Goed om weten. Het ACV informeert over je rechten
De rekening klopt op
acv-online.be Op www.acv-online.be (surfen naar http://berekeningen.acv-online.be) kan je zelf volgende berekeningen maken: • berekening bruto-netto: rekent je brutoloon om naar het nettobedrag; • berekening vakantie: berekent aantal vakantiedagen voor arbeiders, bedienden, schoolverlaters (jeugdvakantie) en geeft info over de verlofregeling voor ambtenaren en grensarbeiders; • berekening tijdkrediet en loopbaanvermindering: simuleert uitkering die je krijgt als je tijdkrediet of loopbaanvermindering zou nemen; • berekening formule Claeys: berekent duur van opzeggingstermijn en bedrag van opzegvergoeding voor bedienden. • simulatie klein verlet: geeft aan op hoeveel dagen klein verlet je in welke situatie recht hebt. Met sectorale aanvullingen. Wie verder advies wil kan steeds terecht bij zijn ACV-afgevaardigden of in de ACV-dienstencentra (adressen en openingsuren op http://adressen.acv-online.be).
Inleiding Elke werknemer heeft rechten. Daar zorgen de ACV-afgevaardigden voor. In deze brochure vind je een greep uit de rechten van werknemers. Het ACV voert al jarenlang strijd voor deze rechten en boekt daarbij nog steeds vooruitgang. ‘Een greep uit’ want dit zakboekje kan natuurlijk niet op alle vragen een antwoord bieden. Daarom kan je altijd terecht bij de ACV-vertegenwoordigers in je bedrijf, in de ACV-dienstencentra of op www.acv-online.be Deze rechten mogen natuurlijk geen dode letter blijven, ze moeten ook daadwerkelijk nageleefd worden in iedere onderneming. En ook daarvoor kan je terecht bij de ACVafgevaardigden in het Comité voor Preventie en Bescherming, de Ondernemingsraad en de vakbondsafvaardiging. Tijdens de sociale verkiezingen, tussen 5 en 18 mei, kan je die afgevaardigden kiezen. Met jouw steun zullen je ACV-afgevaardigden zich vier jaar kunnen inzetten om je rechten als werknemer te vrijwaren. Dus: de rechten zijn er, je weet waar je terecht kan met vragen en het ACV waakt. Aan jou om daar allemaal gebruik van te maken.
3
1.
Arbeidsduur De wettelijke arbeidsduur is 38 uren per week en maximum 8 uur per dag. Afwijkingen zijn mogelijk voor ploegenarbeid, continuarbeid, werknemers die moeten overnachten en in bepaalde sectoren. Een werkperiode mag, zowel voor voltijdsen als deeltijdsen, niet korter zijn dan 3 uur. Men mag niet langer dan 6 uur werken zonder onderbreking. Na die 6 uur moet 15 minuten pauze volgen. Iedere werknemer heeft recht op minstens 11 uur onderbreking tussen 2 prestaties in. Via cao of koninklijk besluit kan van deze algemene principes afgeweken worden. Wie overuren presteert heeft recht op overloon (zie 2. Loon).
2.
Loon In België worden lonen gewoonlijk bepaald door sectorcao’s. Bedrijfscao’s of individuele arbeidsovereenkomsten kunnen hogere lonen voorzien. In België geldt ook een minimumloon. Dit werd door het interprofessioneel akkoord met 25 euro verhoogd op 1 april 2007 (voor alle bedragen zie http://loon.acv-online.be). Het loon moet betaald worden op de 4de werkdag volgend op de periode waarop het loon betrekking heeft. Bij cao kan een kortere of langere termijn afgesproken worden. Arbeiders krijgen hun loon tweemaal per maand betaald (met maximum 16 dagen tussentijd) tenzij een cao anders bepaalt. Bedienden krijgen een maandloon. Overwerk geeft recht op overloon (minimum 50% op het gewone loon, 100% voor overwerk op zon- en feestdagen). Overloon moet wel pas betaald worden als je meer dan 40 uur per week werkt, behalve als de 38-uurgrens afgesproken is in een algemeen bindend verklaarde sectorcao. Op http://berekeningen.acv-online.be kan je, vertrekkend van je brutoloon, je nettoloon berekenen. Meer info over loon vind je op www.loonwijzer.be
3.
Vervoersonkosten Trein Werknemers hebben recht op een werkgeverstussenkomst in het spoorabonnement. Deze schommelt tussen de 50 en 58%, afhankelijk van de afstand.
4
Tram, bus en metro Werknemers hebben recht op een werkgeverstussenkomst voor elk traject van minstens 5 km. Als de prijs in verhouding staat tot de afgelegde afstand, komt de werkgever tussen (zoals voor de trein) tot maximaal 60% van de vervoersprijs. Voor stadsvervoer (vaste prijs), komt de werkgever voor 50% tussen (maar maximaal het bedrag van de werkgeversbijdrage voor een treinrit van 7 km). Andere vervoermiddelen Hierover bestaan geen algemene afspraken. Veel sectorale en bedrijfscao’s voorzien tussenkomsten voor alle vervoer, zowel openbaar als privé. De fietsvergoeding is vrij van sociale zekerheidsbijdragen en belastingen tot 0,15 euro per km.
4.
Betaald educatief verlof Betaald educatief verlof (BEV) biedt de meeste werknemers in de privésector de kans om met verlof cursussen te volgen, examens voor te bereiden, enz. Niet alleen voltijdsen kunnen BEV nemen. Ook bepaalde deeltijdsen kunnen dit. Je kan een beroepsopleiding, algemene vorming of taallessen volgen. Vrije tijdscursussen komen niet in aanmerking. Als je BEV neemt, betaalt de werkgever je loon normaal door, begrensd tot bruto 2.100 euro per maand voor het schooljaar 2007-2008. De ACV-brochure ‘Opleiding voor werknemers’ vind je op http://brochures.acv-online.be of in je ACV-dienstencentrum (http://adressen.acv-online.be). Je vindt er ook info over opleidingcheques, sociale promotie, opleidingskrediet.
5.
Uitzendarbeid Inschrijving bij een uitzendbureau is kosteloos. Het uitzendkantoor mag geen vergoeding vragen. Je kan een jobaanbod van het uitzendkantoor ook altijd weigeren. Het uitzendbureau mag een selectieprocedure toepassen om na te gaan of je geschikt bent voor een bepaalde job. Het uitzendbureau mag je echter niet gratis ‘op proef’ laten werken. Voor elke opdracht moet er een schriftelijk type-contract zijn. Dat werd afgesproken met de vakbonden. De eerste drie dagen van het eerste contract voor eenzelfde opdracht zijn proeftijd. Daarbinnen kan het contract zonder opzeg stopgezet worden. Ook de arbeidsduur staat in je contract. Het kan gaan om een voltijdse of deeltijdse
5
tewerkstelling. De arbeidsduur is dezelfde als voor de vaste werknemers van de gebruikende onderneming. Je hebt dus desgevallend recht op arbeidsduurverkorting. Ofwel krijg je deze in betaalde vrije dagen, ofwel zit deze verrekend in je uurrooster. Voor je als uitzendkracht begint te werken, moet het uitzendkantoor de werkpost-fiche bespreken. Op deze fiche staan de risico’s van de functie vermeld. Voor je aan het werk begint, moet er een onthaal zijn en moeten de veiligheidsvoorschriften uitgelegd. Als uitzendkracht ontvang je hetzelfde loon als de vaste werknemers. Je hebt ook recht op de andere loonvoordelen (maaltijdcheques, vervoerskosten, ploegenpremies,...). De afgehouden belasting op je loon is minder dan voor een vaste werknemer, zodat je een hoger netto-loon overhoudt. Maar opgelet, hierdoor zal je later wellicht belasting moeten bijbetalen. Je krijgt ook normale verplaatsingsvergoeding. Geef aan het uitzendkantoor steeds duidelijk het aantal kilometers tussen je woon- en werkplaats! Je hebt recht op arbeids- en veiligheidskledij. Deze moet je krijgen van het bedrijf waar je werkt. Soms zorgt het uitzendkantoor daarvoor. Men mag hiervoor geen waarborg vragen! Bij ziekte moet je onmiddellijk uitzendkantoor én ziekenfonds verwittigen. Dit moet je ook doen als je (week)contract net afgelopen is. Soms heb je immers nog recht op loon na het einde van je contract. Het uitzendbureau zal meestal een doktersbriefje vragen. Dit geeft je recht op gewaarborgd loon. Net als iedereen krijg je als uitzendkracht jaarlijkse vakantie volgens het aantal gewerkte dagen tijdens het jaar voordien. Arbeiders krijgen hiervoor van de vakantiekas een ‘vakantiecheque’ (gewoonlijk in mei). Bedienden krijgen hun vakantiegeld afgerekend bij het einde van elke contractperiode. Als uitzendkracht heb je recht op betaalde feestdagen die vallen tijdens je contract. Onder bepaalde voorwaarden kan je ook de betaling krijgen van feestdagen die vallen na het einde van je contract. Je krijgt een eindejaarspremie als je minstens 65 dagen als uitzendkracht gewerkt hebt tussen 1 april en 30 maart van het daaropvolgende jaar. Je ontvangt hiervoor in december automatisch een attest van het Sociaal Fonds Uitzendkrachten. Als je dit attest binnenbrengt bij het ACV én lid bent van het ACV, krijg je daar nog een syndicale premie bovenop (90 euro in 2007)! Bekijk of bestel op http://brochures.acv-online.be de folder over rechten en plichten bij uitzendwerk of over de eindejaars- en syndicale premie. Je kan natuurlijk ook altijd terecht in de ACV-dienstencentra (openingsuren op http://adressen.acv-online.be).
6
6.
Tijdkrediet, ouderschaps-, palliatief of zorgverlof en Vlaamse premies In de privésector kan je tijdkrediet of loopbaanvermindering nemen om je loopbaan volledig te onderbreken of om 4/5 of 1/2 te werken. Als je dit doet krijg je een uitkering van de RVA en ben je beschermd tegen ontslag. Het eerste jaar voltijds tijdkrediet heb je altijd recht op een uitkering. Voor verdere jaren voltijds tijdkrediet, is de uitkering gekoppeld aan bepaalde motieven: opvoeding van een kind, verzorging van een zwaar ziek familielid, zorg voor een kind met een handicap, stervensbegeleiding, opleiding. Naast tijdkrediet bestaan er ook ‘thematische verloven’: ouderschapsverlof, palliatief verlof en zorgverlof. Hiermee kan je het werk 3 maand volledig onderbreken (of 6 maand halftijds of 15 maand met 1/5 verminderen). Tijdens deze verloven krijg je een uitkering van de RVA. In sommige gevallen (opleiding, zorg) krijg je daar een Vlaamse aanmoedigingspremie bovenop. Opgelet: in ondernemingen met minder dan 10 werknemers moet de werkgever voorafgaand zijn akkoord geven als je tijdkrediet of ouderschapsverlof wil opnemen. Je bent dus afhankelijk van de goodwill van je werkgever. Het ACV klaagt deze grove onrechtvaardigheid al jaren aan en zal dit blijven doen. Alle info over tijdkrediet, loopbaanvermindering, de thematische verloven en Vlaamse premies vind je op www.tijdkrediet.be of in onze brochure ‘Tijdkrediet en loopbaanvermindering in de privé-sector’. Deze brochure vind je in het ACV-dienstencentrum (adressen op http://adressen.acv-online.be) of je kan ze zelf afdrukken (http://brochures.acv-online.be). Op http://berekeningen.acv-online.be kan je een tijdkredietsimulatie maken (nagaan of je recht hebt en wat de gevolgen voor je loon zijn).
7
7.
Jaarlijkse vakantie Je jaarlijkse vakantie wordt berekend op basis van het aantal gewerkte en gelijkgestelde dagen in het voorafgaande jaar. Voor arbeiders of bedienden is er een verschillende regeling. Jaarlijkse vakantie voor arbeiders Werkte je een volledig jaar (met inbegrip van gelijkgestellingen), dan heb je het volgende jaar 4 weken vakantie (24 werkdagen in de 6 dagenweek of 20 werkdagen in de 5 dagenweek). Het vakantiegeld (enkel en dubbel) wordt door de vakantiekas uitbetaald. Jaarlijkse vakantie voor bedienden Een bediende krijgt 2 dagen vakantie voor iedere maand die in het vorige jaar is gewerkt (met inbegrip van gelijkstellingen). Dit betekent 24 of 20 dagen naargelang de 6 of 5 dagenweek. Als je de vakantie opneemt, wordt je normale wedde doorbetaald. Bovenop krijg je dubbel vakantiegeld. Jeugdvakantie Als je pas van school komt, heb je normaal geen maximum aantal vakantiedagen en bijhorend vakantiegeld. Tenzij je beroep kan doen op de ‘jeugdvakantie’. Bovenop de vakantiedagen en vakantiegeld in verhouding tot je gewerkte dagen (betaald door werkgever of vakantiekas) krijg je dan bijkomende jeugdvakantiedagen (tot maximum 4 weken) en een jeugdvakantieuitkering betaald door RVA die 65% van het gewone loon bedraagt. Meer info op www.acv-enter.be) Seniorvakantie Werknemers van minstens 50 jaar die opnieuw gaan werken na een periode volledige werkloosheid of invaliditeit, hebben recht op ‘seniorvakantie’. Na uitputting van de dagen jaarlijkse vakantie, op basis van prestaties in het vorige jaar, kan je seniorvakantiedagen en -uitkeringen krijgen. Dit tot maximum 4 weken. De uitkering komt van de RVA. Ze bedraagt 65 % van het gemiddeld dagloon waarop een voltijdse werknemer recht heeft op het tijdstip dat de seniorvakantiedagen worden genomen. Info over jaarlijkse vakantie in ‘Het vakantieboekje’ (afdrukken of bestellen via http:// brochures.acv-online.be) of op http://jaarlijksevakantie.acv-online.be. Je kan zelf ook vakantiedagen berekenen op http://berekeningen.acv-online.be. Voor de brochure en met al je vragen over jaarlijkse vakantie ben je natuurlijk ook welkom in de ACV-dienstencentra (openingsuren op http://adressen.acvonline.be).
8
8.
Zwangerschap Een werkneemster moet haar werkgever zo snel mogelijk op de hoogte brengen van haar zwangerschap. Met een doktersattest waarop de vermoedelijke bevallingsdatum staat. Vanaf dan is de werkneemster beschermd en mag ze niet worden ontslagen, tenzij om ernstige redenen. De wet voorziet een aantal beschermingsmaatregelen bij zwangerschap : o.a. verbod op nachtarbeid en overwerk, werkverwijdering indien ongezonde werkomstandigheden. Vanaf de zesde maand zwangerschap mag je op de trein in eerste klasse reizen, op voorwaarde dat het druk is op de trein en je een doktersbewijs van zwangerschap bijhebt. De werkneemster mag, met behoud van loon, afwezig zijn op het werk om zwangerschapsonderzoeken te laten uitvoeren. Op voorwaarde dat dit onderzoek niet buiten de werkuren kan. Je moet de werkgever wel vooraf verwittigen en een dokterbewijs vragen. Zwangere werkneemsters hebben recht op moederschapsrust. Die omvat normaal 15 weken: ❚ negen weken moet je sowieso na de bevalling nemen. Daar wordt nooit van afgeweken; ❚ je mag het werk onderbreken vanaf de zesde week vóór de vermoedelijke bevallingsdatum, zoals bepaald door je dokter. Vrouwen die zwanger zijn van een tweeling mogen het werk onderbreken vanaf de achtste week vóór de vermoedelijke bevallingsdatum. Beval je meer dan zes weken na de werkonderbreking (dus later dan voorzien), dan worden de negen weken na de bevalling niet ingekort, je moederschapsrust wordt verlengd; ❚ je mag ook blijven werken. Het deel van de 6 (of 8) weken vóór de (werkelijke) bevallingsdatum die je bent blijven werken, kan je na de bevalling opnemen. Opgelet: 1 week kan je niet overdragen. ❚ de nabevallingsrust kan verlengd als het kind langer in het ziekenhuis moet blijven dan de eerste 7 dagen na de geboorte. De verlenging komt overeen met de periode van hospitalisatie, met maximum 24 weken. Tijdens de moederschapsrust krijg je een uitkering van het ziekenfonds. Die is ongeveer gelijk aan je netto-loon. Bij het begin van je moederschapsrust stuur je een medisch getuigschrift naar het ziekenfonds, met vermelding van de vermoedelijke bevallingsdatum. De vader heeft bij de geboorte recht op 10 dagen verlof, waarvan 3 dagen betaald door werkgever en 7 betaald door ziekenfonds. Al deze dagen moeten opgenomen binnen de maand na bevalling. Je moet deze dagen niet aaneensluitend opnemen.
9
Meer info over arbeid, zwangerschap en gezin vind je in de brochures ‘Arbeid en zwangerschap’ en ‘Arbeid en gezin’. Je kan ze afdrukken of bestellen op http:// brochures.acv-online.be Wie het wat kalmer aan wil doen, surft ook best even naar www.tijdkrediet.be. Informatie over de combinatie arbeid en gezin, vind je ook op www.goegezind.be Uiteraard kan je voor meer info ook langskomen in de ACV-dienstencentra (openingsuren op http://adressen.acv-online.be)
9.
Klein verlet en verlof om dwingende redenen (‘familiaal verlof’) In de privé-sector heb je recht op ‘klein verlet’, met behoud van loon bij een familiale gebeurtenis of wegens bepaalde burgerlijke verplichtingen. Deze kunnen uitgebreid worden op sector- of ondernemingsvlak. Op http://berekeningen.acv-online.be vind je een overzicht, mét sectorale aanvullingen, van de regeling klein verlet. Werknemers in de privésector hebben per jaar recht op 10 dagen afwezigheid om ‘dwingende redenen’. Concreet kan het bijvoorbeeld gaan om ziekte, ongeval, hospitalisatie van een kind. Via ondernemings- of sectorakkoord kan dit uitgebreid worden. Het verlof om dwingende reden is in principe onbetaald, maar sommige sectoren of bedrijven voorzien toch volledig of gedeeltelijk loon. Je moet de werkgever liefst op voorhand verwittigen en indien de werkgever dit vraagt moet je de aangehaalde redenen kunnen bewijzen.
10. Ziekte Kan je door ziekte niet werken, dan moet je onmiddellijk de werkgever verwittigen. Veel werkgevers vragen een medisch attest. Het attest moet verzonden worden binnen de twee werkdagen na het begin van de ziekte, tenzij in de onderneming andere bepalingen gelden. De werkgever mag je arbeidsongeschiktheid laten controleren door een controle-arts. De kosten van de controle zijn voor de werkgever. Je mag zo’n controle-onderzoek niet weigeren. Als de arts je niet thuis treft, zal hij bericht laten waarbij hij vraagt contact met hem op te nemen. Hier moet je gevolg aan geven De eerste dagen van arbeidsongeschiktheid krijg je gewaarborgd loon ten laste van de werkgever. Als bediende heb je 1 maand gewaarborgd loon. Als arbeider heb je in principe 1 week gewaarborgd loon, plus 1 bijkomende week die ongeveer overeenkomt met je nettoloon. Gedurende de rest van de maand, krijg je een aanvullende uitkering
10
van het ziekenfonds. Opgeteld krijgt een arbeider in de praktijk het nettoloon gewaarborgd. Om ziekte-uitkering te ontvangen, moet je het ziekenfonds een medisch getuigschrift toesturen. Bij ziekenhuisopname geldt het bewijs van opname als bewijs van arbeidsongeschiktheid. Het verzenden van het getuigschrift moet binnen de twee dagen vanaf het ziekte-begin. De uitkering van de ziekteverzekering bedraagt 55% van je brutoloon (geplafonneerd). Ze bedraagt 60% als je alleenstaande bent of personen ten laste hebt.
11. Ontslag Als je een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur hebt, kan je werkgever je ontslaan als hij een opzegtermijn geeft of als hij een opzegvergoeding uitbetaalt. Om geldig te zijn, moet de opzeg gebeuren bij aangetekende brief of deurwaarder. Dus niet door een mondelinge mededeling. Niet door een gewone brief. Niet door je een werkloosheidsformulier toe te sturen. Zelf ontslag nemen doe je als werknemer ook met een aangetekende brief of met een brief die rechtstreeks wordt afgegeven aan de werkgever tegen ontvangstbewijs of via de deurwaarder. Opgelet: als je zelf ontslag neemt, heb pas na een bepaalde periode recht op een werkloosheidsuitkering. De opzegbrief moet altijd aanvang en duur van de opzegtermijn vermelden. Deze duur verschilt naar gelang je arbeider of bediende bent (voor de precieze duur van je opzegtermijn, surf je naar http://ontslag.acv-online.be ) Tijdens de opzegtermijn blijven alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst van kracht. Je moet het in de overeenkomst vastgelegde werk blijven uitvoeren. Je werkgever moet je onder normale omstandigheden laten werken en je uiteraard je normale loon uitbetalen. Als je vakantie neemt of ziek wordt tijdens de opzegtermijn, wordt deze verlengd. Tijdens de opzegtermijn heb je recht op één dag of twee halve dagen vrij per week om ander werk te zoeken (‘sollicitatieverlof’). Het ‘ontslag met vergoeding’ geldt in alle gevallen waar geen opzeg gebeurt volgens de regels. De werkgever kan bv. kiezen om je een vergoeding te betalen en de opzegtermijn niet te respecteren. Ook een gedeeltelijke opzegtermijn is mogelijk, aangevuld met een vergoeding. De verbrekingsvergoeding stemt overeen met het loon dat je moet krijgen in een normale opzegtermijn. In geval van ontslag met vergoeding kan het ontslag worden meegedeeld op elke wijze, desnoods kan het ontslag zelfs mondeling worden meegedeeld. We raden je aan om niet akkoord te gaan met dergelijke beslissingen, tenzij je er zeker van bent dat je later geen betwistingen of bewijsproblemen zal krijgen.
11
De beëindiging met wederzijdse toestemming is een overeenkomst tussen werkgever en werknemer. Die bepalen vrij op welke datum de arbeidsovereenkomst eindigt, of een vergoeding verschuldigd is, enz. Wij raden je aan die overeenkomst schriftelijk te sluiten, maar het is niet verplicht. Het ACV bekwam dat sinds 1 januari 2007 het Fonds voor sluiting van ondernemingen ook een vergoeding aan ontslagen werknemers van failliete bedrijven met minstens 5 werknemers betaalt.
12. Brugpensioen Als je op brugpensioen gaat, krijg je een uitkering van de RVA én een aanvulling van je werkgever. Die aanvulling is gelijk aan de helft van het verschil tussen nettoloon en werkloosheidsuitkering. Als je ontslagen wordt en minstens 60 jaar bent, heb je recht op brugpensioen. Je moet wel 20 jaar loopbaan als werknemer of 10 jaar in de sector (tijdens de laatste 15 jaar) kunnen bewijzen. Werknemers jonger dan 60 kunnen op brugpensioen als er een sector- of ondernemingscao bestaat. Werknemers met minstens 40 jaar loopbaan kunnen op brugpensioen vanaf 56 jaar. Werknemers met een zwaar beroep of met ernstige medische problemen kunnen op brugpensioen vanaf 58 jaar na 35 jaar loopbaan. In ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering kan brugpensioen op vroegere leeftijd. Dit kan enkel met een speciale cao en met goedkeuring door de minister. Je kan ook op halftijds brugpensioen om de overgang van voltijds werken naar volledig stoppen met werken vlot te laten verlopen. Brugpensioen is steeds sterk afhankelijk van sector- en ondernemingscao’s. Bevraag je bij je vakbondsafgevaardigde of bij je ACV-beroepscentrale (adressen via http:// adressen. acv-online.be).
13. Veiligheid en gezondheid op het werk Er bestaan veel regels rond veiligheid en gezondheid op het werk. In ondernemingen met minstens 50 werknemers waakt het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (Comité PB) over deze regels. In dit Comité PB zitten afgevaardigden van de werknemers, verkozen tijdens sociale verkiezingen. Het Comité PB
12
adviseert over het welzijn van de werknemers. Het Comité PB spoort risico’s op en maakt preventieplannen op. Voorkomen is nu eenmaal beter dan genezen. Het ACV heeft goed gevormde vertegenwoordigers in het Comité PB. Zij verdedigen optimaal de belangen van hun collega’s. Ondernemingen onder 50 werknemers hebben geen Comité PB. De vakbondsafvaardiging neemt er de taken over van het comité. Het ACV voert al jaren actie om ook in deze ondernemingen overleg rond veiligheid en gezondheid van werknemers beter uit te bouwen. Meer info op www.kmo-actie.be
14. Syndicale premie In België zijn zeer veel werknemers lid van een vakbond. Méér dan 60%. Om vakbondsleden te belonen voor hun steun, hebben de vakbonden in veel sectoren en ondernemingen een syndicale premie onderhandeld. Kijk dus na of jouw sector een syndicale premie uitbetaalt. Als dit het geval is, moet je het aanvraagformulier indienen bij het ACV. Vraag bij je vakbondsafgevaardigde of ACV-dienstencentrum (openingsuren op http://adressen.acv-online.be) na wat voor jouw sector geldt.
15. Het ACV Dit zakboekje bevat uiteraard niet alle regels uit de sociale wetgeving. Bovendien worden veel maatregelen verfijnd op sector- of bedrijfsvlak. Voor die afspraken en andere informatie kan je terecht bij je ACV-afgevaardigde of bij je beroepscentrale (http:// adressen.acv-online.be ). Het ACV heeft een sterke dienstverlening in meer dan 150 dienstencentra. Je kan er terecht voor werkloosheidsdossiers, juridische bijstand, hulp bij allerlei administratieve formaliteiten rond werk, sociale zekerheid,... Adressen en openingsuren van ACV-dienstencentra vind je op http://adressen.acv-online.be .
13
Deze brochures informeren je over je rechten als werknemer. Je vindt deze brochures in je ACV-dienstencentrum of op http://brochures.acv-online.be
14
Zicht op uw loon? Vul de grote loonenquête in! Met een inzet
loonwijzer.be
van slechts 20 minuten kom je alles te weten over je loon. Voor alle info: www.loonwijzer.be
Lid worden van het ACV naam: voornaam: adres: onderneming waar je werkt:
✁
Bezorg deze bon in het ACV-dienstencentrum in je buurt (adressen vind je op http://adressen.acv-online.be)
V.U.: Chris Venstermans, Haachtsesteenweg 579, 1031 Brussel - Januari 2008
Inhoud
ACV informeert over je rechten 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Arbeidsduur Loon Vervoersonkosten Betaald ecucatief verlof Uitzendarbeid Tijdkrediet, ouderschaps-, palliatief of zorgverlof en Vlaamse premies Jaarlijkse vakantie Zwangerschap Klein verlet en verlof om dwingende redenen Ziekte Ontslag Brugpensioen Veiligheid en gezondheid op het werk Syndicale premie Het ACV
4 4 4 5 5 7 8 9 10 10 11 12 12 13 13