis van beide steden soms ernstig worden overdreven. Het ging hier sneller, maar de groei in Amsterdam was zeker niet gering. Ook de gedachte dat de migranten vooral uit landbouwgebieden afkomstig waren, wordt niet eenduidig door de feiten ondersteund7. Tony Jansen en Jacques Giele8 tenslotte leggen weer een heel ander accent dan de afkomst van de arbeiders. Volgens hen is veel van het verschil tussen 5) A. Knotter, ‘Van “defensieve standsreflex” tot “verkoopkartel van arbeidskracht”. Twee fasen in de ontwikkeling van de Amsterdamse arbeidersvakbeweging (ca. 1870-ca. 1895)’, in: Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis jrg. 19 (1993) 68-94 6) Hans Binneveld, De Rotterdamse metaalstaking van 1965, Van Gennep: Amsterdam 1965, p. 38 Jan Bruggeman en paul van de Laar, Rotterdam als migrantenstad aan het eind evan de negentiende eeuw, in: Paul van de laar e.a. (red), Vier eeuwen migratie bestemming Rotterdam, MondiTaal Publishing: Rotterdam 1998, p. 167 7) Zie ook: Paul van de Laar, Leo Lucassen en Kees Mandemakers (red), Naar Rotterdam. Immigratie en levensloop in Rotterdam vanaf het einde van de negentiende eeuw, Aksant: Amsterdam 2006 8) Tony Jansen en Jacques Giele, ‘Volgt het vaandel van de arbeid’. Hein Mol en de Rotter damse havenarbeiders, in: Hein Mol a.w., p. 225-274
x 17
Rotterdam II 3e proef.indd 17
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Amsterdam en Rotterdam terug te voeren op het karakter van het havenwerk. In Amsterdam zijn er veel lijnvaartrederijen met vast personeel, in Rotterdam overheerst de wilde vaart en dientengevolge losse arbeid. De verklaring van Jansen en Giele is uiteraard vooral van toepassing op het verschil in handelen tussen de havenarbeiders in beide steden. Het is waar dat Amsterdam een centrum van de arbeidersbeweging was in een tijd dat in Rotterdam de vakbe weging geen vaste grond onder de voeten kreeg. Hendrik Spiekman, de grote man van de vroege arbeidersbeweging in Rotterdam, erkende zelf in 1902 dat Rotterdam binnen de arbeidersbeweging ‘nooit veel betekenis heeft gehad’9. Maar laten we niet vergeten dat we het dan vooral hebben over de organisato rische kant van de arbeidersbeweging. Er bestond een verhouding, waarbij Amsterdam veel organisatorische zaken naar zich toetrok en Rotterdam binnen de arbeidersbeweging achterbleef. Overigens was het niet alleen eenrichtingsverkeer zoals we al hebben gezien aan Brautigam die vanuit Amsterdam hierheen kwam om orde op zaken te stellen. Maar aan succesvolle bestuurders werd soms behoorlijk getrokken om naar het noorden te gaan. Iemand als Spiekman bood weerstand aan de lokroep van de IJstad, maar niet iedereen bleef hier. In 1984 beklaagde een Rotterdamse oud-communist zich nog over de verhoudingen zoals die in de jaren dertig in zijn partij heersten: ‘Er was maar één partij en dat was de Amsterdamse partij. Als er hier een goeie funktionaris te voorschijn kwam, dan werd die altijd naar Amsterdam toe getrokken. (...) Amsterdam floreerde, ja Amsterdam wàs de partij. Dat was een grote fout’10. Een interessante gedachte is afkomstig van Koos Schoonens, jarenlang NVV-bestuurder in na-oorlogs Rotterdam. Op de vraag of hij een verschil tussen Amsterdammers en Rotterdammers heeft ervaren, antwoordde hij: ‘Afgaande op de grote vergaderingen die ik in Amsterdam en in Rotterdam heb meegemaakt denk ik dat de Amsterdammers beter politiek geschoold waren dan de Rotterdammers. De Communistische Partij van Nederland (CPN) zal ongetwijfeld aan die scholing hebben bijgedragen. Ger Harmsen kon boeiend vertellen over zijn tijd in Amsterdam als scholingsleider van de CPN! In de vergaderingen in Amsterdam werd beter en gedisciplineerder 9) Idem, p. 245 10) Raket, Rood Rotterdam in de jaren ‘30, Raket: Rotterdam 1984, p. 224
18 x
Rotterdam II 3e proef.indd 18
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
gediscussieerd en er werd ook gedurende spannende vergaderingen minder op de bezoldigde bestuurders “gescholden”. Die Amsterdamse bezoldigde bestuurders werden ook niet van “klassenverraad” beticht. Uiteraard werd er tijdens de vergaderingen kritiek geuit op onderhandelingsresultaten. Dat gebeurde ook fel maar niet “vijandig”.’ Een ruwe en grove benadering van de eigen bestuurders als gevolg van een lagere politieke scholing? Het zou kunnen, de CPN als politieke partij is in Amsterdam immers doorgaans groter geweest dan in de Maasstad. Deze gedachte werpt dan in ieder geval wel een eigenaardig licht op het commu nistenverbod dat tussen de jaren vijftig en de jaren tachtig in de Nederlandse vakbeweging gold. In het boekje dat nu voor u ligt, doet vakbondsman Jaap Kiela de volgende uitspraak: ‘Veel autochtone Rotterdamse arbeiders schuiven door uit de haven naar de industrie, aardige mensen.’ Maar bij hun veel geroemde ´opge stroopte mouwen´ mentaliteit zet Jaap een vraagteken. ‘Rotterdammers werken zeker niet harder dan Aalsmeerders in de tuinbouw of Tukkers in de textiel of rubber. Ze lopen er vaak de kantjes vanaf, hebben een andere humor, wensen elkaar de meest enge ziektes toe en zijn nogal grof in de mond.’ Dat kunnen de eigentijdse Rotterdammers in hun zak steken. We hebben aan de hand van uitspraken van een aantal auteurs gezien dat Rotterdammers weliswaar rauw en onbeschaafd heten te zijn, maar dat ze tevens en misschien ook wel daardoor moeilijk te organiseren waren. Blijkt dit ook uit de ledentallen? Vakbondslidmaatschap in Rotterdam Hoe is het gesteld met de organisatiegraad van de Rotterdamse werkne mers? Met andere woorden hoeveel van de arbeiders in Rotterdam waren lid van een vakbond? Ook hier ligt het voor de hand een vergelijking met de hoofdstad te maken.
x 19
Rotterdam II 3e proef.indd 19
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Tabel 1. Ledentallen vakbeweging in Amsterdam en Rotterdam, 1925, 1930, 1939, 1955; organi satiegraad Zuid-Holland en Noord-Holland 1973, 1975, 1995, 2010 Nederland
Rotterdam Totaal
Amsterdam Organisatie graad
Totaal
Organisatie Verhouding graad A’dam:R’dam
1925
497.486
50.535
73.386
1,45
1930
624.519
57.962
84.561
1,46
1939
769.379
68.571
89.610
1,31
1955
1.221.355
82.895
87.409
1,05
1973
1.654.200
347.458
35
263.704
35
1975
1.709.900
329.300
34
250.700
35
1995
1.516.000
2010
1.302.000
Zuid-Holland
Noord-Holland
26 19
28 21
Bron: CBS, Overzicht van den omvang der vakbeweging in Nederland in 1925, 1930, 1939; Omvang der vakbeweging in Nederland, 1955; Statistiek van de vakbeweging 1973, 1975; Organisatiegraad van werknemers 1995-2011.
De aantallen uit tabel 1 laten zich als volgt lezen. Het grote verschil in aantal vakbondsleden tussen Amsterdam en Rotterdam liep al voor de oorlog fors terug. Na de oorlog zette die ontwikkeling fors door tot het verschil in vakbondsleden in 1955 vrijwel te verwaarlozen was. Amsterdam was al die jaren qua inwonertal de grootste van de twee dus een kleine voorsprong was ook op zijn plaats. Helaas stopte het CBS met publiceren van gegevens per gemeente. Dat was niet zo gek, want de grote gemeenten werden in die jaren onderdeel van agglomeraties. Veel Rotterdammers verhuisden in de jaren
20 x
Rotterdam II 3e proef.indd 20
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
zestig en zeventig naar randgemeenten zoals Capelle aan den IJssel wat het alleen maar kijken naar de kerngemeente minder zinvol maakte. Nemen we de organisatiegraad als maatstaf, dus het aantal vakbondsleden als percentage van het totaal aantal loonafhankelijken, dan zien we dat die cijfers elkaar niet veel ontlopen tussen de provincies Noord- en Zuid-Holland. Wat wel een onmiskenbaar feit is, is dat de organisatiegraad over de hele linie fors is gedaald. Als we Amsterdam als maatgevend voor Noord-Holland mogen nemen en Rotterdam voor Zuid-Holland, dan is nog steeds een zekere voorsprong zichtbaar voor de mannen en vrouwen uit 020. Wie stonden er vooraan in de strijd? De vraag die hier dient te worden onderzocht is of deze achterstand met betrekking tot de ‘arbeidersbeweging’ ook van toepassing is op de ‘bewe ging der arbeiders’. Jansen en Giele beweerden in hun nawoord bij de auto biografie van Hein Mol over de jaren tussen 1889 en 1979: ‘In die negentig jaar is Rotterdam nooit het centrum van arbeidersorganisatie in Nederland geworden, maar wel vaak het centrum van arbeidersaktie geweest’. Om te bekijken of deze bewering ook door de feiten wordt ondersteund heb ik een overzicht samengesteld van de stakingsactiviteit in beide steden. Daarvoor heb ik niet alleen de aantallen stakingen, stakers en gestaakte dagen per stad geteld, maar zijn ook de gegevens voor Amsterdam en Rotterdam toege voegd die uit landelijke stakingen zijn af te leiden. Het beeld laat een vrijwel voortdurende overheersing van Amsterdam zien. Tot het midden van de jaren zestig was het Rotterdamse aandeel in de Neder landse stakingsactiviteit slechts in enkele jaren groter dan dat van Amsterdam en dat was vooral het gevolg van de grote havenstaking van 1889. Na 1965 nam Rotterdam echter geregeld de koppositie over van Amsterdam. Helemaal aan het eind van de periode van onderzoek haalden de hoofdstede lingen hun Maasstedelijke collega’s weer in, maar het verschil was klein. Een zwakte van het zo ontstane beeld is dat alweer geen rekening wordt gehouden met het verschil in bevolkingsomvang van beide steden. Amsterdam is altijd groter geweest en hoewel Rotterdam ook in dat opzicht steeds dichterbij kroop is het verschil niet verwaarloosbaar. Daarom heb ik nog een berekening gemaakt. Omdat we willen weten of de Amsterdamse
x 21
Rotterdam II 3e proef.indd 21
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
of de Rotterdamse arbeiders meer tot actievoeren bereid waren, bereken ik de stakingsbereidheidscoëfficiënten, Dat coëfficiënt geeft de bereidheid om te staken aan ofwel het percentage loontrekkers dat in een bepaald jaar heeft gestaakt. Het beeld wordt dan behoorlijk gerelativeerd. Amsterdam kent weliswaar in meer jaren een grotere stakingsbereidheid en vooral de deelname aan de stakingen in 1903 – Spoorwegstakingen - valt op, maar gelet op de totale periode blijft in Rotterdam de gemiddelde stakingsbereidheid nauwelijks bij Amsterdam achter. In Amsterdam bedroeg de stakingsbereidheid over de twintigste eeuw gemiddeld 2,48 en in Rotterdam 2,41. Als we deze gemid delden splitsen naar de periode voor en de periode na de Tweede Wereld oorlog dan is het resultaat als volgt. In Amsterdam vóór 1941 2,88 en in Rotterdam 1,91. Maar na 1944 keert de verhouding om: Amsterdam 2,16 en Rotterdam 2,81. Deze resultaten geven aan dat er wel enige grond bestaat voor de in de lite ratuur en ook in de vakbeweging heersende opvatting dat Amsterdammers strijdbaarder zijn dan Rotterdammers. Deze opvatting verloor echter haar geldigheid gaandeweg de eeuw en de verschillen tussen de beide steden zijn aanmerkelijk kleiner dan wel is gesuggereerd. Binneveld constateerde in 1977 zelfs: ‘Men zou zelfs kunnen stellen, dat Rotterdam op dit gebied de positie van koploper begint in te nemen.’11 Wat we niet moeten vergeten is dat stakingsbereidheid niet alleen een eigen schap van arbeiders is, maar ook een functie van het ondernemersgedrag. Uit de literatuur is bekend dat de werkgeversclub Metaalbond in Rotterdam zich een stuk harder opstelde dan zijn Amsterdamse evenknie. Vaak wordt deze houding een gevolg genoemd van de lagere organisatiegraad van de Rotterdamse arbeiders; de werkgevers konden doen wat ze wilden. Maar met hetzelfde recht kan deze redenering omgekeerd worden en de geringe geneigdheid in de Maasstad om zich bij de bond aan te sluiten worden gezien als het resultaat van een oppermachtige tegenstander. De opstelling van de 11) Binneveld, a.w., p. 36
22 x
Rotterdam II 3e proef.indd 22
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
ondernemers is ook niet uitsluitend het gevolg van de houding van de arbei ders, maar is ook een resultaat van de technische en economische omstan digheden binnen een bedrijfstak. Denk daarbij aan het verschil tussen de moderne industrie en een bedrijfstak als de havens waar zeker honderd jaar geleden de stelregel gold dat de havenbaronnen alleen geïnteresseerd waren in spieren en pezen. De vraag die nu nog aan de orde komt, luidt of het geringe verschil in stakings activiteit tussen beide steden kan worden verklaard uit een verschil in de samenstelling van de beroepsbevolking. In de literatuur wordt geregeld geop perd dat havenarbeiders notoire stakers zijn. Je zou dus mogen verwachten dat een stad met een relatief grote groep havenarbeiders ook een grotere stakingsbereidheid kent dan andere steden. Gedurende de afgelopen honderd jaar is het aandeel van de sector verkeer in de Rotterdamse beroepsbevolking voortdurend - zij het in afnemende mate - hoger geweest dan in Amsterdam, wat blijkt uit de volgende tabel.
Tabel 2. Procentuele verdeling van de beroepssectoren in Amsterdam en Rotterdam, 1909-1992 Jaar
Industrie
Diensten
w.v. Verkeer
Landbouw/ visserij
A’dam
R’dam
A’dam
R’dam
1909
59
48
40
50
18
33
0,7
1,4
1930
51
54
48
46
20
29
0,9
0,8
1992
13
20
87
80
12
17
0,1
0,2
A’dam R’dam A’dam R’dam
Bron: CBS, Volkstellingen en Statistiek Werkzame Personen.
Tegenover het grotere aandeel van de veel-stakende havenarbeiders in Rotterdam staat bijvoorbeeld de diamantnijverheid in Amsterdam. Daar werd ook vaak gestaakt, maar deze sector was vrijwel geheel in Amsterdam gecon centreerd.
x 23
Rotterdam II 3e proef.indd 23
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Om te berekenen of het verschil in stakingsactiviteit tussen beide steden en Nederland in zijn totaliteit kan worden verklaard uit de verschillende beroeps structuren of is terug te voeren op het volkskarakter van Amsterdammers en Rotterdammers kunnen we gebruik maken van de variantie-analyse. Dit is een statistische techniek waarbij de variantie (de spreiding in gevonden waarden) binnen iedere groep (regio, beroepsgroep en jaar) wordt vergeleken met de variantie tussen die groepen. Het resultaat van een variantie-analyse luidt dat de waarde van de regio en de bedrijfstak er nauwelijks toe doen. De uitkomsten leiden kort gezegd tot de conclusie dat er een ontwikkeling in de tijd heeft plaatsgevonden die Amsterdam en Rotterdam dichter bij elkaar heeft gebracht, zonder dat dit te verklaren valt vanuit regio of beroepsgroep12. De ontwikkelingen in stakingsbereidheid zijn dus grotendeels het gevolg van ontwikkelingen in de tijd en minder van het opstandige karakter van bepaalde beroepsgroepen of regio’s. Amsterdammers zijn over het geheel genomen nauwelijks strijdbaarder dan Rotterdammers, wel is hun stakingsbereid heid stabieler in de tijd. Maar boven alles staat dat de werknemers of zo u wilt arbeiders uit onze grote steden in de loop van de afgelopen 150 jaar qua gedrag meer op elkaar zijn gaan lijken en mondiger zijn geworden. De onder danige arbeider van de negentiende eeuw is over de hele linie veranderd in een zelfbewuste werknemer. Dat proces heeft zich in heel Nederland voorge daan waardoor het gedrag van vakbondsleden steeds meer op elkaar is gaan lijken. Waar ze ook wonen. We kunnen deze paragraaf afsluiten met de conclusie dat over de gehele periode genomen nauwelijks verschil heeft bestaan tussen de bereidheid van arbeiders om te staken in Amsterdam en Rotterdam. Ze lijken meer op elkaar dan sommigen misschien lief is.
12) De resultaten van de berekening zijn hier erg versimpeld. De uitkomst wordt weerge geven met de letter F, die het verhoudingsgetal aangeeft van de verschillen binnen de categorieën en daartussen. Hoe hoger F, hoe sterker het effect. Voor het jaar-effect geldt F = 28, voor de beide andere F = ca. 15
24 x
Rotterdam II 3e proef.indd 24
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Overpeinzing Rotterdammers zijn rauw, onbeschaafd, onverschillig en moeilijk te orga niseren. Dat was het algemene beeld rond 1900 dat ook door een aantal vakbondsmensen wordt uitgedragen. De feiten leken dit beeld te onder steunen, maar er was wel verandering op komst. Hoewel Rotterdammers ook tegenwoordig nog wel het aureool hebben van rauwheid en onbeschaafdheid, nee we hebben hier geen culturele grachtengordel, toch is het beeld wel gekanteld. Rotterdammers zijn niet veel minder vaak lid van een vakbond dan Amsterdammers. Sterker nog ze lijken vaak degenen te zijn die het broodno dige stootje geven voor de aanvang van acties. De conclusie lijkt tot hier gerechtvaardigd dat Rotterdam en zijn vakbonds- en actiewezen niet heel wezenlijk verschillen van de rest van het land, of in ieder geval niet van de situatie in Amsterdam. Verschillen zijn vooral iets uit het verleden, maar de trends wijzen erop dat er van die verschillen niet veel over blijft. Toch is het nog wel zo dat de grote vakbondsacties van de afgelopen jaren vaak begonnen zijn in de regio Rotterdam. Een mars over de brug en liefst de Erasmusbrug lijkt iets wat opeenvolgende regeringen vrezen als het mogelijke begin van een groot, openlijk landelijk arbeidsconflict.
x 25
Rotterdam II 3e proef.indd 25
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
26 x
Rotterdam II 3e proef.indd 26
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Ruud van den Bergh ‘Dat zijn onze zaken’
Rudolf Nicolaas (Ruud) van den Bergh werd op 2 november 1954 in Scheveningen geboren. Als kind verbleef hij enkele jaren in een tehuis in Gelderland. Op 9-jarige leeftijd keerde hij terug naar Scheveningen, in de Keizerstraat. Ruud is gehuwd met Ineke de Deugd. Samen hebben ze twee kinderen. Ruud heeft ook nog een volwassen dochter uit zijn eerste huwelijk. Hij heeft de Hogere Zeevaartschool gevolgd en is vervolgens gaan varen.
Ruud werd lid van de Bond voor Hogere Officieren voor 2,50 gulden per maand. Na enkele jaren kwam hij weer aan wal. In 1979 ging hij werken bij ICI. Dat viel niet mee want hij volgde ook de avond HTS. Het was moeilijk afspraken te maken voor de benodigde medewerking van zijn werkgever. Hij kreeg de voor die tijd klassieke reactie: ‘Als jij gestu deerd hebt ga je hier toch weg’. Ruud stopte met zijn lidmaatschap van de Bond voor Hogere Officieren en ging in 1981 over naar de Indu striebond FNV. Hij werd, hoe kan het anders, kaderlid. Dit leidde in 1983
ertoe dat hij voorzitter werd van de Ondernemingsraad bij ICI. In die tijd was Piet Scheele* de bezoldigde bestuurder van de Industriebond die ICI in zijn pakket had. Ruud heeft destijds zeer intensief samengewerkt met Ruud van Mens, een ander kaderlid. Zeer veel energie werd gestoken in (aandacht voor) arbeidsomstandigheden en veiligheid Een arbo-film was het uiteindelijke resultaat. De titel: DAT ZIJN ONZE ZAKEN. Piet Janssen trad aan als opvolger van Piet Scheele.
* Een vet gedrukte eigennaam wil zeggen dat deze persoon ook zelf in het boek of in het eerste deel geportretteerd wordt.
Ruud van den Bergh x 27
Rotterdam II 3e proef.indd 27
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
In zijn tijd bij ICI heeft Ruud een beleidsplan voor arbeidsomstandig heden geschreven met een 10-punten plan van aanpak. Districtbestuurder De mogelijkheid diende zich aan om zelf vakbondsbestuurder te worden. Ruud wilde graag en kwam in het ‘klasje’ met o.a. Cees de Wildt en Wilna Wind. Hij begon officieel als districtsbestuurder in Dordrecht op 1 april 1990. Zijn werkpakket was Metaal en Chemiebedrijven met CAO-en. In die tijd fuseerde binnen de vakcentrale FNV de Industriebond met de Vervoersbond, de Voedings bond en de Dienstenbond. Begin 1994 werd Ruud overgeplaatst naar Oosterhout in Noord-Brabant. Hij werkte daar samen met o.a. Lex Alders, Andries van den Berg, Jan Janmaat en Dre Damoiseaux. Enkele jaren later ging Ruud naar Bergen op Zoom. Er werd toen in divisievorm gewerkt en Ruud acteerde in de Groot- en kleinmetaal samen met Pieter Hazelager. In 2003 ging hij terug naar het Rotterdamse om de scheepsbouw over te nemen van Willem Dijkhuizen. Vrij kort daarna kon hij aan de bak vanwege het omvallen van Van der Giessen-De
Noord (G.N.). In eendrachtige samenwerking met CNV-bestuurder Henk van Beers en Ruud Schouten van de VNSI (Vereniging Nederlandse Scheeps bouw Industrie) werden regelingen gemaakt. Toenmalig minister van Economische Zaken Brinkhorst (D’66) wilde afscheid nemen van de scheepsbouw en pleitte voor uitbreiding van de bio-industrie. Alle betrokken werkgevers en werk nemers waren mordicus tegen en dientengevolge voerden bonden en FME (werkgevers metaal) actie om dit plan van tafel te krijgen. Op 6 april 2004 werd geprotesteerd en een tocht gehouden van Malieveld naar het Plein. Deltaplan scholing Ruud van den Bergh is buiten gewoon betrokken bij alles wat scheepsbouw, scheepvaart en haven aangaat. Mede op zijn initiatief onder zocht het Kenniscentrum Mainport Rotterdam (KMR) de mogelijkheden c.q. behoefte aan een Deltaplan voor o.a. scholing bij de ROC’s. Door organisatorische aanpassingen werd Ruud regio-coördinator voor de Metaal in Rotterdam. Hij heeft bijzonder leuke herinneringen aan acties bij De Biesbosch. Het verwij
28 x Ruud van den Bergh
Rotterdam II 3e proef.indd 28
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
deren van slechts drie zekeringen legde alles plat. Bij Damen in Gorin chem werd voor de allereerste keer gestaakt. Bij Lips liep de hele fabriek leeg. Bij OPS vond een bedrijfsbezet ting plaats. Nevenfuncties Ruud heeft tal van nevenfuncties. Hij is voorzitter van de Sociale dialoog scheepsbouw in Brussel, lid van de Human Capital commissie Scheeps bouw, betrokken bij het Scheepvaarten Transportcollege (STC) Jan Bakx, lid van de Commissie Scheepsbouw, lid van de Raad van Advies Deltame taal. Hij heeft samengewerkt met illustere bestuurders zoals Herman Berkhout, Henk Krul, Dick Nas, Piet Scheele (als kaderlid), Hans Stehmann, Andries van den Berg, Karin Benders en Ineke de Deugd (nu zijn vrouw). ‘Beroemde kaderleden’ uit zijn tijd waren Jan Reijnierse, Jaap van Eijk, Ruud van Mens. Ruud van den Bergh stelt dat hij ‘bijzonder veel aan deze mensen heeft gehad’.
ook gevoetbald en aan basketbal gedaan. Hij was de grote regelaar bij de intocht van Sinterklaas in Heer jansdam en zeer betrokken bij het naar Nederland halen van Russische kinderen. Er is in ieder geval een ding wat er bij Ruud te allen tijde dik bovenop ligt en dat is HUMOR. Nico Sannes (2010)
In zijn vrije tijd is Ruud voorzitter van de jeugdafdeling van de VV Barendrecht. Ook is hij lid van de toneelvereniging ‘De zwarte haze winden’ uit Heerjansdam. Hij heeft
Ruud van den Bergh x 29
Rotterdam II 3e proef.indd 29
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Truus Boogaerdt Steunpilaar in bonds actieve hart
Truus Boogaerdt (1956) werkt op het districtskantoor van FNV Bondgenoten op de Pegasusweg te Rotterdam Alexander. Ze is meer dan 40 jaar lid van de Dienstenbond, nu FNV Bondgenoten. Ze is geboren te Lekkerkerk in de Krimpenerwaard ten oosten van Rotterdam en er altijd blijven wonen, samen met haar man Arie van der Kreeke, uit Krimpen aan de Lek, die ze sinds haar vijftiende jaar kent.
Truus slaat de kleuterschool over en gaat meteen naar de Prins Bern hardschool. Daarna van 1968 tot 1971 naar de Huishoudschool de Weidebloem te Lekkerkerk. Vader is schilder en lid van de Metaalbewer kersbond ANMB. Moeder werkt bij boeren in de polder. In 1971 gaat ze als 15-jarige werken bij De Bijenkorf aan de Coolsingel in Rotterdam. Met haar collega´s maakt ze handwerken en wandtapijten die als voorbeeld in de winkel worden opgehangen. Truus vindt handwerken net zo leuk als het verkopen. Ze wordt snel lid van de bond. Dat heeft ze van huis uit meegekregen. Eerst is dat Mercurius, later de
Dienstenbond NVV. Arie en zij zijn lid van het Medisch Comité Neder land Vietnam: folders uitdelen, pannenkoeken bakken en tweede handsboeken verkopen op de Konin ginnemarkt. Daarnaast bardiensten draaien in het jongerencentrum. Van der Giessen-De Noord Na twee jaar heeft ze er genoeg van en neemt ontslag. Ze komt op kantoor bij Van der Giessen-De Noord, waar haar vader ook werkt. Ze laat zich overschrijven van de Dienstenbond naar de Industriebond NVV en wordt lid van de bedrijfsle dengroep (BLG), later aspirant lid van het bestuur. De BLG is spreekbuis
30 x Truus Boogaerdt
Rotterdam II 3e proef.indd 30
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
van de leden in het bedrijf en behan delt, en bemiddelt bij, loonconflicten en verschillen van mening over werkomstandigheden. Samen met andere jonge collega´s kunnen ze bij de BLG hun zegje doen. De ´door gewinterde mannen, wel aardige mannen´ van het bestuur, zoals Truus ze omschrijft, doen het overleg met de bazen en personeelszaken. De BLG heeft een eigen vergader ruimte met archiefkast, ze verga deren eenmaal per maand, en zoveel als nodig is. De BLG zorgt voor meer samen werking tussen de arbeiders en een betere onderhandelingspositie in de ondernemingsraad. De BLG praat niet over de cao, toen nog de cao grootmetaal, dat is een zaak van het hoofdbestuur. Ze delen wel pamfletten uit, die van het districts kantoor aan de Heemraadsingel 216 komen. De BLG bespreekt de voorstellenbrief van het bestuur, waarmee ze de onderhandelingen in willen gaan. De bond ontwikkelt het bedrijvenwerk, via de BLG moet er meer binding met de leden ontstaan. De BLG maakt belangen van de leden bespreekbaar bij de directie. Dat is in een tijd waarin de lijnen nog kort zijn, het overleg verloopt veel simpeler dan thans.
Het RSV debacle Truus hoort bij de eerste golf arbei ders die in 1976 ontslagen wordt bij de grote reorganisatie van de scheepsbouwsector. Ze moet bij Personeelszaken komen en krijgt te horen dat ze ontslagen wordt: ‘het is heel vervelend, maar we moeten je zeggen…’ Ze reageert laconiek op haar ontslagaanzegging, ze is jong genoeg om elders aan de slag te komen. De regeling en het sociaal plan zijn een habbekrats. Industriebond NVV In Het Vrije Volk leest ze een adver tentie waarin een offsetdrukker wordt gevraagd op het districtskan toor van de Industriebond NVV op de Heemraadsingel 216. Na één gesprek wordt ze aangenomen per 1 oktober 1976. Ze volgt een cursus van twee weken op de drukkerij van het hoofdkantoor in Amsterdam; theorie en praktijk, lay-out, machine in en uit elkaar halen. Later volgt ze nog meer bedrijfscursussen bij de bond. Op het districtskantoor werken 20 tot 25 mensen. Truus is de enige offfsetdrukker die het apparaat kan bedienen, en heeft een dagtaak aan het drukwerk van de bond: pamfletten, kaderkrant voor 1500
Truus Boogaerdt x 31
Rotterdam II 3e proef.indd 31
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
leden, uitgaven van de BLG’s. De teksten komen van andere collega’s en bestuurders. ‘Rapen’ gebeurt op de grote tafel in de bestuurskamer. Eenmaal per jaar komt er een tech nicus om groot onderhoud te plegen. Er wordt alleen in zwart-wit geprint, niet in kleur. Als de bond verhuist, eerst naar de Eliotplaats in Ommoord, in april 1999 naar de Pegasusweg, vervalt de eigen pers. ‘Amsterdam’ neemt dat werk over. Dat is jammer, het ambachtelijke werk gaat er uit, maar goed, er komt een kopieermachine voor terug. Truus gaat werken op de administratie, brieven tikken voor de vier bestuurders, pamfletten maken, cao’s chemie, landtransport en logis tiek, metaal en metaalelektro, post bewaking, OR-verkiezingen, contact met de leden. Als er acties zijn, wordt er dag en nacht gewerkt. Dan eet en slaap je op het werk. Later kun je de dagen compenseren of uitbetaald krijgen. De staking in 1988 bij Van den Bergh en Jurgens, onderdeel van Unilever, aan de Nassaukade op Rotterdam Zuid staat haar nog het meeste bij. Dit bedrijf en de bonden die er actief zijn, hebben een lange geschiedenis van conflicten en conflictbeheersing. De onderhandelingen over de lande
lijke bedrijfscao zitten muurvast. De ´jongens´ zijn voor actie: Koos Boelse, Patrick van Klink, Jaap Kroes, Herman Berkhout en Joop Weeda. Om 4 uur ´s morgens present in het CJV lokaal in de Oranjeboom straat om de stakers in te schrijven. Districtsbestuurder Karel Verhappe vindt catering terecht belangrijk: gamellen met warme chocolade melk, broodjes en ballen gehakt. Van den Bergh en Jurgens is een sterk bedrijf, de arbeiders zijn vakbonds minded en er zijn goede kaderleden. Truus Boogaerdt doet de stakings administratie. Er is een draaiboek, het is een lijst met aandachtspunten. De productie moet worden veiligge steld, er moeten afspraken worden gemaakt met de directie, de persoon lijke gegevens van stakers worden op de stakingskaart gezet. Truus staat aan de poort met pamfletten, helpt de stakingsleiding als er te weinig kaderleden zijn. De staking is een succes, de eisen worden inge willigd. In 1997 is het weer raak: 29 arbeiders staken een dag tegen het opheffen van de expeditieafdeling. Het bedrijf wil de expeditie uitbesteden, en daarmee bijna twee miljoen gulden bezuinigen. Aan een alternatief plan
32 x Truus Boogaerdt
Rotterdam II 3e proef.indd 32
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
van de arbeiders schenkt de directie geen aandacht. Het resultaat van de staking is dat er geen gedwongen ontslagen vallen. De directie van Unilever geeft de garantie nadat de Industriebond CNV heeft gedreigd de hele fabriek stil te leggen. Het is de eerste staking na 1988, en het is de stakers daarom menens, meent de bond terecht.
ze verzorgde jarenlang haar moeder en schoonmoeder. Nu heeft ze meer tijd voor bloemschikken, tuinieren, wandelen, fietsen en knutselen. Piet Boogaard en Dick Linders
Van hogerop Gevraagd naar de verschillen tussen vroeger en nu, antwoordt Truus Boogaerdt dat het in de bond nu alle maal meer van hogerop komt. Het hoofdkantoor weet volgens haar niet altijd precies wat er leeft op de werk vloer en in de Afdelingen. Ze doen weleens een ´rondje land´. De Rijnmondse vakbondsleden vindt ze van het type ´niet lullen, maar doen´, maar er zijn er die je de oren van het hoofd kletsen. Achteraf denk je soms,’had je dat niet wat zachter kunnen zeggen, iets genuanceerder’. De Rijnmonders lopen in vergelijking met Nederland iets voorop, vindt ze. Met het regiokantoor worden thema’s en zaken in de bedrijven en de haven sneller opgepakt. Truus Boogaerdt doet in haar vrije tijd niets meer in verenigingsverband,
Truus Boogaerdt x 33
Rotterdam II 3e proef.indd 33
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Ineke de Deugd ‘Blijf altijd jezelf’
Ineke de Deugd is op 21 september 1958 in Barendrecht geboren. Ooit was ze binnen de Industriebond FNV één van de kwartiermaaksters voor meer vrouwelijke bestuurders. Haar loopbaan is uiterst gevarieerd, zeker binnen de vakbeweging. Haar standvastigheid en durf worden geprezen. Zij is getrouwd met Ruud van den Bergh. Zij hebben samen een zoon en een dochter. Ruud heeft nog een volwassen dochter uit zijn eerste huwelijk.
Het eerste contact met een vakbond kreeg Ineke tijdens haar opleiding aan de Sociale Academie. In het 3e jaar liep zij stage bij de toenmalige Indu striebond FNV. Haar leidinggevende daar was het hoofd van de afdeling Scholing en Vorming, Ruud Vreeman, later zeer bekend geworden als voorzitter van de Vervoersbond FNV, burgemeester van Zaanstad en burgemeester van Tilburg. Tijdens haar stageperiode was Ineke betrokken bij de ontwikkeling van cursussen voor vrouwen zoals ‘Zij aan zij’, een pilot in Rotterdam met Aggie Benner. De feminisering werd min of meer op poten gezet. Piet Zijm was hierbij betrokken. Allerlei
ontwikkelingen gingen van start, maar nog niet alles mocht en kon. In brochures was het bijvoorbeeld nog niet mogelijk het woord abortus mee te nemen. Het was de tijd van Arie Groenevelt, de 35-urige werkweek, de vrije vrijdagmiddag en nog wat nieuwe ideeën. Het was ook toen dat het hoofdkantoor verhuisde van Utrecht naar Amsterdam, naar wat genoemd werd De Blauwe Badkuip. Na haar opleiding is Ineke werkzaam geweest als P & O functionaris bij het ministerie van WVS. Ook in de thuiszorg vervulde ze die functie. Echte mannenwereld De vakbondswereld bestond nage
34 x Ineke de Deugd
Rotterdam II 3e proef.indd 34
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
noeg alleen uit mannen. Zwaar werk, zware shag, veel vergaderen in de avonduren, fors taalgebruik met daarbij behorend gedrag. Kortom: het leek niet echt een beroep voor vrouwen… dacht men. Verande ring was gewenst en noodzakelijk. Vooral de Industriebond FNV pakte het groots aan. Men ging de markt op en selecteerde negen vrouwen die samen, klassikaal, in Ginkel duin, gedurende twee maanden tot vakbondsbestuurder werden opge leid. Op 1 maart 1987 begon die opleiding en daarna werd Ineke per 1 mei 1987 aangesteld als districtsbestuurder in Dordrecht. Velen fronsten de wenk brauwen want Ineke werd geplaatst op het kantoor met het meest seksis tische districtshoofd, Herman Berk hout. Ineke kwam te werken met o.a. Kees Kramer, Hans de Keijzer, Hans Stehmann, Frans Szablewski en Ruud van den Bergh, haar latere echtgenoot. Het was best een turbu lente tijd maar je wordt dan ook snel ‘one of the guys’ blikt ze nu terug. Ze had al snel een bijzondere binnen komer. Bij chemiegigant Du Pont de Nemours had ze een CAO-resultaat bereikt. Dit werd door haar leden naar de prullenbak verwezen. Ze had
ook het Philipsbedrijf Johan de Witt onder haar vleugels, zo ook Schwarzkopf. Een bijzondere ervaring was toch wel dat veel vrouwelijke kader leden niet zo voor een vrouwelijke bestuurder waren. Acties Zeer veel en afwisselend werk bracht het werk in de groot- en klein metaal. Er waren veel bedrijven in het Dordtse en vooral bij acties lieten die zich niet onbetuigd. Het staat haar nog helder voor de geest dat ze de allereerste keer een kantine moest toespreken bij een elektro technisch bedrijf. Dat gebeurde te allen tijde op de tafel, dus ging ook Ineke op de tafel staan. Achteraf is het leuk terugkijken, maar toen was het spannend. Ze heeft ook altijd een zeer aparte sfeer ervaren bij het ’s morgens vroeg bedrijven afgaan in actieperiodes. De meest tot de verbeelding spre kende actie vindt ze echter nog steeds die in de Rotterdamse Doelen. De opvattingen van de werkgevers en de bonden lagen zo ver uiteen dat er op het grote podium, samen met de kaderleden, steen voor steen, een ‘Muur van verzet’ werd opgebouwd. Ook herinnert ze zich de regelmatig terugkerende telefonische verga
Ineke de Deugd x 35
Rotterdam II 3e proef.indd 35
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
deringen bij landelijke CAO-onder handelingen. Op de kantoren in het hele land werd dan geluisterd naar de stand van zaken. Het gebeurde echter niet zelden dat de toonhoogte niet helemaal synchroon liep met de inhoud van de boodschap. Bonden In 1992 werd Ineke districtshoofd in Dordrecht en bleef dat tot de sluiting van het kantoor. In 1996 ging ze aan de slag als docente aan de Hoge school Rotterdam en Omstreken voor het vak Personeel en Arbeid. Het bloed kroop echter waar… en al in 1997 keerde Ineke terug naar de vakbeweging en wel naar de vakcentrale FNV district Zuid-Holland in Rotterdam. In 2000 ging zij vervol gens naar Utrecht om toe te treden tot het hoofdbestuur van FNV Bond genoten. Dit was de opvolger van de gefuseerde Industriebond FNV, Vervoersbond FNV, Voedingsbond FNV en Dienstenbond FNV. Hier bleef zij tot eind 2002. Het hoofdbestuur trad toen in zijn geheel af omdat de Bondsraad negatief reageerde op een voorgenomen reor ganisatie en contributieverhoging. Er stonden nogal wat arbeidsplaatsen op de tocht. Kantoren werden gesloten en er moest fors bezuinigd
worden. Ineke veranderde van baan en ging (in 2003) als regiohoofd aan de slag bij de Bouw- en Houtbond FNV in Rotterdam. In 2006 verlaat ze de vakbeweging en treedt als adviseur arbeidsvoor waarden in dienst bij MKB Nederland in Den Haag. Een tot dan toe zeer gevarieerde loopbaan, dat zeker. Nevenfuncties Vanuit haar werk bij de bond heeft Ineke veel nevenfuncties bekleed. Zij maakte deel uit van de Ontslagcom missie van het toenmalige Geweste lijk Arbeids Bureau (GAB) Dordrecht. Ze was bestuurslid van de uitzend pool in de metaalindustrie, de Stich ting Deltametaal. Ze nam deel in het bestuur van de SMOR, de Stichting Metalektro-Opleiding Rijndelta, was bestuurslid bij het Regionaal Bestuur Arbeidsvoorziening (RBA) Rijnmond en ook bij het Centraal Overleg Oplei ding (COO) Haaglanden. Ineke is betrokken bij de Volkshoge school Olaertsduyn, de emancipatie raad van de gemeente Barendrecht, Groen Links in Ridderkerk en de medezeggenschapsraad van de school van haar kinderen. Haar conditie houdt ze bij op de sport school en al roeiend op de Waal, vlak achter hun huis.
36 x Ineke de Deugd
Rotterdam II 3e proef.indd 36
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Spraakmakende collega’s uit haar bestuurdersperiode zijn geweest Herman Berkhout, Hans de Keijzer, Hans van der Windt, Cees de Wildt, Willy Marks, Wouter Waleson, Piet Janssen en natuurlijk haar man, Ruud van den Bergh. Ze stond in het wereldje bekend om haar stand vastigheid, het vasthouden aan een lijn, jezelf blijven, het spel altijd
spelen. Ervaring, begrip, het geven van ruimte, het investeren in rela ties zijn zaken die gebruikt kunnen worden voor het toewerken naar win/win situaties. Het ultieme doel voor iedere goede professionele onderhandelaar(ster) Hans Hoogesteger (2010)
Ineke de Deugd x 37
Rotterdam II 3e proef.indd 37
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Dick Groenendijk De Douane is het zat. De haven die gaat plat!
Dick Groenendijk (Rotterdam, 1947) komt na enkele omzwervingen bij de Douane terecht en maakt er tumultueze tijden mee met als hoogtepunt één echte stakingsdag, naast allerlei andere vooral effectieve stiptheidacties. Ongekend voor de dienst. Ambtenaren en trendvolgers trekken met succes samen op. In 1972 trouwt hij met Nelly Vrijenhoek. Ze krijgen een zoon en een dochter. Inmiddels zijn ze ook opa en oma.
Na de lagere school gaat Dick Groe nendijk naar de mulo. Daarna wordt hij in 1963 beroepsmilitair en gaat hij naar de Koninklijke Militaire School (KMS). Dat heeft hij echter gauw gezien want na zijn proeftijd van negen maanden zegt hij de dienst vaarwel in 1964. Hij gaat dan bij Van Ommeren werken. Hier werkt hij tot 1969, onderbroken door zijn dienstplicht. Eerder heeft hij na zijn reguliere schooltijd nog verder gestudeerd: Middelbare Handels Avondschool en twee jaar voortgezet handelson derwijs op de Economische Hoge School (EHS). Na zijn overstap naar de Douane, in 1969, volgen binnen de dienst de nodige interne vakcur sussen.
Stiptheidsacties In 1970 wordt hij lid van de ABVA. Wanneer in 1983 de grote ambte narenacties beginnen, is Dick naast lid van de dienstcommissie ook tweede voorzitter van de vakgroep financiën waaronder de Douane valt. Dick maakt samen met een collega van een andere bond, de actiedraaiboeken voor de stipt heidsacties bij de douane. Dat is een sterke insteek want zij staken niet, maar werken zeer nauwkeurig. Alles moet kloppen met de bijgele verde papieren. Hierdoor ontstaan in de haven bij het uitklaren grote problemen daar alles minutieus wordt gecontroleerd. Bijvoorbeeld blijkt bij onderzoek van een lading
38 x Dick Groenendijk
Rotterdam II 3e proef.indd 38
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
lompen dat er ook keurige T-shirts tussen zitten. De lading past na controle niet meer in de container. Er worden afspraken gemaakt met de Vervoersbond zodat de haven werkers toch kunnen lossen en hun quota halen anders zou dat arbeids plaatsen gaan kosten. Kluisje kijken Ook leuk is dat op Russische schepen de kluis open moet om te kijken of er geen smokkelwaar (sigaretten en drank) in verstopt is. Er is echter één probleem, de kluizen mogen alleen open gemaakt worden als er iemand bij is van de Russische ambassade, en dat vindt men daar niet leuk. Telkens naar Rotterdam op moeten draven voor zo’n klusje. Tijdens de actie is er wel begrip en ondersteuning vanuit het bedrijf door het toenmalige hoofd van de PDA (Post Douane en accijnzen) waarmee bij problemen contact opgenomen kan worden. Markante collega’s zijn in die dagen Jan Visser (voorzitter vakgroep financiën) als actieleider en Willem Oostdijk, gepensioneerd voorzitter vakgroep financiën. Ook niet vergeten mogen worden bestuurder ‘Rijk’ Huub Vermeulen, landelijk bestuurder Theo Sonneveld en de helaas te jong overleden Siep
Doorenbos, voorzitter ABVA afd. Rotterdam. De acties worden zoals alle acties in Rotterdam geleid en gecoördineerd vanaf het kantoor op de Heemraad singel. Ze zijn niet altijd geweldloos. Zo geeft een geïrriteerde burger tijdens een manifestatie in De Doelen Huub Vermeulen een klap in zijn gezicht. Dick wil daarop reageren met een paar corrigerende tikken. Maar Huub wil dit niet om escalatie te voorkomen. Dat de acties zo goed verlopen komt volgens Dick door het feit dat de bond anders is geor ganiseerd. Geen sectoren en aparte clubjes, maar allemaal Ambtenaren en Trendvolgers. Brandweer, Roteb, RET, Havendienst, PTT, Gemeen tewerken en vele andere diensten. Iedereen werkt samen. Men kent elkaar en verleent wederzijds onder steuning. De collega’s van de Brand weer onder leiding van Jaap van de Hoek verlenen bijvoorbeeld veel nuttige hand- en spandiensten. Of de Gemeentepolitie. Die is georgani seerd in de Nederlandse Politie Bond en verstrekt voor de leden van het actiecomité bewijzen van doorgang bij controles en ander obstructies. Na de organisatorische invoering van de sectoren in de bond is deze slag
Dick Groenendijk x 39
Rotterdam II 3e proef.indd 39
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
kracht van de organisatie, volgens Dick Groenendijk, verdwenen. Actieleider In 2006 laat Dick weer zijn gezicht en organisatietalent zien, nu als actieleider samen met Xander van de Scheur voor een betere CAOrijksoverheid. Hij organiseert een mars over de Maasbrug naar het Belasting- en Douanemuseum waar een podium is opgericht en hij een persiflage maakte op de toenmalige zeer halsstarrige minister Remkes. Er is een vliegtuig in de lucht met een spandoek waarop staat: ‘De Douane is het zat. De haven die gaat plat’. Het is alleen jammer dat het mistig is en er van het spandoek weinig te zien is. De Belastingdienst heeft als vervolg hierop, toen men bij Binnen landse Zaken nog niet wilde luis teren, als vervolgactie, toen voor het eerst in de geschiedenis van deze dienst een dag gestaakt. Het resultaat was dat Landelijk bestuurder Jan Willem van Dieten een goede 4-jarige CAO wist af te sluiten. Incident Dick is niet constant lid geweest van de ABVA, door een vervelend incident met een bondsbestuurder
zegt hij in 1987 zijn lidmaatschap op. Het geval is dat Dick in zijn carrière belemmerd wordt door zijn rol tijdens de acties van 1983. De betrokken bestuurder weigert hem te ondersteunen bij zijn verweer. Gelukkig heeft Nico van Haastert op aandringen van Jan Visser zijn verontschuldiging aangeboden voor het starre en rigide optreden van deze bestuurder. Hierop wordt Dick in 1998 weer lid. Hij is nu voorzitter van de BLG financiën en tot voor kort vakbondsconsulent. Daarnaast is hij ook lid van het afdelingsbestuur Rotterdam/ Rijnmond. Scheepsmodellen en spreuken Naast zijn vakbondsactiviteiten is hij secretaris van de Nederlandse Vereniging Modelbouwers afd. Krimpen a/d IJssel, waar varende scheepsmodellen worden vervaar digd. Niet onvermeld mag blijven dat Dick een voorliefde heeft voor spreuken. Waar hij ook komt in binnen- of buitenland, altijd gaat hij opzoek naar spreuken op gebouwen en of in kerken. Zijn Lijfspreuk is Lactura Pancurum Serva Multus wat betekent: ‘Enkelen Opofferen Om Velen te Helpen.’ Joop van Doorn (2010)
40 x Dick Groenendijk
Rotterdam II 3e proef.indd 40
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Dilia van der Heem Van bestuurder tot officier
D.A.T. (Dilia) Wagemakers wordt op 10 september 1947 in Rotterdam West geboren, in het stadsdeel dat ze tot heden altijd trouw is gebleven. Ze groeit op in een eenvoudig rooms-katholiek gezin waarvoor vader de kost verdient als grossier in kappersbenodigdheden en moeder voor het huishouden en Dilia zorgt. Na de lagere school en het R.K. Meisjeslyceum (gymnasium A) gaat Dilia naar de Sociale Academie (Cultureel werk). In 1969 trouwt ze met Pieter van der Heem waarmee zij 33 jaar getrouwd is geweest. In 2002 is Pieter helaas overleden.
Tijdens haar opleiding aan de Sociale Academie wordt Dilia poli tiek bewust. Ze loopt stage bij onder andere het A.C. de Bruin Instituut, het scholingsinstituut van de Katho lieke Vakbeweging in Doorn. Daar leert ze de vakbeweging kennen. In oktober 1969 treedt zij in dienst van het Nederlands Katholiek Vakverbond (NKV) in Utrecht, als assistent van voorzitter Jan Mertens. Daardoor leert ze ook de voorzitters van het Nederlands Verbond van Vakverenigingen (NVV) en het Chris telijk Nationaal Vakverbond (CNV) kennen, namelijk André Kloos en Jan
Lanser. Ze hoort ook de gedachte wisselingen over ‘de vakbeweging’ (individuele- en collectieve belan genbehartiging) en over de ‘brede vakbeweging’ (belangenbehartiging, politiek, cultuur, emancipatie enzo voorts). De actiegroep ‘Maatschappij kritische Vakbeweging’ heeft haar steun. Ze is altijd voor een ‘brede vakbeweging’ blijven ijveren. Districtsbestuurder NVV in Rotterdam Ze solliciteert naar de functie van districtsbestuurder NVV in Rotterdam. Jo Witteveen, hoofd
Dilia van der Heem x 41
Rotterdam II 3e proef.indd 41
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
van het NVV district Zuid Holland in Rotterdam, wordt in 1970 over geplaatst naar het hoofdkantoor van het NVV in Amsterdam en als districtshoofd opgevolgd door Wim Vijg. Daardoor komt er een plaats als districtsbestuurder vrij. September 1970 neemt ze die plek in. Zij moet zich nu echt bezig houden met de ‘brede vakbeweging’. Zij verte genwoordigt het NVV in heel veel verschillende commissies en bege leidt de plaatselijke NVV afdelingen. Ze geeft scholing in het gehele district. Politiek Dilia is politiek geïnteresseerd en lid van de PPR (Politieke Partij Radicalen). In november 1972 zijn er verkiezingen voor de leden van de Tweede Kamer. De PPR haalt zeven zetels en ze wordt in mei 1973 lid van de Tweede Kamer. Tot haar takenpakket behoren onder meer: het personen- en goederen vervoer, de binnenvaart en de PTT (Post, Telegrafie en Telefonie). Zij onderhoudt ook de contacten met de vakbeweging. Dilia doet het poli tieke werk met veel inzet en plezier tot mei 1977, want dan valt de PPR terug naar drie zetels. Ze verlaat de Tweede Kamer, wordt werkloos en
moet gebruik maken van de wacht geldregeling. Voor de PPR heeft zij van vanaf november 1977 nog een jaar in de Gemeenteraad van Rotterdam gezeten. Daarna is ze weer werkloos, waarna ze rechten gaat studeren. Terug naar de vakbeweging Dilia van der Heem onderhoudt ook tijdens de periode dat ze politiek actief is, contacten met kaderleden van het NVV. Van hen hoort ze in 1979 dat er een vacature voor districtsbestuurder is bij de Vervoers bond NVV in Rotterdam, met als takenpakket ‘het streekvervoer’ met onder andere de HTM (Haag sche Tramweg Maatschappij). Zij solliciteert, wordt aangenomen en begint op 1 december 1979 met haar werkzaamheden als opvolger van Kees Marges. Bij de HTM, met een sterke vakbondsafdeling en een hoge organisatiegraad, maakt ze een spannende tijd door met onder andere een staking die na drie weken zeer rumoerig eindigt in de Houtrusthallen. Er vindt veel overleg plaats met de ondernemingsraad, de vakbondsafdeling en met de HTMdirectie. Het streekvervoer met de afdelingen en ondernemingsraden eist ook veel tijd, aandacht en inzet.
42 x Dilia van der Heem
Rotterdam II 3e proef.indd 42
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Daarnaast krijgt ze volop te maken met beleidsverschillen tussen de vijf bedrijfsgroepen van de bond (haven, spoorwegen, binnenvaart, beroeps vervoer over de weg en burgerlucht vaart) en een havenstaking. ‘Algemene Beleids Ontwikkeling’ In 1981 fuseren Vervoersbond NVV en Vervoersbond NKV tot Vervoers bond FNV en er wordt op het hoofd kantoor in Utrecht onder andere de afdeling ‘Algemene Beleids Ontwikkeling’ (ABO) gevormd. Deze beleidsvoorbereidende afdeling houdt zich bezig met verschillende onderwerpen zoals arbeidsvoor waardenbeleid, sociale zekerheid, medezeggenschap, scholing en de arbeidsomstandigheden. Zij krijgt een plaats op deze afdeling en wordt onder andere belast met de juridische aspecten van het arbeids voorwaardenbeleid en de sociale zekerheid. Districtshoofd in Rotterdam Door het vertrek van Nico Sannes als districtshoofd van het district Zuid-West van de Vervoersbond FNV naar het hoofdkantoor in Utrecht ontstaat er een vacature in Rotterdam. Het wordt in 1987 haar plek. Zij wordt verantwoordelijk voor
de organisatie en de werkzaamheden op het kantoor, het functioneren van het districtsbestuur, de begeleiding van de ondernemingsafdelingen, het gezamenlijke beleid en de huisves ting. In 1989 studeert zij af en wordt het mr. Dilia! In 1990 komt Dilia van der Heem tegelijk met Agnes Jongerius in het Bondsbestuur van de Vervoersbond FNV. Zij wordt verantwoordelijk voor het takenpakket ‘personenver voer’ en het vervoersbeleid. Later vertegenwoordigt zij de bond in de Internationale Transportarbeiders Federatie (ITF) in Londen en maakt ze deel uit van het uitvoerende bestuur van de ITF. Ook vertegenwoordigt zij de bond in de vervoerssectie van de EEG in Brussel. Als onderhandelaar CAO-streek vervoer krijgt ze in 1995 te maken met een grote en heftige staking die eindigt met een aanvaardbaar resul taat. De intensieve werkzaamheden, interne verhoudingen en spanningen in het bestuur zijn er de oorzaak van dat ze eind 1995 enige tijd verstek moet laten gaan. Officier van Justitie Twee zittingstermijnen – van 1990 tot en met 1996 – is ze lid van het Bondsbestuur. Daarna is zij advi
Dilia van der Heem x 43
Rotterdam II 3e proef.indd 43
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
seur van het bondsbestuur met het oog op de fusie van de vier Bonden (Industriebond, Vervoersbond, Dien stenbond en Voedingsbond) tot FNV Bondgenoten. De bond kiest, na interne discussies, voor een ‘smalle’ vakbeweging. De ‘brede’ beweging haalt het niet. Ze krijgt de kans over te stappen naar de rechterlijke macht en maakt daar gebruik van. Zo verlaat zij de bond in 1997 en wordt Officier van Justitie, aanvankelijk in Den Haag, niet veel later in Rotterdam.
De vakbeweging vervulde en vervult nog steeds een grote rol in haar leven. De ontwikkelingen worden nauwkeurig gevolgd. Ze heeft nog steeds contact met een aantal kaderleden en oud collega’s. Op voordracht van de ondernemingsraad van de HTM in den Haag maakt zij al enkele jaren deel uit van de Raad van Commissarissen HTM. Koos Schoonens (2012)
44 x Dilia van der Heem
Rotterdam II 3e proef.indd 44
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Ab van Ispelen Werk maken van medezeggenschap
Op 17 maart 1940 wordt Abraham (Ab) van Ispelen geboren aan de Spangesekade, langs de Schie in Rotterdam. Ab groeit op in een zuinig en links georiën teerd arbeidersgezin. Zijn vader is timmerman in de bouw en lid van de vakbeweging. Na de lagere school en de MULO doorloopt Ab de Middelbare Handelsavondschool. Hij is getrouwd met Cisca Rippens (1939). Voor beiden is het hun tweede huwelijk; er zijn kinderen uit de eerdere huwelijken.
September 1956 gaat Ab keurig in het pak op 16-jarige leeftijd als jongste bediende werken bij scheep vaartkantoor Hudig & Pieters in de Calandstraat in Rotterdam. Meteen na zijn proeftijd stapt hij over naar Wambersie, maar ook daar maakt hij, gelet op de interne verhoudingen, maar net zijn proeftijd vol. Hij komt dan bij Frans Maas terecht op de afde ling inklaring. Dat betekent goederen bij de douane vrijmaken en transitodo cumenten verzorgen. Het is leuk werk en al fietsend door de havens leert Ab het Rotterdamse havengebied heel goed kennen. Na twee jaar zwerven door de havens is hij declarant en moet hij op kantoor papieren en
documenten verzorgen voor de inkla ring van goederen. Na zijn militaire diensttijd kan hij weer aan de slag bij Frans Maas. Maar bij Frans Maas is gedurende zijn diensttijd intern nogal wat veranderd en hij kijkt uit naar iets nieuws. Omdat hij graag de haven in wil pakt het voor hem goed uit dat hij aan de slag kan bij de Centrale voor Arbeidsvoorziening (CvA) in haven termen ‘het hok’ op de Westzeedijk in Rotterdam. Bij de CvA wordt hij opgeleid tot controleur en behaalt hij verschillende certificaten, onder andere die van weger/ijker. Vanuit de CvA is Ab ‘blikvast’, dat wil zeggen permanent uitgeleend aan stuwa doorsmaatschappij Muller & Co en in
Ab van Ispelen x 45
Rotterdam II 3e proef.indd 45
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
1965 treedt hij daar in vaste dienst als ladingcontroleur. Later krijgt hij daar een administratieve functie. Containerbedrijf Unitcentre Al in 1957 wordt hij lid van de Neder landse Bond van Vervoersperso neel (NBV), bedrijfsgroep havens. Hij is actief en al spoedig kaderlid. Als zodanig maakt hij ook de grote staking van 1970 mee zoals die uitvoerig is beschreven in het boek Kranen over de Wal dat op initiatief van de Vakbondshistorische Vereni ging (VHV) tot stand is gekomen. De snelle opkomst van de containers leidt in de Rotterdamse haven tot de oprichting van speciale containerbe drijven. Voor die bedrijven worden ook werknemers uit de traditionele stukgoedbedrijven aangetrokken. Zo komt Ab in 1972 terecht bij contai nerbedrijf Unitcentre op pier 7 in de Waalhaven. Als assistent shipplanner krijgt hij te maken met computers, automa tisering en technologische vernieu wingen. Hij maakt deel uit van vele werkgroepen met deskundigen uit de praktijk en uit de automatisering. De gehele opkomst en de ontwikkelingen van het containervervoer en de auto matisering in de Rotterdamse haven maakt Ab dus van zeer dicht bij mee.
In 1977 vindt de staking om de ‘prijs compensatie’ plaats. Ook aan deze staking neemt Ab zeer direct deel. Hij is dan secretaris van het bestuur van de Ondernemingsafdeling Unit centre van de bond. Alle leden van de bond die bij Unitcentre werken horen tot deze afdeling. Hij is dus aanspreekpunt voor de leden en voor de bezoldigde bestuurders. Dat vertaalt zich in veel vergaderingen en bijeenkomsten, waar hij ook de bond vertegenwoordigt. Dreigend ontslag Als gevolg van zijn vakbondsactivi teiten gedurende deze periode komt hij in conflict met zijn werkgever en wordt geschorst. Er hangt ontslag boven zijn hoofd, maar dat wordt na druk van de bond weer snel door Unitcentre teruggedraaid. De volgende havenstaking doet zich voor in 1979. Dan gaat de stukgoed sector ‘plat’ maar ook de container sector. Opnieuw werk aan de winkel voor Ab van Ispelen. Dat zelfde jaar wordt Ab in de Onder nemingsraad van Unitcentre gekozen en hij wordt gelijk OR-secretaris. Hij is dan al voorzitter van de Onder nemingsafdeling, een werkzame ‘combi functie’. In 1980 wordt hij door Unitcentre gedeeltelijk vrijge
46 x Ab van Ispelen
Rotterdam II 3e proef.indd 46
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
steld voor zijn werkzaamheden voor de Ondernemingsraad en voor de Ondernemingsafdeling. In 1983 wordt Unitcentre onderdeel van het Pakhoed-concern. Ab van Ispelen krijgt dan ook een plek in de Centrale Ondernemingsraad (COR) van Pakhoed en in de Divisie Onder nemingsraad (DOR) van Pakhoed Transport. Van de DOR wordt Ab gelijk voorzitter en uiteindelijk wordt hij dat ook van de COR. Zijn werk gever stelt hem volledig vrij voor al deze medezeggenschapsbezig heden. Binnen het Pakhoed concern is, als gevolg van alle reorganisaties en verzelfstandiging van bedrijfs onderdelen, genoeg werk aan de winkel voor het vertegenwoordigend overleg.
Solidariteit Bij de onderhandelingen over de algemene haven-CAO, die met de centrale onderhandelingspartner Scheepvaart Vereniging Zuid (SVZ) wordt afgesloten, is Ab als vicevoorzitter van de bedrijfsgroep nauw betrokken. Tengevolge van de invoering van bedrijfs-CAO’s is de grote haven-CAO op steeds minder werknemers van toepassing en door het verdwijnen van de SVZ is de totale ‘macht’ van de bond langzaam afgenomen. Dat gaat helaas ook ten koste van de onderlinge solidariteit in de haven. In 1994 fuseren de contai nerbedrijven Unitcentre en ECT. Bij die fusie is Ab betrokken als voorzitter van de Ondernemingsafdeling en als secretaris van de Ondernemingsraad
Ab van Ispelen x 47
Rotterdam II 3e proef.indd 47
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Unitcentre. Na de fusie treedt Ab op 55-jarige leeftijd in 1995 vervroegd uit. Pensioenfonds Ab is op vele plaatsen voor de vakbe weging actief gebleven of actief geworden. Zo is hij altijd betrokken geweest bij het Pensioenfonds voor de Havens (PVH). Ook maakt hij als secretaris deel uit van de Stichting Deelnemersraad Optas. Verder is hij lid van het bestuur van de Stichting Belangenbehartiging Pensioengerechtigden Vervoer en Havenbedrijven (BPVH). Deze Stich tingen behartigen de belangen van de huidige deelnemers aan de pensi oenverzekering in de haven en de gepensioneerden bij Optas NV dat nu onderdeel is van Aegon. Kamer van Koophandel Vele jaren is Ab namens de Vakcen trale FNV bestuurslid van de Kamer van Koophandel (KvK) in Rotterdam, waarvan vier jaar als lid van het dage lijks bestuur en vier jaar als voorzitter van de kring rechter Maasoever. Ook maakt hij dan deel uit van de commissie Havens en Vervoer van de KvK. Nu is Ab nog op regionaal niveau actief voor de Kamer van Koophandel. Ab is bestuurslid geweest van de Stichting Herintreding Medewer
kers EBS (HME). Deze stichting heeft na een reorganisatie bij Euro pean Bulk Services (EBS) ruim 250 ex-medewerkers van EBS in dienst genomen. Binnen vijf jaar moest deze Stichting al die werknemers elders aan de slag zien te krijgen. Op een veertigtal werknemers na is dat gelukt. Hij is altijd meer dan geïnteresseerd in de politiek. Toch is hij maar kort lid geweest van een politieke partij (PvdA). Het actief zijn in de vakbeweging heeft zijn leven enorm verrijkt, zegt hij zelf, en zijn blik op de samenleving vergroot. Ook de vakbondscursussen die hij heeft gehad en het doorlopen van de Centrale Kader Kursus (CKK) van de FNV heeft hieraan een bijdrage gele verd. Hoewel Ab kan begrijpen dat er in de bond veranderingen optreden heeft hij toch moeite met de gewij zigde structuur en werkmethoden én de grote afstand die er is ontstaan tussen de bezoldigde bestuurders en het kader en de leden van de bond. Met plezier denkt hij terug aan de saamhorigheid en de loyaliteit die hij heeft ervaren bij alles wat hij heeft meegemaakt, en bij wat hij in en namens de bond heeft mogen doen. Koos Schoonens (2009)
48 x Ab van Ispelen
Rotterdam II 3e proef.indd 48
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Bob Kalkman Gereformeerd en actief in de bond
Machinebankwerker Bob Kalkman (Vlaardingen, 1945) is jarenlang voorzitter van de bedrijfsledengroep (BLG) van de Industriebond CNV op het Havenbedrijf Vlaardingen Oost (HVO). Hij is ontevreden over de inzet en houding van de ondernemingsraad en probeert goed samen te werken met de Industriebond FNV, wat als het er op aan komt toch moeilijkheden geeft. Hij is getrouwd met Diny Boone; ze hebben twee zoons.
Bob’s vader, Abraham Kalkman, machinaal kuiper, is lid van het bestuur van de Vlaardingse Christe lijke Besturenbond in Vlaardingen. Als Bob op 16-jarige leeftijd gaat werken wordt hij meteen lid van het CNV. Dat is traditie in huize Kalkman, zoals zijn hele jeugd tradi tioneel Vlaardings en gereformeerd is: lagere school, zondagsschool, jongelingsvereniging, bezoek aan de Christelijk Gereformeerde Kerk in de Emmastraat en het verenigingsge bouw Eben Haëzer. Hij heeft dan al de Christelijke Tech nische School (CTS) aan de Nieuwe Damlaan in Schiedam, gevolgd om machinebankwerker te worden. Later volgt hij de avondschool MBO
Scheeps- en Laadinstallaties in de Oranjeboomstraat in Rotterdam. Kalkman sluit zijn opleiding succesvol af en haalt het Bemetel diploma. Bemetel staat voor de landelijke Bedrijfsopleiding Metaal- en Elektro techniek. De opleiding tijdens werk tijd duurt vier jaar. HVO heeft een eigen bedrijfsschool. Ondernemingsraad te dicht bij werkgever Bob is dieseltechnicus, hij repareert en assembleert scheepsmotoren. Bij HVO wordt Kalkman lid van de bedrijfsledengroep (BLG), ten eerste om de bond dichter bij de arbeiders te brengen en ook omdat de onder nemingsraad niet voldoet aan de
Bob Kalkman x 49
Rotterdam II 3e proef.indd 49
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
verwachtingen van de arbeiders. Hij wordt benaderd door het CNV afdelingsbestuur. Er speelt van alles in de metaal in de Rijnmond: Wilton, Niehuis en Van den Bergh, Verolme en de RDM. Het district Rijnmond van de bond vergadert eenmaal per maand bij Engels in het Groothan delsgebouw bij het Centraal Station in Rotterdam. Soms zitten BLG-ers ook in de OR. Dat geldt niet voor Kalkman. Hij zet juist uit onvrede met de OR de BLG op. De BLG houdt controle op de cao en de werkomstandigheden. De leden van de Christelijke Gerefor meerde Kerk, waartoe hij behoort, behoren tot de zogenoemde kleine luiden (eenvoudige mensen) van Abraham Kuiper en zijn sociaal bewogen. De gevestigde orde in de ondernemingsraad doet volgens Kalkman niet wat nodig is en luistert te veel naar de werkgever. De onder nemingsraad functioneert niet goed vanuit bondsstandpunt gezien. De raadsleden hechten te veel aan hun baantje, herinnert Kalkman zich, de secretaris regelde veel onderhands en legde geheimhouding op. Kortzichtig Hij wordt voorzitter van de CNV bedrijfsledengroep, en werkt samen
met de ANMB (later NVV) bedrijfs ledengroep met Piet Boogaard als voorzitter. De ‘Doorbraak’ gaat nog niet zover dat er per bedrijf één vakbondsledengroep is waarin vakbondsleden van alle gezindten deelnemen. Veel werknemers hebben geen zin of tijd voor het vakbondswerk, en doen ’s avonds liever iets anders. Zij beschouwen het lidmaatschap van de bond als een soort verzekering tegen sociale ellende. Ze zijn kort zichtig, meent Kalkman, of willen zich zo verzekeren van een uitkering bij staking Staking In 1970 breekt bij HVO een staking uit omdat tijdelijke krachten 400 gulden meer loon krijgen dan de vaste arbeiders in het bedrijf. De (landelijke) actie heeft succes, want de 400 gulden komt erbij. Tijdens de staking werken de BLG’s van CNV en FNV samen, dat wordt door de hoofdkantoren van de vakbonden niet echt gewaardeerd. Er is animo siteit tussen de landelijke centrales. Dat speelt tijdens gezamenlijke acties op de achtergrond mee. Het CNV heeft liever niet dat de CNV bondsleden met de staking meedoen, maar in de praktijk is er
50 x Bob Kalkman
Rotterdam II 3e proef.indd 50
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
tussen de besturen van de BLG’s eensgezindheid. Zij willen af van de oude tegenstellingen tussen de bonden. Ze vergaderen samen, totdat het CNV toch als eerste afhaakt. De christelijke bond wil liever het eigen gezicht zeker stellen en zelfstandig met de werkgevers onderhandelen. Maar als het FNV eenmaal een staking heeft uitge roepen, sluiten de andere bonden zich toch aan. ‘CNV wil altijd polderen, tot het bittere eind. Dat zijn hun christelijke genen, zij willen het gezag in stand houden,’ meent Kalkman terug kijkend. Feodaal De arbeidsverhoudingen in het Vlaardingse zijn allesbehalve vooruit strevend, zelfs eerder soms feodaal. Kalkman: ‘De oude directeur Jonker van HVO stond op zondag bij de Boterkerk, na afloop van de dienst buiten. Als hij je niet gezien had, kon je ’s maandagsmorgens met de pet in de hand op kantoor komen: “waar was je gisteren?”, kreeg je dan te horen.’ Zondags gaat Kalkman naar het gebouw van de CJV ‘Liefde en Vrede’ op de Gedempte Biersloot, later naar het CJV Jeugdcentrum ‘ Triangle’ voor een film.
Emancipatie Kalkman ziet zijn werk voor de vakbond in het verlengde liggen van zijn plaats in de gemeenschap. Een bondskaderlid krijgt een gedegen opleiding en scholing in Driebergen. Vergadertechniek, beïnvloeden van beslissingen, spreken in het open baar, rollenspel (met werknemers en werkgevers). Na de avondmaaltijd gaat de cursus door en na tien uur wordt er bij de bar nog nagepraat. De Vlaardingers worden door andere cursisten als ‘rooie’ Rijnmonders gezien, ze zijn progressief en fana tiek. Je leert er de gangmaker van de BLG te zijn, want als de voorzitter van de BLG niks doet, dan doen de leden ook niks. Kalkman ziet dit scholingswerk als een vervolg op de zondagschool, knapenvereniging en jongelingsver eniging. Het is niet zo dat pas op de vakbondscursus zijn ogen voor de maatschappelijke realiteit worden geopend. Ook daarvóór in het gere formeerde jeugdwerk krijgen sociale rechten en plichten alle aandacht en is er scholing. Daaronder ook het houden van spreekbeurten. Kalkman houdt er na acht jaar BLGvoorzitterschap mee op. Hij is te vaak van huis en kan het niet meer bolwerken. Zijn tweede man volgt
Bob Kalkman x 51
Rotterdam II 3e proef.indd 51
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
hem op, maar de BLG gaat na een jaar ter ziele.
dingen verlaten en wonen rustig aan de rand van Spijkenisse.
De wijde wereld in Na het failliet van HVO vindt hij, na een korte WW-periode, al snel werk bij Rotary Equipment Services Limited. Die onderhouden pompen, compressoren en turbines in de petrochemische industrie. Kalkman slaat zijn vleugels uit en werkt overal waar het bedrijf dieselmo toren kan reviseren: booreilanden op de Noordzee, de Perzische Golf, Saudi-Arabië, Emiraten, Afrika. In de woestijn werkt hij op powerstations die elektriciteit leveren voor water pompen. Hij zwaait af als senior superintendant service-engineer. Bij Rotary is het moeilijk werken voor een vakbondsman; zo houdt de directie de oprichting van een onder nemingsraad tegen.
Piet Boogaard en Dick Linders
Rust in Spijkenisse In zijn vrije tijd is hij aanvankelijk actief in de aquariumvereniging, tegenwoordig volstaat hij met een mooie bak thuis. Hij heeft een bootje waarmee hij op het Brielsemeer en de Hollandse rivieren vaart. ‘s Zater dags is hij werkmeester bij een watersportvereniging. Kalkman en zijn vrouw hebben Vlaar
52 x Bob Kalkman
Rotterdam II 3e proef.indd 52
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Jaap Kiela Grote inzet voor veilig werken
Jaap Kiela (1940, Nieuwer Amstel, Amstelveen) is 30 jaar lid geweest van de Bedrijfsledengroep (BLG) van de Industriebond FNV. Goed werken in Twente wordt minder goed werken en leidt tot ander werk in het Botlek gebied. Bij een Amerikaanse dochteronderneming die moeite heeft met het garanderen van veilig werk. Dat leidt tot een grote inzet van bond en leden. Jaap Kiela woont met zijn vrouw Grietje Meijer in Rozenburg. Zij hebben drie kinderen Joanne, Wilko en Frank.
Jaap’s vader is bouwvakker en lid van de Gereformeerde Bond in de Nederlands Hervormde Kerk, lid van de mannenbroeders van de ARP, maar niet recht in de leer. In de crisis raakt hij negen jaar werkeloos. Tot 1940, als hij los werkman wordt bij de gemeente. Zijn moeder is sociaal actief. Jaap zelf heeft na de lagere school allerlei baantjes, waaronder chauffeur bij de veiling Bloemen lust aan de Oosteinderweg. Bij een kweker aan de Aalsmeerderweg pluist hij anjers, en bosselt ze voor de veiling. In 1965 gaat hij uit Holland weg en verhuist naar Haaksbergen (Twente), waar hij medewerker
wordt bij de Vredestein banden fabriek in Enschede. Jaap is dan 24 jaar en moet op stukloon werken bij de productie van banden voor de DAF. Dat is niks voor hem. Tachtig banden per dag in acht uur tijd in drie ploegendienst. Eerste gastarbeiders: Italianen Het is zwaar werk. Je moet tien minuten voor aanvang op je werkplek zijn, en de volle acht uur volmaken. Hij maakt er kennis met de eerste gastarbeiders: Italianen. Als er onenigheid over het loon ontstaat en de CAO-onderhandelingen stokken, wordt hij lid van de bond. Onder de
Jaap Kiela x 53
Rotterdam II 3e proef.indd 53
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Twentse arbeiders zijn veel kleine, voormalige landarbeiders die thuis nog wat hobbyboeren en nevenin komsten hebben. Die zijn niet zo voor loonacties. Jaap wordt lid gemaakt tijdens gesprekken bij de rookplek en in de kantine. Er zijn fanatieke vakbonds leden die hem overhalen. In de mengafdeling moet je rubber walsen en vulcaniseren met zwavel. De bazen sturen tijdschrijvers op hem af en zeggen dat je wel 55 in plaats van 50 banden kunt halen, zo proberen de bazen de 5 cent loonsverhoging per uur terug te halen. Je betaalt dus je eigen loonsverhoging, en Jaap besluit tot een langzaamaanactie. De omslag komt als de vraag naar banden met 20 procent toeneemt. Het bedrijf zet in op nieuwe tarieven en 20 procent prestatietoeslag. De Italianen en Spanjaarden werken gewoon hard door. Jaap wordt lid van het CNV, maar die halen het contributiegeld niet op. De Alge mene Bedrijfsgroepen Centrale (ABC) van het NVV doet dat wel en na drie maanden stapt hij over. De ABC fuseert later met de ANMB tot Industriebond NVV. Jaap en zijn vrouw wonen in een portiekflat van de Twentse-Gelderse Industrie, het hoger personeel in eengezins
woningen. Jaap is ook busleider: hij moet zorgen dat de arbeiders op tijd in de juiste bedrijfsbus zitten om naar hun haardsteden te worden vervoerd. Dat brengt nog een paar gulden per week extra op. Cyanamid De nieuwe tarieven, de ploegen dienst en Twente bevallen Jaap steeds minder. Hij en zijn vrouw willen terug naar Holland. De crisis in de textiel begint. Hollandse bedrijven werven actief in Twente voor Hoogovens, Bruinzeel en andere industrieën in het westen. Het wordt Cyanamid in de Botlek, die biedt 400 gulden meer in de volcontinu, betaalt de verhuizing en helpt bij het zoeken naar een woning. In 1969 wordt Jaap hulpoperator. Hij pendelt een week of zes en verblijft in het Delta hotel in Vlaardingen. De fabriek is nog in aanbouw, pionieren bevalt hem wel. Opgestroopte mouwen? Veel autochtone Rotterdamse arbei ders schuiven door uit de haven naar de industrie, aardige mensen maar bij hun veelgeroemde ´opgestroopte mouwen´ mentaliteit zet Jaap een vraagteken. Rotterdammers werken zeker niet harder dan Aalsmeerders in de tuinbouw of Tukkers in de
54 x Jaap Kiela
Rotterdam II 3e proef.indd 54
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
textiel of rubber. Ze lopen vaak de kantjes eraf, hebben een andere humor, wensen elkaar de meest enge ziektes toe en zijn nogal grof in de mond. Jaap en Grietje krijgen het ruimer: van 650 naar 1080 gulden, de eerste betaalde vakantiedagen worden opgenomen, familiebezoek in Amstelveen, later een tenthuisje in Bakkum aan de Noord-Hollandse kust. Het Amerikaanse bedrijf Cyanamid heeft het bedrijfsterrein van Cytec, daarna Kemira overgenomen. Dit chemische bedrijf is bekend vanwege zijn chemische producten én van zijn milieudelicten! 400 gulden ineens! In 1970 waait de 400 gulden-ineenseis over uit de haven. Jaap en zijn collega´s voeren actie. Een chef stuurt Jaap aan de poort weg als aanstichter, wat hij niet is. Jaap meldt zich aan voor de BLG. De eis van 400 gulden wordt ingewil ligd. De BLG houdt zich bezig met bedrijfsveiligheid, milieu, de CAO, werkomstandigheden en arbeids voorwaarden. De chemie zorgt voor veel stof en stank in de omgeving en dat kan best wat minder, vindt de BLG. Jaap is penningmeester
en werkt samen met secretaris Jaap van der Hoeven en districtsbe stuurder Piet Scheele. Hij weet zich bondspenningmeester Wout Tuinen burg, Dick Visser, Magleen Smouter, Jan Hessels en Aad Zoeteman te herinneren. Veilig werken in de chemie, dat is te zeggen… De Industriebond FNV is in 1974 bezorgd over de gezondheidstoe stand van werkers in de chemische industrie. Pesticiden en acrylamide zouden tot kanker leiden. In 1979 eist de bond opnieuw in het arbeids voorwaardenbeleid een betere bescherming van werknemers. De bond wil staken maar de reactie bij de werknemers van Cyanamid is lauw ofschoon het ziekteverzuim hoog is. Districtsbestuurder Piet Scheele vraagt op een vergadering of er geen klachten zijn: veel arbei ders laten op armen en benen rode vlekken zien. Bondsleden en directie staan lijn recht tegenover elkaar, de arbeids inspectie en de bedrijfsarts sussen. Gerrit Voordenhout, voorzitter van de BLG, klaagt bij zijn huisarts, en zet zich in om zijn persoonlijke ziekte verschijnselen te veralgemeniseren. Voordenhout weet dat er ook veel
Jaap Kiela x 55
Rotterdam II 3e proef.indd 55
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
collega´s zijn met dezelfde klachten, dat kan geen toeval zijn. De bond laat een onderzoek instellen door de Chemiewinkel, bemand door studenten en afgestudeerde schei kundigen van de Universiteit van Leiden. In april 1981 brengt Jeroen van Teilingen de brochure Veilig werk in de Chemie uit, waarin de resultaten van het onderzoek bij 147 van de 300 werknemers staan opge somd. De conclusie is dat de oorzaak van de gezondheidsklachten ligt aan de blootstelling aan chemicaliën. De directie zet TNO aan het werk voor een tweede mening. De conclusie van het tweede rapport is onthut send: de werknemers worden teveel blootgesteld aan giftige stoffen, de directie doet te weinig omdat die onder de plak zit van het Ameri kaanse moederbedrijf en door het personeel gewenste verbeteringen worden om financiële redenen niet uitgevoerd. TNO beveelt de directie aan te streven naar een betere relatie met de vakbond.
De directie houdt eerst de boot af, maar in november 1981 draait ze bij, en komt samenwerking met de Industriebond tot stand. Er komt een verbeterplan dat de 162 knelpunten centraal stelt. De OR ziet op de uitvoering toe.
Verbeterplan Beide onderzoeken komen tot dezelfde conclusie: de toestand is onhoudbaar. Arbeidsinspectie en bedrijfsarts blijken ten onrechte de klachten te hebben gebagatelliseerd.
Ziektewet Gelijktijdig met het conflict bij Cyanamid voert de Industriebond NVV in 1980 een landelijke actie tegen de loonmaatregel van de regering die de aanvulling op de ziek
Het afvullen via een open mangat wordt door een gesloten systeem vervangen en het afzuigsysteem wordt verbeterd. Er komt meer medezeggenschap en een goede overlegstructuur. De werkomstan digheden worden verbeterd. De werknemers worden opgeleid, bijge schoold en getraind volgens plan, ook om de technische ontwikkeling bij te blijven. Een computersimulator die situaties in de fabriek nabootst, komt daarbij van pas. Cyanamid installeert een eigen waterzuive ringsinstallatie en het restafval gaat naar de AVR. In 1987 is het verbeter proces afgerond. Een nieuw bedrijfs project wordt voortaan aan de OR en de werknemers voorgelegd.
56 x Jaap Kiela
Rotterdam II 3e proef.indd 56
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
tewet in de reeds afgesloten CAO´s ongedaan maakt. Op 4 maart 1980 besluiten de leden bij Cyanamid te staken voor 24 uur. Jaap Kiela wordt per directiebrief aansprakelijk gesteld ‘voor alle schaden en kosten’, en krijgt een formele berisping. De Indu striebond maakt bezwaar, de zaak wordt gesust, en de directie trekt de brief in. Jaap heeft het bedrijfsledengroep werk 25 jaar gedaan, tot vlak voor zijn uittreden. De nieuwe generatie arbei ders, meent Jaap, staat nogal kritisch tegenover het bedrijf en de bond. Ze willen eigenlijk alleen meer geld en in het voortbestaan van het bedrijf zijn ze minder geïnteresseerd. Sommige BLG-leden worden weggekocht door de directie, die ‘promoveren’. Jaap onderkent dat zijn vakbonds werk soms ten koste is gegaan van zijn gezin. Andere arbeiders en de samenleving profiteren. Ger Harmsen en Bob Reinalda Ook de kadercursussen, bijvoorbeeld in het Veluweoord van de Industrie bond in Nunspeet, vragen tijd en energie. De historici Bob Reinalda en Ger Harmsen geven les in de geschiedenis van de arbeidersbe weging, voorts training in sociale vaardigheden en Arbo. Ook Arie
Groenevelt en Han Noten doceren er. Het opzetten van een ondernemings raad gaat niet van een leiden dakje in het Amerikaanse bedrijf. Met de kaderleden van de bond zijn er soms problemen, tussen de BLG-leden en de OR-leden evenzo. Je hebt niet altijd de meerderheid, je moet reke ning houden met CNV-ers en ongeor ganiseerden. In de jaren zeventig is Jaap secretaris van de PvdA-afdeling Rozenburg, en enige jaren gemeenteraadslid. In 2010 geeft die gemeente zijn zelf standigheid op en gaat als deelge meente van Rotterdam verder. Jaap is lid van de werkgroep Arbeid met Stan Poppe en Jaap Stekelenburg. In 2010 is Jaap secretaris van de Nederlandse Telefoonkaarten Club, en voorzitter van de VVE van het appartementencomplex waar hij woont in Rozenburg. Als je op het balkon van de flat staat kun je ver links nog net de schoorsteen van Cyanamid zien. Joop van Doorn (2010)
Jaap Kiela x 57
Rotterdam II 3e proef.indd 57
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Berrie Langendoen Een hoge post in Vlaardingen
Kraanmachinist Berrie Langendoen (Vlaardingen, 1947) beziet de wereld vanaf een hoge post in Vlaardingen. Hij is in dienst van Havenbedrijf Vlaardingen Oost (HVO). Zijn vader was ook al kraanmachinist maar dan bij Wilton Feijenoord in Schiedam. Junior heeft een tumultueus beroepsleven met veel actie voor bond, ondernemingsraad en bedrijf. Berrie en zijn vrouw hebben samen twee kinderen en twee kleinkinderen.
Het gezin Langedoen is lid van het Apostolisch Genootschap, dat zich afgescheiden heeft van de Apos tolische Kerk. Het genootschap komt bijeen in een zaaltje aan de Broekweg, later de Philips de Goede straat1.Het Apostolisch Genootschap is een kleine gemeenschap van ongeveer 200 mensen, die in het geloof niet zonde, hel en vagevuur, maar de liefde voor elkaar en de geborgenheid van de groep centraal stellen. Er is een dienst op woens dagavond, zondags zijn er zelfs twee diensten.
Berrie bezoekt de lagere openbare Juliana van Stolbergschool aan de Groen van Prinstererstraat te Vlaardingen. Daarna volgt de later gesloopte, openbare LTS aan de Deltaweg. Hij maakt zijn technische school niet af wegens ziekte waarbij hij twee keer een half jaar bedrust moet houden. Hij rekent zich tot de naoorlogse generatie, de generatie die het tij meeheeft. Er is immers altijd werk, loon- en arbeidsomstan digheden verbeteren, de cao zorgt voor prijscompensatie.
1) In het interview met Bob Kalkman staat het een en ander over het protestante karakter van Vlaardingen vermeld.
58 x Berrie Langendoen
Rotterdam II 3e proef.indd 58
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Aan het werk Als 15-jarige gaat hij aan de slag bij tuinderij De Haas in de Zuidbuurt: sla en komkommers. Die worden met de boot naar de veiling gebracht. Hij verdient 25 gulden in de week, dat vindt hij te weinig voor 50 uur werken en stapt over naar de veiling in Westerlee, waar hij het dubbele vangt. Niet veel later kiest hij voor de Grote Vaart maar een jaar later gaat hij toch voor werk in de bouw. Dat is bij Huib Simons in Vlaardingen. Na zijn militaire dienst kiest hij voor werk bij bouwmarkt Van Neerbos, daarna bij de Vegro (groothandel in verwar ming) in het magazijn op de heftruck. In 1975 volgt dan de overstap naar de werf van het Havenbedrijf Vlaar dingen Oost (HVO). De vakbond In de bouw is hij al lid geworden van de vakbond. Hij wordt ingeschreven door Poldervaart sr. ‘Zodra je gaat werken moet je lid worden van de bond’, vindt zijn vader. Die was zelf ook vroeg lid. Hij bewondert Den Uyl, Wolf en Marcus Bakker vanwege hun verzet in de oorlog. Berrie heeft contact met Hans Poldervaart jr. Die is opbouwwerker in Vlaardingen, lid van de CPN, en leidt de Werkgroep Verzet Woonlasten.
Bij HVO wordt Langendoen lid van de Industriebond NVV. In Vlaardingen zijn, in die tijd, het is 1975, twee mogelijkheden voor werfarbeiders: Industriebond NVV of Industriebond CNV. Beide hebben een bedrijfs ledengroep (BLG) op de werf. Berrie wordt bij HVO benaderd door Piet Boogaard, voorzitter van de BLG NVV. Hij ‘loopt mee’ op het rondje van Piet, en leert zo de mensen en toestanden op de werf kennen. Als kraanmachinist op een Coluskraan komt hij overal op de werf, ook daar waar een gewone torenkraan niet bij kan. Zes van de acht uur zit hij alleen boven, met als afleiding de radio. Er zijn werk onderbrekingen, er zijn ‘akkefietjes’ in de werkplaats, Piet Boogaard houdt praatjes in de kantine, over de toestanden op het werk en wat er zoal van bondswege aan gedaan kan of moet worden. Ze lopen soms een ‘protestrondje’ over de werf, of naar het kantoor. Ontslagen In 1978 doet zich een eerste ontslag golf voor. Het bedrijf heeft de bouw van een booreiland aangenomen, maar kan de klus eigenlijk niet aan. Het is een noodsprong vanwege de teruggang in de reparatie. De concur
Berrie Langendoen x 59
Rotterdam II 3e proef.indd 59
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
rentie uit Korea is te groot. Berrie is lid van de ondernemings raad (OR) tot het failliet van de onderneming. De OR kan niets bereiken. De Industriebond NVV richt zich vooral op politiek Den Haag om steun. Berrie is geen lid van een politieke partij. De mensen op de werf hebben veel behoefte aan uitleg over wat er dreigt te gebeuren. Er wordt veel vergaderd en gepraat in de constructieloods. De BLG hangt affiches op en plakt pamfletten. Langendoen gaat naar de kader cursus op het districtskantoor van de industriebond op de Eliotplaats in Ommoord, Rotterdam. Het onder werp is ‘De besturing van Neder land’. Bondsbestuurder Dik Nas begint eeuwen geleden bij de VOC, legt de rol van de stadhouders uit en eindigt bij taak en doelstelling van de vakbeweging. Bondsvoorzitter Industriebond NVV Arie Groenevelt is regelmatig voorpagina nieuws. Langedoen noemt hem een inspire rende persoonlijkheid. Hij volgt ook de vierjarige kader cursus van de bond in Nunspeet. In het Scholingsoord tegenover het station. Een hele week intern, vier keer per jaar: onderhandelen, actie
voeren, economie. Docenten zijn Han Noten, Dick Terwisga en Dick Visser. Martin Neesen is vier jaar de vaste docent. Berrie’s scriptie gaat over de vraag ‘Wat zou er op het bedrijfsterrein kunnen komen, na het failliet van het HVO?’. Nare smaak De bond wil met de BLG meer invloed op de werkvloer hebben. Maar Langendoen heeft geen goed gevoel overgehouden aan de bond tijdens het failliet van HVO, de leden mochten het toen zelf uitzoeken. De mogelijkheid ‘doorwerken met loonsverlaging’ om het bedrijf te redden, wordt door de leden afge wezen. Een WW-uitkering van 70 %’ is niet aantrekkelijk als je loon al verlaagd is. Het ‘struisvogelboekje’ is wat het is: de directie steekt zijn kop in het zand, suikeroom baron Thyssen draait de geldkraan dicht, en dat is het dan. De directeur zou het ‘witte benen fonds’ van het bedrijf hebben leeggeplukt. Daar betalen de werk nemers twee gulden per maand aan. Zoiets draagt niet bij aan vertrouwen in de directie en een goede afloop. Berrie Langendoen krijgt een ongeluk en is anderhalf jaar uit de running. Na het failliet van HVO raakt hij werk
60 x Berrie Langendoen
Rotterdam II 3e proef.indd 60
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
loos. Er is bij HVO geen sociaal plan, er is helemaal niks! Ieder moet voor zichzelf aan de slag, desnoods via het GAK. Dat lukt hem bij de WSW in Vlaardingen en Schiedam, in de druk kerij en het restaurant. Voor bond en medezeggenschap zal hij zich niet meer inzetten. VUT en vrije tijd In 2010 gaat hij met de VUT, ‘dankzij’ minister De Geus is dat twee jaar later dan gehoopt. Zijn vrije tijd brengt hij onder andere door bij S.V. Deltasport. Hij zit in het jeugd
bestuur, tot daar ook ineens, in een vrijwilligersorganisatie, zonder reden mensen op een zijspoor worden gezet. Dat heeft hij eerder gezien en genoeg meegemaakt en hij bedankt voor de eer. Nu is hij lid van een commissie van de Huurdersraad van Wooncorpo ratie Waterweg Wonen. Nadenken over duurzaamheid, renovatie en het actieplan wonen. In het verlengde daarvan is hij vice-voorzitter van de buurtvereniging. Piet Boogaard en Dick Linders
Berrie Langendoen x 61
Rotterdam II 3e proef.indd 61
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Bart Maintz Een man van de korte klap
Bart Maintz (Utrecht, 1946) is jarenlang secretaris van de bedrijfsledengroep en later voorzitter van de ondernemingsraad bij Windmill in Vlaardingen. Hij heeft nooit bij een vakbond gewerkt maar hij is wel zijn leven lang lid geweest. Nog steeds maakt hij deel uit van de gecertificeerde groep WAO-WIA-begeleiders die wekelijks bij FNV Bondgenoten aan de Pegasuslaan in Rotterdam Alexanderpolder steun en advies bieden. Hij is al 32 jaar getrouwd met Ingrid. Samen hebben ze een dochter, die met haar gezinnetje vlak naast hen woont.
Zijn vader, zelf afkomstig uit Sittard, werkte bij de Marine en kon heel vroeg met pensioen om vervol gens actief te worden voor de BB (Bescherming Bevolking). Als zodanig maakt zijn vader de trein ramp in Harmelen mee (1962, 93 doden). Zijn moeder was sociaal betrokken en gaf dat ook aan hem door. Bart volgt de Lagere Techni sche School (LTS) en de Middelbare Technische School (MTS) en krijgt werk bij Reynolds International, een Amerikaanse international (alumi nium) in Utrecht. Niet veel later heeft
hij via zijn vriendin, wier vader een keten van sigarenwinkels heeft, op zijn twintigste al een ‘eigen’ zaak. Dat houdt op als de relatie geen stand houdt. Ook tijdens zijn school jaren toont hij al ‘ondernemersin stinct’. Iets wat hem later wel voor de voeten zal worden geworpen. Sommigen verwijten hem dan dat hij te veel met de ondernemers meedenkt. Een nieuwe relatie brengt hem naar het Rotterdamse. Hij vindt werk bij Deltachemie (‘De Delta’ zeiden ze in Vlaardingen). Zijn werktuigbouw
62 x Bart Maintz
Rotterdam II 3e proef.indd 62
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
kunde laat hij voor wat het is en hij komt in de productie waar ze wel blij zijn met iemand met technisch twee rechterhanden. Windmill heeft dan ruim 1500 mensen in dienst. Aan de Zevenmanshaven werken mensen uit allerlei plaatsen, waaronder natuurlijk Vlaardingen zelf maar ook Brabanders en mensen uit Den Haag en Scheveningen. Macht is wat telt Op zijn 24e wordt hij lid van de Indu striebond NVV. Daarvoor is hij al lid geweest van St. Willibrordus, maar die wordt in Vlaardingen ingeruild. Maintz: ‘Ik heb nooit een voorkeur gehad voor één bond, maar wel voor de bond die het grootste was. Voor mij is dat bepalend. Daar zit de macht en die heb je nodig bij acties. Wij hebben wel – met succes – gestaakt omdat de prijs van de gehaktbal in de kantine met vijf cent was verhoogd!’ Als Windmill wordt overgenomen door Norsk Hydro kan hij daar nog acht jaar in dienst blijven. Omdat hij ten tijde van de grote ontslaggolf toevallig in een opleidingscircuit zit ‘vergeet’ men hem te ontslaan. Hij grijpt de kans om zijn werk te behouden. Het betekent voor hem wel dat hij terug moet van de volcontinudienst naar een semi-
continudienst. Windmill is het eerste bedrijf in Nederland met een 5-ploe gendienst. Maintz: ‘Bij de volcontinu hadden veel mensen een tweede baan. Niet omdat het financieel zo nodig moest maar omdat de gelegen heid zich voordeed. Dat ligt tegen woordig wel anders.’ Terugblikkend constateert hij ook dat de ploegen feitelijk te groot waren. Dat was door de bonden afgedwongen maar had achteraf bekeken best minder gemogen. Er waren er ook genoeg die zich in de nachtdienst al voorbe reiden op het werk dat ze overdag zouden gaan doen, zoals bijklussen als taxichauffeur, kabeltrekker of nog anders. Zijn inzet voor de bond blijft jarenlang bescheiden. Het kaderlid dat hem lid had gemaakt, had hem geadviseerd voorlopig even de kat uit de boom te kijken. ‘Zorg eerst dat je goed promotie hebt gemaakt, want later kan je dat als actief vakbondskader wel vergeten.’ Het wordt Bart later vanuit de leiding ook wel verteld dat ‘als ze dat hadden geweten…’ Hij moet er nog hard om lachen. Ondernemingsraad Als hij secretaris wordt van de bedrijfsledengroep is het gedaan met het anonieme optreden. Dat
Bart Maintz x 63
Rotterdam II 3e proef.indd 63
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
is rond de tijd dat de nieuwe Wet op de Ondernemingsraden in 1979 van kracht wordt. Korte tijd later wordt hij voorzitter van de 15 leden tellende Ondernemingsraad. Met de bestuurder wordt in het Engels vergaderd. Na de overname door Norsk Hydro zou dat niet anders worden al spraken de Noren wel sneller zelf Nederlands. Bart Maintz zegt nooit veel last te hebben gehad van de fusie tussen NVV en NKV. ‘Wij hadden altijd de meerderheid en als er gestaakt moest worden, deed het hoger personeel toch nooit mee. Er was overigens sprake van goed overleg
met de andere bonden. Officieel was ik niet vrijgesteld voor het OR-werk maar als het er om ging kon ik gewoon mijn gang gaan. Bij stakingen schortte de OR gewoon zijn werk op en ik stond als vakbondslid aan de poort. Daarbij moest ik overigens wel op mijn tellen passen want de directie dreigde dan mijn ontslag aan te vragen. We zochten de grens op. Eén keer moesten we naar Amsterdam, naar de Ondernemingskamer. We zijn toen bij een staking in het ongelijk gesteld, maar kwamen weg met een symbolische boete van één gulden die denk ik nooit betaald is.’ Hij heeft
64 x Bart Maintz
Rotterdam II 3e proef.indd 64
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
namens de bond zes jaar zitting gehad in het bestuur van de Kamer van Koophandel Rotterdam. Een mooie post, oordeelt hij achteraf. Cliëntenraad Zijn strijdbaarheid heeft hem de laatste jaren een plek opgeleverd in de cliëntenraad van de UWV Rotterdam-Rijnmond. Hij is er voor zitter. Tot zijn eigen plezier, dat zeker. Over de vakbeweging is hij minder te spreken. ‘Er verandert helemaal niks. Ik denk daar heel zwart-wit over. De poppetjes zijn belangrijker dan wat de bond zelf echt wil.’ Bart Maintz is de man van de korte klap, een stevig stemgeluid en dito verklaringen. Robuust, kort van stuk maar niet over het hoofd te zien. Van politiek heeft hij geen hoge pet op. Hij noemt zich te recht door zee om politiek actief te willen zijn. ‘Ik kan niet tegen liegen,’ zegt hij daar over. Hij heeft een broertje dood aan politiek spel binnen de bond. Dat ligt hem niet, dat moet hij niet. Aan wethouders die dan dit, dan dat vertellen kan hij zich wild ergeren. ‘Als ik iets niet weet hoor je me niet. Maar als ik ergens verstand van heb krijgen ze mijn klep niet dicht.’
Bart en Ingrid wonen al 32 jaar in wat in Vlaardingen de Scheveningse buurt heet. Ooit lieten Scheve ningse reders er voor hun personeel woningen bouwen. Dat deden in die tijd wel meer werkgevers. De bedrijfswoningen zijn in de loop der jaren door de ondernemingen verkocht. Het echtpaar Maintz heeft er een ‘kapiteinswoning’ aan over gehouden. Een rijtje naar achteren staan de bemanningshuisjes. Huug Klooster (2012)
Bart Maintz x 65
Rotterdam II 3e proef.indd 65
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Aad Manse ‘Je kunt altijd wel iets voor iemand doen’
Aad Manse (Rotterdam-Spangen, 1939) zet zich tijdens zijn beroepsleven naast zijn werk bij het GAK vooral in voor de Unie BLHP. Hij maakt bij GAK en bond letterlijk alles mee en gaat geen uitdaging uit de weg. En als de politiek weer eens met nieuwe wetgeving komt dan beweegt hij met zijn werk en met zijn bond weer mee. Hij is getrouwd met Truus van Bochove.
Het werkzame leven van Aad wordt vanaf het begin gekenmerkt door betrokkenheid en dienstbaarheid. Aad is zijn gehele arbeidzame leven in dienst geweest bij het GAK (Gemeenschappelijk Administratie kantoor), laatstelijk UWV geheten. Hij begint op 2 september 1955. Zijn functie, hoe kan het ook anders, is ‘administratief medewerker’. Na meer dan 48 jaar werken is hij op zijn 65e per 1 maart 2004 met pensioen gegaan. Lidmaatschap Als iemand halverwege de vorige eeuw gaat werken hoort daar vaak
het lidmaatschap van een vakbond bij. Dat geldt ook voor Aad Manse. Hij sluit zich in 1956 aan bij de HKW, de bond voor handels-, kantoor- en winkelbedienden. Zoals bijna alle Katholieke organisaties uiteraard voorzien van de naam van een heilige, in dit geval Sint Franciscus van Assisië. Fusies tussen bonden zijn juist dan al schering en inslag. Een deel van de HKW wordt BVA (Banken, verzekeringen en admi nistratief personeel) en stapt in 1975 als BVA uit het NKV. De bond fuseert in 1979 met de Unie BLHP (Beambten, Leidinggevend en Hoger Personeel).
66 x Aad Manse
Rotterdam II 3e proef.indd 66
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Omdat zijn lijfspreuk is dat er altijd wel iets is waarvoor je je kunt inzetten – zijn het geen mensen, dan zijn er wel doelen – wordt hij in 1965 kaderlid voor de BVA. Na een tijdje wennen en ervaring opdoen, wordt dat in 1967 gevolgd door het lidmaatschap van de Ondernemings raad (OR). Naast alle ontwikkelingen binnen het GAK doet Aad ook aan eigen ontwikkeling en zelfont plooiing. In 1973 wordt hij overge plaatst naar de afdeling Bezwaar en Beroep. Daar is hij 31 jaar gebleven, tot aan zijn pensioen. Aanpassingen Binnen de (toen nog) zeer grote GAK-organisatie wordt Aad voor zitter van de fractie van De Unie in de OR. Aansluitend wordt hij ook lid van de Centrale Ondernemingsraad (COR). In dit medezeggenschaps orgaan wordt hij bijna doorlopend geconfronteerd met reorganisaties, herstructureringen, fusies etc. Na elke verkiezing voor de Tweede Kamer komen er nieuwe ideeën over het functioneren van de uitkeringsin stanties. Omdat ook sociale partners daarin een rol vervullen, is het nogal eens koorddansen. Ook de regelge ving met betrekking tot uitkeringen wordt zeer frequent aangepast of
helemaal veranderd. De uitvoerende instanties, zoals het GAK, passen zich weer aan en Aad kon weer aan de slag met de nieuwe wetgeving. Het werk verandert maar ook buiten het GAK ontstaat een nieuwe wereld, zeker in de Unie-wereld. Aad wordt gekozen in het Kringbestuur van het gebied Waterweg-Noord (zo ongeveer Schiedam, Vlaardingen en Maassluis). In 1988 wordt hij daar voorzitter. Omdat zoals op vele plaatsen de vrijwilligers schaarser worden, ontstaan er vacatures. Binnen de Unie is het gevolg dat Kringen (zo noemde de Unie haar afdelingen) fuseren. Eerst Delft, later Rotterdam en nog later is zowat heel Zuid-Holland Zuid (onder de lijn Gouda/Den Haag) een groot samen werkingsverband, nog steeds onder leiding van Aad als voorzitter. Landelijk actief Al deze activiteiten zijn regionaal. Aad wordt ook steeds vaker bij andere zaken betrokken. Zo wordt hij eerst lid van het Regionaal Dage lijks Bestuur. Uit dat gremium wordt hij gekozen in de Bestuursraad, het hoogste orgaan (feitelijk het parle ment) van de Unie. Binnen de Unie is er een sectie
Aad Manse x 67
Rotterdam II 3e proef.indd 67
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Anders Actieven (gepensioneerden, vutters, wao-ers, ww-ers). Geen verrassing dat Aad toetreedt tot de Regionale Commissie Anders Actieven en daaruit weer wordt gekozen in het Landelijk Bestuur Anders Actieven. Pensioen, werk gaat door Eenmaal met pensioen wordt Aad geconfronteerd met de WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning). Het trekt zijn aandacht, verdiept zich er in, volgt een passende opleiding en wordt Unie WMO-consulent. Als leden hulp en/of ondersteuning nodig hebben kunnen ze bij hem terecht. En natuurlijk komen er al die jaren meer functies op zijn pad. Zo is hij jarenlang consulent bij het voorzie ningenfonds van zijn voormalige werkgever en actief in de perso neelsvereniging. Ook is hij ruim 20 jaar, tot juli 2009, examenleider voor de Stichting Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens. Nu is hij nog actief als lid van de cliëntenraad van het Vlietlandziekenhuis. In de sporadische vrije tijd die er nog over was, tenniste hij. Nu wandelt en fietst hij nog regelmatig. De bestuur ders van de Unie zijn altijd erg blij geweest met Aad. Door zijn giganti sche kennis van alles wat met uitke
ringen van doen heeft, wordt er nogal eens een beroep op hem gedaan om iets te beoordelen en advies te geven. Aad is docent geweest voor het onderdeel Sociale Verzekeringen bij de Unie-cursus voor kaderleden Daarnaast is Aad heel erg behulp zaam geweest bij diverse bondsac ties. Hij ondersteunt Unie-bestuurder Bram Speijer bij de grote staking bij Wilton-Fijenoord. Het Malieveld, het Museumplein en de Coolsingel zijn voor hem bekend terrein. Als er naast al dit werk nog tijd over was, dan besteedde hij die aan zijn hobby’s: klussen, fotografie en vooral de caravan in Burgh-Haamstede. Hoewel Aad altijd rustig, welover wogen, diplomatiek, humoristisch, sociaal voelend en dienstbaar in het leven stond, is dat nooit ten koste gegaan van zijn besluitvaardigheid. Je kunt goed luisteren, veel praten, zorgvuldig afwegen, maar je moet op enig moment een besluit nemen. Hans Hoogesteger (2010)
68 x Aad Manse
Rotterdam II 3e proef.indd 68
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Cor van der Meer Trouw aan de Rotterdamse haven! Midden in het Rotterdamse havengebied en omringd door kranen en schepen wordt Cornelis (Cor) van der Meer in 1934 geboren aan de Sluisjesdijk (Waalhaven). Al jong is hij varensgast en het water blijft hem trekken. Werk aan de wal is goed, maar in de haven is beter. In 1956 trouwt hij met Maria van der Elburg (1935). Ze krijgen twee kinderen, dochter Elly en zoon Rob. In 2010 is zijn vrouw Maria helaas overleden.
Met alleen een moeder groeit Cor van der Meer op in een hecht gezin met vijf kinderen. Een gezin dat het financieel erg moeilijk heeft. Hij doorloopt gedurende de Tweede Wereldoorlog alle klassen van de lagere school en gaat in 1947 naar de Lagere Technische School (LTS) voor de opleiding tot machinebank werker. Geldtekort thuis zorgt ervoor dat hij de opleiding niet kan afmaken. Hij moet gaan werken, het geld is te hard nodig. Wilde vaart Zijn werkzame leven begint Cor in 1948 aan boord van een motorsleep bootje als hulpje van de kapitein. In en buiten de Rotterdamse haven worden zeeschepen versleept. Het is een druk leven met weinig vrije tijd.
Een jaar later doet hij verschillende klusjes aan de wal maar het ‘water’ blijft trekken. De zee, het avontuur en de vreemde landen lokken, daarom monstert hij in 1950 als koksjongen aan op de ‘Stad Maassluis’ van de Halcyon Lijn. Er wordt erts vervoerd van Noorwegen naar Rotterdam maar ook een trip van drie en een halve maand hoort er bij, in de zoge noemde ‘wilde vaart’. Omdat hij ook kennis wil maken met Amerika gaat Cor in 1950 naar de matrozenschool van de Holland Amerika Lijn (HAL). Na een oplei ding van een paar maanden tot lichtmatroos monstert hij als ‘ketel binkie’ aan op het passagiersschip ‘Veendam’ voor een cruisereis. Na de ‘Veendam’ vaart hij op verschil lende vrachtschepen van de HAL.
Cor van der Meer x 69
Rotterdam II 3e proef.indd 69
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Hij klimt op van ketelbinkie via licht matroos tot vol matroos en hij behaalt het certificaat voor sloe pengast. Zijn langste reis is die met het ‘m.s. Soestdijk’ (Java-New York Lijn). Die brengt hem 19 maanden van huis. Mede met het oog op zijn gezin beëindigt Cor in 1957 zijn zeemansloopbaan. Aan de wal Na nog bij een scheepstuigerij in Rotterdam te hebben gewerkt, moet Cor in militaire dienst. Na zijn afzwaaien gaat hij weer de ‘haven’ in en treedt als talleyman en lading controleur in dienst bij Scheeps controlebedrijf De Beukelaar. De daarvoor benodigde certificaten behaalt hij op de Havenvakschool. In 1970 en 1971 werkt hij aan de wal, maar omdat hij de haven niet kan missen treedt hij in 1972 in dienst bij H. Visser en Timmers Controle bedrijf als toezichthouder. Van 1984 tot 1990 werkt hij bij J.M.R. v.d. Meer BV Havenservice als inspec teur en supercargo. In die functie inspecteert hij ladingen, werkt met stuwplannen van zeeschepen en is hij betrokken bij het beladen van zeeschepen in binnen- en buiten land.
De vakbond In de tijd dat Cor van der Meer bij De Beukelaar aan het werk is in een loods, wordt het bedrijf bezocht door twee functionarissen van de Vervoersbond NVV. Die raken in gesprek met Cor en kunnen hem gelijk na dit gesprek inschrijven als lid. Hij wordt geen ‘papieren’ lid maar ontwikkelt zich al spoedig tot een actief kaderlid. Hij komt onder andere op voor de belangen van de zogenoemde ‘controlesector’ binnen de bedrijfsgroep Havens van de Vervoersbond NVV. Naast de collec tieve belangenbehartiging besteedt Cor veel aandacht aan de individuele belangen van zijn collega’s. Namens de sector treedt hij toe tot het Centraal Bestuur (CB) van de bedrijfsgroep Havens en tot de Bondsraad, het hoogste orgaan binnen de bond. Ook vertegenwoor digt hij de sector buiten de bond onder andere bij de structuurcom missie NEHEM. Cor heeft het binnen de bond niet altijd even makkelijk gehad. Zijn laatste werkgever zien sommigen als koppelbaas wat niet past binnen het beleid van de bond. Omdat Cor veel in het buitenland is en de werkzaamheden zich uitbreiden en het steeds drukker
70 x Cor van der Meer
Rotterdam II 3e proef.indd 70
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
C.A.S.C.O. : hulp voor buitenlandse zeelieden C.A.S.C.O. is een onafhankelijke welzijnsorganisatie in stand gehouden door vrijwilligers. Ze zetten zich in voor buitenlandse zeelieden die tijdelijk of langdurig met hun schip in de Rotter damse haven liggen. De vrijwilligers van C.A.S.C.O. bezoeken de zeelieden – van alle nationaliteiten en geloofs opvattingen – aan boord van hun schepen. Zij horen de problemen van de zeelieden aan en geven advies op allerlei terreinen. Ook de zogenoemde kettingschepen die in het hele havengebied liggen worden regelmatig bezocht. Het beslag leggen op een zeeschip wegens schulden wordt ‘aan de ketting leggen’ genoemd. Het
wordt is de combinatie werkvakbond niet meer vol te houden. Daarom bouwt hij vanaf 1986 zijn werk voor de bond enigszins af. In 1990 gaat hij op 56 jarige leeftijd met vervroegd pensioen. Verenigingswerk Cor is gedurende vele jaren hartstoch telijk ‘duivenmelker’. Hij is actief in
schip mag de haven niet verlaten en de bemanning wordt door de betreffende rederij vaak volledig in de steek gelaten, dus geen gage, geen voeding, geen drink water enzovoorts! C.A.S.C.O. zorgt dan voor voedsel pakketten en schakelt voor achterstallige gage, vervoer naar huis enzovoorts de Internationale Transportarbeiders Federatie (I.T.F.) in. De Stichting is volledig afhankelijk van donoren en vrijwillige bijdragen van sympathisanten. Met kerstmis orga niseert C.A.S.C.O. in het enige echte zeemanshuis dat Rotterdam nog rijk is, de Flying Angel in Schiedam, een fantastisch kerstfeest met attenties voor alle bezoekers. Ook worden er voor de zeelieden karaoke-avonden gehouden.
de postduivenvereniging Feijenoord; hij wordt er voorzitter. Ook wordt hij voorzitter van een ‘voetbalclubje’ in Rotterdam Zuid. De politiek heeft zijn belangstelling maar lid van de Partij van de Arbeid is hij niet meer. In 2005 komt Cor tijdens de Wereld havendagen in Rotterdam Nico Sannes tegen. Zij raken in gesprek. Sinds die tijd is Cor actief in de
Cor van der Meer x 71
Rotterdam II 3e proef.indd 71
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Stichting C.A.S.C.O.. Later wordt hij penningmeester. Cor coördineert het scheepsbezoek, bezoekt zelf ook schepen – in het bijzonder de ketting schepen – en regelt het bezoek aan
buitenlandse zeelieden die in een ziekenhuis zijn opgenomen. Koos Schoonens (2012)
72 x Cor van der Meer
Rotterdam II 3e proef.indd 72
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Kees van Nimwegen Bedrijfsbezetting kan, actie moet!
Cornelis (Kees) van Nimwegen (RotterdamOverschie, 1945) schrijft actie met hoofd letters. Hij is er gauw toe bereid en slaagt er in om veel voor elkaar te krijgen zelfs als hij zijn eigen kaderleden moet overtuigen. Het stukgoed maakt plaats voor containerisatie en dat heeft de Rotterdamse haven geweten. In 1968 huwt hij met Marianne Wijnanda ( Ank) de Hoog. Zij hebben één dochter: Brenda.
Kees groeit op in Rotterdam-Over schie. Na de lagere school gaat hij naar de ambachtsschool om een opleiding voor timmerman te volgen. Hij wil meer en volgt van 1973 tot 1978 met succes een schriftelijke cursus HAVO 4. Zijn eerste echte baan is die van vrachtwagen chauffeur. Na een aantal jaren bij ECT te hebben gewerkt, als chauffeur/kraanmachi nist, komt hij in november 1981 in dienst bij de Vervoersfederatie NVV/ NKV. Hij wordt bestuurder voor de havens sector stukgoed Rotterdam. Zijn vakbondsloopbaan was al ruim daarvoor begonnen, namelijk in 1972 als hij lid wordt van de Federatieve
Haven Vakvereniging (FHV), een categorale vakbond. Een jaar later maakt hij de overstap naar het NVV waar hij kaderlid wordt van de sector Havens. Containerisatie Kees krijgt bij zijn aantreden als bestuurder volop te maken met de containerisatie die hard toeslaat in de traditionele stukgoedsector. Massaontslagen dreigen. Om dat te voorkomen organiseert de bond aller hande acties onder de leuze: ‘Geen man gedwongen de havenpoort uit!’. De bond haalt de meest onmogelijke capriolen uit om dit doel te bereiken. Stakingen zijn aan de orde van de
Kees van Nimwegen x 73
Rotterdam II 3e proef.indd 73
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
dag. In deze hectische situatie weet Kees zich overeind te houden. In het gevecht met de werkgevers organisatie SVZ sluit de bond tal van akkoorden die, terwijl de inkt nog nat is, alweer in de prullenbak verdwijnen. Voor het behoud van de werkgelegenheid in de haven schuwen de actievoerders niet om de politiek in te schakelen. Minis ters, burgemeesters en wethouders worden de gesprekspartners van Kees en zijn medebestuurders. Maar niet alleen met acties probeert Kees ontslagen te voorkomen, zo schrijft hij de beleidsnota SHB lande lijk bekeken waarin hij mogelijke oplossingen aanbiedt om de werkge legenheid voor SHB te behouden. Kritische kaderleden Verrassend is dat hij de taaiste gevechten soms moet voeren met kaderleden die loyaal zijn aan hun eigen bedrijf. Hij heeft ze nodig om acties binnen hún bedrijf van de grond te krijgen. Het lukt hem uitein delijk ook die kaderleden te over tuigen maar het gaat niet zonder slag of stoot. Kees schuwt geen actie en is sterk bij bedrijfsbezettingen. Zo gaat hij de strijd aan met beheersmaatschappij
VOMIJ die, hoewel gevestigd in de Parklaan in Rotterdam, als postbus adres Curaçao heeft. VOMIJ splitst het havenbedrijf Rotterdam Terminal Felshaven op in tal van bv’tjes , die op hun beurt worden leeggezogen. Dat gaat ten koste van de werkgele genheid. De United States Line in surseance krijgt ook met de strijdvaardigheid van Kees te maken. Via een kantoor bezetting bij het havencontrolebedrijf De Beukelaar weet hij een oplossing te vinden voor het personeel dat de dupe dreigt te worden van het faillis sement. Naast direct op de werkvloer gerichte acties is Kees van Nimwegen ook maatschappelijk actief. Zo is hij direct betrokken bij bewustwordingspro jecten die zich richten op Zuid-Afrika, Chili en Rhodesië. Hij neemt samen met Lodewijk de Waal, voorzitter van de FNV, deel aan de boycotactie tegen olietankers uit Nigeria als protest tegen het gevangen zetten van vakbondsbestuurders in dat land. Dit soort boycotacties kan niet altijd rekenen op de ondersteuning van zijn collega’s. Woordvoerder Teamwerk staat bij Kees van
74 x Kees van Nimwegen
Rotterdam II 3e proef.indd 74
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Nimwegen voorop. In 1989 wordt hij districtshoofd Zuid-West van de Vervoersbond FNV. Zo werkt hij nauw samen met zijn collega’s van alle sectoren waaronder Kees Voor meulen, Paul Rösenmuller en Agnes Jongerius en een aantal kaderleden waaronder Cor Verver, Flip Schults en Jan Minnaar. Het vakbondswerk speelt zich niet alleen af op de werk vloer. Kees moet de bond vertegen woordigen in besturen, raden en commissies zoals bij de Regionale Bedrijf Geneeskundige Dienst, de Havenvervoerschool, de Kamer van Koophandel te Rotterdam en ook in de CAO-commissie bij Scheepvaart Vereniging Zuid. Ook de politiek heeft zijn belangstel ling. Zo is hij tussen 1970 en 1980 een aantal jaren actief voor de Partij van de Arbeid, afdeling Rotterdam. Hij werkt er nauw samen met Piet Vellekoop. Sociaal bewogen en strijdlustig, maar ook bereid tot bemiddeling. En volhardend, een eigenschap die hem op sportief gebied goed van pas komt bij het lopen van de marathon.
bij het historisch scheepvaartproject ‘De Delft’ in Rotterdam. In 2005 verhuist Kees van Nimwegen naar Nietap in Drenthe waar hij het al gauw aan de stok krijgt met de burgemeester van Noorder veld. Het gemeentebestuur wil het mooie Noord-Drentse gebied inruilen voor industrieterrein. Ondanks al die strijd heeft hij genoeg adem over om zingend door het leven te gaan bij het plaatselijk shantykoor de ‘Zulthe singers’. Nico Sannes (2010)
‘De Delft’ In 2002 gaat hij met VUT en verlaat de vakbond. Hij maakt zich nuttig in het vrijwilligerswerk onder andere
Kees van Nimwegen x 75
Rotterdam II 3e proef.indd 75
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Gerard Nugteren Contributie, het cement van de vakbeweging
Gerard Nugteren (Rotterdam West, 1928) heeft een gevarieerd beroepsleven achter de rug: bakker, militair in Indië, conducteur en bondsbestuurder. In vroeger jaren haalt hij bij de leden thuis de contributie op totdat het loonzakje verdwijnt en de bonden op een andere manier hun contributie incasseren. Hij is getrouwd met Jannie van Santen. Samen krijgen ze twee zoons en vier kleinkinderen.
Gerard groeit met drie oudere broers en één jongere broer op in een hechte familie die beslist niet welgesteld is. Zijn vader is in de crises werkloos geworden. Pas in de tweede wereldoorlog komt zijn vader aan werk: puin ruimen in gebom bardeerd Rotterdam. Zelf doorloopt
hij de lagere school inclusief het zevende en achtste leerjaar. Op 14-jarige leeftijd, in 1942, krijgt hij werk in een banketbakkerij. Het bakkersbestaan duurt tot 1948 als hij voor militaire dienst uitgezonden wordt naar Indië. Hij herinnert zich het troepentransportschip Johan
76 x Gerard Nugteren
Rotterdam II 3e proef.indd 76
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
van Oldenbarnevelt. Op verschil lende buitenposten op West Java werkt hij als kok. Een Amerikaans troepentransportschip brengt hem aan het eind van zijn diensttijd terug naar Nederland. Hij pakt zijn beroep van bakker/banketbakker weer op en werkt in verschillende bakkerijen. In 1953 solliciteert hij bij de Neder landse Spoorwegen (NS). Hij wil conducteur worden. Dat lukt en hij volgt de passende bedrijfsopleiding. In april 1954 wordt hij aangesteld als conducteur op het spoorwegempla cement in Rotterdam Zuid. Het werk brengt hem door het hele land. De vakbeweging Gesprekken thuis over de vakbewe ging en het gegeven dat twee van zijn broers al aangesloten zijn bij een NVV-bond zorgen er voor dat hij zich in 1950 aanmeldt bij de Bakkers bond. Als hij in dienst komt van de NS wordt hij lid van de Nederlandse Vereniging (NV), later de Nederlandse Bond van Vervoerspersoneel en weer later de Vervoersbond NVV. Hij is dan lid van de bedrijfsgroep Spoor wegen en is binnen die bedrijfsgroep zelf actief. Hij is contactman, brengt huisbezoeken, werft leden en komt regelmatig bij de bestuurder van de bedrijfsgroep Spoorwegen op het
kantoor van de bond aan de West zeedijk. Tijdens zo’n bezoek krijgt hij de vraag of hij er iets voor voelt om bode (contributie-incasseerder) te worden bij de bond. Een solli citatiegesprek volgt en hij wordt aangenomen. Dat betekent dat hij overstapt van de Vervoersbond NVV naar Mercurius, voor welke bond hij ook weer actief is. Ook nu weer ledenwerving en huisbezoek. Bode Gerard begin zijn bode activiteiten in 1957. Samen met nog twee collega’s wordt in Rotterdam en omgeving wekelijks de contributie bij de leden opgehaald. Rotterdam is verdeeld in wijken. De grootste wijk waarmee Gerard te maken heeft, telt onge veer 1.300 leden. Dat ophalen van contributie gebeurt op de fiets of op de brommer. De contributiezegeltjes die bij betaling aan de leden worden verstrekt, moeten door de leden op de contributiekaart van het betref fende kalenderjaar worden geplakt. Iedere maandagavond wordt de geïnde contributie op het kantoor aan de Westzeedijk afgedragen en moeten de verkochte zegels worden verantwoord. Een administratief secuur werk. ‘De contributie is het cement van de
Gerard Nugteren x 77
Rotterdam II 3e proef.indd 77
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
vakbeweging!’, zegt hij overtuigd. Als vanzelf ontstaat in de loop der tijd een goede band met de leden waar hij wekelijks, als het even kan op vaste tijdstippen, aan de deur komt, waarbij hij zo nodig advies geeft. In de loop der jaren wordt van week loon naar maandloon overgegaan en dus ook van week- naar maandcontri butie. De contributie inning verandert ook. Er komt meer inhouding van de contributie door de werkgever (bedrijfsinhouding) en giro en bank winnen terrein. Gerard maakt als bode de volledige afschaffing van de contributie inning aan huis niet meer mee, want in 1964 wordt hij bestuurder bij de bedrijfsgroep Binnenvaart, ook in Rotterdam. Binnenscheepvaart Deze bedrijfsgroep is klein maar bewerkelijk. Er zijn bindende loon regelingen voor de diverse takken en ook is er een dertigtal verschil lende bedrijfseigen collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO’s). Zo zijn er regelingen voor de Rijn vaart (sleepboten, sleepschepen en motorvrachtschepen), de tankvaart, de duwvaart, de binnenlandse sleep dienst, de berging, de veerdiensten en de rondvaart.
Elk jaar of om de twee jaar moeten al die regelingen en CAO’s worden aangepast. Dat gaat gepaard met ledenraadplegingen en veel overleg met óf de werkgeversorganisatie – het Centraal Bureau voor de Rijnen Binnenvaart (CBR) –, óf met de afzonderlijke werkgevers. Ook voert hij overleg over de sociale gevolgen van modernisering van de vloot, vermindering van de omvang van verschillende vloten en reorgani saties. Dat daarbij ook de minimum vereiste bemanning aan boord – ‘bemanningsregeling’ – dikwijls ter sprake komt spreekt voor zich. Tijdens zijn bestuurdersschap volgt Gerard de vierjarige kaderschool van het NVV in Amersfoort. Acties In beginsel is het uitgangspunt om via onderhandelingen met de werkgever of diens vertegenwoor diger tot aanvaardbare resultaten te komen. Korte stakingen worden niet geschuwd en als het echt nodig is blijven de schepen voor de wal. Dit tot grote verbazing van de betrokken afzonderlijke werkgevers en werk geversorganisaties. Zij spreken hun verbazing er over uit dat hun werkne mers bereid zijn te staken. Gerard verleent daarnaast vaak assi
78 x Gerard Nugteren
Rotterdam II 3e proef.indd 78
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
stentie bij stakingen in de andere bedrijfsgroepen, bijvoorbeeld bij de groepen Haven en Wegvervoer. Ondanks het feit dat het aantal beschikbare bestuurders ten behoeve van de bedrijfsgroep Binnenscheepvaart in Rotterdam in de loop der jaren teruggebracht werd tot één, moet toch de collectieve- en de individuele belangenbehartiging van de leden gewoon doorgaan. Zo ook het werk in de verschillende overlegorganen en besturen. Gerard is namens de bedrijfsgroep Binnenscheepvaart onder meer betrokken bij het Pensioenfonds voor de Rijn- en Binnenvaart, de Bedrijfs vereniging HABIVI, het Koninklijk Onderwijsfonds voor de Scheepvaart (KOF), het internaat voor schippers kinderen in Rotterdam, de sectie Binnenvaart van de Internationale Transportarbeiders Federatie (ITF). in Londen, de afdeling Binnenvaart van de Europese Unie in Brussel, de Centrale Rijnvaart Commissie (CRC) in Straatsburg (bemanningsen sociale regelingen), en de Kamer van Koophandel in Dordrecht, afd. vervoer.
bij de Vervoersbond FNV met de VUT en komt er een einde aan zijn vakbondsactiviteiten. Na zijn pensi onering werkt hij nog jarenlang voor de FNV Belastingservice. Hij is een bescheiden man die zijn vakbonds werkzaamheden voor de leden altijd zeer serieus heeft genomen. Zijn ambitie binnen de bond beperkte zich tot de Bedrijfsgroep Binnen scheepvaart. Gedurende haast 25 jaar is hij lid van de PvdA. Hij bedankt voor die partij wegens aanzienlijk verschil van mening over het te voeren WAObeleid. Zijn vrouw Jannie is altijd erg actief geweest in de plaatselijke afdeling van de Vrouwenbond NVV. Zij heeft ook (mee)gewerkt in de Wereldwinkel. Koos Schoonens (2012)
Met pensioen In 1988 gaat Gerard Nugteren
Gerard Nugteren x 79
Rotterdam II 3e proef.indd 79
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Brigitta Paas Mannen kunnen niet tegen vrouwen met macht
Brigitta Paas (Heerlen, 1955) heeft een knappe staat van dienst binnen de vakbeweging. Voedingsbond, Vervoersbond en tegenwoordig FNV Bondgenoten maakt ze allemaal van binnenuit mee. Dat werk brengt haar ook bij het internationaal overleg. Straatsburg, Brussel, Londen, Génève hebben weinig nieuws meer voor haar. Ooit hoorde ze tot de eerste lichting MAVO-leerlingen. De MULO had toen net afgedaan. Het was een beginnetje voor veel meer diploma’s en certificaten en haar vakbondscarrière.
Vader Paas werkt zelf nog maar kort in de mijnen als generaal Patton met zijn leger langs trekt en hij zich spontaan aansluit. Niet lang daarna scheept hij als militair in naar Nederlands Indië. Een kortstondige emigratie naar Australië, na zijn diensttijd, brengt hem toch weer terug in het Limburgse, dit keer als timmerman. Zijn zes dochters gaan allemaal studeren maar Brigitta valt in dit rumoerige bestaan over de rand. De lagere en middelbare school bij de nonnen zijn goede jaren. Ze
heeft er zeker niet onder geleden en er haar belangstelling voor breien en borduren aan overgehouden, wat tijdens latere rustpauzes in het onderhandelingsprocessen wel voor grote ogen zorgt bij collega’s. Vader Paas is van de oude katholieke stempel. ‘Als je rood droeg was je een hoer, als je alcohol dronk een zatlap en als je rookte een slet,’ zegt Brigitta zelf daar nu over. ‘Hij moest echt helemaal niets hebben van die ‘rooien’. In mijn geval maakte me dat alleen maar nieuwsgierig.’
80 x Brigitta Paas
Rotterdam II 3e proef.indd 80
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Na de MAVO trekt ze met een vriendje mee naar Vlissingen waar deze bij een aluminiumfabriek een baan heeft gekregen. Ze wordt aangenomen als directiesecreta resse bij de Zeeuwsche Nutsspaar bank, volgt de befaamde Schoevers opleiding en maakte een hectische periode mee. ‘Ik was op zoek naar mezelf,’ zegt ze nu. Ze krijgt werk bij de discotheek op het schip ‘Vero nica’, dat in die tijd aan de Loskade in Middelburg ligt. De directeur van de bank, antroposoof, brengt haar in contact met de vrouwenhulpverle ning. Ze gaat studeren en als vanzelf wordt ze actief voor de PvdA-fractie in de gemeenteraad van Borssele. Later ruilt ze die partij in voor de SP. Ze maakt kennis met de Rode Vrouwen, de Vrouwenbond en de FNV Vakcentrale. Haar administra tieve achtergrond maakt dat ze meer dan welkom is bij de belastingservice van de FNV. Ondernemingsraad Ze krijgt het voor haar kiezen als ze jaren later bij een nieuwe werk gever een ondernemingsraad wil oprichten. Het zorgt er bijna voor dat ze in de WAO belandt, waar ze zelf niets voor voelt. Gelukkig biedt een vacature bij de Voedingsbond
FNV haar een uitweg. De bond zoekt nieuwe vakbondsbestuurders en hanteert net als andere bonden een voorkeursbeleid voor vrouwen. In die tijd is misschien 20% van de bestuur ders vrouw, tegenwoordig is dat ongeveer de helft. Vanuit het kantoor in Rotterdam krijgt ze te maken met de CAO’s en het vakbondswerk in de bloembollenwereld en de boomkwe kerijen. Daar weet ze aardig de publi citeit te halen met gerichte acties o.a. bij De Keukenhof ten gunste van een af te sluiten eerste CAO bij de bloem binderijen. Ze komt in contact met onderzoeksjournalist Stella Braam. De lonen voor de mannen lagen bij de bloembinderijen substantieel hoger dan die voor vrouwen. Na een gewonnen klacht bij de Commissie Gelijke Behandeling maakt ze daar een rechtszaak van, een actie die zelfs door The Financial Times wordt opgepikt. De Vakcentrale FNV geeft er een vervolg aan door de situatie op hoog Europees niveau aan te kaarten. Binnenscheepvaart Later volgt de overstap naar de sector vervoer wat in haar geval de binnenscheepvaart betekent. En dus de Vervoersbond in Rotterdam. Veel op dit gebied wordt Europees
Brigitta Paas x 81
Rotterdam II 3e proef.indd 81
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
geregeld. Haar wordt gevraagd bij de Europese Transport Federatie (ETF) te gaan werken. Ze wordt er voorzitter van de Sector Binnenvaart waardoor ze regelmatig in Brussel moet zijn, en nog. Die bemoeienis trekt haar verder de internationale wereld in. Ze wordt vice-voorzitter van de ETF en korte tijd later de eerste vrouw in de executive board (raad van commissarissen) en vice voorzitter van de Internationale Transport Federatie (ITF). Nu maken daar vier vrouwen deel van uit. In 2004 maakt een ongeluk in haar directe omgeving een einde aan haar werk voor de binnenscheepvaart. Ze stapt over naar het personenvervoer. In haar geval het besloten busvervoer (touringcar bedrijven). Rotterdam wordt ingeruild voor het kantoor van FNV Bondgenoten in Deventer. Een zwartboek over de naleving van de CAO bij de touringcar bedrijven zorgt bij de bedrijven voor een schrikre actie op. De houding van de werkge vers was vooral van ‘je mag blij zijn dat je hier mag werken…’ Het wordt tijd dat daar een einde aan komt. Ze is blij met de ondersteuning die ze op dat punt en ook bij andere gelegen heden krijgt van het bondsbestuur. ‘Ik heb best problemen gehad, zeker ook op mijn werk, steeds heb ik ook
ervaren dat ik een hele goede werk gever heb.’ Vrouw op het werk Tijdens haar beroepsleven volgt ze tal van studies. Sociologie, rechten, bestuurskunde. Met vooral certifi caten als beloning. Een kans om aan Harvard een korte cursus vakbonds rechten te volgen, grijpt ze met beide handen aan. Al die jaren maakt ze zich sterk voor de positie van de vrouw op het werk. Bij de binnen scheepvaart kan ze met succes er voor zorgen dat er belangrijke sociale aspecten worden meege nomen in het Rijnverdrag (Acte van Mannheim). Ze kijkt er trots op terug. Ze is nog heel actief in het vrouwen werk van de Verenigde Naties. Niet altijd wordt zij als vrouw even hartelijk verwelkomd. Paas: ‘Mijn grootste juk is dat mannen vaak niet kunnen omgaan met vrouwen met macht. Ik zoek ze niet op, ze zoeken mij op!’ Een akkefietje met een vroegere vakgroepsecretaris zit haar nog niet lekker. Toch ziet ze het als één van haar grootste deugden dat ze gemakkelijk over gevoelens van rancune en wantrouwen weet heen te stappen. Ze kan zegt ze zelf goed relativeren en zal anderen niet gauw
82 x Brigitta Paas
Rotterdam II 3e proef.indd 82
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
iets nadragen. Ze gaat even gemak kelijk weer aan de onderhandelings tafel zitten met mensen die haar eerst op allerlei manieren hebben gedwarsboomd. ‘Ze hebben me wel eens verweten dat ik teveel vakin houdelijke kennis heb, ja dat is dan toch echt hún probleem.’ Haar vier kinderen zijn al weer lang de deur uit. ‘Iedere vakbonds bestuurder heeft een solide thuis basis nodig, dat is een absolute voorwaarde. Gelukkig, zeer gelukkig,
heb ik die ook.’ Het thuisfront moet er zich in het geval van Brigitta Paas wel op instellen. Zo waren en komen er dit jaar nog werkafspraken in Australië, Praag, Toronto en natuurlijk Brussel. Wat doet ze over tien jaar? ‘Mijn man is vier jaar jonger dus dat hangt er dan nog een beetje vanaf maar ik zelf zal dan met pensioen zijn en vooral genieten van het niet meer hoeven. Dat lijkt me heerlijk.’ Huug Klooster (2012)
Brigitta Paas x 83
Rotterdam II 3e proef.indd 83
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Ger Ros Een eigen geluid
Ger Ros (Amersfoort, 1947) is geen man van het midden. Hij wil vooruit. Afwachten laat hij aan anderen over. Duidelijkheid, daar gaat hij voor. Hij is net met pensioen. Hij zat midden in het gewoel en de veranderingen binnen de Vervoersbond FNV en maakte de containerisatie van de Rotterdamse haven mee. Als vakbondsbestuurder en als stakingsleider. Begin deze eeuw stapt hij over naar opleidingscentrum Intechnicum (inmiddels Kenteq) in Woerden. Hij neemt er afscheid als directeur en vertrekt met zijn vrouw Loes (advocaat) naar het zuidwesten van Brabant.
Amersfoort heeft Ger Ros maar kort meegemaakt. Zijn vader wordt chef magazijn bij Van der Meer Meubelen in Rotterdam en dus verhuist het gezin. Na de lagere school houdt de Mulo voor Ger Ros na drie maanden
op. Hij hoeft niet meer terug te komen. Hij vindt voetballen leuker. De Haven- en Vervoerschool (haven vakschool) biedt uitkomst. Hij maakt kennis met de fijnmazigheid van het toenmalige opleidingstraject.
84 x Ger Ros
Rotterdam II 3e proef.indd 84
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Van ongeschoold, via geoefend tot geschoold. Met veel aandacht voor gym, roeien en zwemmen en dan oh ja, nog het schiemanswerk. Hij leert alles wat voor werken ‘de put’ (het ruim) nodig is maar mag het niet toepassen want dat doen anderen. Irritant, maar zo is het wel. Hij is nog even vorktruckchauffeur, maar komt uiteindelijk als 22-jarige tot zijn recht als instructeur van jongeren. Dat doet hij vijf jaar met veel plezier. Er zijn wel korte conflicten. ‘Voor mij stond voorop dat de jongeren ook echt wat moesten leren. Dat betekende dat het productieresultaat niet heilig was. Maar wel voor de kraanmachi nist en anderen die het ‘Klaar? Naar huis!’-systeem liever zagen. Wie snel werkte, kon immers als het werk af was naar huis. Dat kon ook echt in de tijd schelen. Maar voor de jongeren vond ik dat niet het enige doel.’ Hij vertelt over een conflict rond een jongere die zijn veiligheidsschoenen niet meer aan kon. ‘Dus mocht hij van mij niet aan werk. De bedrijfsarts maakte zich daar boos over en vond dat die jongen gewoon aan het werk moest. Niet dus. Geen veiligheids schoenen? Dan niet aan het werk.’ ‘Steeds Voorwaarts!’ Op zijn 18e wordt hij lid van de bond.
Niet van huis uit, maar gewoon via een oudere collega op het werk. Voordat hij het beseft zit hij in de jongerenraad (Vervoersbond NVV). Hij maakt de grote staking van 1970 mee en strijkt sommige oudere kaderleden tegen de haren in als hij hen voorrekent dat de resultaten van wat binnen gehaald wordt best goed uitpakken ten opzichte van de voorstellen. Het leidt niet lang daarna tot een plek in het districtsbestuur. In 1974 maakt een andere bestuurder hem attent op een advertentie in Steeds Voorwaarts! Daarin wordt een opleiding voor vijf bestuurders aangeboden met Koos Schoonens als mentor. De Vervoersfederatie NVV /NKV is dan al in aantocht. Hij bespreekt het uitgebreid met zijn vrouw omdat ze zich beiden reali seren dat er heel veel uren gemaakt zullen worden. Na een opleiding van tien maanden heeft hij zijn nieuwe baan te pakken. Nico Sannes wordt zijn baas. ‘Een hele goede baas’, zegt hij tevreden terugblikkend. Vervoersbond Zijn loopbaan brengt hem in 1981 tot het bondsbestuur van de Vervoers bond FNV, eerst met arbeidsvoor waarden en havens daarna voor de helft van de tijd penningmeester en
Ger Ros x 85
Rotterdam II 3e proef.indd 85
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
voor de andere helft de CAO voor het beroepsgoederenvervoer. Hij maakt in het bestuur goede jaren mee met o.a. Ruud Vreeman, Wouter Waleson, José Smeets en Dick ter Wisschga. Een poging om over te stappen naar het federatiebestuur van de FNV lijdt schipbreuk. Jacob Draijer krijgt de voorkeur. Ger Ros heeft er geen spijt van. Later reali seert hij zich dat hij door de Vervoers bond gekandideerd wordt omdat een collega-bestuurder van hem af wil en daarnaast dat het bestuur van de federatie heel anders werkt dan een bondsbestuur. Bé van de Weg maakt hem attent op een vrijkomende plek bij Intechnicum, kenniscentrum in
Woerden. Een opleidingscentrum voor technisch vakmanschap. Hij heeft het er als directeur sinds 2001 ontzettend naar zijn zin. De eind verantwoordelijkheid bevalt hem opperbest. Hij kan zo maar besluiten nemen. ‘Dat was heel iets anders dan op-zijn-vakbonds alles net zo lang prakken, tot ’t door iedereen geslikt wordt.’ De besluitvorming bij Intech nicum houdt overigens wel in dat de organisatie een positief resultaat moet boeken. Gespreid staken Uit zijn vakbondstijd dateren drie meter boekenplank met allerlei sociale en vakbondsliteratuur. Op zijn
86 x Ger Ros
Rotterdam II 3e proef.indd 86
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
bureau enkele befaamde vakbonds beeldjes, waaronder ‘Eendracht’ van het NVV. Aan de wand etsen van de Rotterdamse haven. Hij is er trots op dat de laatste wilde staking van 1979 dateert. Wat daarna aan acties in de Rotterdamse haven tot stand komt gebeurt onder leiding van de bonden. Hij is sterk voorstander van het gespreid staken. Niet alles in één keer plat, maar de ene dag hier, de andere dag daar. Dat is door de mensen langer vol te houden en financieel gezien ook voor de bond. ‘Geen man gedwongen de haven poort uit!’ is een leuze die tijdens de grote containerisatie van de Rotter damse haven wordt gelanceerd en gerealiseerd. Kort geding De grote havenstaking van 1982 brengt een kort geding mee, dat door de bond wordt gewonnen. Dat is ook de tijd van advocaat mr. J. Steenbergen en van de jonge Paul Rosen möller. ‘Die heb ik nog aangenomen,‘ zegt Ger Ros, ‘een heel betrouwbaar iemand. Je kon van hem op aan als je afspraken maakte.’ Afspraken zijn heilig voor hem. Hij noemt zichzelf iemand die als hij A zegt, A maar ook B doet. Verantwoordelijkheid heeft hij nooit geschuwd. Dat vertaalt zich
zelfs in zijn politieke voorkeur. ‘Ik ga voor de macht,’ zegt hij bondig. ‘Ik kan wel GroenLinks stemmen, maar wat heb je daar aan als je geen (rege rings)verantwoordelijkheid krijgt? Dus stem ik al jaren PvdA.’ Dubbele agenda’s Hij staat nog steeds kritisch tegen over het functioneren van veel vakbondsbestuurders. In zijn tijd – vanaf 1981 – zaten er te veel colle ga’s in met een dubbele agenda. ‘In de bonds(hoofd)besturen had je altijd gezeik. Ik geloof wel in het collec tief, maar die mensen werden echt volstrekt onvoldoende gescreend. Dat wreekt zich dan bij de besluitvor ming. Dat schiet niet op. Zoals kader leden die door bezoldigd bestuurders voor de buik werden gebonden om besluiten tegen te houden.’ Ook om die reden heeft hij veel plezier gehad van zijn laatste tien werkjaren. Alleen de dienst uitmaken, maar dan op een verantwoorde en ook collegiale manier. En nu lekker naar Bergen op Zoom of ergens in die buurt. Ze hebben genoeg van het groene vlakke polderland. Het mag wat gevarieerder. Huug Klooster (2012)
Ger Ros x 87
Rotterdam II 3e proef.indd 87
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Ed Sarton De INTERNATIONALE op de ‘Rotterdam’
Eduard (Ed) Sarton (Voorburg, 1947– 2013) groeit op in een oecumenisch liberaal gezin met een grote maatschappelijke- en sociale belangstelling. Zijn vader is Rijksambtenaar bij de Marine en lid van de vakbeweging. Zijn ouders laten hem vrij in het nemen van zijn beslissingen. Ed is getrouwd met Mieke van Dam (31 januari 1948). Samen hebben zij twee zoons, Dimitri (1973) en Gregor (1974). Hij is vervangend voorzitter van de VHV-werkgroep Rotterdam maar komt tot ieders schrik en verdriet kort na verhuizing van het gezin naar Ermelo in 2013 te overlijden.
Na de lagere school en de MULO – waar hij zijn vrouw leert kennen – gaat Ed naar de Hogere Zeevaart school in Scheveningen voor de opleiding tot stuurman ter koop vaardij. Hij heeft veel belangstelling voor de zeevaart, wil de wereld zien én mensen en culturen ontmoeten. Na het behalen van zijn eerste diploma vaart hij in 1966 als leerling stuurman bij de Koninklijke Neder landsche Stoombootmaatschappij (KNSM) in Amsterdam. Er volgen de jaren daarna verschillende schepen van de KNSM in de Middellandse zee
en in de Cariben. Tijdens zijn verlof aan de wal haalt hij zijn diploma’s (rangen) tot en met eerste stuurman, het radardiploma en de bevoegdheid om als kapitein te varen. Ook vaart hij als ‘super cargo’ dat wil zeggen dat hij zelfstandig op schepen meevaart en verantwoordelijk is voor de lading en de stuwage. Al doende ontmoet Ed veel mensen – ook passagiers – werkt met van alles en iedereen samen en bezoekt veel vreemde landen. In 1967 wordt hij lid van de Centrale van Kapiteins en Officieren ter
88 x Ed Sarton
Rotterdam II 3e proef.indd 88
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Koopvaardij (CKO), de vakbond voor de zeevaart met een hoge organisatiegraad, aangesloten bij het NVV. De bond fuseert met de categorale VNKO en vormt vervol gens samen met de Algemene Vereniging van Zeevarenden de Federatie van Werknemersorgani saties in de Zeevaart (FWZ) die zich bij de vakcentrale aansluit. Ed wordt al spoedig kernlid (contactlid of vertrouwensman) van de bond aan boord. Als kernlid beschikt hij over een map met informatie van de FWZ en ontvangt hij extra mededelingen over bijvoorbeeld de CAO-onderhan delingen. Informatie ook bedoeld voor zijn collega’s aan boord. Hij wijst ze op de juridische mogelijk heden, maakt propaganda… kortom, hij vertegenwoordigt de bond aan boord! Tijdens zijn verlof bezoekt hij het kantoor van de FWZ aan de Heemraadsingel in Rotterdam en bespreekt met de walcollega’s de stand van zaken op de verschillende werkterreinen van de bond. Op deze manier leert hij de collega’s aan de wal ook goed kennen. In 1975 ontstaat er een vacature bij de FWZ. Ed solliciteert en in februari 1976 wordt hij aangesteld als bestuursas sistent bij de FWZ met als stand plaats Rotterdam.
Het werk van bestuursassistent hield ook in scheepsbezoek in Rotterdam, Hamburg en Antwerpen en al spoedig krijgt Ed – vooral ook omdat hij zelf heeft gevaren – een goede band met de leden en met de overige opvarenden. Naast de individuele belangenbehartiging van de leden en de propaganda krijgt ook de ontwik keling en de opbouw van Onderne mingsraden in de Zeevaart de nodige aandacht. In Nederland is de FWZ samen met de Vervoersbond NVV de vertegen woordiger van de Internationale Transportarbeiders Federatie (ITF). Dat betekent dat staffunctionarissen van de FWZ ook de opvarenden van schepen die onder goedkope vlag voeren bijstaan. Dat zijn schepen die geregistreerd staan in één of ander exotisch land. De werkelijke eigenaar is soms moeilijk te achterhalen. Op een aantal van die schepen wordt het niet zo nauw genomen met de veilig heid, de arbeidsomstandigheden en met de loon- en arbeidsvoorwaarden. De ITF en de aangesloten bonden proberen aan deze schrijnende toestanden een eind te maken. Later wordt in Nederland een apart ITF inspectoraat opgericht met enkele ITF-inspectors. Van 1977 tot en met 1979 is Ed
Ed Sarton x 89
Rotterdam II 3e proef.indd 89
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
met zijn echtgenote en zoons gestationeerd in Singapore. Dat is een leerzame- en interessante tijd waarin geheel zelfstandig gewerkt moet worden. Hij vertegenwoordigt de FWZ en bezoekt schepen van verschillende Nederlandse rederijen. Onder andere door de gevolgen van een fusie tussen enkele grote rederijen is er aan boord veel te bespreken. En met de zeevarenden en hun families die in Singapore wonen, wordt aan de wal vergaderd. Daarnaast bestaan er intensieve contacten met de plaatselijke bonden van zeevarenden en met de Singa porese vakcentrale. In 1979 keert hij met een camper in drie maanden over land terug naar Nederland. Een avontuurlijke reis met tal van bijzon dere ontmoetingen en ervaringen. Terug in Rotterdam worden de werk zaamheden weer opgepakt. Het gaat vooral om individuele belangenbe hartiging zoals hulp en advies over CAO-zaken, Sociale Verzekering, belasting en dergelijke. In arbeids zaken komt het soms tot kantonge rechtprocedures die met behulp van het Bureau voor Arbeidsrecht van de FNV gevoerd worden. Vanaf 1982 wordt Ed ook betrokken bij de samenstelling en de inhoud van het bondsblad. Hij
schrijft, voert de eindredactie en ontmoet andere journalisten. Ed raakt steeds meer betrokken bij CAO-onderhandelingen. Hij ondersteunt individuele leden als raadsman bij verschillende instanties en werkt mee aan het internationale werk (ITF) en International Labour Organisation (ILO) en aan de natio nale wetgeving voor de zeevaart. In 1987 vinden de reders dat de schepen wel kunnen varen zonder kok aan boord. De FWZ protesteert en staakt onder de pakkende leuze ‘zonder kok wordt niet gevaren’, want de kok – een heel belangrijke persoon aan boord – moet blijven! De staking is succesvol. Ed treedt
90 x Ed Sarton
Rotterdam II 3e proef.indd 90
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
tijdens de staking op als woord voerder van de bond en moet de problematiek aan buitenstaanders uitleggen en verklaren. Sindsdien functioneert Ed ook als persvoorlichter van de FWZ en moet hij het beleid van de bond – wat doet de bond en waar is de bond mee bezig – in woord en geschrift uiteen zetten. Voor de leesbaarheid van artikelen verplaatst hij zich altijd in de positie van de lezer. In 1995 wordt hij voorzitter van de FWZ. Voor de CAO onderhandelaars blijft hij op de achtergrond aanwezig. Hij treedt op als delegatieleider bij de besprekingen met de overheid over de veiligheid, de piraterij, de beloning van buitenlandse werknemers, de vreemdelingenwet voor de zeevaart en de arbeidsmarkt. In die functie is hij ook aanwezig bij de internationale besprekingen in ITF- en ILO-verband. Hij heeft zitting in het Federatieraad van de FNV en neemt deel aan het beraad van de voorzitters van alle FNV bonden met het FNV bestuur. Hij houdt daarbij de specifieke positie van de zeevarenden goed in de gaten. Ook is hij nauw betrokken bij het maritiem onderwijs. Hij maakt deel uit van een aantal commissies die het contact tussen bedrijfsleven en onderwijs moeten versterken.
Voorts speelt hij een belangrijke rol bij het overleg met de reders en de overheid over de bemanningssamen stelling van Nederlandse koopvaardij schepen. Onder zijn leiding komt een overeenkomst tot stand die de werk gelegenheid van Nederlandse zeeva renden zoveel mogelijk beschermt. Daarnaast wordt voorkomen dat schepen uitsluitend met goedkope arbeidskrachten uit Aziatische landen bemand worden. Door het afsluiten van internationale CAO’s worden de lonen van de buitenlandse zeeva renden bovendien opgekrikt. Het zijn spannende tijden, want de reders dreigen regelmatig dat ze de Neder landse schepen onder een andere – goedkope – vlag zullen brengen. Het 100 jarige bestaan van de FWZ wordt in 2002 feestelijk gevierd aan boord van het cruiseschip ‘Rotterdam’ van de Holland Amerika Lijn (HAL) dat in die tijd aan de Wilhelminakade in Rotterdam ligt. Tijdens de festiviteiten speelt het orkest ook een potpourri van strijdlie deren waaronder de ‘Internationale’. Bij het bedanken van het orkest voor het optreden zegt Ed onder meer: ‘Dat zal wel de eerste en de laatste keer zijn geweest dat de Internatio nale op een kapitalistisch schip heeft geklonken’.
Ed Sarton x 91
Rotterdam II 3e proef.indd 91
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
In 2006 draagt Ed het voorzitter schap FWZ over. Hij assisteert bij het inwerken van de nieuwe voorzitter en blijft vele nationale maar vooral ook internationale taken verrichten, vooral in ITF en ILO-verband. Verder maakt hij deel uit van de vakbonds delegatie bij de Internationale Mari tieme Organisatie (IMO) in Londen. Vijftien jaar langs is hij voorzitter van de Deelnemersraad van het Bedrijfs pensioenfonds voor de Koopvaardij. Ook vervult hij een belangrijke rol bij de uiteindelijke fusie met de Engelse zusterorganisatie Nautilus. In mei 2009 komt deze fusie tot stand en ontstaat Nautilus International, een samenvoeging van de Engelse Nautilus UK en de Nederlandse Nautilus NL. Met deze internationale fusie ontstaat een unieke situatie die de positie van de Engelse en de Nederlandse zeevarenden ten goede komt. Op 31 december 2009 komt er uitein delijk een eind aan zijn dienstverband bij de FWZ (pardon, Nautilus NL). Hij is dan 63 jaar en kan terugkijken op een boeiende en interessante loop baan in de zeevaart en in de vakbe weging. Hij is geen stilzitter en blijft onder meer actief als voorzitter van het Koninklijk College Zeemanshoop,
lid van de werkgroep Rotterdam van de Vakbondshistorische Vereniging (VHV) en van de ‘Vrienden van het FNV orkest’. Ook blijft hij via het Scheepvaart en Transport College (STC) in Rotterdam betrokken bij het beroepsonderwijs. Gelet op de diversiteit van de Nautilus-leden heeft Ed de politiek altijd zeer gescheiden gehouden van het vakbondswerk. Hij is lid van de PvdA, maar treedt daarin niet op de voorgrond. Op verzoek treedt Ed ook op als ‘spreekstalmeester’ op confe renties waarbij hij dan de verschil lende sprekers op zijn eigen wijze introduceert en de zaal prikkelt om deel te nemen aan de discussie. Hij heeft veel gevoel voor humor, mari tieme kennis en veel persoonlijke belangstelling voor anderen. Tot ieders schrik en verdriet komt hij kort na de verhuizing met zijn vrouw Mieke naar Ermelo, in 2013, plotse ling te overlijden. Koos Schoonens (2009)
92 x Ed Sarton
Rotterdam II 3e proef.indd 92
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Piet Scheele Het is altijd mensenwerk
Pieter (Piet) Scheele wordt op 11 maart 1927 in Axel (Zeeuws-Vlaanderen) geboren en trouwt Maria (Marie) den Beer. Zijn vrouw ziet het levenslicht op 25 februari 1935 in dezelfde plaats. Als bestuurder binnen de vroegere Industriebond NVV maakt hij alles wat een bestuurder maar kan bedenken mee: acties, discussies over prijscompensatie, invoering 5-ploegendienst, verbetering veiligheid en arbeidsomstandigheden, oliecrisis, loonmatiging en noem maar op. Hij moet altijd vol aan de bak en bond, collega’s en leden hebben het volste vertrouwen in hem.
Piet begint als bezoldigd bestuurder bij de Algemene Bedrijfsgroepen Centrale (ABC) op 25 februari 1963 en zoals de goede lezer ziet, dit is op de verjaardag van zijn vrouw Marie. Zijn standplaats is Apeldoorn en het pakket behelst Industrie, papier en wasserijen. Piet is al in mei 1945 lid geworden van de Nederlandse Vereniging van Fabrieksarbeiders, de voorganger van de ABC. Later wordt dit de Industriebond NVV en weer later de Industriebond FNV. Nu is dat, na fusie met Voedingsbond, Vervoersbond en Dienstenbond, FNV
Bondgenoten. Piet gaat na zijn militaire dienstplicht, doorgebracht in Indonesië, werken bij ‘De Cokes’ in Sluiskil. Hij wordt daar kaderlid, lid van de eerste Ondernemingsraad (secretaris), volgt de kaderschool, wordt lid van het afdelingsbestuur en wordt gekozen in de gemeenteraad: kortom Piet is leergierig, ontwikkelt zich snel en vergaart enorm veel kennis. Bestuurder Na drie jaar Apeldoorn wordt hij over geplaatst naar Breda met als werk
Piet Scheele x 93
Rotterdam II 3e proef.indd 93
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
terrein Brabant en Zeeland. Hij doet dit van huis uit. Vervolgens wordt hij in 1970 aangesteld als districts bestuurder in Rotterdam. Tot zijn pakket behoort de petrochemische industrie. Hij neemt het werk over van twee voorgangers, er is voor hem dus veel te doen. Al snel wordt hij geconfronteerd met reorganisaties bij Shell en ICI. Vooral bij Shell is het een gecompliceerd proces. Bij dit reuzenbedrijf zijn aanvankelijk alleen de ‘hoofdbestuur ders/bondsbestuurders’ welkom aan de onderhandelingstafel. Vrij snel na het aantreden van Piet Scheele is dat niet meer zo voor de ABC/IB FNV. Vanaf het allereerste begin houdt Piet zich bezig met het oprichten van bedrijfsledengroepen (BLG’s). Uit hun midden gaat een vertegenwoor diger met hem mee naar de onder handelingen. Oliecrisis Veel bekendheid houdt Piet Scheele over aan de acties tijdens de olie boycot. Deze maatregel van de Arabische landen, een gevolg van de Jom Kippoer-oorlog in oktober 1973, laat in Nederland alle alarmbellen rinkelen. Een dreigend verloren gaan van vele tienduizenden banen ligt in het verschiet. Olietekort? De
werkelijkheid is anders. De olietanks zitten vol, de productie draait nage noeg op volle toeren en de aanvoer is praktisch als vanouds. Bij insiders ontstaat de indruk dat de oliecrisis mede wordt gebruikt om bezuini gingen te realiseren. Een bekend gegeven is dat het in economisch slechte tijden makkelijker is de arbeidsvoorwaarden in de hand te houden. Piet Scheele is tot in de kleinste details op de hoogte van wat er opge slagen ligt, binnenkomt, verwerkt wordt etc. Hij krijgt al deze informatie via zijn bedrijfsledengroepen bij Shell, Esso, Chevron, BP en Gulf. Het naar buiten brengen van deze gegevens levert soms spanning op tussen de regio en het bondsbestuur. Publici teit en verantwoordelijkheid hebben zeker invloed op een in de maak zijnd Centraal Akkoord. Te veel kritiek staat zo’n akkoord mogelijk in de weg. Prijscompensatie Enkele jaren later kan Piet Scheele weer helemaal aan de bak. De prijscompensatie staat op het spel. Daarnaast is er ook een discussie losgebarsten over invoering van de 5-ploegendienst. Vooral dit laatste onderwerp is erg lastig omdat daar
94 x Piet Scheele
Rotterdam II 3e proef.indd 94
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
verkorting van de werktijd aan gekop peld wordt. Binnen de vakcentrales is er een behoorlijk grote stroming voor loonmatiging. Frans Drabbe is daar een exponent van en (zijn op persoonlijke titel geuite stand punt) zet de boel behoorlijk onder druk. Verschillende deskundigen / economen doen een duit in het zakje. Bij de gewone vakbondsbestuurders en de leden ligt dit echter moeilijk zodat acties niet uit kunnen blijven. ICI en Cyanamid gaan voorop ‘in de stakingsgolf’. Wat bijna niemand voor mogelijk houdt, gebeurt toch. De maat is zelfs bij Shell vol. Het bedrijf heeft altijd al de naam van spelbreker bij het maken van afspraken. Ook als het om andere bedrijven gaat. De macht van De Koninklijke, zoals de onderne ming vaak genoemd wordt, is werke lijk enorm. Het is voor Piet Scheele een dieptepunt als de staking bij Shell op een zo onheuse wijze wordt gebroken. Het openbreken van de poort heeft iedere betrokkene nog op zijn netvlies staan. Het was huive ringwekkend. Arbo Op het gebied van gezondheid, veiligheid en milieu heeft Piet behoorlijk wat bereikt. Er wordt nu
nog gesproken over zijn kennis. Het is ondenkbaar dat er een vakbonds bestuurder bestaat die meer weet van chemische/gevaarlijke stoffen dan Piet. Het werken met chemische stoffen komt serieus op de agenda. In de CAO komen specifieke bepa lingen op arbogebied. Bij onderhandelingen zijn tactiek, kennis, sfeer, maar ook strijd en stakingen punten die de onderhande lende bond verder kunnen brengen. Goed overleg heeft te allen tijde de voorkeur boven actievoeren. Het gezamenlijk inzetten op resultaten moet voorop staan. Een gezamen lijke verklaring van het resultaat is voor elke partij heel welkom. Afkicken Omdat zijn werk ook zijn hobby is, kost het Piet moeite om af te kicken na zijn pensionering. Voor hem is het schrijven van ‘Werken tussen leden en bondsbestuur’ een mooie tussen stap. Zelf beschikt hij over een zeer uitgebreid archief met krantenknip sels, publicaties en andere relevante informatie. Piet Scheele was een daadkrachtig vakbondsbestuurder die zijn veelal bemiddelende activiteiten op de juiste wijze inzette voor een voor ieder aanvaardbaar resultaat. Dat
Piet Scheele x 95
Rotterdam II 3e proef.indd 95
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
humor daarbij een onmisbare eigenschap is, is evident. De vele onderhandelingspartners en ook de tegenstanders hebben dat, zoals ze zelf duidelijk hebben gezegd, zeer gewaardeerd. Eigen website Piet is ook op andere terreinen actief (geweest). Al jong zat hij voor de PvdA in de Gemeenteraad van Axel.
Zo ook later in Oud-Beijerland. Hij heeft verder zitting gehad in de toen malige Rijnmondraad. Voorts gaf hij computerles aan echte digibeten. Hij tekent graag en goed. Ook zijn eigen website www.fnvbondgenoten.net/ host/industriebond mag niet onver meld blijven. Hans Hoogesteger (2010)
96 x Piet Scheele
Rotterdam II 3e proef.indd 96
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Harald Schmeling Schip op, schip af
Op 3 oktober 1940 wordt Harald Schmeling geboren in Duitsland, in Neumünster (tussen Hamburg en Kiel). Zijn vader is radio-officier bij de marine en zijn moeder leidster op een kleuterschool. Als varensgast sluit hij zich vroeg aan bij een vakbond. Hij komt bij een Duitse bond in dienst die hem plaatst in Rotterdam. Daar weten vele zeevarenden hem te vinden. Zijn contacten met de Nederlandse bonden zijn intensief. In 1967 trouwt hij met Meike die in 1942 geboren is en gezinsverzorgster is geweest. Zij hebben samen twee kinderen, beide geboren in Rotterdam, een zoon en een dochter; er zijn ook kleinkinderen.
Na de lagere school gaat Harald in 1952 naar een Oberschule (combinatie van HAVO en VWO) in Schleswig. Dit is een internaat. In 1957 volgt de Seemannsschule in Lubeck-Travemunde en volgt hij gedurende drie maanden een oplei ding tot scheepsjongen. Datzelfde jaar monstert hij als ‘ketel binkie’ (in het Duits Moses) aan, aan boord van een zeeschip van de Hamburg Sud. Na een korte oplei ding wordt hij al spoedig matroos. Harald vaart op zeeschepen onder Duitse en Zweedse vlag en heeft –
om de benodigde vaartijd te halen – zelfs op de Rijn onder Zwitserse vlag gevaren. In 1963 gaat hij naar de Zeevaart school in Leer en behaalt in 1964 zijn diploma voor stuurman. Als zodanig vaart hij op diverse zeeschepen onder verschillende vlaggen. Ook krijgt hij te maken met schepen onder goedkope vlag en met ITF (Internationale Transportarbeiders Federatie) contracten. In 1966 gaat hij naar de Kapiteins school in Elsfleth aan de Weser
Harald Schmeling x 97
Rotterdam II 3e proef.indd 97
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
en behaalt er zijn diploma in 1967. Daar leert hij ook zijn vrouw Meike kennen. Dat zelfde jaar vaart hij als stuurman op een tanker van 20.000 ton. Meike, gaat mee, zij heeft zich aangemonsterd als stewardess! Op hetzelfde schip wordt Harald later ook kapitein. In 1969 besluiten ze samen de zee gedag te zeggen. De vakbeweging Al tijdens zijn matrozentijd maakt Harald kennis met de vakbeweging. Hij wordt in januari 1963 lid van de Zweedse Sjöfolksförbundet. Tijdens de vaart door het Kielerkanaal ontmoet hij regelmatig de verte genwoordiger van de vakbond ÖTV (Öffentliche Dienste, Transport und Verkehr), een soort combinatie van Vervoersbond FNV, AbvaKabo en FWZ. Die bondsman zorgt voor zijn overstap. Harald volgt ook de ÖTV kaderschool. Eind 1969 wordt hij, in dienst van de ÖTV, na een korte oplei ding in Hamburg en Bremen als enige bestuurder gestationeerd in Rotterdam. De ÖTV heeft een bijkan toor geopend om van daaruit de contacten met de varenden van de zeevaart, kustvaart en de visserij in de West-Europese havens te onder houden en te verstevigen.
Aanvankelijk opereert Harald, die met zijn vrouw in Hoogvliet is gaan wonen, vanuit het kantoor van de FWZ (Federatie van Werknemers organisaties in de Zeevaart) aan de Heemraadssingel. Later heeft hij een eigen kantoortje aan de Westzeedijk, naast het Duitse Zeemanshuis. De werkzaamheden Harald Schmeling is op kantoor, maar ook privé, dag en nacht telefonisch bereikbaar voor de leden van de ÖTV. De Duitse zeelieden, maar ook buitenlandse zeelieden op Duitse schepen, kunnen altijd een beroep op hem doen. Hij bezoekt de schepen, bespreekt eventuele problemen met de bemanning, geeft voorlichting en informatie over de CAO, de beman ningsregeling, de veiligheid enzo voorts. Concrete klachten die hij niet zelf kan oplossen, geeft hij schriftelijk door aan een ÖTV kantoor in Duits land. Als er op een Duits schip beslag wordt gelegd (‘aan de ketting’) gaat hij direct aan het werk. In Rotterdam wordt nauw en goed samengewerkt met de collega’s van de Nederlandse bonden, in het bijzonder met die van de FWZ (thans Nautilus.nl) en met de collega’s van het Nederlandse kantoor van ITF. Tijdens stakingen in de havens en
98 x Harald Schmeling
Rotterdam II 3e proef.indd 98
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
bij ITF acties tegen goedkope vlag schepen wordt zoveel mogelijk geza menlijk opgetreden. Naar Duitsland Om zich verder te ontplooien binnen alle takken van de ÖTV, dus zich niet te ‘beperken’ tot de zeevaart alléén, gaat Harald najaar 1975 terug naar Duitsland. Hij komt terecht in Neustadt aan de Oostzee en later in Cuxhafen. Ook in de verschil lende sectoren van de ÖTV staat voor Harald het contact met en het bijstaan van de leden centraal. In 1980 wordt hij de eerste ITF inspecteur voor alle (West-)Duitse havens; hij opereert vanuit Hamburg. Als ITF inspecteur krijgt hij weer te maken met de problemen van de goedkope vlagschepen en weer moet hij proberen om ITF contracten met de reders af te sluiten. Terug naar Rotterdam Omdat het werken in Rotterdam Harald goed bevallen was en er heel veel goede vrienden en contacten zijn opgebouwd, besluit de familie, ook voor de kinderen die in Rotterdam zijn geboren, om in 1982 terug te gaan naar Rotterdam. Harald neemt de ÖTV werkzaamheden die hij van 1969 tot eind 1975 al in
Rotterdam had verricht weer met veel enthousiasme op. Hij gaat weer ‘schip op, schip af’, werkt weer nauw samen met zijn collega’s van ITF en van FWZ en behartigt de belangen van de zeelieden varende op Duitse en (soms) Oostenrijkse (!) schepen. Met pensioen Op 65-jarige leeftijd gaat hij in 2005 met pensioen. Hij blijft dan in Rotterdam (Schiebroek) wonen. Met zijn oude collega’s van de ÖTV (door fusies nu ver.di genaamd) heeft hij nog steeds goede contacten. Vervelen is er voor hem niet bij. Hij werkt nog altijd voor zeelieden, want hij was tot 2008 voorzitter van de Deutsche Seemanns mission Rotterdam. Bovendien is hij voorzitter van het bestuur van de Stichting CASCO, een vrijwilligers organisatie met mensen van verschil lende nationaliteit. De vrijwilligers, dus ook Harald, bezoeken zeelieden van alle nationaliteiten en geloofs opvattingen aan boord van hun schepen in de Rotterdamse haven en omgeving. Ze praten met de zeelieden, horen hun noden aan en helpen hen. In noodsituaties zorgt CASCO voor winterkleding en aanvullende levensmiddelen. Ook zeelieden die in het ziekenhuis
Harald Schmeling x 99
Rotterdam II 3e proef.indd 99
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
liggen, worden bezocht. In samen werking met de Stichting Zeemans huizen Rotterdam worden door CASCO ontspanningsbijeenkomsten georganiseerd. Goed bij stem Harald houdt heel erg van zingen en muziek. Zo heeft hij deel uitge maakt van ‘Shantykoor Rotterdam’, waarmee hij nog steeds goede banden heeft. In 2002 richt hij met nog een aantal zangers de shanty groep ‘De Rotterdamse Scheepskak kerlakken’ op. Met deze shantygroep wordt opgetreden in West-Europese
Zeemanshuizen, in kerken en daar waar ze gevraagd worden. Met het brengen van shanties, ballades en zeemansliederen heeft de groep veel succes. Harald zingt ook in het Rotterdamse strijdliederenkoor ‘Ondersteboven’ en in het kerkkoor van de Noorse Zeemanskerk en van de Zweedse Zeemanskerk. Meike, de vrouw van Harald, zingt zelf in een kerkkoor en doet veel aan culturele en kerkelijke activiteiten. Koos Schoonens (2010)
100 x Harald Schmeling
Rotterdam II 3e proef.indd 100
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Ruud Schouten Sociale aspecten van het ondernemerschap
Ruud Schouten (Den Haag, 1948) is tijdens zijn beroepsleven staffunctionaris sociaal beleid bij de Metaalbond Rotterdam, adviseur voor fusies en reorganisaties bij de Vereniging FME-CWM, en sluit in 2008 zijn loopbaan af als algemeen directeur van de Vereniging Nederlandse Scheepsbouw Industrie (VNSI), te Zoetermeer. Hij is niet ‘het gezicht van de vakbeweging’, zoals de serietitel luidt van deze historische regioboeken, maar hij kijkt naar dat gezicht vanaf de andere kant van de tafel. Hij biedt tegelijkertijd een kijkje achter de schermen bij werkgevers. Hij is getrouwd met Marja Moesman. Ze hebben twee kinderen.
Na lagere school en HBS-A studeert hij rechten in Leiden. Met 22 jaar behaalt hij zijn meestertitel en vindt snel werk bij de Afdeling Rotterdam van de Metaalbond, de werkgevers in de metaal. Later gaat die op in de Federatie voor de Metaal- en Elektro technische Industrie – Contactgroep van Werkgevers in de Metaalnijver heid (FME-CMW). Als staffunctio naris is hij dagelijks betrokken bij het overleg over en het formuleren van arbeidsvoorwaarden. Bovendien heeft hij bemoeienis met het vak- en bedrijfsonderwijs.
Schouten adviseert over de arbeids voorwaarden in bedrijven, die in een cao worden vastgelegd. In de CAO’s vaak een bepaling over onderwijs en scholing van het personeel. De medewerkers merken dat ze te laag of onvoldoende geschoold zijn voor de taken, de bedrijven zien dat de jongeren die van school komen onvoldoende gekwalificeerd zijn. Zij richten bedrijfsscholen op of sturen de werknemers naar de avondschool of cursus. Bijvoorbeeld naar de Bemetel, dat was het oude leerlingenstelsel.
Ruud Schouten x 101
Rotterdam II 3e proef.indd 101
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Voor de grote werven, zoals Wilton en Boele, zijn er te weinig HTS-ers beschikbaar. MTS-ers die het gat opvullen, moeten bijgeschoold worden. Zij gaan bijvoorbeeld twee jaar een gedeelte van de werkdag en ’s avonds naar school. Onderwijs Schouten vindt onderwijs ook voor zichzelf interessant. Hij wordt docent aan de avond HBO in Haarlem van de Stichting Opleiding Sociale Arbeid (thans Hogeschool Haarlem). Dat lesgeven gebeurt ’s avonds, later ook overdag en bij de SOSA Rotterdam (thans InHolland): arbeidsrecht, sociale verzekering en maatschappijleer. In het begin van de jaren tachtig worden werkloze docenten zonder werkervaring in dienst genomen. Schouten ziet dat als een verarming van het onderwijs. Er zijn juist docenten nodig met bedrijfservaring, want het is een praktische opleiding. De vakbonden zitten in de besturen van stichtingen of verenigingen die het onderwijs mogelijk maken. Schouten: ‘De overheid speelt
daarbij eigenlijk geen rol, de sociale partners doen het zelf. Politici in Den Haag en ambtenaren op het minis terie denken institutioneel, zij kijken teveel naar de letter van de wet, en niet goed naar wat de mensen en de sociale partners willen. Ze mijden risico’s en zijn niet flexibel genoeg. Ze spelen niet snel in op behoeften, en vinden het vervelend dat allerlei beroepsgroepen hun eigen regels en instituties maken.’ De politiek, zo leert Schouten’s ervaring, heeft een horizon van twee tot drie jaar. Arbeidsreserve DeltaMetaal Wat goed werkte was de Stich ting Arbeidsreserve DeltaMetaal (SAD)1. Via deze stichting worden metaaltechnische arbeidskrachten geplaatst bij de in SAD deelnemende bedrijven. Collegiaal lenen van tijde lijk boventallig personeel van de in SAD deelnemende bedrijven behoort tevens tot de mogelijkheden. Later wordt ook personeel bij niet deelne mende bedrijven geplaatst. De SAD is een initiatief van de stich ting DeltaMetaal. De stichting is in 1968 opgericht door werkgeversen werknemersorganisaties in de
1) Verguisd en gewaardeerd. Terugblik op 40 jaar Deltametaal, Dordrecht, 2008.
102 x Ruud Schouten
Rotterdam II 3e proef.indd 102
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
regio Rijnmond en de Drechtstreek. DeltaMetaal zorgt voor flexibel inzet bare en technisch hoogwaardige vakmensen. Een belangrijke over weging is in die tijd om koppelbazen buiten de deur te houden. Afwachtend De bonden kijken eerst de kat uit de boom. De Industriebonden NVV en CNV voeren overleg over de arbeids voorwaarden bij de nieuwe stichting, zij willen geen groot verschil tussen de lonen van ingeleende werkne mers en de vaste krachten van het bedrijf. Na tien jaar komt de Industrie bond NKV met kritiek; de stichting zou het mogelijk maken dat bedrijven onder hun verplichtingen uitkomen. Bondsleden corrigeren dit bestuurs standpunt, zij hebben baat bij deze vorm van bemiddeling. Later nemen bestuurders van de bonden wel deel aan het stichtingsbestuur, ze gaan achter de doelstellingen staan. Ook het Rijk schuift aan bij dit regionale schoolvoorbeeld van paritaire samenwerking. Dik Nas is een bekende betrokken vakbonds bestuurder, later volgen Berkhout, Theo Berger, Rutger Meijer, Ineke de Deugd, Hans de Vries. In 1980 krijgt DeltaMetaal een eigen onder nemingsraad.
Ineke de Deugd prijst rond 1994 de betrokkenheid van DeltaMetaal bij de opleiding van metaalbewerkers, in een tijd dat bedrijfsscholen op hun retour zijn. Werkgelegenheid en vakmanschap zijn zaken waarover de bond moet meepraten. Bondsbe stuurder Ruud van den Bergh zou graag zien dat meer bedrijven zich bij Deltametaal aansluiten, niet alleen de grote bedrijven moeten de kar trekken. Commissie Scheepsbouw Schouten is enkele jaren lid van de Beleidscommissie Scheepsbouw. Die commissie stelt de toenmalige slechte situatie in de scheepsbouw centraal. In de commissie zitten deskundigen van werkgevers en vakbonden op het niveau van caoonderhandelaars. Er is bij sommige bedrijven geen geld voor een sociaal plan. Er komt een Fonds Herstruc turering Scheepsbouw met in het bestuur de sociale partners en de overheid. Zo komt er wel een garantie voor een afvloeiingsregeling. Pariteit De basis van pariteit is volgens Schouten, professionaliteit. Iedere deelnemer werkt vanuit zijn eigen doelstellingen en organisatie aan
Ruud Schouten x 103
Rotterdam II 3e proef.indd 103
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
het gezamenlijke doel, je moet het samen eens zien te worden. Het gaat Schouten niet om stelsels, maar om mensen in organisaties die iets willen, en over de grenzen kunnen kijken van de organisatie waarvoor zij werken. Er waren werkgevers die na afloop niet een stukje wilden gaan eten met de vakbondsbestuurders en sommige vakbondsbestuurders liepen weg als op een receptie een werkgever een toespraakje hield. Schouten is betrokken bij de Vereni ging tot Regulering Onderaanneming (VRO). De VRO is opgericht in 1980 door de FME en de CWM en een aantal opdrachtgevers, en contro leert en certificeert organisaties die arbeidskrachten aan derden beschik baar stellen.
Het doel van de VRO is opdrachtgevers meer zekerheid te bieden bij het samenwerken met opdrachtnemers. In het bijzonder gaat het om de zekerheid dat wordt voldaan aan de verplichtingen van fiscale en sociale wetgeving. Aan werklozenprojecten bewaart Schouten geen goede herinnering. Die projecten lopen volgens hem vast op de onwil of onkunde van werklozen.
Schouten is dertig jaar voorzitter geweest van woningbouwvereni ging ‘Vooruitgang’ in Dordrecht. De vereniging is in 1997 gefuseerd en verder gegaan onder de naam ‘Woningstichting Progrez’ en sinds 2010 als ‘Woningcorporatie Trivire’. De vereniging heeft woningen in beheer die destijds door verschil lende bedrijven of ondernemers zijn gebouwd voor het personeel. In het bestuur van de vereniging partici peren vakbondsbestuurders. Boot Ruud Schouten is met pensioen, hij vaart met zijn boot, niet vreemd voor iemand uit de scheepsbouw wereld, vanuit Dordt op de Zeeuwse stromen. Het interview vindt plaats op het stille Sas van Goes. En daar zijn Rotterdam en de Rijnmond ver weg… Piet Boogaard en Dick Linders
104 x Ruud Schouten
Rotterdam II 3e proef.indd 104
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Arnold Sta Belangen zeevarenden als drijfveer
Arnold Sta (Rotterdam-West, 1942) heeft een lange staat van dienst als vakbondsbestuurder. Aanvankelijk is hij buitengaats als stuurman te vinden maar zijn belangstelling leidt hem naar het bondskantoor aan de Heemraadsingel. Hij is gepokt en gemazeld in de belangenbehartiging van zeevarenden. Geen moeite is hem teveel. In 1974 trouwt hij met Lies van Vugt (1938) die al een compleet gezin heeft. In de loop der jaren krijgen zij nog 11 kleinkinderen en voorlopig nog twee achterkleinkinderen.
Hij groeit als enig kind op in een ‘rood’ gezin. Zijn vader is letterzetter (typograaf) en overtuigd commu nistisch pacifist. Hij neemt deel aan ongewapend verzet tegen de bezetter en werkt mee aan de ille gale krant De Waarheid. Het gezin verhuist in 1952 naar Rotterdam Zuid en Arnold doorloopt het Char lois Lyceum (gymnasium B). Van jongs af aan wil hij naar zee. In zijn vrije tijd zwerft hij veel door de havens en in de vakanties vaart hij als ketelbink. Na het gymnasium gaat hij naar de ‘Kweekschool voor de Zeevaart’ in
Amsterdam om in internaatsverband een eenjarige dagopleiding te volgen. In 1962 treedt hij in dienst van de Verenigde Nederlandse Scheepvaart maatschappij (VNS). Hier vaart hij op de ‘Schiekerk’ als stuurmansleerling het zeegat uit. Later doorloopt hij alle rangen tot en met die van tweede stuurman. Bij de VNS maakt hij alle fusies tot de Nedlloyd mee. De vakbeweging Zodra hij vierde stuurman is wordt hij in 1964 lid van de Centrale van Kapiteins en Officieren ter Koop vaardij (CKO). Arnold zoekt bewust naar de CKO omdat deze bond is
Arnold Sta x 105
Rotterdam II 3e proef.indd 105
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
aangesloten bij het Nederlands Verbond van Vakverenigingen (NVV). Hij is snel kaderlid. Zodoende komt hij wel eens op het bonds kantoor aan de Heemraadsingel in Rotterdam. Door deze contacten treedt hij in 1971 in dienst van de CKO als assistent-bestuurder en bezoeker van schepen in de verschillende West-Europese havens. Tijdens het bezoek van Nederlandse zeeschepen wordt aan boord voorlichting gegeven, ook over de CAO’s, worden klachten aangehoord en zo nodig in behande ling genomen. Uiteraard wordt ook propaganda voor de bond gemaakt. Meer leden zijn altijd welkom. In 1974 wordt hij voor een half jaar uitgezonden naar Singapore. Het kantoor in Singapore verkeert nog in de pioniersfase. Naast het gewone scheepsbezoek vinden er bespre kingen met rederijen in de regio plaats. Er zijn eveneens contacten met de plaatselijke bonden en hij ondersteunt de lokale officierenbond bij onderhandelingen. Na zijn terug komst uit Singapore pakt Arnold de werkzaamheden op het kantoor in Rotterdam weer op. Op dat moment speelt de deelname aan de Vervoers federatie FNV.
Bestuurder Van 1983 tot en met 1988 is hij benoemd bestuurder en van 1988 tot aan zijn pensionering gekozen bestuurder en penningmeester van de Federatie van Werknemers in de Zeevaart (FWZ). De FWZ is de rechts opvolger van de CKV/CKO en de via fusie aangesloten categorale bond van koopvaardij officieren. In 1983 wordt hij ook benoemd in de Beleids adviesraad van de FNV die zich met sociaal economische zaken bezig houdt. De benodigde economische kennis wordt na een kadercursus van de PvdA via zelfstudie opgedaan. Overleg Hij vertegenwoordigt de bond bij besprekingen met de overheid over wet- en regelgeving zeevaart, de integratie van het Wetboek van Koophandel in het Burgerlijk Wetboek en de fiscale faciliteit zeevaart. Kortom overal waar de belangen van de zeevarenden aan de orde komen is hij erbij betrokken. Ruim 22 jaar werkt hij in de Kleine Commissie van de Bedrijfsvereni ging Koopvaardij waar onder meer aanvragen WW, ZW en WAO beoor deeld worden. In 1984 treedt hij toe tot het bestuur van het Pensioenfonds voor de
106 x Arnold Sta
Rotterdam II 3e proef.indd 106
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Koopvaardij en in 1988 wordt hij de werknemersvoorzitter. In 2005 doet hij een stapje terug in het kader van geleidelijke afbouw van het inten sieve werk. In samenhang met het penning meesterschap van de bond krijgen de beleggingen van het Pensioen fonds zijn bijzondere aandacht omdat hij het grote belang hiervan voor de toekomstige positie van het fonds inziet. Tot 1995 zijn de premie-inkom sten van het fonds nog groter dan de uitkeringen, afgezien van kortingen die onder dreiging van de wet (Brede Herwaardering) worden afge dwongen. Ondanks het ‘uitdelen’ in de 90’-er jaren behoeft het Pensioen fonds Koopvaardij tot heden geen korting op de pensioenen toe te passen, dus wordt er niet ‘afgestem peld’ ! Belangenbehartiging Tijdens zijn loopbaan bij de vakbe weging staat het persoonlijke belang van collega-zeevarenden altijd centraal voor Arnold Sta. Het vele werk in de beleids- en financiële sfeer, de noodzakelijke tijdrovende beleidsvoorbereiding en bijkomende zorg voor publiciteit ziet hij als een onvermijdelijk gevolg van die persoonlijke belangen.
Al vroeg in zijn loopbaan krijgt Arnold helaas te maken met afvloeiings regelingen voor het koopvaardij personeel. Die regelingen waren in de jaren ‘70 voor de koopvaardij nog in ontwikkeling. Arnold ziet een ontslag om puur geldelijk gewin, berekend door boekhouders, als groot onrecht en trekt dan ook alle kennis uit de kast die hij heeft opge daan. Stakingen komen bij de Nederlandse koopvaardij praktisch niet voor. Altijd wordt er naar gestreefd om via onderhandelingen tot aanvaardbare resultaten te komen. Acties van collega bonden en van de Internati onale Transportarbeiders Federatie (ITF) worden natuurlijk altijd volledig ondersteund. Met (uitgesteld) pensioen In 2003 gaat Arnold met (uitgesteld) pensioen. Deeltijds blijft hij actief voor de bond. Zo maakt hij nog steeds deel uit van het bestuur van het Pensioenfonds Koopvaardij en zit hij sinds 2008 voor FNV Bond genoten in het bestuur van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zeevisserij. Van 1998 tot 2005 vertegenwoordigt hij de werkgevers (FNV en FNV bonden) in de Stichting Pensioenfonds FNV, het pensioen
Arnold Sta x 107
Rotterdam II 3e proef.indd 107
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
fonds voor het personeel van FNV en bij de FNV aangesloten bonden. Fusies binnen de bond Binnen de bond maakt Arnold vele fusies en naamsveranderingen mee. De fusie met de Britse zusterorga nisatie tot Nautilus International in 2009 is tot heden de laatste. Hij is ook lid van de Nederlandse Raad van Advies van deze bond. Deze raad is te vergelijken met de Bondsraden zoals die er zijn bij de andere bonden. Gepensioneerden hebben in de mari tieme bond naar Engels recht geen stemrecht, maar wel een stem in de Raad.
pensioenfonds. Na zijn deeltijdpensi onering haalt kanker een streep door de rekening bij het uitbreiden van beoogd vrijwilligerswerk. Arnold is een bescheiden man met een sterk ontwikkeld rechtvaardig heids- en sociaal gevoel. Hij is zeer anti-autoritair, heeft een sarcas tisch/ironisch gevoel voor humor, waarmee je onder bovenbazen geen vrienden maakt. Hoewel hij liever was blijven varen, is hij tevreden met zijn sociale rol bij de vakbeweging, een rol waarin hij de belangen van zijn leden lang heeft mogen dienen. Koos Schoonens (2012)
Vrijwilligerswerk Tijdens zijn actieve loopbaan verricht Arnold op kleine schaal vrijwilligers werk, zoals hand- en spandiensten voor de lokale PvdA afdeling, steun bij het invullen van belastingbiljetten, het incidenteel bijstaan van buren bij procedures e.d. Voorts voert hij enkele collectieve zaken tegen de overheid en woningcorporaties. Hij helpt een bewonerscommissie op te richten en zit die zelf vervolgens vier jaar lang voor. Behalve boeiend en leerzaam zijn deze activiteiten ook nuttig voor het werk als vast goedbeslisser voor het koopvaardij
108 x Arnold Sta
Rotterdam II 3e proef.indd 108
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Niek Stam Organise, unite and fight
Niek Stam (Moordrecht, 1963) is een kwart eeuw actief bij de vakbeweging. Hij is de langst zittende haven bestuurder van de bond (FNV Bondgenoten). Zijn handelsmerk is zijn duidelijkheid. Halve waarheden zijn niet aan hem besteed. Actie is het sleutelwoord. Gepaard aan trefzekere uitspraken. Maar ook als internationaal vertegenwoordiger van de bond weet hij zijn medestanders te organiseren. Hij is getrouwd met Vera van Duijl. Samen hebben ze één zoon: Max.
Zelf is hij enig kind. Zijn moeder komt van een familie van boomkwekers in Boskoop. Zijn vader werkte op een steenfabriek langs de IJssel. ‘Mijn moeder was slim, al had ze zoals gebruikelijk in die tijd enkel de huishoudschool gedaan. Ze hielp gemakkelijk andere mensen en verwaarloosde zichzelf misschien te veel. Mijn vader heeft na de steenfa briek verschillend ander werk gehad. Het waren allebei sterke karakters. ‘Een stam buigt niet, die wordt omgehakt, of blijft overeind staan,’ gold bij ons als motto. Dat vind je bij mij terug.’ Niek Stam vindt zichzelf
geen gemakkelijk mens maar durft zichzelf elke dag in de spiegel aan te kijken. Fouten maken doet hij ook, wat hij ruiterlijk wil bekennen als dat zich voordoet. Na de MAVO in Gouda, waar hij als ‘lastig’ wordt ervaren, volgt de HAVO in Rotterdam en later nog de HBOopleiding personeelswerk, organisa tiekunde en arbeidsverhoudingen. Dat is bij De Horst in Driebergen. Hij komt de vakbeweging binnen als districtsvrijgestelde bij de ‘Jongeren beweging verbonden met de FNV’. Die jongerenbeweging haalt het eind van de twintigste eeuw niet. Kees
Niek Stam x 109
Rotterdam II 3e proef.indd 109
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
van Nimwegen, bestuurder van de Vervoersbond FNV, zei dat ze iemand bij de bond zochten voor de haven sector ‘…en ik denk dat jij het kan.’ ‘Als jij denkt dat ik het kan, dan denk ik dat ik ’t ga proberen,’ reageerde Niek laconiek en zo ging het ook. Het is de tijd van de spijkerjackies binnen de bond en dan denkt hij aan Kees Marges, Ger Ros en Nico Sannes. Zelf solliciteert hij nog bij Koos Schoonens. …dan breekt de pleuris uit Niek Stam werkt voor zijn bondstijd kort bij exportslachterij J. Boer en Zn in Nieuwerkerk aan de IJssel en daarna vijf jaar bij A.M. Molendijk, een verwerkingsbedrijf voor slachtaf valprodukten in dezelfde plaats. Dat waren niet de plekken van het zuinige taalgebruik. Een zin van acht woorden was bij de Crooswijkers al een hele tirade en minstens de helft ervan komt niet voor in de Dikke van Dale. Het taalgebruik uit die tijd gaat hem nog steeds makkelijk af, tenminste als het er om spant. Bij de slachterij was het hem al opgevallen dat wie afhankelijk was van de baas, bijvoor beeld door in een bedrijfswoning te huizen, feitelijk niks te zeggen had. ‘Jij, jij en jij werken vanavond over,’ klonk het dan zonder dat daar protest
tegen mogelijk was. Dat waren dan wel de gebonden collega’s. Stam’s opstandigheid maakte daar een einde aan. ‘Ach,’ zegt hij eenvoudig, ‘als me iets dwars zit, zeg ik het en als dat niet helpt, zeg ik het nog een keer maar dan harder en als dat nog niet helpt breekt de pleuris uit.’ Sterke secties Momenteel is hij havenbestuurder FNV Bondgenoten met zo’n zesdui zend leden. Hij staat voor zijn leden en schroomt niet het conflict aan te gaan, buiten de bond op de eerste plaats, binnen de bond als het moet. Hij vertegenwoordigt de bond ook in het ITF, de internationale transport federatie, en moet daar soms uiten treuren uitleggen dat in Nederland sprake is van een scheiding tussen werkorganisatie en vereniging. Zelf zegt hij niet te geloven in grote vakbonden maar in grote secties, de oude gildenstructuur. De ITF ziet hij daarbij als voorbeeld, in 1896 ontstaan als een havenwerkersor ganisatie tussen Engelse en Neder landse havenwerkers. Stam draagt een speldje met het Amerikaanse ILWU-logo (International Longshore Warehouse Workers Union). Hij zegt sterk in te zetten op internationale samenwerking tussen bonden.
110 x Niek Stam
Rotterdam II 3e proef.indd 110
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Pensioensucces Onlangs heeft dat de havenwer kers in Rotterdam, Amsterdam en Zeeland nog een pensioenbonus van 500 miljoen euro opgeleverd. Doordat internationaal de bonden achter Bondgenoten gingen staan moest Optas alsnog met die pot aan pensioengelden over de brug komen. Het is een jarenlange strijd geweest. Sinds 1997 probeerde de bond, ondersteund door o.a. een advo catenbureau de eerder verdwenen pensioengelden terug te geven aan de rechtmatige eigenaren, de haven werkers. Met Stam als voorzitter van de Stichting Belangenbehartiging Pensioengerechten van de Vervoeren Havenbedrijven. Het recente succes kreeg o.a. vorm in de glossy UNIEK, magazine over de strijd van de verdwenen pensioengelden. De eenmalige glossy noemt Stam ‘De man van 500 miljoen’ en beschrijft hem als gedreven, eerlijk, slim, vast houdend, solidair en creatief. Hij is nog steeds verguld met dit unieke tijdschrift waarin tal van medestan ders hem lof toezwaaien. Nu moet Aegon nog over de brug komen met het Beklemd Vermogen van het vroegere Pensioenfonds voor de Haven (PVH). Dat succes geeft hem ook het nodige zelfvertrouwen in een
recent geschil met zijn werkgever die hem een formele waarschuwing wil geven in verband met een andere kwestie. Een actie die Stam niet van plan is te pikken. Hij zegt elke dag nog veel bij te leren van de internationale contacten. De uitwisseling van ervaringen maakt hem in allerlei opzichten wijzer. ‘Steeds vraag ik mij af hoe of het zou uitwerken als ik een idee van over de grens hier introduceer.’ Vechtcultuur nodig Hij betreurt het dat er zo weinig actie gericht wordt opgetreden namens de bonden. Hij komt zelf met voor beelden van acties uit zijn eerdere vakbondstijd. Dat waren de jaren waarin menige krant of tv-zender hem wisten te vinden want ‘als je een mening wilde hebben moest je Stam bellen’. Nu gelden er binnen de bond andere afspraken. Het is een jas die hem af en toe behoorlijk knelt. ‘Vroeger werd er in de bondsraden nog wel eens stevig gediscussieerd, maar nu wil iedereen het liefst nog voor de file naar huis en dat terwijl sommigen boomschors moeten eten om rond te komen.’ Het vakbonds apparaat vindt hij te groot om door goedwillende kaderleden, amateurs in zijn ogen, te laten leiden. ‘Maak
Niek Stam x 111
Rotterdam II 3e proef.indd 111
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
de bondsraad kleiner en maak meer gebruik van externe deskundigheid op het moment dat je daar om verlegen zit.’ Te veel mensen binnen de bond zien het vakbondswerk als een gewone baan en dat kan er bij Stam niet in. Waar Niek Stam zelf over tien jaar zit weet hij nog niet. Wel weet hij dat hij dan vakbondsbestuurder havens wil zijn, maar nog niet bij welke bond
want hij verwacht niet dat de huidige constructie het gaat redden. ‘Het vakbondsproduct is organise, unite & fight. Dan moet daar ook de aandacht naar uitgaan en niet naar kostenre ducties en bezuinigingen.’ Vast staat dat hij over tien jaar nog lid zal zijn van de Havenvereniging Rotterdam en nog vaster is die Feyenoord-tattoo die op zijn rechterarm zit. Huug Klooster (2012)
112 x Niek Stam
Rotterdam II 3e proef.indd 112
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Jan Tielen Zo moet je niet met mensen omgaan Op 5 januari 1950 wordt Johannes Jacobus (Jan) Tielen in de Dapperbuurt in Amsterdam geboren. Het water trekt. In zijn geval is dat de binnenscheepvaart. Toch maakt hij via de KWJ de overstap naar bezoldigde van de Vervoersbond FNV. Hij groeit verder binnen de vakbeweging, vooral als spin in het interne organisatorische web. De huisvesting van FNV Vakcentrale en een aantal bonden hoort tot zijn verantwoordelijkheid. In 1974 trouwt hij met Ria Both (1954). Zij hebben drie kinderen, twee dochters en één zoon.
Jan Tielen groeit op in een katholiek arbeidersgezin waar zijn vader in de horeca en zijn moeder buiten de deur, hard moeten werken voor het gezin met vijf kinderen. Jan speelt veel in de Rietlanden – het oude havengebied van Amsterdam – en maakt daar kennis met de haven, de zeevaart en de binnenvaart. Na de lagere school en een paar jaar MULO gaat hij op 14 jarige leeftijd naar de Binnenvaartschool van het Koninklijk Onderwijsfonds voor de Scheepvaart (KOF) in Delfzijl – een interne oplei ding – waar hij in 1966 zijn diploma ‘matroos binnenvaart’ behaalt. Op
16 jarige leeftijd gaat hij werken bij N.V. Handels- en Transport Maat schappij ‘Vulcaan’ in Rotterdam en komt hij als scheepsjongen (ketel binkie) terecht op het sleepschip ‘Vulcaan 63’. Van zijn grootvader, die ook gevaren heeft en in een fabriek werkte, krijgt hij op 16 jarige leeftijd het lidmaatschap van de katholieke bond Sint Bonifacius (Vervoersbond NKV) cadeau! Zijn vrouw Ria is de dochter van zijn eerste baas, de schipper van het sleepschip ‘Vulcaan 63’! Een heuse zoetwater liefde. Daar bijna de hele de familie van zijn vrouw in
Jan Tielen x 113
Rotterdam II 3e proef.indd 113
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Rotterdam woont gaat het jonge stel daar ook wonen. Hij blijft varen maar dan op voorwaarde dat als er kinderen komen, hij aan de wal gaat werken!
raadsleden en doet aan individuele belangenbehartiging voor jongeren. In die tijd volgt hij ook de vier jarige sociale academie ‘De Horst’ in Driebergen.
Op de ‘Vulcaan 63’ doorloopt Jan de rangen van scheepsjongen, 3e matroos, 2e matroos en 1e matroos. Het is een harde leerschool en hij leert ‘hoe je zelf nooit behandeld wilt worden’ en ‘hoe je wel met mensen om moet gaat’.
Jongerenwerk In 1981 gaat hij naar de landelijke KWJ in Utrecht en coördineert hij het landelijke jongerenwerk van de NKV bonden. Ook begeleidt hij het gehele fusieproces tussen de jongerenbe wegingen van NKV en NVV en de omvorming tot één jongerenorgani satie FNV. Jan treedt op 1 mei 1983 in dienst als lid van het sociaal team op het districtskantoor van de Vervoers bond FNV op de Westzeedijk in Rotterdam. Hij krijgt daarbij ook te maken met de individuele problemen van leden. Daarna wordt hij Chef de Bureau. Hij is verantwoordelijk voor de gehele organisatorische gang van zaken op het kantoor. Hij geeft leiding aan de verschillende afde lingen en verzorgt de coördinatie van de vrijwilligers die de belastingaan giften van de leden invullen.
De Horst Na de fusie van de ‘Vulcaan’ met de Steenkolen Handels Vereniging (SHV) gaat hij als bootsman varen op de duwboot Olivier van Noort van de Europese Waterweg Transporten B.V. (EWT), eveneens in Rotterdam. Hij is er actief in praktisch alle nauti sche rangen tot en met stuurman. In de ondernemingsraad van de EWT wordt Jan als het jongste varende lid gekozen! Hij is ook actief in het jongerenwerk van de bond. Op 1 mei 1977 treedt hij als ‘vrijgestelde’ in dienst van de Katholieke Werkende Jongeren (KWJ) in Rotterdam. Hij geeft voorlichting op scholen over de vakbeweging en het jeugdwerk van de bond, hij begeleidt jonge rengroepen en ondernemings
Ondersteuning stakingen Hij krijgt te maken met veel stakingen die administratief soepel moeten verlopen en neemt er actief
114 x Jan Tielen
Rotterdam II 3e proef.indd 114
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
met de bestuurders aan deel. Als het beroepsgoederenvervoer over de weg met vrijwilligers propaganda voert aan de grens met België, Frank rijk of Duitsland gaat hij vaak mee om leden te werven onder de chauf feurs. Hij organiseert en bezoekt bijeenkomsten met jubilarissen in het district. Alles bij elkaar werkt hij met heel veel plezier in het Rotterdamse. Toch vertrekt hij in 1989 naar het hoofdkantoor van de Vervoersbond FNV in Utrecht. Hij wordt Hoofd Werkorganisatie. Hier krijgt hij te maken met de districtskantoren van de bond in het gehele land. Hij ontwikkelt veel belangstelling voor de huisvesting van de districtskan toren die of eigendom van de bond zijn of worden gehuurd. Ook wordt hij betrokken bij de huisvesting van de kantoren van de vakcentrale en de andere FNV bonden in het gehele land. FNV Huisvesting Als in 1998 FNV Bondgenoten (Industriebond FNV, Vervoers bond FNV, Voedingsbond FNV en Dienstenbond FNV) tot stand komt wordt hij ‘Diensthoofd verzorging en beheer’ en krijgt te maken met alle kantoren van de nieuwe bond in het gehele land. De huisvesting van die
kantoren en alles wat er mee samen hangt, moet gebundeld worden in bestaande of in nieuwe panden (huur of koop). Samen met een aantal andere FNV bonden wordt FNV Huis vesting opgericht. Daardoor krijgt hij Jan ook te maken met het bestuur van de vereniging FNV Huisvesting waarin de penningmeesters van de deelnemende bonden het bestuur vormen. De FNV gebouwen moeten door FNV Huisvesting voor de deel nemende bonden worden gebouwd of geschikt gemaakt, beheerd en gefaciliteerd. In de kantoren regelt FNV Huisves ting voor de bonden het beheer en zaken zoals receptie, beveiliging, postverwerking, vergaderfaciliteiten, schoonmaak en catering. Het plan is om vijf regiokantoren in het land en één groot (nieuw) hoofdkantoor in Woerden te organiseren. In die panden de werkruimte voor Vakcen trale FNV en de deelnemende FNV bonden. Jan is tot 1 september 2002 vanuit FNV Bondgenoten gedetacheerd bij FNV Huisvesting, dat gevestigd is in het kantoorgebouw van de FNV Bouw in Woerden. Op 1 september 2004 treedt hij als manager daadwer kelijk in dienst bij FNV Huisvesting.
Jan Tielen x 115
Rotterdam II 3e proef.indd 115
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Als gevolg van verschillende omstan digheden en om financiële redenen komen slechts in Rotterdam, Bergen op Zoom en in Groningen uiteindelijk de gezamenlijke faciliteiten tot stand. Goede gastheer Vanuit Rotterdam functioneert Jan thans als manager FNV Huisvesting en regelt hij de organisatorische gang van zaken in de drie kantoren. Hij regelt het onderhoud van de panden en alles wat er mee samenhangt. Jan vindt het samen werken met en voor vrijwilligers (onder andere de invul lers van de belastingbiljetten van de leden), kaderleden en bestuurders fijn en leerzaam. Hij ervaart daarbij veel kollegaliteit. Vooral de directe contacten met leden spreken hem aan. Hij is in zijn ontmoetingen met leden een goede gastheer. In de komende jaren denkt Jan dat een verdere concentratie van het vakbe wegingswerk zal plaatsvinden. Hij vindt dat de leden zo veel als maar mogelijk is bij dat werk betrokken moeten worden en daarvoor de nodige scholing moeten krijgen.
van een onderafdeling van de Partij van de Arbeid. Hij is ook voor zitter van de Stichting Alexander Roemenië die ontwikkelingspro jecten ondersteunt voor de bevolking van Roemenië. Verder is Jan voor zitter geweest van voetbalvereniging SV Ommoord en is hij regio-afgevaar digde van de Koninklijk Nederlandse Voetbalbond (KNVB). Jan is altijd in voor het aanpakken van alle werkzaamheden. Hij werkt graag samen met en voor mensen. Zijn devies: behandel mensen zoals je zelf graag behandeld wilt worden. Koos Schoonens (2010)
Roemenië Jan Tielen is niet alleen geïnteres seerd in de politiek maar ook actief. Zo is hij secretaris/penningmeester
116 x Jan Tielen
Rotterdam II 3e proef.indd 116
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Arie van der Veer Breed actief binnen en buiten de bond
Arie van der Veer (Klaaswaal, Hoekse Waard, 1936), gaat naar de zondagsschool en de knapenvereniging. Tot zijn culturele bagage horen de christelijke traditie, de vakbondskennis en de politieke theorie en praktijk van de Partij van de Arbeid. Dat is een breed scala, waarvan Arie in alle gremia waarin hij geparticipeerd heeft en nog participeert profijt heeft gehad. Hij krijgt scholing en vorming van de kerk, de vakbond en de partij. Hij is gehuwd met Nel van der Linden. Zij hebben twee dochters; Lize is op twintigjarige leeftijd bij een noodlottig ongeval om het leven gekomen.
Arie’s ouders zijn de boerenknecht Aart en de huisvrouw Gerritje. Beiden zijn lid van de Gereformeerde Gemeente, destijds gevestigd aan de Oud-Cromstrijensedijk te Klaaswaal. Arie bezoekt de Hervormde lagere school Eben Haëzer (diaconieschool). Hij wil timmerman worden, maar geldgebrek dwingt hem ertoe op het land te gaan werken. De gemeen tesecretaris stuurt Arie alsnog naar de zevende klas. In die tijd geldt de leerplichtwet al, en jongens die niet door willen of kunnen leren op bijvoorbeeld ULO of LTS gaan naar de zevende en achtste klas. De
volgende stap is de Lagere Land- en Tuinbouwschool in Klaaswaal. En dat gedurende vier jaar, twee dagen in de week en op zaterdag. Zijn buurjongen en vriend is Cees Schelling, de latere voorzitter van de Voedingsbond FNV. Cees ziet wel wat in de capaciteiten en onderne mingszin van zijn jonge vriend en neemt hem, tien jaar oud, vlak na de oorlog, in 1946, mee naar een klusje in IJmuiden. Voor de eerste keer van zijn leven zit hij in de trein! Arie wordt door Tinus Schelling, een broer van Cees, gerekruteerd voor de vakbond. Dat zal de Nederlands
Arie van der Veer x 117
Rotterdam II 3e proef.indd 117
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Christelijke Landarbeidersbond (NCLB), later CNV Landarbeiders bond, zijn geweest. Lange tijd is de NCLB, de grootste bond binnen het CNV en de grootste bond op het Nederlandse platteland. Thuis wordt er niet over gesproken, hij doet het stiekem, hij is dan 16 jaar. In de avonduren volgt hij een cursus Boekhouden en Handelskennis. Arie kan goed leren. Tinus wordt later een collega-wethouder in Klaaswaal. Bij de boer Arie werkt als veertienjarige eerst bij een kippenboer voor 50 cent per uur. Later volgt werk in de boomgaarden van een fruitteler. Hij blijft tot zijn 32e in de agrarische sfeer, waaronder reparatie en onderhoud van land bouwwerktuigen en tractoren. Dan volgt de overstap naar de bouwsector en van daar komt hij bij GUSTO in Schiedam: montagewerk, sleutelen, werken met waterpastoe stel en theodoliet. De Scheepswerf en Machinefabriek v/h A.F. Smulders Engineers and Shipbuilders dateert van 1902. Guus en Ton – ‘GUSTO’ – zijn de zoontjes van de heer Smul ders. De werf ligt aan de oostzijde van Schiedam op de hoek van de Oosterhaven en de Nieuwe Maas. Met GUSTO en de werf van Wilton
begint het industriële tijdperk in Schiedam pas goed. Bondslid Arie van der Veer wordt in 1969 lid van de Industriebond NVV, de bond van Arie Groenevelt, meteen in het jaar dat hij bij de GUSTO in dienst treedt. In 1970 zijn er verkiezingen voor de ondernemingsraad. Er is een ‘voorvalletje’ op het werk. Een collega krijgt last op het werk door zijn astma en wordt op staande voet ontslagen. Zijn ploeggenoten leggen het werk neer, de avondploeg besluit niet aan het werk te gaan. Van der Veer wordt door zijn maten gevraagd op te treden als woordvoerder. Hij gaat praten met de bazen. Om half elf ’s avonds wordt het ontslag terug gedraaid, de man krijgt voortaan ander werk. Het kaderlid en collega Jan Lemson rekruteert Van der Veer vervolgens voor de ondernemingsraad (OR) en de bedrijfsledengroep (BLG) van de Indu striebond FNV. Van der Veer is lid van de bondsraad en bezoekt het bonds congres. Hij werkt samen met Henk Krul, het hoofd van het district, later voorzitter van de Industriebond FNV. Overnemen door te luisteren Bij GUSTO is bijna iedereen georgani
118 x Arie van der Veer
Rotterdam II 3e proef.indd 118
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
seerd. In de ‘wilde’ Metaalbond voor Groot- en Kleinbedrijf (MBGK, met het hoofdbestuur te Amsterdam, aangesloten bij de ‘neutrale’ Neder landse Vakcentrale) of de Algemene Industriebond Nederland (AIN). Het NKV is klein. Van een VVD-er leert hij: ‘Jullie luisteren niet, je moet goed opschrijven wat ze (de arbeiders, de andere bonden) willen en hen bestrijden met hun eigen woorden’. Van der Veer erkent achteraf dat ze inderdaad wel eisen of wensen over namen. Nog voor het RSV debacle raakt in 1976 GUSTO in moeilijkheden. Het bedrijf is een onderdeel van IHC Holland (Industriële Handels Combi natie, zelf een onderdeel van het Smit Kinderdijk concern). In 1975 werken er 2.500 mensen. De werf wil openblijven. De OR en de BLG zijn daar direct bij betrokken, en willen investeringen voor nieuwe en meer arbeidsplaatsen, of op zijn minst behoud van de werkgelegen heid. IHC wil alleen de werf in stand houden, maar niet investeren in vernieuwing. Van der Veer verleent na de sluiting in 1978 nog een jaar nazorg aan ontslagen arbeiders, colle ga’s die nog aan de hand van hun vader het bedrijf zijn binnengeleid.
PvdA-wethouder in Klaaswaal Van der Veer wordt begin jaren zeventig actief voor de Afdeling Klaaswaal van de PvdA. In 1976 komt hij tussentijds in de gemeenteraad ter vervanging van een ziek raadslid. In 1978 wordt hij wethouder, naast Tinus Schelling. Van der Veer doet het gemeentewerk naast zijn loop baan bij de machinefabriek van Verolme op IJsselmonde bij Bolnes, waar hij secretaris is van de OR. Sommige vakbondsleden verwijten hem dat het politieke en vakbonds werk elkaar bijten, dat er sprake is van belangenverstrengeling. Van der Veer: ‘Ik heb er altijd juist profijt van gehad. Ik weet hoe het aan de over kant is.’ Hij werkt twee dagen voor de gemeente, drie dagen bij Verolme. Hij kan zijn eigen tijd indelen wat handig is als hij bijvoorbeeld voor bestuurlijk overleg naar Den Haag moet. Arie is tevens voorzitter van de bedrijfsledengroep van de Indu striebond FNV. Al zijn werktijd gaat daaraan op, hij is vrijgesteld. Op zijn kantoor met uitzicht op de rivier staat de koffie altijd klaar. Hij blijft daar tot 12 september 1996, tijd voor de VUT. Twee jaar daarvoor heeft hij na vier raadsperioden al een punt gezet achter zijn politieke loopbaan, zijn
Arie van der Veer x 119
Rotterdam II 3e proef.indd 119
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
wethouderschap. Een koninklijke onderscheiding weigert hij (‘andere mensen werken ook lang en hard en krijgen geen onderscheiding’) maar het ereburgerschap van de gemeente accepteert hij graag. Actieve pensionado Arie van der Veer is nu niet meer actief in de bond. Hij is voorzitter van de WMO raad van de gemeente Cromstrijen. Zoals bij het ombuds werk van de bond, leert Van der Veer door zelf te gaan kijken. Hij beschouwt zich aanvankelijk als ondeskundig en leert door mee te gaan. Het gaat ook om handhaven en
uitvoeren van de procedures, maar zelf kijken kan dat doorbreken, of je kunt de procedure daarheen leiden dat een individuele oplossing kan worden bereikt. Van der Veer was voorzitter van de sportclub Sport Staalt Spieren (SSS), voorzitter van de volkstuinvereni ging Klein Grondbezit en lid van de biljartvereniging De Kromme Keu. Hij is voorzitter van de Afdeling Klaas waal van de ANBO, en was lid van de Seniorenraad van de gemeente Cromstrijen. Piet Boogaard en Dick Linders
120 x Arie van der Veer
Rotterdam II 3e proef.indd 120
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Jan Visser Grote saamhorigheid tussen alle diensten
Jan Jacob Visser (Rotterdam, Kralingen, 1943) is de helft van een tweeling. Hij werkt bij de Belastingdienst in Rotterdam en klimt op tot hoofdkommies. Hij is snel lid van de ABVA, wordt jong ook lid van de dienstcommissie en maakt als actief kaderlid en actieleider de grote actie tegen de bezuinigingsvoorstellen van minister Koos Rietdijk mee. Hij is ruim 40 jaar getrouwd met Sinry Kommene en heeft twee kinderen: een jongen en een meisje. Er zijn vier kleinkinderen.
Zijn lagere school is de IJsclub school, hierna volgt de Willem Ruys ULO. Jan komt uit een echt rood nest. Zijn vader vertegenwoordigt de werknemers in het kappersbedrijf in de Detam, de voormalige bedrijfsver eniging voor de detailhandel. Hij is ook voorzitter en landelijk bestuurder geweest van de Algemene Bedrijfs groepen Centrale (ABC), de voorloper van de Industriebond die nu is opge gaan in Bondgenoten. Bovendien is zijn vader jaren zeer actief binnen de PvdA Kralingen en later IJsselmonde. Zijn moeder zelf is actief lid van de vrouwenbond PvdA. Als Jan Visser op de ULO, geen uitzicht heeft op een diploma, moet
hij meteen gaan werken. Zo komt hij niet ten laste van de gemeenschap. Na vier dagen solliciteren heeft hij een baan bij de belastingdienst te Rotterdam op de Puntegaalstraat, bij echte Rotterdammers bekend als de Plukmekaalstraat. Hij begint op 2 januari 1961 maar een dag eerder is hij al ingeschreven bij de ABVA. Hij klimt bij de belastingdienst op tot hoofdcommies in de bijzondere invordering. Die dienst ligt hem wel omdat het vooral gaat om het proberen fiscale schulden te innen via een betalingsregeling. Rijksambtenaar Gezien zijn sociale bewogenheid gaat
Jan Visser x 121
Rotterdam II 3e proef.indd 121
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
hij al gauw naar de vergaderingen van de ABVA om mee te discus siëren over de arbeidsvoorwaarden bij de belastingen. Hij is snel lid van de dienstcommissie oude stijl wat inhoudt overleg met het hoofd van dienst over beleidszaken. Heel apart voor een broekie van één en twintig jaar. In januari 1974 wordt hij gekozen in het groepsbestuur rijksambtenaren belastingdienst te Rotterdam. Vijf jaar later is hij voorzitter. Dat blijft hij tot april 2001 (!). Het bestuur van de afdeling ABVA Rotterdam wordt in 1978 geher structureerd en uit elke hoofdgroep moet een vertegenwoordiger zitting nemen in het afdelingsbestuur. Jan wordt na verkiezingen ook hier lid van. Dat hij een trouwe bestuurder is blijkt wel uit het feit dat hij lid is gebleven van dit bestuur tot november 2007 waarvan de laatste vijf jaar als 2e voorzitter. Als Jan in 1981 lid wordt van het landelijk groepsbestuur (LGB) krijgt hij te maken met de arbeidsvoorwaarden bij de douane en belastingdienst. Van 1992 tot 1 mei 2001 is hij lid van de Bijzondere Commissie (BC) waardoor hij direct invloed krijgt op de arbeids voorwaarden in het overleg met de Directeur-generaal Belastingen.
Rietkerk Voor en na dit alles zat natuurlijk het loonconflict van 1983 met de toenmalige minister van Binnen landse Zaken Koos Rietkerk. Die wil een loonsverlaging van 3 ½ % doorvoeren, wat de aanleiding zal worden voor de grote ambtena renstaking. Dit betekent dat zowel de belastingdienst als de douane in actie komen. Na een zeer goed bezochte actievergadering wordt een actiecomité gevormd. Samen met de Christelijke Federatie van Overheidspersoneel (CFO) en CMHA worden er draaiboeken gemaakt. Als actieleider krijgt hij ondersteuning bij de douane van Dick Groenendijk en oud douaneman Willem Oostdijk. Vanuit de Abvakabo komt de ondersteu ning van de bestuurders Huub Vermeulen, Theo Sonneveld en niet te vergeten de voorzitter van de afdeling Rotterdam Siep Doorenbos. Ook van andere bonden komen de bestuurders langs. Het actiecentrum zit op de bovenste etage van het pand aan de Heemraadsingel van waaruit alle acties worden gecoör dineerd. Op de eerste etage zit het coördinatiecentrum van de andere diensten. Zes weken lang, dag en nacht, zijn de centra bezet.
122 x Jan Visser
Rotterdam II 3e proef.indd 122
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
De grote saamhorigheid tussen alle diensten is hem bijgebleven. Bij problemen, bijvoorbeeld in de Euro poort, stond er altijd een brandweer auto klaar om de actievoerders weg te brengen. Dit was wel eens nodig daar er douanechefs waren die roomser waren dan de paus en zich wilden laten gelden en alles verboden wat in het draaiboek stond. Terwijl er met de hoofden juist was afgesproken dat er veel mocht gebeuren als er maar geen schade aan personen en of goederen zou ontstaan. Soms moest er wel eens gewezen worden op het ambtenarenre glement waarin extra verlof voor kaderleden geregeld was. Jan zelf had vrij gekregen van het hoofd van het kantoor terwijl zijn directe chef er tegen was. Het hoofd wilde wel ieder dag op de hoogte gehouden worden van de stand van zaken en het verloop van de acties. Er viel ook wel te lachen. Het was uiteraard een komen en gaan op de Heemraadsingel en Jan zat daar natuurlijk een groot deel van zijn tijd. ‘Zo’, dacht Sinry, ‘ik ga eens bij Jan langs, want ik ben toch in de buurt.’ Aangekomen op de Heemraadsingel en vragend naar Jan, kijkt iemand
haar aan met grote vragende ogen, ‘Wie? Jan Visser? Nooit van gehoord!’ en dat terwijl Jan daar haast dag en nacht aanwezig was. Nou dat was wel lachen toen het eenmaal was opgelost. Korfbal Naast zijn vakbondsactiviteiten is Jan, en dat is haast wel logisch met zijn achtergrond, penningmeester van diverse sportverenigingen geweest zoals bij korfbalvereniging Velox en zwemclub De Spartaan. Penningmeester was hij ook van de camping Rockanje. Korfballen doet Jan trouwens nog steeds met een groep leeftijdgenoten om fit te blijven, niet zo raar als je bedenkt dat Jan vanaf zijn twaalfde jaar korfbalt. Ook is hij nog actief bij Abvakabo zoals bij het jaarlijks invullen van de belastingaangiften. Nu hij meer vrije tijd heeft zijn daarbij gekomen het passen op de kleinkinderen, lekker op vakantie met het vliegtuig of gewoon op de camping. Joop van Doorn † (2011)
Jan Visser x 123
Rotterdam II 3e proef.indd 123
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Bert van Zanten Vecht voor je recht Op 29 april 1950 wordt Bert van Zanten geboren in Rotterdam. Hij krijgt een opleiding in de fijn metaal en komt via Electro stroom bij de RET. Hij stapt over van de Industriebond NVV naar de Abvakabo en ontpopt zich tot een zeer actief lid en actieleider. Bert is getrouwd met Adri Broere (Rotterdam, 1951).
Bert van Zanten groeit op in een groot gezin, waarvoor zijn vader als chef expeditie de kost verdient. In Rotterdam Schiebroek gaat hij naar de lagere jongensschool en naar de lagere technische school (LTS). Hij volgt eerst de algemene opleiding en gaat later door in de metaal. Die opleiding sluit hij af met het LTS diploma. In 1968 gaat Bert werken bij Electro stroom (nu: Asea Brown Boveri) en volgt bij deze onderneming tal van opleidingen onder andere fijn metaal, B-metaal en fotolasser. Hij is uitein delijk ‘all round lasser’. Als hij bij Elec trostroom gaat werken wordt hij lid van de Industriebond NVV. Binnen de bond is hij al gauw actief. Na tien jaar Electrostroom treedt hij in 1978 in dienst van de Rotterdamse Elektrische Tram (RET). Hij wordt
schademonteur in de centrale werk plaats. Hij repareert trams en later ook metro’s die als gevolg van aanrij dingen schade hebben opgelopen. Ook bij de RET volgt hij verschillende cursussen met goed resultaat. In 2011 wordt hij geopereerd aan zijn heup. Sinds die tijd is hij werkzaam in het magazijn van de centrale werk plaats en belast met de voorraad controle. De vakbeweging Bert stapt in 1978 als lid van de Indu striebond over naar de ambtenaren bond Abvakabo waarbinnen hij zeer actief wordt. Als kaderlid volgt hij tal van cursussen. Al vroeg maakt hij bij Asea Brown Boveri deel uit van de Jongeren Ondernemingsraad NVV. Bij de RET komt hij in de onderne mingsraad (OR) en in de dienstcom missie elektrisch materiaal (onderdeel
124 x Bert van Zanten
Rotterdam II 3e proef.indd 124
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
OR). Hij is thans voorzitter van de Bedrijfsledengroep RET (BLG) van de Abvakabo en voorzitter van het Groot Fractie Beraad. Regelmatig komen die colleges in vergadering bijeen. Binnen de Abvakabo zit hij in het afdelingsbestuur en is hij plaatsver vangend bondsraadslid van de afde ling Rotterdam Rijnmond. Vakbondsacties bij RET Veel bedrijfsacties heeft Bert bij de RET georganiseerd en actiedraai boeken er voor mee helpen maken. Uiteraard heeft hij zeer intensief deelgenomen aan die acties. Zoals acties in verband met de talloze reor ganisaties en bezuinigingen die de RET-directie, vanuit het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, door wil voeren en waarbij het sociale aspect nog al eens wordt vergeten. Of acties voor betere werkomstan digheden en bijvoorbeeld tegen de tocht in de werkplaats die al meer dan honderd jaar oud is en waar het altijd koud is. Ook Bert zijn vrouw, Adri, is bij veel werkplaatsacties betrokken. Zij zorgt samen met andere vrouwen van collega’s voor de foerage! Landelijke vakbondsacties Ook bij landelijke acties is Bert
paraat. Acties tegen het rege ringsbeleid, acties in het openbaar vervoer, acties in de metaal, acties in de havens, acties bij de Roteb (vuilnismannen), acties tegen het gemeentelijke beleid, acties tegen salariskorting, acties tegen kruisra ketten, enzovoorts. Bert is bij al die acties, in het bijzonder bij de ambte naren stakingen, direct of indirect betrokken. Binnen de FNV in Rotterdam en omgeving komt een werkgroep van onbezoldigde en bezoldigde bestuur ders maandelijks bijeen. Actuele onderwerpen zoals de pensioenen, het stakingsrecht en de ‘nieuwe’ vakbeweging komen daar aan de orde. Bert neemt regelmatig aan die bijeenkomsten deel. Politiek Bert werkt al jaren samen met de Socialistische Partij (SP) in Rotterdam voor wat betreft RET zaken en het behoud van volkstuinen. De stichting ‘Rode Morgen’ wordt ook door Bert gesteund. Deze stichting stelt zich tot taak in Nederland de partij van de arbeidersklasse van de grond af opnieuw op te bouwen. Verenigingswerk Bert heeft al jaren een volkstuin bij
Bert van Zanten x 125
Rotterdam II 3e proef.indd 125
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
de volkstuinvereniging ‘Tuinderlust’ waarvan hij voorzitter is geweest. Nu is hij voorzitter van de technische commissie die zich bezig houdt met het onderhoud van het complex. De tuin is ook een hobby van zijn echtge note Adri. Zij is penningmeester van de vereniging. Ook is Bert voorzitter geweest van een Jongeren Centrum in Rotterdam Schiebroek. Stichting VaZaGhana is in 2009 voort gekomen uit het particuliere initiatief van Adri en Bert van Zanten (Vaza) en is een voortzetting van activiteiten die al sinds 1991 worden uitgevoerd. VaZaGhana heeft als doelstelling het opzetten en ondersteunen van nieuwe en bestaande scholen in Ghana, zodat de kinderen daar een toekomst met betere kansen tege moet kunnen gaan. Getracht wordt de doelstelling te realiseren door sponsors en dona teurs aan te trekken en activiteiten, zoals spullen te verkopen op rommel markten en kleinschalige inzame lingsacties te organiseren. Geregeld reizen Adri en Bert naar Ghana om de voortgang van hun project in de gaten te houden. Bert is er in geslaagd om de Abvakabo en de RET als sponsor aan te trekken.
Hobby’s Bert is een verwoede postzegelver zamelaar en beschikt over een prach tige collectie postzegels van over de hele wereld. Als hij zijn postzegels aan het sorteren is om de zegels in de verzameling op te nemen, zit zijn vrouw gebogen over grote legpuz zels die zij regelmatig maakt. Bert verricht veel onderhoud in huis en zorgt ervoor dat het er piekfijn uit ziet. Al met al is Bert een strijdlustig, vast houdend en erg druk persoon. Hij heeft een groot sociaal gevoel en hij is praktisch vanaf zijn eerste werkdag actief voor de vakbeweging en voor zijn medemens. Sociale rechtvaardig heid, sociale behulpzaamheid en soli dariteit zijn belangrijke factoren in zijn leven. De strijd daarvoor wordt door hem niet geschuwd! Koos Schoonens (2012)
126 x Bert van Zanten
Rotterdam II 3e proef.indd 126
26-02-14 11:39
Literatuur Binneveld, Hans. De Rotterdamse metaalstaking van 1965. Brautigam, Johan. De ontwikkeling der organisatie onder de Rotterdamse transportarbeiders. In: Gedenkboek Rotterdam 1328 -1928. Rotterdam, 1928. Brautigam, Johan. Langs de havens en op de schepen. Herinneringen 1878 – 1918. Amsterdam, 1956. Heygele, Yvonne. Meer loon voor minder werk. Arbeidersstrijd in de Rotter damse haven 1960 – 1980. Rotterdam, 1982. Laan, Reint. Jaren van principiële strijd. Geschiedenis van de Centrale Bond (van Transportarbeiders) 1918 -1955. Amsterdam, 1956. Mol, Hein. Memoires van een havenarbeider. Nijmegen, 1980 (oorspr. 1932). Nijhof, Erik. Gezien de dreigende onrust in de haven. De ontwikkeling van de arbeidsverhoudingen in de Rotterdamse haven 1945 – 1965. Amsterdam, 1988. Ravesteijn, Willem van. De arbeidersbeweging in Rotterdam voor de Eerste Wereldoorlog. In: Rotterdams Jaarboekje 1954. Ruyter - De Zeeuw, Chr. A. de. Hendrik Spiekman. De grondvester van de Rotterdamse Sociaal - Democratie. Rotterdam, 1971. Ruyter - De Zeeuw, Chr. A. de. De eerste rode wethouders van Rotterdam. Rotterdam, 1987. Schrijver, Toon. Rotterdam. Stad van opgestroopte mouwen. 125 jaar Bouwen Houtbond FNV Rotterdam. Rotterdam, 2000. Smit, Evert. De syndicale onderstroom. Stakingen in de Rotterdamse haven, 1889 – 2010. Amsterdam, 2013. Smits, Henri. Naschrift over Rotterdam. In: De Nederlandse arbeidersbewe ging in de negentiende eeuw. Met een voorrede van Hendrik Spiekman. Rotterdam, 1902. Velden, Sjaak van der (red), Kranen over de wal. De grote Rotterdamse metaal- en havenstaking van 1970. Amsterdam 2005 Wacht, Jan. Heet voor de vuren. Een halve eeuw ontvoogdingsstrijd der Rotterdamse metaalbewerkers. Rotterdam, 1954.
Rotterdam II 3e proef.indd 127
26-02-14 11:39
Het gezicht van de vakbeweging - Rotterdam II
Colofon
‘Het gezicht van de vakbeweging – Rotterdam II.’ Sjaak van der Velden e.a. Huug Klooster. Nico Sannes, Capelle aan den IJssel. Asterisk*, Amsterdam. Drukkerij Tielen, Boxtel. 500 ex. Stichting VHV, Vrienden van de Historie van de Vakbeweging 2014 ISBN/EAN: 978-90-71562-08-2 Auteur: Redactiebegeleiding: Foto’s katern: Vormgeving: Druk: Oplage: Copyright:
VHV-werkgroep Rotterdam e.o. Nico Sannes Piet Boogaard Joop van Doorn † Hans Hoogesteger Huug Klooster Dick Linders Henk van der Pols Ed Sarton † Koos Schoonens Jan Tielen Sjaak van der Velden Aan de kosten van de vormgeving heeft FNV Bondgenoten een welkome financiele bijdrage geleverd.
128 x
Rotterdam II 3e proef.indd 128
26-02-14 11:39
Rotterdam II 3e proef.indd 129
26-02-14 11:39
Rotterdam II 3e proef.indd 130
26-02-14 11:39