Hallo allemaal, Na de zomer zijn we met een enthousiaste groep jongens en meisjes weer gestart met Jeugd Natuur Club De Weerribben. Fijn om te zien dat er veel nieuwe gezichten bij gekomen zijn! In september openden we het seizoen met het Weerribbenvrouwtje. Zij nam ons mee het moeras in. We mochten een natuurschilderij maken en bezochten de kleinste bewoners van het moeras, de aardmannetjes. Jullie kwamen te weten hoe de Weerribben is ontstaan en waarvoor het riet gebruikt wordt. Van het riet knutselden we een bootje, welke is getest in het water rondom de Tjasker, waarna we er waterdiertjes zijn gaan vangen. In oktober zijn we gaan vissen. Met behulp van vrijwilligers van de Visfederatie Oost Nederland hebben we verschillende vissoorten kunnen bekijken vanuit een aquarium. Na uitleg over de vissoorten, mocht iedereen zelf zijn hengel uitgooien. Het was een ZEER geslaagde middag met een vangst van 83 visjes in totaal!!!! November stond in het teken van de ringslang. We zijn op zoek gegaan naar de broeihopen voor de ringslang die de Jeugdnatuurclub in maart 2012 zelf gemaakt had. Van de eerste broeihoop konden we nog iets terugvinden, maar nummer 2 was bijna geheel verdwenen. Na een informatieve en actieve middag ligt er nu weer een nieuwe broeihoop voor de ringslang. Jongens en meisjes geweldig! De donkere maand december hebben we doorgebracht op de Woldberg. Na een speurtocht over ijstijden en de winter, konden jullie bijkomen bij een warm vuurtje met marshmallows en chocomelk. Nog eventjes naar school en dan is het Kerstvakantie. Lekker om dan het clubblad eens door te lezen! Je vindt hierin de nieuwe datums voor de rest van het clubseizoen en veel meer………… We wensen iedereen hele, fijne feestdagen. De gidsen van JNC De Weerribben
Jeugd Natuur Club De Weerribben Seizoen 2013-2014 15 januari Schemerschim Let op dit is een avondprogramma!!!!!!! Tijd: 18.00 uur – 19.30 uur Plaats: Braambos, Paasloërallee in de haakse bocht naar links vanaf Oldemarkt. 19 februari Riet Tijd: 14.00 uur – 16.00 uur Plaats: ??????? 12 maart Stenen uit het verleden Tijd: 14.00 uur – 16.00 uur Plaats: Steenwijkerwold, de Zaalenhoek EXTRA ACTIVITEIT zaterdagmorgen 22 maart 2014!!!!!! Tijd : 09.00 uur – 12.00/13.00 uur Plaats: Hopweg 21, 8314 PX Bant , werkschuur Staatsbosbeheer Kuinderbos 16 april ? Tijd: 14.00 uur – 16.00 uur Plaats:? 14 mei afsluiting, verrassing! Tijd: 14.00 uur – 16.00 uur Plaats:???? Voor iedere activiteit krijg je via de mail een routekaartje. Op de dag zelf hangen we de vlag van de Jeugdnatuurclub zichtbaar op. Mocht je een middag niet kunnen komen, meld je dan af. Het is heel vervelend voor de leiding, om niet te weten wie er wel of niet komt. Afmelden kan bij: Wieke Nieland
[email protected] Telefonisch op 06-13293975 of 0522-244766
Vissen in de Weerribben Op woensdag 9 oktober verzamelden we ons nabij Café de Weerribben aan de Hoogeweg voor een gezellige middag vissen. Mensen van de Visfederatie Oost Nederland lieten ons zien welke vis er zoal leeft in de Weerribben. Daarna mochten we zelf onze hengel uitgooien en dat leverde veel vis op!!!!
Wist jij dit al over vissen? Op de clubmiddag kregen we uitleg over verschillende vissoorten. Maar heb je dat allemaal onthouden? Daarom nog even een aantal vissen voor je op een rijtje Modderkruiper De Kleine modderkruiper wordt ongeveer 14 cm groot. Het is een druk, klein, wormachtig visje met donkere vlekken op de zijkant. Aan de bek zitten zes korte tastdraden die gebruikt de vis om `s nachts op de bodem naar eten te zoeken. Hij zoekt dan, kleine kreeftachtigen en insecten om op te eten. De kleine modderkruiper verstopt zich het liefst tussen waterplanten of in de bodem van een sloot. Hij graaft zichzelf zover in, dat je alleen zijn kop nog boven het zand kunt zien. Rietvoorn De rietvoorn kun je snel herkennen aan de helder rode vinnen. De bek van de rietvoorn staat een beetje naar boven gericht, daaraan kun je zien dat de vis vooral aan het wateroppervlak eet. Hij eet zachte delen van waterplanten en algen. Als de vis ouder wordt dan eet hij ook kleine dieren, zoals watervlooien, muggenlarven, slakken, vlo kreeftjes en soms eieren en larven van vissen. Hij leeft in langzaam stromend of stilstaand water met veel planten. Zeelt Zeelt is een olijfgroene tot bijna zwarte gekleurde, karperachtige vis. Een Zeelt heeft sierlijke, bolronde vinnen en oranje ogen. De vis leeft in water met veel waterplanten. Overdag kan hij zich goed tussen de waterplanten schuil houden. Als het donker wordt gaat hij op zoek naar eten. Met zijn 2 bekdraden zoekt hij over de bodem naar slakjes, kreeftachtigen en watervlooien. Pos De Pos is een klein visje van ongeveer 14 centimeter lang. Hij is familie van de baars. De vinnen op de rug zijn vergroeid tot 1 rugvin. Hij heeft zwarte stippen over zijn lichaam. Ze noemen hem schele pos omdat de ogen van de vis schuin bovenin zijn kop staan. Als je hem recht
aankijkt is het net of hij met zijn ogen de andere kant op kijkt. De vis leeft in dieper water, meren, plassen, grote rivieren. De schele pos leeft graag op de bodem. Hij eet vooral muggenlarven, spinnetjes, watervlooien, vlo kreeften en de eieren- en larven van vissen.
Driedoornig stekelbaarsje Driedoornige stekelbaars herken je aan de 3 stekels op de rug. Bij gevaar steekt hij deze omhoog om de andere dieren af te schrikken. De vis eet vooral: watervlooien, amfibieën-, muggen en vissenlarven. Het mannetje krijgt in het voortplantingsseizoen (maart-juli) een opvallende rode keel en buik. In het begin van de paaitijd wordt door het mannetje een nest gebouwd. Hij verdedigd zijn leefgebied heel goed. Na een paarritueel legt het vrouwtje haar eieren in het nest. Het mannetje bevrucht ze. Na de bevruchting zorgt het mannetje voor de eieren. Buiten de paaitijd zijn driedoornige stekelbaarzen zilverkleurig.
Het maken van een broeihoop Woensdag 6 november zijn we actief aan het werk gegaan met het maken van een broeihoop voor de ringslang. Een broeihoop is een plek met veel groenafval, waar het lekker warm is, zo tussen de 25 en 30 graden. Hij wordt gemaakt op een plek, die geschikt is voor de ringslang om te leven. Denk aan water en warmte. De jonge ringslangen kunnen zich dan na uitkomst opwarmen in de zon. In Nederland zijn we te netjes. Er zijn te weinig plekken waar groenafval blijft liggen. Daarom is het voor de ringslang moeilijk om een goede broedplek te vinden, waar zij haar eieren kan leggen. Deze middag hebben wij de ringslang geholpen door voor haar “een warm” bedje te maken van groenafval. Bij aankomst bleek dat de broeihopen van vorige jaar bijna helemaal verdwenen waren. Dus verzamelden wij materiaal voor een nieuwe broeihoop. Het fijne compost van beide broeihopen hebben we gebruikt op de bodem van de nieuwe afvalbult. Daar overheen legden we takken om de bult voldoende los te maken, zodat een ringslang-vrouwtje er gemakkelijk in en uit kan kruipen. Vervolgens zochten we naar maaisel uit de omgeving. De bult werd opgebouwd uit; fijn compost, maaisel, mest, takken en maaisel. De mest stopten we ertussen, zodat de bult kan gaan broeien( warm worden). Aan het eind van de middag zag de nieuwe broeihoop er perfect uit! Nu wachten we af… Zou het bedje warm genoeg zijn????
De ringslang quiz 1.Hoe komt de ringslang aan zijn naam? a) Hij slaapt in een ringetje b) Hij heeft een gele ring in zijn nek 2.Hoeveel eitjes legt een ringslang ongeveer? a)10 b) 20 c) 60 3.Waar legt de ringslang zijn eieren het liefst? a) onder een boom b) aan de waterkant c) in een warme hoop groenafval 4.De ringslang heeft iets bijzonders onder op zijn buik. Wat is dat? a) een soort streepjescode b) zwarte stippen c) gekleurde strepen 5.Wat eet een ringslang? a) gras en bladeren b)insecten c) kikkers, salamanders, padden, visjes, muizen en kleine vogels 6. Hoe laat de ringslang zijn vijand schrikken? a) De slang maakt een ratelend geluid b) De slang doet net of hij dood is (schijndood) of spuit een vieze lucht 7. Door wie wordt de ringslang gegeten? a) roofvogels, marterachtigen en ooievaars b) de otter en roofvissen
Antwoord; 1b,2b,3c,4a,5c,6b,7a
Dieren in de winter De laatste clubmiddag van 2013 was op de Woldberg. Daar hebben we een speurtocht gehouden met als thema; winter. In het gebied komen veel verschillende dieren voor en ieder dier heeft zo zijn eigen manier om zich klaar te maken voor de winter. Even kort op een rijtje:
De ree Ik heb in de winter een langere en donkere vacht. Je ziet mij dan vaak alleen. In de winter eet ik vooral; bessen, grassen, eikels, beukennootjes, bladeren, takjes en paddenstoelen. Het gewei van de mannetjes wordt in de winter groter.
De haas In de winter eet ik; gras, graan, mais, klaver en aardappelen. Je ziet mij dan in kleine groepjes bij elkaar. Vooral in de schemer en ’s nachts ben ik actief. Overdag rust ik uit in mijn leger, dat is mijn ondiep uitgegraven slaapplek.
De das Ik leef in een burcht met minsten 8 gangen die ik zelf heb uitgegraven. In de herfst ga ik op zoek naar veel eten en leg ik een wintervoorraad aan van planten, wortels en herfstvruchten. Als het winter wordt en ik niet meer naar wortels kan graven, trek ik mij terug in mijn burcht. Daar rol ik mij op tussen bladeren en mos en houdt ik mijn winterrust. Zo af en toe word ik wakker en eet ik iets van mijn aangelegde wintervoorraad of ga ik op zoek naar vlees. Ik ben een echte alleseter! Eind januari is mijn winterrust voorbij en ga ik op zoek naar vers voedsel.
Doe je mee??????????? Zaterdag 22 maart 2014, krijg je de kans om samen met ons padden over te zetten nabij het Kuinderbos. Tijd: 9.00 uur tot 12.00 /13.00 uur Plaats: Werkschuur Staatsbosbeheer Kuinderbos, Hopweg 21, 8314 PX Bant. Verdere informatie volgt via de mail. Het is een extra activiteit van JeugdNatuurClub ” De Weerribben”. Je bent niet verplicht om mee te gaan. Het is alleen wel ontzettend leuk om te doen. Vaders, moeders, buren, vrienden en vriendinnen, iedereen mag deze ochtend mee. Het is een lange wandeling van minstens 5km. Daarom is het niet handig om kleinere broertjes of zusjes mee te nemen. Maarrrrrrrr……….. als de weermannen/vrouwen donderdag 20 maart aangeven dat de nachttemperatuur van vrijdag 21 op zaterdag 22 maart onder de 3 graden wordt, dan gaat het overzetten van de padden NIET door! Bij zulke koude temperaturen blijven de padden lekker in de modder zitten en zullen ze zich niet laten zien. BRRR… dan vinden ze het veel te koud om actief te worden. Wij zullen dan, geen pad tegenkomen en lopen dan voor niets. Dan gaat de ochtend niet door!
Padden overzetten Jeugdnatuurclub 2012
Wat zijn padden en hoe zit het met de paddentrek? De pad hoort samen met de kikker tot de groep dieren, die we amfibieën noemen. Daarmee bedoelen we dat het dier op het land en in het water leeft. Het leven van de pad begint in het water. In het voorjaar worden daar de eitjes gelegd. Na 8 dagen klimmen er dikkopjes uit de eitjes, die eerst een paar dagen op waterplanten blijven zitten. Na die tijd beginnen ze te zwemmen. De dikkopjes ademen net als vissen met hun kieuwen en gaan op zoek naar eten. De kleintjes eten algen, kleine insecten of dode diertjes.
In de loop van de zomer gebeurt er iets bijzonders. Het dikkopje krijgt 2 bulten die later uitgroeien tot de achterpoten met tenen van de pad. Twee weken later krijgt het dier ook zijn voorpoten met elk 4 vingers. Na een aantal dagen verdwijnen de staart en de kieuwen en krijgt het dier longen. De dikkopjes zijn dan in 2 tot 3 maanden in echte padjes veranderd. De padjes kunnen nu niet meer onder water op zoek naar voedsel, omdat ze longen hebben, dan zouden ze verdrinken. Daarom kruipen ze uit het water en gaan op zoek naar voedsel. De jonge padjes zijn nog maar heel klein en een slakje is voor hun nu een REUSACHTIG dier.
De jonge padjes hebben een kleverige, lange tong, waarmee ze diertjes kunnen vangen van ongeveer 1mm lang. Dit zijn bijvoorbeeld bladluizen. Als een pad een bladluis heeft gezien, sluipt hij heel langzaam, naar de bladluis toe. Plotseling schiet zijn tong als een lasso naar voren en wordt de bladluis bliksemsnel gegrepen en opgegeten. Als hij 4 of 5 bladluizen heeft gegeten is zijn buik vol en zoekt hij een veilig plaatsje tussen het gras. Daar blijft hij zitten om uit te rusten van de jacht.
Als het herfst wordt graaft de pad zich in . In de begroeiing van bossen en parken overwinterd hij. Hij zoekt een zachte plaats in de grond. Met zijn achterpoten woelt hij in de aarde en duwt zijn achterlijf naar beneden. Tegelijk schuift hij de aarde aan de zijkant naar buiten. Hij graaft zich achterwaarts in. Op een diepte van 20 cm. draait hij zich om en maakt hij de gang dicht. De pad begint zo aan zijn winterslaap en zal pas in de lente weer tevoorschijn komen. In de lente wanneer het buiten warmer wordt, ontwaken de padden uit hun winterslaap. Als de temperatuur ’s avonds boven de 7-9 graden blijft en het regenachtig weer is, verlaten de paddenmannetjes en -vrouwtjes hun overwinter plaats. Ze trekken terug naar het water waar zij geboren zijn, om daar hun eigen eitjes af te zetten. Het is een groot raadsel hoe de padden de weg terug weten te vinden. Ze kunnen de weg niet zien en ook al is er van alles tussentijds veranderd toch trekken ze overal dwars doorheen om terug te gaan naar “hun geboorteplek”. Deze verplaatsing van padden noemen we de PADDENTREK. Het meest zie je de padden trekken, in het gebied tussen de bossen, parken en het boerenland met sloten.
Knutselen De vis Dit heb je nodig: tekenpapier liniaal potlood viltstiften Zo doe je het: Leg het tekenpapier in de breedte neer. Trek van boven naar beneden dunne potloodlijnen met 1 cm tussenruimte. Teken hier overheen een vis en eventueel een bodem. Kleur de vis in met viltstift. Het staat extra mooi als je de vis in dezelfde volgorde inkleurt.
Vogeltoetje Dit heb je nodig: 1 sinaasappel, grapefruit of citroen 1 theekopje met pindakaas 1 kopje havermout of maïsmeel 1 kommetje een mes en een lepel een spijker 2 stukken touw van ongeveer 10 centimeter lang. een handjevol rozijnen (optioneel) een handjevol zonnebloempitten (optioneel) andere zaden en noten (optioneel)
Zo doe je het: Snijd de sinaasappel door midden met het mes en verwijder het vruchtvlees met de lepel, dit kun je bewaren in een bakje om later zelf op te eten. Maak twee gaatjes in de bovenste rand van de schil evenredig aan elkaar met de spijker. Steek het touw door de gaatjes en maak een knoopje zodat deze aan de schil blijft zitten. Verbind de bovenste uiteindes van het touw met elkaar.
Mix de pindakaas met de havermout of maïsmeel en voeg eventueel nog wat zaden en noten toe. Vul de sinaasappelschil met het mengsel. Hang de sinaasappel in de tuin aan een boom.
De ster Dit heb je nodig: Een plank ( kies zelf hoe groot) 5 spijkers hamer Lint of touw Zo doe je het: Pak de plank. Sla de 5 spijkers in ster vorm in de houten plank. Bind nu het touw of lint zo om de spijkers dat er een ster ontstaat. Bind bovenaan het touw vast met een strik. Je ster is klaar!
Het kerstfeest van Jetje Sinterklaas zat alweer lang en breed in Spanje en Jetje had gisteren het allerlaatste speculaasje uit de koektrommel gegeten. Iedereen weet wat dat betekent: Kerstmis stond weer voor de deur. Toen ze 's avonds zaten te eten, vroeg Jetjes moeder: "Wat doen we met de feestdagen?" "Lekker eten natuurlijk," zei Jetjes vader. "Dat doen we toch elk jaar. Lekker eten en een lekkere fles wijn erbij." "En we nemen een grote kerstboom," zei Jetje. "De grootste die er is. En we hangen er gekleurde ballen in en de trekpop die ik gezaagd heb. En een heleboel kransjes. En we nemen ook een stalletje met Jozef en Maria." "We zijn toch niet katholiek?" zei haar moeder. "Dat heeft er niets mee te maken," zei Jetje. "Iedereen mag een kerststalletje hebben." "Als je maar weet dat ik geen kerstgroep ga kopen," zei Jetjes moeder. "Die zijn vreselijk duur. Maak zelf maar een kerstgroep van klei. Per slot van rekening heb je boetseren op school." "Dat is een goed idee," zei Jetjes vader. "Dan maak ik er een kerststalletje bij, van boomschors." "Maar wat doen we verder?" vroeg Jetjes moeder. "Niks," antwoordde haar vader. "We eten lekker, we lezen een boek en we doen af en toe een spelletje. En 's morgens na het kerstontbijt maken we een flinke wandeling om weer honger te krijgen." "Ik vind het maar niks," zei haar moeder. "Wat wil jij dan?" vroeg haar vader. "Iemand uitnodigen die geen gezelschap heeft en eenzaam is," zei haar moeder. "Waarom juist op Kerstmis?" "Daarom," zei haar moeder. "Jullie willen een kerstboom en lekker eten. En ik wil iemand uitnodigen die eenzaam is." Jetje liep er een paar dagen over na te denken. Eigenlijk had haar moeder groot gelijk. Met Kerstmis moest je eenzame en hongerige mensen uitnodigen, dat hoorde zo. Ze kende er trouwens wel een paar.
Maar eerst wilde ze een kerstgroepje maken. Haar vader timmerde een prachtige stal. De achterkant had hij gevlochten van net en daarbij had hij zich in zijn vinger gesneden. Het dak was van boomschors en naast het lege kribbetje had Jetje een schemerlamp uit haar poppenhuis gezet. Dat was voor de gezelligheid. Met de beeldjes
van klei werd het niks. Ze kon alleen maar van die stomme prutspoppetjes maken. Maar gelukkig moest de kledingzaak van Blokker een paar oude etalagepoppen kwijt. Die waren op de stoep gelegd, bij het grootvuil. Jetje nam ze mee en maakte er een prachtige kerstgroep van. Jozef zat op de fiets van haar moeder, haar pop Bertje was het kerstkindje. Dat zat in het zitje aan het stuur, en Maria zat achter op de bagagedrager. Maria had de blauwe badjas van haar vader aan. De kerstgroep nam wel een beetje veel plaats in, daar in de voorkamer. Maar gelukkig was de kerststal van haar vader aan de kleine kant. Die paste op de schoorsteenmantel. Kerstmis brak aan. Ze aten een lekker kerstontbijt en maakten een flinke wandeling. Toen gingen ze gezellig bij de kerstgroep zitten en zongen een paar liedjes. En daarna werd het tijd om tafel te dekken voor het kerstdiner. "Zet er maar een bord bij," zei Jetjes moeder, "want ik heb mevrouw van Zevenhuizen uitgenodigd. Die zit altijd zo alleen op haar flatje." "Zet er nog maar een bord bij," zei Jetjes vader. "Ik heb meneer Bolk uitgenodigd. Zijn vrouw is pas overleden en zijn kinderen wonen allemaal in Australië." "Dat is heel lief van je," zei Jetjes moeder.
Jetje wilde ook wat zeggen, maar op dat moment werd er gebeld. Voor de deur stonden twee bejaarden uit het tehuis schuin aan de overkant. "Kom maar binnen," riep Jetje stralend. "Mams, een verrassing. Kijk eens wie daar zijn!" Jetjes moeder kwam naar de deur. "Welkom..." wilde ze zeggen, maar er werd opnieuw gebeld. Voor de deur stonden een Turkse meneer en mevrouw in prachtige feestkleren. Hun vier kinderen zagen er ook prachtig uit. Ze waren allemaal vol verwachting. Daarnaast stond meneer Schepeling, de knorrige vrijgezel uit de Groenestraat. En daarnaast stond de nachtwaker, die 's nachts altijd de wacht hield in hun buurt. "Verrassing!" riep Jetje nog eens. "Allemaal eenzame mensen voor jou, mams." "Heel lief van je, Jetje," zei haar vader. "Heel lief dat je zo goed aan je moeder gedacht hebt." "Wat een verrassing, Jetje!" zei haar moeder. Maar ze fluisterde haar man in het oor: "Ik heb maar twee konijntjes in de pan zitten. Wat moeten we nou?" "Ik haal wel wat bij de Chinees," zei Jetjes vader. "Het is maar één keer per jaar
Kerstmis." Bij de Chinees kreeg hij extra korting, omdat hij zoveel kocht. Hij nam meteen ook maar een kratje bier mee. Thuis moest een gedeelte van het gezelschap op de grond zitten, met het bord op schoot. En wegens plaatsgebrek moest de kerstgroep tijdelijk in de voortuin worden gezet, waar hij veel bekijks trok. Toen gingen ze eten. Het werd vreselijk gezellig. De Turkse meneer maakte muziek op een soort uitgerekte gitaar. Meneer Schepeling gaf raadsels op en mevrouw van Zevenhuizen maakte schaduwbeelden op de muur. "Een mens zou waarachtig vergeten dat het Kerstmis was," zei een van de bejaarden opgewekt. Begeleid door de Turkse meneer zongen ze met z'n allen 'De herdertjes lagen bij nachte...'
Daarna deden de dames de vaat, terwijl de heren een kaartje legden. En Jetje mocht opblijven tot ze niet meer uit haar ogen kon kijken van de slaap. Eindelijk moesten de gasten weer naar huis toe. Toen ze vertrokken waren, werden Jozef en Maria gauw weer binnengehaald. Want het kan 's nachts al flink koud zijn in december.
Puzzelen
Twee ijsberen lopen door de woestijn. ‘Tjonge, het moet hier wel ontzettend glad zijn. ‘Hoe zo? ‘Nou moet je zien hoeveel zand ze hebben gestrooid.” Hoe komt een konijn uit de sneeuw?........................ Wit Midden in de winter klimt een slak in een kersenboom. Een koolmeesje ziet hem en vraagt: ”Wat moet jij in een kersenboom?” ”De slak antwoordt: ”Kersen eten. ”Het koolmeesje zegt verbaasd: “Maar die zijn toch nog niet rijp?” Slak: “Als ik boven ben wel!”
Wat kun je deze winter samen met je ouders doen? Bosuilen excursie op de Woldberg Vrijdag 20 december kun je wandelen met een gids over de Woldberg. Bij het invallen van de avond ga je op zoek naar de bosuil. De Woldberg is een oud bos, met veel oude en holle bomen. De bosuil voelt kan hier goed leven. Door de vele houtwallen, graanakkertjes en grasvelden kan de bosuil hier gemakkelijk op zoek naar zijn eten, muizen. Elk jaar broeden er 2 of 3 bosuilen paartjes op de berg. Ze zijn in december al aan het roepen. Dan begint voor de uil al het broedseizoen. Door het roepen laten de verschillende paren horen wat hun eigen gebied is en dat indringers niet welkom zijn. Door het geluid van een mannetjes bosuil nat te doen, is de kans groot dat de aanwezige uilen hierop reageren, of zelfs, met een beetje geluk, over ons heen vliegen. 20;30 uur vertrek vanaf de parkeerplaats bij De Woldberg ( na het tunneltje aan de Bergweg). Eindtijd rond 22:00 uur. Inlichtingen bij: Thijs Krosschell 0521795081
Buitencentrum Weerribben; Hoogeweg 27, Ossenzijl Expeditie boswachterscode Zet je zintuigen op scherp. Volg het spoor van Benno Buitenpret. Speciaal voor jou heeft hij zijn persoonlijke en buitengewoon bijzondere kaart gekopieerd. Het is de kaart van het Niet Gebied: een kaart die je in alle natuurgebieden van Nederland kan gebruiken. Een kompas is overbodig: deze kaart lees je met je gevoel. Met de Niet-Gebied kaart ontdek je van alles over zintuigen. Bij iedere plek op de kaart hoort een opdracht en raadsel. Als het je lukt alle raadsels op te lossen en de Boswachterscode te kraken, ontdek je nog een extra en zeer bijzonder zintuig. Leeftijd: 7-10 jaar. Duur: ca. 1,5 uur. Kosten: €2,50 per tas. Borg tas €15. Je kunt de Expeditie Boswachterscode ook gratis downloaden op de site van Staatbosbeheer. Met een paar dingen die iedereen in huis heeft, kun je direct aan de slag in elk natuurgebied. Midwinterwandeling Woldberg 22 december Hopelijk zorgt de sneeuw voor een sprookjesachtige tocht waarbij we veel dieren of sporen hiervan kunnen aanschouwen. We sluiten af met een warme kop snert en roggebrood met spek, kinderen kunnen broodjes bakken boven een kampvuur. Tot slot krijgt iedereen een dierenpen als aandenken. Aanvang: 14.00 uur duur; 3 uur; kosten €12, 50 pp ( t/m 12 jaar €7, 50); opgave 0561-477272
Bezoekerscentrum De Wieden, Beulakerpad 1 8326 AH Sint- Jansklooster Maak een vogelvoedertafel - Wilde buitenactiviteit Met een goed gevulde voedertafel lok jij de vogels naar je tuin of balkon. Wanneer: vrijdag 27 dec 2013 12:00 uur tot 15:00 uur, donderdag 02 jan 2014 12:00 uur tot 15:00 uur of vrijdag 03 jan 2014 12:00 uur tot 15:00 uur Kosten: Kinderen (lid natuurmonumenten) €4.50 ,niet-leden €7,50
Pluis een uilenbal uit en ontdek wat uilen eten Braakballen zijn droge, pluizige balletjes. Als je ze met een pincet uit elkaar peutert en bekijkt met een loep, zie je wat uilen allemaal eten. Met behulp van een zoekkaart waarop alle botjes staan afgebeeld, kun je zien wat de uilen eten. Je vondsten plak je in een mooi lijstje en neem je mee naar
huis. Leeftijd vanaf 6 jaar. Vooraf aanmelden is niet noodzakelijk, je bent welkom tussen 11.00 en 15.00 uur Kosten: Kinderen (lid natuurmonumenten) €4.50 ,niet-leden €7.50 Wanneer; dinsdag 25 feb 2014 - 12:00 uur tot 15:00 uur, woensdag 26 februari -12.00 uur tot 15.00 uur, donderdag 27 februari – 12.00 uur tot 15.00 uur.
Help de vogels en maak de lekkerste vogelsnacks. Je leert hoe je zelf vetbollen en pindaslingers maakt. Veel vogels zijn vertrokken naar het zuiden en sommige dieren houden een winterslaap, ze merken weinig van de kou. De vogels die hier blijven, moeten juist extra hun best doen om de winter door te komen. Denk je dat je alles van vogels weet? Doe dan de vogelspeurtocht en test je vogelkennis met de vette vogelquiz. Vooraf aanmelden is niet nodig, je kunt op elk moment starten tussen 12.00 en 15.00 uur. Wanneer zondag 19 jan 2014 - 12:00 uur tot 15:00 uur Kinderen (lid natuurmonumenten) €4.50, niet-leden €7.50
Leer overleven in de natuur! Vies worden mag !!!!!Tijdens de Wilde Buiten Dagen loop je langs een uitdagend parcours, uitgezet door onze boswachters. Vies worden mag! Doe je overlevingskleren en laarzen aan! Deze activiteit is geschikt voor gezinnen met kinderen van 4 tot en met 12 jaar. Vooraf aanmelden is niet noodzakelijk, kom gewoon tussen 11.00 en 15.00 uur naar het bezoekerscentrum. Wanneer: zondag 13 apr 2014 11:00 uur tot 15:00 uur Voor meer informatie over bovenstaande activiteiten, kijk op www.dewieden.nl of bel: 0527-246644
Leuke websites en filmpjes om te bekijken wanneer je niet naar buiten kunt: Op http://vroegevogels.vara.nl/ kun je bij de uitzending van 5 november zien hoe een broeihoop door een ringslang wordt gebruikt.
Jeugd natuurclub de Weerribben zit op Facebook!! Bekijk foto’s en praat mee met ons over interessante onderwerpen. Zoek ons op en wordt onze vriend!!! www.staatbosbeheer.nl en www.natuurmonumenten.nl Daar vind je de laatste activiteiten bij jou in de buurt http://www.ivn.nl/afdeling/noordwest-overijssel Hier vind je informatie over gratis excursies en activiteiten van het IVN www.stekkie.nl Website van de Nederlandse visfederatie voor de jeugd. Hier vind je veel filmpjes en informatie over vissen. www.jeugdbieb.nl Op deze site vind je knutsel ideeën, filmpjes en informatie over heel veel onderwerpen.
Wil jij ook een keer in het clubblad staan? Mail dan je mop, verhaal, activiteit of idee naar
[email protected] dan sta jij misschien de volgende keer in het clubblad.