Gevolgen op de uitkering uit het Gemeentefonds bij een voorziene herindeling van Noord-Groninger gemeenten
Opdrachtnemer:
PAUW B.V. Wilgenbos 2 3311 JX Dordrecht www.pauw-gemeentefonds.nl
Senior Consultant:
Dirk Jans
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Inhoudsopgave 1 2 3 4 5 6 7 8
Opdracht...................................................................................................... 3 Managementsamenvatting ....................................................................... 4 Algemene uitkering 2014 .......................................................................... 7 Analyse van het verschil 2014 ................................................................... 9 Meerjarenramingen algemene uitkering ............................................... 10 Frictie-uitkering .......................................................................................... 12 Besparingen ............................................................................................... 13 Bijlagen ...................................................................................................... 14 Bijlage 1 Basiseenheden per gemeente…………………………………………………….14 Bijlage 2 Uitkeringen per gemeente voor herindeling.......................................................... 15 Bijlage 3 Uitkering gemeentefonds na herindeling ............................................................... 16 Bijlage 4 Meerjarenberekening per gemeente……………………………………………….17 Bijlage 5 Frictie-uitkeringen……………………………………………………………………..18
2
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
1
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Opdracht
Ingevolge uw opdracht van 24 september 2013 zijn de gevolgen van een voorziene gemeentelijke herindeling per 1-1-2018 van 7 noord-Groninger gemeenten in beeld gebracht, voor zover deze van toepassing zijn op de uitkering uit het Gemeentefonds. Daarvoor moeten de volgende varianten worden aangebracht: • Indeling in twee clusters, namelijk o Cluster Hoogeland. Hieronder vallen de gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en Eemsmond (zonder Eemshaven). o Cluster Eemsdelta. Hieronder vallen de gementen Delfzijl, Appingedam en Loppersum. Tevens zal de Eemshaven tot dit cluster gaan behoren. • Eén nieuwe gemeente met alle huidige 7 gemeenten In de offerte van 17 september 2013 is de volgende aanpak aangeboden: • Het berekenen van de algemene uitkering in PAUW van de nieuw te vormen gemeente(n) voor de jaren 2014 t/m 2018 op basis van de zgn. septembercirculaire 2013. Om appels met appels te kunnen vergelijken wordt voor de uitkeringsfactor rekening gehouden met zgn. constante prijzen voor alle gemeenten, zowel de huidige gemeenten als de herindelingsgemeente(n). Het jaar 2014 wordt afgezet tegen de afzonderlijke 7 gemeenten vòòr de herindeling met een verschillenanalyse; • Het berekenen van de herindelingsbijdragen in de twee bovengenoemde varianten. In de variant van de clusters Hoogeland en Eemsdelta zal tevens de nieuwe regelgeving omtrent splitsing (van Eemsmond) worden meegenomen. • Het overdragen van de fictieve gemeenten in PAUW aan de opdrachtgever waarbij de berekeningen bewaard blijven; In de offerte is verder aangeboden dat de werkzaamheden kunnen starten per 30 september 2013 met een doorlooptijd van 3 weken. De werkzaamheden zullen resulteren in een conceptrapport dat telefonisch besproken zal worden. Uiterlijk 25 oktober wordt het rapport dan definitief opgeleverd. De zeven gemeenten hebben de heer Meijer van de gemeente Eemsmond als contactpersoon aangewezen. Met hem is in mailverkeer afgesproken dat de belangrijkste conclusies worden gedeeld uiterlijk woensdag 16 oktober in verband met een vergadering met vertegenwoordigers van de herindelingsgemeenten op donderdag 17 oktober. Voor de benodigde basisgegevens (WOZ-waarden, aantal inwoners, jongeren, woonruimten, leerlingen, bijstandsontvangers, lage inkomens en dergelijke) is gebruik gemaakt van de bekende gegevens in PAUW (Product Algemene Uitkering op het Web), onze internetapplicatie voor de berekening en analyse voor het gemeentefonds waar alle 7 gemeenten die betrokken zijn in dit onderzoek op geabonneerd zijn. Wat betreft de splitsing van de gemeente Eemsmond in een deel inclusief en exclusief de Eemshaven heeft de gemeente Eemsmond de gegevens aangeleverd. We praten dan over WOZ-waarde van niet-woningen (891.902.000) en oppervlakte (1.130 ha). Daarnaast is een prognose opgevraagd bij het CBS van een aantal basisgegevens zoals die zullen ontstaan na de herindeling. Te denken valt aan lokaal en regionaal klantenpotentieel, omgevingsadressendichtheid, diverse bodemfactoren , percentage slechte grond, oppervlakte buitenwater enzovoort.
3
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
De regelgeving en informatie die bekend is volgens de septembercirculaire 2013 is leidend. Dat betekent onder andere dat: • De rijksmaatregelen ter waarde van € 6 miljard zijn verwerkt zoals opgenomen in de miljoenennota 2014. Het recent gesloten ‘herfstakkoord’ is niet meegenomen. Dat geldt ook voor alle nog komende rijksmaatregelen in de aanloop van 2018. • Er (afgezien van enkele invoeringskosten) geen middelen zijn opgenomen voor de zgn. 3 D – operatie, de taakoverdracht aan gemeenten vanaf 2015 voor jeugdzorg, AWBZ en Participatiewet. • De uitbreiding van de frictie-bijdrage van 25% in het jaar voorafgaand aan de herindeling is verwerkt. • De effecten van de herijkingsoperatie van clusters in 2014 en daaraan gekoppeld de harmonisatie van de definitie ‘woonruimte’ zijn niet meegenomen. Deze worden in januari 2014 bekend.
2
Managementsamenvatting
Verdeelmaatstaven De omvang van de algemene uitkering wordt bepaald door een groot aantal verdeelmaatstaven. De eenheden van de verdeelmaatstaven zullen in de meeste gevallen bij een herindeling van de bij de herindeling betrokken gemeente bij elkaar geteld kunnen worden zodat een nieuwe unieke maatstaf ontstaat voor de nieuwe gemeente. Toch leiden niet alle bij elkaar opgetelde eenheden tot een evenredige stijging. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de maatstaven ‘schaalvoordeel en –nadeel WWB’. Deze maatstaven gelden ter compensatie van de uitkvoeringslasten van bijstandsverlening. In de formule van de maatstafberekening zit een drempel waardoor de nieuwe gemeente een lager bedrag ontvangt. Naarmate het aantal bijstandsontvangers toeneemt wordt het verschil steeds groter, vanuit de veronderstelling dat een grotere gemeenten efficiëncywinsten kunnen behalen. Voor cluster Hoogeland is de verlaging € 545.000, voor cluster Eemsdelta € 525.000 en voor de 7 gemeenten samen is het € 1.625.000. Zo’n drempel is ook aan de orde bij de sterke groei van leerlingen Voortgezet Onderwijs. Hier moet ten opzichte van 10 jaar geleden een drempel van 10% worden overschreden. In de huidige situatie krijgen drie van de zeven gemeenten een uitkering. Als de zeven worden samengevoegd is dat niet meer het geval. Een andere maatstaf met een groot effect is het buitenwater. Daar is een maximum aan gebonden van 10.000 ha. Met name als de 7 gemeenten worden samengevoegd gaan veel hectaren verloren. Dat kost ± € 500.000. De laatste maatstaf die we in dit verband noemen is de krimpgemeenten. Ook hier een drempel, van 1% ten opzichte van het aantal inwoners 7 jaar geleden. Dat kost het cluster Hoogeland € 121.600 en daarmee de 7 gemeenten samen ook. Het meest in het oog springend is uiteraard het vaste bedrag van ± € 400.000 dat iedere gemeente ontvangt voor kosten als salaris burgemeester, maken van verordeningen en dergelijke. Zo’n vaste component ad ± € 26.000 zit ook in de WMO-uitkering. Hierdoor ontvangt het cluster Hoogeland € 1.285.000 minder, cluster Eemsdelta € 857.000 minder en de 7 gemeenten € 2.570.000 In een aantal gevallen is de verdeelmaatstaf herberekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In paragraaf 3 is te lezen welke maatstaven dat zijn. Zo is bij het ‘percentage slechte grond’, ‘bodemfactor gemeente’, ‘bodemfactor buitengebied’,
4
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
‘bodemfactor woonkernen’ en de ‘omgevingsadressendichtheid’ een nieuw gewogen gemiddelde berekend. Algemene uitkering 2014 Op basis van de september-circulaire 2013 is voor de zeven gemeenten in twee varianten de algemene uitkering voor 2014 berekend vanuit de veronderstelling dat dit het eerste jaar na de herindeling op 1 januari is. Uiteraard is bekend dat de huidige planning uitkomt op 2018, maar voor het maken van berekeningen is het nodig dat maatstafgewichten (en uitkeringsfactoren) herleidbaar zijn uit circulaires van het ministerie BZK. Die maatstafgewichten voor het jaar 2018 worden echter niet genoemd in de september-circulaire. Deze uitkeringen voor het jaar 2014 bij elkaar opgeteld bedragen als volgt: Cluster Voormalige Nieuwe Waarvan verschil gemeenten gemeente effect Eemshaven Hoogeland 54.165.300 53.049.905 1.267.596 -1.115.395 Eemsdelta
57.545.105
55.086.865
-1.267.596
7 gemeenten
111.710.405
106.617.997
-2.458.240 -5.092.408
Ter toelichting op de tabel het volgende: • De eemshaven wordt afgesplitst van het cluster Hoogeland en gaat naar cluster Eemsdelta. Dat is al in de cijfers verwerkt. Men zou kunnen denken dat een groter gebied een hogere uitkering tot gevolg heeft. Dat is echter maar een deel van het verhaal. De haven bevat grote bedrijfspanden met, absoluut gezien, hoge WOZ-waarden. Die WOZ-waarden zijn een aftrekpost in het gemeentefonds. De nieuwe gemeente Eemsdelta kan dat in meerdere of mindere mate compenseren door OZB te heffen. • Het verschil is voor de 7 gemeenten groter dan voor de beide clusters samen. Dat komt doordat de maatstaven als bodemfactoren die een andere gemiddelde krijgen. • Het gemis aan vaste bedragen veroorzaken het grootste deel van de verschillen. Dat is voor Eemsdelta ± € 850.000, voor Hoogeland ± € 1.285.000 en voor de 7 gemeenten samen € 2.570.000. In de frictie-uitkering wordt dit tijdelijk gecompenseerd. Meerjarenramingen algemene uitkering De algemene uitkering voor de nieuwe gemeente is doorgerekend voor de jaren 20142018 op basis van de september-circulaire 2013. De resultaten ziet u in onderstaande tabel. De berekeningen zelf zijn weergegeven in bijlage 3. Er is rekening gehouden met uitkeringsfactoren tegen constante prijzen (2015: 1,422 ; 2016: 1,398 ; 2017: 1,383 ; 2018: 1,359). Dat betekent dat de groei ontdaan is van het effect van inflatie.
Meerjarenraming Algemene Uitkering Cluster Hoogeland Cluster Eemsdelta7 7 gemeenten samen
2014 53.049.905 55.086.865 106.617.997
2015 49.367.676 51.177.350 99.119.858
5
2016 48.674.363 49.733.841 97.026.691
2017 48.164.467 49.026.559 95.845.094
2018 47.459.124 48.133.937 94.251.226
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Zie verder paragraaf 5 van dit rapport. Frictie-uitkering De frictie-uitkering is de vergoeding voor tijdelijke uitgaven verband houdend met de herindeling. In paragraaf 6 wordt dat verder toegelicht. De vergoeding is afhankelijk van het werkelijke aantal inwoners op 1 januari van het jaar voorafgaand aan de herindeling alsmede de uitkeringsfactor in dat jaar T-1 (i.c. 1.402). Daar hebben we een inschatting van gemaakt. De uitkomst is dus richtinggevend.
Frictie-uitkering Cluster Hoogeland Cluster Eemsdelta 7 gemeenten samen
T-1: 25% 3.003.608 1.984.974 6.074.460
T: 40% 4.805.773 3.175.956 9.719.133
6
T+1: 20% 2.402.887 1.587.978 4.859.566
T+2: 20% 2.402.887 1.587.978 4.859.566
T+3: 20% 2.402.887 1.587.978 4.859.566
Samen 15.018.042 9.924.963 30.372.290
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
3
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Algemene uitkering 2014
Zoals eerder beschreven kunnen niet de eenheden van alle maatstaven bij elkaar worden opgeteld. In een aantal gevallen is de verdeelmaatstaf een herberekening van de formule door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) uitgevoerd.
Maatstaf, cluster Hoogeland
Meerkernigheid Kernen minimaal 500 adressen Omgevingsadressendichtheid Klantenpotentieel lokaal Klantenpotentieel regionaal Bodemfactor woonkernen Bodemfactor buitengebied Bodemfactor gemeente Percentage slechte grond
Maatstaf, cluster Eemsdelta
Meerkernigheid Kernen minimaal 500 adressen Omgevingsadressendichtheid Klantenpotentieel lokaal Klantenpotentieel regionaal Bodemfactor woonkernen Bodemfactor buitengebied Bodemfactor gemeente Percentage slechte grond
Maatstaf, 7 gemeenten samen
Meerkernigheid Kernen minimaal 500 adressen Omgevingsadressendichtheid Klantenpotentieel lokaal Klantenpotentieel regionaal Bodemfactor woonkernen Bodemfactor buitengebied Bodemfactor gemeente Percentage slechte grond
E
B
13 4 360 14.860 2.910 1,08 1,35 1,32 6
3 1 621 8.720 1.830 1,36 1,27 1,26 88
D
11 3 605 26.550 20.090 1,29 1,23 1,24 64
A
1 1 980 13.050 8.320 1,31 1,32 1,32 82
H
41 12 373 43.490 7.620 1,14 1,10 1,11 36
E
27 5 626 47.560 37.310 1,28 1,22 1,22 64
DM
herberekend nieuwe gemeente
W
16 4 150 8.320 320 1,10 1,05 1,06 0
9 3 405 11.500 2.150 1,22 1,21 1,22 73
41 12 373 43.490 7.620 1,14 1,10 1,11 36 Totaal
herberekend nieuwe gemeente
L
16 2 186 7.520 320 1,22 1,18 1,19 62
herberekend nieuwe gemeente
68 17 498 91.020 45.410 1,20 1,14 1,15 45 Totaal
Effect gemeentefonds
27 5 626 47.560 37.310 1,28 1,22 1,22 64 Totaal
-26.920 -41.933 +15.564 + 37.513 +193.948 -1.212 -4.854 +21.053 -39.099 +154.058
Effect gemeentefonds
-26.920 -41.933 +17.372 + 42.107 +214.449 -60.237 -39.958 -53.398 -245.802 -194.320
NB. De bedragen in de laatste kolom van deze tabel zijn inclusief de uitkeringsfactor ad 1,488.
7
Effect gemeentefonds
0 0 - 4.742 + 6.890 +9.444 -21.792 -11.784 -60.963 -122.638 -205.585
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
De definitie van de maatstaf ‘kernen’ moet niet worden verward met bebouwde kom. Het gaat hier om zgn. rastervierkanten van 500 bij 500 meter met minimaal 25 woningen. Als deze aan elkaar grenzen worden ze als 1 kern gerekend. Dat is het geval bij de kernen Delfzijl en Appingedam. Dit geldt dan tevens voor de maatstaf ‘kernen met minimaal 500 adressen. Dat kost samen bijna ± € 70.000. Wat betreft klantenpotentieel worden de nieuwe gemeenten in de verschillende varianten volgens de definitie van de maatstaf aantrekkelijker dan de huidige afzonderlijke, zowel voor de eigen bevolking als het achterland. Alle zeven de gemeenten hebben een slappe bodem. De geeft extra kosten en daarmee ook een hogere vergoeding uit het gemeentefonds. Bij alle vier maatstaven die daar betrekking op hebben is het door het CBS herrekende gewogen gemiddelde lager dan het rekenkundig gemiddelde. Dat komt omdat de huidige gemeenten met de meest slappe bodem een relatief klein grondgebied hebben. Voor de afzonderlijke gemeenten bedraagt de algemene uitkering voor 2014: Eemsmond: € 18.118.024 Bedum: € 9.620.631 De Marne: € 12.768.306 Winsum: € 13.658.339 Subtotaal: € 54.165.300 Cluster Hoogeland € 53.049.905 Verschil € 1.115.395 Aandeel Eemshaven € 1.267.596 Totaal: € 2.382.991
Delfzijl Appingedam Loppersum Subtotaal Cluster Eemsdelta Verschil Aandeel Eemshaven Totaal
€ 30.958.215 € 15.054.161 € 11.532.729 € 57.545.105 € 55.086.865 € 2.458.240 € - 1.267.596 € 1.190.644
Gemeenten in cluster Hoogeland Gemeenten in cluster Eemsdelta Subtotaal Nieuwe berekening 7 gemeenten Verschil
€ 54.165.300 € 57.545.105 € 111.710.405 € 106.617.997 € 5.092.408
Voor de goede orde merken wij op dat de frictie-uitkering, zoals die later in dit rapport wordt berekend, niet is meegenomen in de vergelijking.
8
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
4
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Analyse van het verschil 2014
Het verschil wordt grotendeels verklaard uit het wegvallen van het vaste bedragen in de uitkering. In onderstaande tabel is een totaal analyse opgenomen. Per afzonderlijk vermeld bedrag is de uitkeringsfactor al begrepen in het berekende bedrag. Cluster Hoogeland Effect Eemshaven Krimpgemeenten 10a, 10b WWW schaalvoor- en nadeel Buitenwater 15b extra groei leerlingen Maatstaven met herberekening volgens CBS, zie vorige paragraaf 39 vast bedrag 62 Vast bedrag WMO Totaal
Verschil +1.267.597 -121.607 -545.373 -194.791 -30.200 -205.585 -1.207.436 -78.000 -1.115.395
Cluster Eemsdelta Effect Eemshaven Krimpgemeenten 10a, 10b WWW schaalvoor- en nadeel Buitenwater 15b extra groei leerlingen Maatstaven met herberekening volgens CBS, zie vorige paragraaf 39 vast bedrag 62 Vast bedrag WMO Totaal
Verschil -1.267.597 0 -524.352 +36.607 0 +154.058 -804.958 -52.000 -2.458.241
7 gemeenten samen Effect Eemshaven Krimpgemeenten 10a, 10b WWW schaalvoor- en nadeel Buitenwater 15b extra groei leerlingen Maatstaven met herberekening volgens CBS, zie vorige paragraaf 39 vast bedrag 62 Vast bedrag WMO Totaal
Verschil 0 -121.607 -1.623.222 -502.083 -80.302 -194.320 -2.414.874 -156.000 -5.092.409
9
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
5
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Meerjarenramingen algemene uitkering
De algemene uitkering voor de nieuwe gemeente is op basis van de septembercirculaire 2013 doorgerekend voor de jaren 2014-2018. De resultaten ziet u in onderstaande tabel voor de situatie met samenvoeging van 7 gemeenten. In de berekening van het meerjarenperspectief is uitgegaan van uitkeringsfactoren tegen constante prijzen. Dat betekent dat de cijfers zijn ontdaan van inflatie. De berekeningen zelf zijn weergegeven in bijlage 3.
Meerjarenraming Algemene Uitkering eindstand
2014 106.617.997
2015 99.119.859
2016 97.026.692
2017 95.845.094
2018 94.251.227
In onderstaande tabel zijn de verschillen tussen de uitkeringsjaren weergegeven. NB. In de meerjarenberekening is de frictie-uitkering voor de herindeling niet meegenomen. Het meerjarenperspectief van de frictie-uitkering is uiteengezet in hoofdstuk 6. De berekeningen zijn gemaakt op basis van constante prijzen. Bedragen x € 1000,-. Bedragen onder € 5.000,- worden niet vermeld. De eindstand van jaar T is de beginstand van jaar T+1. Vergelijking september-circulaire 2013 tussen de uitkeringsjaren berekening beginstand, bedragen x € 1.000 uitkeringsfactor
ontwikkeling uitkeringsbasis
taakmutaties
10
2014
2015
2016
2017
104.050
106.618
99.120
97.027
2018 95.845
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Vergelijking september-circulaire 2013 tussen de uitkeringsjaren
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
2014
2015
2016
2017
2018
106.618
99.120
97.027
95.845
94.251
IU/DU/SU
WOZ
afronding berekening eindstand (x € 1.000)
NB De beginstand is de hoogte van de algemene uitkering van het jaar t-1. De eindstand geeft de algemene uitkering voor het betreffende jaar (t). De plus en minbedragen ertussen zijn de mutaties tussen het jaar t en het jaar t-1. De vergelijking is een vergelijking tussen de jaren en niet ten opzichte van eerdere circulaires! Een mutatie in enig jaar loopt structureel door als hij niet in de andere jaren gecorrigeerd wordt. In tegenstelling tot de andere tabellen in dit rapport moeten de bedragen met € 1.000,vermenigvuldigd worden. Hieronder zullen de achtergronden van de diverse mutaties per categorie kort uiteengezet worden. Ad uitkeringsfactor:
Ad Ontwikkeling uitkeringsbasis; Ad Taakmutaties:
Ad IU/DU/SU:
Ad WOZ:
11
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
6
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Frictie-uitkering
Als gevolg van een gemeentelijke herindeling ontstaan gedurende de eerste jaren kosten die als frictiekosten benoemd kunnen worden. Voor deze tijdelijke kosten wordt een frictie-uitkering ontvangen. Te denken valt aan externe begeleiding in de voorbereiding, automatiseringskosten, harmonisatie van verordeningen, desintegratie van personeel, open houden van servicepunten in de dorpen enzovoort. De vergoeding is afhankelijk van het werkelijke aantal inwoners op 1 januari van het jaar voorafgaand aan de herindeling alsmede de uitkeringsfactor in dat jaar T-1 (i.c. 1.402). Daar hebben we een inschatting van gemaakt. De uitkomst is dus richtinggevend. Die frictie-uitkering werd tot voor kort uitgekeerd in 4 termijnen vanaf het jaar van herindeling (het jaar T), in porties van 40 – 20 – 20 – 20%. Thans is een regeling in de maak waarbij het jaar voorafgaand aan de herindeling een extra bijdrage wordt gegeven van 25% die gelijkelijk wordt verdeeld onder de gemeenten die in de herindeling worden betrokken. In het cluster Hoogeland krijgt dus iedere afzonderlijke gemeente in het jaar T-1 € 750.000, in het cluster Eemsdelta is dat € 660.000, en als de 7 gemeenten samen gaan is het € 870.000.
Frictie-uitkering Cluster Hoogeland Cluster Eemsdelta 7 gemeenten samen
T-1: 25% 3.003.608 1.984.974 6.074.460
T: 40% 4.805.773 3.175.956 9.719.133
T+1: 20% 2.402.887 1.587.978 4.859.566
T+2: 20% 2.402.887 1.587.978 4.859.566
T+3: 20% 2.402.887 1.587.978 4.859.566
Hoewel de nieuwe clusters ongeveer evenveel inwoners krijgen, krijgt Eemsdelta een veel lagere frictie-uitkering dan Hoogeland. Dat houdt verband met de formule, waarin het aantal herindelingsgemeenten een rol speelt (hoe meer, hoe hoger de uitkering) en de grootste gemeente in de berekening buiten beschouwing blijft. NB. Momenteel is tevens een regeling in de maak waarbij ingeval van splitsing een extra vergoeding wordt gegeven van 10% boven een reguliere herindeling. Er is echter alleen van splitsing sprake als er meer dan 10% van het grondgebied over gaat naar de nieuwe gemeente. Daaronder wordt het een grenscorrectie genoemd, en wordt geen (extra) vergoeding gegeven. In de situatie van de gemeente Eemsmond wordt de Eemshaven afgesplitst, doch gaat het om minder dan 10% van het grondgebied. Daar heb ik dus niets mee gedaan. Voor de berekening wordt verwezen naar bijlage 5.
12
Samen 15.018.042 9.924.963 30.372.290
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
7
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Besparingen
Welke variant in combinatie van gemeenten ook gekozen wordt, altijd zal de nieuwe gemeente het in structurele zin moeten doen met minder geld dan in de oude situatie. Zoals gezegd komt dat vooral door het gemis van het zgn. vaste bedrag. Er zijn echter ook besparingen denkbaar. Denk vooral aan bestuurskosten zoals burgemeesters, gemeentesecretarissen, griffiers, raadsleden, verordeningen en huisvesting. Maar ook minder kosten aan beleidsontwikkeling en – uitvoering. Ervaring in andere herindelingsgemeenten levert al gauw 10 tot 15% minder ambtenaren op. Wel zullen ze van een hoger niveau moeten zijn, want functioneren in een grotere organisatie vergt veelal een ander abstractieniveau van denken.
13
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
8
Bijlagen
Bijlage 1 Eenheden
14
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Bijlage 2 Uitkeringen per gemeente voor herindeling
15
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Bijlage 3 Uitkering gemeentefonds na herindeling
16
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Noord-Groninger gemeenten Rapport over
Bijlage 4 Berekening meerjarenraming herindelingsgemeente(n)
17
oktober 2013 Versie 1.0 Gevolgen uitkering Gemeentefonds bij herindeling van gemeenten
Bijlage 5 Berekening frictie-uitkeringen
18
Noord-Groninger gemeenten Rapport over