Music was my First Love Gedachten over de betekenis van muziek in de relatie docent-student
Let children hear the mighty deeds Which God performed of old, Which in our younger years we saw, And which our fathers told. Isaac Watts
INLEIDING Als alternatieve opdracht voor RG-3 heb ik mij toegelegd op ‘schoonheid van muziek’ vanuit de vraag naar eigenheid en identiteit van de docent. 1 Hoewel in het middelbaar onderwijs klassieke muziek in het hele muzikale spectrum niet bovenaan staat en “Klassiek leeft op vier” het doorgaans moet afleggen tegen Radio 538 en BNR als het gaat om hoogte van luistercijfers – ben ik ervan overtuigd dat aan elke muzikale uitingsvorm een basisprincipe ten grondslag ligt. Bij het zoeken naar dit basisprincipe laat ik mij inspireren door een idee van de Britse schrijver John Ronald Reuel Tolkien en benader ik het onderwerp voor dit identiteitsgebonden essay vanuit het thema Muziek als Scheppingsprincipe, zoals weergegeven in zijn boek “The Silmarillion”. 2 Wie de Psalmen leest, merkt dat er voortdurend lijnen liggen vanuit de schepping en naar de Schepper. Psalmen als 8, 19, 104 zingen van de schepping. De natuur wordt betrokken in het grootmaken van de Schepper in woord en toon. Volgens de Confessio Belgicae is de natuur “een schoon boexcken” die ons de overblijfselen laten zien van Gods goedheid en trouw. 3 Met het oog op leerlingen is het goed voortdurend te bedenken dat de toon de muziek maakt. Ben ik als docent sonant of dissonant? 4
1
Het thema voor dit essay werd vastgesteld in samenspraak met tutor E.A.N. Meijer-Kater (MSc) op dinsdag 10 februari 2015. 2 In ‘The Silmarillion’ – met in name het eerste deel Ainulindalë (het scheppingsverhaal) – gebruikt J.R.R. Tolkien de idee van muziek als scheppingsprincipe voor het ontstaan van Midden-Aarde, waarbij tegelijk verklaard wordt hoe het kwaad in de wereld kwam door middel van dissonanten (wanklanken) in de voortdurende strijd met de corrupte Vala Melkor (ook wel bekend als Morgoth). Vanuit Bijbels perspectief was de aarde volmaakt geschapen. “Throug the mercy of God [we can] still see the remnants of it. However, the rebellion of man against God has cast a dark shadow over this world.” Essence, p. 22-23. 3 Guido de Brès, De Nederlandse Geloofsbelijdenis, Artikel 2 – Door wat middel God van ons gekend wordt. 4 Vgl. Mat. 18:19: “Verder zeg Ik u dat, als twee van u op de aarde iets, wat dan ook, eenstemmig verlangen, het hun ten deel zal vallen van Mijn Vader, Die in de hemelen is.”
1
1. MUSICA PRAELUDIUM VITAE AETERNAM 5
He Bids us make his glory known, His works of power and grace; And we’ll convey his wonders down Through every rising race. Muziek speelt bij veel mensen van allerlei culturen – ongeacht leeftijd, opleiding of aanleg – een grote rol. Hoewel de klassieke muziek meer eeuwen telt dan de moderne muziek die nauwelijks een eeuw jong is, heeft laatstgenoemde een hoge vlucht genomen in de belangstelling van velen. Nog afgezien van de inhoud en wat er zoal van een iPhone, Samsung, Apple of welke format van geluidsdrager ook wordt beluisterd, is het dragen van de vele koptelefoons en oortjes onder scholieren veelzeggend. Het wekt de indruk, dat vooral veel jongeren niet (meer) zonder muziek kunnen. ‘Music is… what keeps me alive’ zou een passende slogan kunnen zijn. Voor de één is muziek een hulpmiddel tegen stilte. Voor een ander bepaalt muziek veeleer de persoonlijke levenssfeer. Bij de één wekt muziek rust, terwijl een ander er juist door in extase komt. Over welke vorm, stijl of context we het ook hebben, één ding kan gezegd worden: muziek is emotie. 6 Het zou doeltreffend zijn wanneer we via de muziek de emotie zo zouden kunnen sturen, dat we achter de muziek ook (iets van ) de Schepper gaan ontwaren. Omdat muziek – op een natuurlijk-theologische wijze verklaard – voorspel is van het eeuwige leven. 7 Deze Schepper is oorsprong en bron van al wat leeft en bestaat. Deze werkelijkheid, door Hem geschapen, heeft in wezen maar één doel, dat zich uit in veelvoud: “Sing the praises of its Creator.” 8 De woorden van Psalm 78, in dichtvorm gebracht door Isaac Watts, raken volgens mij dan ook aan het hart van christelijke onderwijs: “According to Psalm 78, telling children about the praiseworthy deeds and power of God has a particular purpose… ” 9 Deze Psalm spreekt van hoop, in een gebroken wereld – waarin wij als kinderen groot werden, maar waarin onze kinderen met en na ons opgroeien – waarin duisternis en kwaad aanwezig zijn, zichtbaar wordt dat God deze wereld niet heeft losgelaten. De Schepper heeft dit het meest duidelijk gemaakt toen Hij – in the midst of darkness – het licht der wereld naar deze aarde zond in Zijn Zoon. Hij is de hoop ‘that keeps us alive.’ 10
5 “Muziek is het voorspel op het eeuwige leven.” Dit is een veelvuldig voorkomend opschrift op kerkorgels. Zie: M.F. van Binnendijk, Dy onder mijn’ Luyte, (1991), op: Internet. Zie ook: Oskar Söhngen, Theologie der Musik, Kassel 1967 (p. 318). 6 Het thema muziek is emotie werd ontleend aan Vioolles Praktijk Rotterdam, op: Internet. 7 Ik ben van mening dat er bepaalde muziekstijlen zijn die – los van welke persoonlijke smaak ook – op één of andere manier geïnspireerd zijn door Tolkien’s Melkor/Morgoth, en die in ons diepste wezen een latent aanwezige onrust losmaken, zo niet een verstorende onrust teweeg brengen. Hierbij denk ik o.a. aan stijlen als House, Gothic, Heavy Metal e.a. T-shirt opschriften als “665 Neighbour of the Beast” spreken boekdelen. 8 Essence, p. 22. 9 The Essence of Christian Teaching, p. 19 (verder: Essence). 10 Essence, p. 19, 25.
2
2. EIGENHEID VAN CHRISTELIJK LERAARSCHAP
Our lips shall tell them to our sons, And they again to theirs; That generations yet unborn May teach them to their heirs. De eigenheid van christelijk leraarschap komt juist dan naar voren wanneer leerlingen ontdekken dat er een geheim ligt achter onze werkelijkheid. 11 Leerlingen mogen iets ervaren van wijsheid die hoger is dan ons verstand; van hoop die verder reikt dan eigen verlangens; van een basisvertrouwen (troost, trust), dat dieper reikt dan mensen ooit kunnen verwoorden. 12 Op één of andere manier raakt muziek de ziel bij ieder van ons. Of je nu van muziek houdt of niet, muziekvaardig bent of niet, een absoluut gehoor hebt of niet. Muziek is –vocaal dan wel instrumentaal – een medium dat diep raakt in onze identiteit. Muzikale taal is een andere, diepere, hogere waarvan de verbale of non-verbale slechts een schaduw is. Bepaalde muziek kan gevoelens en gedachten van de ziel trefzekerder woorden geven, die onmogelijk zijn om in woorden uit te drukken. Dit geeft mij – niet alleen als docent, maar vooral als mens in omgang met andere mensen – het besef dat er een kern van waarheid zit in de uitdrukking dat toon de muziek maakt. Het is niet de melodie (je lesmethode) of de wijs (je lesplan) of de compositie (het curriculum). Maar het is vooral de manier – tonaal of atonaal – waarop jij je identificeert met de ander. Geen transformatie of mutatie, maar identificatie. Vanuit het beeld van God, dat God – in Christus – ook in ieder van ons uitgedrukt heeft. 13 Dit raakt aan mijn identiteit. En mijn identiteit – er die van ieder ander – wordt in wezen bepaald door drie vragen die nauw verbonden zijn met heden, verleden en toekomst: “Wie ben ik?”, “Waar kom ik vandaan?” en “Waar ga ik naar toe?” Dit beeld krijgt gestalte in onze roeping op aarde. Als docent heb ook ik de roeping en opdracht om Gods doel met het leven van mijn leerlingen te (helpen) ontdekken wie zij zijn en (zo nodig) wie zij mogen zijn. En het ooit aan hun eigen kinderen mogen doorgeven – teach it to their heirs. En mag uitlopen in de erkenning van hun Schepper door middel van een persoonlijk en tegelijk universeel loflied: “So shall this and all our days, Christ our God, show forth thy praise.” 14
11
“Learning is discovering the secret behind out reality.” Essence. P. 46. Een treffende uitspaak maakt Bert Kalkman (2000) in dit verband: “This does not by definition mean being able to explain secrets in a rational way, but it means being amazed at the secrets of life. This education will be even more profound if a person, a child, discovers something of the way in which God rules the world.” Essence, p. 48. 13 Dit beeld is ontleend aan Hebreeën 3:1, waar Christus wordt aangewezen als het ‘uitgedrukte beeld’ van Zijn zelfstandigheid, verwijzend naar Zijn goddelijk afkomst. Door het Imago Dei drukt ieder mens iets uit van Christus. Johannes Calvijn spreekt in dit verband van vonkjes (lat. scintillae) die zijn overgebleven na Adams val. 14 Uit: W. Bright, Sunrise, taken from Hymns: Ancient & Modern (Norwich 1991). 12
3
3. VENSTER OP DE HEMEL
Thus shall they learn in God alone Their hope securely stands; That they may ne’er forget his works But practice his commands. In de ontdekking wie leerlingen in hun wezen zijn – het raken aan hun identiteit – bepaalt de manier waarop ik mijn vak uitoefen, meer nog: de manier waarop ik met hen omga, hen stimuleer en motiveer voor een voor hen en mij onbekende toekomst, zodat ook zij (net als ik) zicht krijgen op de hemel. Ik heb hen een venster op de hemel te bieden. Een hogere roeping is er niet. Dat geldt niet alleen binnen het onderwijs, maar in elke situatie: gezin, samenleving, gemeente, en in het persoonlijke gesprek. Daarbij is het goed te beseffen dat jij meer betekent dan je zelf bedenken kunt. Iemand anders werkt in en door ons, zelfs in het meest eenvoudige werk dat we doen. Niet anders dan iemand die “een parachute vouwt”, terwijl jouw handdeling wel het leven kan redden van een piloot kan redden. 15 Daarin komt het christelijke in het uitoefenen van mijn vak toch het meest naar voren. Er is Iemand die in mij en door mij werkt, en mij gebruikt als instrument in Zijn hand. Zoals de profeet Jeremia het uitdrukt in het Oude Testament: “Als klei in de hand van de pottenbakker.” 16 Zo ben ik als docent ook bezig mijn leerlingen te boetseren wanneer ik doceer, stimuleer, motiveer, maar niet minder hen toets en beoordeel. 17 Ik mag een venster openen op de hemel door mijn leerlingen te laten voelen, zien en merken dat er meer is dan school, meer is dan het leven, meer is dan mensen om ons heen. Vooral te laten merken hoe waardevol zij zelf zijn, voor zich zelf en voor anderen. In de hoop dat zij besef krijgen van Hem Die in hen werkt – His works – en van daaruit tegelijk hun verantwoordelijkheid nemen en “practice his commands”.
15
N.a.v. wat journaliste Annemiek Schrijver op haar blog vertelt: “Er was eens een voormalige piloot van het Amerikaanse leger die ergens in New York op een terrasje zat. Ooit was hij neergeschoten boven Vietnam en met zijn valscherm veilig beneden gekomen. Vervolgens was hij zes maanden krijgsgevangen geweest. Op dat terrasje komt er een man naar hem toe die zegt: ‘Hé, jij bent toch Charles. Ik dacht dat jij neergeschoten was!’ ‘Hoe weet jij dat nou?’ vraagt Charles aan die man, die hij niet kent. ‘Ik werkte op hetzelfde vliegdekschip, en ik vouwde jouw parachute,’ antwoordt de man. Op dat moment realiseert Charles zich dat iemand die hij niet kent ervoor had gezorgd dat hij nu nog in leven is door het allereenvoudigste werk te doen dat er bij de luchtmacht bestond: het vouwen van de parachutes. Wie vouwde jouw parachute? Mooie vraag.” 16 Jeremia 18:6b. 17 Voor een uitvoeriger visie op toetsen, zie mijn paper “How do we assess student learning”, n.a.v. Harro van Brummelen, Walking with God in the Classroom. Opgenomen in: Traject Planner Driestar Educatief (LO-3).
4
Quote: “If you find me short in things, impute that to my love of brevity. If you find me besides the truth in anything, impute that to my infirmity. But if you find anything here that serves to your furtherance and joy of the faith, impute that to the mercy of God bestowed on you and me. Yours to serve you with what little I have.” John Bunyan (Works, 1:336)
Literatuur Binnendijk, M.F. van (1991). Dy onder mijn’Luyte, afstudeerscriptie voor de Kerkelijk Opleiding vanwege de Nederlandse Hervormde Kerk, opgenomen in de bibliotheek van de Rijksuniversiteit Utrecht (RUU), Brummelen, H. van (2009). Walking with God in the Classroom: Christian Approaches to Teaching and Learning, Purposeful Design Publications, Colorado Springs, USA (3rd edition). Driestar Educatief (2009). The Essence of Christian Teaching – A Portrait of the Christian Teacher Jagt, W. van der & Vos, P. (red.) (2011). Moraal in het klaslokaal: De morele kwaliteit van het leraarschap. Amsterdam: Buijten & Schipperheijn (p. 25-51). Eveneens opgenomen in: Driestar Educatief Moduleboek LVO-3 (2014-2015), p. 107 Muynck, A. de & Kalkman, B. (red.) (2005). Perspectief op leren: Verkenningen naar onderwijs en leren vanuit de christelijke traditie. Gouda: Driestar Educatief (p.131-155). Oskamp, P. & Schuman, N. (2001, 3o). De weg van de liturgie – Tradities, achtergronden, praktijk. Zoetermeer: Meinema. Tolkien, J.R.R. (1977). The Silmarillion, edited by Christopher Tolkien (1977), London: George Allen & Unwin (1977, 1o); London: Harper Collins UK (1992) Bronnen op het Internet Annemiek Schrijver in haar blog, op: http://www.annemiekschrijver.nl/schrijverette/wie-vouwde-jouwparachute/#more-7328 Isaac Watts, Childhood and Family, op: http://yourworshiptools.com/isaac-watts-childhood-family/ Verantwoording De vier verzen boven elke paragraaf vormen samen Isaac Watt’s bewerking van Psalm 78. 18
Rien van Binnendijk (MD) Rotterdam, 26.2.2015 RG-3 / PD 3.2.2.N Alternatieve Opdracht Nr. 4 voor RG-3/2015 o.l.v. E.A.N. Meijer-Kater (MSc)
18
The Essence of Christian Teaching, p. 18.
5