productcatalogus ggz- en verslavingspreventie
Productcatalogus GGZ- en Verslavingspreventie Voorwoord Met veel genoegen bieden wij u de productcatalogus GGZ- en Verslavingspreventie aan. Wij zijn trots op het resultaat, het is een goede weergave van de mogelijkheden die de afdeling Preventie te bieden heeft. Wij willen klantgericht en vraaggericht werken. Wij hopen dat deze catalogus u ondersteunt bij het maken van uw keuzes op preventiegebied. Directie Zorgservice Jane Beck-Lie A Fat Wil Petiet-Mocking
december 2007
Inleiding
Maatschappelijk verantwoordelijk
Voor u ligt de productcatalogus van de afdeling Preventie van Parnassia Bavo Groep. Missie: “de kunst er op tijd bij te zijn!” GGZ- en Verslavingpreventie wil een bijdrage leveren aan de kwaliteit van leven van mensen. Wij willen de lichamelijke en geestelijke gezondheid behouden en bevorderen, en ernstige psychische en verslavingsproblematiek vroegtijdig onderkennen en voorkomen. Door effectieve preventie willen we een bijdrage leveren aan kostenreductie van de geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg. We zetten in op het opzetten van een expertisecentrum op het gebied van GGZ – en Verslavingspreventie. Daarnaast ligt nadruk op het inzicht geven in effecten en bereik van onze preventieve activiteiten.
Preventie is gericht op gezondheidswinst op het terrein van de GGZ- en Verslavingspreventie. Dat is goed voor individuen, die gebruik maken van onze preventieproducten. Het levert de maatschappij ook winst op. Preventie levert een bijdrage aan het verminderen van de zorgconsumptie. Preventie levert een bijdrage aan arbeidsuitval en bevordert arbeidsparticipatie. Door het uitvoeren van onze preventieve producten bevorderen wij dat mensen weer gaan deel nemen aan de maatschappij.
Visie Onze visie is, dat preventie gezondheidswinst oplevert. Door de alsmaar stijgende zorgkosten komt meer nadruk te liggen op preventie. Eigen verantwoordelijkheid van het individu wordt steeds belangrijker en daarmee ook het belang van laagdrempelige voorzieningen als preventie. Onze 25 jaar lange ervaring met preventie heeft ons geleerd, dat door risicofactoren te verminderen en beschermende factoren te versterken, mensen zich beter gaan voelen en gezondheidsrisico’s vermijden. Wetenschappelijk onderzoek wijst in dezelfde richting. Een sterk punt is dat we nog vóór de voordeur van de curatieve zorg zitten. Wij hebben een uitgebreid netwerk en zijn daardoor goed zichtbaar in Den Haag, Zoetermeer en Voorburg/Leidschendam, Rijswijk en Wassenaar. Wij zien verder een sterk toegevoegde waarde in het integraal aanbieden van GGZ- en Verslavingspreventie, omdat de oorzaken en risicofactoren bij zowel GGZ- als Verslavingsproblemen vaak identiek zijn.
Producten van preventie Producten van de afdeling preventie bewegen zich in het spectrum van de universele, selectieve en geïndiceerde preventie. · Universele preventie richt zich met name op het algemeen publiek. Voorbeelden: het uitvoeren van algemene voorlichting groepsen individugericht en participeren in voorlichtingscampagnes, interventies gericht op intermediairs, cursussen en trainingen. · Selectieve preventie richt zich op risicogroepen. Voorbeelden zijn groepen voor KOPP/ KVO kinderen, Bureau Basiszorg, interventies gericht op intermediairs, cursussen en trainingen. · Geïndiceerde preventie is gericht op individuen met lichte klachten, nog geen stoornis of verslaving. Voorbeelden zijn intake/spreekuur, groepen voor mensen met licht depressieve klachten, cursussen en trainingen voor mensen met lichte klachten.
Thema’s van preventie De focus van ons preventiewerk is gericht op de volgende vier thema’s · Stress · Depressie · Alcohol, drugs en gokken · Kinderen van patiënten
Vraaggericht Preventie werkt vraaggericht. Veel van uw vragen over GGZ- en Verslavingspreventie kunnen beantwoord worden met de producten die in december 2007
deze productcatalogus staan vermeld. Wanneer onze producten echter geen antwoord zijn op uw vraag, dan willen wij graag met u meedenken en zoeken naar de juiste oplossing van uw vraag. Wij hebben de mogelijkheid en de expertise om in korte tijd nieuwe preventieve producten te ontwikkelen. Dit doen wij in overleg met u als opdrachtgever. Graag formuleren wij antwoorden op de vragen uit de samenleving. Daar waar wij nieuwe trends signaleren, zullen wij deze bespreken en op zoek gaan naar mogelijkheden om deze signalen op te pakken en om te zetten naar concrete preventieve acties of producten. Ook hierover willen graag in overleg treden met onze opdrachtgevers.
zoals Trimbos Instituut, het NIGZ en GGZ Nederland onderhouden we nauwe banden. Een onderzoekster is aan de afdeling verbonden.
Leeswijzer De productcatalogus is ingedeeld in vijf onderdelen, namelijk: · Informatie, advies en ondersteuning · Stress · Depressie · Alcohol, drugs en gokken · Kinderen van Patiënten Per onderdeel worden de verschillende producten kort beschreven. Voor vragen of extra informatie kunt u contact opnemen met het secretariaat van de afdeling Preventie, tel. 070-391 81 91.
Deskundig De producten uit deze catalogus worden door deskundigen op het gebied van GGZ- en Verslavingspreventie uitgevoerd. Middels het uitzetten van tevredenheidmetingen bij elke uitvoering proberen wij de tevredenheid van onze directe klanten voortdurend te peilen. Op deze manier hebben we voortdurend feed back van de klanten, die gebruik maken van onze producten. We zetten in op zoveel mogelijk effectieve preventie, daarvoor zijn onze producten gelabeld als · Evidence based · Good practice · Innovatief
Wij staan altijd open voor uw opmerkingen, vragen en suggesties. Redactie Andréa C. Toeter Accountmanager Preventie Willemien J.C.T. Willems Afdelingshoofd Preventie
Expertise centrum Preventie wil zich ontwikkelen tot een toonaangevend expertise centrum op het terrein van GGZ- en Verslavingspreventie. Daarvoor hebben we nauwe banden met Universiteiten en Hoge Scholen. Zo zijn we verbonden aan de Bijzondere Leerstoel Preventieve Geestelijke Gezondheid van de Universiteit Maastricht, werken we samen met de Erasmus Universiteit Rotterdam en Radboud Universiteit Nijmegen en de Leidse Hoge School. Ook met landelijke instellingen december 2007
Voorwoord Inleiding Informatie Advies Ondersteuning Preventie Spreekuur Herstel uw evenwicht Alzheimer Café Wijk aan Zet Studiebijeenkomsten voor intermediairs Voorlichtingsbijeenkomsten
Stress Workshops stresspreventie Assertiviteit Stoppen met piekeren en minder negatief denken Omgaan met stress
Kinderen van patiënten OPP/KVO deskundigheidbevordering voor K intermediairs 1. Voorlichting 2. Consultatie 3. Training ‘Cliënt, ouderschap en kinderen’ KOPP/KVO cursussen voor patiënten/ouders 1. Een steuntje in de rug 2. Gezinsinterventie 3. Ouder-peutergroep & Ouder-kleutergroep KOPP/KVO cursussen voor kinderen/jongeren 1. Speel-doegroep & Doe-praatgroep 2. Jongerencursus & Jongvolwassenencursus Bureau Basiszorg
Depressie In de put, uit de put Liever bewegen dan moe Somber of gespannen Preventie van depressie in verzorgingshuizen
Alcohol, drugs en gokken asiscursus verslaving en verslavende B middelen Cursus motiverende gespreksvoering De gezonde school en genotmiddelen Mijn kind, alcohol en drugs Hellup, mijn kind kan niet zonder Uitgaan, alcohol en drugs 1. Quick Scan 2. EHBDu 3. Barcode 4. Peereducation Unity 5. Drugsweb 6. Testservice The Coffeeshop 1. Quick Scan 2. Cursus coffeeshops 3. Voorlichting bezoekers coffeeshops
december 2007
Preventie spreekuur Herstel uw evenwicht Alzheimer Café Wijk aan Zet Studiebijeenkomsten voor intermediairs Voorlichtingsbijeenkomsten
Info Advies Ondersteuning
Informatie Advies Ondersteuning
Informatie, advies en consultatie Toelichting GGZ- en Verslavingspreventie heeft veel kennis en ervaring op het gebied van geestelijke gezondheid en verslaving. Bij het ‘Preventie spreekuur’ kan iedereen terecht voor informatie, advies en consultatie. Deelnemers aan de cursussen en trainingen krijgen vooraf een gesprek met een medewerker van het spreekuur. Het spreekuur wordt op verschillende locaties aangeboden. Men kan op diverse manieren van het ‘Preventie spreekuur’ gebruik maken: face to face, telefonisch of per e-mail. Een verwijzing van de huisarts is niet nodig.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers
Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
per gesprek 30 - 60 minuten individueel of met meerdere personen (ouders en kinderen) afhankelijk van de vraag: universeel, selectief of geïndiceerd spreekuurgesprek gestandaardiseerd good practice
Resultaat Persoonlijke informatie, advies en consultatie. Gericht advies voor deelname aan trainingen en cursussen van GGZ- en Verslavingspreventie. Eventueel worden mensen verwezen naar andere instellingen of naar de centrale aanmelding en toeleiding van Parnassia Bavo Groep.
Info Advies Ondersteuning
Preventie spreekuur
Info Advies Ondersteuning
Herstel uw evenwicht Individuele gesprekken Toelichting Mensen met lichte klachten kloppen aan bij preventie, omdat zij iets aan hun klachten willen doen. Niet altijd passen onze producten bij de vraag van deze klanten. Om deze mensen toch gericht iets te bieden wordt een individuele preventieve aanpak ingezet. Focus ligt hierbij op het vergroten van de sterke kanten van de persoon.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
3 - 5 gesprekken, 1e gesprek 60 minuten, vervolggesprekken 30 - 45 minuten individueel geïndiceerd individuele gesprekken gestandaardiseerd good practice
Werkwijze
Resultaat
In het eerste gesprek wordt op grond van de klachten van de deelnemer een probleemanalyse gemaakt. Duidelijk wordt waarom iemand uit z’n evenwicht is geraakt en of dit evenwicht makkelijk te herstellen is. Op grond van deze analyse wordt ingeschat of een adequaat stappenplan voor vervolggesprekken mogelijk is. De manier van werken is gestructureerd, transparant directief en tegelijk flexibel. Waar mogelijk worden de gesprekken ondersteund met schriftelijke informatie. De focus ligt op de positieve kant van de persoon, sterke kanten worden verder ontwikkeld en versterkt. Op deze manier werkt de persoon aan herstel van zijn evenwicht. Kort tussentijds telefonisch overleg over de activiteiten die de deelnemer tussen de gesprekken door moet verrichten, wordt gestimuleerd. Terwijl het aantal gesprekken maximaal vijf is, kan de tijdspanne langer zijn dan vijf weken.
De deelnemer heeft aan de hand van het werkmodel ‘probleemanalyse en stappenplan’ zijn evenwicht hersteld en het probleem aangepakt. De deelnemer kan voor wat betreft de hulpvraag zelfstandig verder.
Informatie en ondersteuning van dementerenden en hun familieleden en betrokkenen (mantelzorgers)
voor een locatie belangrijk. Noodzakelijk is dat patiënten en familie zich vrij voelen een Alzheimer Café te bezoeken. Locaties zijn bijvoorbeeld een Raadhuis, zorgcentrum of informatiecentrum.
Toelichting Het Alzheimer Café is een ontmoetingsplaats voor patiënten, familie, hulpverleners en andere belangstellenden. Het is een interventie met aspecten van voorlichting en begeleiding, waarin alle voordelen van laagdrempeligheid, informele advisering en consultatie, zelfhulpgroepen en lotgenotencontact worden vormgegeven in een ongedwongen sfeer. Met lotgenoten worden ook de dementiepatiënten bedoeld. Het Alzheimer Café kent drie hoofddoelen. Op de eerste plaats wordt voorlichting gegeven over de medische en psychosociale aspecten van dementie. Op de tweede plaats worden ervaringen uitgewisseld, waarbij herkenning en (maatschappelijke) erkenning centraal staat. En ten derde bevordert het Café de emancipatie van patiënten en helpt het te voorkomen dat patiënten en familieleden in een isolement raken.
Werkwijze In het Alzheimer Café staat elke maandelijkse bijeenkomst een ander thema centraal. Jaarlijks worden 10 cafés georganiseerd, waarbij 8 thema’s vastliggen en 2 thema’s op basis van de wensen van bezoekers worden ingevuld. De bijeenkomsten hebben een vast stramien. Er spreekt een deskundige en er wordt een mantelzorger geïnterviewd over diens kennis en ervaringen met betrekking tot het thema. Na de pauze kunnen de aanwezige dementerenden, mantelzorgers en andere belangstellenden vragen stellen en worden zij door de gespreksleider uitgenodigd om hun ervaringen te delen. Ter verhoging van de sfeer en ter ontspanning wordt de avond omlijst met live muziek. Informatiemateriaal is aanwezig. Aanmelding is niet nodig. Omdat het karakter van het Alzheimer Café laagdrempelig is, is de keuze
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
maandelijkse bijeenkomsten van 2,5 uur 30 tot 100 selectief voorlichtingsbijeenkomst met informatie, advies en ondersteuning gestandaardiseerd good practice
Resultaat De deelnemers evalueren de bijeenkomsten erg positief. Ze weten meer over dementie en waar ze met hun vragen en problemen terecht kunnen. Veel mensen worden vaste bezoekers. Het is een plek waar ze specifieke informatie krijgen over wat hen bezighoudt en waar ze met lotgenoten hun ervaringen kunnen delen.
Info Advies Ondersteuning
Alzheimer Café
Integraal wijkgericht project ter preventie van psychische problematiek bij ouderen Toelichting Wijk aan Zet is gebaseerd op de Integrale Aanpak Depressiepreventie (IAD) (Bohlmeijer et al., 2005). Een belangrijk uitgangspunt is dat wijkbewoners zelf, samen met zorg- en welzijnsinstellingen in de wijk, betrokken zijn bij het oplossen van het gesignaleerde probleem. Hiermee wordt de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van individuele oudere wijkbewoners vergroot en de sociale samenhang in de wijk versterkt. Integrale preventie verwijst naar een samenhangende verzameling van (universele, selectieve en geïndiceerde) preventieve interventies die worden geleverd door een netwerk van zorgaanbieders. Dit levert optimaal rendement, is efficiënt en maakt de kans op gedragsverandering groter omdat het drempelverlagend kan werken, maar ook omdat dit zowel aan bewustwording als op motivatie werkt. Wijkgericht werken verwijst naar een specifiek geografisch gebied (of wijk) ofwel een afgebakend, hanteerbaar en goed in kaart te brengen gebied. Er zijn veel actoren actief in een specifieke wijk (wijkagent, buurthuizen, maatschappelijk werk, verzorgingshuizen) en er zijn lokale netwerken waardoor een meer persoonlijke aanpak mogelijk wordt. Mensen identificeren zich mogelijk met de buurt waarin zij wonen. De integrale aanpak ‘depressiepreventie ouderen’ hanteert in principe een wijkgerichte aanpak, maar werkt ook met een combinatie van wijken.
Werkwijze De belangrijkste kenmerken van Wijk aan Zet zijn doelgroepparticipatie, het combineren van interventies, omgevingsbeïnvloeding, het gebruiken van verschillende media en methoden, intersectorale samenwerking en aansluiting bij de lokale situaties. Bij een integrale aanpak leveren meer-
dere sectoren zoals zorg, welzijn, veiligheid een bijdrage. Alle bijdragen worden beschreven in een actieplan, dat is gebaseerd op een probleemanalyse. Het actieplan gaat uit van een communitybenadering en richt zich op drie doelen: het verbeteren van de vroegsignalering van psychische klachten en implementatie van preventieve interventies, het versterken van de competenties met een verhoogd risico voor depressie en het werken aan een ondersteunende en gezonde leefomgeving. In praktijk betekent dit dat er in een aantal concrete fasen wordt gewerkt: oriëntatie en probleemanalyse, actieplanning, uitvoering, evaluatie en bijstelling.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers
Type preventie
Soort interventie Wetenschappelijke status
looptijd van een jaar tot anderhalf jaar betrokken instellingen en participanten van de doelgroep uit de wijk(en) samenhangende combinatie van interventies, universeel, selectief en geïndiceerd integraal wijkgericht project (community based) innovatie interventie met elementen van good practice
Resultaat Afhankelijk van de probleemanalyse en uitgevoerde interventies en acties. Door middel van deze wijkgerichte aanpak zijn meer 55+ouderen met (lichte) psychische klachten bereikt met effectieve preventieve interventies en behandelmogelijkheden.
Info Advies Ondersteuning
Wijk aan Zet
Info Advies Ondersteuning
Studiebijeenkomsten voor intermediairs Informatie over specifieke GGZ- en Verslavingsthema’s voor intermediairs Toelichting Intermediairs zijn belangrijk wanneer het gaat om preventie van GGZ- en verslavingsproblemen. Door het deskundiger maken van deze intermediairs op GGZ- en verslavingsproblematiek kunnen zij eerder en beter signaleren. Wanneer zich problemen voordoen weten zij waar zij met hun vragen en eventuele verwijzing terecht kunnen. Het uiteindelijke bereik van de einddoelgroep wordt door deze intermediaire benadering vergroot. Een studiebijeenkomst is gecentreerd rondom één thema en bestemd voor intermediaire beroepsgroepen zoals jeugdhulpverleners, jongerenwerkers, huisartsen, maatschappelijk werkers, migranten zelforganisaties, asielzoekerscentra, trajectbegeleiders, politie, studenten in opleiding etc.
Werkwijze Een studiebijeenkomst bevat informatie over een thema dat gerelateerd is aan GGZ- en/of verslavingsproblematiek. Ook kunnen vaardigheden worden aangeleerd. Het kan gaan over het zelf geven van voorlichting aan een einddoelgroep, maar ook over bijvoorbeeld nieuwe genotmiddelen of een methodiek. Gebruik wordt gemaakt van verschillende didactische werkvormen, zoals rollenspel, quiz, signaleringslijsten, beeldmaterialen etc. Er is veel ruimte voor discussie en uitwisseling van ervaringen. Een studiebijeenkomst wordt op maat aangeboden. Tijdens het voorgesprek wordt gekeken naar de beginsituatie van de intermediairs. De cursus wordt aangepast aan hun persoonlijke wensen en behoeften gerelateerd aan de praktijk van de beroepsuitoefening. Een studiebijeenkomst bestaat uit 1 à 2 bijeenkomsten, al naar gelang behoefte, mogelijkheden en basiskennis. Na afloop worden de bijeenkomsten met de deelnemers geëvalueerd en volgt een nagesprek met een vertegenwoordiger van de instelling.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie groep Fase Wetenschappelijke status
1 à 2 bijeenkomsten (2 x 4 uur) 4 tot 20 universeel, selectief studiebijeenkomst gestandaardiseerd good practice
Resultaat Deelnemers hebben informatie en/of vaardigheden over het thema opgedaan. Dit kunnen zij toepassen in hun werksituatie.
Informatie over GGZ- en Verslavingsthema’s Toelichting Informatie over geestelijke gezondheids- en verslavingsziektebeelden, de eerste signalen, zelfhulpmogelijkheden, de mogelijkheden van professionele hulp en het motiveren tot zoeken van hulp: het zijn essentiële zaken in het vroegtijdig opsporen van problematiek en bieden van adequate hulp. Hiermee wordt voorkomen dat psychische en verslavingsproblemen escaleren en worden maatschappelijke en economische kosten gereduceerd.
Werkwijze Voorlichting over psychische en/of verslavingsproblematiek voor diverse doelgroepen, zoals ouders, jongeren, ouderen, mantelzorgers die met deze problematiek te maken hebben. Ook binnen instellingen wordt voorlichting gegeven aan verschillende doelgroepen, zoals jongeren in de Jeugdhulpverlening of bewoners van verzorgingshuizen.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
1 bijeenkomst (1 x 4 uur) 4 tot 100 universeel, selectief voorlichtingsbijeenkomst gestandaardiseerd good practice
Resultaat Informatie en praktische tips die bewustwording en attitudeverandering op gang brengen. Indien noodzakelijk worden deelnemers gemotiveerd om adequate hulp of ondersteuning te zoeken.
Info Advies Ondersteuning
Voorlichtingsbijeenkomsten
Stresspreventie Workshops stresspreventie Assertiviteit Omgaan met stress
Stress
Stoppen met piekeren en minder negatief denken
Workshops stresspreventie Kennismaken met diverse manieren om beter om te gaan met stress Toelichting
Werkwijze In workshops krijgen deelnemers informatie en vaardigheden om beter om te kunnen gaan met situaties die stress veroorzaken. Naast informatie over de vaardigheden die belangrijk zijn voor stresspreventie wordt er geoefend. Deelnemers worden uitgenodigd tot een actieve inbreng. Bij elke workshop hoort een tekstboek met achtergrondinformatie en een aantal oefeningen om thuis te doen. Afhankelijk van persoonlijke voorkeur kunnen één of meerdere workshops worden gevolgd. Er zijn workshops: - stoppen met piekeren en negatief denken - assertiviteit - ontspanningstechnieken - meer zelfvertrouwen - communicatie.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
per workshop 1 bijeenkomst (2,5 uur) 4 tot 20 universeel workshop gestandaardiseerd good practice
Deelnemers hebben vaardigheden op het gebied van assertiviteit, piekeren, ontspannen, zelfvertrouwen en communicatie aangereikt gekregen. Deze helpen hen beter om te gaan met stress.
Stress
Er zijn situaties waarin mensen stress ervaren. Spanning en stress kunnen verminderen door adequate copingstrategieën. In workshops maken deelnemers kennis met een aantal vaardigheden om spanningsklachten te reduceren.
Resultaat
Assertiviteit Training ter versterking van een assertieve gedragsstijl Toelichting
Werkwijze Deelnemers krijgen in groepsverband informatie over assertiviteit en de relatie met stressbestendigheid en psychische klachten. Tijdens de training ontwikkelen zij meer zelfvertrouwen in situaties waarin zij voor zichzelf moeten opkomen. Zij leren duidelijke grenzen aan te geven en de eigen mening overtuigend te presenteren. Deelnemers krijgen inzicht in de eigen mate van assertiviteit en oefenen met een assertieve gedragsstijl aan de hand van eigen praktijksituaties. Er is aandacht voor onderwerpen als: wat is assertiviteit, grenzen bepalen en hier naar handelen, assertief communiceren en oefenen in uiteenlopende situaties.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
5 wekelijkse bijeenkomsten (5 x 2 uur) 4 tot 12 geïndiceerd training gestandaardiseerd good practice
Deelnemers kunnen voor zichzelf opkomen, beter met conflicten omgaan, beter hun grenzen aangeven en standpunten uiten. Zij nemen gemakkelijker het initiatief en kunnen met meer zelfvertrouwen reageren in het contact met anderen. Hierdoor voelen zij zich meer opgewassen tegen stressvolle situaties.
Stress
Een assertieve gedragstijl vergroot de zelfredzaamheid en beschermt de psychische en fysieke gezondheid in stressvolle omstandigheden. Assertief zijn betekent zelfbewuster en weerbaarder zijn in het contact met anderen. Door op een positieve wijze op te komen voor jezelf (respect vragen) en daarbij ook respectvol te blijven naar anderen kan voorkomen worden dat mensen in lastige situaties veel spanning oplopen en stressklachten krijgen.
Resultaat
Stoppen met piekeren en minder negatief denken Training ter versterking van een effectieve denkstijl Toelichting
Werkwijze Deelnemers krijgen in groepsverband informatie over piekeren, negatieve denkstijlen en de relatie met stressbestendigheid en psychische klachten. Zij krijgen inzicht in hun eigen denkstijl en krijgen praktische tips voor het stoppen van piekeren. Zij oefenen met het ombuigen van ongewenst gedrag en emoties naar meer effectief gedrag of effectievere emoties.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
5 bijeenkomsten (5 x 2 uur) 4 tot 12 geïndiceerd training gestandaardiseerd good practice
Resultaat Deelnemers leren minder te piekeren en reëler te denken. Zij worden zich bewust van de relatie tussen hun eigen denkstijl, gevoel en geloof in eigen capaciteiten. Door hun denkstijl te veranderen, ervaren zij dat ook het gevoel en de zelfwaardering verandert. Hierdoor voelen zij zich sterker en beter opgewassen tegen stressvolle situaties.
Stress
Veel piekeren en negatief denken zijn nadelig voor de psychische en fysieke gezondheid. Er is verband tussen niet realistisch denken, negatieve emoties, lage zelfwaardering en inadequaat gedrag. Minder piekeren en negatief denken vergroot het gevoel van controle, waardoor spanning afneemt en stressklachten worden voorkomen.
Omgaan met stress Training om beter om te kunnen gaan met stress en ter voorkoming van stressklachten Toelichting
Werkwijze Deelnemers krijgen in groepsbijeenkomsten informatie over stress, oorzaken en factoren van stress. Zij leren hoe hun stress zich fysiek en psychisch uit en wat de gevolgen van stress kunnen zijn. Deelnemers leren eigen oorzaken van stress te analyseren en krijgen inzicht in hun persoonlijke situatie. Zij leren vaardigheden om op andere manieren met stress om te gaan. Zij leren hoe zij de balans tussen draagkracht en draaglast op orde kunnen houden. Hiermee voelen zij zich weerbaarder tegen stress en hebben zij minder stressklachten.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
5 bijeenkomsten (5 x 2 uur) 4 tot 12 geïndiceerd training gestandaardiseerd good practice
Deelnemers weten wat stress is en kennen hun signalen, oorzaken en gevolgen. Zij hebben vaardigheden opgedaan om anders met stress om gaan. Ze hebben hun draagkracht vergroot en hun stressklachten nemen af.
Stress
Mensen die te lang of te intens in een stressvolle omgeving verkeren, kunnen last krijgen van zowel lichamelijke als psychische klachten. Stress kan zich fysiek uiten door hoofdpijn, spierpijn, slaapproblemen, maagpijn en hart- en vaatzieken. Psychisch kan veel stress leiden tot nervositeit, overspannenheid, depressieve gevoelens, burnout, angst en paniekklachten. Door te werken aan hun draagkracht kunnen mensen beter omgaan met stress en stressklachten voorkomen. Met minder stressklachten en een betere balans worden andere fysieke of psychische klachten voorkomen.
Resultaat
Depressiepreventie In de put, uit de put Liever bewegen dan moe Somber of gespannen Preventie van depressie in verzorgingshuizen
Depressie
In de put, uit de put Cursus voor mensen met milde depressieve klachten Toelichting
Werkwijze Deelnemers leren in groepsverband verschillende vaardigheden om hun depressieve klachten aan te pakken en te overwinnen. Er is aandacht voor ontspanningstechnieken, sociale vaardigheden, de rol van gedachten in de ontwikkeling van een depressie, het belang van plezierige activiteiten en toekomstplanning. Het draaiboek van de cursus is ontwikkeld door het Trimbos-instituut.
Tijdsduur
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
12 wekelijkse bijeenkomsten (12 x 2 uur) en een terugkombijeenkomst (1 x 2 uur) 4 tot 12 selectief cursus gestandaardiseerd evidence based
Resultaat Na afloop van de cursus hebben deelnemers minder depressieve klachten dan mensen die de cursus niet hebben gevolgd (Cuijpers, 1998). Ook na 6 en 12 maanden blijven mensen minder depressieve klachten houden (Allart-van Dam, 2003).
Depressie
Mensen met milde depressieve klachten hebben een verhoogd risico op een depressieve stoornis. Jaarlijks lijden circa 750.000 mensen aan een depressie. Qua ziektelast is depressie een van de meest invaliderende ziekten. Mensen die aan een depressie lijden maken enerzijds extra gebruik van zorgvoorzieningen en anderzijds dragen zij bij aan ziekteverzuim. Familieleden worden extra belast en kinderen van een depressieve ouder lopen meer risico om zelf een psychische stoornis te ontwikkelen. Bij mensen met beginnende klachten is het mogelijk om met psycho-educatie, waarbij verschillende vaardigheden worden aangeleerd, de klachten te verminderen. Preventie in een vroeg stadium kan op deze wijze verhinderen dat de klachten zich ontwikkelen tot depressie.
Specificatie
Liever bewegen dan moe Fitprogramma voor mensen met licht depressieve klachten Toelichting
Werkwijze Fitprogramma met sportief wandelen en bewegen in combinatie met gezondheidsvoorlichting over het voorkomen van depressie en depressieve klachten. Door fysieke inspanning te integreren met voorlichting ervaart de deelnemer de verbinding tussen lichaam en psyche. Tijdens het fitprogramma wordt een aanzet gegeven tot een structureel gezonde leefstijl gericht op het zowel letterlijk als figuurlijk in beweging komen. Dit vermindert de kans op depressie. De deelnemers gaan wandelen in het park. In de winterperiode wordt dit programma ook wel in een sportzaal uitgevoerd. Er is aandacht voor andere sportmogelijkheden om na afloop zelf mee verder te gaan. De aanpak is laagdrempelig, zowel geografisch (dicht in de buurt) als qua motivatie, conditie, probleembesef, taalvaardigheid en opleidingsniveau. Het programma wordt ook ingezet voor specifieke doelgroepen, zoals migrantenvrouwen.
Tijdsduur
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
kennismakingsvoorlichting van 1 uur gevolgd door 7 wekelijkse bijeenkomsten (7 x 2 uur) met een follow-up contact (1 x 2 uur) na 2 maanden 8 tot 15 selectief training gestandaardiseerd good practice
Resultaat De deelnemers leren dat bewegen leuk is, geestelijke en lichamelijke energie geeft en dat depressieve klachten hierdoor afnemen en verdwijnen. De deelnemers blijven na afloop van het fitprogramma bewegen. Gunstige effecten zijn merkbaar na een paar weken met een activiteiten frequentie van minstens éénmaal per week.
Depressie
Mensen met psychische klachten zijn meestal fysiek minder actief terwijl het voor hen juist belangrijk is om meer in beweging te komen. Mensen met depressieve klachten hebben veel baat bij lichamelijke activiteit. Zowel op korte als lange termijn heeft fysieke inspanning een gunstig effect op het welbevinden en zelfwaardering. Depressie, angst en stressklachten nemen af door lichamelijke inspanning. Bovendien is bewegen ook gunstig voor het emotioneel functioneren en bevordert zo de ervaren kwaliteit van leven. Preventie in een vroeg stadium kan verhinderen dat de klachten zich ontwikkelen tot depressie.
Specificatie
Somber of gespannen Training voor mensen met depressieve klachten die ook last hebben van spanningsen/of angstklachten Toelichting
Werkwijze De deelnemers leren in groepsbijeenkomsten meer over hun klachten en de verschillen tussen de klachten. Onderwerpen die aan bod komen zijn: depressiviteit, spanningsklachten en angstklachten. Zij leren hoe deze klachten met elkaar verband houden en hoe zij de cirkel van klachten kunnen doorbreken. Zij krijgen ook inzicht in mogelijke oorzaken en leren er op een andere manier naar te kijken.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
3 bijeenkomsten (3 x 2,5 uur) 4 tot 15 selectief training gestandaardiseerd good practice
Deelnemers hebben informatie over hoe hun klachten van somberheid, gespannenheid en angst met elkaar samenhangen. Zij weten hoe ze de cirkel van klachten kunnen doorbreken en hebben inzicht in mogelijke oorzaken van hun klachten.
Depressie
Depressieve klachten hebben niet één duidelijke oorzaak, maar ontstaan door een combinatie van factoren. Mensen voelen zich vaak somber en lusteloos en hebben geen plezier meer en nauwelijks interesse voor de dingen of mensen om hen heen. Ze kunnen zich moeilijk concentreren. Sommige mensen doen erg uitbundig of liggen voortdurend dwars en verhullen zo hun somberheid. Soms kunnen depressieve klachten gepaard gaan met gespannenheid en/of angstklachten. Angst en spanning kunnen weer andere klachten veroorzaken. Het kan zijn dat mensen wel de klachten hebben maar zich niet bewust zijn van hun gespannenheid.
Resultaat
Preventie van depressie in verzorgingshuizen Project ter voorkoming van depressie klachten en ter verbetering van het adequaat omgaan met depressieve ouderen in verzorgingshuizen Toelichting
Werkwijze Het project wordt integraal aangeboden aan een verzorgingshuis en bevat verschillende activiteiten voor zowel het personeel, de bewoners als de familieleden: 1. D eskundigheidsbevordering leidinggevenden Drie bijeenkomsten ( 3 x 2,5 uur) voor leidinggevenden gericht op het vroegtijdig herkennen van depressieve klachten bij bewoners. Ook leren zij hoe zij de zorg voor depressieve bewoners in hun verzorgingshuis kunnen verbeteren. 2. Deskundigheidsbevordering verzorgenden Vier bijeenkomsten (4 x 2,5 uur) voor verzorgenden over vroegtijdig onderkenning van depressieklachten en adequate begeleiding van depressieve bewoners. 3. Deskundigheidsbevordering overig personeel en vrijwilligers Voorlichtingsbijeenkomst (1,5 uur) voor overig personeel en vrijwilligers over het onderkennen van depressieve klachten en het bieden van ondersteuning. 4. Familieleden van depressieve ouderen Voorlichtingsbijeenkomst (2 uur) voor familie-
Specificatie Tijdsduur Deelnemers Type preventie
Soort interventie
Fase Wetenschappelijke status
looptijd van ongeveer een jaar er zijn activiteiten voor verschillende doelgroepen universeel/selectief project bestaande uit verschillende activiteiten: deskundigheidsbevordering, voorlichtingsbijeenkomsten en gespreksgroep gestandaardiseerd evidence based
Resultaten Dit preventieproject is op effectiviteit onderzocht door het Trimbos instituut. De resultaten waren positief. Er is sprake van een afname van depressieve klachten bij bewoners en van verbetering van de sociale vaardigheden en zelfwaardering van de bewoners. Voorlichtingsbijeenkomsten voor familieleden blijken ondersteuning te bieden en de her - en erkenning van hun zorg voor een depressief familielid te vergroten. Gespreksgroepen voor nieuwe bewoners stimuleren assertief optreden en autonomie.
Depressie
In verzorgingshuizen is het percentage ouderen met depressieve klachten tweemaal zo hoog (21% resp. 11%) als bij zelfstandig wonende ouderen. In verzorgingshuizen lijdt 21% van de bewoners aan depressieve symptomen en 11% aan een depressie in engere zin. Medewerkers hebben veelal onvoldoende kennis en vaardigheden om depressie te signaleren en deze ouderen adequaat te begeleiden. Door een gericht aanbod voor personeel, bewoners en familieleden kunnen depressieve klachten bij ouderen worden voor komen of teruggedrongen.
leden en direct betrokkenen van depressieve ouderen met informatie over depressie bij ouderen, het bieden van ondersteuning en het zelf omgaan met een depressieve oudere. 5. Nieuwe bewoners Gespreksgroep (6 x 1,5 uur) voor nieuwe bewoners om de stress die de overgang naar het verzorgingshuis met zich meebrengt, te verminderen. Bij de nieuwe bewoners wordt de autonomie zoveel mogelijk in stand gehouden en versterkt. Zij worden gestimuleerd zelf dingen te blijven doen en voor eigen behoeften en wensen op te komen.
Alcohol, drugs en gokken Basiscursus verslaving en verslavende middelen Cursus motiverende gespreksvoering De gezonde school en genotmiddelen Mijn kind, alcohol en drugs Hellup, mijn kind kan niet zonder itgaan, alcohol en drugs U 1. Quick Scan 2. EHBD-u 3. Barcode 4. Peereducation Unity 5. Drugsweb 6. Testservice
Alcohol Drugs Gokken
T he Coffeeshop 1. Quick Scan 2. Cursus coffeeshops 3.Voorlichting bezoekers coffeeshops
Basiscursus verslaving en verslavende middelen Cursus voor intermediairs
Specificatie
Toelichting
Tijdsduur
Intermediairs zijn een belangrijke doelgroep ter voorkoming van de nadelige gevolgen van genotmiddelengebruik voor het individu, voor zijn omgeving en de samenleving. Verslavingspreventie richt zich op intermediairs wanneer het gaat om het bevorderen van het verantwoord omgaan met genotmiddelen. Door deskundigheidsvergroting kunnen intermediairs eerder signaleren wanneer mensen risicovol genotmiddelen gebruiken. Ook het uiteindelijke bereik van de einddoelgroep wordt door de intermediaire benadering vergroot. Door meer kennis en vaardigheden kunnen professionals beter omgaan met genotmiddelengebruik van de groepen waar zij in hun werk mee in aanraking komen. De basiscursus verslaving en verslavende middelen is voor intermediaire beroepsgroepen zoals jeugdhulpverleners, jongerenwerkers, maatschappelijk werkers, allochtone zelforganisaties, asielzoekerscentra, trajectbegeleiders, politie etc. die middelengebruik van einddoelgroepen in hun werksituatie tegenkomen.
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie
De cursus bevat voorlichting over genotmiddelen waaronder middelenkennis, effecten en risico’s van het gebruik en het signaleren van gebruik van genotmiddelen. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende didactische werkvormen, zoals rollenspel, quiz, signaleringslijsten, beeldmaterialen en het spel Mei’n-zorg. Er is veel ruimte voor discussie en uitwisseling van ervaringen. De cursus wordt op maat aangeboden en afgestemd op de beginsituatie van de intermediairs, hun persoonlijke wensen en behoeften en gerelateerd aan de praktijk van de beroepsuitoefening.
Fase Wetenschappelijke status
4 tot 15 universeel deskundigheidsbevordering gestandaardiseerd good practice
Resultaat De deelnemers hebben informatie over alcohol, drugs en gokken die zij kunnen toepassen op hun werksituatie. Deelnemers weten welke middelen er zijn, kennen de werking, toediening en effecten en weten wat lichamelijke en geestelijke afhankelijkheid is. Ook kennen ze de risico’s van de meest gebruikte middelen en de fasen van gebruik, weten wat de functie en achtergronden van het gebruik is en kunnen riskant gebruik signaleren.
Alcohol Drugs Gokken
Werkwijze
Soort interventie
2 - 3 bijeenkomsten (2 - 3 x 4 uur)
Cursus motiverende gespreksvoering Deskundigheidsbevordering voor intermediairs Toelichting Het (risicovol) gebruiken van alcohol en drugs kan mensen in hun functioneren hinderen en kan een vorm van ongezond gedrag zijn. Veel professionals proberen dit gedrag bespreekbaar te maken en te beïnvloeden bij de mensen waar zij mee werken. Maar gedragsverandering gaat niet zo maar. Mensen zijn gehecht aan hun gebruikelijke manier van doen. Mensen die hun gedrag veranderen doorlopen een proces, waarin ze nadenken over de noodzaak hun gedrag te veranderen, een keuze maken voor veranderen en deze verandering ten slotte daadwerkelijk toepassen. Ander gedrag betekent immers dat de gewone manier van doen verlaten moet worden. Zelfs als er nadelen kleven aan deze manier van doen, dan bestaat er toch altijd veel aarzeling om het op te geven voor iets nieuws waarvan men nog niet weet hoe het uitpakt. Prochaska en DiClemente (1983) ontwikkelden een model voor dit proces van gedragsverandering.
In de cursus motiverende gespreksvoering staan motiverende gesprekstechnieken en attitude vorming in relatie tot beïnvloeden van alcohol en druggebruik centraal. Deze cursus is voor intermediairs en is een vervolg op de Basiscursus verslaving en verslavende middelen. De cursus is bedoeld voor professionals die gesprekken voeren met anderen over het middelengebruik en vaardiger willen worden in motiverende gespreksvoering. De cursus bestaat uit 2 à 3 bijeenkomsten en wordt op maat aangeboden. In het voorgesprek wordt gekeken naar de toepassing van motiverende technieken in de specifieke werksituatie en de mogelijkheden van de intermediairs om genotmiddelengebruik bespreekbaar te maken en te
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
2 à 3 bijeenkomsten (2 - 3 x 4 uur) 4 - 12 universeel deskundigheidbevordering gestandaardiseerd good practice
Resultaat Deelnemers weten hoe ze mensen die alcohol en drugs gebruiken kunnen stimuleren in de verschillende fasen van het veranderingsproces. De gesprekstechnieken zijn geoefend. Per fase is er ingegaan op de kenmerken, blokkades en oplossingen die helpen om systematisch toe te werken naar een innerlijk, verankerd besluit dat stand houdt ondanks twijfels en teleurstellingen. De deelnemers kennen het theoretische model van Prochascka en Diclemente, de stadia van verandering en de weerstanden die zich hierbij voordoen. Zij weten wat de voorwaarden zijn om te kunnen veranderen en kennen de strategieën van motiverende gesprekstechnieken. Zij kunnen motiverende technieken toepassen zoals non verbale, basis en complexe technieken en hebben hiermee geëxperimenteerd.
Alcohol Drugs Gokken
Werkwijze
beïnvloeden. Tijdens de cursus wordt geoefend met motiverende gesprekstechnieken die helpen bij het aangaan van een gesprek over het gebruik van alcohol en/of drugs.
IVA, Instructie Verantwoord Alcoholgebruik Toelichting
Resultaat
In het kader van de Drank- en Horecawet moeten paracommerciële verenigingen die alcohol willen schenken beschikken over gekwalificeerd barpersoneel.Tijdens openingstijden waarop alcohol wordt geschonken dient er altijd of een leidinggevende aanwezig te zijn die beschikt over de Verklaring Sociale Hygiëne of een barvrijwilliger die een instructie heeft gevolgd over verantwoord schenken van alcohol. Het Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering heeft hiertoe de Instructie Verantwoord Alcoholgebruik (IVA) ontwikkeld. De IVA wordt aanbevolen voor vrijwilligers van sportverenigingen, sociaal culturele accommodaties en studentenverenigingen.
Deelnemers hebben informatie over de alcohol en alcoholgebruik, de drank- en horecawet, en weten hoe zij verantwoord alcohol schenken. Nb. Om de effectiviteit van de preventieve interventies te verhogen, wordt de IVA bij voorkeur uitgevoerd in samenhang met andere producten.
Werkwijze Tijdens de IVA wordt informatie gegeven over de Drank- en Horecawet en alcohol en alcoholgebruik. Ook wordt ingegaan op verantwoord schenken en vaardigheden van de barvrijwilliger. De bijbehorende IVA- film bevat de onderwerpen: alcohol en de wet, alcohol, wat doet het met je, verantwoord schenken in de praktijk.
Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie groep Fase Wetenschappelijke status
1 bijeenkomst van 2 uur 4 tot 20 universeel instructie gestandaardiseerd good practice
Alcohol Drugs Gokken
Specificatie
De gezonde school en genotmiddelen Project voor primair en voortgezet onderwijs over alcohol, drugs en gokken Toelichting Jongeren experimenteren met alcohol, drugs en gokken. Daarom is goede begeleiding van experimenteergedrag op school en in de opvoeding nodig. Een goede begeleiding houdt in dat jongeren die niet willen roken, drinken of drugs uitproberen in hun keuze bevestigd worden. Jongeren die wel experimenteren, krijgen goede voorlichting zodat ze weten wat de risico’s zijn. Het alleen verbeiden van genotmiddelengebruik is niet zinvol. Feitelijke informatie geven, het stellen van regels en grenzen, vroegtijdig signaleren en begeleiden van leerlingen met problemen heeft wel zin.
jaar is de school in staat om ‘De gezonde school en genotmiddelen’ zelfstandig te draaien en kan het project structureel in het schoolbeleid worden opgenomen.
Specificatie Tijdsduur Type preventie
Soort interventie
Werkwijze Fase Wetenschappelijke status
Resultaat ’De gezonde school en genotmiddelen‘ (Cuijpers et al. 2002) is een breed genotmiddelenpreventieprogramma. Uit evaluatiestudies blijkt het project een positief effect te hebben op de kennis over genotmiddelen, de risico’s van genotmiddelengebruik en waar je terecht kunt als je problemen hebt. Effectstudie toont aan dat het programma een gunstig effect heeft op de kennis, houding en vaardigheden met betrekking tot het alcoholgebruik (Cuijpers et al., 2002 Smit et al. , 2003) Ook leidt het programma tot een afname in alcohol gebruik; dit effect houdt ten minste drie jaar aan.
Alcohol Drugs Gokken
Het project geeft informatie over roken, alcohol, drugs en gokken. Er wordt aandacht besteed aan de risico’s, aanhoudingsaspecten en sociale vaardigheden als ‘nee’ leren zeggen, groepsdruk en weerbaarheid. De ouders van de leerlingen worden bij de voorlichting en begeleiding betrokken. Ook wordt de kennis van docenten door dit project verhoogd, waardoor zij eerder en beter in staat zijn te signaleren dat leerlingen alcohol-, drug- of gokgerelateerde problemen hebben. Zonodig kan verwezen worden. Het project zorgt voor een doorlopende leerlijn via een elektronische leeromgeving. ‘De gezonde school en genotmiddelen’ bestaat uit vijf activiteiten: 1. lesgeven, 2. reglementeren van het gebruik op school, 3. signaleren en begeleiden van probleemgebruik, 4. ouderparticipatie en 5. de stuurgroep als bewaker van de samenhang. Het is de bedoeling dat de school alle activiteiten van het project binnen drie jaar uitvoert. Na drie
per school totaal 74 uur bij gebruik van alle activiteiten universeel integraal project bestaande uit vijf activiteiten op school: lesgeven, reglementeren van het gebruik op school, signaleren en begeleiden van probleemgebruik, ouderparticipatie en de stuurgroep als bewaker van de samenhang gestandaardiseerd good practice (onderzoek gebaseerd op gerandomiseerd onderzoek zonder controle groep)
Mijn kind en alcohol en drugs Cursus voor ouders van kinderen die experimenteren met genotmiddelen Toelichting Kinderen komen in aanraking met alcohol, drugs en gokken. Gedurende de puberteit kunnen zij hiermee gaan experimenteren. Ouders vragen ondersteuning bij opvoedingsvragen en problemen over alcohol en drugs. Zij willen weten hoe zij hun kinderen hierin kunnen begeleiden en vragen zich af hoe andere ouders dit doen. Deze cursus richt zich op ouders met kinderen in de leeftijd van 12 tot ongeveer 18 jaar die al dan niet bezig zijn met alcohol, drugs of gokken. In de meeste gevallen gaat het om alcohol en cannabis (hasj en weed). In mindere mate kan het gaan om het experimenteren met XTC, paddo´s en speed.
Werkwijze
Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
4 bijeenkomsten (4 x 2 uur) en een terugkombijeenkomst (1 x 2 uur) 4 tot 15 universeel oudercursus gestandaardiseerd good practice
Resultaat Ouders zijn geïnformeerd over alcohol- en druggebruik, en de risico’s hiervan. Ouders/opvoeders zijn in staat alcohol en druggebruik te bespreken met hun kind en kunnen beter regels en grenzen stellen. Ook zijn zij zich bewust van hun eigen rol en invloed op het gebruik en experimenteergedrag van hun kind.
Alcohol Drugs Gokken
De cursus bestaat uit bijeenkomsten waarin ouders informatie krijgen over gebruik, misbruik en verslaving aan alcohol, drugs en gokken. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het hebben van een kind in de puberteit en het omgaan met moeilijke opvoedingssituaties, onderhandelen, regels en grenzen stellen in relatie tot gebruik van alcohol, drugs en gokken. Ook is er aandacht voor voorbeeldgedrag en verantwoordelijk heden. Ouders wisselen ervaringen uit over hoe zij omgaan met het gebruik van alcohol, drugs of gokken in de opvoeding.
Specificatie
HELLUP, mijn kind kan niet zonder Cursus voor ouders van excessief gebruikende kinderen (alcohol, drugs of gokken) Toelichting Ouders/opvoeders van excessief gebruikende kinderen hebben behoefte aan ondersteuning. GGZ- en Verslavingspreventie biedt deze ondersteuning in de vorm van een oudercursus. Deze cursus staat niet voor ‘de oplossing’ van het probleem, maar voor het bieden van mogelijk heden om anders met het kind om te gaan, zonder het los te laten. Ouders gaan via de aangeboden lesstof zelf op ontdekkingstocht naar hun mogelijkheden.
Resultaat Ouders kunnen het gebruik van hun kind signaleren en herkennen. Zij kunnen beter communiceren met hun kind en hun regels en grenzen aangeven. Ouders weten wat de rollen in het gezin zijn. Zij maken een probleemanalyse, risico-indicatie en een eigen plan van aanpak. Zij kunnen met het plan van aanpak in de thuissituatie verder.
Werkwijze
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
4 bijeenkomsten (4 x 2 uur) en 3 terugkombijeenkomst (3 x 2 uur) 4 tot 12 universeel oudercursus gestandaardiseerd good practice
Alcohol Drugs Gokken
De oudercursus bestaat uit groepsbijeenkomsten waarin ouders informatie krijgen over genotmiddelen en verslaving. Er is specifieke aandacht voor de communicatie met kinderen, stoorzenders, rollen in het gezin en het stellen van regels en grenzen in relatie tot het excessieve gebruik van de kinderen. Ouders wisselen ervaringen uit. Zij maken een probleemanalyse met een risico-indicatie en gaan aan de slag met een plan van aanpak.
Uitgaan, alcohol en drugs Programma in het uitgaanscircuit om riskant alcohol- en druggebruik terug te dringen
Specificatie Tijdsduur en omvang scan
Toelichting
Type preventie
‘Uitgaan, alcohol en drugs’ is een integrale aanpak om riskant alcohol- en druggebruik tijdens het uitgaan tegen te gaan en de (gezondheid)schade van gebruik van deze middelen te beperken. Het richt zich op jongeren en jong volwassenen die over matig drinken, al of niet in combinatie met uitgaansdrugs. Het programma bestaat uit verschillende activiteiten zoals een testservice, onderzoek, netwerkontwikkeling, voorlichting en peereducation, training Eerst Hulp en een barcode voor horecapersoneel. Het programma is gestandaardiseerd en bestaat uit draaiboeken en protocollen. Binnen ‘Uitgaan, alcohol en drugs’ zijn zeer veel interventies mogelijk. Welke activiteiten worden ingezet hangt af van de probleemanalyse, de vraag en de bereidheid van de betrokkenen. Dit wordt geanalyseerd met behulp van de Quick Scan. De verschillende producten zijn snel inzetbaar zijn en leveren een bijdrage aan de gestelde doelstellingen. Het spreekt voor zich dat wanneer meerdere interventies in samenhang worden uitgevoerd er een grotere effectiviteit te verwachten valt.
Soort interventie
1. Quick Scan Werkwijze De Quick Scan brengt de aard en omvang van middelengebruik in een uitgaanslocatie, uitgaansgebied of een gemeente in kaart. Bekeken wordt hoe het uitgaansgebied eruit ziet, welke middelen een belangrijke rol spelen, welke stakeholders een rol spelen en wat het draagvlak voor preventieve activiteiten is.
good practice
Resultaat Uit de quick scan komt informatie over het alcoholen druggebruik in de gemeente/stadsdeel etc. Op basis van deze scan kan een verantwoorde keuze gemaakt worden voor de in te zetten strategie en interventies.
2. EHBD-u Eerste Hulp Bij Drugsincidenten in het uitgaansleven Werkwijze Deskundigheidsbevordering op het gebied van alcohol- en drugsgerelateerde incidenten in het uitgaanscircuit. Elke professional die in direct contact staat met de gebruikers van alcohol en drugs kan hierin zijn/haar kennis vergroten of zich bekwamen in de hulpverlening voor slachtoffers van gezondheidsincidenten. Professionals zijn horecapersoneel, portiers/security, EHBO-ers en politie.
Alcohol Drugs Gokken
Voor het uitgaanscircuit zijn er de volgende interventies:
Fase Wetenschappelijke status
afhankelijk van de grootte van de te onderzoeken gebieden selectief probleemanalyse aard en omvang gestandaardiseerd
Uitgaan, alcohol en drugs Specificatie Tijdsduur
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
Specificatie een bijeenkomst (1 x 4 uur), twee bijeenkomsten (2 x 4 uur) of een training van vier bijeenkomsten (4 x 4 uur) 4 tot 15 selectief training deskundigheidsbevordering gestandaardiseerd good practice
Tijdsduur
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
een bijeenkomst met een basisblok (1 x 4 uur) en een bijeenkomst met twee keuzeblokken (1 x 4 uur) 4 tot 15 selectief cursus deskundigheidsbevordering gestandaardiseerd good practice
Resultaat
Resultaten
Deelnemers hebben kennis over effecten en risico’s van alcohol en drugs en kunnen adequaat handelen bij de specifiek drug- en alcoholgerelateerde incidenten.
Deelnemers weten hoe zij een bijdrage kunnen leveren aan een gezonde en veilige uitgaans omgeving. Zij dragen hiermee bij aan het voor komen van riskant gebruik van alcohol en drugs en het beperken van eventuele negatieve gevolgen voor de gebruiker en zijn omgeving.
3. Barcode cursus
4. Peereducation - Unity
Werkwijze
Werkwijze
In deze cursus wordt horecapersoneel geleerd hoe zij een bijdrage kunnen leveren aan een gezond en veilig uitgaansklimaat. Uitbreiding van de cursus is mogelijk als er specifieke situaties aan de hand zijn, zoals dealen, gezondheidsincidenten en agressie. De cursus is bedoeld voor al het personeel dat in een horecagelegenheid werkt. Onderwerpen die aan bod komen zijn: beroepshouding, wetgeving, bedrijfsbeleid en de verschillende rollen van horecapersoneel (de professional in de horeca), drugs, alcohol en veilig uitgaan. Tevens zijn er enkele keuzeblokken: druggebruik, overmatig alcoholgebruik, alcohol en minderjarigen, dealen.
GGZ- en Verslavingspreventie traint en begeleidt peereducators. Peereducation is voorlichting voor en door jongeren. Deze jongeren geven hun peers op grootschalige pop- en dance-evenementen voorlichting over de effecten van en de risico’s van uitgaansdrugs, inclusief alcoholgebruik. Er worden verschillende teams ingezet. De peers maken gebruik van diverse voorlichtingsmaterialen gericht op jongeren. Bij de landelijke jongerencampagne ‘Drank, de kater komt later’ worden peer educators ingezet. Voor grootschalige dance evenementen is het speciaal hiervoor opgeleide Unity team beschikbaar. Door gebruik te maken van peers worden veel jongeren op een toegankelijke en passende wijze geïnformeerd over (hun eigen) gebruik en de risico’s ervan.
Alcohol Drugs Gokken
Cursus voor een veilig uitgaansklimaat
Uitgaan, alcohol en drugs Specificatie Tijdsduur
Deelname
Type preventie Soort interventie groep Fase Wetenschappelijke status
Specificatie afhankelijk van de duur van het evenement voor locale activiteiten (festivals, uitgaans gelegenheden, dance en popevenementen) die door jongeren bezocht worden is het mogelijk om een peerteam /Unity eenmalig of vaker in te zetten. Bij grootschalige evenementen wordt samengewerkt met collega-instellingen Jellinek, NovadicKentron en Boumanhuis. selectief peereducation gestandaardiseerd good practice
Resultaat Het primaire doel is kennisoverdracht via peers. Door het inzetten van peers is het bereik onder jongeren groot.
Voorlichting over alcohol en drugs voor (uitgaande) jongeren Werkwijze Deze interventie is gericht op de jongeren die uitgaan en bestaat uit informatieverstrekking met foldermateriaal, www.drugsweb.nl en www.uitgaanendrugs.nl. Naast reeds bestaand materiaal is het mogelijk nieuw materiaal te ontwikkelen indien de situatie hierom vraagt.
selectief voorlichting (website) gestandaardiseerd good practice
Resultaat Jongeren en jong volwassenen in het uitgaans leven worden geïnformeerd over de effecten van uitgaansdrugs en over de mogelijkheden de risico’s van het gebruik ervan te beperken.
6. Testservice Drug Information Monitoring System Toelichting XTC en amfetamine zijn na cannabis de belangrijkste illegale drugs voor jongeren in het uitgaansleven. Het percentage mensen in Nederland dat ooit ecstasy of amfetamine heeft gebruikt, steeg tussen 1997 en 2001. Actueel gebruik van ecstasy nam toe, vooral onder vrouwen. In 2001 waren er ongeveer 100.000 actuele gebruikers van ecstasy en amfetamine in Nederland. (Trimbos, 2005). In 2004 werden in Nederland 4495 pillen en poedermonsters van recreatieve drugs door gebruikers aangeboden en getest (DIMS, 2005). GGZ en Verslavingspreventie neemt deel aan het Drugs Informatie Monitoring Systeem (DIMS). Dit bestaat uit 15 deelnemende (verslavingszorg)instellingen.
Werkwijze Voor recreatieve gebruikers van drugs is het mogelijk hun pillen, poeders en vloeistoffen te laten testen. De testservice is een onderdeel van een landelijk monitoringsysteem (DIMS). Hiermee kan GGZ- en Verslavingspreventie de drugsmarkt in Den Haag monitoren. Daarnaast is
Alcohol Drugs Gokken
5. Drugsweb
Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
Uitgaan, alcohol en drugs het mogelijk om consumenten te informeren over de effecten en risico’s van verschillende soorten drugs. Preventie houdt wekelijks spreekuur voor de testservice. Medewerkers van preventie analyseren de drugs die door de gebruikers worden aangeboden op de testservice. Na de analyse krijgt de gebruiker informatie over de samenstelling en de mogelijke risico’s. Preventie verzamelt deze informatie over het aanbod en de samenstelling van illegale uitgaansdrugs in Den Haag (e.o.). Preventie spoort gevaarlijke monsters op en kan, wanneer dat noodzakelijk is, via het landelijk DIMS netwerk acties ondernemen. Mocht blijken dat regionaal of landelijk drugs in omloop zijn met zeer groot gezondheidsrisico, dan start een Red Alert actie. Met deze pro-actieve waarschuwingscampagne worden alle populaire horecagelegenheden in de regio bezocht en voorzien van waarschuwingsposters en -flyers.
Specificatie Tijdsduur
Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
individuele gesprekken selectief wekelijks spreekuur test service gestandaardiseerd via protocol DIMS good practice
Resultaten Met de testservice worden risico’s van het gebruik van pillen beperkt (Cuijpers et al., 2005). Naast pillen worden ook andere drugs getest. Ook wordt snel via het netwerk gewaarschuwd voor de volksgezondheid wanneer gevaarlijke uitgaansdrugs op de markt verschijnen (zoals in 2004 bij vervuilde cocaïne).
Alcohol Drugs Gokken
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie
spreekuurgesprek van 30 – 60 minuten
The Coffeeshop Project voor coffeeshops
1. Quick Scan
Toelichting
Werkwijze
‘The Coffeeshop’ heeft tot doel riskant cannabisgebruik onder coffeeshopbezoekers te voorkomen of te beperken. Hierbij gaat het niet zozeer om het gebruik zelf, maar vooral om het voorkomen en beperken van eventuele (lichamelijke/psychische/ materiële) schade en gevaren die samenhangen met het gebruik van cannabis. Preventie richt zich hierbij op jongeren tussen de 18 en 25 die cannabis op een ‘recreatieve’ manier gebruiken en zich in de coffeeshops bevinden. Onderzoek wijst uit dat in deze leeftijdscategorie cannabis meest risicovol wordt gebruikt. Natuurlijk worden tijdens de interventies ook oudere en jongere leeftijdsgroepen bereikt. Ook richt het project zich op de coffeeshopexploitanten en coffeeshoppersoneel. Daarnaast wordt er samengewerkt met politie en gemeente.
De Quick Scan is een instrument om de aard en omvang van middelengebruik in coffeeshops in kaart te brengen. Er wordt een inventarisatie gedaan naar bijvoorbeeld problematiek, inrichting, verkoop, personeel, consumenten en meningen van exploitanten en consumenten.
Specificatie Tijdsduur en omvang scan Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
afhankelijk van de grootte van de te onderzoeken gebieden selectief probleemanalyse gestandaardiseerd good practice
Resultaat Voor coffeeshops zijn er de volgende interventies:
Deze probleemanalyse geeft een beeld van het druggebruik in coffeeshops en leidt tot keuzen voor de in te zetten strategie en interventies.
Werkwijze In deze deskundigheidsbevordering voor coffeeshoppersoneel en exploitanten komen de volgende onderwerpen aan bod: informatie over genotmiddelen, indeling, werking, effecten, risico’s, fasen van gebruik, Eerste Hulp Bij Druggebruik (EHBD), casuïstiekbespreking, ethiek, beroepsattitude en wetgeving gericht op de beroepsuitoefening. Deze cursus wordt samen met de politie gegeven.
Alcohol Drugs Gokken
2. C ursus coffeeshop voor coffeeshoppersoneel
The Coffeeshop Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
Een bijeenkomst of twee bijeenkomsten (2 x 4 uur) 4 tot 12 selectief deskundigheids bevordering gestandaardiseerd good practice
Resultaat Deelnemers weten na de cursus meer over cannabisgebruik (alcohol en druggebruik), EHBD, ethiek en beroepsattitude en wetgeving. Zij kunnen de vaardigheden en de kennis die is opgedaan toepassen in hun beroepspraktijk.
3. V oorlichting bezoekers coffeeshops Werkwijze Preventie heeft voor bezoekers van coffeeshops specifiek voorlichtingsmateriaal (zoals medicinale folder cannabis) ontwikkeld. Ter aanvulling hierop wordt in samenwerking met het Trimbos instituut actueel en aansprekend voorlichtingsmateriaal ontwikkeld om bezoekers van coffeeshops te informeren over cannabisgebruik en eventuele risico’s van gebruik.
Specificatie Onderdeel van de pilot coffeeshops in samen werking met Trimbos instituut Type preventie selectief Soort interventie voorlichting Fase in ontwikkeling Wetenschappelijke good practice status
Resultaat
Alcohol Drugs Gokken
Bezoekers van coffeeshops worden geïnformeerd over de effecten en risico’s van cannabisgebruik en de mogelijkheden om risico’s te beperken. Voorlichtingsmateriaal wordt uitgezet in de coffeeshops.
Kinderen van patiënten Programma Kinderen van Ouders met Psychische of Verslavingsproblemen OPP/KVO deskundigheidbevordering voor intermediairs K 1. Voorlichting 2. Consultatie 3. Training ‘Cliënt, ouderschap en kinderen’ OPP/KVO cursussen voor patiënten/ouders K 1. Een steuntje in de rug 2. Gezinsinterventie 3. Ouder-peutergroep & Ouder-kleutergroep OPP/KVO cursussen voor kinderen/jongeren K 1. Speel-doegroep & Doe-praatgroep 2. Jongerencursus & Jongvolwassenencursus Bureau Basiszorg
Kinderen van patiënten
Programma Kinderen van Ouders met Psychische of Verslavingsproblemen (KOPP/KVO) Toelichting
Kinderen van patiënten
Er zijn in Nederland ongeveer 1,6 miljoen kinderen tot 22 jaar met een of twee ouders met psychia trische problematiek en 300.000 kinderen met een ouder met alcoholproblematiek (Bool et al., 2001). Opgroeien in een gezin met een ouder met psychische of verslavingsproblematiek is moeilijk. Kinderen krijgen vaak op een indringende wijze te maken met veranderingen in gedragingen van hun ouder en wisselende omstandigheden in de thuissituatie. De onvoorspelbaarheid van de sfeer thuis, de geringe informatie over wat er aan de hand is, en het gebrek aan geruststelling en steun blijken kinderen erg te belasten. Van de kinderen van ouders met een psychisch of verslavingsprobleem krijgt ongeveer een derde later zelf ernstige psychische problemen, zoals stemmingsstoornissen, angststoornissen en alcoholafhankelijkheid. De kans dat zij een stoornis ontwikkelen is anderhalf keer zo groot als bij andere kinderen. Van de kinderen van wie beide ouders een psychische stoornis hebben, krijgt 66 % ooit zelf een psychische stoornis. In de kinderpsychiatrische klinieken heeft 77% van de kinderen met een ontwikkelingsstoornis en 55 % van de kinderen met een gedragsstoornis een of twee ouders met een psychische stoornis. De kinderen lopen dus een aanmerkelijk verhoogd risico. De aard van de problemen die deze kinderen kunnen ontwikkelen verschilt per leeftijd en kind. Twee ontwikkelingen in de ouder-kind relatie zijn mogelijk, namelijk de ouder isoleert zich meer en meer van de opvoeding of er treedt een abnormale intensivering van de relatie met het kind op. Bij het jonge kind worden vaak separatie-angst, minder spontaan en angstig gedrag geconstateerd. Bij de wat oudere kinderen zien we stemmings- en gedragsveranderingen, zoals excessieve strijd
om aandacht of juist extreem teruggetrokken gedrag. Adolescenten kunnen kampen met agressief gedrag of sociale isolatie. Niet zozeer de aard van de problemen van de ouder blijkt bepalend te zijn voor het risico dat de kinderen lopen, maar veeleer het beloop van de problemen (al dan niet chronisch), de leeftijd van het kind bij aanvang van de problemen van de ouder, de kwaliteit van de ouder-kindrelatie, de wijze waarop de dagelijkse dingen hun doorgang kunnen vinden, de manier waarop het kind kijkt naar zichzelf en de ouderlijke problematiek, de aanwezigheid van steunfiguren binnen en buiten het gezin (voor zowel emotionele als praktische steun) en het competentieniveau van het kind om met de situatie om te gaan.
KOPP/KVO deskundigheidbevordering voor intermediairs Voor intermediairs zijn er de volgende interventies:
1. Voorlichting Toelichting Voorlichting voor intermediairs is bedoeld om hen alert te maken op de risico’s voor kinderen van ouders met psychische/verslavingsproblemen om zelf ook problemen te ontwikkelen én hoe deze mogelijke problemen voorkomen kunnen worden.
Werkwijze De deelnemers krijgen informatie over ouderschap en psychische problemen. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de (mogelijke) gevolgen die het opgroeien bij ouders met problemen met zich mee kan brengen. Besproken wordt wat deelnemers zelf kunnen doen voor kinderen van ouders met psychische en/of verslavingsproblemen. De voorlichtingen kunnen ook toegespitst zijn op specifieke thema’s of leeftijdscategorieën.
Specificatie
Tijdsduur
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie
Deelnemers zijn op de hoogte van de invloed die psychische/verslavingsproblemen kunnen hebben op het ouderschap en op de kinderen. Daarnaast hebben de deelnemers tips/adviezen gekregen hoe zij zelf aandacht kunnen besteden aan ouderschap en kinderen.
2. Consultatie Toelichting Werkers in de geestelijke gezondheidszorg, jeugdgezondheidszorg, jeugdhulpverlening, scholen en andere instellingen komen geregeld in contact met ouders met psychische, psychiatrische of verslavingsproblemen en/of hun kinderen. Ter ondersteuning van de dagelijkse praktijk kunnen deze intermediairs consultatie of advies vragen als zij twijfels of zorgen hebben over de kinderen van ouders met psychiatrische/ver slavingsproblemen.
Werkwijze Via telefoon, e-mail of face-to-face kunnen intermediairs een (anonieme) casus bespreken. De consultatie bestaat uit het inzichtelijk maken van de sociale situatie. Vervolgens krijgt de inter mediair advies hoe met het gezin om te gaan of welke vervolgstappen van belang zijn om te voorkomen dat het kind problemen ontwikkelt of dat de problemen verergeren.
4 tot 100 selectief voorlichting, deskundigheidsbevordering gestandaardiseerd good practice
Kinderen van patiënten
Fase Wetenschappelijke status
aantal bijeenkomsten variërend van eenmalige algemene voorlichting tot maandelijkse voorlichtingen op specifieke thema’s (4 - 6 uur per bijeenkomst)
Resultaat
KOPP/KVO deskundigheidbevordering voor intermediairs Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimaal/maximaal Type preventie Soort interventie Fase: gestandaardiseerd Wetenschappelijke status
individuele contacten variërend van 5 minuten tot 1 à 1,5 uur individuele consulten selectief consultatie good practice
Resultaat Deelnemers zijn in staat om de adviezen met betrekking tot de besproken casus om te zetten in acties.
eigen werksituatie te vergroten. De training is praktisch van opzet.
Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers minimum/maximum Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
3 bijeenkomsten (3 x 3 uur) en een terugkom bijeenkomst (1 x 3 uur) 6 tot 12 selectief deskundigheids bevordering gestandaardiseerd good practice
Resultaat
3. Training ‘Cliënt, ouderschap en kinderen’ Toelichting
Deelnemers die deze training hebben gevolgd, zijn beter in staat om gedurende de behandeling aandacht te besteden aan ouderschap en de kinderen van de patiënt. Daarnaast zijn de deelnemers in staat om binnen de eigen werksituatie aandacht voor ouderschap en kinderen te vergroten.
De training ‘Cliënt, ouderschap en kinderen’ ondersteunt hulpverleners uit de volwassenenzorg bij het bespreekbaar maken van ouderschap en het geven van aandacht aan de kinderen van de cliënt. Door de training raken de deelnemers meer gewend om te praten met en over ouder(schap) en kinderen en om in hun werksituatie meer aandacht te hebben voor de kinderen van de patiënten.
Werkwijze
Kinderen van patiënten
De deelnemers krijgen informatie over de cliënt als ouder, ouderschap en het bespreekbaar maken van ouderschap. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van kinderen en de gevolgen die het opgroeien bij ouders met problemen met zich mee kan brengen. Ook wordt stilgestaan bij de mogelijkheden om de aandacht voor ouderschap en kinderen van patiënten in de
KOPP/KVO cursussen voor patiënten/ouders Toelichting
Specificatie
Ouders met psychische problemen zijn vaak niet in staat op een goede manier te reageren op de emoties van het kind en zijn niet betrouwbaar/ consistent in hun reacties. Vanwege de eigen psychische problemen kunnen schuldgevoelens en gevoelens van schaamte of angst de overhand hebben in de ouder-kind relatie. Dit belemmert de affectieve relatie tussen ouders en kinderen. Schaamte blokkeert het vermogen om te denken over een mogelijk andere aanpak. Erkenning geven voor ouderschapstaken die de ouder wel kan uitvoeren is van groot belang om het zelfvertrouwen van de ouder te herstellen. Door hier aandacht aan te besteden is het ook mogelijk de tekortkomingen in hun functioneren en de risico’s voor de kinderen te bespreken.
Voor patiënten/ouders zijn er de volgende interventies:
Aantal deelnemers minimaal/maximaal Soort preventie Type interventie Fase Wetenschappelijke status
6 bijeenkomsten (6 x 2 uur) en een terugkom bijeenkomst (1 x 2 uur) 4 tot 10 selectief cursus gestandaardiseerd good practice, innovatieve interventie
Resultaat Deelnemers hebben meer kennis over de ontwikkelingsfasen van de kinderen en voelen zich sterker als ouder in de opvoedingssituatie. Ouders hebben meer mogelijkheden om in de opvoeding stil te staan bij de gevolgen van de eigen problemen voor de kinderen.
2. Gezinsinterventie
1. Een steuntje in de rug Opvoedingsondersteuning voor ouders psychische of verslavingsproblemen
Tijdsduur
met
Voor gezinnen waarvan (een van) de ouders psychische/verslavingsproblemen heeft
Werkwijze Werkwijze
Het gezin krijgt begeleiding van een preventie werker om de communicatie tussen de leden van het gezin te stimuleren. Deze spreekt met ouders en kinderen apart en daarna vanuit ieders perspectief, met het hele gezin. Het gezin krijgt informatie over de ziektebeelden van de ouder(s) en er wordt verband gelegd tussen de ervaringen van de gezinsleden. De preventiewerker screent het gezin. Zonodig wordt verwezen naar andere hulpverleningsinstanties. Gezinsleden krijgen ondersteunding bij het maken van toekomst plannen.
Kinderen van patiënten
De cursus is gericht op het op de voorgrond brengen van de ouderrol, de ouderschapsbeleving en de opvoedingstaken van de ouder met psychische problemen. Opvoedingsvaardigheden van de ouder komen in de bijeenkomsten aan bod en worden versterkt. Deelnemers vinden herkenning en steun door uitwisseling van ervaringen rond ouderschap en opvoeding. Ze krijgen informatie over de invloed van persoonlijke problemen op de ontwikkeling van kinderen. De persoonlijke problemen met de kinderen worden bespreekbaar gemaakt, rekening houdend met de leeftijden van de kinderen en aandacht voor de ontwikkelings fasen van kinderen.
KOPP/KVO cursussen voor patiënten/ouders Specificatie Tijdsduur Aantal deelnemers Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
6 tot 8 bijeenkomsten (1,5 uur per bijeenkomst) alle gezinsleden selectief gezinsbegeleiding gestandaardiseerd
ervaringen uit te wisselen. Ondertussen spelen de kinderen met elkaar onder begeleiding van een cursusleidster.
Specificatie Tijdsduur
evidence based
Resultaat Kinderen krijgen meer begrip voor de psychische problemen van hun ouders. Ze functioneren in alle opzichten beter dan andere kinderen in een vergelijkbare situatie. De ouders communiceren beter met hun kinderen en tonen meer begrip voor hun ervaringen. Ze vinden dat hun kinderen meer begrip hebben voor hun ziekte en er meer kennis over hebben. (Beardslee, 1997).
3. Ouder-peutergroep & Ouder-kleutergroep
Aantal deelnemers minimum/maximum Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
12 bijeenkomsten (12 x 2 uur) en een kennis makingsgesprek en evaluatiegesprek 8 ouders en kinderen selectief groepsbijeenkomsten gestandaardiseerd good practice, innovatieve interventie
Resultaat Het contact tussen ouder en kind versterkt, waardoor ook de hechting tussen ouder en kind verbetert. De ouders geven zelf aan dat ze een betere relatie met hun kind krijgen en beter op de behoeften van hun kind in kunnen spelen.
Groepen voor ouders met psychische of ver slavingsproblemen en hun peuter of kleuter
Werkwijze
Kinderen van patiënten
In groepsverband werken ouders in de ouderpeutergroep (1 tot 4 jaar) en ouder-kleutergroep (4 tot 6 jaar) aan het verbeteren van de ouderkindinteractie. Belangrijke aspecten hierbij zijn het samen spelen en het bespreken van opvoedingsgerelateerde zaken. Het eerste deel van de bijeenkomst is gericht op samen spelen. De ouders en kinderen ondernemen samen activiteiten om het contact tussen ouder en kind te versterken. Deze activiteiten zijn aangepast aan de leeftijd en de mogelijkheden van de kinderen. Het tweede deel van de bijeenkomst worden thema’s uit de opvoeding besproken en is er de mogelijkheid
KOPP/KVO cursussen voor kinderen/jongeren Toelichting Kinderen krijgen vaak op een indringende wijze te maken met veranderingen in gedragingen van hun ouder en wisselende omstandigheden in de thuissituatie. Het is belastend, kinderen voelen zich schuldig, gaan taken overnemen en eigen gevoelens en behoeften raken op de achtergrond. Ook komt het nogal eens voor dat het gezin zich uit schaamte afsluit van de omgeving en kinderen lopen ze de kans geplaagd te worden met hun ‘gekke’ ouder. Al deze factoren leiden ertoe dat deze kinderen een verhoogd risico lopen op het ontwikkelen van emotionele en gedragsproblemen.
Voor kinderen/jongeren zijn er de volgende interventies:
1. Speel-doegroep & Doe-praatgroep Voor kinderen met ouder(s) met psychische/of verslavingsproblemen
Specificatie Tijdsduur
Aantal deelnemers minimum/maximum Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
7 - 8 bijeenkomsten (7 - 8 x 1,5 uur), een terugkombijeenkomst (1 x 2 uur) en 2 ouderbijeenkomsten (2 x 1,5 uur) 4 tot 8 selectief groepsbijeenkomsten gestandaardiseerd good practice
Resultaat Deelnemers kunnen beter met de thuissituatie omgaan. Ze voelen zich gelukkiger en hebben een minder negatief zelfbeeld dan voor de cursus (Beurkens & Siebes, 1998; Ince et al., 2004)
2. J ongerencursus & Jongvolwassenencursus Voor jongeren met ouder(s) met psychische/of verslavingsproblemen
Werkwijze Werkwijze De jongeren (12 –15 jaar) en jongvolwassenen (16-25 jaar) cursussen zijn praatgroepen voor jongeren die opgroeien in een gezin waarvan een of beide ouders psychische problemen of verslavingsproblemen hebben. Op een ontspannen wijze wordt gerichte informatie gegeven over het ziektebeeld van de ouder(s) en praten ze over specifieke situaties waar ze thuis mee geconfronteerd worden. Het contact met en de steun van leeftijdgenoten is heel belangrijk. Voor ouders van de jongerencursus zijn er twee ouderbijeenkomsten.
Kinderen van patiënten
De speel-doegroep (7-8 jaar) en de doe-praatgroep (9-12 jaar) zijn groepen voor kinderen die opgroeien in een gezin waarvan een of beide ouders psychische of verslavingsproblemen heeft. Op ontspannen en speelse wijze wordt informatie gegeven over het ziektebeeld van de ouder(s). Kinderen oefenen met vaardigheden om specifieke situaties te hanteren, waarmee zij worden geconfronteerd. In de ouderbijeenkomsten staat de ouder-kind relatie centraal.
KOPP/KVO cursussen voor kinderen/jongeren Specificatie
Tijdsduur
Aantal deelnemers minimum/maximum Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
8 - 10 bijeenkomsten (8 x 1,5 uur), terugkombijeenkomst (1 x 1,5 uur) en 2 ouderbijeenkomsten van 1,5 uur (jongerencursus) 4 tot 10 selectief groepsbijeenkomsten gestandaardiseerd good practice
Resultaat Deelnemers kunnen beter met de thuissituatie omgaan. Ze voelen zich gelukkiger en hebben een minder negatief zelfbeeld dan voor de cursus (Beurkens & Siebes, 1998; Ince et al., 2004)
Kinderen van patiënten
Bureau Basiszorg Coördinatie van zorg rondom kinderen van ouders met psychische of verslavingsproblemen
gemaakt over wie wat doet en wanneer om het doel, voldoende basiszorg voor het kind, te realiseren.
Toelichting
Specificatie
In sommige gezinnen is sprake van multi-problematiek vanwege de chronische aard van de psychiatrische/verslavingsproblemen van de ouder of de regelmatig terugkerende episodes van terugval. De kinderen in deze gezinnen lopen een continu verhoogd risico zelf problemen te ontwikkelen vanwege de instabiliteit, de onveiligheid en de chroniciteit van de problemen. Doeltreffende samenwerking tussen hulpverleners uit verschillende sectoren is van essentieel belang om preventie van psychische problemen bij kinderen te bereiken.
Tijdsduur
Aantal deelnemers minimum/maximum Type preventie Soort interventie Fase Wetenschappelijke status
aantal bijeenkomsten, variërend van enkele maanden tot meerdere jaren. Gemiddeld zijn gezinnen 18 maanden à 2 jaar in coördinatie. individuele gezinnen selectief zorgcoördinatie gestandaardiseerd good practice, veelbelovende experimentele interventie
Werkwijze Resultaat Gezinnen die gebruik gemaakt hebben van Bureau Basiszorg zijn tevreden. De zorgcoördinatie heeft een positief effect op het gezin. Praktische ondersteuning, opvoedingsondersteuning en de heldere werkwijze met de afspraken vastgesteld op papier worden vooral als positief ervaren.
Kinderen van patiënten
Coördinatie van zorg rondom het gezin zorgt ervoor dat kinderen van ouders met psychiatrische/verslavingsproblemen voldoende basiszorg ontvangen. Dit wil zeggen dat kinderen voldoende dagelijkse verzorging krijgen, een regelmatig dag- en nachtritme, voldoende voorzieningen, dat ze naar school gaan en dat ze voldoende aandacht krijgen. Bureau basiszorg levert coördinatie maar verleent zelf geen hulp. Basiszorgcoördinatie biedt de mogelijkheid om de problematiek van deze gezinnen beter te managen. Het gaat daarbij om coördinatie met een preventief karakter, waarbij de basiszorgcoördinatoren in een vroeg stadium problemen signaleren en actie ondernemen om te garanderen dat de kinderen voldoende basiszorg ontvangen. De ouders van de kinderen zijn bekend binnen de ggz/verslavingszorg. De basiszorgcoördinator neemt contact op met de ouders en inventariseert welke hulp het gezin ontvangt. Vervolgens nodigt zij de ouder/verzorger en alle betrokken hulpverleners uit voor een gesprek. Er kan eerst een voorbespreking plaatsvinden met alleen hulpverleners. Er worden afspraken