Gemeentebestuur Boom 1. Praktijkvoorbeeld 1.1 Titel van het initiatief OpStap : een opleiding of job, we staan erop!!
1.2 Initiatiefnemer, contactpersoon en contactgegevens (adres, telefoon, e-mail) Saïda Isbai - Dienst diversiteit Antwerpsestraat 44 – 2850 Boom Tel.03/880.18.92
[email protected]
1.3 Betrokken partners De aanzet tot het project OpStap werd gegeven door Saida Isbai, diversiteitsmedewerker bij de gemeente Boom, en Karl Maeckelberghe, bijblijfconsulent bij ACV Mechelen – Rupel. Zij kenden elkaar al van het project ‘Wis je job niet’ in 2006 en hadden hieruit voldoende ervaring geput om opnieuw een gelijkaardige samenwerking op te starten.
Het project wordt structureel ondersteund vanuit de gemeente Boom, meer specifiek door Marc Lamberts, schepen van tewerkstelling, en mee opgevolgd door Maxime Lacquaye (preventie-adviseur Boom).Later in de voorbereidende fase werd Christophe Keyenberg, bijblijfconsulent ABVV Regio Antwerpen, erbij betrokken om het project een bredere draagkracht te geven, ondersteund door Martine Klaasen, adjunct-diensthoofd Interprofessionele Werking ABVV Regio Antwerpen. Nog later werd ook Hilde Plancke, bijblijfconsulent van het ACLVB, omwille van dezelfde reden bij het project gevraagd, ondersteund door Gary Schampaert, secretaris.
1.4 Bondige omschrijving van het initiatief (beoogde doelstellingen, georganiseerde activiteiten, behaalde resultaten) Enkele jaren geleden werd – in het kader van het diversiteitsbeleid van de gemeente Boom – een behoefteonderzoek gedaan bij de (allochtone) bevolking. Daaruit kwam tewerkstelling als een van de belangrijkste knelpunten naar voren, zeker voor de doelgroep van allochtone jongeren. Concreet bleek dat het aantal werklozen in Boom van Maghrebijnse of Turkse afkomst het hoogste is van de provincie, op de stad Antwerpen na. Ze vinden de weg niet naar de reguliere arbeidsmarkt. En ook de drempel naar VDAB en de werkwinkel blijkt voor velen nog te hoog te zijn. Ook in het Lokaal Sociaal Beleidsplan worden deze knelpunten vermeld. Op basis van deze vaststelling werd in 2004 beslist een project in te dienen bij het Impulsfonds voor Migrantenbeleid, met name het tewerkstellingsproject ‘Wis je job niet’. In 2005 werd het geld hiervoor Praktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 1/8
toegekend en in mei 2006 werd het project afgesloten. Het was voor velen een succes gebleken. Jammer genoeg beperkt tot een éénmalig initiatief. Aangezien het om een structureel probleem gaat, dringt een structureel antwoord zich op. Met de contacten opgebouwd vanuit ‘Wis je job niet’ werd dan ook gekozen om hiernaar op zoek te gaan. Rekening houdend met de beperkte middelen die daarvoor voor handen zijn en in overleg met verschillende partners (VDAB, schepen van tewerkstelling, diversiteitsmedewerker gemeentebestuur Boom, bijblijfconsulent ACV regio Mechelen-Rupel) kwam men uit bij het voorstel om opnieuw een gelijkaardig initiatief uit de grond te stampen. Om er een gedragen en ondersteund project van te maken, werden in een voorbereidende fase ook de bijblijfconsulent van het ABVV Regio Antwerpen en later – wanneer het project in haar beginfase zat – de bijblijfconsulente van het ACLVB betrokken. Doelstelling: Zoveel mogelijk maatschappelijk kwetsbare jongeren duurzaam aan het werk zien te krijgen.
Strategische doelstellingen
Onze algemene doelstelling willen we bereiken op twee manieren: 1. Jongeren begeleiden in hun zoektocht naar werk door de drempel naar het begeleidings- en opleidingsaanbod van oa. VDAB te verlagen 2. Organisaties van de arbeidsmarkt sensibiliseren over de doelgroep Elk van deze strategische doelstellingen krijgen in het volgende deel een verdere operationele invulling.
Operationele doelstellingen
Jongeren begeleiden in hun zoektocht naar werk door de drempel naar het begeleidings- en opleidingsaanbod van oa. VDAB te verlagen Het project OpStap wil een laagdrempelig contactpunt creëren waar jongeren rechtstreeks of via bemiddeling van eerstelijnsmedewerkers (straathoekwerker, diversiteitsmedewerker, enzovoort) terecht kunnen met al hun vragen over tewerkstelling. Binnen het project willen we de jongeren begeleiden in hun zoektocht naar werk. Deze begeleiding komt grotendeels, zoniet volledig, overeen met het takenpakket van een bijblijfconsulent en bestaat uit:
zoeken van geschikte vacatures hulp bij het maken van een CV sollicitatietips geven zoeken naar een manier hoe ze op hun werk moeten geraken hen meenemen naar de VDAB (collectief en/of individueel) ondersteuning bij het inschatten van vacatures zowel naar de eigen competenties en verwachtingen als naar de verwachtingen van het bedrijf en het bedrijfsleven …
De kracht van deze begeleiding ligt in het feit dat er niet sanctionerend wordt opgetreden vanuit de begePraktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 2/8
leiding en er dus wordt vertrokken vanuit de eigen inzet van de jongere.
Organisaties van de arbeidsmarkt sensibiliseren over de doelgroep OpStap wil echter niet enkel de jongere richting arbeidsmarkt begeleiden, maar wil de arbeidsmarkt ook begeleiden naar de jongeren toe. Hiermee bedoelen we concreet dat de medewerkers van het project OpStap – naast de begeleiding en toeleiding van werkzoekende jongeren:
op regelmatige tijdstippen overlegmomenten organiseren met arbeidsmarktpartners hen op deze momenten trachten te sensibiliseren naar de jongeren toe de werkgevers of tewerkstellingsinitiatieven een breder inzicht geven in de doelgroep en hen vertrouwd(er) maken met de problemen waar sommige jongeren mee geconfronteerd worden (alleenstaand moederschap, geen diploma hebben…)
1.5 Succesfactoren en knelpunten/valkuilen
Jongeren
A
Medewerkers OpStap
B
Arbeidsmarkt
feedback
Aangezien de doelgroep (maatschappelijk kwetsbare jongeren) de weg naar de arbeidsmarkt moeilijk vindt en er geen bijblijfconsulenten of derden zijn met een standplaats in Boom, moet er een tussenstap gecreëerd worden. Deze tussenstap moet ervoor zorgen dat de kloof tussen jongeren en arbeidsmarkt aanzienlijk verkleind zal worden. De manier om dit te verwezenlijken is – zoals al in de strategische doelstellingen aangegeven – tweeërlei. Enerzijds dient de tussenstap de jongeren dichter naar zich toe te trekken (de A-kant in het model). Anderzijds dient deze tussenstap ook om de organisaties en instituties aan de kant van de arbeidsmarkt in kaart te brengen en hen te sensibiliseren over de doelgroep. Het is maw. de bedoeling dat beide kanten naar elkaar toe bewegen. Hieronder splitsen we beide kanten op. Dit betekent geenszins dat de A- en de B-kant volledig van elkaar losstaande initiatieven zijn. Het betekent wel dat het belangrijk is om een duidelijke taakomschrijving langs beide kanten te creëren. Wat zijn de mogelijkheden voor de A-kant? Laagdrempelig aanspreekpunt Taakomschrijving Basisopdracht is het overbruggen van de kloof tussen enerzijds de werkzoekende en anderzijds de arbeidsmarkt en het bestaande aanbod van opleidings- en begeleidingsdiensten. Dit zal gebeuren door de Praktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 3/8
jongere werkzoekende te benaderen vanuit verschillende perspectieven. De perspectieven verschillen van elkaar naargelang de activeringsgraad.
Informerend: de jongere wordt geïnformeerd over zijn rechten en plichten nav zijn concrete vraag ifv problematiek. Dit gebeurt op individuele basis. Begeleidend: Taken om de jongere te begeleiden zijn onder andere begeleiden bij solliciteren (brief en CV helpen opstellen) en gesprek voorbereiden, zoeken naar een geschikte opleiding, zoeken naar werk, zoeken naar verschillende opleidingsdiensten. Hierbij zal het vertrekpunt een kwalitatief intakegesprek zijn. Toeleidend: een wegwijzer zijn die mee zoekt naar de juiste dienst of organisatie vertrekkende vanuit de betrokkenheid van de jongere in dit proces. Recruterend: door zelf op mensen en organisaties toe te stappen zal een sterk netwerk uitgebouwd worden die de kanalen zullen vormen waarlangs de jongeren hun weg vinden naar de medewerkers van ‘OpStap’. Motiverend: de basishouding van elke ‘OpStap’ medewerker is een motiverende tav de jongere. De bedoeling is om elke jongere op duurzame wijze aan het werk te krijgen. De slaagkansen worden aanzienlijk vergroot als de jongere door de medewerkers blijvend kan gemotiveerd worden.
Bij dit alles dient steeds bewaakt te worden dat niet overlappend met VDAB wordt gewerkt. Dit impliceert onder andere dat pure ‘trajectbegeleiding’ geen deel uitmaakt van het opdrachtenpakket. Maw. er zijn grenzen aan de mate van activering en begeleiding van de jongeren. Vanuit de bijblijfwerking van de vakbonden willen we een vrijblijvende dienstverlening aanbieden, waarbij we zo laagdrempelig mogelijk werken. Hierbij trachten we de jongere in een individueel gesprek zo goed mogelijk voort te helpen, terwijl we bewaken dat van een intensieve dienstverlening of een volledige trajectbegeleiding geen sprake is. Voor de doelgroep is het zeker belangrijk om op termijn ook met collectieve momenten te werken. De aanpak en inhoud daarvan wordt in een later stadium bekeken. In eerste instantie zal de nadruk komen te liggen op individuele contacten. Via deze weg wordt een beeld gevormd van de problematieken en behoeften van de doelgroep. Op basis daarvan zal worden gewerkt aan het aanbieden van groepsmomenten. Verantwoordelijken De bijblijfconsulenten (ACV, ABVV en ACLVB) bezetten samen met de diversiteitmedewerkster van het gemeentebestuur Boom het aanspreekpunt. Er wordt geopteerd om dit elke woensdagnamiddag te plannen, aangezien dit één van de betere momenten in de week is om de jongeren te bereiken en dit het enige moment is waarop alle vier de medewerkers beschikbaar kunnen zijn. Dit betekent geenszins dat zij allen elke woensdagnamiddag aanwezig moeten zijn. Met behulp van een tijdsplanning verdelen zij de momenten onder elkaar. Er wordt zoveel mogelijk gestreefd naar het maken van afspraken op woensdagnamiddag. Deze afspraken worden ofwel aangebracht via de toeleidingsmedewerkers ofwel worden de jongeren bereikt door een promotiefolder of affiche. Echter, zeker in de beginfase – zo blijkt uit overleg met de straathoekwerker – is een belangrijke investering qua beschikbaarheid nodig. Om het project zo laagdrempelig mogelijk te houden, maakten we de afspraak om de eerste 4 maanden van het project zoveel mogelijk op woensdagnamiddag aanwezig te zijn. Na 4 maanden evalueren we of we op deze manier verder werken of we verder via afspraken werken. Zolang er geen afspraken gemaakt worden, zal woensdagnamiddag gebruikt worden voor het uitbouwen van het netwerk (zowel langs de A- als langs de B-kant). Concreet kan dit inhouden: samen met de Praktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 4/8
straathoekwerker op stap gaan en rechtstreeks promotie maken bij de doelgroep, voorstelling van het project bij VDAB of bij interimkantoren… Locatie Een lokaal in Mozaïek (Leopoldstraat 25, 2850 Boom) blijkt momenteel de beste optie: Mozaïek is een bekende plaats bij de doelgroep. Aurora (een allochtone vrouwenbeweging) is daar actief, de wereldwinkel is daar gevestigd, vzw Prisma was er gevestigd en ‘De Ploeg’ heeft daar nu een project lopen voor jongeren uit het deeltijds onderwijs zonder stageplaats. Risico’s Het zal een hele uitdaging vormen om de jongeren tot aan het aanspreekpunt te krijgen. Daarvoor moet de toeleiding goed gebeuren. Het risico van een ‘ijssalonscenario’, waarbij het aanbod weliswaar interessant is en de investering groot, doch de opkomst laag moet worden vermeden. Wanneer we goede contacten hebben en onderhouden met de 1ste lijnsdienstverlening en we voorhand afspraken vastleggen, kunnen we dit vermijden. De relatie tussen de ‘OpStap’ medewerkers en de arbeidsmarkt (waaronder VDAB) moet goed zijn. Waar we ons voor moeten behoeden, is dat er veel tijd kruipt in de eigenlijke begeleiding van jongeren, terwijl het even noodzakelijk is om voldoende tijd te investeren in het uitbouwen van een netwerk met de partners langs de kant van de arbeidsmarkt. Een derde mogelijk nadeel heeft te maken met de tijdsplanning. Wanneer de bijblijfconsulenten en diversiteitsmedewerker beurtelings beschikbaar zijn, bestaat het risico dat de jongere niet altijd door dezelfde persoon zal geholpen worden. Er wordt dan geen band opgebouwd met de jongere (of het gaat moeizamer). We lossen dit op door de opvolging te laten gebeuren door de medewerker die de jongere vanaf het begin heeft voortgeholpen, ook al is hij/zij die maand niet bereikbaar op het aanspreekpunt. Informeren en ondersteunen van 1ste lijnsdienstverlening 1ste lijnsdienstverlening ondersteunen in verband met arbeidsmarktgerichte vragen
Het toeleiden van werkzoekende jongeren naar de arbeidsmarkt en hen hierover informeren maakt hoogstwaarschijnlijk slechts een klein deel uit van het takenpakket van de 1ste lijnsdienstverlening. Reden te meer om het lokaal aanspreekpunt bekend en herkenbaar te maken naar deze 1ste lijnsdienstverlening toe. Het toekomstige aanspreekpunt voor vragen over de rechten, plichten en kansen van werkzoekenden zal de vakbond (concreet: de bijblijfconsulenten) inschakelen om 1ste lijnsdienstverlening te ondersteunen in hun vragen over het zoeken van werk of een opleiding, het informeren van jongeren over hun rechten en plichten en hen doorverwijzen naar de juiste instantie.
Kloof tussen 1ste lijnsdienstverlening en arbeidsmarkt verkleinen
De bedoeling is om op langere termijn een lokaal aanspreekpunt overbodig, of alleszins minder nodig, te maken. Dit betekent dat we voorlopig zorgen voor een werking die parallel loopt met initiatieven vanuit de arbeidsmarkt. Maar na verloop van tijd moet de 1ste lijnsdienstverlening in staat zijn om rechtstreeks naar de juiste instanties te stappen. Concreet gezien kan dit op verschillende manieren: In het begin zullen de bijblijfconsulenten intensief een netwerk moeten uitbouwen met deze 1ste lijnsdienstverlening voor de jongeren. Persoonlijke contacten, bekendmaking van het project en dergelijke meer zijn de initiële stappen. Praktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 5/8
We bekijken de mogelijkheid om infosessies te geven aan de 1ste lijnsdienstverlening om hen te informeren over rechten, plichten en kansen van werkzoekend jongeren en over de instanties aan arbeidsmarktzijde. Dit doen we deels om de bestaande informatie bij de 1ste lijnsdienstverlening up-to-date te houden en eventueel uit te breiden, maar ook om steeds open te staan voor een bredere 1ste lijnsdienstverlening, wie we bij de initiële netwerking niet bereikten. Het aanspreekpunt moet in nauw contact staan met VDAB en de arbeidsmarkt. Zo hebben de jongeren meer kans om in het normaal economisch circuit (NEC) terecht te komen en begeleid te worden naar de VDAB. Het is belangrijk om deze contacten uit te bouwen.
Mogelijke partners binnen de 1ste lijnsdienstverlening:
Straathoekwerker Diversiteitsdienst preventiedienst – stadswachten Nour Moskee-vereniging Intisaar en Aurora Buitenkantoren werkloosheidsdienst ABVV, ACV en ACLVB …
Zij moeten goed geïnformeerd worden. Als de toeleiding niet goed gebeurt, zal het aanspreekpunt geen succes zijn. De jongeren zullen de weg naar Mozaïek in het begin niet zelf vinden. Dit betekent dat het aanspreekpunt moet bekend gemaakt worden en dat jongeren naar daar moeten worden verwezen door bovenstaande kanalen. Het is belangrijk dat de bijblijfconsulenten feedback geven over de situatie van de jongere aan diegene die voor de toeleiding gezorgd hebben (voorgesteld door de pijl naar links in het schema). Dit zorgt er enerzijds voor dat de toeleidingsmedewerker de zaak van de jongere mee kan opvolgen, maar ook dat deze toeleidingsmedewerker bevestiging krijgt dat hij bij de OpStap medewerkers terecht kan voor al zijn vragen omtrent de begeleiding van de jongere naar de arbeidsmarkt.
Wat zijn de mogelijkheden voor de B-kant? Sensibilisering van de arbeidsmarkt Niet enkel de 1ste lijnsdienstverlening moet geïnformeerd worden over en gesensibiliseerd naar de arbeidsmarkt toe. De omgekeerde beweging moet ook gemaakt worden. De kloof moet gedicht worden en daarvoor moeten beide partijen van het model moeite doen. Een takenpakket dat zich situeert op de Bkant van het model is minstens even belangrijk als de A-kant, omdat we hier een structurele basis kunnen leggen voor een verdere samenwerking tussen arbeidsmarkt en 1ste lijnsdienstverlening naar de jongeren toe. De uiteindelijke bedoeling is om de bijblijfwerking, oftewel de tussenstap in het model, op lange termijn overbodig, of minder nodig, te maken. Na verloop van tijd is het de bedoeling om dit project uit handen te geven en het enkel nog op te volgen via evaluatie en feedback. Mogelijke partners binnen de arbeidsmarkt:
Gemeente Boom VDAB PWA Praktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 6/8
Imsir Interim-kantoren De Steenschuit Lokale werkwinkels …
Het is tevens interessant om verschillende medewerkers vanuit arbeidsmarktzijde te betrekken bij initiatieven waarop we de toeleidingsmedewerkers uitnodigen. Als we bijv. een infosessie of infodag organiseren voor de toeleidingsmedewerkers van Boom waarop we ook de arbeidsmarktpartners uitnodigen, kunnen contacten gelegd worden wat opnieuw een verkleining van de kloof tussen de A-kant en de Bkant bewerkstelligt. Een tweede optie is om een overlegorgaan te organiseren dat maandelijks bijeenkomt en waarin zowel vertegenwoordigers van de arbeidsmarkt zitten als vertegenwoordigers van de 1ste lijnsdienstverlening. Deze twee voorstellen zijn louter optioneel en moeten uiteraard nog verder besproken worden. Verantwoordelijken Tijdens de periode waarin de netwerken uitgebouwd worden met de 1ste lijnsdienstverlening, leggen het gemeentebestuur van Boom en de bijblijfconsulenten van de vakbonden tezelfdertijd contact met organisaties aan arbeidsmarktzijde. De algemene bekendmaking van het project gebeurt in een initiële fase door de diversiteits- en preventiemedewerker van de gemeente Boom. Het is hun verantwoordelijkheid om de eerste contacten te leggen met de arbeidsmarktpartners (VDAB, interim…). In deze contacten leggen zij de bedoeling van het project OpStap uit en sturen zij deze nota door. Zij leggen op dat moment ook een datum vast voor overleg. De bijblijfconsulenten worden bij dit overleg betrokken. Op die manier dient een overleg niet voor een bekendmaking van het project (want dit is al gebeurd door de diversiteits- en preventiemedewerker), maar kan inhoudelijk over de nota worden gediscussieerd en kunnen er concrete afspraken worden gemaakt over de manier waarop de doorverwijzing van de jongeren gebeurt. Na verloop van tijd, wanneer deze verkennings- en netwerkperiode is afgerond, kan een verdere bekendmaking gebeuren ahv folder en brochures om het project OpStap te promoten. Deze kunnen op de verschillende locaties verspreid worden, zowel bij de partners aan arbeidsmarktzijde die reeds gecontacteerd zijn als mogelijke, toekomstige partners. De folder dient ook voor de toeleidingsmedewerkers om het project via hen bij de jongeren bekend te maken.
1.6 Budget voor het initiatief (subsidiekanalen, eigen middelen, …) Het gemeentebestuur van Boom voorziet in de werking van het project door middelen te voorzien voor:: -
promotiemateriaal kantoormateriaal enz.
1.7 Uitvoeringstermijn van het initiatief Het project loopt sedert april 2008 in proeffase en is sinds oktober definitief van start gegaan. Het project heeft de bedoeling in te bedden in de werking van het lokaal bestuur.
Praktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 7/8
1.8 Toekomstperspectieven in verband met etnisch-culturele diversiteit In de toekomst willen we alle kansengroepen bereiken, ook zij die momenteel door de mazen van het net vallen door meer samen te werken met diensten en verenigingen die deze kansengroepen bereiken: -
allochtoon verenigingsleven vereniging waar armen het woord nemen enz.
Praktijkvoorbeelden etnisch-culturele diversiteit - Noke Vanreppelen - 4 december 2009 - 8/8