Formaliteiten bij overlijden
Inhoudsopgave 1 Inleiding ..................................................................................................... 1 2 Overlijden in een ziekenhuis ..................................................................... 1 Verzorging van de overledene ...................................................................... 1 Persoonlijke wensen ..................................................................................... 2 Persoonlijke bezittingen ................................................................................ 2 Rituele bewassing ......................................................................................... 2 Mogelijkheid tot afscheid nemen ................................................................... 2 Het mortuarium.............................................................................................. 2 Vervoer naar huis of uitvaartcentrum ............................................................ 3 Waarschuwen van de uitvaartverzorger ........................................................ 3 Kosten ........................................................................................................... 4 3 Informatie over obductie, donatie en andere situaties .............................. 4 Pacemaker .................................................................................................... 4 Obductie ........................................................................................................ 5 Wat is een obductie ............................................................................. 5 Doel van een obductie ......................................................................... 5 Wie moeten toestemming geven ......................................................... 5 Wanneer is er geen toestemming nodig .............................................. 6 Uitslag van het onderzoek ................................................................... 6 Na de obductie ..................................................................................... 6 Donatie .......................................................................................................... 6 Wie geven toestemming voor donatie ................................................. 7 Wat gebeurt er bij een donatie............................................................. 7 Doel van een donatie ........................................................................... 7 Na de donatie ...................................................................................... 8 Ter beschikking stellen van de wetenschap.................................................. 8 Niet-natuurlijke dood ..................................................................................... 8 4 Begeleiding ............................................................................................... 9 5 Vragen ...................................................................................................... 9
1
Inleiding
Een naaste uit uw familie- of vriendenkring komt binnenkort te overlijden of is overleden. In zo'n situatie is het voor velen moeilijk de aandacht te richten op de formaliteiten die vervuld moeten worden, een aantal is echter noodzakelijk. Deze brochure geeft u informatie die van pas kan komen bij het treffen van de noodzakelijke maatregelen. Ook wordt u via deze brochure op de hoogte gebracht van een aantal zaken die ter sprake kunnen komen bij het overlijden in een ziekenhuis. Er staat beschreven hoe door het ziekenhuis bepaalde werkzaamheden worden verricht. Mocht u na het lezen van deze brochure nog vragen hebben, neemt u dan gerust contact met ons op, wij staan u graag te woord.
2
Overlijden in een ziekenhuis
Na een overlijden in een ziekenhuis moet er veel geregeld worden, waarbij u (indien u dit wenst) betrokken kunt zijn. Een aantal voorbeelden hiervan zijn: • het verzorgen van de overledene; • de mogelijkheid tot afscheid nemen; • het maken van afspraken over de eigendommen van de overledene; • het overplaatsen van de overledene naar het mortuarium; • het waarschuwen van de uitvaartverzorger; • het vervoer naar huis of uitvaartcentrum; • het verzorgen van de crematie of de begrafenis. Verzorging van de overledene De verpleegkundige overlegt met u of er specifieke persoonlijke wensen zijn ten aanzien van de verzorging en de kleding van de overledene. Wensen met betrekking tot de geloofsovertuiging zijn uiteraard ook bespreekbaar. Als u wilt helpen bij de verzorging of als u de overledene wilt verzorgen zonder hulp of bijzijn van de verpleegkundige, kunt u dit bespreken.
1
Na de verzorging wordt de overledene overgebracht naar het mortuarium van het ziekenhuis en blijft daar tot de overledene wordt overgedragen aan een uitvaartverzorger. Persoonlijke wensen Indien er persoonlijke wensen zijn met betrekking tot bijvoorbeeld make-up, kleding, sieraden e.d. kunt u deze kenbaar maken aan de verpleegkundige van de afdeling. Het is belangrijk -uiteraard wanneer u dit wenst - dat u zorgt dat de kleding waarin de overledene gekleed moet worden in het ziekenhuis wordt achtergelaten of nagebracht. Persoonlijke bezittingen Alle persoonlijke bezittingen van de overledene worden aan u of een andere direct betrokkene meegegeven. Blijven er eigendommen achter, dan worden deze door de uitvaartverzorger aan u overhandigd. Rituele bewassing Eventuele rituele bewassing wordt door het ziekenhuis geregeld, maar zal extern plaatsvinden. Voor de verdere zorg voor de overledene, het vervoer naar elders en het regelen van de uitvaart is het nodig dat u zelf een uitvaartverzorger inschakelt. Mogelijkheid tot afscheid nemen Er wordt u op de afdeling gelegenheid geboden om in alle rust afscheid te nemen van de overledene. Wanneer u prijs stelt op contact met een geestelijk verzorger van het ziekenhuis, kan deze door de verpleegkundige worden ingeschakeld. Het mortuarium Medewerkers van het ziekenhuis brengen de overledene naar het mortuarium van het ziekenhuis. Vervolgens kunt u met de uitvaartverzorger afspraken met u maken, of en zo ja, waar de overledene wordt opgebaard.
2
Vervoer naar huis of uitvaartcentrum De uitvaartverzorger zorgt voor het vervoer van het mortuarium van het ziekenhuis naar de plaats waar de overledene zal worden opgebaard. Dit kan uw eigen huis zijn, een uitvaartcentrum of een aula. Waarschuwen van de uitvaartverzorger Wanneer u de formaliteiten in het ziekenhuis hebt afgerond, zult u een uitvaartverzorger willen waarschuwen. Het verdient de voorkeur om de uitvaartverzorger, indien mogelijk, in het ziekenhuis of direct bij thuiskomst te waarschuwen. De afdeling beschikt over een lijst van uitvaartverzorgers uit de regio. In de persoonlijke papieren van de overledene kan een verzekeringspolis aanwezig zijn. Is een dergelijke polis aanwezig, dan kunt u contact opnemen met de betreffende uitvaartverzekeraar of -verzorger. De volgende onderwerpen kunnen aan de orde komen tijdens het gesprek met de uitvaartverzorger: • waar wordt de overledene opgebaard; • is de plechtigheid in het openbaar of in stilte; • wenst u crematie of een begrafenis; • het vaststellen van de datum van de uitvaart;. • het opstellen van de rouwadvertentie en uitnodigingen; • begeleiding van de plechtigheid door: de pastoor, de dominee, de humanistisch raadsman/vrouw, de rabbijn of de imam; • het condoleantiebezoek; • uw wensen ten aanzien van de kist, muziek, bloemen, enzovoort.
3
De uitvaartverzorger bespreekt al uw wensen en mogelijkheden en draagt zorg voor: • de aangifte van overlijden bij de gemeente (mag familie ook zelf doen); • het vervoer vanaf het mortuarium van het ziekenhuis naar uw huis of naar een uitvaartcentrum; • de kist; • een condoleantiebezoek; • de uitvaart. Kosten Ziekenhuis Tjongerschans voert bij een overledene in opdracht van de uitvaartverzorger de noodzakelijke eerste dienstverlening uit. De uitvaartverzorger en/of de nabestaande(-n) hebben zo de mogelijkheid verdere zorg van de overledene binnen het ziekenhuis of elders te laten uit te laten voeren. De kosten van de eerste dienstverlening (bestaande uit afleggen, wassen en kleden) bestaan uit een vast bedrag. Indien er sprake is van extra activiteiten, zoals bezoeken in het mortuarium, worden extra kosten in rekening gebracht via uw uitvaartverzorger.
3
Informatie over obductie, donatie en andere situaties
Na het overlijden zijn er een aantal situaties die belangrijk kunnen zijn. Achtereenvolgens wordt uitgelegd wat obductie, donatie, ter beschikking stellen van de wetenschap en een niet-natuurlijke dood zijn en wat de gang van zaken is rond deze situaties. Pacemaker Steeds meer gemeenten en crematoria eisen dat een pacemaker verwijderd wordt. De pacemaker wordt in het ziekenhuis verwijderd.
4
Obductie Door de behandelend arts of de waarnemend arts die het overlijden heeft vastgesteld kan gevraagd worden of u toestemming geeft voor obductie. De arts legt u de toestemmingsprocedure uit. Hij vermeldt de reden en de omvang van de obductie en vraagt toestemming aan de nabestaanden. Indien de nabestaanden geen bezwaar hebben, schakelt de behandelend arts de patholoog in. Wat is een obductie Bij een obductie onderzoekt een patholoog het lichaam van de overledene. Hierbij worden de organen in de borst- en buikholte onderzocht. Er worden geen organen opgeslagen of bewaard. Als het nodig is dat ook andere lichaamsdelen of organen worden onderzocht, moet de arts die toestemming vraagt dat duidelijk vermelden in de medische stautus. De nabestaanden kunnen bezwaar maken tegen een volledige obductie en een geringere omvang van de obductie bepalen. Doel van een obductie Het doel van een obductie is: • een onderzoek naar de oorzaak van het overlijden; • een onderzoek naar de resultaten van een medische behandeling. Wie moeten toestemming geven Aan de nabestaanden van de overledene wordt toestemming gevraagd voor obductie. Onder nabestaanden worden verstaan: • de echtgeno(o)t(e) van de overledene; • de levensgezel van de overledene; • de naaste, aanwezige bloedverwanten; • de aanwezige meerderjarige erfgenamen; • of personen die op een andere manier verantwoordelijk zijn.
5
Wanneer is er geen toestemming nodig Als door de patiënt (zestien jaar of ouder) een verklaring is ondertekend waarin hij/zij om een obductie vraagt of hiervoor toestemming geeft, is geen toestemming van de nabestaanden noodzakelijk. Ook in geval van een gerechtelijke sectie is geen toestemming nodig van de nabestaanden, omdat deze plaatsvindt op last van de officier van justitie. In die gevallen waarin geen toestemming wordt vereist van de nabestaanden zal de arts uitleggen waarom dat niet het geval is. Uitslag van het onderzoek De patholoog deelt zijn bevindingen mee aan de arts die de overledene heeft behandeld, of de huisarts. Deze arts licht de nabestaanden in. Hiervoor dient u zelf na 4 tot 6 weken een afspraak te maken met de behandelend arts. In geval van een gerechtelijke sectie licht de gerechtelijk patholoog alleen de officier van justitie in. Na de obductie Na de obductie zal de overledene cosmetisch worden hersteld en kan er normaal een opbaring plaatsvinden in een rouwkamer of woonhuis Donatie Als er mogelijk sprake is van donatie raadpleegt de behandeld arts na het overlijden van de patiënt het Donorregister om na te gaan of de overledene als donor geregistreerd staat. Wanneer de overledene als donor geregistreerd staat, wordt dit meegedeeld aan nabestaanden. Wanneer de overledene niet als donor geregistreerd staat, kan de behandelend arts alsnog toestemming vragen voor donatie van weefsels en/of organen.
6
Wie geven toestemming voor donatie De nabestaanden kunnen toestemming geven voor donatie. Onder nabestaanden worden verstaan: • de echtgeno(o)t(e) van de overledene; • de levensgezel van de overledene; • de naaste aanwezige bloedverwanten; • de aanwezige meerderjarige erfgenamen; • of personen die op een andere manier verantwoordelijk zijn. Wat gebeurt er bij een donatie Bij orgaan- en botweefseldonatie wordt veelal gebruik gemaakt van de operatiekamer in het ziekenhuis. De uitname van organen geschiedt door artsen van het ziekenhuis of van het transplantatiecentrum. Alle afspraken zullen worden gecoördineerd door de Stichting Eurotransplant Nederland en de zusterorganisatie Bio lmplant Services (BIS). In de meeste gevallen vindt orgaandonatie plaats bij patiënten die klinisch dood zijn. Dit wil zeggen dat de patiënt geen hersenactiviteit meer heeft en eigenlijk overleden is, maar nog niet van de apparatuur is afgesloten. Dit houdt in dat de nabestaanden vóór het afsluiten van de apparatuur wordt benaderd door de behandelend arts met de vraag of er donatie mag plaatsvinden. Onder weefseldonatie valt de donatie van huid en hoornvlies op het oog (cornea), hartkleppen en botweefsel. Huid en cornea worden verwijderd in het mortuarium door speciaal opgeleide medewerkers van Bio lmplant Services. Als toestemming door de nabestaanden is gegeven, zal aan de hand van een lijst met criteria worden bezien of de overledene kan fungeren als donor. Dit wordt bepaald door de arts in overleg met Eurotransplant. Doel van een donatie Door donatie van organen kan het leven van andere mensen worden gered of draaglijker gemaakt. Met donorhuid worden patiënten met brandwonden behandeld. Door aanbrengen van donorhuid vermindert de pijn, wordt de kans op infecties kleiner en zal een betere wondgenezing worden bereikt met minder kans op littekens. Patiënten die geholpen worden met hoornvliezen zullen
7
mogelijk weer kunnen zien. Het botweefsel dat door een donor beschikbaar is gesteld, kan bijvoorbeeld voorkomen dat bij de ontvanger een arm of been moet worden geamputeerd. Na de donatie Na elke vorm van donatie zal de overledene cosmetisch worden hersteld en zal er normaal een opbaring kunnen plaatsvinden in een rouwkamer of woonhuis. Ter beschikking stellen van de wetenschap Een overledene kan alleen ter beschikking van de wetenschap worden gesteld, wanneer er een bevestiging van een universiteit kan worden overlegd. Tijdens het leven moet een persoon zich hebben aangemeld bij een universiteit. Bij terbeschikkingstelling van de wetenschap, is het uitgesloten dat er obductie of donatie plaatsvindt. Bij een gerechtelijke obductie komt de terbeschikkingstelling dan ook te vervallen. Niet-natuurlijke dood Onder een niet-natuurlijke dood wordt verstaan, dat iemand ten gevolge van een niet-natuurlijke oorzaak is overleden. Hieronder vallen o.a. verkeersongeval, misdrijf. Meestal vindt er dan beslaglegging plaats op de overledene. Door politie en justitie zal dan een onderzoek naar de doodsoorzaak worden ingesteld. In dit geval kan een rouwbezoek pas dan plaatsvinden wanneer de overledene door de officier van justitie is vrij gegeven.
8
4
Begeleiding
Rouwbegeleiding Het landelijk Steunpunt Rouwbegeleiding (LSR) kan u als u hieraan behoefte heeft informeren over gesprekgroepen voor rouwverwerking. Tevens kunt u hier terecht voor literatuur over rouwverwerking. Het LSR is bereikbaar op werkdagen tussen 09.00 en 13.00 uur via telefoonnummer (030) 234 38 68. Begeleiding in ziekenhuis Tjongerschans Indien u samen met ons op de periode rond het overlijden van uw dierbare terug wenst te komen, dan bieden wij u de mogelijkheid tot een persoonlijk gesprek. Samen met de verpleegkundige kunt u, eventueel met overige familieleden, vrienden en of betrokkenen, over de gebeurtenissen van de afgelopen periode praten. Wanneer u het op prijs stelt kunnen ook andere hulpverleners of behandelaars hierbij aanwezig zijn. Wilt u van deze gelegenheid gebruik maken, dan kunt u contact opnemen met het afdelingshoofd om een afspraak te maken
5
Vragen
Heeft u naar aanleiding van deze brochure nog vragen, dan kunt u deze bespreken met de verpleegkundige van de afdeling of de uitvaartverzorger.
30-07-2015/23615
9
10