2. Kansen herkennen
2. Kansen herkennen Docentenversie
2. Kansen herkennen
Inleiding 1. Bronnen van innovatie 2. Tools om ideeën te ontwikkelen 3. Van een idee een kans maken
Om ondernemerschap echt te begrijpen is het cruciaal om te ontdekken waar kansen of mogelijke innovaties vandaan komen. Kansen kunnen ontstaan uit een plotselinge geniale ingeving. Dit is niet altijd zo. De meeste zijn het gevolg van een bewuste, doelgerichte zoektocht naar nieuwe ideeën en mogelijkheden. Deze unit begint met het identificeren van bronnen van innovatie die leiden tot kansen. Vervolgens introduceren we een aantal praktische tools om ideeën te bedenken. De unit beschrijft daarna het verschil tussen een idee en een kans. Ook is er in deze unit aandacht voor valkuilen: dat veel bedrijven mislukken komt niet doordat de betrokken ondernemers niet hard werken, maar omdat er geen echt goede marktkans was. De unit sluit af met een beschrijving van de methoden die kunnen helpen om ideeën en kansen te beoordelen.
Samenvatting Vragen Antwoorden Referenties
Leerdoelen Wanneer je deze unit met succes hebt afgerond, kun je: •
Bepalen waar ideeën vandaan komen
•
Verschillende tools gebruiken om ideeën te ontwikkelen
•
Uitleggen wat het verschil is tussen een idee en een kans
•
Methoden onderscheiden die ondernemers gebruiken om kansen te herkennen
2. Kansen herkennen 1. Bronnen van innovatie Innovatieve ideeën kunnen via verschillende wegen lopen. Dit gaat van ontstaan naar ontwikkeling tot uiteindelijk implementatie.
'Uit onderzoek blijkt dat innovaties ofwel technologie gedreven of markt gedreven zijn. Deze worden vaak aangeduid als push of pull factoren.' Een push factor ontstaat als je een ontdekking of innovatie doet en dit als een kans herkent om met deze innovatie geld te verdienen. Bijvoorbeeld een nieuw nog niet bestaand product of techniek. Een pull factor is gebaseerd op vragen van klanten. Dit wordt meestal veroorzaakt door een probleem, een vraag of een potentiële kans. Je gaat dan actief op zoek om een innovatieve oplossing te bedenken voor een bestaande vraag. In de praktijk is het ontstaan van innovatie veel gevarieerder dan deze twee modellen. Ideeën ontstaan vaak uit een combinatie van verschillende invloeden van binnen en/of buiten de organisatie. Het combineren van informatie en het gebruiken van verschillende bronnen en invloeden is bevorderlijk voor innovatie. Er bestaat dan ook een sterk verband met het uiteindelijke succes van de innovatie. Figuur 1 toont een interactief model van innovatie. Dit model laat zien dat innovaties ontstaan als gevolg van de interactie tussen de markt, onderzoek en de mogelijkheden van het bedrijf. Er is geen specifiek startpunt. De pijlen met informatiestromen tonen aan dat innovaties kunnen ontstaan op meerdere plekken. Dit model laat zien dat innovatie ontstaat daar waar dingen samenkomen. Daarom is de sleutel tot succesvolle innovatie deze snijvlakken op te zoeken en de vrijheid nemen om tijd en middelen te spenderen om ideeën te genereren.
2. Kansen herkennen
Figuur 1: Het interactieve model voor innovatie (bron: gebaseerd op Trott 2005) Innovatie ontstaat wanneer een behoefte (marktvraag) en de oplossing (aanbod) tegelijkertijd worden herkent. Innovatieve ondernemers weten wanneer iets nieuws nodig is, ze weten of een nieuw idee past bij hun bedrijf en organisatie, én ze weten hoe het uit te voeren. Het is belangrijk om te onthouden dat de meeste nieuwe ideeën niet leiden tot een succesvolle innovatie. Volgens onderzoek van Stevens en Burley (2003) komen 90% van de ruwe ideeën nooit verder dan de tekentafel. Verken dus eerst meerdere ideeën, breng dan focus aan en zet dit idee om in een kans.
2. Kansen herkennen
2. Tools om ideeën te ontwikkelen 'Effectief ideeën genereren is cruciaal voor succesvolle productinnovatie.' Ideeën zijn meestal niet op zichzelf staand, maar bouwen op elkaar voort. Hoe meer ideeën, hoe beter het eindresultaat. Het gebruik van tools kan helpen bij het genereren van nieuwe ideeën. Veel van deze tools zijn gericht op het oplossen van een probleem en om creativiteit (in een groep) te vergemakkelijken. Deze tools leggen verbanden tussen het doel (of het probleem), de huidige situatie (misschien een niet-optimale oplossing voor het probleem) en bepaalde stimulus (eventueel willekeurig gekozen). Tabel 2.1 geeft een voorbeeld van de meest populaire tools.
SMART Doelstelling SMART wordt gebruikt om doelen te stellen. Het is een manier om te beoordelen of de doelstellingen geschikt zijn. Het acroniem SMART verwijst naar: • S: Specifiek (concreet en gedetailleerd) • M: Meetbaar • A: Aanvaardbaar, acceptabel (voor klant en bedrijf) • R: Realistisch • T: Tijdgebonden Voorbeeld: Ik wil voor het eind van dit jaar in het centrum van Leeuwarden een nieuw café openen, dat 6 dagen in de week geopend is en tenminste 600 klanten per week trekt.
2. Kansen herkennen
Probleem Definiëren Deze methode helpt om je activiteiten nauwkeurig en duidelijk te richten. Het bepaalt de kenmerken van een probleem , beperkingen en toepassingen. De stappen zijn: 1) Definieer het probleem 2) Bepaal wie er door wordt beïnvloed 3) Bepaal waar het gebeurt en voorkomt 4) Geef aan hoe het zich manifesteert als een probleem 5) Bepaal wanneer het zich voordoet 6) Beoordeel of het een groot of een klein probleem is Voorbeeld: 1) Er is geen leuk karaoke bar in Leeuwarden. 2) Met name (buitenlandse) studenten. 3) In het uitgaanscentrum. 4) De afwezigheid van een leuke karaoke bar zorgt ervoor dat een bepaalde groep studenten minder uitgaat. 5) ´s Avonds: met name maandags, donderdag, vrijdag en zaterdag. 6) Klein probleem, maar wel een potentiële kans.
Oorzaak-en-Gevolg Diagram De oorzaak-en-gevolg-diagram (ook wel bekend als visgraatdiagram) wordt gebruikt om alle mogelijke oorzaken (of input) die resulteren in een gevolg (output) te verkennen. Het categoriseert de mogelijke oorzaken van problemen met behulp van de 4M techniek: Mens(en), Methoden, Materiaal en Machine (hardware). Stappen in het proces zijn: - Teken een visgraat diagram, met de categorieën op het uiteinde van de visgraat; - Vraag input van betrokkenen om de oorzaken te bepalen; - Maak kleinere oorzaak-en-gevolg-diagrammen op de individuele oorzaken te achterhalen van het grote geheel; - Analyseer en bespreek de bevindingen. Voorbeeld
2. Kansen herkennen
Brain-stormen Dit is een methode gericht op groepen en om oplossingen te vinden voor een probleem. De stappen zijn: - Verzamel een geschikte groep bij elkaar. - Informeer de groep over het probleem. - Stel een duidelijke vraag, niet te complex of te vaag. - Indien nodig, verdeel het probleem in stukken. - Vraag om ideeën en suggesties en verwerk deze. Het is belangrijk om te focussen op kwantiteit en een open setting. Het is ook belangrijk om te stimuleren ongewone ideeën aan te dragen (out-of-the-box) en om ideeën te combineren en te verbeteren om weer nieuwe ideeën te vinden.
2. Kansen herkennen
Affiniteit-diagram Affiniteitsdiagrammen worden gebruikt om structuur te geven aan een verzameling ideeën. De stappen in het proces zijn: • Nodig groepsleden uit om ideeën vast te leggen • Schrijf elk idee op een post-it en plak ze allemaal op de muur. • categoriseer de post-its zodat ideeën in thema’s kunnen worden verdeeld. • Bepaal titels voor de thema's en zet die op post-its boven de groepen. • Indien nodig verplaats je de post-its in de juiste volgorde zodat hun relatie duidelijk is.
Mind Maps Een mindmap is een diagram om ideeën te organiseren. Het wordt gebruikt voor het genereren, visualiseren, structureren en classificeren van ideeën. Het gaat om het schrijven van een centraal idee en het bedenken van nieuwe en verwante ideeën die uitstralen vanuit het centrum. Door te focussen op de belangrijkste ideeën en vervolgens op zoek te gaan naar takken en verbindingen tussen de ideeën, kun je nieuwe ideeën in kaart brengen. Het helpt je bovendien om informatie te onthouden.
2. Kansen herkennen
SCAMPER Scamper is een instrument dat wordt gebruikt om nieuwe ideeën te vinden of om bestaande producten te verbeteren. Scamper is een acroniem in het Engels en verwijst naar de volgende 7 onderdelen: • Vervangen: onderdelen, materialen, mensen. • Combineren: mengen, mixen, integreren. • Veranderen: wijzigen • Aanpassen: vergroten of verkleinen, van vorm veranderen, etc. • Andere toepassing • Elimineer: elementen verwijderen, versimpelen • Omdraaien: binnenstebuiten of ondersteboven. Voorbeeldvragen: • Welke materialen of middelen kun je vervangen om het product te verbeteren? • Wat zou er gebeuren als je dit product combineert met iets anders, om iets nieuws te creëren? • Welke andere producten of ideeën kan je gebruiken ter inspiratie? • Hoe kun je de vorm veranderen, of de uitstraling van je product? • Kun je dit product ergens anders voor gebruiken, misschien in een andere sector? • Hoe maak je het kleiner, sneller of leuker? • Wat zou er gebeuren als je het ontwerpproces omgekeerd doet? Table 1: Tools om ideeën te genereren (Vrij naar Hennelly en Cormican 2004) Het is belangrijk de beste methode te kiezen bij de situatie of het probleem. Niet alle methoden zijn voor alles geschikt.
2. Kansen herkennen
3. Van een idee een kans maken Het is belangrijk te weten dat er een verschil is tussen een idee en een kans.
"Een idee is een gedachteflits, een ingeving of een inval. Een kans is een gunstige samenloop van omstandigheden die een behoefte aan een nieuw product, dienst of bedrijf creëert. “ Om te profiteren van een kans, moet de zogenaamde ‘window of opportunity’ openstaan. Met andere woorden, de tijdsperiode waarin het de ondernemer lukt markt kan betreden moet kloppen. Volgens Barringer en Ireand (2008) heeft een kans vier essentiële onderdelen: het moet (a) aantrekkelijk zijn, (b) bestendig zijn, (c) goed getimed zijn, en (d) verankerd zijn in een product, dienst of bedrijf dat waarde creëert voor de koper. Een idee voldoet soms wel en soms niet aan de criteria van een kans. Dit is een cruciaal punt, want veel bedrijven mislukken niet omdat de betrokken ondernemers niet hard werken, maar omdat er geen echt goede marktkans was. Om te beoordelen of je idee succesvol zal zijn, moet je de waarde bepalen. Stel jezelf de volgende vragen:
6
•
Welke behoefte vervul je of welk probleem los je op?
•
Aan wie verkoop je het?
•
Hoe gaat u geld verdienen?
•
Hoe gaat u uw bedrijf onderscheiden van de rest?
•
Hoeveel concurrenten heb je en van welke kwaliteit zijn ze?
•
Hoe groot is je markt in euro's?
2. Kansen herkennen
•
Is het een groeimarkt of krimpende markt?
•
Welk percentage van de markt kun je veroveren?
•
Hoeveel kost het om te beginnen?
•
Is er geld nodig van een investeerder?
•
Hoeveel resultaat kun je je investeerders bieden (return on investment)?
Met deze korte checklist kun je snel evalueren of een idee een echte kans is. Je kunt ook gebruik maken van een andere tool met soortgelijke vragen, maar in een meer gestructureerde manier. Deze methode wordt in het Engels RAMP (stijgende lijn of helling) genoemd. Elke letter staat voor een belangrijk punt. • R staat voor Resultaat. Resultaat in termen van ‘return on investment’. Je moet er zeker van zijn dat je idee winstgevend kan zijn. Je moet ook bepalen hoe lang het duurt voordat het winstgevend wordt en beoordelen hoeveel geld je nodig hebt om de onderneming te starten (zie ook unit 4). • A staat voor voordelen (Advantages). Je moet bepalen wat je (mogelijke) concurrenten zijn, en wat je beter kan doen dan hen. Je moet ook bepalen hoe het intellectuele eigendom van je idee te beheren (zie ook unit 5). • M staat voor de Markt. Het is cruciaal om te weten wie je product zal kopen. je moet bepalen of er echt iemand zit te wachten of jouw product (zie ook unit 3). • P staat voor Potentieel. Je moet bepalen wat de balans is tussen risico en opbrengst . Dit is een belangrijke vraag voor beleggers. Je moet ook beoordelen of de timing voor je idee goed is.
Deze evaluatie-instrumenten kunnen zeer nuttig zijn en het is belangrijk ze zeer serieus te nemen! Onzorgvuldige beoordeling van je ideeën kan leiden tot dramatische gevolgen voor je product en je portemonnee!
2. Kansen herkennen
Samenvatting Het genereren van ideeën is belangrijk om een goede ondernemer te zijn. Het is belangrijk je te richten op relevante en nieuwe ideeën. Deze unit begon met het identificeren van de bronnen van innovatie. Je leerde dat ideeën voortkomen uit vele bronnen en dat het genereren van tal van ideeën noodzakelijk is voor succes. Om dit proces te vergemakkelijken hebben we enkele voorbeelden van een aantal populaire en handige tools laten zien. Daarna hebben we ons gericht op kansen. Je leerde het verschil tussen een idee en een kans. De unit heet enkele technieken laten zien om je te helpen om te beoordelen of het het waard is om je idee verder uit te werken. Het is nuttig om je volgende de RAMP checklist te beoordelen: • Resultaat • Voordelen • Markt • Potentieel
Vragen 1. Hoe ontstaat innovatie? 2. SMART wordt gebruikt om doelen te stellen. Het is een manier om te beoordelen of de doelstellingen geschikt zijn. Waar verwijzen de letters van SMART naar? 3. Wat is het verschil tussen een idee en een kans?
,
2. Kansen herkennen
Antwoorden 1. Innovatie ontstaat wanneer een behoefte (marktvraag) en de oplossing (aanbod) tegelijkertijd worden herkent. 2. S: Specifiek (concreet en gedetailleerd) M: Meetbaar A: Aanvaardbaar, acceptabel (voor klant en bedrijf) R: Realistisch T: Tijdgebonden 3. Een idee is een gedachteflits, een ingeving of een inval. Een kans is een gunstige samenloop van omstandigheden die een behoefte aan een nieuw product, dienst of bedrijf creëert.
Referenties Barringer, B.R. en Ireland, R.D. (2008) Entrepreneurship: Successfully Launching New Ventures, 2nd ed., Prentice Hall. Hennelly, F. en Cormican, K. (2004) ‘Creativity toolkit for R&D managers’, Proceedings of the 10th International Conference on Concurrent Enterprising, 14th - 16th Juni, Seville, Spanje.