Green Light Laserbehandeling voor prostaatklachten
U hebt samen met uw behandelend uroloog besloten tot een operatieve ingreep van de prostaat met behulp van de Green Light Laser techniek, hierna te noemen lasertechniek of laserbehandeling. Deze lasertechniek wordt sinds 2006 in Nederland gebruikt als alternatief voor de al langer bestaande ‘schraap’ techniek ook wel TURP (TransUrethrale Resectie van de Prostaat) genoemd. Een behandeling met lasertechniek heeft vaak de voorkeur boven de TURP omdat de kans op bloedingen tijdens en direct na de ingreep gemiddeld kleiner is. De blaaskatheter, die direct na de ingreep wordt ingebracht, kan daardoor sneller worden verwijderd en u kunt daardoor ook sneller weer naar huis. Met de lasertechniek kunnen ook patiënten worden behandeld die bepaalde antistollingsmedicijnen moeten blijven gebruiken. Ook is het, in tegenstelling tot de TURP, mogelijk om grotere prostaten te behandelen met de lasertechniek.
Ervaringen met laserbehandelingen
Wereldwijd zijn al vele honderdduizenden laserbehandelingen verricht. Deze behandeling is een veilig alternatief voor de TURP. Vanaf 2006 tot 2014 heeft de afdeling Urologie van het Radboudumc ongeveer 600 laserbehandelingen verricht. De laatste twee jaren worden ongeveer 100 ingrepen per jaar met lasertechniek verricht en 20 tot 40 TURP-behandelingen. Uit recent onderzoek blijkt dat de middenlange termijn resultaten (gedurende twee jaar) van deze lasertechniek vergelijkbaar zijn met die van de TURP.
Hoe gaat de laserbehandeling in zijn werk?
Bij de laserbehandeling wordt tijdens de ingreep geen weefsel opgevangen en wordt er dus geen extra onderzoek van de prostaat gedaan na de behandeling. Voorafgaand aan de prostaatbehandeling controleert uw behandelend arts natuurlijk wel goed of de prostaat goedaardige kenmerken heeft. Bij de laserbehandeling verdampt het weefsel en ontstaat een holte in de prostaat. Tijdens en direct na de behandeling zijn er vaak heel weinig bloedingen. Soms moeten bloedinkjes dichtgebrand worden of moet een stukje los weefsel weg geschraapt worden omdat dit met de laser niet goed lukt. Incidenteel kan dus ook bij een laserbehandeling wat weefsel weggehaald en gecontroleerd worden, net als bij de schraapoperatie (TURP).
1
Direct na de operatie krijgt u een blaaskatheter die de volgende dag wordt verwijderd. De urine moet dan wel helder zijn en u mag geen koorts hebben. Wanneer de katheter wordt verwijderd, kan de eerste plas wat schrijnend zijn. De verpleegkundige meet direct of u goed kunt plassen en of er nog urine achterblijft (echo van de blaas). Wanneer dit twee keer goed gaat, mag u die dag naar huis. Soms lukt het uitplassen niet goed en moet een katheter worden teruggeplaatst voor enkele dagen of zelfs weken, maar het merendeel van de patiënten gaat de dag na de ingreep zonder katheter naar huis.
Complicatiekansen
Hoewel de ingreep zeer veilig is, kunnen er, net als bij andere chirurgische ingrepen, complicaties optreden: Nabloedingen Nabloedingen waarvoor opname in het ziekenhuis noodzakelijk is, komen in minder dan 2 procent van de gevallen voor. Dit is bij de TURP tot 5 procent. Infecties Infecties aan de urinewegen komen voor bij 15 procent van de patiënten. Dit is conform de resultaten van andere laser- en TURP-studies. Wanneer uw behandelend arts een infectie vermoedt, wordt de urine gekweekt en krijgt u mogelijk antibiotica. Diepe weefsel (bot)infecties komen heel zelden voor. In dat geval krijgt u gedurende langere tijd antibiotica. Zaadlozing en erectiestoornissen De zaadlozing verandert na een ingreep van de prostaat vaak blijvend en komt achterwaarts (retrograad) in de blaas. Deze zogenaamde droge zaadlozing vindt plaats bij 75 procent van de patiënten, eenzelfde percentage als bij patiënten die een TURP-behandeling ondergaan. Het is belangrijk om te weten dat dit met name voor de voortplanting nadelig is, hoewel sommige patiënten het verlies van de zaadlozing als zeer storend ervaren. De erecties blijven vrijwel altijd onveranderd, hoewel ook hier zeer veel verschillende resultaten worden genoemd. Van de patiënten die bij de afdeling Urologie van het Radboudumc zijn behandeld met de lasertechniek heeft minder dan 1 procent een erectiestoornis bemerkt. In de literatuur worden voor de TURP-groep percentages van 3 tot 30 procent genoemd. Zelden zal een ingreep tot een verbetering van seksuele functies leiden, maar meestal zal er niet veel veranderen.
2
Incontinentie De kans op incontinentie na een laserbehandeling is klein maar helaas niet uitgesloten. Door verwijding van de interne sluitspier en prostaat kan een van tevoren al minder functionerende sluitspier in de problemen komen en urine doorlaten. Ook kan de sluitspier beschadigd raken. Van de patiënten die bij de afdeling Urologie van het Radboudumc zijn behandeld met de lasertechniek heeft minder dan 1 procent uiteindelijk last van incontinentie door een slechte sluitspierfunctie. In de literatuur wordt voor de TURP-groep hetzelfde getal genoemd. Wel kunt u in de eerste fase na de operatie (laser of TURP) een verhoogde aandrang voelen, die u moeilijk kunt uitstellen en die soms ook leidt tot urineverlies. Dit heeft te maken met een onrustige en krachtige blaasactie. Meestal gaat dit vanzelf over, hoewel bij sommige mannen extra (bekkenbodem)therapie nodig is. Deze klachten kunnen soms lang aanhouden tot maximaal zes maanden na de ingreep. Vernauwing van de plasbuis In 2 procent van de gevallen komen in de plasbuis littekens voor waardoor de plasbuis vernauwt. Het gevolg is een slechte straal. Een nieuwe ingreep is nodig om de plasbuis open te maken. Dit komt overigens bij elke operatie aan de plasbuis voor, ook bij de TURP-behandeling (in 2-9 procent van de gevallen). Pijn na de ingreep Bij 1 procent van de patiënten komt om diverse redenen (blijvende) pijn na de ingreep voor, zoals chronische prostaatontsteking.
Succeskansen
De lasertechniek staat bekend om zijn hoge succespercentages bij het verbeteren van het plaspatroon. De succespercentages voor chirurgische technieken zoals laser en TURP zijn 85 tot 90 procent. Dat betekent wel dat voor 10 tot 15 procent van de patiënten er geen vooruitgang wordt geboekt en dat deze patiënten zelfs een verslechtering van het plaspatroon kunnen ervaren. Zowel bij de laserbehandeling als bij de TURP-behandeling is een tweede ingreep soms nodig. Recent onderzoek toont aan dat bij de TURP-behandeling de kans op herbehandeling 8 procent is en bij de laserbehandeling 9 procent.
3
Na ontslag
De urine kan er in de eerste weken rosékleurig of bordeauxkleurig uitzien en soms komen stukjes weefsel en bloedstolsels mee. Dit is volstrekt normaal. Ook kan de urine een tijdje helemaal helder en dan plotseling weer even rood zijn. Ook dit is volstrekt normaal. Stroperige, bloederige, helderrode urine is niet normaal. Wanneer u dit bemerkt, neem dan contact op met de afdeling Urologie. U krijgt dan nader onderzoek. De kans op bloederige urine is kleiner wanneer u: Goed drinkt (2 liter per dag) Persen vermijdt (ook bij de stoelgang) Niet op een fietszadel zit Geen seksuele activiteit heeft Matig alcohol gebruikt
• • • • •
Pijn komt zelden voor, maar is zeker reden om contact op te nemen. Branderigheid bij het plassen is normaal, maar deze klachten moeten wel snel verbeteren. Wanneer de urine troebel is of wanneer u koorts krijgt, neem dan contact op met de afdeling Urologie, om een infectie uit te sluiten. Op de afdeling krijgt u soms bij ontslag een recept voor antibiotica mee. Ook krijgt u een recept mee voor een medicijn om de blaas rustig te houden na de operatie. Dit medicijn werkt op aandrang van symptomen. Het vermindert onverwacht urineverlies en storende aandrang gedurende de eerste weken. U hoeft het medicijn niet te nemen, maar wanneer u deze klachten ervaart kan het verlichting geven. U mag dan het medicijn eenmaal per dag innemen. De medicatie kan bijwerkingen geven zoals een droge mond en droge ogen en kan de rijvaardigheid negatief beïnvloeden. Uw behandelend uroloog vraagt u bij elk controlebezoek om met volle blaas te komen en dan een plastest te doen op de polikliniek. Ook krijgt u vragenlijsten mee, de zogenaamde Internationale Prostaat Symptoom Score (IPSS) om te zien op welke punten er verbetering is. Daarnaast krijgt u na een aantal controlebezoeken een echo om de grootte van de prostaat te bekijken en controleert de verpleegkundig specialist uw PSA.
4
04-2015-7534
Adres Polikliniek Urologie Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10 6525 GA Nijmegen Volg route 725, Poliplein C0 Contact 024 - 361 38 03 De polikliniek is telefonisch bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 - 17.00 uur (volg het keuzemenu)
Radboud universitair medisch centrum