WWW.EMINENT-ONLINE.COM
NL
Handleiding EM4030
Handleiding: EM4030 Rev. 1 Accesspoint 802.11g Waarschuwing: Als gevolg van Europese regelgeving kan een draadloos apparaat in sommige Europese lidstaten onderwerp zijn van beperkingen. Ook kan het gebruik van dit product in sommige Europese lidstaten in het geheel verboden zijn. Voor meer informatie aangaande deze waarschuwing zie De Verklaring van Overeenstemming op de laatste pagina van dit document. Inhoudsopgave: 1.0 1.1 1.2 1.3 2.0 2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 3.0 3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.2.4 3.2.5 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.4 3.5 3.6 4.0 5.0
Introductie. Functies en kenmerken. Inhoud van de verpakking. Voor u begint. Installatieprocedure hardware. Netwerkinstellingen. Netwerkinstellingen (Windows 95, 98 en ME). Netwerkinstellingen (Windows 2000 en Windows XP). Netwerkinstellingen (Windows NT). Instellen van het accesspoint. Network menu. Network - LAN setup. Network - Wireless settings. Network - WDS links. Wireless Security. Access control list (ACL). Radius servers. Wired Equivalent Privacy (WEP). 802.11x Security. Wi-Fi Protected access (WPA). Status. Status - Station Summary. Status - Wireless statistics. Status - Event reporting. Clients. Tools - Upgrade firmware. Configuration password. Service en ondersteuning. Probleem oplossing.
2 2 2 2 2 2 2 3 3 3 3 3 3 3 4 4 4 4 4 4 5 5 5 5 6 6 6 6 6
NL 1
1.0 Introductie: Gefeliciteerd met de aankoop van dit hoogwaardige Eminent product! Dit product is door de technische experts van Eminent uitgebreid getest. Mocht dit product ondanks alle zorg problemen vertonen dan kunt u beroep doen op de vijf jaar Eminent garantie. Bewaar deze handleiding samen met het bewijs van aankoop daarom zorgvuldig. 1.1 Functies en kenmerken: Dit accesspoint is geschikt voor gebruik in combinatie met draadloze netwerkkaarten. Het ondersteunt de maximale doorvoer van 54 Mbps. Het accesspoint kan tevens als bridge worden gebruikt om met behulp van andere accesspoints, nog grotere afstanden te overbruggen. 1.2 Inhoud van de verpakking: Wireless accesspoint. Adapter. Cd-rom met fabriekshandleiding. Handleiding. 1.3 Voor u begint: Sluit het accesspoint eerst aan met een 'gekruiste' of 'crossed over' kabel aan op de netwerkkaart van uw pc. Geef uw computer het vaste IP-adres van ‘192.168.1.1’ om het accesspoint in te kunnen stellen. Zie hiervoor het hoofdstuk Netwerkinstellingen. 2.0 Installatieprocedure hardware: 1. Verwijder de netsnoeren van alle betrokken apparaten. 2. Sluit de lichtnetadapter aan op het accesspoint. 3. Steek de lichtnetadapter in het stopcontact. 4. Verbind de LAN poort van het accesspoint met de netwerkkaart in uw computer. 2.1 Netwerkinstellingen: 2.1.1 Netwerkinstellingen (Windows 95, 98 en ME): 1. Voor Windows 95 en Windows 98: Klik met de rechter muisknop op ‘Netwerkomgeving’ op uw bureaublad. 2. Voor Windows ME: Klik met de rechter muisknop op ‘Mijn netwerklocaties’ op uw bureaublad. 3. Kies ‘Eigenschappen’. 4. Selecteer ‘TCP/IP’. 5. Klik op ‘Eigenschappen’. 6. Kies ‘Een IP-adres opgeven’. 7. Type achter IP-adres ‘192.168.1.1’. 8. Type achter Subnetmasker ‘255.255.255.0’. 9. Klik op het tabblad ‘WINS configuratie’. 10. Kies ‘WINS omzetting uitschakelen’. 11. Klik op tabblad ‘DNS configuratie’. 12. Kies ‘DNS uitschakelen’. 13. Klik op tabblad ‘Gateway’. 14. Verwijder eventueel geïnstalleerde gateways. 15. Klik op ‘Ok’. 16. Klik op ‘Ok’ in het scherm ‘Netwerk’. 17. Start uw computer opnieuw op.
NL 2
2.1.2 Netwerkinstellingen (Windows 2000 en Windows XP): 1. Klik met de rechter muisknop op ‘Mijn netwerklocaties’ op uw bureaublad. 2. Kies ‘Eigenschappen’. 3. Klik met de rechter muisknop op ‘LAN-verbinding’. 4. Kies ‘Eigenschappen’. 5. Selecteer ‘Internet protocol (TCP/IP)’. 6. Klik op ‘Eigenschappen’. 7. Kies ‘Het volgende IP-adres gebruiken’. 8. Type achter IP-adres ‘192.168.1.1’ 9. Het juiste subnetmasker wordt automatisch ingevuld. 10. Windows 2000: Kies ‘Automatisch een DNS serveradres verkrijgen’. 11. Windows XP: Kies ‘Automatisch een DNS serveradres laten toewijzen’. 12. Klik op ‘Ok’. 13. Windows toont het scherm ‘Eigenschappen voor LAN-verbinding’. 14. Klik op ‘Ok’. 15. Windows 2000: Sluit het scherm ‘Netwerk- en inbelverbindingen’. 16. Windows XP: Sluit het scherm ‘Netwerkverbindingen’. 17. Start uw computer opnieuw op. 2.1.3 Netwerkinstellingen (Windows NT): 1. Klik met de rechter muisknop op ‘Netwerkomgeving’ op uw bureaublad. 2. Kies ‘Eigenschappen’. 3. Klik op het tabblad ‘Protocollen’. 4. Selecteer ‘TCP/IP-protocol’. 5. Klik op ‘Eigenschappen’. 6. Selecteer de op het Eminent apparaat aangesloten Ethernet adapter (netwerkkaart). 7. Kies ‘Een IP-adres opgeven’. 8. Type achter IP-adres ‘192.168.1.1’ 9. Type achter Subnetmasker ‘255.255.255.0’ 10. Klik op tabblad ‘DNS’. 11. Verwijder eventueel aanwezige DNS services onder ‘Zoekvolgorde van DNS-service’. 12. Klik op ‘Ok’. 13. Klik op ‘Ok’ in het scherm ‘Netwerk’. 14. Start uw computer opnieuw op.
NL 3
3.0 Instellen van het accesspoint: 1. Open uw browser (Internet Explorer, Netscape etc.). 2. Type in de adresbalk: ‘http://192.168.1.100’. 3. Druk op de enter toets. 4. Het ontvangstscherm wordt getoond. 3.1 Network menu: In het menu ‘Network’ kunt u de vaste en draadloze netwerkinstellingen wijzigen en kunt u een lijst maken van accesspoints voor bridging. 3.1.1 Network - LAN setup: In dit menu kunt u de vaste netwerkinstellingen wijzigen. 1. Selecteer DHCP als u wilt dat een DHCP server in uw netwerk (Bijvoorbeeld uw router of uw modem) een IP adres geeft aan uw accesspoint. 2. Selecteer Static IP als u vaste IP adressen wilt gebruiken voor uw accesspoint. U dient dan een vast IP adres op te geven. 3. Klik op ‘Apply’ om de instellingen op te slaan. 3.1.2 Network - Wireless settings: Radio Settings: Bij radio settings kunt u de regio wijzigen naar de regio waar u het accesspoint gebruikt, Als gevolg van Europese regelgeving kan een draadloos accesspoint in sommige Europese lidstaten onderwerp zijn van beperkingen. Het is daarom belangrijk dat u hier het juiste land selecteerd. 1. Klik op ‘Change region’. 2. Selecteer het land waar u het accesspoint gebruikt. 3. Klik op ‘Ok’. Wireless LAN: 1. Type in het veld bij ‘Wireless network name (SSID)’ de naam in die u uw draadloze netwerk wilt geven. (Deze naam moet later worden overgenomen in de instellingen van de draadloze netwerkkaart.) 2. Bij ‘Band’ kunt u instellen welke wireless standaard u wilt gebruiken. Klik op ‘Change Policy’ om dit te wijzigen. U heeft de keuze uit: ‘Mixed mode 11mbps en 54mbps (standaard)’, ‘G-only 54 mbps’ en ‘B-Only, 11 mbps’. 3. Selecteer een kanaal nummer bij ‘Radio channel’. 4. Met de optie ‘Broadcast SSID’ kunt u instellen of het accesspoint het SSID moet uitzenden. Wij raden u aan deze uit te zetten zodra u het netwerk helemaal heeft beveiligd. 5. Klik op ‘Apply’ om de instellingen op te slaan. 3.1.3 Network - WDS links: In dit menu kunt u een lijst maken van andere accesspoints waarmee dit accesspoint moet communiceren. Klik op ‘Add WDS link’ om een accesspoint toe te voegen aan de lijst. U dient het MAC-adres van het accesspoint in te voeren.
NL 4
3.2 Wireless Security: In dit menu kunt u de beveiliging van het draadloze signaal instellen. Wij raden u aan uw draadloze netwerkverkeer te beveiligen met een ecryptiesleutel. 3.2.1 Access control list (ACL): Access control list stelt u in staat een beveiliging in te stellen waarbij het MAC adres van uw netwerkkaart ingevuld wordt in het accesspoint. Alleen de netwerkkaarten die het accesspoint herkent krijgen toegang. 1. Plaats een vinkje bij ‘Enable Access control list’ om de functie aan te zetten. 2. Klik op ‘Add’ 3. Vul een MAC-adres in. 4. Selecteer ‘Accept client’ als u wilt dat dit MAC-adres toegang krijgt tot het draadloze netwerk. 5. Selecteer ‘Reject client’ als u juist wilt dat dit MAC adres geen toegang krijgt tot het draadloze netwerk. 6. Klik op ‘Ok’. 7. Klik op ‘Apply’ om de instellingen op te slaan. 3.2.2 Radius servers: Radius server is een geavanceerde manier van beveiliging waarbij gebruik wordt gemaakt van een externe server. We raden u aan deze niet te gebruiken, tenzij u een gevorderde gebruiker bent. 3.2.3 Wired Equivalent Privacy (WEP): WEP encryptie werkt met behulp van een tekenreeks die exact overeen moet komen met de tekenreeks in alle op het draadloze netwerk aangesloten netwerkadapters. U kunt kiezen voor 64-bits en 128-bits, waarbij 128-bits de beste beveiliging is. Voor 64-bits encryptie wordt een teken reeks van 10 hexadecimale karakters gebruikt, voor 128-bits encryptie wordt een teken reeks van 26 hexadecimale karakters gebruikt. 1. Plaats een vinkje bij ‘Use WEP security’ om de functie aan te zetten. 2. Selecteer ’64-bits’ of ‘128-bits’. 3. Type een hexadecimale (0-9, A-F) teken reeks in. 4. Klik op ‘Apply’ om de instellingen op te slaan. 5. LET OP: U dient deze tekenreeks in te voeren in de draadloze adapter! 3.2.4 802.11x Security 802.11x is een geavanceerde manier van beveiliging waarbij gebruik wordt gemaakt van een externe server. We raden u aan deze niet te gebruiken, tenzij u een gevorderde gebruiker bent. 3.2.5 Wi-Fi Protected access (WPA): WPA encryptie is de opvolger van WEP encryptie. WPA staat voor WiFi Protect Access. WPA maakt gebruik van TKIP (Temporal Key Integrity Protocol) of AES (Advanced Encryption Standard). WPA is een zeer sterke verbetering van draadloze beveiliging. Terwijl geen enkele beveiligingsoplossing ooit kan claimen ‘absoluut veilig’ te zijn, is de bescherming die WPA levert aanzienlijk. WPA maakt gebruik van een ‘Pre Shared Key (PSK)’. Dit is een sleutel die van te voren in alle op het draadloze netwerk aangesloten apparaten moet worden ingesteld. Helaas wordt WPA nog niet door alle draadloze apparaten ondersteund. Ondersteunt uw draadloze netwerk adapter WPA dan adviseren we u hiervan gebruikt te maken. 1. Selecteer ‘Use WPA with pre-shared key’. 2. Type bij ‘Password phrase’ een tekenreeks van minimaal 8 en maximaal 63 tekens (0-9, A-Z). 3. Klik op ‘Apply’ om de instellingen op te slaan. 4. LET OP: U dient deze tekenreeks in te voeren in de draadloze adapter!
NL 5
3.3 Status: In deze menu’s kunt u verschillende samenvattingen terug vinden. Onder andere die van de netwerk instellingen en die van hoeveel datapakketjes er over de LAN poort en Wireless ontvangen en verstuurd zijn. 3.3.1 Status-Station Summary: Zodra u verbinding heeft gemaakt met het accesspoint, komt u in het ‘Station Summery’ scherm. Hier vind u informatie over de huidige instellingen van het accesspoint zoals het IP adres, SSID, gerbuikte encryptie methode en de firmware versie. 3.3.2 Status - Wireless statistics: Dit scherm toont u hoeveel datapakketjes er zowel bedraad als draadloos ontvangen en verstuurd zijn. 3.3.3 Status - Event reporting: Hier vindt u een log bestand van het accesspoint. Klik op ‘Reset eventlog’ om het log te wissen. 3.4 Clients In dit menu vindt u twee lijsten: De lijst ‘Wireless clients’ laat u een lijst zien welke netwerkadapters er op het accesspoint zijn aangesloten. De lijst ‘Access points’ laat u een lijst zien met welke andere accesspoints in het draadloze netwerk verbonden zijn met dit accesspoint. 3.5 Tools - Upgrade firmware: Hier kunt u de firmware van het accesspoint upgraden. Klik op ‘Next’. 1. Klik op ‘Bladeren’ om naar het firmware bestand of configuratie bestand te bladeren. 2. Klik op ‘Upgrade’ om het bestand naar het accesspoint toe te sturen. 3.6 Configuration password: Met behulp van deze functie kunt u de toegang tot het accesspoint beveiligen met een password. 1. Type in het veld ‘New Password’ uw nieuwe wachtwoord in. 2. Type in het veld ‘Confirmed password’ nogmaals uw nieuwe wachtwoord in. 3. Klik op ‘Change password’ om het password te wijzigen. U kunt het accesspoint hier ook beveiligen tegen aanpassingen van instellingen via het draadloze netwerk. U kunt dan alleen nog instellingen wijzigen via de LAN verbinding. Klik op ‘Lock Accesspoint’ om de beveiliging in te schakelen. Om de beveiliging weer uit te schakelen dient u via een netwerk kabelverbinding te maken met het accesspoint en de reset knop (op de achterkant van het accesspoint even in te drukken. 4.0 Service en ondersteuning: Deze handleiding is met zorg opgesteld door de technische experts van Eminent. Mocht u desondanks problemen ervaren bij de installatie of in het gebruik van het betreffende product dan kunt u een e-mail bericht sturen naar
[email protected] of bellen naar ons gratis Servicenummer. Tel. 0800EMINENT (0800-3646368). Belt u mobiel dan belt u met 0900-EMINENT (0900-3646368) 45cpm. Meer informatie over Eminent producten? Kijk op www.eminent-online.com.
NL 6
5.0 Probleem oplossing: V1 Ik krijg geen verbinding met een netwerkkaart A1 Controleer of het in het accesspoint in gevulde SSID over een komt met die in het draadloze netwerk kaart. A2 Is de afstand te groot, ga dichterbij en controleer de signaalsterkte van de draadloze netwerk kaart. A3 Staat het accesspoint of de wireless adapter in de buurt van andere apparatuur die storing A4 veroorzaakt zoals bijvoorbeeld andere draadloze apparatuur, TV’s, magnetron e.d.Probeer verbinding op te bouwen zonder WEP beveiliging. V Ik krijg geen verbinding met het accesspoint A1 Controleer of uw pc het vaste IP-adres van ‘192.168.1.1’ heeft. A2 Reset het accesspoint naar de fabrieksinstellingen door het reset knopje langer dan 10 seconde in te drukken.
NL 7