Sony foto & video experience
Tutorial
Fotograferen met spiegelreflex Weg van de P Tutorial geschreven door: Richard Vivo www.ravivo.nl Sony Benelux
03‐06‐2012
1
Sony foto & video experience
De Auto stand. De Auto stand (volledig automatisch) op een digitale camera neemt eigenlijk al het denkwerk uit handen van de fotograaf. De software in de camera “kijkt met je mee” en bepaalt, wanneer de ontspanknop half ingedrukt wordt, het beeld dat volgens de camerasoftware opgenomen moet worden. Op het moment dat de ontspanknop volledig ingedrukt wordt, heb je alleen het onderwerp bepaald en de camerasoftware heeft bepaald hoe het beeld eruit gaat zien. Een veel gehoorde kreet; Ik heb een digitale spiegelreflex gekocht. Die maakt altijd mooie foto’s als ik hem op automaat zet. In sommige gevallen is dat zo, maar in de veel gevallen gaan er toch dingen mis. Doordat de camerasoftware belangrijke instellingen zoals autofocusgebieden, ISO waarden, sluitertijd, diafragma en witbalans bepaald, kan dit wel eens tot frustratie leiden wanneer het resultaat op de computer bekeken wordt; ∙ Het scherptepunt ligt niet op het onderwerp, ∙ Er zit te veel of te weinig scherpte/diepte in de foto, ∙ Er zit te veel of te weinig beweging in de foto, ∙ De kleuren komen niet overeen zoals je het ervaren hebt. De P‐stand. De P‐stand werkt met voorgeprogrammeerde, gekoppelde sluitertijden en diafragmawaarden. Ten opzichte van Auto stand, kunnen nu wel zelf o.a. het scherpstelpunt gekozen worden en de ISO waarden veranderen. Verder denkt de camerasoftware en zal een voorgeprogrammeerde Diafragma en Sluitertijd gekozen worden, waarvan de camera denkt dat dit de beste combinatie is voor een goede belichting. De camerasoftware houdt dus geen rekening met een compositie en de daarbij behorende scherpte/diepte en/of beweging die gewenst is in de foto. In de P‐stand is het mogelijk om het diafragma (Pa) of de sluitertijd (Ps) te veranderen, alleen zal de camerasoftware meteen een daaraan vastgekoppeld diafragma en/of sluitertijd zoeken. Een groot nadeel is, dat als de camera in stand‐by springt of wanneer even ergens anders op gericht wordt, de camera vaak meteen de aangepaste Ps en/of de Pa waarden wist en kiest voor de voorgeprogrammeerde instellingen. Wanneer dit niet opgemerkt wordt, wordt dus een foto met andere instelling gemaakt dan die je voor ogen had. Een ander nadeel is, dat de camera wanneer in Pa een diafragma van f5,6 gekozen wordt en de computer deze niet kan matchen met een gekoppelde sluitertijd, de camerasoftware de Pa waarde zal veranderen in het dichtstbijzijnde diafragma (bijvoorbeeld f6,3), waarbij wel een gekoppelde sluitertijd is te vinden. Wederom net een andere foto, dan u in gedachte had.
Sony Benelux
03‐06‐2012
2
Sony ffoto & & video o experience e
Het is dus jjammer datt je een DSLLR hebt aan geschaft en n door het g gebruik van de Auto en n/of P‐ stand er niiet het maximale uit de e camera haaalt. Aan de e hand van d deze workshhop wil ik je e helpen meer controle over dee camera krrijgen en ervvoor zorgen n, dat je de foto gaat m maken die je e voor ogen hebt.. ISO Waard den. In de tijd vvan de analo oge fotograffie kon je eeen filmrolle etje kopen d dat een beppaalde ASA w waarde had. Deze ASA waardee van een fiilmrolletje ggaf aan hoe e lichtgevoelig de film w was. Nu in d de digitale e sensor in dde camera. tijdperk beepaal je mett de ISO waarden de licchtgevoeliggheid van de De standaaard reeks vaan ISO waarrden is; Hoe hoger de ISO waaarde, hoe licchtgevoeligger de senso or in de cam mera is. Een verhoging van ISO100 0 naar ISO2000 (=1 stop)) is een verd dubbeling vaan de lichtggevoeligheid d van de sennsor. Inmid ddels zijn er ook DSLR’ss, waarop tu ussenliggen nde ISO waaarden kunne en worden ingesteld. O Ondanks datt ze wel gebruikt w worden, behoren deze n niet tot de sstandaard rreeks. In principee wordt bij vvoldoende licht altijd e en zo laag m mogelijke ISSO waarde zzoals ISO10 00 of ISO200 geb bruikt. Worrden de lichtomstandiggheden moe eilijker, dan kan de ISO O waarde verhoogd worden, zo odat toch dee gewenste e sluitertijd en/of diafraagma gebru uikt kan worrden. Het nadeel van hogere ISO waard den kan zijnn, dat net als bij de film mrolletjes ruuis kan optrreden. de foto niet goed belich ht is, zie je i n de donke ere delen al snel ruis onntstaan. Duss probeer Zeker als d altijd een zzo laag moggelijke ISO w waarde te geebruiken als nodig is. U Uiteraard is er computersoftware waarmee d de ruis gereeduceerd kaan worden, maar voorkkomen ……… ……. d lelijk? In m mijn ogen ze eker niet; stterker in so ommige gevallen vind ikk het erbij h horen. Als Is ruis altijd je denkt aaan concertfo otografie, zwart/wit footografie of urbanfotog grafie, kan hhet juiste ee en mooie toevoegingg zijn.
Sony Benelux
03‐‐06‐2012
3
Sony foto & video experience
Verderop komt de ISO waarde een paar keer ter sprake. Er wordt dan uitgelegd hoe je ISO kan gebruiken in combinatie met de sluitertijd en het diafragma. Diafragma De A op het keuzewiel staat voor het Engelse woord aperture, wat betekent opening. In de fotografie slaat opening dan op de opening van het diafragma. Een diafragma wordt bepaald door een aantal lamellen, dat in een lens zitten. Doordat deze lamellen over elkaar heen kunnen schuiven, kan met de camera de grote van het diafragma bepaald worden. De grote van het diafragma bepaalt hoeveel licht op de sensor van de camera terecht komt. De werking is vergelijkbaar met die van een waterkraan. Hoe verder een kraan opengedraaid wordt, hoe meer water er uit komt. Wordt de kraan weer langzaam dichtgedraaid, komt er steeds minder water uit. Bij een diafragma is het zo, dat bij een groot diafragma (foto links) veel licht op de sensor terecht komt en bij een klein diafragma (foto rechts) weinig licht op de sensor komt.
Zoals eerder omschreven kunnen de lamellen over elkaar schuiven en wordt zo de grote van het diafragma bepaald. De grote van het diafragma wordt aangeduid met de letter F en een getal. De standaard diafragmareeks ziet er zo uit; Uiteraard zijn er ook nog tussenliggende diafragmawaarden. Ondanks dat ze wel gebruikt worden, behoren deze niet tot de standaardreeks. Misschien tegen de verwachting in is F1 een groot diafragma en F45 een klein diafragma.Onthoud; Een laag diafragmagetal is een grote opening en een hoog diafragmagetal is een kleine opening. Elke stap die je maakt tussen de bovenstaande diafragmawaarden wordt een (diafragma) stop genoemd. Dus ga je van F2,8 naar F4, dan heb je het diafragma één stop kleiner gemaakt. Sony Benelux
03‐06‐2012
4
Sony ffoto & & video o experience e
Later word dt verder inggegaan op d diafragmasttops en de hoeveelheid d licht die vveranderd. Voorkeur D Diafragma, A Naast het d door laten vvan de hoevveelheid lic ht, bepaald d het gekoze en diafragm ma ook de scherpte/d diepte in je foto. Oftew wel; hoeveeel er scherp is voor en a achter het oonderwerp waarop scherpgestteld is. Hoe groterr het diafraggma, hoe on ndieper hett scherptege ebied is waarop is scheerpgesteld. Er wordt gesproken van een beeperkte scherpte/dieptte. Wordt het diafragm ma kleiner, ddan zal zowel in de voor als acchtergrond meer scherpte komen..
Het is dus belangrijk zzelf keuzes tte maken enn dit niet ovver te laten aan de cam merasoftware zoals wee diepte in de Auto en/of deelss in de P‐staand doen. Inn voorkeur Diafragma kan zelf de scherpte/d erasoftwaree berekent h hoe snel dee bepaald worden, kan de ISO waaarde ingesteeld worden en de came moet zijn vo oor een corrrecte belichhting. Voorkkeur diafrag gma is eigennlijk een half sluitertijd m automaat een is een prrima stand o om ervaringgen op te doen mbt he et verandereen van het diafragma en bijbeho orende resultaten. Op de onderstaande ffoto is bewu ust gekozenn voor een ggroter diafragma om zoo de aandaccht op de persoon m met de bril tee leggen. W Wellicht zou in de P‐stan nd de camera voor eenn kleiner diaafragma hebben geekozen (er iss voldoende e licht) en liggt de aandaacht niet alleen meer oop de persoon met de bril.
Sony Benelux
03‐‐06‐2012
5
Sony ffoto & & video o experience e
Met een heet veranderren van de d diafragma w waarden kan zelf bepaald wordenn hoeveel sccherpte in de foto aan nwezig is. W Wanneer ee en object er uit moet sp pringen of lo osgemaakt vvan de achttergrond, dan wordt voor een groter diafraagma gekozzen.
Bij een landschap of aarchitectuurrfoto wil je vvaak zoveel mogelijk scherpte in dde foto heb bben en wordt geko ozen voor eeen kleiner d diafragma.
Maak bij tw wijfel gewoon meerdere foto’s meet verschille ende diafragma waard en en word dt hierbij niet misleid door het scherm van n de cameraa. Doordat d de foto’s op p een klein sscherm in elkaar gedrukt wo orden, ogen n ze scherpe er. Bekijk dee foto’s op de compute er en bekijkk daarbij we elk diafragma gebruikt is.. Naarmate je dit vakerr gebruikt doet, weet je e wat verwaacht kan wo orden van een bepaald diafragm ma.
Sony Benelux
03‐‐06‐2012
6
Sony ffoto & & video o experience e
Sluitertijd (S). In de een D DSLR zit een n sensor die e belicht woordt om een n foto te nemen. Voor dde sensor zit een sluiter, ookk wel gordijn genoemd d. Totdat eeen foto gemaakt wordt, blijft het ggordijn voorr de sensor zitten. Op het momen nt dat een fo oto gemaakkt wordt, scchuift het go ordijn opzij en vindt de e belichting nsor plaats. van de sen De belichtiing van de ssensor word dt bepaald ddoor de lich htgevoeligheid van de ssensor (ISO), de hoeveelheid licht (diafragma) en de belichtiingstijd. De duur van de belichtinggstijd noem men we de Sluitertijd.. De sluiterttijd wordt berekend in (fracties vaan) seconden. Net als bij ISO en diafrragma is er voor de sluuitertijden o ook een stan ndaard reekks; Er zijn meeer sluitertijd den mogelijk en ondan ks dat ze wel gebruikt worden, beehoren deze e niet tot de standaaard reeks. Zet je de keuzewiel vaan de camera op voorkkeur Sluiterttijd (S) dan kan handm atig een slu uitertijd bepaald worden. Ookk kan de ISO O waarde inggesteld worrden, maar camerasofttware berekkent welk diafragma het beste b bij de ingesttelde waardden past voo or een corre ecte belichtting. Ook dit is dus een half au utomaat. De sluitertijd bepaalt niet alleen de belichtinngstijd van de sensor, m maar ook d e hoeveelheid beweging d die in een foto te zien is. Een langgere sluiterttijd zal (uiteraard afhannkelijk van h het onderwerp p) bewegingg in een foto o laten zienn.
Sony Benelux
03‐‐06‐2012
7
Sony foto & video experience
Als we bovenstaande foto in Auto of P stand hadden gemaakt, had er waarschijnlijk weinig tot geen beweging in de trein gezeten. Omdat de computer in de camera voldoende licht meet zal deze dus voor een snellere sluitertijd kiezen. 1/2500s is een zeer snelle sluitertijd en er wordt dan van het bevriezen van het beeld gesproken, dus bijna geen beweging in de foto. Bij voorkeur Sluitertijd kan zelf bepaald worden hoe veel of weinig beweging in een foto aanwezig is.
Er is wel iets waar rekening mee gehouden moet houden bij het kiezen van een sluitertijd, zeker wanneer je uit de hand gefotografeerd; Bewegingsonscherpte! Bewegingsonscherpte is onscherpte in de foto, doordat de camera in beweging is geweest tijdens de opname. Een veel gestelde vraag is; Tot welke sluitertijd kan ik uit de hand fotograferen? Daar is geen passend antwoord op te geven, omdat het per persoon kan verschillen. De één heeft namelijk een vastere hand dan de ander. Ook is het afhankelijk van de aantal mm dat ingezoomd wordt. Een ezelsbruggetje om de sluitertijd uit te rekenen als ingezoomd wordt, is de volgende; De sluitertijd moet gelijk of sneller zijn dan het aantal mm dat ingezoomd wordt. Wanneer dus tot 70mm wordt ingezoomd op het onderwerp, dien je uit te komen op een sluitertijd van 1/80s en niet op 1/60s. De vuistregel komt uit de analoge tijd en er is dus geen rekening gehouden met Steady Shot. Een andere manier om bewegingsonscherpte te voorkomen bij langere sluitertijden, is het gebruik van een driepootstatief. Een nadeel hiervan is dat er minder vrijheid is in bewegingen en dus bijna niet geschikt is voor actiefoto’s. Wil je meer bewegingsvrijheid, dan kan gekozen worden voor een monopod. Er is dan ieder geval verticale ondersteuning. Indien mogelijk kan straatmeubilair ook voor een goede stabiliteit zorgen. Bij nachtfotografie worden soms zeer lange sluitertijden gebruikt. Gebruik bij nachtfotografie altijd een zo laag mogelijke ISO waarde om ruis te voorkomen (bij voorkeur ISO100, maximaal ISO200). Sony Benelux
03‐06‐2012
8
Sony foto & video experience
De BULB functie werkt niet als de camera op voorkeur sluitertijd staat. De BULB functie werkt alleen in de M stand. De belichtingsmeter. Een belichtingsmeter in de camera vangt het gereflecteerde licht op en vertaald alles terug naar 18% grijs. Dit is een theoretisch gemiddelde omdat de camera niet zoals het menselijk oog in staat is vergaande lichtcorrecties te maken. De belichtingsmeter in de camera helpt je om een correct belichte foto te maken. Als je in de zoeker kijkt zie je in het midden de belichtingsmeter. Als je een correcte belichting hebt, staat de wijzer van de belichtingsmeter op 0. Staat de wijzer rechts van de 0, dan zou de foto overbelicht zijn. Staat de wijzer links van de 0, dan zou de foto onderlicht zijn. De wijzer van de lichtmeter moet je weer op 0 zien te krijgen en dit kan op drie manieren; de ISO, het diafragma of de sluitertijd veranderen. Tijd om het over de M stand van de camera te hebben. Fotograferen in M stand (Manual) Ik heb het gehad over ISO, diafragma en sluitertijden. Voor het fotograferen in M heb je deze drie nodig om tot een goede belichting te komen. Dit wordt ook wel de belichtingsdriehoek genoemd. Elke verandering van één van deze drie brengt een verandering in één of beide van de andere twee om tot een goede belichting te komen. (voor onderstaande voorbeelden wordt er voor de duidelijkheid alleen gebruik gemaakt van de standaardreeksen van diafragma, sluitertijd en ISO) Veronderstel dat je een juist belichte foto hebt met de volgende waarden; F2,8 – 1/1000s – iso100 De belichtingsmeter staat dus op 0. Je vindt dat er te weinig scherpte/diepte in de foto zit en wilt je liever een diafragma f5,6 gebruiken. Wanneer je nu naar de belichtingsmeter kijkt, zal je zien dat de wijzer op ‐2 staat. Omdat je het diafragma 2 stops kleiner maakt en er dus minder licht op de sensor terecht komt raakt de foto onderbelicht. De waarden zien er nu zo uit; f5,6 – 1/1000s – iso100
Sony Benelux
03‐06‐2012
9
Sony foto & video experience
Wanneer je de foto toch goed willen belichten, kan je de sluitertijd 2 stops langzamer maken. De waarden zien er dan zo uit; f5,6 – 1/250s – iso100. Je zal zien dat de belichtingsmeter weer op 0 staat (‐2+2=0). Maar nu kom je erachter dat de lens op 300mm staat. Om bewegingsonscherpte te minimaliseren of liever te voorkomen, wil je dus een hogere sluitertijd, maar nog steeds een diafragma f5,6 gebruiken. Je gaat nu de ISO aanpassen. Je hebt in het vorige voorbeeld het diafragma 2 stops kleiner gemaakt. Hierdoor kwam er dus minder licht op de sensor. Dat heb je weer gecompenseerd door de sluitertijd 2 stops langer te maken. Nu wil je de sluitertijd verhogen van 1/250s naar 1/500s (1 stop) om bewegingsonscherpte te voorkomen. De waarden zien er dan zo uit; f5,6 – 1/500s – iso100 en de belichtingsmeter geeft nu 1 stop onderbelichting aan Als je nu de ISO waarde 1 stop verhoogt van iso100 naar iso200 komt de belichtingsmeter weer op 0 te staan (‐2+1+1=0). De waarden zien er dan zo uit; f5,6 – 1/500s – iso200 Uiteraard werkt dit hetzelfde als je een bepaalde sluitertijd hebt gebruikt, maar die toch sneller of langzamer wilt maken. We nemen de laatste gebruikte waarden als voorbeeld voor een correct belichte foto. f5,6 – 1/500s – iso200 Eigenlijk wil je toch een snellere sluitertijd van 1/1000s (= 1 stop minder licht op de sensor). Je kan het volgende doen; a. Je kan de diafragma 1 stop groter maken, maar dan veranderd wel de scherpte/diepte (f2,8 – 1/1000s – iso200) b. Je kan de ISO 1 stop verhogen naar iso400 en kan dan je nog steeds een diafragma van f5,6 gebruiken (f5,6 – 1/1000s – iso400) Bij fotograferen in M kan je zelf beslissen of je een correct belichte foto wilt. In sommige gevallen kan een foto mooier zijn als je deze bewust over‐ of onderbelicht. Je wijkt dus af van een correct belichte foto volgens de belichtingsmeter. Fotograferen je in A, S of P zal de camerasoftware er veel aan doen om onder of overbelichting te voorkomen*. Een voorbeeld wanneer je bewust overbelicht, is het fotograferen van sneeuw of ijs. Omdat de belichtingsmeter veel licht meet (door reflectie van de sneeuw of het ijs) en alles terugvertaald naar 18% grijs, zal bij een juiste belichting (volgens de belichtingsmeter), de sneeuw of het ijs grotendeels een grauw grijze kleur krijgen. Om dit te voorkomen kan je in de M stand de foto iets overbelichten, zodat de sneeuw of het ijs weer wit wordt. Sony Benelux
03‐06‐2012
10
Sony foto & video experience
Zorg er voor als je gaat overbelichten, dat je niet gaat overdrijven. Als je namelijk te veel gaat overbelichten gaan lichte delen van de foto uitbijten en zit er geen beeldinformatie meer in die delen van de foto; het is gewoon wit. Doordat er geen beeldinformatie meer in die delen zit is het softwarematig corrigeren bijna niet meer mogelijk. Hou dus je Histogram in de gaten en zorg ervoor dat deze niet gaat “clippen”. In de M stand kan je dus ook kiezen om een foto bewust onder te belichten. Een foto waarin veel zwart zou zitten zal in de A, S of P* niet meer helemaal zwart zijn, maar zal meer naar een (donkere) grijstint neigen. Dit komt doordat de camerasoftware het beeld te donker vindt en dit wil compenseren. Fotografeer je in de M stand kan je de foto bijvoorbeeld 1 stop onderbelichten zodat zwart, ook zwart blijft. Een andere reden om onder te belichten is om een bepaalde sfeer te behouden of te creëren. Links een correct belichte foto volgens de belichtingsmeter. Rechts een foto die bewust onderbelicht is. Je ziet dat er meer contrast en doortekening in de lucht zit en richting de zon de lucht minder is uitgebeten.
Sony Benelux
03‐06‐2012
11
Sony foto & video experience
* In de A en S stand is het ook mogelijk om over of onder te belichten. Dit kan je doen door de EV waarden aan te passen. Een “nadeel” kan zijn dat er snel vergeten wordt dat deze waarden zijn aangepast. Indien de waarde niet teruggezet wordt naar 0, zal de camerasoftware in de A en S stand de EV aanpassing meenemen in zijn berekening. Dat kan leiden tot een ongunstige sluitertijd en diafragma. Zo zie je maar dat het fotograferen in M nog lang niet zo ingewikkeld is. De standen A en P doen het ook prima en zijn uitermate geschikte om stapsgewijs de veranderingen van het diafragma en sluitertijd te leren kennen. In deze drie standen neem je zelf meer creativiteit in handen en laat je dit niet meer volledig afhangen van de computer in je camera. Maak foto’s en bekijk niet alleen het resultaat, maar ook de gebruikte instellingen. Ook als een foto mislukt is. Analyseer waar het fout is gegaan, want daar leer je juist het meeste van. Aandacht voor Witbalans. Veelal doet de auto witbalans (AWB) het erg goed, maar er zijn situaties waarin het toch nodig is om in te grijpen. Op je camera is het mogelijk de witbalans (WB) aan te passen/in te stellen, om zo de kleuren nagenoeg te krijgen zoals je deze beleefd hebt. Dit is zeker belangrijk als je niet in RAW fotografeert. In RAW is het namelijk mogelijk om de WB aan te passen. Iets wat in JPG niet mogelijk is. Pas daarom de witbalans aan naar de situatie waarin je fotografeert. Is het een bewolkte dag, zet dan de witbalans dan op het wolkje. Je zult zien dat de foto een iets warmere tint krijgt dan wanneer je de WB (als voorbeeld) op het zonnetje zou zetten.
Wellicht dat de AWB de in bovenstaande situatie het ook nog goed zou doen. Maar wanneer je te maken krijgt met verschillende lichtbronnen kan het fout gaan. Neem een willekeurige woonkamer. Er zijn allerlei lichtbronnen zoals spaarlampen, gloeilampen en halogeenlampen aanwezig.
Sony Benelux
03‐06‐2012
12
Sony ffoto & & video o experience e
Deze hebb ben allemaal een eigen kleurtempeeratuur en het is niet vvreemd dat de AWB vaan de camera er naast zit (fo oto links; ee en te warmee tint). Maaak in dit soo ort situaties s foto’s met verschillen nde WB zoals kunstlichtt (foto rech ts; komt erg dicht bij d de realiteit),, om te ontdekken welke WB het beste b bij situatie p past.
Uiteraard kkan best geëxperimentteerd wordeen met WB. Het gebruik van een ‘‘verkeerde’’ WB, kan een foto ju uist een helee aparte dim mensie. Op de foto hie eronder is bewust gekoozen om WB B “TL” te gebruiken..
De gekozen WB is via het menu n nog aan te ppassen door in het menu te “minnnen”; de tint wordt koeler, of tte “plussen””; de tint wordt warmeer. Vergeet niet als je kklaar bent dde aanpassin ng weer op 0 te zetten n! Het is ook mogelijk om m de WB met behulp van n een grijskaaart of Expo odisk in te stellen o om zo de meest neutraale kleur te kriijgen. Een vvel wit papie er voldoet oo ok, maar weees er wel van overtuigd d dat het pap pier werkelijjk spierwit is..
Sony Benelux
03‐‐06‐2012
13
Sony foto & video experience
Ga in het WB menu naar Eigen instelling. Zet de Eigen instelling met de Multi select schakelaar op SET. Zorg dat je camera op spotmeting staat. Hou de grijskaart zo dicht mogelijk bij het te fotograferen object en druk de sluiterknop volledig in om de WB te bepalen. De gemaakte WB (in Kelvin vb 5700k) staat in het scherm. Druk op de Multi select schakelaar om te bevestigen. Bij het gebruik van een Expodisk ga je in het menu hetzelfde te werk, alleen wordt de disk voor de lens geplaatst. Demo’s van hoe een Expodisk te gebruiken, zijn terug te vinden op het internet. Mocht je besluiten een Expodisk te kopen, let er dan op dat je Neutraal koopt. Er is namelijk ook een Portret uitvoering die een warme tint heeft. Ik ben alleen bekend met de A100, A700 en A900 en weet niet of bovenstaande menuomschrijving voor alle Alpha modellen exact hetzelfde werkt. Raadpleeg indien nodig de handleiding van uw toestel. Aandacht voor Auto Focus gebieden Het gebeurt nog te vaak, dat mensen de camera een Auto Focus gebied (AFg) laten kiezen. Omdat dit systeem steeds intelligenter wordt, kan het goed gaan. Maar soms kiest de camera toch een ander scherpstelpunt dan je had verwacht. Het is daarom belangrijk dat je ook dit zelf onder controle houdt. Laat je de AF op breed staan, dan kiest de camera via een ingewikkelde contrastmeting uit een aantal meetpunten. Voorbeeld; Het kan dan zomaar voorkomen dat het scherptepunt niet op het oog ligt, maar op de haargrens van een geportretteerde. De camera meet daar het meeste contrast en kiest voor dat scherpstelpunt. Het kan dus net het verschil zijn tussen een gelukte of mislukte foto. Het is dus beter om zelf te kiezen waar het scherptepunt ligt. Daarom doe je er verstandiger aan om AFg Punt of Lokaal te kiezen. Kies je voor AFg Punt dan zal alleen het spotgebied gebruikt worden. Dit is het middelste vierkantje wanneer je in de zoeker kijkt. Het voordeel is, je bent er altijd van overtuigd dat waar je op richt het scherptepunt zal liggen. Een nadeel kan zijn, dat hetgeen je scherp wilt hebben zich niet altijd in het midden van het beeld bevindt. Op zich geen probleem want je kunt als je de ontsnapknop half ingedrukt houdt, het beeld herkaderen en zo de compositie bepalen. Het scherptepunt blijft dan op de gewenste plek. Sony Benelux
03‐06‐2012
14
Sony foto & video experience
Je kunt ook kiezen voor een AFg Lokaal. Je kunt nu kiezen uit 9 scherpstelpunten. Druk je op de Multi Select schakelaar, dan wordt de Spot AFg gekozen. Het voordeel is, omdat je nu kunt kiezen uit meerdere scherpstelpunten, dat je minder hoeft te herkaderen. Er zijn nog meer voordelen, maar daar zal ik het nu mondeling over hebben. Ik hoop dat je van deze workshop iets wijzer bent geworden, nog meer hoop ik dat je afstapt van de automatisch functies van de camera. Ze zijn zeker niet slecht en ze worden steeds beter, maar ondanks dat kunnen ze soms een instelling gebruiken, die niet het gewenste resultaat brengt. Daarnaast zal je ervaren dat je steeds meer controle over de camera en uiteraard het eindresultaat krijgt. Ik heb geprobeerd de workshop en de hand out zo begrijpelijk mogelijk te houden. Daarom ben ik niet te diep in de materie gegaan. Mocht je vragen hebben of toch nog meer informatie willen, nodig ik je uit om lid te worden van FotoMateForum (www.fotomateforum.net). Het leuke en een voordeel van FotoMateForum is, dat de leden grotendeels KM en Sony gebruikers zijn, dus “dezelfde taal” spreken. De aanmelding is gratis en nadat je toegang hebt verkregen kan je foto’s plaatsen omdat je daar trots op bent of ter beoordeling (opbouwende commentaren en/of hints) en zoals eerder vermeld om vragen te stellen in verschillende categorieën. Richard Vivo RAVivo Fotografie
Sony Benelux
03‐06‐2012
15