Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 9
Haar lichaam ontwaakt eerder dan haar geest. De lucht rust warm en onbeweeglijk op haar huid. Ergens in de verte gromt een vrachtwagen voorbij, maar het geluid verstomt en de stilte nestelt zich als een donzen deken om haar heen. Haar wang rust op iets koels en glads en haar benen liggen opgetrokken onder haar kin. Dit is niet de houding waarin ze gewoonlijk slaapt. Om zich uit te kunnen rekken draait ze zich een beetje om. Haar schouder schreeuwt het uit van pijn. Ze opent haar ogen en ziet witte tegels, een streep van iets blauws eroverheen, de onderkant van een wastafel. Haar hart begint te bonken als haar geest de details in zich opneemt: elf grijze stukjes kauwgum die tegen de onderkant van de wastafel geplakt zitten, een grote fles helderroze wc-reiniger, een paars stukje nagel bij de voet van de toiletpot. Een van haar ogen wil niet helemaal open en als ze eraan voelt, blijkt het opgezwollen te zijn. Ze pakt het witte porselein van de wastafel vast en er schiet een scheut van pijn door haar achterhoofd, waardoor het even zwart wordt voor haar ogen. Ze houdt zich stevig vast; de pijn trekt weg. Ze staat nu rechtop, maar alles draait om haar heen. In de geblutste spiegel ziet ze iemand met een oog dat blauw begint te worden en met mascara die over haar hele gezicht is uitgelopen. Het duurt even voordat ze beseft dat ze het zelf is, ze móét het wel zijn. Er prikt iets te-
9
Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 10
gen haar bovenbeen en ze steekt haar hand in haar broekzak, waar ze 18 dollar 75, een gebroken stuk van een gouden ketting en een bonnetje van een benzinestation voor een cola light aantreft. Ze duwt de deur open en strompelt naar buiten. Het zonlicht verblindt haar. Ze knijpt haar ogen tot spleetjes en staart om zich heen. Ze heeft geen idee waar ze is. Ze begint te rennen.
10
Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 11
1
Het begon met een nieuwe dageraad. Ik ontwaakte met het geluid van een meisjeslach in mijn oren. Een zonnestraal viel op mijn gezicht en kleurde de ruimte achter mijn oogleden goud. Ik rekte me uit, vingers en tenen strekten zich onder gekreukte lakens naar de andere kant van het bed. Leeg. Het was een droom geweest. Er was geen lachend meisje. De lucht die door de met vliegen bezaaide hor van mijn gehuurde kamer naar binnen kwam was bedompt en stil en om 5.03 uur ’s ochtends al behoorlijk warm. Meer dan duizend dagen had ik geslapen. Niet echt natuurlijk, maar zo voelde het wel. Over twee minuten zou mijn wekker gaan. Dat gebeurde de laatste tijd steeds vaker: dat ik zestig, negentig, honderd seconden eerder wakker werd, alsof een deel van me een waarschuwingssignaal gaf en me opdroeg om op te houden met treuzelen en op weg te gaan. Ik ben een indringer. Een nepfiguur. Een bedrieger. Maar alles wat nu volgt, is de waarheid en niets dan de waarheid. Ik heb geen reden meer om te liegen. De dageraad in Tucson, Arizona, is bijzonder. Hij komt niet op kousenvoeten met de tere, transparante toets die hij langs de randen van
11
Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 12
ons land tentoonspreidt. Plotseling is hij er: een dun, scherp licht met de kleur van graankleurige zijde dat de indruk wekt eerlijker te zijn dan zijn warmgele neef in de namiddag. Hij flatteert weliswaar niet altijd, maar hij doet zich niet milder voor dan hij is. Ik gaapte. Een dikke hommel zoemde aan de andere kant van het raam. Ergens in de straat hoorde ik het geluid van een tuinsproeier die een dorstig gazon van water voorzag, waarbij hij een klikkend geluid maakte: één, twee, drie, vier vijf, zes, zeven en vervolgens zeven zes vijf vier drie twee één als de automatische sproeiarm snel naar de beginpositie zwenkte. De warme lucht lag als een extra deken over me heen en ik nam een ogenblik de tijd om ervan te genieten. Toen begon mijn wekker te piepen en ik hees mezelf uit bed. Het licht toonde onbarmhartig de gebreken van mijn kamer; het benadrukte iedere scheur en kras in het versleten nachtkastje en in de ladekast met de vastgelijmde laden – voor 53 dollar 50 per week heb je geen recht op laden – en zorgde ervoor dat de blauwe bloemetjes her en der op het gele behang nog meer op griepvirussen leken. Al had ik er tien uur in gestoken om de boel schoon te maken, dan nog zou de kamer er niet beter of minder eenzaam uitgezien hebben. Het was Moederdag en rond halftien was de Starbucks waar ik werkte vol met weldoorvoede blanke mannen met brede gouden ringen om hun vingers en slobberige korte broeken en usa-t-shirts aan. Ze duwden buggy’s voor zich uit en zorgden er nauwgezet voor dat de dubbele latte macchiato met extra schuim voor hun vrouw precies goed was, alsof dit alle avonden goed zou maken waarop ze niet op tijd thuis waren om met het eten te helpen of alle knipogen die ze me op doordeweekse dagen toezonden als ze alleen, in pak, binnenkwamen. De echtgenotes speelden het spelletje mee en deden hun best om te kijken alsof de gang met het hele gezin naar een koffiezaak de favoriete besteding van hun speciale dag was. Wie weet, misschien was dat wel zo. Laat ik maar meteen eerlijk zeggen dat ik geen idee heb hoe het er in gelukkige gezinnen aan toegaat. Mijn er-
12
Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 13
varingen in de pleegzorg hebben me een inkijkje gegeven in het ‘gezin’ als een organisme dat door handige leugens en onhandige behoeften bij elkaar gehouden werd en dat als een stekelvarken klaarstond om je met zijn stekels te prikken als je de euvele moed had om er iets van te zeggen. Mijn derde pleegmoeder, mevrouw Helder, kon maar niet begrijpen waarom het zo moeilijk voor me was om me aan te passen. ‘Je moet leren om niet alleen aan jezelf te denken en om medelijden met anderen te hebben,’ zei ze, terwijl ze achteroverleunde in haar La-Z-Boy-leunstoel, met een schaal popcorn op schoot en een glas whisky in haar hand. Mijn maag rommelde hoorbaar, maar dat negeerden we allebei. ‘Je hoeft alleen maar in de schoenen van een ander te gaan staan.’ Dat probeerde ik, maar haar schoenen waren zwart en puntig, met hakken van tien centimeter en glimmende gespen erop die om haar voeten knelden, waardoor ze haar roodgeverfde lippen iedere keer dat ze opstond tot een smalle streep trok. Als ik naar ze keek, kreeg ik de neiging om te gaan gillen. Dat was het laatste pleeggezin waar ik gewoond heb. Ik was juist gestopt met een poging om me in de appelgroene teenslippers te verplaatsen van een vrouw met een permanente botoxglimlach – ‘Een heel fijne dag gewenst!’ kirde ik – toen de jongen en het meisje uit mijn rij aan de beurt waren. ‘Hoi, ken je me nog?’ vroeg de jongen. Hij glimlachte samenzweerderig en leunde tegen de toonbank. Ik ging ervan uit dat de vraag retorisch bedoeld was. Het was net zo onwaarschijnlijk dat ik hem vergeten was, als het onwaarschijnlijk was geweest om niet op te merken dat hij en het meisje naast hem die dag waren binnengewandeld. Om maar iets te noemen: ze pasten bij de vader-moeder-buggyklanten zoals zand bij een frappuccino paste. Daarnaast zag hij eruit alsof hij uit een advertentie gestapt was, type halfnaakte man met buikspieren als de gebeeldhouwde bedding van een rivierbed dat naar de horizon wegliep. Rijk. Verwend. Op zijn gezicht een eeuwigdurende uitdrukking van zelfingenomenheid. Een gezicht
13
Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 14
dat je makkelijk tot in je dromen zou kunnen achtervolgen. Bovendien was hij de afgelopen twee weken al vijf keer geweest. Ik had het gevoel dat ik het meisje ook al eerder gezien had, maar dat wist ik niet zeker. ‘Ik ben Brian,’ zei hij, toen ik hem aan bleef staren. ‘Brian Silverton. En dit is mijn zus Bridget.’ ‘Eve,’ zei ik met een hoofdbeweging naar mijn naamkaartje. ‘Ik heet nog steeds Eve Brightham, net als alle vorige keren toen je ernaar vroeg.’ ‘Je herkent me nog.’ Zijn ogen begonnen te stralen. ‘Ik geloof je, heus. Alleen… jemig, je lijkt griezelig veel op iemand die ik gekend heb.’ Hij wendde zich tot het meisje naast hem. ‘Zie je wel, Bridge? Is het niet eng? Nou ja, ze heeft kort haar, maar verder zou ze het kunnen zijn.’ Ze knikte. Net als hij had ze wijd uit elkaar staande, hemelsblauwe ogen met zware oogleden en een perfect ovaal gezicht, maar terwijl hij een ondeugende, warme blik in zijn ogen had, was die van haar koel en onderzoekend. Volgens mij had zij eigenlijk hetzelfde lichtbruine haar als hij, dat door de zon goud oplichtte, maar ze had het in een subtiele rode kleur geverfd en ze had een dikke pony op haar voorhoofd . Ik vermoedde dat dit in haar wereld een daad van ernstige rebellie was. Ik observeerde hoe ze met één blik mijn Target-spijkerbroek en t-shirt taxeerde. Zelf droeg ze een korte, denim jumpsuit met een lamswollen trui over haar schouders, mooie moccasins aan haar voeten, een grote leren tas met geraffineerd hang- en sluitwerk en een vliegenierszonnebril in haar haar. Om de wijsvinger van haar linkerhand zat een driedubbele gouden ring van Cartier. Eenvoudig, niet te opzichtig. Ik schatte haar outfit, los van de ring, op ongeveer vierduizend dollar. De mijne had 34 dollar 53 gekost. Brian zei: ‘Ik heb Bridget alles over je verteld.’ Ik kon me niet voorstellen wat hij haar verteld kon hebben en voordat ik ernaar kon vragen, kwam Roman, mijn baas, op me af. ‘Wat had ik tegen je gezegd over kletsen met je vrienden bij de toonbank, Eve?’ vroeg hij met zijn nasale stem. Op de een of andere manier slaagde hij
14
Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 15
erin om tegelijkertijd boos naar mij te kijken en vriendelijk naar Brian en Bridget. ‘We wilden net een bestelling doen,’ zei Brian en hij voegde de daad bij het woord. Hij en Bridget namen hun cappuccino (hij) en muntthee (zij) mee naar een tafeltje dat net door een gezin van vijf personen verlaten was. Roman nam me onder handen. ‘Je moet niet vergeten dat je nog in je proeftijd zit,’ zei hij met een dreigende blik in zijn kleine ogen. Uit mijn ooghoek zag ik hoe Bridget de kruimels die het gezin had achtergelaten zorgvuldig in een servetje veegde, dat ze vervolgens netjes tot een envelopje vouwde alvorens het weg te gooien. ‘We hebben het hier na werktijd nog wel over.’ De woede op zijn gezicht was slechts een masker voor de opwinding die erachter schuilging. Roman wist dat ik dit baantje nodig had. Hij had het vermoeden dat er iets verdachts aan de hand was met mijn id, dat ik waarschijnlijk nog leerplichtig was, wat betekende dat hij me in zijn macht had. In het verleden had hij die macht proberen te gebruiken op manieren die… Nou ja, op manieren. En zelfs ík was niet eenzaam genoeg om dat te willen laten gebeuren. Het was me gelukt om met een combinatie van handigheid en geluk zijn toenaderingspogingen te ontwijken, maar het werd steeds moeilijker. Brian en Bridget zaten met hun hoofden bij elkaar wel een kwartier lang ernstig te praten, waarbij ze elke paar seconden een blik in mijn richting wierpen. Ze deden me aan soepele, goed verzorgde poema’s denken – ze waren prachtig, maar ze hadden iets roofdierachtigs. Ik deed alsof ik niets in de gaten had, maar mijn hart bonkte en ik weet vrij zeker dat een aantal mensen hun koffie voor half geld kreeg, omdat ik niet goed oplette wat ik aan het doen was. Bridgets Filofax-agenda in grijs visgraatmotief lag op de tafel en Brian pakte hem op. Uit mijn ooghoek zag ik hoe hij er een blaadje uit
15
Waanidee_150x230 12-12-12 14:48 Pagina 16
haalde, er iets op krabbelde, zijn stoel naar achteren schoof en opstond. Terwijl Bridget haar tas, trui en zonnebril pakte en in de richting van de deur liep, wandelde hij naar het begin van de rij en overhandigde mij het velletje papier. ‘We willen je iets voorstellen. Bel maar als je meer wilt weten.’ Snel schoof ik het blaadje in de zak van mijn schort, me bewust van het feit dat Bridget naar me keek. Er was iets ondefinieerbaars in haar blik, iets waar ik niet de vinger op kon leggen. In elk geval was haar blik niet vriendelijk. Ze speelde met de ring aan haar vinger. Toen ik even pauze had, haalde ik het velletje papier uit mijn zak. Aan de ene kant was met potlood een soort lijstje gemaakt. Aan de andere kant waren met pen twee getallen geschreven. Eén daarvan was een telefoonnummer. Het andere luidde ‘100.000 dollar contant’. In gedachten hoorde ik Nina, alsof ze naast me stond, tussen haar tanden fluiten; het fluitje waar ze zo trots op was omdat ze het vervolmaakt had. Ik zou er wat voor overhebben als ze hier was. ‘Je moet over iets beschikken wat ze per se willen hebben,’ hoorde ik in gedachten haar stem vol verwondering zeggen. Dat móét wel, dacht ik. Ik draaide het blaadje om en bekeek het lijstje. Naar ik aannam was het in Bridgets handschrift geschreven, het leek in elk geval te passen bij wat ik van haar had gezien. Bovenaan stond ‘Voor Marisol’ en daaronder: ‘Verwijder de inhoud van het krui-
denrek, veeg het schoon met een vochtige doek, zet alles in alfabetische volgorde terug. Verwijder de inhoud van het medicijnkastje, veeg het met een antibacterieel doekje schoon (blauw, niet geel) en zet alles in chronologische volgorde terug, van de kortste naar de langste houdbaarheid.’ Plotseling had ik een visioen van
haar terwijl ze hetzelfde met mij deed: de inhoud verwijderen, alles schoonvegen en op een andere, betere manier terugzetten. Zij is iemand met wie ik niets te maken wil hebben, dacht ik. Ik stopte het briefje weer in mijn zak, trok mijn gezicht in de plooi en ging weer aan het werk.
16