Gebruikshandleiding
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
1
VOORWOORD
De Provincie Limburg stelt zich ten doel te voorkomen dat knelpunten optreden in het aanbod van werklocaties (bedrijventerreinen en stedelijke dienstenterreinen). Het is van belang dat het door de markt gewenste type werklocatie tijdig beschikbaar is. Met behulp van monitoring van gegevens over uitgifte en restcapaciteiten wordt duidelijk welke typen werklocaties in welke regio beschikbaar zijn en welke wel of juist niet in trek zijn. Op basis hiervan kan actie worden ondernomen om op het juiste moment het juiste type terrein in een gebied te ontwikkelen. Op deze manier kan worden getracht te komen tot een meer marktgericht aanbod van werklocaties. Informatie over de Limburgse werklocaties wordt samengebracht in het Regionaal Economisch Bedrijventerrein Informatie Systeem (REBIS) van de Provincie Limburg. De Limburgse bedrijventerreinenmonitor REBIS bestaat sinds 1978. Sinds dat jaar wordt deze monitor jaarlijks door het onderzoeksbureau Etil in opdracht van de Provincie Limburg geactualiseerd. In 2011 is de monitor doorontwikkeld van een jaarlijkse monitor naar een maandelijkse monitor en is de toegankelijkheid van de bedrijventerreinenmonitor sterk verbeterd. Eind 2011 is de doorontwikkeling voltooid, waarbij het nieuwe REBIS (REBIS 2.0) en de daaraan verbonden nieuwe werkwijze in het voorjaar van 2012 is geïmplementeerd. Naast een verbeterde actualiteit en betere toegankelijkheid van de informatie (uitgebreide zoekfunctie) is ook het informatieaanbod uitgebreid (bedrijfsinformatie op kavelniveau). Hierdoor is REBIS niet alleen te gebruiken als planningsinstrument, maar ook als acquisitie- en marketinginstrument richting potentiële investeerders en nieuwe bedrijven. De voorliggende gebruikshandleiding gaat niet alleen in op de in REBIS gehanteerde definities en afbakeningen, maar ook op de nieuwe werkwijze en de toegankelijkheid van de nieuwe REBIS website; www.rebislimburg.nl.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
2
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
3
INHOUDSOPGAVE
Pagina
VOORWOORD
1
INHOUDSOPGAVE 3
1 Wat 1.1 1.2 1.3
is REBIS ? REBIS vanaf 1978 Het begrip werklocatie Het informatie-aanbod
6 6 7 9
2 De toegankelijkheid van REBIS 2.1 De website van REBIS: www.rebislimburg.nl 2.1.1 Hoofdpagina 2.2.2 Functionaliteiten 2.2.3 Infobox 2.2 De jaarrapportage “Werklocaties Limburg”
12 12 12 13 14 15
3 Werkwijze REBIS-actualisatie 3.1 Protocol 3.2 Handleiding actualisatie 3.2.1 Wijzigen terreininformatie 3.2.2 Wijzigen kavelinformatie
18 18 20 21 23
4 Definities & afbakeningen 4.1 Terreininformatie 4.2 Kavelinformatie
26 26 34
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
4
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
5
1
WAT IS REBIS ? Informatie over de Limburgse bedrijventerreinen c.q. werklocaties wordt samengebracht in het Regionaal Economisch Bedrijventerrein Informatie Systeem (REBIS) van de Provincie Limburg. Hieronder wordt ingegaan op REBIS en de ontwikkeling dat het systeem de laatste jaren heeft doorgemaakt, het begrip werklocatie en het informatie-aanbod.
1.1 REBIS vanaf 1978 Het REBIS-bestand is de bron voor ruimtelijke gegevens over werklocaties (bedrijventerreinen en stedelijke dienstenterreinen) in Limburg. In opdracht van de Provincie Limburg brengt Etil sinds 1978 in samenwerking met gemeenten, projectontwikkelaars en ontwikkelingsmaatschappijen de ontwikkelingen op de Limburgse werklocaties in beeld.
1978-1996 In de periode tot 1996 werd informatie over de beschikbaarheid (uitgifte en restcapaciteiten) van kavels op de Limburgse bedrijventerreinen middels een drietal enquête aan de gemeenten opgevraagd. Zo vroegen ook de Kamer(s) van Koophandel en het LIOF tot 1996 gegevens over bedrijventerreinen in Limburg bij de gemeenten op.
1996-2011 In 1996 zijn de drie bovengenoemde monitors op het gebied van bedrijventerreininformatie samengevoegd in REBIS. In dit jaar is ook de monitoropzet gewijzigd. De actualisatie van de gegevens vindt sindsdien namelijk niet meer plaats op basis van enkel een enquête, maar ook middels kaarten. Hiervoor zijn alle werklocaties op kavelniveau ingetekend en gedigitaliseerd. REBIS is sindsdien als het geografisch informatie systeem te betrachten, waarbij jaarlijks wordt gevraagd nieuwe werklocaties, onttrekkingen, uitbreidingen en kavelmutaties op kaart aan te geven. Hierdoor wordt het inzichtelijk waar op de terreinen nog restcapaciteit aanwezig is en wat de kwaliteit daarvan is. De ontwikkelingen c.q. mutaties op de werklocaties worden op kavelniveau geregistreerd. Vanaf 2004 wordt een onderscheid gemaakt tussen bedrijventerreinen en stedelijke dienstenterreinen. In dat jaar zijn een aantal nieuwe terreinen in REBIS opgenomen en hebben een aantal bedrijventerreinen een ander ‘label’ gekregen. Onder stedelijke dienstenterreinen worden grootschalige retail- en kantoorlocaties verstaan. In het kader van REBIS wordt vanaf dat jaar gesproken van werklocaties als verzamelnaam voor bedrijventerreinen en stedelijke dienstenterreinen. Naast deze terreinen zijn ook grootschalige solitaire bedrijfslocaties opgenomen in REBIS. Voor opname in REBIS geldt een minimumgrootte van het terrein van 1 ha bruto. In 2005 is een aantal wijzigingen doorgevoerd betreffende de definiëring van werklocaties. De wijzigingen hadden betrekking op een tweetal grote terreinen niet als (openbaar) bedrijventerrein te registreren. Het betreft de terreinen Chemelot in Sittard-Geleen en Fresh Park in Venlo. Op deze terreinen was namelijk een aantal restricties van toepassing. De laatste jaren
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
6
zijn deze bedrijventerreinen in toenemende mate voor de reguliere markt beschikbaar; daarom zijn vanaf 2005 beide terreinen als openbaar bedrijventerrein aangemerkt. Vanaf 2006 wordt de jaarlijkse monitorrapportage op dynamische wijze vormgegeven. Getracht wordt een meer integraal beeld te schetsen van de ontwikkelingen op werklocaties, waarbij naast uitgifte en restcapaciteiten ook ingegaan wordt op het commerciële vastgoedaanbod, bedrijfsvestigingen, werkgelegenheid en de bedrijvendynamiek op de terreinen. Dat jaar is ook een initiële koppeling tot stand gebracht tussen de provinciale bedrijventerreinenmonitor REBIS en een tweetal andere monitorsystemen; het Vestigingenregister Limburg (VRL) en de BOGmonitor Limburg (monitor aanbod, opname en plannen van bedrijfsonroerendgoed). Zodoende is niet alleen bekend welke bedrijven er zijn gevestigd en hoeveel personen er werkzaam zijn op de terreinen, maar ook welk bedrijfsvastgoed beschikbaar is op de werklocaties. De enquête is in 2011 aangevuld met kwaliteitsvragen over de werklocaties. Kwalitatieve beoordelingen van het terrein als onderhoudsstaat, parkeerfaciliteiten, ontsluiting en overlast op de terreinen zijn sindsdien toegevoegd. Op basis van deze koppeling tussen REBIS enerzijds het Vestigingenregister Limburg en de BOGmonitor Limburg anderzijds is in 2008 vervolgens het systeem uitgebreid met een zogenaamde benuttings- c.q. leegstandsmonitor. Daarbij wordt informatie per uitgegeven kavel geregistreerd over het daadwerkelijk bedrijfseconomisch gebruik van de desbetreffende kavel.
Vanaf 2012 In 2010/2011 heeft de Provincie Limburg in samenwerking met het onderzoeksbureau Etil en het Duitse bedrijf Geodok gewerkt aan een verdere doorontwikkeling van REBIS. Daarbij is de jaarlijkse monitor doorontwikkeld naar een maandelijkse monitor. Eind 2011 is de doorontwikkeling voltooid en in het voorjaar van 2012 is het nieuwe REBIS en de daaraan verbonden nieuwe werkwijze geïmplementeerd. Daarbij worden de mutaties direct door de terreinbeheerders maandelijks in het REBIS-systeem doorgevoerd. Ook is het informatie-aanbod verder uitgebreid met gegevens over de bereikbaarheid van de terreinen, het jaar van eerste uitgifte, bedrijfsinformatie per kavel en de top-5 van grootste bedrijven per terrein.
1.2 Het begrip werklocaties Zoals in de vorige paragraaf reeds aangegeven wordt in het kader van REBIS sinds 2004 gesproken over werklocaties als verzamelbegrip voor bedrijventerreinen, stedelijke dienstenterreinen (grootschalige retail- en kantorenlocaties) en grootschalige solitaire bedrijfslocaties. Het volgende schema laat de indeling van werklocaties in de verschillende categorieën zien: A Bedrijventerreinen Bedrijventerrein zijn werklocaties van minimaal 1 ha bruto bestemd en geschikt voor gebruik door (groot-) handel, nijverheid en industrie. Op deze terreinen kan ook enig commerciële dienstverlening (zoals kantoorgebouwen, detailhandel) aanwezig zijn, maar deze hebben samen een minderheidsaandeel in de terreinoppervlakte. de volgende terreinen vallen niet onder bedrijventerreinen: zeehaventerrein, stedelijk dienstenterrein, terrein voor grondstoffenwinning, terrein voor olie- en gaswinning, terrein voor waterwinning, terrein voor agrarische doeleinden, terrein voor afvalstort. Beleidsmatig wordt er onderscheid gemaakt in drie type bedrijventerreinen:
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
7
A1 Stedelijke bedrijventerreinen Marktgebied: stedelijk gebied (straal circa 10 km) - modern gemengd, bedrijvenpark; opvang van kleinschalige en middelgrote bedrijven en hoogwaardige bedrijvigheid in de sfeer van lichte productie, R&D en dienstverlening. Bedrijven behoren een binding te hebben met het stedelijk gebied. A2 Logistiek-industriële bedrijventerreinen Marktgebied: COROP-regio (straal circa 20 km) - gemengd plus, transport en distributie. Deze terreinen zijn bedoeld voor grote industriële en transportbedrijven. De nabijheid van transportassen, met name de directe ontsluiting op het autosnelwegennet, is van essentieel belang. Een deel van de logistiek-/industriële terreinen is geografisch gebonden aan bestaande economische clusters. Het betreft de clusters automotive (NedCar, Industrial Park Swentibold), chemie (Chemelot), agribusiness (Fresh Park Venlo), de logistieke knooppunten in Venlo en Born en de luchthaven MAA. A3 Bedrijventerreinen landelijk gebied Marktgebied: het landelijk gebied - opvang van kleinschalige en middelgrote bedrijven in de sfeer van lichte productie, handel en dienstverlening. Bedrijven behoren een binding te hebben met het landelijk gebied. B Stedelijke dienstenterreinen Stedelijk dienstenterrein c.q. economische zone. Een werklocatie van minimaal 1 ha bruto of 10.000 m² bvo bestemt en geschikt voor commerciële dienstverlening. Op deze terreinen kan ook enige (groot-) handel, nijverheid en industrie aanwezig zijn, maar deze hebben samen een duidelijk minderheidsaandeel in de terreinoppervlakte. Op te merken is dat in REBIS de stedelijke dienstenterreinen in de naamgeving met het achtervoegsel '(SD)' worden aangegeven. Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee type stedelijke dienstenterreinen: B1 Stedelijke dienstenterreinen (K); grootschalige kantorenlocaties Terreinen gericht op kantoren (zoals Kantorenpark Sittard, Kantorenboulevard Heerlen, Randwyck in Maastricht en Kantorenpark Noorderpoort in Venlo). B2 Stedelijke dienstenterreinen (R); grootschalige retaillocaties Terreinen gericht op retail (zoals Gardenz in Geleen, Woonboulevard Heerlen, DOC Roermond, Retailpark Roermond en de Nijmeegseweg in Venlo). C Grootschalige solitaire bedrijfslocaties Het betreft niet zo zeer planmatig ontwikkelde terreinen, maar veelmeer solitair gelegen bedrijfslocaties buiten de officiële bedrijventerreinen en stedelijke dienstenterrein die benut worden door een individueel bedrijf. Het betreft enerzijds bedrijven die actief zijn in de sectoren industrie, energie, bouw en groothandel (bijvoorbeeld EPZ Maasbracht) alsook grootschalige solitair gelegen kantoorlocaties (bijvoorbeeld APG Heerlen). De minimale grootte van de bedrijfskavel voor opname in REBIS bedraagt 1 ha. 1.3 Het informatie-aanbod
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
8
Er wordt in REBIS een groot aantal gegevens geregistreerd over de Limburgse werklocaties. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen gegevens over de terreinen en gegevens over de kavels. Naast gegevens die in REBIS worden geregistreerd zijn ook gegevens beschikbaar uit het Vestigingenregister Limburg (VRL)1. In het volgende overzicht is de informatie gecategoriseerd naar de verschillende onderdelen. In hoofdstuk vier wordt nader ingegaan op de onderliggende definities en afbakeningen.
Informatie op het niveau van werklocaties Identificatiegegevens: Rinnummer uniek nummer van de werklocatie Terreinnaam naam van de werklocatie Locatiegegevens: Kernnaam Gemeente WGRnaam COROPnaam Provincienaam
naam van de kern/plaats waar de werklocatie is gelegen naam van de gemeente naam WGR-regio (Wet Gemeenschappelijke regelingen) naam COROP-regio naam provincie
Contactgegevens (voor exploitatie/verkoop): Organisatie naam van de organisatie voor het beheer/exploitatie Afdeling naam van de afdeling die verantwoordelijk is Adres bezoekadres van de organisatie Cadres correspondentieadres van de organisatie Contactpersoon naam van de contactpersoon Functie functie van de contactpersoon Telnr telefoonnummer contactpersoon Faxnr faxnummer van de contactpersoon Email emailadres contactpersoon WebsiteOrg internetadres van de organisatie WebsiteTerrein internetadres van het terrein Beleidsgegevens: SoortTerrein Segment Categorie RKsegment Werklocatietype
soort terrein segment werklocatie beleidscategorie nieuw segment ruimtelijke kwaliteit type werklocatie
Prijsgegevens: VerkoopprijsMin VerkoopprijsMax Erfpacht/LeaseMin Erfpacht/LeaseMax
verkoopprijs minimum (in € per m², exclusief BTW) verkoopprijs maximum (in € per m², exclusief BTW) erfpacht- c.q. leaseprijs minimum (in € per m²) erfpacht- c.q. leaseprijs maximum (in € per m²)
1
Gegevens uit de BOG-monitor Limburg zijn weliswaar gekoppeld aan REBIS en worden in de de jaarrapportage geanalyseerd, maar zijn niet (nog) niet toegankelijk via het REBIS-systeem c.q. de REBIS-website (www.rebislimburg.nl).
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
9
Prijscode Planfase Fase Planhardheid
prijscode (koop, erfpacht/lease) bestemmingsplanfase realisatiefase van het terrein (bestaand of gepland) planhardheid (hard/zacht)
Bereikbaarheidsgegevens: Ontsluiting naam ontsluitingsmodaliteiten Railterminal naam dichtstbijzijnde railterminal + afstand in km Autosnelweg naam dichtstbijzijnde autosnelweg + afstand in km (tot oprit) Binnenhaven naam dichtstbijzijnde binnenhaven + afstand in km Luchthaven naam dichtstbijzijnde luchthaven + afstand in km Overslag overslagfaciliteiten van het terrein Gegevens veroudering Veroudering Herstructurering VerouderingOorzaak VerouderingOpp HerstrPlan HerstrFase HerstrAanpak HerstrOpp Kwaliteitsgegevens: KB_Onderhoud_OR KB_Onderhoud_PR KB_Parkeren KB_Interne_ontsl KB_Externe_ontsl Parkmanagement Overlast Leegstand
& herstructurering: veroudering (ja, nee) herstructureringsindicator oorzaak van veroudering oppervlakte van het verouderde terrein in ha aanwezigheid herstructureringsplan (ja, nee) herstructureringsfase herstructureringsaanpak oppervlakte van het te herstructureren terrein in ha
oordeel onderhoud publieke ruimte (1=goed – 4=slecht) oordeel onderhoud particuliere ruimte (1=goed – 4=slecht) oordeel parkeervoorzieningen (1=goed – 4=slecht) oordeel interne ontsluiting (1=goed – 4=slecht) oordeel externe ontsluiting (1=goed – 4=slecht) aanwezigheid van parkmanagement (ja, nee) aanwezigheid van overlast (ja, nee) aanwezigheid van substantiële leegstand (ja, nee)
Bedrijfsgegevens (op basis van VRL): Aantvest aantal bedrijfsvestigingen WP aantal werkzame personen (fulltime, parttime + uitzendkrachten) Top5 grootste vijf bedrijfsvestigingen op het terrein (op basis van WP) Overige bedrijven overige interessante bedrijfsvestigingen (maximaal vijf) Overige gegevens: Vol Grdeel StartjaarUitgifte Milieucategorie Oppervlakte
indicator of het terrein in totaliteit reeds is uitgegeven (ja, nee) grootste uitgeefbare kavel (in m²) jaar van eerste uitgifte op het terrein maximale milieucategorie oppervlakte van het terrein in ha
Informatie op het niveau van kavels Identificatiegegevens: Rinnummer 6-cijferig uniek nummer van de werklocatie Kavelnummer 9-cijferig uniek nummer van de kavel (Rinnr + 3-cijferige kavelcode)
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
10
Kavelomschrijving
omschrijving van de kavel
Beschikbaarheidsgegevens: Heraanbod heraanbod van een reeds eerder uitgegeven kavel (ja, nee) Oppervlakte oppervlakte van de kavel in m² Beschikbaarheid beschikbaarheid (uitgegeven, terstond of niet terstond uitgeefbaar) Eigendom eigendomssituatie van de kavel (gemeente / particulier) Optie optie op kavel (ja/nee) CouranteKavel courantheid van de kavel (ja, nee) Uitgiftegegevens: Uitgiftejaar Uitgiftesoort Heruitgifte Prijscode Bedrijfsnaam SBI Herkomst GekochtVan
jaar van uitgifte soort uitgifte (nieuwe vestiging, verplaatsing, uitbreiding) uitgifte van een reeds eerder uitgegeven kavel (ja, nee) verkoopaard (koop of erfpacht/lease) naam van het bedrijf die de kavel heeft gekocht economische activiteit (omschrijving op basis van SBI2008) herkomstplaats van het bedrijf gekocht van gemeente of particulier (gemeente, particulier)
Kavelbenutting (van reeds uitgegeven kavels): Benutting benuttingsindicator van een reeds uitgegeven kavel OpmBenutting opmerkingen betreffende de benutting Bedrijfsgegevens (op basis van VRL): Vestiging naam van het bedrijf dat op de kavel is gevestigd Adres adresgegevens van de bedrijfsvestiging SBI omschrijving economische activiteit op basis van SBI2008 Grtklasse grootteklasse van de bedrijfsvestiging op basis van WP (totaal van fulltime, parttime en uitzendkrachten)
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
11
2
DE TOEGANKELIJKHEID VAN REBIS De informatie uit REBIS is op een tweetal manieren toegankelijk voor de gebruiker. De website geeft op werklocatie- en kavelniveau informatie op kaart alsook in de vorm van zogenaamde factsheets (beknopte analyse c.q. situatieschets van het terrein c.q. kavel). Deze informatie wordt iedere maand geactualiseerd. Daarnaast wordt jaarlijks een rapportage samengesteld. In deze rapportage worden de ontwikkelingen en de stand van zaken geanalyseerd.
2.1
De website van REBIS: “www.rebislimburg.nl”
De website van REBIS is in 2011 in zijn geheel vernieuwd en verbeterd. Zo is niet alleen de zoekfunctie sterk verbeterd, maar zijn ook het informatieaanbod en de actualiteit geoptimaliseerd. De website is toegankelijk via www.rebislimburg.nl.
2.1.1 Hoofdpagina De website bestaat uit een openbaar deel en een besloten (login-) deel. Het openbaar deel is voor iedereen die de website bezoekt toegankelijk. Het besloten deel geeft ook informatie over de vestigingen. Daarnaast kunnen terreinbeheerders in het besloten deel de informatie over hun terreinen up-to-date houden. De website is ingedeeld in een drietal kolommen: zoekkolom – kaartkolom – resultatenkolom. Zoekkolom
kaartkolom
besloten deel
resultatenkolom
openbaar deel
In hoofdstuk drie wordt nader ingegaan op het besloten deel van de website.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
12
2.1.2 Functionaliteiten Er zijn verschillende functionaliteiten in het openbare deel van de website beschikbaar waar men gebruik van kan maken om informatie van een terrein of kavel te verkrijgen. Zoekfunctie Zoals reeds aangegeven bestaat de website uit een drietal kolommen. In de linkerkolom kan een zoekopdracht gegeven worden. Men dient daarbij eerst een regio of gemeente te kiezen voordat een specifiek terrein gekozen kan worden. De kaart (middenkolom) zoomt vervolgens in op het resultaat van de desbetreffende zoekopdracht welke in de rechterkolom (resultatenkolom) verschijnt in de vorm van een lijst. Verder inzoomen kan via de kaart als via de resultatenlijst. Als in de resultatenlijst op de gewenste werklocatie of kavel geklikt wordt, zal hierop ingezoomd worden. De kaart past zich automatisch aan aan de keuze die hier wordt gemaakt. Om terug te keren naar de bovenliggende ruimtelijke schaalniveaus kan bovenaan op de resultatenlijst gedrukt worden. Door in de zoekkolom ‘Nieuw’ te drukken, verwijdert men de zoekopdracht en maakt men de zoekkolom leeg. De kaart gaat vervolgens terug naar de standaardkaart (overzichtskaart Limburg). Kaartfunctionaliteiten In de vier hoeken van de kaart staan een aantal symbolen weergegeven waarmee men de informatievraag kan ‘sturen’. Linksboven staat een wereldbol met driehoekjes en een zoomkolom. Door op de wereldbol te klikken gaat de kaart naar de overzichtskaart van Limburg; zonder de zoekopdracht leeg te maken. Via de driehoekjes kan de kaart verschoven worden. Het verplaatsen van de kaart gaat overigens gemakkelijker met de muis. Dit geldt ook voor het in- en uitzoomen op de kaart. Er kan gebruikt gemaakt worden van de zoomkolom, maar kan ook met de scroll functie van de muis. Linksonder staan een aantal symbolen. Met het bovenste symbool kan een kader op de kaart getrokken worden waarop vervolgens ingezoomd wordt. Hiermee kan men in één keer op een laag schaalniveau inzoomen. Met de twee daaronder staande symbolen kan men vooruit of terugkeren naar eerder gebruikte kaartbeelden. Met de functionaliteit kaartbeeld opslaan kan men het actuele kaartbeeld als link opslaan, waardoor bij het opstarten van de website via deze link het opgeslagen kaartbeeld als beginscherm fungeert. Onder de kaart staat Legenda; door hierop te drukken verschijnt de legenda van de kaart. Rechtsboven is een transparantiebalk weergegeven en bestaat de keuze te kiezen tussen een luchtfoto of een topografische kaart als referentiekaart. Op te merken is dat de keuze voor de luchtfoto pas mogelijk is vanaf het schaalniveau 1 : 79.000 en lager. De afzonderlijke kavels op de terreinen verschijnen overigens vanaf het schaalniveau 1: 60.000 en lager. Via de transparantiebalk kan men de referentiekaarten ook op de terreinen inzichtelijk maken. Hierdoor is de situatie op de terreinen aan de hand van de luchtfoto of topografische kaart inzichtelijk. Rechtsonder worden de schaal van de kaart en de X/Y-coördinaten van de positie van de muis weergegeven. 2.1.3 Infobox
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
13
Via de infobox is informatie over een terrein c.q. kavel te achterhalen. Deze infobox verschijnt indien een bepaalde kavel is geselecteerd. Er verschijnt vervolgens een infobox met informatie over de kavel (kavelnummer, gemeente, terreinnaam, oppervlakte van de kavel, beschikbaarheid van de kavel, eventuele optie). Daaronder zijn nog een tweetal functionaliteiten weergegeven die aanvullende c.q meer uitgebreide informatie geven over de kavel. Gevestigde bedrijven Het betreft informatie over de op de geselecteerde kavel gevestigde bedrijfsvestigingen (naam, economische activiteit, grootte van de vestiging op basis van het aantal werkzame personen). Deze gegevens zijn afkomstig uit het Vestigingenregister Limburg (VRL) en worden één maal per kwartaal geactualiseerd. Voor meer informatie over de op de terreinen gevestigde bedrijven kan contact worden opgenomen met Etil (
[email protected]). Indien incorrectheden voorkomen, kan dit ook via dit mailadres doorgegeven worden. Deze worden dan in de volgende kwartaalactualisatie meegenomen c.q. gepubliceerd in REBIS. Factsheet Het betreft een factsheet van een tweetal pagina’s met informatie over de geselecteerde kavel en het terrein waarop deze kavel is gelegen (overzichtskaarten, terreininformatie, kavelinformatie, bereikbaarheid, contactpersoon, bedrijfsinformatie, technische gegevens). De factsheet is vervolgens als pdf te downloaden.
2.2
De jaarrapportage “Werklocaties Limburg”
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
14
Jaarlijks worden de gegevens uit het register geanalyseerd in een hoofdrapportage (en zogenaamde regionale factsheets). De hoofdrapportage 'Werklocaties in Limburg' is vormgegeven aan de hand van een vaste format, waarbij getracht wordt de gegevens uit REBIS kort en bondig geanalyseerd worden. De rapportage wordt samengesteld in het eerste kwartaal van ieder jaar, en bevat de volgende onderwerpen: REBIS IN PERSPECTIEF Omvang werklocaties in Limburg Bedrijventerreinen: Limburg versus Nederland Stedelijke dienstenterreinen: kantoor- en winkelvloeroppervlakte UITGIFTE Uitgifte in de afgelopen 10 jaar Naar soort werklocatie en per regio Gemeenten en werklocaties Investeringsmotief en sectoren Uitgifte versus prognose Verwachting uitgifte komend jaar RESTCAPACITEITEN Restcapaciteiten in de afgelopen 10 jaar Naar soort werklocatie en per regio Gemeenten en werklocaties Plannen GRONDPRIJZEN Bedrijventerreinen Stedelijke dienstenterreinen VEROUDERING & REVITALISERING Veroudering - soort werklocatie Veroudering - per regio Revitalisering - soort werklocatie Revitalisering - per regio KAVELBENUTTING, LEEGSTAND EN BRAAKLIGGENDE KAVELS Soort werklocatie Regio's en werklocaties BOG-AANBOD 2 Vastgoedaanbod vanaf 2005 Naar soort werklocatie en per regio Gemeenten en werklocaties
2
De gegevens over het aanbod van bedrijfsonroerendgoed op de werklocaties worden niet in REBIS geregistreerd, maar in de BOG-monitor Limburg. Beide monitors zijn op adresniveau met elkaar gekoppeld, zodat uitspraken mogelijk zijn voor de Limburgse werklocaties.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
15
VESTIGINGEN 3 Vestigingenontwikkeling in de afgelopen 10 jaar Naar soort werklocatie en per regio Gemeenten en werklocaties Werklocaties versus Limburg totaal WERKGELEGENHEID 3 Werkgelegenheidsontwikkeling in de afgelopen 10 jaar Naar soort werklocatie en per regio Gemeenten en werklocaties Werklocaties versus Limburg totaal BEDRIJVENDYNAMIEK Oprichtingen Opheffingen Verhuizingen
3
3
De gegevens over bedrijfsvestigingen, werkgelegenheid en bedrijvendynamiek op de werklocaties worden niet in REBIS geregistreerd, maar in het Vestigingenregister Limburg (VRL). Beide monitors zijn op adresniveau met elkaar gekoppeld, zodat uitspraken mogelijk zijn voor de Limburgse werklocaties.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
16
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
17
3
WERKWIJZE REBIS-ACTUALISATIE 3.1
Protocol
Tot 2012 werden de gegevens in REBIS jaarlijks geactualiseerd middels een zogenaamde kaartenquête die de terreinbeheerders aan het eind van ieder jaar werd toegestuurd met de vraag om op kaart de mutaties aan te geven die dat jaar hadden plaatsgevonden. Vanaf 2012 vindt de actualisatie door het jaar heen plaats (maandelijkse actualisatie). Om dit mogelijk te maken is de website van REBIS doorontwikkelt, zodat terreinbeheerders in hun rol als ‘editor’ in het besloten deel van de website zelf direct mutaties kunnen doorvoeren. Om toegang te krijgen tot het besloten deel heeft iedere terreinbeheerder een gebruikersnaam en wachtwoord. De mutaties worden dan door de ‘administrator’ op validiteit gecontroleerd en vervolgens in het openbaar (bevroren) deel opgenomen (gepubliceerd). De rol van administrator wordt vervult door Etil. Door deze werkwijze zijn geen editorfouten mogelijk; men werkt als het ware in een werkkopie. De controle dient niet alleen als kwaliteitsbewaking, maar ook als garantie dat in heel Limburg dezelfde definities en afbakeningen worden gehanteerd. De administrator heeft twee mogelijkheden om de gegevens te publiceren in het openbare deel dat voor eenieder toegankelijk is: - Directe publicatie - Maandelijkse publicatie Directe publicatie Dit betreft datawijzigingen of kleinschalige kaartwijzigingen die duidelijk zijn en geen aanvullende vragen oproepen. Deze wijzigingen worden dan in een of twee dagen direct gepubliceerd. Maandelijkse publicatie Indien wijzigingen worden doorgevoerd die vragen oproepen of meer ingewikkelde kaartbewerkingen betreffen, worden de mutaties ‘bewaard’ tot het einde van de maand. In de eerste volle week van iedere maand gaat op de dagen maandag, dinsdag en woensdag het besloten deel van het REBIS-systeem ‘op slot’. Het systeem is weliswaar nog steeds voor iedereen toegankelijk, maar er kunnen op deze dagen geen wijzigingen worden doorgevoerd in het systeem door de terreinbeheerders. De administrator exporteert in deze periodes het systeem naar een externe werkomgeving ten behoeve van GIS-bewerkingen. In deze externe GIS-omgeving kan namelijk de kwaliteit van de kaarten gewaarborgd blijven. Ook worden hier andere informatiebronnen zoals het Vestigingenregister Limburg, de BOG-monitor Limburg, de BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen) en kadasterkaarten gebruikt ter controle. Deze tijd gebruikt de administrator ook voor algemene kwaliteitsverbeteringen. Na verwerking van de mutaties publiceert de administrator deze in het openbare c.q. bevroren systeem. De terreinbeheerders hebben de mogelijkheid om mutaties, bijvoorbeeld nieuwe plan- of verkavelingskaarten de administrator apart (buiten het systeem om) toe te mailen (
[email protected]). Deze wijzigingen zullen dan door de administrator aan het begin van de opvolgende maand gepubliceerd worden in het systeem. In het volgende overzicht is het komende jaar per maand aangegeven welke dagen het systeem ‘op slot’ gaat. Het betreft daarbij de eerste drie dagen van de eerste volle week van de maand.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
18
REBIS kalender 2015
3.2
Handleiding actualisatie
In deze paragraaf wordt uitleg gegeven hoe door de databeheerders mutaties in het besloten deel van de website door kunnen voeren. Om mutaties te kunnen doorvoeren dient eerst ingelogd te worden. Iedere databeheerder heeft één account. Deze account bestaat uit een gebruikersnaam en een wachtwoord. Indien men het wachtwoord is vergeten, kan het
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
19
wachtwoord opgevraagd worden bij de administrator (Etil) via het mailadres
[email protected]. Het besloten deel is op de website toegankelijk via het login-veld linksonder. Op te merken is dat alle wijzigingen worden doorgevoerd in een werkkopie en niet in het systeem zelf, zoals dat in het openbare deel toegankelijk is. Alleen indien de administrator de gegevens heeft ‘gepubliceerd’ worden de gegevens in het systeem overgenomen. Indien men heeft ingelogd ziet men een vijftal tabbladen waar de informatie als volgt is gecategoriseerd in omgekeerde volgorde zoals weergegeven op de webpagina: - Gebruikshandleiding - Gebruikersbeheer - Export - Contactpersonen - Werklocaties Gebruikshandleiding In dit tabblad is de voorliggende gebruikshandleiding opgeslagen. Gebruikersbeheer Hier zijn de gegevens geregistreerd van de databeheerder. De databeheerder is verantwoordelijk voor de actualisatie van de terreinen die onder zijn of haar beheer vallen en is aanspreekpunt voor de administrator (Etil) en de Provincie Limburg. De databeheerder kan zijn eigen gegevens wijzigen. Ook kan men voor de eigen organisatie de databeheerder wijzigen. In dat geval vragen wij om dit ook persoonlijk door te geven aan de administrator (en de Provincie Limburg). Het is mogelijk zijn/haar gebruikersnaam en wachtwoord zelf te wijzigen. De toewijzing van nieuwe databeheerders of de toewijzing van nieuwe terreinen wordt uitgevoerd door de administrator. Indien een van de terreinen vanaf enig moment onder de verantwoordelijkheid van een andere databeheerder vallen, kunt u dit doorgeven via
[email protected]. De administrator (Etil) zal dan een nieuwe databeheerder toevoegen en de desbetreffende terreinen toewijzen aan deze databeheerder. Om de gegevens te wijzigen klik op het tabblad, selecteer de persoon en klik op ‘wijzigen’ en vervolgens nogmaals op ‘wijzigen’. Export In dit tabblad heeft de databeheerder de mogelijkheid om enkele databestanden te downloaden. Het betreft daarbij enerzijds gegevens over de contactpersonen die verantwoordelijk zijn in uw organisatie voor de exploitatie en verkoop van de terreinen en anderzijds gegevens over de aanwezige bedrijven op de terreinen die onder uw verantwoordelijkheid vallen. De bestanden worden geëxporteerd als Excel-bestanden en zijn vrij te gebruiken. De gegevens over de vestigingen zijn afkomstig uit het Vestigingenregister Limburg (VRL) van Etil. Op te merken is dat deze gegevens slechts een beperkt deel van de informatie betreft die openomen is in dit register. Indien men hierover vragen heeft, kan contact worden opgenomen met de administrator.
Contactpersonen Hier worden de gegevens geregistreerd over de contactpersonen die per terrein verantwoordelijk zijn voor exploitatie en verkoop. De databeheerder kan meerdere contactpersonen opnemen. Per terrein is echter slechts één contactpersoon mogelijk. De databeheerder is verantwoordelijk voor de toewijzing(en). Deze contactpersoon zal ook op de factsheet staan vermeld en fungeert voor potentiële investeerders als aanspreekpunt. De databeheerder kan hier dan ook zelf bepalen (c.q. registreren) welke naam, telefoonnummer en mailadres op de
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
20
factsheet vermeld dienen te worden. Men heeft de mogelijkheid om contactpersonen te wijzigen, te verwijderen of nieuw toe te voegen. Om de gegevens te veranderen klik op het tabblad ‘Contactpersonen’, selecteer de desbetreffende persoon, klik op ‘Wijzigen’ en vervolgens nogmaals op ‘Wijzigen’. Indien men personen wil verwijderen of toevoegen klik dan op respectievelijk ‘Verwijderen’ of ‘Nieuwe contactpersoon’. Let op; er kan slechts één contactpersoon toegewezen worden aan een terrein, maar wel kunnen uiteraard meerdere terreinen aan één contactpersoon worden toegewezen. Onderaan kan men bepalen voor welk(e) terrein(en) de contactpersoon verantwoordelijk is. Werklocaties In dit tabblad vinden de eigenlijke data- en kaartmutaties van de terreinen plaats. Indien men dit tabblad selecteert, krijgt men een overzicht van de terreinen waar men als databeheerder verantwoordelijk voor is. Deze lijst kan via de kolomkoppen gesorteerd worden. Indien men een terrein geselecteerd heeft en op ‘Wijzigen’ heeft gedrukt verschijnt de kaart van het desbetreffende terrein. Ook verschijnt rechtsboven een keuzemenu, waar men onder andere kan kiezen uit de luchtfoto of topografische kaart als referentiekaart. Ook kan men kiezen of men de bevroren (openbare kaart) of de actuele kaart (werkkopie) wil zien. Op te merken is dat de werkkopie pas na controle door de administrator wordt opgenomen c.q. gepubliceerd in de openbare kaart.
3.2.1 Wijzigen terreininformatie Voor het wijzigen van de informatie (data en kaart) van een terrein, zijn de volgende stappen van toepassing: Stap 1: Selectie terrein Door het desbetreffende terrein in het overzicht te selecteren (aan te vinken), kan de informatie over dit terrein gewijzigd worden. Kies vervolgens ‘Wijzigen’. Vervolgens komt het terrein op de kaart in beeld. Men bevindt zich nu op het niveau van het terrein en de daaraan verbonden informatie. Rechts van het kaartbeeld heeft men de keuze of men de contouren van het terrein wil wijzigen op de kaart (‘Kaart’) of dat men de aan het terrein gekoppelde data wil wijzigen (‘Data’). Stap 1a Datawijzigingen Na het selecteren van de knop ‘Data’ verschijnt een overzicht van thema’s waar de informatie over het desbetreffende terrein als volgt is gecategoriseerd: - Algemene gegevens - Bereikbaarheid - Kwaliteit - Herstructurering - Technische gegevens - Overige gegevens Indien men in het datadeel wijzigingen wil doorvoeren, selecteer bovenaan de knop “Wijzigen’. Vervolgens kunnen de gegevensvelden gewijzigd c.q. geactualiseerd worden. Na de wijziging wordt deze via de knop ‘Opslaan en versturen’ verstuurd naar de administrator (Etil). Na controle zullen de gegevens worden gepubliceerd in het openbare deel van REBIS.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
21
In hoofdstuk vier (Definities & Afbakeningen) wordt per thema nader ingegaan op de afzonderlijke gegevensvelden en de daarbij gehanteerde definities en registratiemogelijkheden. Stap 1b Kaartwijzigingen REBIS is een geografisch informatiesysteem bestaande uit kaarten met daaraan gekoppelde informatie. Naast datawijzigingen kunnen ook op kaart wijzigingen aangebracht worden. Zo kan op terreinniveau bijvoorbeeld de contour van het terrein gewijzigd worden. Klik voor kaartwijzigingen rechts van het kaartbeeld op de knop ‘Kaart’ en vervolgens bovenaan op de knop ‘Wijzigen’. Er verschijnt een aantal wijzigingsmogelijkheden: - Geometrie selecteren - Nieuwe geometrie - Splitting line - Split - Delete geometrie Wijzigen contour: Indien de contour van een terrein gewijzigd dient te worden, kies eerst ‘geometrie selecteren’ en selecteer vervolgens het terrein op de kaart. Het terrein wordt geselecteerd, waarbij de zogenaamde nodes (punten op de kaart die de vorm c.q. contour van een vlak vastleggen) zichtbaar worden. Door deze nodes te selecteren en naar een andere locatie te slepen met de muis kan de contour van het terrein aangepast worden. Terrein delen in verschillende terreinen: Indien een terrein gesplitst dient te worden in twee terrein, kiest men na het selecteren van het terrein ‘splitting line’ en trekt men vervolgens op kaart de lijn op basis waarvan het terrein gedeeld dient te worden (dubbelklik op het einde van deze actie). Zorg er voor dat het begin alsook het eind van de lijn buiten het terrein liggen. Door vervolgens op ‘split’ te drukken wordt het terrein daadwerkelijk gesplitst op basis van de ingetekende lijn. Terrein verwijderen: Ook kan een terrein verwijderd worden door na het selecteren van het terrein op ‘delete geometrie’ te drukken. Dit zal in de praktijk nauwelijks voorkomen en altijd tot gevolg hebben dat de administrator bij de controle navraag doet of deze verwijdering correct is. Pas na deze dubbelcheck wordt het terrein daadwerkelijk verwijderd uit het openbare deel van REBIS. Na het aanbrengen van de wijzigingen worden deze middels ‘Opslaan en versturen’ naar de administrator verzonden ter controle en publicatie c.q. opname in het openbare deel van REBIS.
3.2.2 Wijzigen kavelinformatie Indien de informatie (data en kaart) van één of meerdere kavels op een terrein gewijzigd dient te worden, zijn de volgende stappen van toepassing: Stap 1: Selectie kavel
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
22
Door het desbetreffende terrein in het terreinenoverzicht te selecteren (aan te vinken), kan de informatie over dit terrein en de desbetreffende kavels gewijzigd worden. Men bevindt zich vooralsnog op het niveau van het terrein en de daaraan verbonden informatie over het terrein. Door linksboven op ‘kavels’ te drukken komt men vervolgens op het niveau van de afzonderlijke kavels. Op de kaart verschijnt voor iedere kavel een icoon. Door een van deze iconen te selecteren, kunt u de te wijzigen kavel kiezen. Na de selectie van de kavel zoomt de kaart in op deze kavel en wordt de kavel op kaart middels een rode stippellijn geselecteerd. Rechts van het kaartbeeld heeft men de keuze of men mutaties wil uitvoeren op de kaart (‘Kaart’) of dat men de aan de kavel gekoppelde data wil wijzigen (‘Data’). Stap 1a Datawijzigingen Na het selecteren van de knop ‘Data’ verschijnt een overzicht van thema’s waar de informatie over de desbetreffende kavel als volgt is gecategoriseerd: - Algemene gegevens - Uitgeefbaar - Uitgegeven In hoofdstuk vier (Definities & Afbakeningen) wordt per thema nader ingegaan op de afzonderlijke gegevensvelden en de daarbij gehanteerde definities en registratiemogelijkheden. Indien men in het datadeel wijzigingen wilt doorvoeren, selecteer bovenaan de knop “Wijzigen’. Vervolgens kunnen de gegevensvelden gewijzigd c.q. geactualiseerd worden. Na de wijziging wordt deze via de knop ‘Opslaan en versturen’ verstuurd naar de administrator (Etil). Na controle zullen de gegevens worden gepubliceerd in het bevroren (openbare) deel van REBIS. Stap 1b Kaartwijzigingen REBIS is een geografisch informatiesysteem bestaande uit kaarten met daaraan gekoppelde informatie. Naast datawijzigingen kunnen ook op kaart wijzigingen aangebracht worden. Op kavelniveau kan bijvoorbeeld de contour van de kavel gewijzigd of gesplitst worden. Men kan ook kiezen om een nieuwe kavel in te tekenen (Nieuw perceel creëren). Klik voor kaartwijzigingen rechts van het kaartbeeld op de knop ‘Kaart’ en vervolgens ‘Wijzigen’. Er verschijnt een aantal wijzigingsmogelijkheden: - Geometrie selecteren - Nieuwe geometrie - Splitting line - Split - Nieuwe kavel - Delete geometrie Wijzigen contour: Indien de contour van een kavel gewijzigd dient te worden, kies eerst ‘geometrie selecteren’ en selecteer vervolgens de geselecteerde kavel op de kaart. De kavel wordt geselecteerd en de nodes worden zichtbaar (punten op de kaart die de vorm c.q. contour van een vlak vastleggen). Door de nodes te selecteren en naar een andere locatie te slepen met de muis kan de contour van de kavel aangepast worden. Kavel delen in verschillende kavels:
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
23
Indien een kavel gesplitst dient te worden in bijvoorbeeld twee kavels, kiest men na het selecteren van de kavel ‘splitting line’ op kaart de lijn op basis waarvan de kavel gedeeld dient te worden (dubbelklik op het einde van deze actie). Zorg er voor dat het begin alsook het eind van de lijn buiten de kavel liggen. Door vervolgens op ‘split’ te drukken wordt de kavel op basis van de ingetekende lijn gesplitst. Vervolgens dient één van de twee kavels als nieuwe kavel gedefinieerd te worden door het desbetreffende deel op de kaart te selecteren en vervolgens boven aan het scherm op ‘nieuwe kavel’ te drukken. Er verschijnt vervolgens een datablad waar de gegevens over de nieuwe kavel geregistreerd kunnen worden. Kavel verwijderen: Ook kan een kavel verwijderd worden door na het selecteren van de kavel op ‘delete geometrie’ te drukken. Dit zal in de praktijk nauwelijks voorkomen en altijd tot gevolg hebben dat de administrator bij de controle navraag doet of deze verwijdering correct is. Pas na deze controle wordt de kavel daadwerkelijk verwijderd uit het openbare deel van REBIS. Na het aanbrengen van de wijzigingen worden deze middels ‘Opslaan en versturen’ naar de administrator verzonden ter controle en publicatie c.q. opname in het openbare deel van REBIS.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
24
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
25
4
DEFINITIES & AFBAKENINGEN
Voor veel van de informatie die is opgenomen in REBIS spreekt de betekenis voor zich. Voor een aantal informatievelden is echter een nadere uitleg noodzakelijk om deze informatie goed te kunnen duiden. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende categorieën van informatie, zowel op het niveau van het terrein alsook op het niveau van de kavels.
4.1 Terreininformatie De terreininformatie is gecategoriseerd in een zestal thema’s: - Algemene gegevens - Bereikbaarheid - Kwaliteit - Herstructurering - Technische gegevens - Overige gegevens Thema 1: Algemene gegevens Gemnaam De naam van de gemeente waarin (het grootste deel van) de werklocatie gelegen is. Dit veld is overigens niet te wijzigen (niet aan veranderingen onderhevig) en wordt door de administrator (Etil) bij opname van het terrein in REBIS geregistreerd. RINnummer Dit is een nummer ter identificatie van een werklocatie. Iedere werklocatie heeft een uniek nummer dat altijd gelijk blijft. Het Rinnummer kent zes cijfers, waarbij de Limburgse RINnummers beginnen met '20' (cf. landelijk systeem IBIS). Dit veld is overigens niet te wijzigen (niet aan veranderingen onderhevig) en wordt door de administrator (Etil) bij opname van het terrein in REBIS geregistreerd. Dit om de uniciteit van de code te kunnen waarborgen. Naam terrein De naam waaronder de werklocatie bekend is (= plannaam). De naam van het terrein wordt door de desbetreffende databeheerder geregistreerd. Wel wordt geadviseerd de naam zo kort en bondig te houden als mogelijk en aanduidingen zoals ‘bedrijventerrein’, industrieterrein’, ‘IT’, ‘BT’ in de naamgeving niet op te nemen. Ook wordt aangeraden lidwoorden niet of achter de naam te plaatsen (“Berk, de” in plaats van “De Berk”). De rol van de administrator (Etil) is de controle op de uniciteit van de naam. Soort terrein In REBIS worden drie soorten werklocaties onderscheiden: bedrijventerreinen, stedelijke dienstenterreinen en solitaire bedrijfslocaties. Een nadere omschrijving is opgenomen in hoofdstuk 1. Plaats/kern Naam van de woonkern volgens de woonplaatsenlijst waarin of waarbij de werklocatie gelegen is.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
26
Databeheerder Naam van de organisatie en persoon die verantwoordelijk is voor de actualisatie van de gegevens in REBIS betreffende de terreinen die onder de verantwoordelijkheid vallen van de desbetreffende databeheerder. Deze persoon is tevens het aanspreekpunt voor Etil en de Provincie Limburg. Iedere organisatie heeft daarmee één aanspreekpunt c.q. databeheerder, die men zelf kan wijzigen in het systeem. Externe link (URL) Betreft het internetadres dat geregistreerd kan worden voor het terrein. Het betreft hier de website van een terrein. Indien een terrein geen eigen website heeft kan het informatieveld leeg gelaten worden. Externe link (naam van de link) Betreft de naam van de bovenstaande URL-link. De URL-link is een technische aanduiding van het internetadres. Bij deze link kan vervolgens een gebruiksvriendelijke naam opgegeven worden. Prijscode (koop of erfpacht) Dit veld geeft aan of een koopprijs of een erfpacht/leaseprijs van toepassing is. - koop: koopprijs is van toepassing. - erfpacht/lease: erfpacht- of leaseprijs is van toepassing. Koopprijs/ erfpachtprijs (min/max) Het betreft de minimum en maximumprijs van de beschikbare grond per m² (in € exclusief BTW). De prijs wordt op terreinniveau geregistreerd (en niet op kavelniveau). Indien het veld leeg gelaten wordt, wordt in REBIS het veld met de tekst “op aanvraag” gevuld. AAN TE BEVELEN dit veld altijd in te vullen en voortdurend te checken op actualiteit. Bestemmingsplanfase De planfase wordt geregistreerd op basis van nWRO (nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening). De volgende fasen worden onderscheiden: - Onherroepelijk bestemmingsplan: een vastgesteld bestemmingsplan voor een werklocatie dat onherroepelijk is geworden. - Vastgesteld bestemmingsplan: is een bestemmingsplan voor een werklocatie dat door de gemeenteraad is vastgesteld waartegen nog beroepsmogelijkheden openstaan of waartegen beroep is ingesteld. - Ontwerp bestemmingsplan: is een ontwerp voor een bestemmingsplan voor een werklocatie dat door burgemeester en wethouders ter inzage is gelegd. - Plan in structuurvisie: werklocatie opgenomen in een provinciale of gemeentelijke structuurvisie en waarvoor nog geen bestemmingsplanprocedure gestart is. - Ruimtelijk plan: werklocatie niet opgenomen in een provinciale of gemeentelijke structuurvisie, maar waarvoor wel een (master)plan is opgesteld. Een ruimtelijk plan heeft betrekking op een specifiek afgebakende werklocatie. Het aanwijzen van zoekgebieden valt er niet onder.
Thema 2: Bereikbaarheid Benaming ontsluitingsaard Het betreft hier de wijze van ontsluiting van de werklocatie. De volgende mogelijkheden zijn per terrein aan te geven: - Weg: het terrein is alleen via de weg bereikbaar
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
27
-
Weg/lucht: het terrein is zowel via de weg als via de lucht direct bereikbaar. Het betreft alleen terreinen direct aan de luchthaven. Weg/rail: het terrein is zowel via de weg als via rail direct bereikbaar. Op het terrein is dus een station of railterminal ten behoeve van vrachtverkeer aanwezig. Weg/water: het terrein is zowel via de weg als via water direct bereikbaar. Op het terrein is dus een binnenhaven of kade ten behoeve van goederenoverslag aanwezig. Weg/rail/water: het terrein is zowel via de weg als via rail en water direct bereikbaar. Op het terrein is dus een station/railterminal alsook een binnenhaven/kade ten behoeve van goederenoverslag aanwezig.
Autosnelweg Deze informatie wordt door de administrator (Etil) ingevuld en is niet door de databeheerder te wijzigen. Dit om voor alle terreinen een gelijke definiëring te kunnen waarborgen. Wel kan de databeheerder een wijzigingsvoorstel indienen dat vervolgens met de Provincie Limburg wordt besproken. Indien de achterliggende redenering valide blijkt, kan vervolgens het wijzigingsvoorstel overgenomen worden. Onder dit informatieveld worden een drietal gegevens geregistreerd: Type van wegontsluiting: Het gaat hierbij om de externe ontsluiting van de werklocatie c.q. de wijze van aansluiting van de werklocatie op de weginfrastructuur. De volgende mogelijkheden worden onderscheiden: - Directe aansluiting van de ontsluitingsweg van het terrein op het snelwegennet - Aansluiting van de ontsluitingsweg van het terrein op het hoofdwegennet - Aansluiting van een ontsluitingsweg van het terrein op het overige wegennet Naam: naam van de dichtstbijzijnde autosnelweg. Afstand: afstand tot de dichtstbijzijnde autosnelweg. Bepalend daarbij is de afstand tot de dichtstbijzijnde op-/afrit van de desbetreffende autosnelweg. De afstand wordt berekend via het hoofdwegennet. Railterminal Het gaat hierbij om de wijze van spoorontsluiting c.q. de aanwezigheid van een railterminal. Onder spoorontsluiting wordt verstaan de ontsluiting van een terrein door een verzamelspoor dat eindigt op of aan het terrein. Raccordementen (aftakkingen van een spoorlijn of hoofdspoor naar een bedrijf) vallen hier buiten beschouwing. Deze informatie wordt door de administrator (Etil) ingevuld en is niet door de terreinbeheerder te wijzigen. Dit om voor alle terreinen een gelijke definiëring te kunnen waarborgen. Wel kan de databeheerder een wijzigingsvoorstel indienen dat vervolgens met de Provincie Limburg wordt besproken. Indien de achterliggende redenering valide blijkt, kan vervolgens het wijzigingsvoorstel overgenomen worden. Onder dit informatieveld worden een drietal gegevens geregistreerd: Type van spoorontsluiting: - Geen spoor - Wel spoor, geen aftakking naar werklocatie aanwezig - Wel spoor, met aftakking naar werklocatie, maar niet in gebruik - Wel spoor, met aftakking naar werklocatie, in gebruik door particuliere partijen - Wel spoor, met aftakking naar werklocatie, in gebruik door publieke partijen Naam: naam van de dichtstbijzijnde railterminal. Afstand: afstand tot de dichtstbijzijnde railterminal. De afstand wordt berekend via het hoofdwegennet. Binnenhaven Het betreft de wijze van waterontsluiting c.q. de aanwezigheid van een binnenhaven. Het gaat hierbij om de wijze van ontsluiting via vaarwater en de aanwezigheid van een laad- en loskade en de wijze van gebruik daarvan op de werklocatie. Deze informatie wordt door de
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
28
administrator (Etil) ingevuld en is niet door de databeheerder te wijzigen. Dit om voor alle terreinen een gelijke definiëring te kunnen waarborgen. Wel kan de databeheerder een wijzigingsvoorstel indienen dat vervolgens met de Provincie Limburg wordt besproken. Indien de achterliggende redenering valide blijkt, kan vervolgens het wijzigingsvoorstel overgenomen worden. Onder dit informatieveld worden een drietal gegevens geregistreerd: Type van waterontsluiting: - Aan vaarwater gelegen, kade aanwezig; kade eigendom van de overheid - Aan vaarwater gelegen, kade aanwezig; kade eigendom van particuliere eigenaar - Aan vaarwater gelegen, kade aanwezig; wordt echter niet langer gebruikt - Aan vaarwater gelegen, maar geen kade aanwezig - Niet aan vaarwater gelegen Naam: naam van de dichtstbijzijnde binnenhaven. Afstand: afstand tot de dichtstbijzijnde binnenhaven. De afstand wordt berekend via het hoofdwegennet. Luchthaven Het gaat hierbij om de wijze van ontsluiting via de lucht c.q. de aanwezigheid van een luchthaven. In Limburg betreft het slechts terreinen gelegen aan de luchthaven MAA. Deze informatie wordt door de administrator (Etil) ingevuld en is niet door de databeheerder te wijzigen. Dit om voor alle terreinen een gelijke definiëring te kunnen waarborgen. Wel kan de databeheerder een wijzigingsvoorstel indienen dat vervolgens met de Provincie Limburg wordt besproken. Indien de achterliggende redenering valide blijkt, kan vervolgens het wijzigingsvoorstel overgenomen worden. Onder dit informatieveld worden een drietal gegevens geregistreerd: Type van ontsluiting via de lucht: - Luchthaven aanwezig op het terrein - Geen luchthaven aanwezig op het terrein Naam: naam van de dichtstbijzijnde luchthaven. Afstand: afstand tot de dichtstbijzijnde luchthaven. De afstand wordt berekend via het hoofdwegennet.
Thema 3: Kwaliteit Onderhoud openbare ruimte Hoe is het gesteld met de staat van onderhoud van de openbare ruimte op het terrein? 1 = goed 2 = voldoende 3 = matig 4 = slecht Onderhoud particuliere ruimte Hoe is het gesteld met de staat van onderhoud van de private ruimte op het terrein? 1 = goed 2 = voldoende 3 = matig 4 = slecht Parkeren Hoe zijn de parkeermogelijkheden op het terrein (inclusief op de private kavels)? 1 = goed 2 = voldoende
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
29
3 = matig 4 = slecht Interne ontsluiting Hoe is de interne ontsluiting van wegen op het terrein? 1 = goed 2 = voldoende 3 = matig 4 = slecht Externe ontsluiting Hoe beoordeelt u de externe ontsluiting van het terrein? (indien voorhanden ook de ontsluiting via spoor of water meewegen) 1 = goed 2 = voldoende 3 = matig 4 = slecht Parkmanagement Is er op dit terrein een beheer- dan wel parkmanagement-organisatie actief? Ja/Nee Overlast Is er hinder op het terrein als gevolg van stank-, geluid- of criminaliteitsoverlast? Ja/Nee Leegstand Is er, naar uw eigen inschatting langdurige leegstand (>1 jaar) die meer dan 10% van het terrein betreft? Ja/Nee
Thema 4: Herstructurering Verouderd terrein - Ja, het terrein is (grotendeels) verouderd volgens de terreinbeheerder (subjectief oordeel) - Nee, het terrein is niet verouderd volgens de terreinbeheerder (subjectief oordeel) Oorzaak van veroudering Indien terreinen als verouderd worden aangeduid, kan dit verschillende oorzaken hebben: - Technische veroudering: betreft de fysieke en niet-fysieke infrastructuur, die niet langer past bij de vestigingseisen van bedrijven, zoals gebrek aan (grootschalig) onderhoud, maar ook het ontbreken van bijvoorbeeld glasvezelkabel of een te smal wegprofiel. - Economische veroudering: is het afnemen van de bijdrage, die het terrein levert aan de economische ontwikkeling van een gemeente/regio (bruto regionaal product, aantal arbeidsplaatsen), maar ook afname van de grondwaarde en bouwkundige veroudering van het bedrijfsonroerendgoed doordat perceel en gebouw incourant zijn geworden. - Maatschappelijk veroudering: Betreft sociale veiligheid en andere aspecten van leefbaarheid, bijvoorbeeld door gewijzigde regelgeving (milieu, veiligheid, arbeidsomstandigheden). - Ruimtelijke veroudering: betreft de inrichting van de werklocatie en de ruimtelijke inpassing in de omgeving. Hierbij speelt ook een eventueel conflict tussen verschillende grondgebruikfuncties c.q. veranderende omgeving een rol van betekenis, waardoor de locatie niet meer passend is voor de functie c.q. het type van de werklocatie. Bijvoorbeeld het ontbreken van openbaar vervoer voor arbeidsintensieve bedrijven.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
30
Oppervlakte van het verouderde terrein Het betreft de oppervlakte van het verouderde deel van het terrein (in ha). Het kan het gehele terrein betreffen, maar het kan ook slechts een deel van het terrein betreffen. Herstructureringsplan - Ja, het terrein is verouderd en er bestaat een herstructureringsplan - Nee, het terrein is weliswaar verouderd, maar er bestaat (nog) geen herstructureringsplan Herstructureringsfase Indien een herstructureringsplan bestaat, kan dit plan zich in verschillende fasen bevinden: - Plan van aanpak / startnotitie is aanwezig, waarin de knelpunten, wensen en eisen van overheid en bedrijven zijn geïnventariseerd, evenals mogelijkheden en oplossingsrichtingen. - Masterplan is aanwezig met een ruimtelijk-economische visie en grondpolitiek, en eveneens een globale raming van kosten en opbrengsten. - Revitaliseringsplan / projectplan is aanwezig, waarbij het masterplan is opgedeeld in verschillende deelprojecten inclusief concrete oplossingen, maatregelen en financiering. - Financieringsfase: het college van B&W en/of de gemeenteraad heeft de plannen geaccordeerd en heeft de financiering vastgesteld. - Voorbereidingsfase: de uitvoering wordt voorbereid door het vertalen van de plannen naar concrete opdrachten voor aanbesteding. - Uitvoeringsfase: het revitaliseringsplan / projectplan wordt uitgevoerd. Herstructureringsaanpak Indien een terrein verouderd is, wordt onderscheid gemaakt in de volgende vormen van aanpak: - Facelift: hierbij is sprake van een grote opknapbeurt. Deze wordt toegepast indien sprake is van fysieke veroudering van openbare ruimte en gebouwen. - Revitalisering: hierbij blijft de bestaande economische functie (bedrijventerrein of stedelijk dienstenterrein) gehandhaafd. Er is sprake van (dreigende) leegstand en achteruitgang van het terrein. Forse ingrepen zijn nodig om de kwaliteiten van de locatie te verbeteren: aanpak van infrastructuur, openbare en private ruimte. - Zware revitalisering: bij dit soort revitalisering is op delen van terreinen sprake van noodzakelijke verwerving van gronden waarna deze bouwrijp worden gemaakt. Bodemsanering, sloop van opstallen en de aanleg/herinrichting van (nieuwe) infrastructuur is veelal onderdeel van dit proces. De gronden kunnen aansluitend (deels) opnieuw worden uitgegeven. De huidige werkfunctie van het terrein, met reguliere bedrijfsruimtes, blijft behouden. - Herprofilering: hierbij is sprake van een zware vorm van revitalisering die leidt tot functiewijziging waarbij echter wel sprake is van behoud van de werkfunctie. Een alternatieve invulling met hogere grondprijzen is mogelijk. De locatie krijgt een nieuwe werkfunctie bijvoorbeeld kantorenlocatie of detailhandel. Dit vraagt veelal om (gedeeltelijke) sloop van panden en een aanpassing van de infrastructuur. - Transformatie: In tegenstelling tot herprofilering wordt het terrein aan de voorraad onttrokken en worden nieuwe, niet-economische functies op de locatie gevestigd. Er is sprake van een totale herinrichting van het terrein waarbij het terrein (of een deel daarvan) wordt onttrokken aan de voorraad werklocaties.
Herstructureringsoppervlakte Oppervlakte van het te herstructureren terrein (in ha). Het betreft de oppervlakte waarop het desbetreffende herstructureringsplan van toepassing op is.
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
31
Thema 5: Technische gegevens Het thema ‘Technische gegevens’ gaat in op de aanwezigheid van: Gas Ja/Nee Stroom tot 220 volt Ja/Nee Stroom tot 20.000 volt Ja/Nee Stroom tot 110.000 volt Ja/Nee Drinkwater Ja/Nee Industriewater Ja/Nee ADSL Ja/Nee Glasvezel Ja/Nee Draadloos Ja/Nee Kabel Ja/Nee Satelliet Ja/Nee UMTS Ja/Nee WLAN hotspot Ja/Nee
Thema 6: Overige gegevens Grootste bedrijven
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
32
Het betreft hier de vijf grootste bedrijfsvestigingen op het terrein op basis van het aantal werkzame personen die op of via deze vestigingen werkzaam zijn (fulltime, parttime en uitzendkrachten). De gegevens zijn afkomstig uit het Vestigingenregister Limburg (VRL) van Etil. Deze gegevens worden één maal per jaar geactualiseerd middels een werkgelegenheidsenquête onder de Limburgse bedrijven. Dit veld is overigens niet te wijzigen en wordt door de administrator (Etil) bij opname van het terrein dan wel de jaarlijkse momentopname in REBIS geregistreerd. Dit om de kwaliteit en actualiteit (jaarlijkse actualisatie door Etil) van de gegevens te kunnen waarborgen. Overige interessante bedrijven Het betreft hier een vijftal overige interessante bedrijfsvestigingen op het terrein die NIET reeds vermeld zijn bij de vijf grootste bedrijven. De administrator (Etil) heeft deze bedrijven in het voorjaar van 2012 ingevuld op basis van het Vestigingenregister Limburg (VRL). Het betreft daarbij de grootste bedrijfsvestigingen op het terrein op positie nr. 6 tot en met 10 qua werkgelegenheid. De databeheerder kan hier zelf bedrijven vervangen; bijvoorbeeld door kleinere bedrijven die echter wel een meer innovatieve of internationale uitstraling of grotere omzet hebben. De verantwoordelijkheid van deze informatie ligt dan ook bij de desbetreffende databeheerder. Opgelet dient te worden dat er geen dubbelregistraties voorkomen tussen de grootste vijf bedrijven en de overige interessante bedrijven. Etil adviseert dan ook de informatie betreffende de overige interessante bedrijven één maal per jaar te controleren in de maand januari. StartjaarUitgifte Het jaar waarop de eerste kavel op de werklocatie verkocht of in erfpacht uitgegeven is. De kavel wordt als verkocht beschouwd als een koopovereenkomst / erfpachtovereenkomst bij de notaris is gepasseerd. Deze gegevens zijn begin 2012 door de adminstrator (Etil) gevuld op basis van het oudste bouwjaar van het vastgoed op het terrein. Indien de databeheerder een andere mening is toegedaan kan men het bouwjaar wijzigen. Bij opname van nieuwe terreinen in REBIS of realisatie van geplande terreinen dient de terreinbeheerder vanaf 2012 dit informatieveld (initieel) te vullen. Geluidszonering van toepassing Mogen op de werklocatie zich IVB-inrichtingen zich vestigen? Indien de gemeente in het kader van een bestemmingsplan besluit om op een werklocatie zogenaamde grote lawaaimakers toe te laten, moet een geluidzone rond die werklocatie worden vastgesteld. Het gaat hierbij om bedrijven die zeer veel geluid produceren en als zodanig in het Inrichtingen en Vergunningenbeleid (IVB) bij de Wet Milieubeheer zijn aangewezen. Deze zogenaamde art. 2.4 IVBinrichtingen waren vroeger bekend als A-inrichtingen in het kader van de Wet geluidhinder. - Ja; IVB-inrichtingen toegelaten, geluidszondering van toepassing - Nee; geen IVB-inrichtingen toegelaten, geen geluidszondering van toepassing Maximale milieucategorie Het gaat hier om de maximaal toegestane milieucategorie volgens de VNG-indeling (6 categorieën volgens het 'Groene Boekje'). De milieucategorie wordt bepaald op basis van richtafstanden voor de vier ruimtelijk relevante milieuaspecten; geur, stof, geluid en gevaar. In het bestemmingsplan is aangegeven wat de maximale milieucategorie mag zijn. In REBIS wordt de maximale milieucategorie inclusief vrijstelling geregistreerd. - 0 = onbekend - 1 = milieucategorie 1 (zeer licht) - 2 = milieucategorie 2 (licht) - 3 = milieucategorie 3 (licht/middel) - 4 = milieucategorie 4 (middel)
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
33
-
5 = milieucategorie 5 (middel/zwaar) 6 = milieucategorie 6 (zwaar) 7 = geen maximale milieucategorie vastgesteld
4.2 Kavelinformatie De kavelinformatie is gecategoriseerd in een drietal thema’s: - Algemeen - Uitgeefbaar - Uitgegeven
Thema 1: Algemeen Kavelomschrijving Het betreft omschrijving van de kavel. Aan iedere kavel wordt overigens een unieke negencijferige code bestaande uit het zes-cijferige rinnummer van het terrein en een drie-cijferige kavelcode. Deze informatie wordt door de administrator (Etil) ingevuld en is niet door de databeheerder te wijzigen. Dit om de uniciteit van de code te kunnen waarborgen. Er worden de volgende type van kavels in REBIS onderscheiden: - Bedrijfskavel - Groen - Groen (gepland) - Haven - Laad-/loskade - Railinfrastructuur - Railinfrastructuur (gepland) - Vliegveld - Water - Weginfrastructuur - Weginfrastructuur (gepland) - Parkeerterrein - Woning(en) Beschikbaarheid Het betreft de beschikbaarheid van de kavel ten behoeve van uitgifte. De volgende mogelijkheden worden onderscheiden: - Terstond uitgeefbaar: aanbod van bouwrijpe gronden die direct uitgeefbaar zijn in handen van gemeenten of particulieren ten behoeve van bedrijfshuisvesting. Het betreft dus nog niet bebouwde gronden c.q. kavels. - Niet terstond uitgeefbaar: aanbod van niet-bouwrijpe gronden die op termijn uitgeefbaar zijn in handen van gemeenten of particulieren ten behoeve van bedrijfshuisvesting. Het betreft dus nog niet bebouwde gronden c.q. kavels. - Uitgegeven: reeds uitgegeven kavel. De kavel wordt als uitgegeven beschouwd als een koopovereenkomst / erfpachtovereenkomst bij de notaris is gepasseerd. - N.v.t.: niet van toepassing. Voor kavels die niet als bedrijfskavel of woning(en) zijn geregistreerd, wordt in dit veld “n.v.t.” geregistreerd. Deze kavels zijn namelijk niet beschikbaar voor uitgifte. Thema 2: Uitgeefbaar Eigendom
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
34
Het betreft de eigendomssituatie van een beschikbare kavel - Gemeente: de kavel is uitgeefbaar en is in eigendom van c.q. wordt uitgegeven door de gemeente, gemeentelijk grondbedrijf, gemeentelijk havenbedrijf of havenschap. - Particulier: de kavel is uitgeefbaar en is in eigendom van c.q. wordt uitgegeven door ontwikkelingsmaatschappijen, projectontwikkelaars, (bedrijfs-)makelaars of andere particuliere eigenaren. - N.v.t.: niet van toepassing. Voor kavels die niet uitgeefbaar zijn (zijn in het verleden reeds uitgegeven) of voor kavels anders dan bedrijfskavels wordt dit veld gevuld met “n.v.t.”. Optie Op een uitgeefbare kavel kan een optie liggen. Indien dit het geval is dan wordt dit veld gevuld met 'ja' (anders met 'nee'). Onder een optie wordt verstaan een, al dan niet tegen betaling, op schrift gestelde overeenkomst tussen grondeigenaar en kandidaat-koper waarin een bepaalde kavel op een werklocatie voor een bepaalde tijd wordt gereserveerd. - Ja: er ligt een optie op de kavel. - Nee: er ligt geen optie op de kavel. De kavel is dus vrij beschikbaar. Courante kavel Betreft de courantheid van een kavel. Beschikbare kavels zullen grotendeels courante kavels betreffen, maar het kan ook voorkomen dat er zich nog restkavels op een werklocatie bevinden die te klein zijn, een ongunstige ligging hebben of ongunstig qua vorm zijn. - Ja: kavel is courant. - Nee: kavel is incourant. Heraanbod Het betreft heraanbod van een reeds eerder uitgegeven kavel. - Ja: het betreft heraanbod. - Nee: het betreft geen heraanbod.
Thema 3: Uitgegeven Uitgiftejaar Jaar van uitgifte van de kavel. Uitgiftesoort Het betreft hier het soort uitgifte ofwel het investeringsmotief. De volgende mogelijkheden worden onderscheiden: - Nieuwe vestiging: het bedrijf waaraan de kavel is uitgegeven, is afkomstig uit een andere gemeente. - Verplaatsing: het bedrijf waaraan de kavel is uitgegeven, is afkomstig uit dezelfde gemeente. - Uitbreiding: het bedrijf waaraan de kavel is uitgegeven, heeft reeds een vestiging op dezelfde werklocatie. - Oprichting van een nieuw bedrijf: het bedrijf waaraan de kavel is uitgegeven,heeft nog geen vestigingslocatie. Het kan zowel een oprichtend bedrijf zijn alsook een nieuwe nevenvestiging van een bestaande onderneming. Prijscode Een kavel kan zowel verkocht worden alsook in erfpacht/lease uitgegeven worden. - Erfpacht/lease: de kavel is in erfpacht/lease uitgegeven - Koop: de kavel is verkocht
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
35
-
N.v.t.: niet van toepassing. Voor kavels die nog niet uitgegeven zijn of voor kavels anders dan 'bedrijfskavel' danwel 'woning(en)' wordt dit veld gevuld met n.v.t.
Bedrijfsnaam De naam van het bedrijf waaraan de kavel is uitgegeven. Economische activiteit Het betreft de economische activiteit van de vestiging waaraan de kavel is uitgegeven. Herkomst Herkomstplaats van het bedrijf waaraan de kavel is uitgegeven. Gekocht van Voormalige eigenaar van de uitgegeven kavel. - Gemeente: de kavel is uitgeefbaar en is uitgegeven door de gemeente, gemeentelijk grondbedrijf, gemeentelijk havenbedrijf of havenschap. - Particulier: de kavel is uitgegeven door ontwikkelingsmaatschappijen, projectontwikkelaars, (bedrijfs-) makelaars of andere particuliere eigenaren. Benutting Voor reeds uitgegeven kavels wordt hier geregistreerd op welke wijze de kavel daadwerkelijk benut wordt. De volgende mogelijkheden worden onderscheiden: - BBIG = in gebruik zijnde kavel; bebouwde kavel in gebruik (kavels met een bedrijfsvestiging). - OBIG = in gebruik zijnde kavel; onbebebouwde kavel in gebruik (kavels die gebruikt worden als opslagterrein, parkeerplaats, et cetera). - OBNIG<1J = in gebruik zijnde kavel; onbebebouwde kavel die in het afgelopen jaar is uitgegeven. Het betreft in het afgelopen jaar uitgegeven kavels. Ondanks dat deze kavels nog niet in gebruik zijn worden ze niet als 'niet in gebruik zijnde kavel' beschouwd, omdat er tussen uitgifte en daadwerkelijk gebruik rekening wordt gehouden met een bouwperiode. Indien de desbetreffende kavel een jaar na uitgifte nog steeds niet in gebruik is, wordt deze kavel wel als 'niet in gebruik zijnde kavel' beschouwd. - BBNIG = niet in gebruik zijnde kavel; bebouwde kavel niet in gebruik. Het betreft hierbij kavels, waarbij het bedrijfsvastgoed niet in gebruik is (leegstaande kavels). - OBNIG>1J = niet in gebruik zijnde kavel; onbebouwde kavels niet in gebruik die langer dan een jaar geleden zijn uitgegeven. Het betreft hierbij dus braakliggende kavels die niet in gebruik zijn. Op te merken is dat daarbij uitgegaan wordt van beoogd economisch gebruik, dat wil zeggen dat braakliggende kavels die (tijdelijk) agrarisch gebruikt worden ook onder deze categorie vallen. Deze informatie is niet door de databeheerder te wijzigen. Jaarlijks wordt deze door de administrator (Etil) in de maand januari gecontroleerd en indien nodig gewijzigd. Algemene instructie Gaarne de tekstvelden onder terrein- en kavelinformatie in het besloten (login-) deel met HOOFDLETTERS intypen!
Etil; Gebruikshandleiding REBIS
36