> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle
Gemeente Rotterdam O. van Velthuijsen Posbus 70012 3000 KP ROTTERDAM
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39
[email protected]
Onze referentie Aanvraagnummer 5190016596852
Datum 12 april 2016 Betreft Wijziging ontheffing Ruimtelijke ingrepen
Kenmerk FF/75C/2015/0568A.corres.bl Bijlagen 1
Geachte heer van Velthuijsen, Naar aanleiding van uw mail van 5 april 2016 is de ontheffing opnieuw bekeken. Na bestudering van uw dossier is gebleken dat in de ontheffing die ik op 30 maart 2016 aan de Gemeente Rotterdam heb verleend, een storende fout is geslopen. De voorwaarden 11 tot en met 13 hebben betrekking op de permanente voorziening die gerealiseerd dient te worden ter mitigatie van de verblijfplaats die verloren gaat door de sloop van het Einstein Lyceum. In de voorwaarden 8 en 9 is deze permanente voorziening, in de vorm van een vleermuistoren, al als voorschrift opgenomen. Daarmee kunnen de voorwaarden 11 tot en met 13 komen te vervallen. Daarnaast heeft u inmiddels per mail op 1 april 2016 een ontwerp voor de vleermuistoren ter goedkeuring aangeboden. Hierbij deel ik u mede dat ik instem met dit ontwerp. Dit betekent dat u met de werkzaamheden kunt gaan starten. Bij deze verleen ik u bijgaande ontheffing, waarin voorwaarden 11 tot en met 13 zijn vervallen. Voor mijn overige overwegingen verwijs ik u naar mijn brief van 30 maart 2016 met kenmerk FF/75C/2015/0568.toek.bl. Bij deze zend ik u de aangepaste ontheffing met kenmerk 5190016596852A. De ontheffing met kenmerk 5190016596852 komt hiermee te vervallen. Ik verzoek u de originele ontheffing met kenmerk 5190016596852 aan mij terug te sturen. Bezwaar Als u het niet eens bent met deze beslissing, kunt u binnen zes weken na verzending van deze brief digitaal of schriftelijk een bezwaarschrift indienen. De datum bovenaan deze brief is de verzenddatum. Een digitaal bezwaarschrift kunt u indienen via mijn.rvo.nl/bezwaar. Als u schriftelijk bezwaar wilt maken, stuurt u het ondertekende bezwaarschrift naar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, afdeling Juridische Zaken, postbus 40219, 8004 DE Zwolle.
Pagina 1 van 2
Vermeld in uw bezwaarschrift in ieder geval onze referentie, het briefkenmerk en de datum van de beslissing waartegen u bezwaar maakt. U vindt onze referentie en het briefkenmerk in de rechter kantlijn van deze brief. Meer informatie
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Datum 12 april 2016 Onze referentie aanvraagnummer 5190016596852
Heeft u nog vragen, kijk dan op onze website mijn.rvo.nl. Of bel ons: 088 042 42 42 (lokaal tarief). De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze:
Marco Klaassen Teammanager Vergunningen Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland
Pagina 2 van 2
ONTHEFFING Naar aanleiding van het verzoek van O. van Velthuijsen op 8 december 2015, namens de Gemeente Rotterdam en de aanvullingen hierop van 24 februari 2016, 8 maart 2016, 17 maart 2016 en 23 maart 2016 gelet op artikel 75, lid 3, van de Flora- en faunawet 1
Verleent de Staatssecretaris van Economische Zaken hierbij aan: Naam: Gemeente Rotterdam (hierna: ontheffinghouder) Adres: Wilhelminakade 179 Postcode en woonplaats: 3072 AP ROTTERDAM Ontheffing 5190016596852 voor het tijdvak van: 12 april 2016 tot en met 31 augustus 2017 Van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het beschadigen, vernielen en verstoren van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus). Het gebied waarvoor de ontheffing geldt, betreft het plangebied voor de realisatie van het project ‘Sloop van voormalig Einstein Lyceum, Middenbaan Zuid 71-74 Rotterdam’, gelegen in de wijk Hoogvliet, gemeente Rotterdam, één en ander zoals is weergegeven in figuur 1 van het bij de aanvraag gevoegde rapport ‘Ecologisch werkprotocol Slooplocatie Middenbaan-Zuid 71-73 Rotterdam (Hoogvliet)’ van 4 december 2015. Aan deze ontheffing zijn de volgende voorschriften verbonden: Algemene voorschriften 1. De ontheffing wordt slechts voor de hierboven genoemde soort en beschreven verboden handelingen verleend. 2. Deze ontheffing geldt alleen voor de werkzaamheden die conform de aanvraag worden uitgevoerd, voor zover in deze ontheffing zelf niet anders is aangegeven. 3. De ontheffinghouder dient onverwijld contact op te nemen met Rijksdienst voor Ondernemend Nederland indien bij het uitvoeren van de werkzaamheden van het project andere beschermde soorten dan de genoemde worden aangetroffen of andere handelingen als bedoeld in voorschrift 1 noodzakelijk zijn. 4. Deze ontheffing kan uitsluitend gebruikt worden door (medewerkers van) de ontheffinghouder of haar rechtsopvolgers of in opdracht van de ontheffinghouder handelende (rechts-)personen. De ontheffinghouder of haar rechtsopvolgers blijven daarbij verantwoordelijk en aansprakelijk voor de juiste naleving van deze ontheffing. 5. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden dient een afschrift van deze ontheffing en de bijbehorende brief op de locatie van de werkzaamheden aanwezig te zijn en op verzoek te worden getoond aan de daartoe bevoegde toezichthouders of opsporingsambtenaren.
1
Krachtens de wettekst is de Minister bevoegd tot het afgeven van een ontheffing ex artikel 75 van de Flora- en faunawet. Op basis van de portefeuilleverdeling tussen de Minister van EZ en de Staatssecretaris van EZ is deze bevoegdheid belegd bij de Staatssecretaris.
5190016596852A 1 van 3
6. De ontheffinghouder dient, zodra de datum waarop de werkzaamheden zullen aanvangen bekend is, het bijgevoegde meldingsformulier volledig in te vullen en naar Rijksdienst voor Ondernemend Nederland te zenden. Specifieke voorschriften 7. U dient, met in achtneming van onderstaande voorschriften, de maatregelen uit te voeren zoals beschreven in hoofdstuk 4 op de pagina’s 8 tot en met 10 van het bij de aanvraag gevoegde rapport ‘Ecologisch werkprotocol Slooplocatie Middenbaan-Zuid 71-73 Rotterdam (Hoogvliet)’ van 4 december 2015 (bijlage 2 bij dit besluit). 8. U dient voorafgaand aan de sloopwerkzaamheden een definitief ontwerp voor de te plaatsen vleermuizentoren ter goedkeuring bij het bevoegd gezag aan te leveren. 9. De nieuw te plaatsen vleermuistoren dient uiterlijk 15 augustus 2016 geplaatst te zijn op een locatie zoals deze door u aangedragen is op 28 maart 2016 (bijlage 3 bij dit besluit). 10. U dient bij de planning van de werkzaamheden rekening te houden met de paarperiode van de gewone dwergvleermuis. Deze loopt globaal van 15 augustus tot en met 15 oktober. Afhankelijk van het seizoen en de weersomstandigheden kan deze periode langer dan wel korter zijn. De geschiktheid van de periode voor het uitvoeren van de werkzaamheden dient te worden bepaald door een deskundige2 op het gebied van de gewone dwergvleermuis. 11. De nieuwbouw met de betreffende compenserende maatregelen ten behoeve van de gewone dwergvleermuis dient zo spoedig mogelijk gerealiseerd en functioneel te zijn; u dient omtrent uw vorderingen met de ontwikkelingen jaarlijks te rapporteren aan het bevoegde gezag. 12. U dient voorafgaand aan de nieuwbouw van de woningen het bouwplan ter goedkeuring aan het bevoegde gezag aan te leveren, voor zover dat de door u voorgestelde compenserende maatregelen betreft. Overige voorschriften 13. De werkzaamheden en bovengenoemde voorschriften dienen te worden uitgevoerd onder begeleiding van een deskundige op het gebied van de gewone dwergvleermuis. 14. U dient een ecologisch werkprotocol op te stellen met daarin bovengenoemde voorschriften. Alle betrokken partijen, met name ook de uitvoerenden op de bouw- of projectlocatie, dienen van het werkprotocol op de hoogte gesteld te worden. 15. Deze ontheffing kan worden ingetrokken, indien blijkt dat de ontheffinghouder zich niet houdt aan de voorschriften. 16. Indien blijkt dat de in de ontheffing gestelde termijn niet voldoende is om de werkzaamheden waarop de ontheffing betrekking heeft uit te voeren, dient u, minimaal vier maanden voor het verstrijken van deze termijn een nieuwe aanvraag in te dienen. Dit voorkomt onnodige vertraging van het project.
2
Het Ministerie van Economische Zaken verstaat onder een deskundige een persoon die voor de situatie en soorten ten aanzien waarvan hij of zij gevraagd is te adviseren en/of te begeleiden, aantoonbare ervaring en kennis heeft op het gebied van soortspecifieke ecologie. De ervaring en kennis dient te zijn opgedaan doordat de deskundige: op HBO-, dan wel universitair niveau een opleiding heeft genoten met als zwaartepunt (Nederlandse) ecologie; en/of op MBO niveau een opleiding heeft afgerond met als zwaartepunt de Flora- en faunawet, soortenherkenning en zorgvuldig handelen ten opzichte van die soorten; en/of als ecoloog werkzaam is voor een ecologisch adviesbureau, zoals bijvoorbeeld een bureau welke is aangesloten bij het Netwerk Groene Bureaus; en/of zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de soortenbescherming en is aangesloten bij en werkzaam voor de daarvoor in Nederland bestaande organisaties (zoals bijvoorbeeld Zoogdiervereniging, RAVON, Stichting Das en Boom, Vogelbescherming Nederland, De Vlinderstichting, Natuurhistorisch Genootschap, KNNV, NJN, IVN, EIS Nederland, FLORON, SOVON, STONE, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, De Landschappen en Stichting Beheer Natuur en Landelijk gebied) en/of zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de soortenmonitoring en/of - bescherming.
5190016596852 2 van 3
17. Aanspreekpunt in het kader van deze ontheffing en de daaruit voortvloeiende voorschriften is Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, Postbus 40225, 8004 DE Zwolle. Den Haag, 12 april 2016
De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze:
Marco Klaassen De teammanager Vergunningen Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
5190016596852 3 van 3