Basisonderwijs
Leren vanuit mijn sterke Kanten!! kanten!
Leerlingen zijn knap op verschillende manieren!
Henk De Reviere
[email protected] Pedagogisch Begeleider Basisonderwijs Bisdom Gent
Diocesane Pedagogische Begeleidingsdienst http://www.kogent.be
09 223 11 25
Marialand 31, 9000 GENT
[email protected]
Ideeën om te onthouden
□ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ …………………………………………………………………………………………... □ ………………………………………………………………….......................................
De acht intelligenties 1. Verbale intelligentie (VL) of Verbaal – linguïstische intelligentie (NL) of Woord Knap 1.1. Omschrijving We gebruiken onze verbale intelligentie om te denken in, met en over woorden. Gesproken en geschreven taal zijn symbolen om in te denken en deze intelligentie uit te drukken. 1.2. Het kind denkt …. Het kind denkt vooral in woorden en begrippen. 1.3. Het kind wordt aangetrokken tot… grapjes; grollen; verhaaltjes; brieven; gedichten; discussies; boeken; kruiswoordpuzzels; kranten; tijdschriften; kringgesprekken; toneelstukjes; spreekbeurten; boekbespreking; … 1.4. Vaardigheden en voorkeuren mondelinge (praten, luisteren) en geschreven communicatie (lezen, schrijven); verhalen bedenken; debatteren en discussiëren; vreemde talen leren; woordspelletjes doen; begrijpend lezen; citaten en spreekwoorden onthouden; goed zijn in spelling; grappige verhaaltjes vertellen; woordspelingen maken en rijmen; gebruik van correcte grammatica; gebruik van een rijke woordenschat; coderen en decoderen van taal; voordrachten houden; uitleg vragen; argumenteren; als het ware een “radar” hebben om nuances en niveaus in taaluitingen snel aan te voelen; … 1.5. Enkele beroepen en markante voorbeelden komiek (Freek de Jonge), journalist (Mart Smeets), schrijver (John Irving), redenaar (Winston Churchill), toneelschrijver (William Schakespeare), tekstdichter (Bram Vermeulen), verkoper (Alfred Heineken), onderwijskundige (Jean Piaget), … 1.6. Wijze woorden Woorden zijn, uiteraard, de meest krachtig drug die de mensheid ooit heeft gebruikt. Rudyard Kipling (1865 – 1936) Woorden kunnen kwetsen en harten breken en ook geesten. Er zijn geen blauwe plekken, geen gebroken botten die in het gips moeten en daarom ook geen gevangeniscel voor de overtreder. Marlene Dietrich (1901 – 1992)
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
1
2. Logische intelligentie (VL) of Logisch – mathematische intelligentie (NL) of Reken / Redeneer Knap 2.1. Omschrijving We gebruiken onze logische intelligentie om te denken in, met en over hoeveelheden en verhoudingen. Getallen en symbolen die verhoudingen uitbeelden drukken deze intelligentie uit. 2.2. Het kind denkt… Het kind denkt in systemen, redeneert altijd en analyseert graag. 2.3. Het kind wordt aangetrokken tot… cijfers; patronen; verbanden; symbolen; vraagstukken; geschiedenisfeiten (jaartallen); topografie; puzzels; constructiemateriaal; grafieken; schema’s; formules; vergelijkingen; berekeningen; rekenmachines; computers; spellen; tijdlijnen; logica; codes; theorieën; schaken; … 2.4. Vaardigheden en voorkeuren analyseren; berekeningen maken; deduceren; ontdekken van functies en verbanden; schatten; voorspellen; experimenteren; dingen uitdenken; patronen ontdekken en ontwerpen; induceren; organiseren en samenvatten; strategische spelletjes spelen; vragen stellen; abstract redeneren; selecteren; volgorde bepalen; denken over en het oplossen van problemen; bepalen van relaties zoals “oorzaak - gevolg” en “als…dan”; creëren van; analyseren van de samenstelling van objecten en situaties; het gebruik van abstracte symbolen; het ontdekken en gebruiken van algoritmen en logische reeksen; ordenen; kritisch denken; begroten; … 2.5 Enkele beroepen en markante voorbeelden computerprogrammeur (Bill Gates), schrijver van detectives (Agatha Christie), ingenieur (Alexandre Gustave Eiffel), uitvinder (Thomas Edison), beoefenaar van de logica (René Descartes), wetenschapper (Albert Einstein), … 2.6 Wijze woorden Niet alles dat geteld kan worden telt, en niet alles dat telt kan worden geteld. Albert Einstein (1879 – 1955) De meeste mensen zouden liever sterven dan na te denken; in feite doen ze dat ook. Bertrand Russell (872 – 1970)
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
2
3. Ruimtelijke intelligentie (VL) of Visueel – ruimtelijke intelligentie (NL) of Beeld / Ruimte Knap 3.1 Omschrijving We gebruiken onze ruimtelijke intelligentie om te denken in, met en over visuele beelden. We denken in en drukken deze intelligentie uit door plaatjes, beeldhouwwerken, het arrangeren van objecten en het navigeren door de ruimte. 3.2. Het kind denkt… Het kind denkt in beelden en voorstellingen. 3.3. Het kind wordt aangetrokken tot… mozaïeken; tekeningen; schetsen; cartoons; videobanden; pictogrammen; illustraties; modellen; kaarten; diagrammen; posters; muurkranten; foto’s; schilderijen; knutselwerken; kleuren; vormen; afstanden; powerpoint; kunst; films; dia’s; musea; strips; computer; lego; … 3.4. Vaardigheden en voorkeuren waarderen en creëren van architectuur; waarderen en creëren van pagina - lay-out; arrangeren en decoreren; bouwen van modellen; tabellen en grafieken; kleuren combineren; interieur ontwerpen; tekentjes krabbelen; iets voorstellen in detail; visualiseren; navigatie en goed richtinggevoel; spelen van visuele spelletjes; plattegronden en kaarten lezen en maken; visuele details herinneren; in het hoofd figuren roteren; perspectief van de ander zien; oplossingen voor problemen “zien”; puzzels leggen; denken in plaatjes en beelden; inrichten; maken van collages; beeldend bezig zijn; ontwerpen; schetsen; fantaseren; beeldhouwen; gips gieten; fotografisch geheugen; voordoen; creatieve verbeeldingskracht; … 3.5. Enkele beroepen en markante voorbeelden architect (Gaudi), schaakmeester (Kasparov), ontdekkingsreiziger (Marco Polo), meetkundige (Euclides), zeevaarder (Magelhaen), schilder (Vincent van Gogh); beeldhouwer (Auguste Rodin), cartograaf (Mercator), … 3.6. Wijze woorden Ieder kind is een kunstenaar. Het probleem is om een kunstenaar te blijven als hij opgroeit. Pablo Picasso (1881 – 1973) Ik kies een blok marmer en hak eraf wat ik niet nodig heb. Francois – Auguste Rodin (1840 – 1917) toen hem naar zijn beeldhouwwerken werd gevraagd Kunst is de enige manier om weg te lopen zonder het huis te verlaten. Twyla Tharpe (1942 - )
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
3
4. Muzische intelligentie (VL) of Muzikaal – ritmische intelligentie (NL) of Muziek Knap 4.1. Omschrijving We gebruiken onze muzische intelligentie om te denken in, met en over muziek. Melodieën en ritmes: het zijn welhaast symbolen waarmee we ons denken in deze intelligentie tot uitdrukking brengen. 4.2. Het kind denkt… Het kind denkt in muziek, in ritmes, in maat en patronen. 4.3. Het kind wordt aangetrokken tot… toonhoogte; klankkleur; liedjes; rijmpjes; versjes; muziekinstrumenten; ritmeboxen; Orff – instrumenten; zangkoortjes; schoolorkestjes; voordrachten op muziek; audiocassettes; cd’s; … 4.4. Vaardigheden en voorkeuren componeren van melodieën en teksten schrijven; neuriën en fluiten; herkennen van instrumenten; maat houden en ritme herkennen; leren met behulp van liedjes; spelen op gehoor; herinneren van melodieën, liedjes en componisten; zingen en rappen; op zuivere toon zingen; zachtjes stampen en klappen; het begrijpen van de structuur van muziek; optreden; muziek beluisteren, op vele manieren zelf muziek maken; waarderen van muziek; bewust van geluid om zich heen; heeft zelf vaak geluid om zich heen; maat – en ritmegevoelig; ritmes trommelen met de vingers; drummen op en met alles wat los en vast zit; met ezelsbruggetjes en rijmpjes werken om iets te onthouden; boeiend vertellen; gevoel voor ritmische aspecten van rekenen zoals de tafel van drie als ritme bij het opzeggen van de getallenrij: een, twee, drie, vier, vijf, zes,…; muziek gebruiken bij het aanleren van de tafels; … 4.5. Beroepen en markante voorbeelden componist (Amadeus Mozart), muzikant (Eric Clapton), instrumentenbouwer (Antonio Stradivarius), zanger (Bono van U2), liedjesschrijver (Bob Dylan), … 4.6. Wijze woorden De betekenis van liedjes gaat diep. Wie kan er in logische woorden het effect omschrijven dat muziek op ons heeft? Een soort van ongearticuleerde, ondoordringbare taal, die ons naar de grens van het oneindige leidt en ons er enkele ogenblikken een glimp van laat zien! Thomas Carlyle (1975 – 1881) Ik zal kunnen horen in de hemel. Ludwig van Beethoven (1770 – 1827) zijn laatste woorden
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
4
5. Fysieke intelligentie (VL) of Lichamelijk – kinesthetische intelligentie (NL) of Beweging Knap 5.1. Omschrijving We gebruiken onze fysieke intelligentie om te denken in, met en over bewegingen en gebaren. Gezichtsuitdrukkingen, handgebaren en bewegingen zijn de symbolen waarin we denken en waarmee we deze intelligentie uitdrukken. 5.2. Het kind denkt… Het kind denkt in bewegingen, door te voelen. 5.3 Het kind wordt aangetrokken tot… drama; rollenspelen; mimiek; beweging; dans; lichaamstaal; atletiek; pantomime; excursies; sport; spellen; gymnastiek; knutselmaterialen; expressielessen; gebaren; … 5.4. Vaardigheden en voorkeuren acteren en mime; atletiek; choreografie; fitness; allerlei lichamelijke oefeningen; kleine motoriek; oog – hand coördinatie; grote motoriek; uithoudingsvermogen; kracht; jongleren; manipuleren van objecten; bewegen met gratie, coördinatie en precisie; sporten in het algemeen; trefzekere bewegingen (vangen; gooien; springen,…); gemakkelijk leren door iets te doen; van het leren met hoofd, hart en handen vinden zij het leren met handen heel belangrijk; … 5.5. Enkele beroepen en markante voorbeelden basketbal (Michael Jordan), hardlopen (Carl Lewis), voetbal (Johan Cruyff), honkbal (Babe Ruth), golfen (Tiger Woods), tennis (Kim Clijsters), zwemmen (Mark Spitz), acteurs/actrices (Tom Hanks, Audrey Tautou), ballet (Rudolf Nurejev), bokser (Mohammed Ali), danser (Fred Astaire), goochelaar (Harry Houdini), mime (Charlie Chaplin), chirurg (Christian Barnard), … 5.6. Wijze woorden Talent is één procent inspiratie en negenennegentig procent transpiratie. Thomas Alva Edison (1847 – 1931) Ik hoor en ik vergeet. Ik zie en ik onthoud. Ik doe en ik begrijp. Confucius (551 – 479 v. C.) Het is niet hetzelfde om over stieren te praten en om in de arena te staan. Spaans Spreekwoord
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
5
6. Natuurlijke intelligentie (VL) of Naturalistische intelligentie (NL) of Natuur Knap 6.1. Omschrijving We gebruiken onze natuurlijke intelligentie om te denken over planten, dieren, wolken, stenen en andere natuurverschijnselen. 6.2. Het kind denkt… Het kind denkt in samenhangen, vooral met de omgeving. 6.3. Het kind wordt aangetrokken tot… planten; dieren; natuurverschijnselen; landschappen; stenen; wolken; milieu; excursies naar buiten; schooltuintjes; verzamelingen; verloop van seizoenen; natuurlessen; … 6.4. Vaardigheden en voorkeuren “groene vingers”; analyseren van overeenkomsten en verschillen; genieten van planten, bloemen en bomen; bestuderen en zorgen voor planten, tuinen, huisdieren en wilde dieren; benoemen van flora, fauna en natuurverschijnselen; verzamelen van planten, insecten, stenen; ontdekken van patronen in de natuur; genieten van de capriolen van dieren; observeren van details; het weer voorspellen; het milieu beschermen; herkennen van dieren – en plantensoorten, stenen, sterren en wolken; temmen en trainen van dieren; gevoelig voor de onderlinge afhankelijkheid tussen planten en dieren, voor ecologie en voor milieubeheer; ontdekkende observerende houding; mag graag vergelijken; kan goed zaken onthullen en de betekenis verklaren; onderscheiden; herkennen; categoriseren; analyseren; verzamelen (ook van dingen die niet direct uit de natuur voortkomen zoals postzegels); classificeren; gemakkelijk leren door waarnemingen buiten; … 6.5. Enkele beroepen en markante voorbeelden dierentrainer (Martin Gaus), astronoom (Galileo Galilei), bioloog (Louis Pasteur); natuurkundige (Charles Darwin), oceanograaf ( Jacques Cousteau), veearts (James Herriot), … 6.6. Wijze woorden Er is iets in de glimp van een bloem dat op bepaalde momenten zelfs de grootste opschepper van de wereld in bedwang kan houden. John Muir (1938 – 1914) Het meest onbegrijpelijke feit over de wereld is dat hij begrijpelijk is. Albert Einstein (1879 – 1955)
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
6
7. Sociale intelligentie (VL) of Interpersoonlijke intelligentie (NL) of Mensen/ Samen Knap 7.1. Omschrijving We gebruiken onze sociale intelligentie om anderen te begrijpen en succesvol met hen om te gaan. 7.2. Het kind denkt… Het kind denkt, door na te gaan wat de ander ervan vindt, als het ware rekening houdend met de ander. 7.3. Het kind wordt aangetrokken tot… andere mensen; sociale interactie; verlangens; motivatie; gezelligheid; feestjes; kringgesprekken; groepswerk; groepsopdrachten; discussies; dialogen; gesprekken; sport; spel; groepsverantwoordelijkheid; welbevinden en betrokkenheid; … 7.4. Vaardigheden en voorkeuren communiceren met anderen; interactie met anderen; meeleven met anderen; leiden en organiseren van groepen en evenementen; maken en behouden van vrienden; oplossen van conflicten en bemiddelen; respecteren van de rechten en meningen van anderen; het talent om het perspectief van een ander in te nemen; gevoelig zijn voor de stemmingen en motieven van anderen; begrijpen van gevoelens, waarden en behoeften van anderen zonder zichzelf weg te cijferen; werken als lid van een team; initiatief nemen, genieten van werken met, zorgen voor en leren met anderen; bereiken van overeenstemming; letten op non – verbaal gedrag van wat mensen uitstralen; bereidheid om anderen te helpen; samen dingen uitwisselen en ervaren; door gezamenlijke activiteiten leren; leren door feedback; … 7.5. Enkele beroepen en markante voorbeelden antropoloog (Claude Levi – Strauss), dokter (Albert Schweitzer), opvoedkundige (Thomas Gordon), filantroop (Moeder Theresa), verpleegster (Florence Nightingale), politicus (John F. Kennedy), minister – president (Winston Churchill), socioloog (Karl Marx), talkshowpresentator (Oprah Winfrey), … 7.6. Wijze woorden Laat ons proberen zo te leven, dat als we sterven zelfs de begrafenisondernemer het erg zal vinden. Mark Twain (1839 – 1910) De diensten die we anderen bewijzen vormen eigenlijk de huur die we betalen voor onze kamer op de aarde. Wilfred Grenfell (1865 – 1940)
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
7
8. Persoonlijke intelligentie (VL) of Intrapersoonlijke intelligentie (NL) of Zelf Knap 8.1. Omschrijving We gebruiken onze persoonlijke intelligentie om te denken in, met en over gevoelens, stemmingen en gemoedstoestanden. Droombeelden en gevoelens zijn de symbolen van dit denken. Hiermee drukken we deze intelligentie uit. 8.2. Het kind denkt… Het kind denkt door bij zichzelf te rade te gaan. 8.3. Het kind wordt aangetrokken tot… innerlijk ervaringen (stemmingen, herinneringen, intuïtie, waarden en normen, gevoelens, fantasieën, ingevingen, diepere gedachten); dagboeken; meditatiemomenten; reflectiemomenten; poëzie; oefeningen in het leren van zelfbevestiging; … 8.4. Vaardigheden en voorkeuren aandacht schenken aan herinneringen, fantasieën, dromen; verhelderen van eigen waarden en overtuigingen; controle hebben over impulsen; ontwikkelen van gedifferentieerde meningen en overtuigingen; genieten van denktijd, tijd alleen, stille momenten; zelfbeschouwing en intuïtie; kennen van en omgaan met stemmingen en gevoelens; kennen van de eigen zwakke en sterke kanten; zichzelf motiveren; het stellen van realistische doelen; nadenken over het eigen denken; het begrijpen van innerlijk conflicten en motivaties; zelfsturend; vastberaden en doelgericht; neemt verantwoordelijkheid,; wat filosofisch ingesteld; leren interpreteren; leeft in eigen wereld; zichzelf op de achtergrond plaatsen; … 8.5. Enkele beroepen en markante voorbeelden filosoof (Jean Paul Sartre), dichter (Remco Campert), politiek leider (Nelson Mandela), psycholoog (Carl Jung), religieus figuur (Jezus Christus), theoloog (St. Thomas van Aquino), … 8.6. Wijze woorden Een vriend is een cadeau dat je jezelf geeft. Robert Louis Stevenson (1850 – 1894) Leer om zo stil te zijn dat je het geluid van het echte in jezelf kan horen, zodat je het ook in anderen kan horen. Marion Wright Edelman (1939 - )
Henk De Reviere
Pedagogisch Begeleider
[email protected]
8
VensterRuiten 1. Sofie
2. Myriam
3. Samuel
4. Lucas
5. Christine
6. Suzanne
7. Eric
8. Harry
Observatielijstjes “Meervoudige Intelligentie”
1. Verbale intelligentie (VL) of Verbaal – linguïstische intelligentie (NL) of Woord Knap
Vertelt graag en beeldend en houdt ervan te praten. Geniet van “expressief taalgebruik” (woordherhalingen, rijmpjes, melodietjes). Leest graag (krant, boek, stripverhaal, opschriften). Maakt woordgrapjes of doet graag taalspelletjes. Kan spelen met zijn/haar stem (stemmetjes maken). Pikt graag nieuwe woorden en begrippen op, integreert die in eigen taalgebruik. Houdt ervan voorgelezen te worden en kan goed voorlezen. Schrijft graag (verhalen, informatieve teksten, woorden bij een tekening). Rijmt graag of schrijft gedichten. Luistert graag naar iets dat verteld wordt, is betrokken bij gesprekken. Heeft interesse voor de juiste spelling. Heeft een grote woordenschat en vraagt vaak om uitleg: “Wat betekent dit, wat is dat?” Kan anderen verbaal corrigeren of overtuigen. 2. Logische intelligentie (VL) of Logisch – mathematische intelligentie (NL) of Reken / Redeneer Knap Houdt van cijferpuzzels en nog onbekende rekenopdrachten. Geeft blijk van inzicht in getalsverhoudingen (bijvoorbeeld bij de tafels: 2 X 6 = 12 “O dan is 4 X 6 het dubbele!”). Legt materiaal/eten (en dergelijke) gestructureerd neer en pakt het systematisch op. Heeft de neiging om een rekensom/probleemstelling op verschillende manieren te willen uitrekenen/benaderen, bedenkt (nieuwe), originele en vaak logische oplossingen. Houdt van meten, met meetinstrument of met stokjes, vingers, draadjes. Heeft graag duidelijkheid en logica, houdt van gestructureerd werken. Heeft iets met “tijd”, geschiedenisfeiten, jaartallen. Zoekt graag uit hoe hij/zij iets kan maken, bijvoorbeeld met lego of ander constructiemateriaal. Legt graag verbanden, gebruikt eventueel schema’s om die te verduidelijken. Houdt ervan probleemoplossend bezig te zijn en dan de zaak op een rijtje te zetten, het zit zus en zo in elkaar. Wil weten hoe iets werkt. Hanteert “zwart – wit” redeneringen. Denkt kritisch. Is vaak zuinig met woorden. Houdt van spelletjes als schaken, dammen en kaarten. Henk De Reviere - Pedagogisch Begeleider Vrij naar: KOPMELS, D., De kracht van Meervoudige Intelligentie. Vlissingen, Bazalt, 2006.
1
3. Ruimtelijke intelligentie (VL) of Visueel – ruimtelijke intelligentie (NL) of Beeld / Ruimte Knap Grijpt allerlei aanleidingen aan om te kunnen tekenen, schilderen, eventueel fotograferen. Heeft oog voor verhoudingen, bij het tekenen van mensfiguren. Blijkt details te zien en weer te geven, ook op de achtergrond. Gebruikt materiaal (als kleurkrijt, potlood, enzovoort) verrassend “anders”. Heeft het nodig iets te zien om het te begrijpen: afbeelding, demonstratie, voordoen. Ziet van alles voor zich als het leest, voorgelezen wordt, als iemand iets vertelt. Kan fantaseren door zich iets voor te stellen. Heeft interesse voor de inrichting van een ruimte (klas, eigen kamer, enzovoort). Weet goed de weg in de buurt (kortere weggetjes en dergelijke). Kan zich snel oriënteren in een nieuwe omgeving, al dan niet met behulp van een kaart. Tekent figuren om iets vast te houden. Beeldend bezig zijn, ontwerpen, schetsen, bouwen en construeren. Kleedt zich vaak op een eigen manier. Let op het uiterlijk bij anderen (complimenten). Doet graag videospelletjes.
4. Muzische intelligentie (VL) of Muzikaal – ritmische intelligentie (NL) of Muziek Knap Zingt, neuriet of fluit (onbewust) voor zichzelf. Heeft graag muziek om zich heen, achtergrondmuziek werkt ontspannend, stimulerend. Trommelt, tikt, beweegt ritmisch (bij muziek of op basis van een innerlijk ritme). Herkent instrumenten, stemmen, zangers/groepen, componisten. Hoort bewust geluiden om zich heen (verkeer, natuur, mensen op de achtergrond). Bespeelt een instrument. Zingt snel een melodie na, onthoudt liedjes goed. Reageert duidelijk op verschillen in intonatie als iemand spreekt. Vertelt iets op een boeiende manier (verschil in toonhoogte en tempo). Houdt van meedoen met (of maken van) een yell, rap, liedje. Maakt zelf liedjes en versjes. Is gevoelig voor storend geluid (concentratie).
Henk De Reviere - Pedagogisch Begeleider Vrij naar: KOPMELS, D., De kracht van Meervoudige Intelligentie. Vlissingen, Bazalt, 2006.
2
5. Fysieke intelligentie (VL) of Lichamelijk – kinesthetische intelligentie (NL) of Beweging Knap Gebruikt gebaren en gezichtsuitdrukking om iets duidelijk te maken (praten met “handen en voeten”). Reageert enthousiast op activiteiten waarbij het kan bewegen en iets met de handen kan doen. Heeft graag dingen in de hand of raakt iets aan om het te kennen of te begrijpen hoe het werkt. Maakt onbewust kleine bewegingen (wippen op de stoel, heen en weer “kijken”, en dergelijke). Houdt van dansen en bewegen. Is graag praktisch bezig met sleutelen, knutselen, bouwen, dingen klaarzetten. Voelt zich aangetrokken tot toneelspelen, iets uitbeelden/uitspelen, mime. Is gevoelig voor lichamelijk contact (aanraken, hand geven), doet dat zelf ook bij volwassenen en medeleerlingen. Speelt graag buiten: rennen, spelletjes, ergens naartoe wandelen of fietsen. Houdt ervan zich lichamelijk in te spannen, sporten in het algemeen. Kan goed anderen nadoen (mimiek). Is goed in fijne motoriek ( computerspelletjes: oog – handcoördinatie). Doen is begrijpen.
6. Natuurlijke intelligentie (VL) of Naturalistische intelligentie (NL) of Natuur Knap Voelt zich aangetrokken tot de natuur (meer dan normale interesse), komt op voor de natuur. Verzamelt: brengt van alles mee (stenen, schelpen, mos, paardenkiezen, enzovoort). Is geïnteresseerd in natuurverschijnselen, het weer, de ruimte. Wil namen weten van planten, dieren, gesteenten, natuurgebieden, wolken, lichaamsdelen, enzovoort. Heeft de neiging tot scherp observeren van mensen, dieren, planten, gebeurtenissen. Ziet kleine verschillen en overeenkomsten. Is goed in staat om te ordenen en kwalificeren. Houdt ervan om met dieren om te gaan en ze dingen aan te leren (inlevingsvermogen). Kan belangstelling en talent hebben voor koken. Weet veel over planten, dieren, hoe ze groeien, hoe ze zich gedragen, wat ze beïnvloedt en dergelijke. Leest daarover, vraagt daarover of kijkt daarover tv. Is geïnteresseerd in verandering, groei en opeenvolging. Vertelt graag over die aspecten van de natuur waarvoor hij zich interesseert. Is sterk gericht op buiten. Komt vaak met leuke en boeiende ontdekkingen van buiten. Houdt van kamperen.
Henk De Reviere - Pedagogisch Begeleider Vrij naar: KOPMELS, D., De kracht van Meervoudige Intelligentie. Vlissingen, Bazalt, 2006.
3
7. Sociale intelligentie (VL) of Interpersoonlijke intelligentie (NL) of Mensen/ Samen Knap
Houdt ervan samen met anderen te zijn (“streetsmart”). Neemt initiatief tot contact, vraagt of een ander mee wilt doen, toont belangstelling. Kan zich inleven/verplaatsen in een ander. Accepteert andere kinderen zoals ze zijn. Geeft er blijk van iets om een ander te geven. Heeft de neiging leiding op zich te nemen bij spel of werk waardoor anderen (ook) goed kunnen functioneren. Is in staat om een positieve atmosfeer op te roepen om de groep bij elkaar te houden. Is er op uit conflicten met anderen tot een goede oplossing te brengen. Wil dingen met anderen delen (materiaal, speelgoed, voedsel, enzovoort). Let op hoe anderen zich voelen, hoe ze zich gedragen; heeft de neiging daar op in te spelen. Helpt een ander ergens mee. Kan genieten van bij elkaar zijn, feestjes, uitstapjes, en dergelijke. Werkt graag samen met anderen. Organiseert gemakkelijk. Doet buiten de school aan sociale activiteit of teamsport.
8. Persoonlijke intelligentie (VL) of Intrapersoonlijke intelligentie (NL) of Zelf Knap Kan goed alleen bezig zijn (zelfstandig). Denkt na over eigen gedrag, gevoelens en dergelijke. Heeft soms een uitgesproken mening over wat het belangrijk vindt, graag wil doen, graag wil hebben, is vastberaden en doelgericht. Behoeft zich dikwijls niet zo direct te uiten over wat het denkt, voelt, heeft meegemaakt. Vindt het interessant om de eigen voorkeuren en sterkere/zwakkere kanten te kennen. Houdt een dagboek bij of maakt op een andere manier aantekeningen over dingen die gebeuren en wat het daarvan vindt. Kan opgaan in fantasie, dagdromen. Heeft graag een “privé plek” om te werken, studeren, lezen en dergelijke. Is zich bewust van eigen gevoelens en stemmingen en heeft de neiging die te willen beïnvloeden. Heeft dikwijls denktijd nodig alvorens op iets te reageren. Neemt graag verantwoordelijkheid. Stelt meestal hoge eisen aan zichzelf. Is wat filosofisch ingesteld. Toont sterk gevoel van onafhankelijkheid/sterke wil. Kan goed naar anderen luisteren, voelt gevoelens en stemmingen van een ander goed aan. Bron: Vrij naar “De kracht van meervoudige intelligentie” (www.bazalt.nl)
Henk De Reviere - Pedagogisch Begeleider Vrij naar: KOPMELS, D., De kracht van Meervoudige Intelligentie. Vlissingen, Bazalt, 2006.
4
School: …………………………………………………………………………………………
Naam: ………………………………………………………………………………………….. Datum: …………………………………………….…………………………………………
LEUK/ NIET LEUK
Muzische intelligentie
Fysische intelligentie
Natuurlijke intelligentie
Sociale intelligentie
Persoonlijke intelligentie
Ruimtelijke intelligentie
Muzische intelligentie
Fysische intelligentie
Natuurlijke intelligentie
Sociale intelligentie
Persoonlijke intelligentie
Verbale intelligentie
Logische intelligentie
Ruimtelijke intelligentie
Logische intelligentie
Verbale intelligentie
GOED/ NIET GOED
Diagnostisch Interview Het Diagnostisch interview kan ons helpen om de sterke kanten van leerlingen nog beter te ontdekken. Door allerlei vraagjes over belangstelling en vaardigheden uit te diepen, kunt u te weten komen welke gebieden het vlugst, het sterkst en het makkelijkst zijn voor de leerling. Vraag vooral naar wat goed gaat: - waar ben je goed in? - welke spelletjes en hobby’s spreken je aan? - wat heb je al eens gedaan waar je trots op bent? Als een bepaalde leerling “niets” antwoordt, zou u kunnen vragen: - waar je vinden je ouders of je vrienden je goed in? Probeer daar bij een patroon te ontdekken: - hoe heb je deze dingen geleerd? - welke les vind je gemakkelijk? - wat vind je makkelijk wanneer je iets nieuws leert? Zoek naar strategieën die een leerling zelf ontdekt heeft: - hoe los je het op als je iets moeilijks leert? Hoe onthoudt een leerling iets: - wat helpt je om dingen te onthouden? - wat doe je om iets te onthouden? - welk stukje van een film kun je goed onthouden; de muziek, de personen, de actie of de gevoelens, de kostuums of het verhaal?
REYNS, B. & DE KAART, K., Matchen met MI. Vlissingen, Bazalt, 2005; 60 blz.
Hoe ervaren anderen deze leerling: - wat zeggen jouw leraren over je? - over je studiegewoontes? - over hoe je schrijft? - over hoe je toetsen maakt? - over je toekomst? - wat zeggen je ouders over je? - over hoe je jezelf organiseert? - over hoe je opschiet met familieleden? - over je interesses en taken die je bijzonder goed aanpakt? Hoe denkt deze leerling over zijn toekomst? - welk beroep zou goed bij je passen? Hoe is ook goed te vragen naar wat minder gaat en wat echt niet lukt. Heel veel leerlingen vinden het moeilijk op deze vragen te antwoorden: Luister en reflecteer echter goed over wat kinderen aangeven en probeer met hen uit te zoeken hoe een bepaalde strategie werkelijk werkt. Met het werkboek Knapper dan je denkt kunnen kinderen zelf hun sterke kanten in kaart brengen en zo hun persoonlijk intelligentieprofiel samenstellen. Omdat in de ontwikkeling van leerlingen grote veranderingen kunnen optreden is het van belang voortdurend informatie te verzamelen over sterke kanten van leerlingen en hun ervaringen.
REYNS, B. & DE KAART, K., Matchen met MI. Vlissingen, Bazalt, 2005; 60 blz.
Sterke Kanten Kaart Naam
: ………………………………….
Gesprek met : …………………………………. Datum
: ………………………………….
Belangrijke punten uit het gesprek
Sterke kanten van de leerling
Wat minder goed gaat
Aanbevelingen en tips
REYNS, B. & DE KAART, K., Matchen met MI. Vlissingen, Bazalt, 2005; 60 blz.
MI en zorgleerlingen OEFENING Beschrijving van een zorgleerling
Sterke kanten
Aan welke strategieën denk je?
Hoe vertalen die zich in een plan van aanpak?
REYNS, B. & DE KAART, K., Matchen met MI. Vlissingen, Bazalt, 2005; 60 blz.
Basisonderwijs
OVERZICHT ENKELE MATERIALEN MEERVOUDIGE INTELLIGENTIE (MI)
TalentenKracht (www.talentenkracht.nl)
Het complete MI boek (www.rpcz.nl)
“Het MI kaartspel” (www.rpcz.nl)
“Matchen met MI“ (www.bazalt.nl)
“Eerste hulp bij tafels” (http://www.boekinbeeld.be)
“26 letters en dan…”(http://www.boekinbeeld.be)
“Knapper dan Knap” (Meervoudige intelligentie bij peuters en kleuters) (www.bazalt.nl)
“MI het jaar rond” (MI – activiteiten voor kinderen van 4 t/m 8 jaar) (www.bazalt.nl)
“De kracht van MI” (Kort overzicht over de toepassing van MI op school) (www.bazalt.nl)
“MI Toolbox“ (http://www.ijsselgroepson.nl/)
“Beelddenken in de praktijk” (www.kindinbeeld.nl)
Boek “In het rijk der beelden ben ik koning – Kijk en luister naar beelddenkers” – Magda Jacobs en Tineke Labrujère (Google!)
Boek “Ik denk in beelden, jij onderwijst in woorden – Jeffrey Freed en Laurie Parsons (Google!)
Test je meervoudige intelligentie http://www.pbdgent.be/opvoedingonderwijs/arttweegeesten.htm
Webje MI met o.a. hoeken – en contractwerk: http://webje.yurls.net/
Diocesane Pedagogische Begeleidingsdienst http://www.kogent.be
09 223 11 25
Henk De Reviere
[email protected]