5-11-2013
GESTEENTEN HERKENNEN Mirjam Jansens en Harald Swen
Mirjam Jansens en Harald Swen
Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging
INVLOED GESTEENTE OP BERGSPORT Iedere gesteente verweert anders en dat levert een bepaalde klimstijl op. Niet gewend aan soort gesteente? Dan vaak meer moeite met bepaalde moeilijkheidsgraad. Ook is er invloed op de veiligheid. Denk aan breuken en scheuren, scherpe kanten en afbrekende grepen. En aan wrijving en sterkte van de haken in de rots. Expositie -> hoe zuidelijker/hoger, hoe ruwer de rots. Hellingen op het noorden in noordelijk klimaat=meestal geen beklimbare rots omdat organisch materiaal ophoopt. Minder ruw dan in zuiden. Hoogte -> Hoe groter de hoogte, hoe extremer de erosie Aard rots/Gelaagdheid -> Breukvlakken langs de gelaagdheid. Gaten/holtes zijn er niet voor niets: zachte rots. Alleen zandlopers plaatsen indien dik genoeg Vocht -> Nat gesteente wordt glad (korstmos en algen) en met water verzadigde rots stort sneller in dan droge rots. Corrosie door water in boorgat, niet 1 haak vertrouwen/afdalen Scherpe kanten -> Pas op met touwverloop, goed verlengen of dubbeltouw
1
5-11-2013
KALKSTEEN Voorkomen Typisch grijze oppervlaktelaag op gelige/witte rots. Soms grote sleuven, maar ook wanden met kleine greepjes. Duidelijk kleurverschil tussen oorspr. kleur in overhang en de grijze rots waar water over heen stroomt. Kalksteen is het gesteente bij uitstek voor sportklimmen: de bekende Zuid-Europese sportklimgebieden, de multipitchroutes in de Noordelijke Kalkalpen en veel van de rotsen in België. Escalete en Sierra de Guara, Spanje. Foto’s: Harald Swen.
KALKSTEEN De ene kalk is de andere niet Een voorbeeld van een zachte kalkrots met oppervlaktekorst in Geyik Bayiri. In dit gebied is enkele jaren geleden een schijnbaar solide stuk rots met 2 routes erop afgebroken doordat de rots vol water zat na neerslag. Dit soort rots bestaat uit een poreus slecht verkit conglomeraat (kalk in kalk-matrix). Andere kalkrotsen bestaan uit relatief solide dikke lagen: bijv. Sisteron/Orpierre/Freyr. Geyik Bayiri, Tur (boven) en Sisteron, Fr (onder). Foto’s: Internet.
2
5-11-2013
KALKSTEEN Oplossen en neerslaan Colonettes (druipsteen/flowstone) worden gevormd doordat water over de rots stroomt, verdampt en de opgeloste kalk achterblijft. Vaak is alleen de buitenste laag harde rots en de rest prut! De bobbeltjes in op flowstone worden gevormd door algen die op natte rots groeien in vochtige periodes. Het afstromende water verdampt en de kalk in de oplossing blijft achter.
Geyik Bayiri, Tur (boven) en Alcalali, Sp (onder). Foto’s: Harald Swen.
KALKSTEEN Karst In de bergen vind je vaak karstverschijnselen. Dat is de naam die gegeven wordt aan de vormen die ontstaan door oplossing van kalk. Je vindt karst vooral op horizontaal gelaagde rotsplateaus (Hochkonig, Steinernes Meer, Kroatie). De ‘Wasserrillen’ op de foto ontstaan door afstromend regenwater. De rotsstructuur onder de keiharde buitenste laag kan veel slechter zijn. Deze foto is genomen op de Zuidoostwand van de Eiger in de route Märmelibahn. De berg is berucht om de losse ‘dakpan’-rots. Märmelibahn, Eiger, CH. Foto’s: Internet.
3
5-11-2013
KALKSTEEN Kenmerken Druipsteen: Colonnettes, flowstone, concreties en stalagtieten. Watergaatjes = scherpe gaatjes gevormd door vallend water. Oppervlaktekorst = solide korst op prutgesteente. Oppervlak lijkt bedrieglijk vast, maar is dat niet. Haken in colonnetterots of prutrots = kunnen water aanboren en moet je niet al te veel niet te veel vertrouwen. Nuts/friends = gladde rots heeft weinig wrijving. Gebieden Plaat: Freyr, Corphalie, Hochkonig, Les Awirs Wand: Wendenstocke, Verdon, Siurana, Pembroke, Presles, Taghia Overhang: Venasque, Frankenjura, Seyes, Claret, Kalymnos, Santa Linya, Geyik Bayiri, Thailand
DOLOMIET VS KALK Chemisch? Verschil met kalk: geen CaCO3, maar CaMg(CO3)2. Dolomiet lost itt kalksteen niet op in water. De verwering is voornamelijk mech. ipv chem./mech. Geen typische ‘wasserrillen’ of watergaatjes dus. Omdat de verhouding Ca/Mg varieert, varieert ook de mate van typische dolomiet-eigenschappen. Op de bovenste foto een typisch kalkgebergte, op de onderste foto de Dolomieten (Tre Cime di Lavaredo, I). Let op de puinhelling onder de verticale wand, i.t.t. de grashelling onder de hellende kalkwanden. Engelhorner, CH (boven) en Tre Cime di Lavaredo, IT (onder). Foto’s: Harald Swen.
4
5-11-2013
DOLOMIET Verkitten Omdat dolomiet veel minder goed oplost zal er ook veel minder verkitting van het basismateriaal zijn. Daardoor worden de losse structuren waaruit de rots is opgebouwd (blokjes of korrels of prut...) veel minder vast gezet dan bij kalk. Toch is het geen zwart/wit verhaal. Ook op hellend tot verticaal Dolomiet vind je vaak een grijze oppervlaktelaag die voor structuur en vastheid zorgt.
Horrordolomiet met een oude artif-haak. Sarca, IT. Foto: Internet.
DOLOMIET Klimstijl Klassieke routes lopen vaak via grote features zoals versnijdingen, schoorstenen e.d. De rots is daar meestal niet echt goed te noemen. Moderne routes lopen over mooie strakke wanden met vaak verrassend solide rots. Je vind veel platte grepen en randjes en (zandloper)gaatjes. Grote klimstructuren zoals flakes, spleten kom je zelden tegen op dolomiet. Compleet gladde wrijvingsplaten eigenlijk nooit. Specifiek materiaal: kevlartouwtjes en kleine friends of nuts. Horrordolomiet en relatief strakke wanden. Foto’s: internet en Harald Swen.
5
5-11-2013
DOLOMIET Kenmerken Steile rots met soms brokkelige overhangen of zones. Geen colonnettes, flowstone, concreties of stalagtieten. Wel soms watergaatjes en een grijze oppervlaktekorst op verticale/hellende rots. Verhouding Mg/Ca varieert waardoor het uiterlijk en de eigenschappen van de rots ook sterk kunnen variëren. Redelijk goed mogelijk met Nuts/friends = gladde rots heeft weinig wrijving. Gebieden Dolomieten, Beez, Dave, Ith, Tarn/Jonte, Siurana. In veel klimgebieden wordt de rots kalksteen genoemd maar is de rots in werkelijkheid in meer of mindere mate gedolomitiseerd.
GRANIET Middengebergte vs. alpien Je kunt grofweg twee uiterlijke verschijningsvormen van graniet onderscheiden. In de meeste Europese sportklimgebieden is graniet vaak rond verweerd – de zogenaamde Wollsackverwering. Je vind vaak weinig grepen en treden, veel wrijving en grote passen. In het hooggebergte heeft graniet vaak blootgestaan aan glaciaties en bijbehorende drukontlasting. De rots is ‘vers’ en vaak verbroken met scherpe hoeken en spleten.
Wollsackwitterung in de Harz (D) en hoog-alpien graniet, Urner Alpen, CH. Foto’s: Harald Swen.
6
5-11-2013
GRANIET Klimmen en zekeren In spleten en versnijdingen kun je ideaal zelf zekeren met cams/nuts. Bij lange en continue spleten wel vaak veel dezelfde maten nodig… De 'glimmers' in het gesteente vormen soms klompen, de zogernaamde 'chickenheads' die perfecte grepen zijn.
Klimmen op de Salbit, Urner Alpen, CH. Foto: Harald Swen.
GRANIET Verwering Behalve de Wollsackverwering in gematigd klimaat en de alpiene verwering door drukontlasting is er in de buurt van zee een bijzonder soort verwering. Er kunnen met name in graniet Tafoni's ontstaan - grote gaten vergelijkbaar met de honingraten in zandsteen. De gaten ontstaan o.i.v. weer en wind en vocht door geleidelijk groter worden van kleine gaatjes en afzetten van cementerende en stabiliserende mineralen aan de rand van het gat.
Tafoni op Corsica, Fr en aan de Humboldt-coast, VS. Foto’s: internet.
7
5-11-2013
GRANIET Kenmerken Alpien vaak steile rots met scherpe hoeken, spleten en versnijdingen. Pas op voor doorsnijden touw op scherpe kanten. Niet oplosbaar in water, dus gelijkmatige erosie en verwering. Soms een bros oppervlak omdat de zwakste mineralen uitverweren en de harde mineralen slecht verkit overblijven. Vaak solide met cams/nuts te zekeren en goede wrijving. In ‘verse’ spleten vaak veel zelfde maat cams nodig. Gebieden Handegg, Grimsel, Salbit, La Pedriza, Yosemite, Bergell, Mont Blanc, Harz, Cornwall.
BASALT Vorm Door de snelle afkoeling en krimp is de rots gestold in zeskantige zuilen. Vaak relatief greeploos maar wel veel spleten of ‘klemkanten’. Lastige klimstijl als je het niet gewend bent! En als iets los komt, komt er een fors blok naar beneden donderen…
Oregon, VS? Foto’s: internet.
8
5-11-2013
BASALT Vorm Basalt kan variëren van ruw tot spekglad afhankelijk van de textuur en de hoeveelheid poriën in de rots. Bij ons in de buurt in Ettringen is in deelgebieden (Finsterlay/Schwarzer Zirkel) erg gladde rots te vinden waarin cams niet goed blijven zitten. Dit geldt overigens ook voor andere erg gladde rots!
Finsterlay, Ettringen, D. Foto: Harald Swen
BASALT Kenmerken Houdt je niet van hoeken, spleten en versnijdingen? Dan snel iets anders opzoeken. Vaak lange spleten van zelfde breedte, maar meer structuur in de spleet dan bij zandsteen of graniet. Bovenaan de rots vaak overgang naar zacht, brokkelig gesteente (tuf e.d.) dus niet uitklimmen boven de eindhaak / niet van boven inhangen ('verboden' in Ettringen!) Veel zelfde friends nodig – vaak onvoldoende mee… Rots kan zo glad zijn (glasachtig) dat friends in parallele spleten een val niet houden! Daarom dubbele zekeringen plaatsen indien cruciaal Gebieden Ettringen, Smith Rock en veel andere gebieden in Noordwesten VS, Sardinië, IJsland, Fair Head (Noord Ierland).
9
5-11-2013
CONGLOMERAAT Voorkomen Conglomeraat vormt vaak torens die typische afgeronde vormen hebben – van veraf daarom al makkelijk te herkennen. In Spanje zijn erg klimgebieden in conglomeraat te vinden. Klimmen Hoewel het er eng uit ziet en voelt, is veel conglomeraat van prima kwaliteit. De rotskwaliteit in de (meest weinige) spleten is vaak niet heel goed.
Mallos de Riglos, Spanje en Montserrat, Spanje. Foto’s: Harald Swen
CONGLOMERAAT Vorm De kiezels kunnen in alle soorten en maten zijn en als basismateriaal uit alle soorten rots bestaan. Soms is de ‘kit’ een zandsteenmatrix, soms een kalksteenmatrix. Het gesteente kan los zijn: helm op! Klimgebieden Montserrat, Montsant, Nideggen, Pfalz/Elsas, Riglos.
Roche à Frene, België en Mallos de Riglos, Spanje. Foto’s: Harald Swen
10
5-11-2013
ZANDSTEEN Voorkomen Zandsteen is meestal niet erg vast. De korrels verkitten bij de gratie van een laagje cement van andere mineralen tussen de korrels. Vaak is zandsteen onvoldoende gecompacteerd, ‘gebakken’ en verkit. De rots is daardoor bros, met name bij regen. De poriën zuigen zich vol water en de greepjes breken snel af. In Bleau, Elbsandstein moet je niet op nat gesteente klimmen ivm bescherming van de rots (en de klimmer…).
Oppervlaktekorst (‘desert varnish’) uit ijzer- en mangaanoxiden. NV/Utah, VS. Foto’s: Harald Swen
ZANDSTEEN Vorm Tafoni/honingraten ontstaat door oplossing+neerslag van verkittende mineralen (vaak o.i.v. zout). Begint bij een holletje, water blijft hier in achter lost mineralen op, en aan buitenkant gat verdampt dit water en mineralen blijven achter. Dit proces gaat door, de gaten worden dieper en uiteindelijk blijven harde randen over. Klimgebieden Pfalz, Elbsandstein, Peak District, Moab e.o., Zuidafrika, Australië.
Honingraatverwering. Foto’s: Internet
11
5-11-2013
GNEISS, SCHIST, SCHALIE Vorm en voorkomen Gneis: lijkt op graniet, meer kleine greepjes. Noorwegen, Alpenhoofdkam, Chironico, Cressiano. Otztal, Tessin, Valle dell’Orco. Schist: laagsgewijze opbouw, vaak veel losse rots. Alpenhoofdkam, Rumney. Schalie: wrijvingsloos, zachte rots, betsaat uit losse schilfertjes. Afbreekgevaar, vnml. plaat. Lei: lijkt op schist, maar iets meer gemetamorfoseerd en daardoor iets harder. Llanberis Wales. Locatie: Val Bodegno en Acquafraggia bij Chiavenna, Italië. Foto’s: Harald Swen
KALKSTEEN GESTEENTEN HERKENNEN
De rotsen van Chulilla, Spanje. Foto: Harald Swen
12
5-11-2013
ZANDSTEEN
Gelaagdheid, cross-bedding, kiezels en honingraatverwering. Pfalz, Duitsland. Foto: Harald Swen
BASALT
“Fremdkörper” en ingesloten luchtbellen. Geen grote kristallen of andere structuren, Ettringen, Duitsland. Foto: Harald Swen
13
5-11-2013
SCHIST
Kenmerkende oriëntatie/planatie van kristallen. Foto: Internet
ZANDSTEEN
‘Peapod’ in Curbar en ‘The File’ op Higgar Tor. Foto’s: Michael van Geemen/Roberto Ackerman
14
5-11-2013
CONGLOMERAAT
Forse kiezels, groot (en vast) genoeg om op te zitten. Mallos de Riglos, Spanje. Foto: Harald Swen
GRANIET
Kenmerkende strakke wanden met flakes en spleten, Yosemite, USA. Foto: internet
15
5-11-2013
BASALT
Kenmerkende zuilen en barsten, Ettringen, Duitsland. Foto: Harald Swen
ZANDSTEEN
Bijna structuurloze gladde wanden van zacht … Zion national Park, VS. Foto: Climbing.com
16
5-11-2013
KALKSTEEN
Waterrillen in oppervlakkig bombproof rots. Signal, Egelhörner, Zwitserland. Foto: Harald Swen
GNEIS
Kenmerkende oriëntatie/planatie van veldspaatkristallen, Alpenhoofdkam, Wallis, CH. Foto: Harald Swen
17
5-11-2013
SCHALIE
Donkergrijs, gelaagd, structuurloos. Foto: Internet
MARMER
Willekeurige patronen, bijna transparante lichtval en meest geen zichtbare textuur/structuur. Foto: Internet
18
5-11-2013
DOLOMIET
Blokkig op kleine EN op grote schaal, geen oplossing, maar fysische verwering. Foto: Harald Swen
VRAGEN?
Kalksteen op Corsica. Foto: Harald Swen
19