Handleiding digestaat en compost in diepstrooiselboxen
Ilse van den Meijdenberg, student HAS Den Bosch, ’s Hertogenbosch. Bergen op Zoom, 2010
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
1
!
!!!!!!!!!!!!
!
Inhoudsopgave Inleiding...................................................................................................................3 Ligboxen: de essentie ................................................................................................4 Ligboxafmetingen ........................................................................................................... 4 Ligboxbedekking............................................................................................................. 5 Ligbox signalen ............................................................................................................... 6 Digestaat ..................................................................................................................7 Kwaliteit: Product ........................................................................................................... 7 Leveranciers .................................................................................................................... 7 Verbruik.......................................................................................................................... 7 Opslag ............................................................................................................................. 8 Toepassing in de boxen .................................................................................................. 8 Mest ................................................................................................................................ 8 Mestboekhouding ........................................................................................................... 9 Uiergezondheid .............................................................................................................. 9 Praktijkervaringen........................................................................................................... 9 Compost........................................................................ Error! Bookmark not defined. Kwaliteit: het product................................................................................................... 10 Leveranciers .................................................................................................................. 11 Verbruik........................................................................................................................ 11 Opslag ........................................................................................................................... 12 Toepassing in de boxen ................................................................................................ 12 Mest .............................................................................................................................. 13 Mestboekhouding ......................................................................................................... 13 Uiergezondheid ............................................................................................................ 13 Praktijkervaringen......................................................................................................... 13 Bijlage 1
Composteringsproces.............................................................................4
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
2
!
!!!!!!!!!!!!
!
Inleiding In opdracht van Vetvice is deze handleiding samengesteld over digestaat en compost in diepstrooiselboxen. Vetvice is een commercieel adviesbureau op het gebied van de zorg voor de gezondheid, welzijn en productie van melkvee. Meer specifiek verzorgt het praktijktrainingen koemanagement en gezondheidszorg (o.a. Koesignalen, Klauwsignalen, Jongveesignalen, Bouwen voor de koe), stallenbouwadvies, advies over arbeidsorganisatie en –efficiëntie, en boeken en informatieproducten. Het team van Vetvice bestaat uit zes dierenartsen en twee landbouwingenieurs. Zie ook: www.vetvice.nl. Met deze handleiding wil Vetvice het gebruik van diepstrooiselboxen in de praktijk stimuleren, omdat diepstrooiselboxen meer comfort voor de koe bieden. Daardoor ervaren de koeien meer welzijn en zal ook hun gezondheid beter zijn. Dit alles leidt tot minder diergezondheidsgerelateerde kosten en een hogere melkproductie. Deze handleiding heeft als doel om een veehouder in staat te stellen om op zijn bedrijf succesvol te gaan werken met diepstrooiselboxen met een van beide strooiseltypen: compost of digestaat. Derhalve richt het zich op de constructie en het onderhoud van de ligboxen, plus de aanvoer, opslag en eventuele afvoer van het strooisel. En besteedt het bijv. geen aandacht aan de vergelijking van diepstrooiselboxen met matrasboxen of zandboxen. Ilse van den Meijdenberg is een student aan de hogeschool Has Den Bosch, richting dier- en veehouderij. Tijdens deze opleiding heeft ze haar periferiestage bij Vetvice gelopen. Hieruit is deze handleiding ontstaan. De gegevens zijn afkomstig van geïnterviewde bedrijven, eigen waarnemingen en wetenschappelijke artikelen. Wanneer er nog vragen en of onduidelijkheden zijn, kunt u haar altijd contacteren via de e-mail:
[email protected]. Deze handleiding is als volgt opgebouwd: Eerst in het kort een beschrijving van de essentie van de ligbox. Daarna wordt het product digestaat behandeld en tot slot het product compost. De bedrijven die ondervraagd zijn met compost in de ligboxen, waren gemiddeld een half jaar tot een jaar bezig. Daardoor is er dus nog weinig lange termijninformatie beschikbaar. Lange termijninformatie is wel belangrijk omdat op de meeste bedrijven de compost in aanvang een uitstekend ligbed oplevert, maar na een aantal maanden erg hard wordt. Men zoekt naar oplossingen voor dit probleem maar lijkt deze nog niet gevonden te hebben. De compost die onderzocht is, is over het algemeen van het merk Boxcompost. Eén bedrijf gebruikt gewone compost. De bedrijven met digestaat waren over het algemeen drie jaar bezig. Hierbij moet de kanttekening worden geplaatst dat het om slechts 3 bedrijven gaat !Compost & Digestaat, juni ’10 !
3
!
!!!!!!!!!!!!
!
Ligboxen: de essentie In een comfortabele stal ligt een koe gemiddeld 12 tot 14 uur per dag, waarbij ze gemiddeld 7,2 maal per dag de ligbox betreedt. Een koe ligt dus 40 tot 50 procent van haar leven. Wanneer een koe ligt ontlast ze haar klauwen en benen. Hierdoor neemt de kans op klauwproblemen af. Koeien met gezonde klauwen zullen ook meer naar het voerhek lopen en dus meer voer opnemen. Wat leidt tot een hogere melkgift.
een zachte bodem voor een comfortabel ligbed en is er geen risico op het ontstaan van kneuzingen, zoals dikke hakken en voorknieën. Voldoende grip (en ruimte) vermindert het risico op speenbetrappingen. Voldoende kopruimte zorgt ervoor dat de koe gemakkelijker kan opstaan, zachter kan gaan liggen en de koe zal door de ruimte rechter in de box gaan liggen. Doordat de koe recht in de box gaat liggen zullen rugbeschadigingen minder zijn en blijven de boxen schoner. =de volgende afmetingen zijn gebaseerd op een holstein-friesian koe met een schofthoogte van 1,45 tot 1,50 m.= Om voldoende kopruimte te hebben is een lengte van 3,00 tot 3,50m aan te bevelen, De positie van de schoftboom moet minimaal op 1,80 m horizontaal gemeten vanaf de achterrand zijn. En minimaal 1,25 m boven ligboxbodem niveau. Door een schoftboom te plaatsen wordt voorkomen dat de koe te ver in de box gaat staan, gevolg vieze boxen. Een flexibele schoftboom heeft de voorkeur. De knieboom moet zo laag en zo smal mogelijk zijn, en afgerond. Bijvoorkeur maximaal 5 tot 10 cm boven het ligboxniveau. Wanneer deze hoger is, liggen koeien minder comfortabel en kunnen ze moeilijker opstaan. Een koe steekt namelijk één voorpoot naar voren bij het opstaan. De afstand van knieboom tot achterrand is minimaal 1,80 m. De knieboom zorgt dat de koe niet te ver in de box gaat liggen.
Ligboxafmetingen De laatste tijd is er steeds meer aandacht gekomen voor de comfort van ligboxen. Het is namelijk wetenschappelijk bewezen dat een beter comfort leidt tot meer rusten, betere klauwgezondheid en een hogere bloedtoevoer naar het uier, waardoor de dieren gezonder zijn en meer melk produceren. Het belangrijkste voor een goed ligcomfort zijn de bodem en de afmetingen van de ligbox. Daarnaast moet voor elke koe een ligbox aanwezig zijn. Een goede ligbox moet voldoen aan de volgende zes punten: 1. Een zachte bodem, met voldoende grip 2. Voldoende kopruimte 3. Voldoende ruimte (schoftboom) 4. Een lage knieboom 5. Voldoende breedte van de ligbox 6. Een goede boxafscheiding Een zachte bodem geeft allereerst voldoende grip waardoor de koeien niet bang zijn om te gaan liggen of op te staan. Ze zullen dan ook eerder en vaker gaan liggen en opstaan. Daarnaast zorgt !Compost & Digestaat, juni ’10 !
4
!
!!!!!!!!!!!!
!
Figuur 1: Uitgangsmaten ligbox
De breedte van de ligbox moet minimaal 1,22 m hart op hart zijn. Droge koeien zijn groter en zwaarder en hebben daardoor een ligboxbreedte nodig van 1,35 m. In figuur 1 is een schema met de afmetingen van een ligbox weergegeven.
Hierdoor kunnen er meer kreupelheidsproblemen voorkomen dan bij diepstrooiselboxen. Het watermatras is relatief duur, waardoor het weinig wordt toegepast. Watermatrassen zou je kunnen vergelijken met zacht liggende koematrassen. Ze zijn zacht bij het liggen, maar hebben niet het comfort wat een diepstrooiselbox geeft. In een diepstrooiselbox heeft een koe voldoende grip en het is doorgaans een zacht en comfortabel ligbed. Ook heeft het de eigenschap dat het zich vormt naar het lichaam van de koe. Een diepstrooiselbox moet wel een strooisellaag van 15cm hebben, om de voordelen van een diepstrooiselbox waar te kunnen maken, waardoor kale en dikke hakken en voorknieën nauwelijks voorkomen. Ook kunnen kreupele
Ligboxbedekking Er zijn verschillende soorten ligboxbedekkingen in gebruik. Zoals rubberen matrassen, zand, diepstrooisel en watermatrassen. De rubberen matras wordt veel toegepast. Dit komt omdat het relatief goedkoop is en makkelijk schoon te houden. Een nadeel is dat ze zich niet vormen naar het lichaam van de koe. Bovendien zijn ze vaak te hard en té schurend, watt leidt tot kale en dikke hakken en voorknieën.
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
5
!
!!!!!!!!!!!!
!
koeien makkelijker gaan liggen en opstaan. Waardoor de ligtijd zal toenemen. Een nadeel van diepstrooiselboxen is dat het onderhoud meer arbeid vraagt in vergelijking tot matrassen. Ook zullen de strooiselkosten hoger zijn. Ligbox-signalen Om erachter te komen of de afmetingen van de box en of de bodembedekking goed is moet er naar de volgende punten gekeken worden: Het percentage koeien met beschadigde en/of dikke hakken of voorknieën: Oorzaak: De boxen zijn te hard. Percentage koeien dat (half) in de boxen blijft staan: Oorzaak: De boxen zijn te kort, de schoftbuis moet naar achter geschoven worden. Of de dieren durven niet te gaan liggen, oa vanwege angst dat ze uitglijden en/of zichzelf stoten. Percentage bevuilde boxen: Wanneer er te veel mest achter in de boxen ligt betekend het dat de boxen te groot zijn. Of dat de koeien te ver in de box kunnen gaan liggen. Wanneer er geen mest achter in de box ligt zijn de boxen te krap. Je moet hierbij dus altijd rekening houden met de verschillen in lichaamsgrootte van de koeien in de koppel. Percentage koeien te vuile koeien (hygiënescore 3 of 4, hygiënescore UGCN): Te vuile flanken zijn een teken dat de ligplaatsen te nat en te vuil zijn. Hierdoor zal vaak ook de hygiëen van de uiers onvoldoende zijn, wat een verhoogd risico levert op klinische mastitis en een verhoogd celgetal.
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
6
!
!!!!!!!!!!!!
!
mineralen, en levende en dode microorganismen. Het is niet bekend of de verschillen in samenstelling van digestaat invloed hebben op de gebruikseigenschappen als ligboxstrooisel. Het belangrijkste productkenmerk is waarschijnlijk het vochtigheidspercentage.
DIGESTAAT Wat is digestaat Digestaat is het restproduct van biogasproductie in een biogasinstallatie (vergister). Vergisting is een anaeroob proces, wat leidt tot anaerobe bacteriën in het digestaat. De meeste vergisters voor veehouders zijn mesofiele vergisters. Deze vergisters worden verwarmd tot 37°C, de mest blijft dan 15 tot 40 dagen in de vergister. De vergiste mest die overblijft, het digestaat, bevat dan ongeveer 25 procent minder organische stof dan de oorspronkelijke mest. Ook is de mest dunner geworden. Wel blijven alle mineralen in digestaat aanwezig. Door de vergisting zijn de stikstof-mineralen sneller opneembaar voor de plant, en daardoor een goede kunstmestvervanger. Ook zijn een deel van de geurstoffen afgebroken door de vergisting. Wat leidt tot minder geurhinder tijdens het uitrijden. Digestaat is vergelijkbaar met compost wat betreft structuur en samenstelling. Ook is het een ammoniumstikstof en dus te gebruiken als mestvervanger. Op dit moment wordt de meeste digestaat die gewonnen wordt uit de biogasinstallaties gebruikt als meststof. Een voordeel van het digestaat in ligboxen is dat het een basisch product (hoge pH) is wat de groei van E.colibacteriën tegen gaat.
Digestaat ligt rul in de ligbox
Leveranciers Er komen steeds meer biogasinstallaties in Nederland. Hoe meer installaties er komen hoe meer digestaat er beschikbaar zal zijn. Verbruik Het is per bedrijf verschillend hoe vaak de boxen bijgevuld worden. Over het algemeen kijkt de veehouder wanneer dit nodig is. Sommige vullen de boxen na één week andere pas na een maand. Het is de vraag of een maand niet te lang duurt. Het bedrijf wat pas na een maand vulde gebruikte digestaat met
Kwaliteiten van het product De samenstelling van digestaat hangt af van de producten die vergist worden, maar grofweg bevat het water, slecht verteerbare vezels en celwandbestanddelen (lignine, cellulose), !Compost & Digestaat, juni ’10 !
7
!
!!!!!!!!!!!!
!
een droge stof percentage van 30%. Het digestaat blijft, als het vochtig is, wel iets beter liggen. Wanneer het digestaat eerst is gedroogd heeft het een droge stof percentage van 50 à 60%. Digestaat met een droge stof percentage van 50 à 60% heeft een gewicht van iets zwaarder dan zaagsel. Omdat het droge stof percentage veel invloed heeft op de zwaarte van het product, is het moeilijk te zeggen hoeveel er precies per box in gaat. Bij een droge stof percentage van 25 à 30% gaat er, bij wekelijks bijvullen, ongeveer 35 kg per box per week in. Bij een droge stof percentage van 50 à 60% is het, bij wekelijks vullen, ongeveer 25 kg. Maar het belangrijkste is om te kijken hoe de boxen zijn. Een veehouder vertelde dat je niet te veel in eens in de boxen moet doen, wegens kans op broei.
schimmelgroei. Wat nou het beste is, is bij mij niet bekend.
Digestaat blijft goed in de boxen liggen.
Toepassing in de boxen Volgens Vetvice is 3 à 4 keer per dag de boxen schoonmaken aan te raden. Dit kan rond het melken en tijdens tochtcontroles. Op een robotbedrijf is het grondig schoonmaken van de boxen het makkelijkste na het voeren. Ook is het aan te raden om het digestaat te egaliseren in de boxen. Er ontstaan redelijk snel bobbels, wat het comfort niet ten goede komt. Één bedrijf egaliseerde het digestaat dagelijks tijdens het schoonmaken van de boxen, doormiddel van een hark. Door de boxen te egaliseren zorg je er ook voor dat het digestaat rul blijft. Het belangrijkste bij het gebruik van digestaat is het droog en schoon houden van de boxen.
Opslag Digestaat moet droog opgeslagen worden. Wanneer het niet droog wordt opgeslagen zal het zich gaan verzadigen met water en wordt het modderig. De opslag kan simpel gecreëerd worden. Namelijk door het buiten op te slaan en met kuilplastic af te dekken. Hierbij is er wel een kans dat het digestaat vocht aantrekt over de bodem onder het zeil door. Het is daarom beter wanneer het binnen wordt opgeslagen. Zo bent u er zekerder van dat het digestaat goed droog blijft. Volgens één van de ondervraagde bedrijven is het belangrijk om snelheid te houden in de voorraad die er ligt. Anders krijg je broei en schimmels. Volgens Koepon, een vergisterij, willen ze in Frankrijk daarentegen wel broei in de kuil. Dit om meer bacteriën te doden. Koepon wil zelf broei voorkomen, in verband met
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
Mest Er is nog niets van bekend of digestaat, wanneer het in ligboxen wordt toegepast, ook voordelen heeft op de bemestingswaarde van de mest. Geen van de ondervraagde boeren had een mestmonster genomen. Wel is het bekend dat door de vergisting er meer
8
!
!!!!!!!!!!!!
!
ziekteverwekkende bacteriën en schimmels zijn gedood. Wanneer digestaat direct toegepast wordt op het land zijn de volgende gegevens van toepassing. Digestaat heeft een hogere stikstofwerking dan vergiste mest. Veel nutriënten zijn direct opneembaar voor de plant en onkruidzaden zijn onschadelijk gemaakt. De vetzuren die stank veroorzaken zijn afgebroken. Tot slot kan het gewas meer stikstof benutten, wat leidt tot minder stikstofverliezen naar het milieu.
belangrijk welke dip er gebruikt wordt. Wanneer de dip te plakkerig is, is het uier moeilijker te reinigen. Uit ervaringen van de ondervraagde bedrijven is om deze reden het product Udder gold niet aan te raden. Bij een onderzoek van een bedrijf met een vergister zaten er in het digestaat geen schadelijke bacteriën die uierontsteking kunnen veroorzaken, zoals coli en klebsiella.
Mestboekhouding Wanneer digestaat gebruikt wordt voor de toepassing in ligboxen dan moet er rekening gehouden worden met de mestboekhouding. De vergister moet namelijk een afvoerpost hebben. Dit betekend dus dat het digestaat als “mest” aangevoerd moet worden. Op dit moment, tijdens het schrijven van deze handleiding, is er nog geen reductieregeling wanneer digestaat gebruikt wordt als boxvulling.
Digestaat lossen met een zaagselstrooier met transportband gaat goed.
Praktijkervaringen De veehouders zijn erg tevreden over digestaat. De koeien hebben geen dikke hakken of voorknieën Wanneer digestaat niet kunstmatig gedroogd wordt heeft het een droge stof percentage van 25 à 30 procent. Beter is wanneer het een droge stof percentage heeft van 50 procent. Sommige veehouders vinden 25 procent droge stof acceptabel, anderen vinden het te nat. Één bedrijf dat een droge stof percentage van 25 procent gebruikt, voegt vlasstro aan het digestaat toe om het droger te maken. Dit zou ook een ander absorberend strooisel kunnen zijn. Digestaat verandert niet van samenstelling of in wijze van gebruik in zomer en winter.
Uiergezondheid Veehouders die digestaat in de boxen hebben zijn zeer tevreden over de uiergezondheid. Naar hun zeggen neemt het percentage uierontstekingen zeker niet toe. Er zijn bedrijven waarbij het celgetal daalt, maar of dit alleen door digestaat komt is niet met zekerheid te zeggen. De meeste boeren hadden namelijk ook een nieuwe ligboxenstal gebouwd. De koeien blijven schoon en droog. Het vuil wat aan het uier blijft hangen is makkelijk af te vegen. Om het kiemgetal onder controle te houden, is het wel
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
9
!
!!!!!!!!!!!!
!
ontstaat er door kleine deeltjes een slechte onderlaag. o Ook vettige compost is ongeschikt. Vettige compost klit aaneen waardoor er harde bulten ontstaan. Deze bulten zorgen voor ongemak bij de koeien.
COMPOST Wat is compost? Compost is het overblijfsel na fermentatie van organische materialen. Het proces komt tot stand doordat micro-organismen aeroob worden afgebroken. Het belangrijkste voor een goede compostering is het mengen, verkleinen en het opzetten van een goede composthoop. Tijdens het composteren zelf moet de temperatuur in de hoop oplopen tot 55 – 70°C. Door deze hoge temperatuur in combinatie met een hoge vochtigheid verliezen onkruiden hun kiemkracht. Ook het omzetten van de composthoop is belangrijk voor een homogeen mengsel. Na de compostering wordt de compost gezeefd om verontreinigingen er uit te halen. Voor een uitgebreide uitleg over composteren zie bijlage 1. Er kunnen verschillende soorten producten gebruikt worden voor compost zoals: gft (groente, fruit en tuinafval), bermmaaisel, snoeisel, etc. In het merk Boxcompost zat ten tijde van het maken van dit verslag voornamelijk gft. In gft en bermmaaisel kunnen glasscherven en metaaldelen zitten. Om dit te voorkomen is het belangrijk dat de compost gezeefd wordt, voordat het bij u op het bedrijf wordt geleverd.
De compost blijft redelijk rul, toch blijft er een harde onderlaag aanwezig.
Minder geschikt: o Hele grove compost, blijft goed los in de boxen en laat vocht makkelijk door. Het neemt geen vocht op. Ook kunnen de grove delen drukplekken veroorzaken. Om dit te voorkomen wordt een diep ligbed aangeraden. Zodat de harde delen weggedrukt kunnen worden. Het meest geschikt: o Middelgrove compost; heeft een losse structuur en een goed vochtopnemend vermogen. o Middelfijne compost; is los van structuur en bevat minder kleine delen dan de hele fijne compost. Middelfijne compost heeft een nog beter vochtopnemend vermogen dan middelgrove compost, door dat het een fijnere structuur heeft. Ook
Kwaliteit: het product Er zijn verschillende vormen van compost namelijk grove en fijne compost. De minst geschikte compostvorm dat als boxbedekking gebruikt kan worden is: o Hele fijne en droge compost, hierin zit veel stof, wat slecht kan zijn voor de luchtwegen van de koeien. Ook !Compost & Digestaat, juni ’10 !
10
!
!!!!!!!!!!!!
!
kan er met een dunnere laag gewerkt worden omdat er geen scherpe delen in zitten.
• Het is vrij van ziektekiemen (bacteriën) en onkruidzaden door het composteringsproces waarbij een temperatuur tot boven de 70°C is gehaald. • Het heeft een droge stof gehalte van 80% en een pH van 7,2. • Geënt met positieve bacteriën • Laat het celgetal en klauwproblemen dalen. • Vermindering op strooiselkosten. • Vrij van klebsiella en colibacteriën. • Extra verrijking van de mest.
Maar over het algemeen wordt alle compost hard naar verloop van tijd. Dit komt doordat de fijne organische deeltjes vocht opnemen en vervolgens onder druk aaneenklitten of door opdrogen korsten en harde brokken vormen. Er waren koeien bij die dikke hakken en voorknieën kregen. Er wordt geprobeerd om de compost rul te houden door het om te woelen met een cultivator met ganzenvoettanden. Of dit in de praktijk een bruikbare methode is, zal moeten blijken. Enkele veehouders zeggen dat de koeien zelf de compost losser zullen maken, waarbij wel een harde onderlaag zal blijven bestaan. Het lijkt onwaarschijnlijk dat hiermee een diepe strooisellaag in de boxen blijft liggen, behalve als er hele droge compost wordt toegevoegd. Dus is er geen sprake van een comfortabele diepstrooiselbox, maar van een laagje strooisel op een harde onderlaag.
Naast Boxcompost zijn er meerdere composteringsbedrijven in Nederland. Ook deze bedrijven zijn bezig om ligbox compost op de markt te zetten. Hiermee zijn al goede ervaringen.
Leveranciers De firma Boxcompost verkoopt gecertificeerde compost. Boxcompost is op dit moment de enige in Nederland die gecertificeerde compost verkoopt. De belangrijkste productkenmerken van boxcompost volgens de website www.boxcompost.nl zijn: • Het is een droog en fijn product met een deeltjesgrootte van 0 – 10mm. • In de compost zit geen zand en andere vervuilingen.
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
De compost is hier pas in de boxen gereden.
Verbruik Volgens de ondervraagde melkveehouders is eens in de 14 dagen bijstrooien voldoende. Maar het belangrijkste blijft dat de boxen goed gevuld moeten blijven. Tijdens het instrooien wordt er dan ongeveer 18 kg per box per week gebruikt. Volgens dhr. Sinnige van Volgens Boxcompost zal het eerste jaar het verbruik van de compost groter zijn,
11
!
!!!!!!!!!!!!
!
omdat er eerst een goede onderlaag moet ontstaan. Het verbruik zal volgens opgave van Boxcompost per box het eerste jaar 2 m3 zijn en de jaren daarna 1 m3. Dit zou neerkomen op ! 40,- kosten per box per jaar in het eerste jaar en ! 20,- per box per jaar in de overige jaren. Aangezien de bedrijven die ik bezocht heb, over het algemeen nog geen jaar bezig zijn. Kan ik niet zeggen of deze verbruiksnormen werkelijkheid zijn.
De compost ligt mooi rul voor in de boxen.
Toepassing in de boxen Om een goed bed te krijgen is het van belang dat er een goede bodem komt. Een diepstrooiselbox moet een zachte matras/onderlaag hebben van tenminste ca 15 cm dik, om het gewenste niveau van comfort voor de koe te bereiken. Dit is het beste te realiseren door eerst een laag compost in te brengen en deze dan vochtig te maken. Daarna de box helemaal volrijden. Het is van belang dat de box goed gevuld blijft, er zal dan een rullere bovenlaag blijven. Een groot voordeel van compost is dat de bovenste toplaag altijd terug droog wordt. In de eerste 2 maanden zal de compost mooi in de box liggen. Daarna wordt het hard tot zeer hard. Het is dan ook moeilijk om het weer rul te krijgen. Wanneer de compost in de boxen ligt moet het een paar keer per dag opengekrabd worden. Compost slaat namelijk dicht, waardoor er vocht op blijft staan. Daarnaast is het aan te raden volgens Vetvice om de boxen 3 à 4 keer per dag schoon te maken. Dit kan rond het melken en tijdens tochtcontroles. Op een robotbedrijf is het schoonmaken van de boxen het makkelijkste na het voeren.
Opslag Compost moet in de winter droog opgeslagen worden, volgens dhr. Sinnige van Boxcompost. Volgens enkele veehouders die compost gebruiken kan de composthoop makkelijk een bui regen aan. Compost droogt namelijk snel op in de stal. Het is wel belangrijk dat de hoop dan een piramideachtige vorm heeft, zodat het water er makkelijk af kan lopen. Wanneer het veel regent is het verstandig om er plastic over te trekken. Wanneer de compost te nat is plakt het snel aan elkaar en ontstaan er harde plakken. Compost moet daarnaast ook niet te droog worden, het wordt dan namelijk stoffig. Of deze stof luchtwegproblemen bij koeien en mensen kan veroorzaken zal nog moeten blijken.
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
12
!
!!!!!!!!!!!!
!
Mest Door compost te gebruiken heeft de mest, volgens de veehouders, een homogener mengsel en is het beter verpompbaar, vergeleken met hun vorige product, meestal zaagsel. Volgens een melkveehouder wordt het volume van de mest kleiner met compost dan wanneer er zaagsel gebruikt wordt. Naar verwachting wordt de stikstof en fosfaat in de mest beter benutbaar. Maar volgens een mestonderzoek van een melkveebedrijf bleek er daar in de mest 4,8 stikstof te zitten en 1,86 fosfaat. Volgens de standaardnormen zit er in drijfmest 4,5 stikstof en 1,7 fosfaat. Dit betekent dat er niet veel verschil zit in de meerwaarde van de bemesting wanneer compost in de mestkelder komt. Dit is vreemd aangezien er in de aangevoerde compost 10 stikstof en 3 fosfaat zit. Een verklaring zou kunnen zijn dat de stal nieuw is en dat er nog water onder in de put aanwezig was. Dit zou misschien enige verdunning met zich mee kunnen brengen. Het zal over een paar jaar moeten blijken of dit het geval is.
Mestboekhouding Een voordeel van gewone compost en Boxcompost is dat het niet meegeteld hoeft te worden in de mestboekhouding, omdat het aangevoerd wordt als ligboxstrooisel. Dit in tegenstelling tot compost wat gebruikt wordt voor op het land. Uiergezondheid Het kiemgetal kan in het begin hoger worden, dit is niet het geval bij elk bedrijf. Het verhoogde kiemgetal kan mede komen doordat de spenen vies worden en moeilijker te reinigen zijn. Een geschikte dip zoeken die niet te erg plakt is daarom belangrijk. Volgens de geïnterviewde melkveebedrijven is ook hier het merk Udder gold niet aan te bevelen. Één uitzondering daargelaten. Deze veehouder gebruikte katoenen doeken en één doek per koe en was zeer tevreden. Uit onderzoek van Duurzaam Melkvee is gebleken dat er in compost klebsiella en E-coli voorkomen. Een goede compostering kan ervoor zorgen dat compost geen E-coli meer bevat. Maar als de compost een tijdje buiten ligt kan deze bacterie er makkelijk opnieuw in komen. E-coli hoeft ook geen probleem te zijn aangezien het overal in de stal voorkomt. Volgens de heer Sinnige van Boxcompost zit er in boxcompost geen Klebsiella- en Colibacteriën. Er zijn verder geen onderzoeken die deze uitspraken kunnen bevestigen.
Zoals te zien op deze foto wordt de compost hard
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
13
!
!!!!!!!!!!!!
!
Praktijkervaringen Boxcompost is nu ruim een jaar in gebruik in de praktijk. Het is in aanvang een zeer comfortabel en goedkoop product, maar na enkele maanden ontstaat in de ligboxen een keiharde laag als er met een relatief vochtige product wordt gewerkt. Klaarblijkelijk wordt er in de praktijk geexperimenteerd met een ganzevoetcultivator aan een mini-shovel om deze harde laag weer veerkrachtig te maken. Of dit goed werkt is ons niet duidelijk. Het is duidelijk dat in de praktijk nog gezocht wordt naar het optimale vochtigheidsgehalte van het compost. Droge compost heeft minder de neiging om een (kei)harde onderlaag te vormen. Op dit moment is het dus (nog) niet mogelijk om een goede gebruikshandleiding te geven. Ik heb vier bedrijven met Boxcompost bezocht. Op twee bedrijven vormde zich op de ligboxbodem een keiharde onderlaag. Op één bedrijf bleef de compost redelijk rul, maar er was ook een harde onderlaag. Dit bedrijf had zijn stal niet vol staan dus werden de ligboxen niet intensief gebruikt. Op dit moment is er geen zekere aanpak om deze onderlaag weer rul te krijgen, of om te voorkomen dat deze harde onderlaag zich vormt. Eén bedrijf werkt met droge compost rechtstreeks van de composteerderij. Hier vormt zich ook een harde onderlaag, maar er blijft wel een laagje
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
los strooisel boven op liggen. (nu 4 maanden compost van de composteerderij in gebruik, daarvoor 6 maanden Boxcompost). Hij heeft tijdens de omschakeling de Boxcompost niet uit de boxen gehaald. Op dit bedrijf ligt wel overal een laagje donkere stof in de stal. Of het rondzwevende stof in de stal gezondheidsproblemen voor mens en dier oplevert, is niet bekend. Uit ervaringen blijkt dat de koeien schoon zijn op benen en uier, wel worden de flanken van de koeien donkerder door het liggen. Het is daarom geen overbodige luxe om een koeborstel aan te schaffen. De koeien worden namelijk zwart van het stof. Ook is het belangrijk dat bij compost de laag minimaal 20 cm moet zijn. Zo kun je een goede onderlaag creëren en toch een rullere bovenlaag houden. Ook het volhouden van de bakken is van belang. Een diepstrooiselbox heeft als doel om een comfortabele en veerkrachtige bodem te vormen, die de koe uitstekend grip geeft bij opstaan en gaan liggen. Compost heeft de neiging om een harde onderlaag te vormen en daardoor verdwijnt het voordeel van verhoogd koecomfort. In de praktijk moet je dus in de gaten houden of deze laag niet te hard wordt en hak- en voorkniebeschadigingen veroorzaakt. Wellicht kan het bijmengen van bepaalde producten hier ook aan bijdragen, dus dat compost verwerkt wordt in een mengsel. Vetvice en ik zien veel onzekerheden en weinig successen.
14
!
!!!!!!!!!!!!
!
Bijlage 1 Composteringsproces Artikel van: VLACO, de Vlaamse Compostorganisatie Composteringsproces Op basis van de natuurlijke kringloop van de aarde is, is composteren waarschijnlijk één van de oudste bekende recyclingprocessen. Composteren is het proces waarbij bio-degradeerbaar materiaal door microorganismen aeroob en onder gecontroleerde omstandigheden wordt afgebroken tot een stabiel eindproduct. Dit van nature uit traag verlopend proces kan versneld worden door het optimaliseren van bepaalde parameters. Deze parameters beïnvloeden stuk voor stuk de microbiële activiteit. Het composteringsproces Onafhankelijk van het gebruikte composteringssysteem gelden in ieder composteringsproces een aantal principes en stappen. Voorbewerking
Een voorbewerking van de verschillende uitgangsmaterialen is noodzakelijk om in zeer korte tijd een homogene en kwalitatief goede compost te verkrijgen. De fasen van voorbewerking laten zich in de volgende processen onderscheiden: 1. mengen 2. verkleinen 3. opzetten van de composthoop. 1. Mengen Voor de structuur en het voedingsstoffenaanbod in de hoop is de mengverhouding en samenstelling van het uitgangsmateriaal van belang. Een belangrijk gegeven voor een goed composteerproces is dan ook een gelijkmatig gemengd uitgangsmateriaal. Het aantal mogelijkheden om composteerbare materialen te mengen is ongekend groot. Daardoor bestaat de mogelijkheid, veelvuldig te combineren en “éénsoortige” materialen, door bijmenging van andere organische materialen, in evenwicht te brengen. Meestal komen grote partijen van één soort groenafval in een bepaalde periode in het jaar vrij. Hiermee moet rekening gehouden worden. Mogelijk zou een deel van het !Compost & Digestaat, juni ’10 !
15
!
!!!!!!!!!!!!
!
materiaal tijdelijk opgeslagen kunnen worden zodat het beschikbaar is om naderhand bij te mengen. In de praktijk wordt bij de groencompostering snoeihout gestockeerd om in de zomer met het gras te mengen. 2. Verkleinen Het hoofddoel van het verkleinen is het volume van het materiaal te reduceren en het aantastingsoppervlak voor de micro organismen te vergroten. Hierbij is de graad van vervezeling belangrijk. Op deze wijze krijgen de micro-organismen maximaal toegang tot het afval waardoor het in korte tijd afgebroken kan worden. Daarnaast heeft de volumevermindering ook een effect op de structuur van de composthoop. Zo kan de graad van verkleining gebruikt worden om het luchtvolume in de hoop te regelen. Een volume vermindering is ook om economische redenen zinvol. Een geringer volume laat zich gemakkelijker bewerken en vraagt minder ruimte. 3. Opzetten van de composthoop De optimale vorm van de composthoop hangt af van het composteringssysteem. Er kunnen twee basis vormen van hopen onderscheiden worden: • de driehoekige of piramidevormige hoop • de trapeziumvormige hoop Bij de driehoekige hopencompostering wordende hopen met een hoogte van ca. 2,5 meter en een voetbreedte van 2,5 tot 3 meter opgezet. Tussen de hopen worden normaal rijpaden aangelegd om de hopen te kunnen bewerken. Deze wijze van werken vraagt relatief hoog ruimtebeslag. Gemiddeld kan men met 1,8 m2 oppervlakte per kubieke meter verkleind materiaal gerekend worden (inclusief rijpaden). In de randzone van de hoop kan de temperatuur niet zo hoog oplopen om de kiemkracht van de onkruidzaden te doden. Dit is een belangrijk nadeel van een driehoekige hoop die een relatief groot randgedeelte heeft. Een ander nadeel van de driehoekige hoop is de gevoeligheid aan de weersinvloeden bij compostering in open lucht. De relatief kleine kern kan enerzijds door de wind snel uitgedroogd worden, anderzijds kan deze door veel neerslag snel veel te nat worden. De trapeziumvormige composthopen kunnen een hoogte bereiken van ongeveer 3 meter en een voetbreedte van 10 tot 12 meter. Door de hoop 3 meter hoog op te zetten met een steile hellingshoek (70%) kan het ruimtegebruik per kubieke meter verkleind materiaal teruggebracht worden tot 0,38 m2/m3. Eveneens ontstaat, door de kleine buitenrand, een goede uitgangssituatie voor een goede pasteurisatie en afdoding van kiemkrachtige zaden. De trapeziumvormige composthoop heeft een goed bufferend vermogen gedurende droge perioden en een goed absorberend vermogen tijdens hevige regenval. Wanneer de composthoop goed is opgezet, dan blijft het risico van uitspoeling van bv. percolaat erg laag. Composteringsfase In de eerste fase zijn het hoofdzakelijk de microflora en -fauna welke het klaarspelen om
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
16
!
!!!!!!!!!!!!
!
in een zeer korte tijd door intensieve afbraak de temperatuur in de hoop op te laten lopen (55-70 °C). Deze intensieve compostering duurt afhankelijk van het composteringssysteem 3 tot 6 maanden. Door de hoge temperatuur in combinatie met een hoge vochtigheid verliezen de zaden, onkruiden e.d. hun kiemkracht en er ontstaat een ‘gepasteuriseerd’ materiaal. Tijdens de composteringsfase is het van belang een goede zuurstofvoorziening en vochtigheid te bewaren. Gedurende de compostering verandert de verhouding in de compost tussen lucht/water en vaste stof door de microbiologische omzetting en de zetting van het materiaal. Door middel van omzetten wordt de hoop weer luchtig gemaakt en kan weer zuurstof toetreden waardoor de composteringstemperatuur opnieuw zal oplopen en de afbraak en de stabilisering van het organisch materiaal sneller zal verlopen. Door de toevoer van zuurstof wordt ook grotendeels vermeden dat er anaerobe zones en daardoor rotting in de composthoop ontstaat. Geuremissies veroorzaakt door de anaerobe omzetting (vergisting) worden op deze wijze tot een minimum beperkt. Deze functie van het omzetten kan gedeeltelijk vervangen en/of aangevuld worden door een geforceerde beluchting toe te passen zoals bij GFT-compostering gebeurt. Een ander doel van het omzetten is om een betere en hogere kwaliteit van compost te krijgen. Wanneer er omgezet wordt, wordt het materiaal opnieuw gemengd en wordt een gelijkmatige compostering bevorderd. Hierdoor wordt ook bereikt dat er minder zeefoverloop ontstaat van niet volledig gecomposteerd materiaal aan het einde van de compostering. Compacte gedeeltes worden losgemaakt en vochtige en droge delen worden vermengd zodat een gelijkmatige vochtverdeling bereikt wordt. Het omzetten wordt bovendien dikwijls gebruikt om het materiaal indien nodig extra te bevochtigen. Het toegediende vocht kan dan immers vrij uniform verdeeld worden over de hoop. Bij het omzetten van de composthoop moet er ook op gelet worden dat de buitenzijde van de composthoop omgezet wordt naar de kern van de hoop, zodat een pasteurisatie en een afdoding van de kiemkrachtige onkruidzaden in de gehele composthoop wordt bereikt. Daarnaast kan door het omzetten, afhankelijk van de machines en inzet van apparatuur, een verdere vervezeling/verkleining van grotere aangetaste delen plaatsvinden. Frequentie en tijdstip van omzetten Het tijdstip van omzetten moet niet gebaseerd zijn op een bepaald aantal dagen, maar op het temperatuurverloop in de composthoop omdat zowel het uitgangsmateriaal als de weersinvloeden bij bijna elke hoop anders reageren en daarmee het composteringsproces beïnvloeden. Met behulp van metingen moet het temperatuurverloop gecontroleerd worden, zodat bij dalingen naar een bepaalde temperatuur het tijdstip van omzetten bepaald kan worden. Verder kunnen nog het vochtgehalte, het zuurstofgehalte en het CO2-gehalte als criterium gemeten worden. Om het meten van deze criteria gecompliceerder is, beperkt men zich meestal tot het meten van de temperatuur. Het aantal keren dat omgezet moet worden, is afhankelijk van het soort uitgangsmateriaal en van de mate van verkleining.
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
17
!
!!!!!!!!!!!!
!
Bij de anaerobe processen wordt de composteringsfase vervangen door de vergisting. Deze vergisting gebeurt in een van de buitenlucht afgesloten reactorvat in afwezigheid van zuurstof. Tijdens de vergisting ontstaat biogas als bijproduct. Narijping In de derde fase, welke ook rijpingsproces wordt genoemd, wordt de micro-fauna belangrijk voor het composteringsproces. Zij leveren een bijdrage aan de structurele en de biologische omzetting van het basismateriaal in de compost en bij het mengen van de organische en minerale bestanddelen. Affinage
Affinage betekent het afscheiden van niet bruikbare delen en opdeling van de compost in verschillende granulometrische fracties afhankelijk van de vooropgezette gebruiksdoeleinden. In de praktijk zal dit veelal gebeuren door middel van afzeving met behulp van trommelzeven. Het afzeven van de compost na het composteringsproces wordt momenteel als zeer natuurlijk gezien. Met het oog op de wettelijke norm dat compost door een zeef van 40 mm moet gaan is dit ook noodzakelijk. Afgewerkte compost wordt veelal veel fijner afgezeefd. Dit blijkt ook de wens van heel wat klanten te zijn. Sommige toepassingen vragen echter een grovere compost (zie verder). Een gunstig bijeffect bij het zeven is dat een groot deel van de eventuele verontreinigingen (stenen, metaal, kunststoffen,...) niet door de zeef vallen en in de zeefoverloop terechtkomen.
!Compost & Digestaat, juni ’10 !
18
!
!!!!!!!!!!!!
!