Google Analytics is het meest gebruikte pakket voor websitestatistieken

I

Wat is Google Analytics?

G

oogle Analytics is het meest gebruikte pakket voor websitestatistieken onder (online) marketeers. In 2004 nam Google het statistiekenpakket Urchin over. Dit is niet meer te vergelijken met het huidige Google Analytics. De toenmalige versie is doorontwikkeld tot een volwaardig webanalysepakket. In dit Handboek leer je dat je met Google Analytics zeer praktische informatie kunt achterhalen, zodat je meer inzichten krijgt over het gedrag van de bezoekers van je website. Met Google Analytics kun je namelijk veel meer dan alleen statistieken – zoals bezoeken en conversies – bekijken. Ik noem dit ‘tellen’. Door gebruikersgedrag te achterhalen krijg je informatie waar je acties aan kunt koppelen. Tijdens trainingen blijkt regelmatig dat de gemiddelde gebruiker moeite heeft om de cijfers uit Google Analytics te vertalen naar concrete informatie. Wat kun je eigenlijk allemaal met Google Analytics?

Je leert in dit hoofdstuk:

De mogelijkheden van Google Analytics. De insteek van dit boek. Voor wie dit boek geschreven is. Welke onderwerpen in dit boek aan bod komen.

Inleiding – Wat is Google Analytics?

De mogelijkheden van Google Analytics Google Analytics heeft in de afgelopen jaren enorm veel mogelijkheden gekregen. Dat is een positieve ontwikkeling. Echter, de vele mogelijkheden maken het programma niet eenvoudiger voor de gemiddelde gebruiker. Ik kan me voorstellen dat het voor de gemiddelde gebruiker moeilijk is om bij te houden welke functionaliteiten handig zijn om te gebruiken. Toch is het werken met Google Analytics eenvoudiger dan het lijkt. Je dient alleen de vele toepassingsmogelijkheden van Google Analytics te leren kennen. In de vele toepassingsmogelijkheden van Excel dien je je bijvoorbeeld ook te verdiepen, voordat je deze onder de knie hebt! In Google Analytics kun je veel rapporten met sitestatistieken bekijken. Maar uit welke rapporten kun je nu echt actiegerichte informatie halen? Wat zijn de voordelen om met Google Analytics aan de slag te gaan? • Je kunt achterhalen welke acquisitiekanalen verantwoordelijk zijn voor bezoeken en conversies op de website. In welke acquisitiekanalen moet je wel of juist niet te investeren? • Je kunt met Google Analytics online marktonderzoek uitvoeren. Welke doelgroepen bezoeken de website? Naar welke informatie zijn deze bezoekers op zoek? • Je kunt pieken en dalen in het websiteverkeer achterhalen. Zo kun je inspelen op externe factoren, zoals vakantie- of feestdagen en veranderde weersomstandigheden. • Je ontwikkelt pagina’s met content voor een website. Maar welke pagina’s lezen de meeste bezoekers? Wat gebeurt er op deze pagina’s? • Welke contactmomenten heeft de gebruiker op een pagina? En nog belangrijker: welke impact heeft dit op de websiteresultaten?

Universal Analytics In het afgelopen jaar heeft Google de opvolger van Google Analytics geïntroduceerd: Universal Analytics. Deze is sinds april 2014 definitief beschikbaar. Universal Analytics beschikt over dezelfde functionaliteiten als Google Analytics. Wat zijn de voordelen om Universal Analytics te gaan gebruiken? • Je kunt gebruikmaken van aangepaste statistieken en dimensies. Een voorbeeld hiervan zijn de geopende mails vanuit verstuurde nieuwsbrieven. • Je kunt externe databronnen, zoals de gegevens uit je CRM-systeem, koppelen met het bezoekersgedrag op je website. Door het koppelen van

2

Handboek – Google Analytics

klantgegevens kun je individueel bezoekersgedrag meten in plaats van algemene bezoeken, zoals dat nu in Google Analytics het geval is. • Universal Analytics geeft je de mogelijkheid om de impact van mobiele apparaten op je siteconversie te bepalen. In welke mate gebruiken de bezoekers mobiele apparaten in het aankoopproces?

Implementatie Universal Analytics Universal Analytics gebruikt een andere meetmethode dan Google Analytics. Universal Analytics gebruikt namelijk slechts één cookie, terwijl Google Analytics meerdere cookies gebruikt om de sitestatistieken te achterhalen. Om die reden wijkt de implementatie enigszins af van die van Google Analytics. Je dient er rekening mee te houden dat de meetcodes anders zijn opgebouwd. In dit boek staan we stil bij de implementatie van Universal Analytics.

Maak een meetplan voordat je aan de slag gaat Universal Analytics biedt je meer mogelijkheden om individueel gebruikersgedrag te achterhalen. Daarnaast kun je data uit externe systemen aan je Analytics-data koppelen. Dit is een positieve ontwikkeling om een nog beter beeld te krijgen van je gebruiker. Wel een kanttekening hierbij: Universal Analytics is pas dit jaar uit de bètaomgeving gehaald. Het is dus afwachten wat de werkelijke meerwaarde van Universal Analytics voor de gemiddelde gebruiker is.

De insteek van dit boek In dit boek leer je hoe je praktische informatie uit Google Analytics haalt. Dat zijn niet alleen basisstatistieken zoals bezoeken en conversies, maar ook de rapporten waarmee je het gebruikersgedrag kunt achterhalen, zoals de gebeurtenissen die plaatsvinden op je website. In de eerste hoofdstukken wordt uitgebreid stilgestaan bij de implementatie en de rapportagemogelijkheden van Google Analytics. Het is cruciaal om de basisprincipes van de implementatie en de rapportagemogelijkheden te kennen en toe te passen. Indien de implementatie en het instellen van je belangrijkste rapportages succesvol is verlopen, kun je het maximale uit de toepassingsmogelijkheden van Google Analytics halen. Daarom wordt tevens uitgebreid stilgestaan bij de do’s and don’ts van de implementatie van Google Analytics. In de praktijk blijkt namelijk dat de gebruiker vaak onvoldoende op de hoogte

3

Inleiding – Wat is Google Analytics?

is van de belangrijkste stappen voor het succesvol implementeren van Google Analytics. Het vervolg van het boek staat stil bij de belangrijkste aanvullende functionaliteiten. Je leest vooral over de toepassingsmogelijkheden hiervan en niet zozeer de over de technische implementatie. Met welk doel bezoekt de gebruiker je website? Hoe kun je deze informatie vertalen naar concrete actiepunten om de siteconversie te verbeteren?

Voor wie is dit boek geschreven? Dit boek is geschreven voor (online) marketeers en website-eigenaren die meer inzichten uit sitestatistieken willen halen. Diepgaande analyses kun je door een webanalist laten uitvoeren, maar je wilt als marketeer wel campagneresultaten aan campagneactiviteiten kunnen koppelen. Om die reden is dit Handboek ook zeer praktisch ingestoken. Je zult weinig theoretische verhalen over de functionaliteiten van Google Analytics tegenkomen, maar praktijkvoorbeelden die je op je eigen Analytics-account kunt toepassen.

Welke onderwerpen komen aan bod? • Wat komt er kijken bij de implementatie van Google Analytics? • Welke dashboards en (aangepaste) rapporten kun je in Google Analytics gebruiken? • Wat zijn filters en segmenten en hoe kun je deze in de praktijk toepassen? • Wat is event tracking en hoe kun je uit deze functionaliteit actiegerichte inzichten halen? • Wat is conversieattributie en hoe kun je deze cijfers vertalen naar praktische informatie om je campagneresultaten te verbeteren? • Welke mogelijkheden biedt Google Analytics om online marktonderzoek uit te voeren? • En last but not least: wat zijn de meest veel gestelde vragen en misverstanden over Google Analytics? Daarnaast staan in elk hoofdstuk een of meer verwijzingen naar een instructievideo, zodat je de besproken functionaliteiten op je gemak nog eens kunt doornemen. Kortom: dit praktische Handboek is bedoeld voor iedere marketeer of websiteeigenaar die actiegerichte inzichten uit zijn sitestatistieken wilt halen.

4

1

Aan de slag met Google Analytics

M

et het plaatsen van één meetcode kun je de statistieken van je website meten. Helaas komt bij het implementeren van Google Analytics meer kijken dan het plaatsen van die meetcode. Het pakket is inmiddels namelijk zo uitgebreid, dat de standaardmeetcode niet meer voldoet voor de gemiddelde gebruiker. Behalve standaardstatistieken, zoals bezoeken (sessies) en bouncepercentages, wil je ook de gebeurtenissen die op je website plaatsvinden kunnen meten. Tenslotte wil je kunnen bepalen of je website wel of niet succesvol is. Daarom zal dit hoofdstuk uitgebreid stilstaan bij het doormeten van conversies en omzetcijfers voor gebruikers die producten online verkopen. Het doormeten van campagnes is tevens een belangrijk onderdeel van de implementatie. Je wilt kunnen bepalen of advertentiecampagnes effect hebben gehad op de siteconversie. Google AdWords-campagnes kun je automatisch koppelen met Google Analytics. De overige betaalde campagnes – zoals Facebook en Marktplaats – hebben helaas geen automatische koppeling met Google Analytics. Je dient de doormeting van deze campagnes zelf te verzorgen. Dit wordt stap-voor-stap uitgelegd.

Je leert in dit hoofdstuk:

De belangrijkste instellingen van Google Analytics. De belangrijkste stappen om Google Analytics te implementeren. De belangrijkste stappen om Google Analytics te implementeren met Google Tagmanager. De belangrijkste stappen om campagnes door te meten met Google Analytics.

Hoofdstuk 1 – Aan de slag met Google Analytics

Introductie Dit hoofdstuk behandelt de implementatie van Google Analytics. Er zijn daarbij heel wat zaken waar je aan moet denken. We gaan eenvoudig van start: 1 Open een account bij www.google.nl/analytics. Om een account te openen dien je eerst je e-mailadres om te zetten in een Google-account, mocht dit nog niet gebeurd zijn. Het startscherm verschijnt.

Afbeelding 1.1

Het startscherm van Google Analytics.

2 Vul je accountnaam in.

Afbeelding 1.2

H01-2

6

Accountnaam invullen.

Zonder de specifieke meetcode op een site kun je geen statistieken bekijken. Plaats de gegenereerde meetcode op iedere pagina van de site die je wilt kunnen doormeten, of laat dit door de bouwer van de website verzorgen.


Afbeelding 1.3

H01-3

De meetcode moet aan de webpagina’s worden toegevoegd.

Het advies is om de code aan de webbouwer te mailen. Je dient het volgende hierover te weten: • Bovenstaande code dient de webbouwer op iedere pagina te plaatsen. Dus ook op de bedankpagina, nadat een bezoeker het contact- of bestelformulier heeft ingevuld. • De code dient de webbouwer tussen de tags en te plaatsen, in de broncode van de webpagina. Indien dit is gebeurd, kun je de eerste statistieken bekijken. Klik op het scherm Rapportage op Doelgroep, Overzicht voor een eerste blik op het sitebezoek.

Afbeelding 1.4

H01-4

De eerste statistieken.

Je wilt echter meer kunnen meten dan alleen de sitestatistieken. Denk bijvoorbeeld aan doelen of gebeurtenissen die plaatsvinden op de website. In dit hoofdstuk lees je tips om Google Analytics succesvol te implementeren of de implementatie periodiek te kunnen evalueren. Het advies is om de implementatie in ieder geval jaarlijks te evalueren. Immers, meet je de data wel waar je ook echt iets mee gaat doen?

7


Maak een meetplan vóór de implementatie Voordat je met Google Analytics aan de slag gaat, dien je een aantal zaken vooraf te bepalen: • Wat zijn de doelen van de website? Denk aan het verkrijgen van leads of het verkopen van kleding of vakanties. • Wat zijn de microdoelen van de website? Een microdoel is een tussenstap voor de uiteindelijke conversie. Denk aan een brochureaanvraag of het plaatsen van een product in het winkelmandje. • Welke interacties vinden er plaats op de website? Dit zijn de contactmomenten met de bezoeker. Denk aan het afspelen van een video of een vraag via de chat.

Afbeelding 1.5

H01-5

H01-6

8

Voorbeeld van interactie.

Vervolgens dien je ervoor te zorgen dat je bovenstaande zaken kunt doormeten. Stel je doelen in en let hierbij op de volgende zaken: • Zorg voor een duidelijke en unieke bedankpagina (zoals www.ganalytics.nl/bedankt-voor-je-aanvraag/). De bedankpagina is de pagina die verschijnt nadat de bezoeker een contact- of bestelformulier heeft ingevuld. Vervolgens voeg je deze bedank-URL toe aan de Google Analytics-account. • Indien dit niet mogelijk is kun je kiezen voor een tussenoplossing. Je kunt bijvoorbeeld de verzend- of bestelknop op je formulier als gebeurtenis doormeten. Google Analytics registreert zo iedere klik op de knop als een gebeurtenis. Zo kun je toch je doel(en) meten. Deze doelen worden vervolgens aan Google Analytics toegevoegd. • Je kunt ook gebruikmaken van zogeheten virtuele paginavertoningen (pageviews). Dit kun je doen door de naam van de formulieren aan de reguliere Google Analytics-code toe te voegen.


Afbeelding 1.6

Toevoegen van doelen.

Afbeelding 1.7

Voorbeeld van virtuele paginavertoningen.

H01-7

Het is ook mogelijk om microdoelen te meten: • Je kunt de doorkliks naar een winkelwagen als doel meten. Zo kun je bijvoorbeeld achterhalen hoeveel bezoekers een product in hun winkelmandje leggen. • Je meet afgespeelde video’s en/of vragen via de chat als gebeurtenis door. Vervolgens kun je deze gebeurtenis als doel toevoegen, zodat je ook de waarde hiervan kunt bepalen.

Afbeelding 1.8

Voorbeeld van een microdoel.

9


Bekijk de video Via de volgende link kun je een instructievideo bekijken over het instellen van doelen: www.ganalytics.nl/tutorial-instellen-doelen-googleanalytics/

Basisinstellingen De instellingen voor rapportageweergave vormen de basis van een Google Analytics-account. Daarom is het belangrijk om deze instellingen correct in te vullen en periodiek te controleren op hun juistheid. Klik hiervoor in het startscherm (dashboard) op Instellingen weergeven, onder Dataweergave:

Afbeelding 1.9

H01-10 H01-9

Profielinstellingen.

Let tijdens het invullen van deze instellingen op de volgende zaken: • Vul de juiste tijdzone en valutaeenheid van de website in. • Schakel de E-commercemodule in (indien je producten via de website verkoopt).

10


Afbeelding 1.10

Vervolg profielinstellingen.

Instellingen voor zoekopdrachten op de site Indien de site een zoekmachine bevat kun je deze activeren. De queryparameter van een site kun je achterhalen door er een zoekopdracht in te voeren. Het resultaat ziet eruit als http://www.ganalytics.nl/s=analytics. In dit voorbeeld is de queryparameter s. In dit voorbeeld wordt de queryparameter uit de URL verwijderd, omdat je deze ingetypte zoekopdrachten anders als URL in de paginarapporten te zien krijgt. Bekijk de video Via deze link kun je een instructievideo bekijken over de basisinstellingen van Google Analytics: www.ganalytics.nl/tutorial-basisinstellingen-google-analytics/

11


Gebruikersbeheer Via gebruikersbeheer kun je toegang verlenen aan collega’s, klanten en/of leveranciers.

Afbeelding 1.11

H01-11

Je kunt een gebruiker vier rollen toekennen.

Afbeelding 1.12

H01-12

Gebruikersrechten.

Rollen.

• Gebruikers beheren Deze gebruikers hebben volledige toegang tot de Google Analytics-account. Deze gebruikers mogen doelen en filters aanpassen. Daarnaast hebben zij ook het recht om gebruikers toe te voegen of te verwijderen. • Bewerken Deze gebruikers hebben dezelfde rechten als Gebruikers beheren. Zij hebben alleen geen rechten om gebruikers toe te voegen of te verwijderen. • Samenwerken Deze gebruikers kunnen geen filters of doelen aanpassen. Zij hebben alleen leesrechten in Google Analytics. Daarnaast hebben zij het recht om rechtstreeks dashboards te delen met de overige gebruikers. • Lezen en analyseren Deze gebruikers hebben dezelfde rechten als Samenwerken. Zij hebben leesrechten in Google Analytics. Zij kunnen alleen niet rechtstreeks dashboards delen met de overige gebruikers. Je kunt deze gebruikers op account-, property- of dataweergaveniveau rechten geven. Account is het hoogste niveau waarop je gebruikers toegang kunt geven. Op propertyniveau kun je gebruikers toegang per website verlenen

12


indien je over meerdere domeinen beschikt. Dataweergaveniveau is je eigen profiel waarin je daadwerkelijk werkt. Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om een gebruiker op accountniveau alleen leesrechten te geven, maar op dataweergaveniveau alle rechten (gebruikers beheren).

Voorbeeldsituatie Je wilt een SEO/SEA-bureau toegang verlenen tot Google Analytics. Je kunt voor hen een dataweergave maken met alleen statistieken voor SEO/SEA. Vervolgens geef je hen alleen voor deze dataweergave de volledige rechten (gebruikers beheren). Deze situatie is aan te bevelen wanneer SEO/SEA-bureau ook campagnes beheert van een directe concurrent. Zo voorkom je dat het bureau de omzeten conversieresultaten over de gehele site kan inzien en kan gebruiken voor de campagne(s) van een directe concurrent. Bekijk de video Via deze link kun je een instructievideo bekijken over hoe je gebruikersbeheer in Google Analytics kunt gebruiken: www.ganalytics.nl/videotutorial-gebruikersbeheer-google-analytics/.

E-commercemodule Je bezoeken en conversies meten is stap 1. Maar als je online producten verkoopt, wil je ook de omzet in Google Analytics kunnen meten. Met de e-commercemodule is dit mogelijk. Allereerst schakel je de e-commercemodule via de instellingen voor rapportageweergave in. Vervolgens moet het e-commercescript op de bedankpagina worden geplaatst. Dit is de pagina die verschijnt nadat de bezoeker een bestelling heeft afgerond. Het script vind je op https://developers.google.com/analytics/devguides/ collection/gajs/gaTrackingEcommerce, onder Complete Example, Asynchronous Syntax. Voor Universal Analytics ga je naar https://developers.google.com/analytics/devguides/collection/analyticsjs/ ecommerce.

13


14

Afbeelding 1.13

E-commercescript Google Analytics.

Afbeelding 1.14

E-commercescript Universal Analytics.


H01-13a H01-13

Let bij het plaatsen van het e-commercescript op de volgende zaken: • Het e-commercescript plaats je onder de reguliere Google Analytics-code, voor de tag ; • Het order-ID moet uniek zijn; • De bedrijfsnaam vermeld je onder affiliation; • De productnaam vermeld je onder productname binnen dit script; • Gebruik een punt als decimaalteken voor de prijzen van je producten. Het advies is om het e-commercescript in een dataweergave zonder filters te testen. Je krijgt dan bijvoorbeeld onderstaande data te zien:

Afbeelding 1.15

Voorbeeld e-commercemodule.

Bekijk de video Via deze link kun je een instructievideo bekijken over het implementeren van de e-commercemodule in Google Analytics: www.ganalytics.nl/videotutorials/e-commerce-module-google-analytics/

Doormeten van campagnes Het is geen overbodige luxe om betaalde en niet betaalde kanalen door te meten. Google AdWords-campagnes kun je via een automatische koppeling met Google Analytics laten doormeten. Voor het doormeten van externe kanalen – zoals Facebook en Marktplaats – moet je dit zelfstandig doen. Je kunt de URL-builder van Google hiervoor gebruiken (https://support.google.com/analytics/answer/1033867?hl=nl). Vul de velden in de URL-builder in. De invulvelden Campagnebron/medium en Campagnenaam zijn verplicht. De velden Campagneterm en Campagneinhoud zijn niet verplicht om in te vullen. Door deze velden in te vullen definieer je zogeheten UTM-tags (Urchin tracking module). Dit is nog een overblijfsel van het webanalysepakket Urchin, dat Google tien jaar geleden heeft overgenomen. Deze UTM-tags geven aan Google Analytics de juiste betaalde en niet-betaalde campagnes door.

15


Afbeelding 1.16

URL-builder.

Naamgeving Denk goed na over de naamgeving van je campagnevelden. Anders kan het voorkomen dat je bepaalde campagnes niet meer terug kunt vinden in Google Analytics. Een voorbeeld van een dergelijke structuur: • E-mail/Nieuwsbrief • Marktplaats/ads • Facebook/cpc Met de Chrome-extensie voor de URL-builder kun je een dergelijke naamstructuur opbouwen. Via deze link kun je gebruikmaken van deze extensie: bit.ly/1l9haEg.

Voordelen van de URL-builder om campagnes door te meten De voordelen van de URL-builder zijn: • je kunt betaalde en niet betaalde campagnes onderscheiden; • je kunt advertentie-uitingen en productcategorieën per advertentiecampagne onderscheiden; • je kunt de gedeelde blogs via sociale media van elkaar onderscheiden.

16


Afbeelding 1.17

Voorbeeld rapportcampagnes.

Bekijk de video Via deze link kun je een instructievideo bekijken over het gebruik van de URL-builder om je campagnes door te meten: www.ganalytics.nl/ videotutorials/doormeten-van-campagnes-google-analytics/.

Google AdWords aan Google Analytics koppelen Google Analytics heeft een automatische integratie met Google AdWords. Deze integratie is vrij eenvoudig in te stellen: 1 Klik op de tab Beheerder van Google Analytics onder Property op AdWords-links.

Afbeelding 1.18

AdWords-links.

17


2 Klik op Nieuwe linkgroep.

Afbeelding 1.19

Nieuwe linkgroep.

3 Koppel je AdWords-account aan Google Analytics. 4 Selecteer de dataweergave(n) die je wilt koppelen aan je Google AdWordscampagnes.

Afbeelding 1.20

Accounts koppelen.

Klant-id Controleer of het klant-id van je Google AdWords-account en Google Analytics overeen komen. Dit is de cijfercombinatie tussen haakjes binnen de linkgroep. Indien deze klant-id niet overeenkomt zal de Google AdWords-data niet doorkomen in Google Analytics! Daarnaast kun je Google Analytics gebruiken om AdWords-remarketinglijsten in te stellen. Om deze functionaliteit te gebruiken dien je de meetcode aan te passen:

18


1 Klik in het scherm Beheerder in de kolom Property op Remarketing, Lijsten. Klik vervolgens op Nieuwe lijst voor remarketing. 2 Klik onder Stap 2 op Pas uw trackingcode aan. Hier kun je de aangepaste trackingcode voor Google Analytics of Universal Analytics ophalen;.

Afbeelding 1.21

Aangepast meetscript voor Universal Analytics.

Afbeelding 1.22

Aangepast meetscript voor Google Analytics.

3 Vermeld in je gebruikersvoorwaarden dat je cookies op je site plaatst om gepersonaliseerde advertenties te kunnen communiceren aan de bezoekers.

SEO-data aan Google Analytics koppelen Naast Google AdWords kun je ook SEO-data aan Google Analytics koppelen. In het webmasterhulpprogramma kun je namelijk nog steeds de zoekwoorden vanuit SEO bekijken. Het koppelen van het webmasterhulpprogramma aan Google Analytics is vrij eenvoudig: 1 Open de Property-instellingen. 2 Navigeer naar Instellingen voor de Webmasterhulpprogramma’s (onder aan de pagina).

19


3 Klik op Bewerken en koppel het webmasterhulpprogramma aan Google Analytics. 4 Selecteer vervolgens de dataweergave (profiel) om deze data te kunnen bekijken.

Afbeelding 1.23

Webmasterhulpprogramma koppelen aan Google Analytics.

Kanaalgroepen In onderstaand voorbeeld zie je de standaard kanaalgroepering van Google Analytics. Referral (punt 3) is een breed begrip – je wilt graag weten welke verwijzende sites verkeer naar je site leiden. Daarnaast staan alle socialemediasites bij elkaar in één groep. Je wilt wellicht graag onderscheid kunnen maken tussen Facebook, Twitter en LinkedIn. Daarom is het advies om hiervoor aparte regels te maken. Dit is vrij eenvoudig. Klik op default channel grouping.

20

Afbeelding 1.24

Kanaalgroepen (via Rapportage, Acquisitie, Kanalen).

Afbeelding 1.25

Instellen kanaalgroepen.


H01-25 H01-24

In bovenstaand voorbeeld zie je aangepaste kanaalgroepen. Je maakt zo’n kanaalgroep als volgt: 1 Klik op Een nieuw kanaal definiëren. 2 Geef de kanaalgroep een naam. 3 Definieer de kanaalregels.

Afbeelding 1.26

H01-26

Kanaalregel SEO not provided.

Het aandeel ‘SEO not provided’-zoekverkeer gaat richting de honderd procent. Daarom is het geen overbodige luxe om hiervoor een aparte kanaalgroep te maken. Het heeft niet zo veel zin om kanaalgroepen te maken voor zoekwoorden met of zonder bedrijfsnaam, omdat deze zoekwoorden binnen afzienbare tijd niet meer te achterhalen zijn in Google Analytics. Daarnaast kun je een kanaalgroep maken voor de overige zoekmachines. Het advies is om in ieder geval voor Bing een aparte kanaalgroep te maken. Bing geeft de zoekwoorden namelijk nog wel door aan Google Analytics:

Afbeelding 1.27

H01-27

Kanaalregel Bing.

Google Analytics geeft voor de betaalde zoekresultaten (AdWords) de zoekwoorden natuurlijk wel gewoon door. Daarom is het advies om aparte kanaalgroepen te maken voor zoekwoorden uit AdWords-campagnes met én zonder bedrijfsnaam (indien van toepassing).

21


Afbeelding 1.28

H01-28

Kanaalregel AdWords.

In dit voorbeeld zie je dat alle zoekwoorden met ‘ganalytics’ in de kanaalgroep worden uitgesloten. Binnen deze kanaalgroep krijg je dus alleen non-branded zoekwoorden (zonder bedrijfsnaam) te zien vanuit de AdWords-campagne. Binnen de kanaalgroep voor je branded zoekwoorden (met bedrijfsnaam) doe je dit weer andersom. Verwijzende sites kunnen desgewenst ook als aparte kanaalgroep worden opgenomen.

Afbeelding 1.29

H01-29

Kanaalregel Frankwatching.

Voeg de belangrijkste verwijzende sites (in dit geval Frankwatching.com) toe als bron. Sociale media staan in de standaard kanaalgroepering onder referral. Dat zijn natuurlijk helemaal geen referrals. Je wilt de verwijzende sites en sociale media van elkaar kunnen onderscheiden. Daarom is het advies om alle socialemedianetwerken in aparte groepjes onder te verdelen.

Afbeelding 1.30

22

Kanaalregel voor Facebook.


H01-30

Als je dit gedaan hebt, krijg je bijvoorbeeld onderstaand rapport te zien met de zelf ingestelde kanaalgroepen.

Afbeelding 1.31

H01-31

Voorbeeld kanaalgroepen.

Er is nu een praktisch overzicht van de siteresultaten. Welke acquisitiekanalen leveren nu wel of geen bezoeken of conversies op? In bovenstaand voorbeeld kun je zien dat Frankwatching een zeer belangrijk kanaal voor de site is. Bijna honderd bezoeken en een conversiepercentage dat hoger dan gemiddeld is. Met dit rapport kun je dus in één oogopslag de acquisitiekanalen onderscheiden die goed en minder goed presteren. Bekijk de video Bekijk via deze link een instructievideo over het instellen van en werken met kanaalgroepen: www.ganalytics.nl/tutorial-acquisitie-rapporten/.

Paginagroepen Naast kanaalgroepen is het ook mogelijk om pagina’s in groepen onder te verdelen; bijvoorbeeld voor categorie-, producten merkpagina’s in een webshop. Maar ook niet-e-commerce sites kunnen dit hulpmiddel gebruiken, bijvoorbeeld voor het in groepjes onderverdelen van menu-items. Om met paginagroepen te werken klik je in het startscherm onder Dataweergave op Inhoudsgroep.

Afbeelding 1.32

Paginagroepen.

23


H01-32 Drie manieren om paginagroepen in te stellen De paginagroepen vind je op het hoofdscherm Beheerder. Klik op Inhoudsgroep, Nieuwe inhoudsgroep. Inhoudsgroep is overigens niet de meest beschrijvende naam hiervoor. Het is echter wel de letterlijke vertaling van content groupings. In tegenstelling tot de kanaalgroepen, heb je drie manieren om de paginagroepen in te stellen: Methode 1. Aanpassing van de meetcode Dit is de meest natuurlijke wijze om paginagroepen in te stellen. Helaas is het wel een zeer technische methode: 1 Klik op Trackingcode inschakelen. 2 Kies een indexnummer om de paginagroep te kunnen herkennen. 3 Pas vervolgens de meetcode aan met de paginagroep, als volgt: _gaq.push([‘_setPageGroup’, ‘1’, ‘diensten’]); Het voordeel van deze methode is dat indien je dit goed hebt ingesteld, je geen aanvullende aanpassingen meer hoeft te verrichten; ook niet bij URL-wijzigingen of wanneer je pagina-URL’s aan je site toevoegt. Het nadeel van deze methode is dat je hiervoor afhankelijk bent van je webbouwer. Methode 2. Gebruik van reguliere expressies Je kunt paginagroepen ook met reguliere expressies instellen; klik daartoe op Extractie toevoegen. Een voorbeeld staat in de afbeelding: /dames/(.*?).

Afbeelding 1.33

Voorbeeld van een paginagroep op basis van een reguliere

expressie.

H01-33

24

Met deze reguliere expressie kun je alle pagina’s onder de categorie ‘dames’ in één paginagroep plaatsen. Met deze reguliere expressie kun je ook producten en merken pagina’s in groepjes onderverdelen. De waarde van de reguliere expressie is automatisch de naam van de paginagroep. Je URL-structuur is hier-


bij dus leidend. Je dient dezelfde opbouw qua URL-structuur voor je categoriepagina’s te hebben om deze methode te kunnen gebruiken. Het voordeel van deze methode is dat je zelfstandig paginagroepen kunt instellen zonder je webbouwer te hoeven inschakelen. Het nadeel is dat indien je URL’s aanpast of pagina-URL’s toevoegt, je de reguliere expressie hierop moet aanpassen. Indien je regelmatig pagina’s aan de site toevoegt kan dit een tijdrovende klus zijn. Methode 3. Gebruik van paginaregels Deze methode kun je ook gebruiken bij het instellen van kanaalgroepen. Je kunt handmatig regels opgeven voor de paginagroepen.

Afbeelding 1.34

H01-34

Paginaregels.

Voordelen van deze methode zijn: • Je bent niet afhankelijk van de webbouwer. • De regels zijn eenvoudig in te stellen voor de paginastructuur. Het nadeel van deze methode is dat je ook nu bij URL-wijzigingen of het toevoegen van pagina-URL’s de regels van de paginagroepen hierop moet aanpassen. Net als bij methode 2 kan dit een tijdrovende klus zijn.

Aandachtspunten Het instellen van paginagroepen dient een vast onderdeel te zijn van je Google Analytics-implementatie of de evaluatie hiervan. Houd rekening met de volgende zaken tijdens het instellen van de paginagroepen: • Bepaal vóóraf hoe je paginagroepen gaat instellen. Het meest logische is om dit op basis van de sitestructuur in te stellen. Indien dit niet mogelijk is, dien je van tevoren te bepalen welke pagina’s op de site bij elkaar horen.

25


• Definieer paginagroepen eerst in een testprofiel, zodat je kunt testen of Google Analytics de data voor deze paginagroepen ook weergeeft. • Indien de data voor de paginagroepen goed doorkomen, kun je de paginagroepen definitief instellen in het hoofdprofiel.

Afbeelding 1.35

Voorbeeld van paginagregels.

Welke inzichten haal je uit deze paginagroepen? H01-35 Paginagroepen instellen is de eerste stap, maar wat voor actiegerichte inzichten kun je hier uit halen? • Je kunt de paginawaarde per paginagroep bepalen. De paginawaarde is een verhoudingsgetal dat je kunt uitrekenen met de volgende formule: conversies*conversiewaarde/unieke paginaweergaven. Zo kun je de vergelijking maken tussen de resultaten van bijvoorbeeld de categorie- en productpagina’s. In onderstaand voorbeeld zie je dat de productpagina’s een twee keer zo hoge paginawaarde hebben als de homepage. • Je kunt het percentage navigatiebezoeken per paginagroep bepalen. Naar welk gedeelte van de site navigeert de meerderheid van de bezoekers? In onderstaand voorbeeld zie je dat bijna 89% van de bezoekers naar de productpagina’s navigeert.

Afbeelding 1.36

26

Praktijkvoorbeeld paginagroepen.


H01-36 Waar kun je de paginagroepen terugvinden? Onder Rapportage, Gedrag, Site-inhoud vind je als primaire dimensie de paginagroepen. Daarnaast kun je een aangepast rapport ontwerpen met de voor jou relevante interactiestatistieken.

Afbeelding 1.37

H01-37

Aangepast rapport paginagroepen.

Hoofdstuk 2 gaat dieper in op het instellen van aangepaste rapporten en de inzichten die je hieruit kunt halen. Bekijk de video Via deze link kun je een instructievideo bekijken over het instellen van paginagroepen: www.ganalytics.nl/tutorial-paginagroepen/.

Filters en segmenten Filters In Google Analytics is het toevoegen van filters onontbeerlijk. Je wilt namelijk naar betrouwbare cijfers kunnen kijken. Het advies is om altijd met minimaal twee profielen te werken: • Profiel zonder filters (back-up). • Profiel met filter om IP-adressen van jezelf, klanten, leveranciers en de webbouwer uit te sluiten. Gebruik een ongefilterd profiel om zaken uit te testen; bijvoorbeeld of de behaalde doelen en ingestelde gebeurtenissen werken. Daarnaast kun je dit

27


ongefilterde profiel gebruiken om de implementatie van meerdere (sub)domeinen te testen. Via real-timerapporten kun je nagaan of alles naar behoren werkt.

Afbeelding 1.38

Conversiemeting testen in real-timerapporten.

Eigen bezoek en klantbezoek uitsluiten H01-38 Je wilt naar betrouwbare cijfers kunnen kijken. Daarom moeten bezoeken van jezelf, de webbouwer en klanten worden uitgesloten, zodat deze niet meetellen voor de statistieken van de site. Je kunt op twee manieren de IP-adressen van jezelf en klanten of leveranciers uitsluiten: • Handmatig IP-adressen uitsluiten via het vooraf gedefinieerde filter. Om dit filter te gebruiken klik je op Nieuw filter. Vervolgens selecteer je Uitsluiten, verkeer van de IP-adressen, die gelijk zijn aan. Nu kun je het eigen IPadres invoeren dat je wilt uitsluiten van de sitestatistieken.

Afbeelding 1.39

H01-39-a

Filter IP-adressen met vooraf gedefinieerd filter.

Het nadeel van een vooraf gedefinieerd filter is dat je slechts één IP-adres tegelijkertijd kunt uitsluiten. • Om meerdere IP-adressen tegelijkertijd uit te sluiten kun je gebruikmaken van een aangepast filter. Klik hiervoor op Nieuw filter, Aangepast filter. Kies In de lijst Filterveld de optie IP-adres. Vervolgens vul je in het veld Filterpatroon de IP-adressen in die je wilt uitsluiten als reguliere expressie. Onderstaand zie je een voorbeeld van een filter om de IP-adressen van meerdere klanten uit te sluiten. Je gebruikt binnen het filterpatroon de backslash (\)

28


vóór iedere punt. Daarnaast gebruik je | (vertical bar) om meerdere IP-adressen in één filterveld van elkaar te scheiden.

Afbeelding 1.40

H01-39-b

Filter op IP-adres.

Indien je meer dan dertig actieve klanten op je site hebt kun je deze doorgaans niet in een aangepast filter kwijt. In dat geval moet je een alternatieve oplossing zoeken. Je kunt bijvoorbeeld ingelogde gebruikers als gebeurtenis instellen en deze in een segment onderbrengen.

Segmenten Naast filters kun je ook gebruikmaken van segmenten. Je hoeft hiervoor geen apart profiel te maken. Je hebt de volgende mogelijkheden met segmenten: • Je kunt maximaal vier segmenten tegelijkertijd met elkaar vergelijken. Met segmenten kun je bepaalde sitestatistieken met elkaar combineren. Bijvoorbeeld: terugkerende bezoekers vanuit AdWords. • Je kunt kiezen uit ingebouwde standaardsegmenten, maar je hebt ook de mogelijkheid om zelf segmenten in te stellen.

Afbeelding 1.41

Segmenten.

29


H01-43

Zoekwoordvragen Stel, je wilt meer inzichten krijgen in de zoekwoordvragen op de site. Met onderstaand segment krijg je antwoord op deze vraag:

Afbeelding 1.42

H01-44

Longtail zoekwoorden op de site (waarom noem je dit zo?) Met onderstaand segment kun je de belangrijkste zoekwoorden op de site onderscheiden. Hoe is de verdeling op de site tussen enkelvoudige en meervoudige zoekwoordcombinaties? Hoe speel je in op de ingetypte zoekwoorden door de gebruiker?

Afbeelding 1.43

H01-45

30

Segment zoekwoorden.

Segment longtail.

Afhakers binnen formulieren of winkelwagen Je kunt een segment ook gebruiken om afhakers bij formulieren te achterhalen. Het is zelfs mogelijk om dit per kanaal uit te splitsen. Zo kun je de afhakers op formulieren voor AdWords- en SEO-verkeer met elkaar vergelijken.


Afbeelding 1.44

H01-46

Segment afhakers op formulieren via AdWords.

De hoofdstukken 3 en 4 gaan dieper in op de (on)mogelijkheden van filters en segmenten.

Meerdere (sub)domeinen doormeten Indien je één of meerdere subdomeinen op je website hebt, meet Google Analytics niet automatisch deze statistieken door. Een voorbeeld van een subdomein is bijvoorbeeld klanten.ganalytics.nl. Om dit te bewerkstelligen moet je de reguliere Google Analytics-code op je subdomein plaatsen (zie pagina 7). H01-48

Vervolgens dien je een nieuw profiel te maken met onderstaand aangepast filter:

Afbeelding 1.45

Filter subdomein.

31


H01-49

Nu kun je in dit profiel de pagina’s voor zowel hoofd- als subdomein(en) onderscheiden.

Afbeelding 1.46

Onderscheiden hoofd- en subdomein.

Meerdere domeinen doormeten (cross-domain tracking) H01-50 Het kan ook voorkomen dat je over meerdere hoofddomeinen beschikt, bijvoorbeeld als je een website hebt voor meerdere landen of talen. Het kan ook voorkomen dat je bezoekers doorverwijst van het ene hoofddomein naar het andere hoofddomein. Google Analytics en Universal Analytics meten meerdere hoofddomeinen niet automatisch door. Om dit te kunnen doormeten dien je een aangepaste meetcode op beide hoofddomeinen te (laten) plaatsen.

Afbeelding 1.47

Aangepaste code meerdere domeinen.

Ten slotte dien je een nieuw profiel te maken met onderstaand filter, zodat je de URL’s van Golfopinie.nl en Golfopinie.de kunt onderscheiden in de Google Analytics-account:

32


Afbeelding 1.48

Filter hoofddomeinen.

Bekijk de video Wil je meer weten over het doormeten van meerdere domeinen? Via deze link kun je een instructievideo bekijken met een stap-voor-stap uitleg om dit voor elkaar te krijgen: www.ganalytics.nl/tutorial-doormeten-van-meerdere-domeinen/. Appendix A gaat verder in op het doormeten van meerdere domeinen.

Aangepaste meldingen Aangepaste meldingen kunnen je ondersteunen bij het monitoren van websiteresultaten. Je wilt wellicht een melding ontvangen wanneer bepaalde zaken misgaan op de site of juist significant verbeteren. Waar kun je deze meldingen vinden in Google Analytics? 1 Klik in het scherm Beheerder onder Persoonlijke tools en items op Aangepaste meldingen. 2 Klik op Nieuwe melding.

33


Afbeelding 1.49

Startscherm aangepaste meldingen.

Afbeelding 1.50

Nieuwe melding instellen.

H01-61 H01-60 Handige aangepaste meldingen De volgende aangepaste meldingen kunnen van pas komen:

H01-62

H01-63

34

• De statistieken komen niet meer door in Google Analytics. Het advies is om deze op dagbasis in te stellen. Je wilt immers tijdig kunnen ingrijpen wanneer je geen sitestatistieken meer te zien krijgt. • Hoeveel 404-meldingen (pagina niet gevonden) komen er voor op de site? Het advies is om deze op dagbasis in te stellen, zodat je dit direct kunt doorgeven aan je webbouwer. Deze kan dan op korte termijn deze foutmelding herstellen. • SEO-bezoeken dalen met meer dan 25 procent. Het advies is om deze melding op week- of maandbasis in te stellen; dan heb je ook onderbouwd vergelijkingsmateriaal over deze bezoekersdaling, zodat je er ook acties aan kunt koppelen.


Afbeelding 1.51

Melding als er geen sitebezoeken meer worden geregistreerd.

Afbeelding 1.52

Melding 404.

Afbeelding 1.53

Melding SEO-daling.

35


H01-64

• Omzet daalt met meer dan 25 procent. Het advies is om deze melding ook op week- of maandbasis in te stellen, zodat je onderbouwd vergelijkingsmateriaal hebt om hier acties aan te koppelen.

Afbeelding 1.54

H01-65

Daarnaast kun je ook aangepaste meldingen maken voor de winkelwagen of het contactformulier. Dit zijn de bezoekers die vanuit landingspagina’s doorklikken naar formulieren. Weten de bezoekers de winkelwagen of het contactformulier überhaupt te vinden?

Afbeelding 1.55

H01-66

Melding omzetdaling.

Melding formulieren.

Met bovenstaande melding weet je wanneer het percentage bezoeken dat doorklikt naar de winkelwagen of de formulieren daalt met meer dan tien procent. Bekijk de video Via deze link kun je een instructievideo bekijken over het instellen van en werken met aangepaste meldingen: www.ganalytics.nl/ videotutorial-informatiegebeurtenissen/.

36


Implementatie met Google Tagmanager (GTM) In dit hoofdstuk zijn de te nemen stappen voor een Google Analytics- of Universal Analytics-implementatie besproken. Hierbij is uitgegaan van een implementatie waarbij je de meetcodes zelf op de website moet (of laat) plaatsen. Je kunt er echter ook voor kiezen om Google Analytics of Universal Analytics te implementeren via Google Tagmanager. Met Google Tagmanager kun je alle meetcodes vanuit één programma op de site plaatsen. Je kunt het vergelijken met een cms zoals WordPress of Drupal, maar dan voor meetcodes. Met een tagmanagementsysteem hoef je een webbouwer geen opdrachten meer te geven om meetcodes te plaatsen; je kunt deze meetcodes namelijk zelf plaatsen. Dit tagmanagementsysteem zet je dan op de site. Hoe gaat dat in zijn werk? Via de link www.google.nl/tagmanager kun je een account openen bij Google Tagmanager.

Basisbeginselen Voordat je met Google Tagmanager gaat werken, moet je weten hoe dit tagmanagementsysteem werkt. Binnen Google Tagmanager heb je de beschikking over de volgende hulpmiddelen: • De container. Dit is de enige code die je op je site plaatst. De container activeert de meetcodes. Daardoor hoef je de Google Analytics- en conversiecode voor AdWords niet meer in de live-omgeving van je site te plaatsen. In Google Tagmanager noemen ze dit het firen van de meetcode. • De tag. Dit is de meetcode, bijvoorbeeld de Google Analytics- of conversiecode voor AdWords. Maar je kunt bijvoorbeeld ook een tag maken voor een extern systeem als ClickTale. • Aan deze tag moet je een regel koppelen. Je wilt bijvoorbeeld de meetcode op een bepaalde pagina of op alle pagina’s activeren. Het is voor te stellen dat je de Google Analytics-code op iedere pagina wilt plaatsen, maar de conversiecode voor AdWords alleen op de bedankpagina (nadat een bezoeker een product besteld heeft). • Ten slotte heb je ook de mogelijkheid om macro’s te gebruiken. Met macro’s kun je specifieke informatie aan de tag toevoegen. Je hebt de beschikking over standaardmacro’s, zoals de URL’s van je pagina’s en de domeinnamen. Daarnaast kun je eigen macro’s toevoegen. Voorbeelden hiervan zijn de URL’s van je PDF-brochure of whitepaper of het id van een knop of afbeelding.

37


Google Tagmanager in de praktijk Om met Google Tagmanager aan de slag te gaan laat je eerst de container tag op iedere pagina van de site plaatsen. Deze moet tussen en staan:

Afbeelding 1.56

H01-70

Voorbeeld van een container tag.

Tags maken Vervolgens kun je tags maken, zoals de code voor Google Analytics of Universal Analytics. Maak eerst een tag en geef deze een herkenbare naam, bijvoorbeeld GA of UA-code. Aansluitend vul je het volgende in: • Tagtype (Google of Universal Analytics). • Je webproperty-id is je UA-code. Deze kun je vinden onder Trackinginfo, Tracking-ID in je Google Analytics-account. Daarnaast kun je functies voor adverteerders in het Display Netwerk inschakelen. Hiermee kun je onder andere doelgroepsgegevens zoals geslacht, leeftijd en interesses doormeten. Daarnaast kun je met deze aangepaste code remarketinglijsten voor je remarketingcampagnes in Google Analytics maken. • Kies bij Trackingtype voor Paginaweergaven. Je wilt tenslotte met de Google Analytics-code je paginabezoeken doormeten.

Afbeelding 1.57

38

GA-tag.


Afbeelding 1.58

H01-71a H01-71

UA-tag.

Ten slotte activeer je de regel van de tag. In het voorbeeld wordt ervoor gekozen de Google Analytics-code op iedere pagina te activeren.

Afbeelding 1.59

Regel voor iedere pagina maken.

39


H01-72

Op dezelfde manier kun je ook je remarketing- of AdWords-conversiecode activeren. Het enige verschil is dat je voor deze meetcodes het conversie-id uit je AdWords-account invult.

Afbeelding 1.60

Remarketingtag.

Chrome Installeer de Chrome-extensie Tag Assistant om je meetcodes te kunnen testen.

Afbeelding 1.61

40

Tag Assistant voor Chrome.


H01-74 E-commercetracking met Google Tagmanager Naast het doormeten van meerdere domeinen kun je ook de e-commercemodule activeren via Google Tagmanager. Hiervoor dien je onderstaande zaken in te stellen: 1 Maak een tag voor e-commercetransacties.

Afbeelding 1.62

Tag voor e-commercetransacties.

2 Maak een regel zodat Google Tagmanager het e-commercescript alleen op de bedankpagina plaatst.

Afbeelding 1.63

Regel voor het e-commercescript.

3 Maak een datalaag waarin je het daadwerkelijke script laat plaatsen. Deze komt boven de containertag te staan. Zo kan Google Tagmanager het e-commercescript activeren. H01-88 Testbestelling Plaats een testbestelling op je eigen site, zodat je kunt nagaan of je implementatie succesvol is geweest.

41


Afbeelding 1.64

De datalaag voor het e-commercescript.

Eventtracking via Google Tagmanager zonder JavaScript Om gebeurtenissen op de site door te meten moesten voorheen altijd JavaScript-codes worden geplaatst. Hiervoor was je in de meeste gevallen afhankelijk van de webbouwer. Gelukkig biedt Google Tagmanager hiervoor een alternatieve oplossing. Je kunt nu namelijk gebeurtenissen doormeten zonder een codeaanpassing op de site. De volgende gebeurtenissen zijn met Google Tagmanager door te meten: • • • •

Kliks op afbeeldingen en knoppen; Uitgaande links; PDF-downloads voor brochures of whitepapers; Kliks op de verzendknop van formulieren.

Selecteer eerst de event listener tag, bijvoorbeeld om de kliks op uitgaande links door te meten. Deze tag signaleert of er kliks op uitgaande links plaatsvinden. Hieraan koppel je vervolgens een regel. In onderstaand voorbeeld worden uitgaande links op alle pagina’s doorgemeten. Maar je kunt natuurlijk ook alleen uitgaande links op een bepaalde pagina – zoals de homepage – doormeten.

42


H01-90 H01-89

Afbeelding 1.65

Event listener voor klikken op links.

Afbeelding 1.66

Regel event listener voor klikken op links.

Vervolgens kan de gebeurtenis geactiveerd worden. Hiervoor maak je een Google Analytics-tag voor de gebeurtenis.

Afbeelding 1.67

De tag Uitgaande links.

43


H01-91

Parameters Je kunt kiezen uit enkele parameters, zodat je deze kunt herkennen in Google Analytics. In bovenstaand voorbeeld zijn de categorie uitgaande link en de actie klik gekozen. Dit is handmatig gedaan. Je kunt desgewenst ook een macro gebruiken. Met een macro kun je specifieke informatie in de tag verwerken. In dit voorbeeld is de volgende macro gemaakt om deze gebeurtenis een label mee te geven:

Afbeelding 1.68

H01-92

Macro Auto-event URL.

Een regel aan de tag koppelen Google Analytics zal nu de URL van deze uitgaande link als label meegeven, bijvoorbeeld ‘www.starttest.com’. Maar Google Analytics meet ook klikken op links met de URL ‘Ganalytics.nl’, en dat willen we natuurlijk niet. Immers, ‘Ganalytics.nl’ is de eigen website. Daarom koppelen we een regel aan deze tag met twee voorwaarden: • We geven aan dat Google Analytics ‘klikken op links’ moet doorgeven als gebeurtenis. • We willen de URL’s met Ganalytics.nl niet doormeten als uitgaande link.

H01-93

44

Ten slotte maak je een versie om de meetcode te testen en te laten publiceren.


Afbeelding 1.69

Regels uitgaande links.

Zonder filters Gebruik de real-timerapporten van het Google Analytics-profiel zonder filters om te testen of het allemaal werkt.

Afbeelding 1.70

H01-94

Real-timerapportage.

Kliks op afbeeldingen en knoppen doormeten Het is ook mogelijk om kliks op afbeeldingen en knoppen van een site door te meten. De ‘event listener voor klikken op links’ is al gemaakt. Je hoeft nu alleen nog maar de Google Analytics-tag voor deze gebeurtenis te maken. Het is mogelijk om aparte tags te maken voor het doormeten van afbeeldingen en knoppen.

45


Afbeelding 1.71

H01-95

Koppel aansluitend een regel aan deze gebeurtenis:

Afbeelding 1.72

46

De tag ‘button kliks’.

Regel voor kliks.


H01-96

In bovenstaand voorbeeld is het volgende geprogrammeerd: • Alleen de kliks op knoppen (buttons) op de eigen site (ganalytics) worden gemeten. • Kliks op PDF-brochures of whitepapers worden niet gemeten. • Kliks op JPG-afbeeldingen worden wel gemeten. Je kunt deze gebeurtenis na publicatie het beste weer testen via de real-timerapporten in een Google Analytics-profiel zonder filters.

Afbeelding 1.73

H01-97

Real-timecheck.

Deze procedure kun je ook gebruiken om kliks op afbeeldingen op je site, op PDF-brochures en op verzendknoppen van formulieren via Google Tagmanager in te stellen. Misschien vraag je je af waarom je de verzendknop op formulieren dient te meten. Dit is van belang als je geen bedankpagina hebt voor bestel- of aanvraagformulieren. Je kunt formulieren zo altijd nog als gebeurtenis doormeten. Hiervoor hoef je dus niet meer de hulp in te roepen van je webbouwer.

De voordelen van Google Tagmanager Google Tagmanager is een handig hulpmiddel dat je kunt gebruiken bij de implementatie van Google Analytics. Het biedt je de volgende voordelen: • Je hoeft geen meetcodes meer op de site te laten plaatsen. Dit heeft een positieve uitwerking op de snelheid en algehele prestaties van je site. • Je hoeft minder vaak je webbouwer te raadplegen voor het plaatsen van je meetcodes. Zo kun je kosten besparen. Reken maar uit hoe vaak je nu je webbouwer vraagt om een meetcode op je site te plaatsen. • Je krijgt meer overzicht over je meetcodes. In Google Tagmanager kun je precies zien welke meetcodes je op dit moment gebruikt.

47


Evalueer! Gebruik Google Tagmanager om periodiek je Google Analytics-implementatie te evalueren. Het advies is om dit halfjaarlijks te doen. Bekijk de video Via deze link kun je de instructievideo’s bekijken over het implementeren van Google Analytics met Google Tagmanager: www.ganalytics.nl/tutorial-google-tagmanager/.

Checklist Google Analytics-implementatie Bij het implementeren van Google Analytics komt meer kijken dan het plaatsen van één regeltje code op iedere pagina van de site. Het advies is dan ook om altijd eerst een meetplan te maken voordat je met de implementatie van Google Analytics begint. Zo kom je later niet voor onplezierige verrassingen te staan. Let op onderstaande zaken bij de implementatie: • Bepaal vooraf de doelen en gebeurtenissen op de site die je wilt doormeten; • Controleer daarna of er een bedankpagina is om deze doelen door te meten. Indien dit niet het geval is, is het advies om de contact- of bestelknop op de formulieren als gebeurtenis door te meten. • Gebruik het meetplan uit dit hoofdstuk voor het doormeten van meerdere (sub)domeinen. • Zorg voor een consequente naamgeving van campagnes. Maak bijvoorbeeld lijsten die collega’s kunnen gebruiken. Zo voorkom je dat resultaten vanuit e-mail of socialemediacampagnes niet meer terug te vinden zijn in Google Analytics. • Controleer de profielinstellingen op de juiste tijdzone en valuta-instellingen. Dit is zeer noodzakelijk wanneer je sites hebt voor meerdere landen en/of talen. • Koppel de accounts van Google AdWords en het webmasterhulpprogramma aan Google Analytics.

48

Google Analytics is het meest gebruikte pakket voor websitestatistieken

Recommend Documents