► www.cadac.com
Gebruikershandleiding CBZ Add-in AutoCAD Versie:
2.0.0
Datum:
11-10-2007
► www.cadac.com
Inhoudsopgave 1 2 3
4
5
6 7
Methodiek .............................................................................................................. 3 Tekening openen................................................................................................... 3 Ruimteboek openen .............................................................................................. 4 3.1 Nieuw ruimteboek aanmaken ......................................................................... 4 3.2 Bestaand ruimteboek openen......................................................................... 5 3.3 Ruimteboek properties aanpassen................................................................. 6 Tekening prepareren ............................................................................................. 7 4.1 Layers............................................................................................................. 7 4.2 Bouwlaag intekenen ....................................................................................... 9 4.3 Ruimte intekenen ......................................................................................... 10 4.4 Ruimte-eenheid intekenen ........................................................................... 11 Ruimteboek opstellen .......................................................................................... 13 5.1 Bouwlaag invoeren....................................................................................... 13 5.2 Ruimte invoeren ........................................................................................... 14 5.3 Ruimte-eenheid invoeren ............................................................................. 16 5.4 Ruimtegroep invoeren .................................................................................. 22 5.5 Ruimte(eenheid) kopiëren ............................................................................ 25 5.6 Ruimte(eenheid) of bouwlaag aanpassen of bekijken.................................. 28 5.7 Ruimte(eenheid) of bouwlaag verwijderen ................................................... 29 Ruimteboek aanleveren bij een aanvraag ........................................................... 30 Overige functies................................................................................................... 31 7.1 Opslaan ruimteboek ..................................................................................... 31 7.2 Bijwerken ruimteboek ................................................................................... 31 7.3 Intekenen bibliotheekelement....................................................................... 32 7.4 Excel sheet met data ruimteboek ................................................................. 35 Nieuwe versie centrale data plaatsen........................................................... 36 7.5 7.6 Schaalfactor oppervlakte en lengte aanpassen............................................ 39
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 2 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
1 Methodiek Het opstellen van het ruimteboek vindt plaats vanuit de (plattegrond)tekeningen die bij een aanvraag horen en verloopt volgens de volgende stappen:
Alle tekeningen van de aanvraag als set opslaan in één folder. Geef deze folder een logische naam (bijvoorbeeld naam aanvraag). Ga naar de folder met de set tekeningen van de aanvraag en open de eerste tekening. Maak een nieuw ruimteboek aan. Het ruimteboek wordt aangemaakt en opgeslagen in dezelfde folder als de set tekeningen. Prepareer de tekening zodat deze gebruikt kan worden als onderlegger voor het opstellen van het digitale ruimteboek. Bouwlaag invoeren. Ruimten en ruimte-eenheden invoeren. Tekening opslaan en afsluiten. Volgende tekening openen en prepareren. Ruimteboek verder opstellen vanuit de tekening. Enzovoorts (herhaling van bovenstaande stappen) totdat in alle tekeningen de bouwlagen, ruimte-eenheden en ruimten aangegeven zijn.
2 Tekening openen ► ►
Alle tekeningen van de aanvraag opslaan in één folder. AutoCAD opstarten.
1
2
3
►
Selecteer ‘Open’ in de menubalk van AutoCAD (1).
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 3 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
Selecteer de te openen tekening (2). Selecteer ‘Open’ in het menu (3).
3 Ruimteboek openen
Het ontwerp moet voldoen aan en wordt getoetst op een aantal ruimtelijke prestatie-eisen. Deze ruimtelijke prestatie-eisen worden vastgelegd in het ruimteboek. Per aanvraag wordt één ruimteboek opgesteld. Bij het aanmaken wordt het ruimteboek automatisch in dezelfde folder opgeslagen als de set tekeningen van de aanvraag. Dus in één folder wordt de set tekeningen inclusief het ruimteboek opgeslagen. De lijst Posities geeft een overzicht van alle gebouwen, gebouwdelen en bouwlagen die voorkomen in de aanvraag. De lijst F/D/C geeft een overzicht van alle functies, doelgroepen (hoofddoelgroep en doelgroep) en categorieën (soort verblijf en zorgzwaarte) die voorkomen in de aanvraag. De lijsten Posities en F/D/C worden bij het invoeren van de bouwlagen en ruimte(eenhede)n gebruikt als picklist voor het opgeven van gebouw / gebouwdeel / gebouwlaag en de functie / hoofddoelgroep / doelgroep / soort verblijf / zorgzwaarte.
3.1 Nieuw ruimteboek aanmaken
►
Ga naar het CBZ Add-in menu en selecteer de knop ‘Opstellen Ruimteboek’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 4 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
► ►
►
►
►
►
Voer de naam van het ruimteboek in. Registreer de huidige tekening in het ruimteboek door bij ‘Tekeningen’ te selecteren ‘Toevoegen’. Alle geregistreerde tekeningen worden getoond in de lijst ‘Tekeningen’. Let goed op dat de juiste tekening wordt toegevoegd aan het juiste ruimteboek. Stel de lijst met deelinitiatieven samen door eerst de naam van een deelinitiatief in te voeren en vervolgens ‘Toevoegen’ te selecteren. Stel de lijst met posities samen door eerst de gebouwen, per gebouw de gebouwdelen en per gebouw / gebouwdeel de bouwlagen in te voeren en vervolgens ‘Toevoegen’ te selecteren. Stel de lijst met functies, doelgroepen (hoofddoelgroep en doelgroep) en categorieën (soort verblijf en zorgzwaarte) samen door deze te selecteren middels de picklisten en vervolgens ‘Toevoegen’ te selecteren. Ingevoerde waarden in de lijsten ‘Tekeningen’, ‘Deelinitiatieven’, ‘Posities’ en ‘F/D/C’ kunnen worden gewijzigd door een regel in de lijst te selecteren, in het invoerveld de waarde aan te passen en vervolgens ‘Veranderen’ te selecteren. Ingevoerde waarden in de lijsten ‘Tekeningen’, ‘Deelinitiatieven’, ‘Posities’ en ‘F/D/C’ kunnen worden verwijderd door een regel in de lijst te selecteren en ‘Verwijderen’ te selecteren. Selecteer tenslotte ‘OK’.
3.2 Bestaand ruimteboek openen
Tussentijds kan AutoCAD worden afgesloten. Het ruimteboek en de tekeningen worden dan opgeslagen. Om daarna weer verder te werken: open eerst de tekening en daarna het bijbehorende ruimteboek.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 5 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ► ►
Open AutoCAD. Open de tekening. Ga naar het CBZ Add-in menu en selecteer de knop ‘Openen Ruimteboek’.
► ►
Selecteer het ruimteboek dat geopend moet worden. Selecteer ‘Open’.
►
Selecteer ‘OK’.
3.3 Ruimteboek properties aanpassen
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 6 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
►
Ga naar het CBZ Add-in menu en selecteer de knop ‘Opstellen Ruimteboek’. Pas de properties (naam, lijst met tekeningen, lijst met deelinitiatieven, lijst met posities, lijst met functies, doelgroepen en categorieën) van het ruimteboek aan. Selecteer ‘OK’.
4 Tekening prepareren
De CAD tekeningen van de aanvraag worden als onderlegger gebruikt om het ruimteboek met de ruimtelijke prestatie-eisen op te stellen. Ruimtelijke informatie van een bouwlaag, ruimte-eenheid of ruimte wordt in de tekening aangegeven door in de tekening een gesloten polyline of een veelhoek te selecteren. Daarom moeten alle bouwlagen, ruimte-eenheden en ruimten in de tekening als een gesloten polyline of een veelhoek geselecteerd kunnen worden. Een bouwlaag die (vanuit de tekening) in het ruimteboek is ingevoerd wordt in de tekening rood weergegeven. Een ruimte(eenheid) die (vanuit de tekening) in het ruimteboek is ingevoerd wordt in de tekening blauw weergegeven. Een best practice is de kleur van alle bestaande lagen van de tekening (die als onderlegger wordt gebruikt) te wijzigen naar wit en voor de invoer van de gesloten polylijnen en veelhoeken een aparte laag aan te maken met de naam ‘RB-0’ en met een opvallende kleur.
4.1 Layers
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 7 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
►
Selecteer de functie ‘Layers properties manager’ of selecteer in het menu ‘Format’ – ‘Layer’.
1
2
► ►
Selecteer alle lagen (met ‘ctrl-a’). Klik in de kolom ‘Color’ op één van de lagen (1).
Het menu ‘Select Color’ verschijnt nu. ► ►
Selecteer hier de kleur wit (2). Selecteer daarna ‘OK’.
Alle lagen hebben nu de kleur wit.
►
Selecteer de functie ‘New Layer’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 8 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
3
1 2
► ► ►
Maak de laag ‘RB-0’ aan (1) met een opvallende kleur (2). Maak de laag ‘RB-0’ current door de laag te selecteren en het groene vinkje te selecteren (3). Selecteer ‘OK’.
4.2 Bouwlaag intekenen
► ►
Selecteer de functie ‘Polyline’. Teken de omtrek van de bouwlaag.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 9 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De omtrek van de bouwlaag is nu ingetekend in laag RB-0.
4.3 Ruimte intekenen
► ►
Selecteer de functie ‘Rectangle’. Teken de omtrek van het vloeroppervlak van de ruimte (in dit geval een multifunctionele ruimte).
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 10 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De omtrek van het vloeroppervlak van de ruimte is nu ingetekend in laag RB-0.
4.4 Ruimte-eenheid intekenen
► ►
Selecteer de functie ‘Rectangle’. Teken de omtrek van de ruimte-eenheid (in dit geval een appartement).
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 11 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De omtrek van de ruimte-eenheid is nu ingetekend in laag RB-0. ►
Teken vervolgens voor de bepaling van het nuttig vloeroppervlak de verschillende ruimten van de ruimte-eenheid in met behulp van polylines en gesloten veelhoeken.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 12 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
5 Ruimteboek opstellen 5.1 Bouwlaag invoeren
►
Selecteer in het CBZ menu [L]. Selecteer in de tekening de gesloten veelhoek waarmee de bouwlaag wordt aangegeven. Selecteer enter (of klik rechter muisknop).
► ► ►
Selecteer het gebouw, (gebouwdeel,) bouwlaag. Pas eventueel de bruto vloeroppervlakte aan. Vul de verdiepingshoogte in.
► ►
Het bruto vloeroppervlak wordt automatisch ingevuld. ►
Selecteer ‘OK’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 13 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De bouwlaag en de kenmerken (positie, bruto vloeroppervlak en verdiepingshoogte) van de bouwlaag zijn nu ingevoerd in het ruimteboek. Nu de bouwlaag in het ruimteboek is ingevoerd wordt de gesloten veelhoek (waarmee de bouwlaag wordt aangegeven) in de tekening rood weergegeven.
5.2 Ruimte invoeren
►
Selecteer in het CBZ menu [R].
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 14 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
► ► ► ► ► ►
Selecteer in de tekening de gesloten veelhoek waarmee de binnenmaten van de ruimte worden aangegeven. Selecteer enter (of klik rechter muisknop).
Selecteer het gebouw, (gebouwdeel,) bouwlaag. Selecteer de functie, hoofddoelgroep, doelgroep, soort verblijf, zorgzwaarte. Selecteer de ruimtesoort. Vul optioneel een (ruimte)nummer in. Pas eventueel de omschrijving aan. Vul optioneel het aantal snoezelruimten in.
De omschrijving, de eerste regel van de tabel voor de bepaling van het nuttig oppervlak en het nuttig oppervlak worden automatisch ingevuld. ►
Selecteer ‘OK’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 15 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De snoezelruimte en alle kenmerken (positie, functie, doelgroep, categorie, ruimtesoort, (ruimte)nummer, omschrijving, nuttig vloeroppervlak, overige kenmerken) van de ruimte zijn nu ingevoerd in het ruimteboek. Nu de ruimte in het ruimteboek is ingevoerd wordt de gesloten veelhoek (waarmee de ruimte worden aangegeven) in de tekening blauw weergegeven.
5.3 Ruimte-eenheid invoeren
►
Selecteer in het CBZ menu [R].
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 16 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
► ► ► ►
Selecteer in de tekening de gesloten veelhoek waarmee de omtrek van de ruimte-eenheid wordt aangegeven. Selecteer enter (of klik rechter muisknop).
Selecteer het gebouw, (gebouwdeel,) bouwlaag. Selecteer de functie, hoofddoelgroep, doelgroep, soort verblijf, zorgzwaarte. Selecteer de ruimtesoort. Vul optioneel een (ruimte)nummer in.
De omschrijving, de eerste regel van de tabel voor de bepaling van het nuttig oppervlak en het nuttig oppervlak worden automatisch ingevuld. ► ► ►
► ►
Pas optioneel de omschrijving aan. Pas optioneel de tekst in de eerste regel van de tabel aan. Selecteer ‘0’ in de eerste regel van de tabel zodat de oppervlakte van de geselecteerde gesloten veelhoek waarmee de omtrek van de ruimteeenheid wordt aangegeven niet meetelt voor de oppervlakte bepaling. Voer in de tabel regels in voor de verschillende ruimten van de ruimteeenheid (in dit voorbeeld woonkamer / keuken, slaapkamer, ect.). Selecteer de groene pijl achter de tweede regel in de tabel om vanuit de tekening de oppervlakte te bepalen.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 17 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
Er verschijnt in de tekening de melding ‘Selecteer ruimte(s) in AutoCAD’. ►
Selecteer dan de linker muisknop.
► Selecteer vervolgens de ruimte in de tekening en selecteer daarna de rechter muisknop (of selecteer ‘enter’).
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 18 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De oppervlakte van de woonkamer / keuken is nu ingevoerd in de tabel voor de bepaling van het nuttig vloeroppervlak van het appartement. ► Herhaal bovenstaande stappen voor het invoeren van het nuttig vloeroppervlak van de overige ruimten. Het is ook mogelijk in de (hulp)tabel voor de bepaling van het nuttig oppervlak: - de oppervlakten handmatig (dus niet vanuit de tekening) in te voeren, - oppervlakten in mindering te brengen (bijvoorbeeld een kolom midden in de ruimte of een schacht), - oppervlakten te vermenigvuldigen.
Het nuttig vloeroppervlak van de ruimte-eenheid (het appartement) is nu bepaald. Ingevuld moet nu nog worden de breedte van de woonkamer en optioneel de breedte van de entree van de woonkamer. Ook dit kan rechtstreeks vanuit de tekening.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 19 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
►
Selecteer de groene pijl achter de regel ‘Breedte woonkamer’ om vanuit de tekening de breedte te bepalen.
Er verschijnt in de tekening de melding ‘Wijs 2 punten aan in AutoCAD’. ►
Selecteer in de tekening het eerste punt en daarna het tweede punt.
De afstand tussen de twee punten wordt als breedte ingevuld bij ‘Breedte woonkamer’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 20 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
►
Herhaal bovenstaande stappen voor het invoeren vanuit de tekening voor overige maten die gevraagd worden.
Het is ook mogelijk de gevraagde maten handmatig (dus niet vanuit de tekening) in te voeren.
►
Selecteer ‘OK’ nadat alle kenmerken zijn ingevuld voor de betreffende ruimte(eenheid).
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 21 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De ruimte-eenheid - het appartement - en alle kenmerken (positie, functie, doelgroep, categorie, ruimtesoort, nummer, omschrijving, nuttig vloeroppervlak, overige kenmerken) van de ruimte zijn nu ingevoerd in het ruimteboek. Nu de ruimte in het ruimteboek is ingevoerd wordt de gesloten veelhoek (waarmee de ruimte-eenheid worden aangegeven) in de tekening blauw weergegeven.
5.4 Ruimtegroep invoeren
Een ruimtegroep wordt ingevoerd om een groep ruimten (een aantal zit- / slaapkamers + gemeenschappelijke ruimte) te toetsen op een eis die geldt voor de groep ruimten als geheel. Zorg ervoor dat voor het invoeren van de ruimtegroep een aparte gesloten veelhoek in de tekening aanwezig is. Het is mogelijke een ruimtegroep in te voeren in het ruimteboek die over meer dan 1 verdieping loopt. Voorwaarde hierbij is dat de verdiepingen waar de ruimtegroep voorkomt op één tekening staan.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 22 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ► ►
► ► ► ► ► ►
Selecteer in het CBZ menu [R]. Selecteer in de tekening de gesloten veelhoek waarmee de ruimtegroep wordt aangegeven. Selecteer enter (of klik rechter muisknop).
Selecteer het gebouw, (gebouwdeel,) bouwlaag. Selecteer de functie, hoofddoelgroep, doelgroep, soort verblijf, zorgzwaarte. Selecteer de ruimtesoort (de omschrijving begint altijd met ‘Ruimtegroep:’). Vul optioneel een (ruimte)nummer in. Pas eventueel de omschrijving aan. Vul het aantal plaatsen in.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 23 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De omschrijving, de eerste regel van de tabel voor de bepaling van het nuttig oppervlak en het nuttig oppervlak worden automatisch ingevuld. ►
Selecteer ‘OK’.
De ruimtegroep en alle kenmerken (positie, functie, doelgroep, categorie, ruimtesoort, (ruimte)nummer, omschrijving, nuttig vloeroppervlak, overige kenmerken) van de ruimtegroep zijn nu ingevoerd in het ruimteboek. Nu de ruimtegroep in het ruimteboek is ingevoerd wordt de gesloten veelhoek (waarmee de ruimte worden aangegeven) in de tekening blauw weergegeven.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 24 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
5.5 Ruimte(eenheid) kopiëren 1 2
► ►
Selecteer in het CBZ menu de functie ‘Kopiëren Ruimte(eenheid)’ (1). Selecteer de ruimte(eenheid) in de tekening waarvan gekopieerd moet worden (2).
3
► ► ►
4
Selecteer daarna één of meerdere ruimte(eenheden) in de tekening waarnaar gekopieerd moet worden. Selecteer de eerste ruimte(eenheid) (3). Selecteer de tweede ruimte(eenheid) (4).
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 25 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
(Enzovoorts.) Selecteer ‘enter’ (of selecteer rechter muisknop) om de selectie af te sluiten.
De kenmerken die gekopieerd en ingevoerd gaan worden in het ruimteboek - van de ruimte(eenheid) die net als eerste geselecteerd is - worden getoond. Daarnaast wordt in de tekening de betreffende ruimte(eenheid) aangegeven waarvan de kenmerken ingevoerd gaan worden in het ruimteboek. ► ►
Eventueel kenmerken aanpassen of invullen (bv nummer R002 invullen). Selecteer ‘OK’.
Vervolgens worden de kenmerken die gekopieerd en ingevoerd gaan worden in het ruimteboek - van de ruimte(eenheid) die als tweede geselecteerd is - getoond. Daarnaast wordt in de tekening de betreffende ruimte(eenheid) aangegeven waarvan de kenmerken ingevoerd gaan worden in het ruimteboek.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 26 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
Eventueel kenmerken aanpassen of invullen (bv nummer R003 invullen). Selecteer ‘OK’.
De ruimte-eenheden - de appartementen - en alle kenmerken (positie, functie, doelgroep, categorie, ruimtesoort, nummer, omschrijving, nuttig vloeroppervlak, overige kenmerken) van de ruimte-eenheden (R002 en R003) zijn nu ingevoerd in het ruimteboek. Nu de ruimte-eenheden in het ruimteboek zijn ingevoerd worden de gesloten veelhoeken (waarmee de ruimte-eenheden worden aangegeven) in de tekening blauw weergegeven.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 27 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
5.6 Ruimte(eenheid) of bouwlaag aanpassen of bekijken 1
2
► ► ►
► ►
Selecteer in het CBZ menu de functie ‘Registreren Ruimte(eenheid)’ (of ‘Registreren Bouwlaag’ bij een bouwlaag) (1). Selecteer in de tekening de ruimte of de ruimte-eenheid (of bouwlaag) (2). Selecteer ‘enter’ (of selecteer de rechter muisknop).
Bekijk, wijzig of vul aan de kenmerken van de ruimte(eenheid) (of bouwlaag). Selecteer ‘OK’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 28 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
5.7 Ruimte(eenheid) of bouwlaag verwijderen 1 2
► ► ►
Selecteer in het CBZ menu de functie ‘Registreren Ruimte(eenheid)’ (of ‘Registreren Bouwlaag’ bij een bouwlaag) (1). Selecteer in de tekening de ruimte of de ruimte-eenheid (of bouwlaag) (2). Selecteer ‘enter’ (of selecteer de rechter muisknop).
►
Selecteer linksonder ‘Verwijderen uit ruimteboek’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 29 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
De ruimte(eenheid) (of bouwlaag) is nu verwijderd uit het ruimteboek. Nu de ruimte(eenheid) (of bouwlaag) uit het ruimteboek is verwijderd wordt de gesloten veelhoek (waarmee de ruimte-eenheid worden aangegeven) in de tekening niet meer blauw weergegeven.
6 Ruimteboek aanleveren bij een aanvraag
►
Ten behoeve van de toetsing van de aanvraag op ruimtelijke prestatie-eisen (in TRIX) wordt het ruimteboek (ruimteboek.rbk) samen met de bijbehorende tekeningen in dwg formaat als één set bestanden aangeleverd.
Verzamel en verstuur het bestand ‘Ruimteboek.rbk’ en alle bijbehorende tekeningen.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 30 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
7 Overige functies 7.1 Opslaan ruimteboek Het is mogelijk tussentijds de aanvullingen en wijzigingen die zijn aangebracht in het ruimteboek op te slaan.
►
Selecteer in het CBZ menu de functie ‘Opslaan Ruimteboek’.
Bij het opslaan van de tekening wordt het ruimteboek automatisch opgeslagen.
7.2 Bijwerken ruimteboek In de CAD tekening is middels blauwe gesloten veelhoeken zichtbaar welke ruimten en ruimte-eenheden zijn ingevoerd in het ruimteboek. Ook is middels rode gesloten veelhoeken zichtbaar welke bouwlagen zijn ingevoerd. Er ontstaat een verschil tussen het ruimteboek en de tekening indien vanuit de tekening een ruimte(eenheid) of bouwlaag (blauwe of rode gesloten veelhoek) wordt verwijderd. Om de inhoud van het ruimteboek en de representatie van het ruimteboek in de tekening weer 1:1 gelijk te maken kan gebruik gemaakt worden van de functie ‘Bijwerken Ruimteboek’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 31 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
►
Selecteer in het CBZ menu de functie ‘Bijwerken Ruimteboek’.
Het ruimteboek wordt bijgewerkt met de tekening. In een informatie scherm wordt het aantal bijgewerkte bouwlagen en ruimte(eenheden) aangeven. ►
Selecteer ‘OK’.
7.3 Intekenen bibliotheekelement Er gelden prestatie-eisen ten aanzien van de minimaal benodigde ruimte voor verlenen van assistentie, gebruik van hulpmiddelen en toegankelijkheid niet-mobiele cliënten. Het betreft minimale vrije ruimte rondom hulpmiddelen, meubels en sanitair. Deze vrije ruimten worden door het plaatsen van bibliotheekelementen opvallend getoond in de tekening zodat er een visuele toetsing kan plaatsvinden in de tekening in AutoCAD en in de vieuwer van TRIX.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 32 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
►
Selecteer ‘Invoegen Bibliotheekelement’ in de CBZ menu.
►
Selecteer een invoegpunt in de tekening.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 33 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
►
Selecteer het te plaatsen bibliotheekelement. Door in het menu de view ‘Thumbnails’ te selecteren wordt een preview van de bibliotheekelementen gegeven. Standaard wordt de view ‘List’ getoond.
►
Selecteer ‘Open’.
►
(Selecteer ‘Rotate’, selecteer het bibliotheekelement, roteer het element.)
► ► ►
Selecteer ‘Move’. Selecteer het bibliotheekelement. Plaats het element op de juiste plek in de tekening.
Indien nodig roteer het bibliotheekelement vóór het verplaatsen naar de juiste plek in de tekening.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 34 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
Het bibliotheekelement is nu geplaatst in de tekening en visueel kan nu getoetst worden (in de geopende AutoCAD tekening en de viewer van TRIX) of voldaan wordt aan de voorgeschreven minimale vrije ruimte conform de prestatie-eisen.
7.4 Excel sheet met data ruimteboek In dezelfde directory waar het ruimteboek en de tekeningen staan, wordt ook een excel sheet geplaatst met een export van gegevens uit het ruimteboek. Dit geeft de gebruiker mogelijkheden de gegevens die zijn ingevoerd in het ruimteboek als import te gebruiken in andere programma’s of voor eigen gebruik, bijvoorbeeld voor kosten berekeningen.
In de excel sheet staan per kenmerk de volgende gegevens: gebouwnaam, bouwdeelnaam, bouwlaagnaam, verdiepingshoogte, bvo, ruimte-eenheidnummer,
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 35 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
ruimte-eenheidomschrijving, ruimtesoort, functie, hoofddoelgroep, doelgroep, soort verblijf, zorgzwaarte, kenmerkomschrijving, kenmerkwaarde.
7.5 Nieuwe versie centrale data plaatsen In de centrale data zijn de functies, doelgroepen, soorten verblijf, zorgzwaarten, ruimtesoorten, kenmerken per ruimtesoort, de prestatie-eisen en de onderlinge relaties vastgelegd. Deze informatie wordt gebruikt om in de interface van de Add-in de juiste gegevens te tonen in de picklisten en de invoerschermen. De gebruiker krijgt een melding indien in de centrale data wijzigingen zijn doorgevoerd en een nieuwe versie gedownload kan worden. Een nieuwe versie van de centrale data wordt bijvoorbeeld aangeboden indien nieuwe prestatie-eisen van kracht worden.
Indien een gebruiker op een computer werkt zonder toegang tot internet dan kan de applicatie niet controleren of een nieuwe versie van de centrale beschikbaar is. De gebruiker krijgt dan de onderstaande melding.
Indien een gebruiker op een computer werkt met toegang tot internet en er is een nieuwe versie beschikbaar van de centrale data dan krijgt de gebruiker eenmalig de volgende melding:
Het bijwerken van de centrale data gaat als volgt. ►
Open de internet browser en ga naar http://bouwplanbeoordeling.bouwcollege.nl
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 36 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
► ►
Selecteer ‘CentraleData_200x-xx’. Selecteer ‘Open’.
►
Selecteer ‘File’ – ‘Extract All…’.
►
Selecteer ‘Next’.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 37 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
►
Selecteer ‘Browse’ en geef de volgende directory op: ‘C:\Program Files\CBZ\CBZ AddIn Ruimteboek\Centrale Data’. Selecteer ‘Next’.
►
Selecteer ‘Yes To All’.
► ►
Haal het vinkje weg bij ‘Show extracted files’. Selecteer ‘Finish’.
►
De centrale data is nu bijgewerkt.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 38 van 39
2007-10-26
► www.cadac.com
7.6 Schaalfactor oppervlakte en lengte aanpassen
►
Open het bestand ‘C:\Program Files\CBZ\CBZ AddIn Ruimteboek\CBZ Addin Ruimteboek.config’ met Notepad.
► ►
Pas de value bij ConversieOppervlakte en/of ConversieLengte aan. Sluit het bestand en sla de wijziging op.
De wijziging is zichtbaar de eerstvolgende keer dat het ruimteboek wordt geopend.
Copyright © 2007 CADAC Group
Pagina 39 van 39
2007-10-26