EUROPEES PARLEMENT 2004
2009
Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
Ontwerpverslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken over de delegatie naar Denemarken RAPPORTEUR: Martine ROURE
Inleiding – Context van het bezoek Een delegatie van zes leden van het Europees Parlement legde een bezoek af aan Denemarken, waar twee Deense afgevaardigden die al aanwezig waren zich bij de delegatie aansloten (zie de lijst van deelnemers – bijlage 1). De missie werd geleid door Panayiotis DEMETRIOU (PPE-DE) en de rapporteur was Martine ROURE (PSE). Het bezoek vond plaats op 10 en 11 april 2008. Het bezoek aan Denemarken maakte deel uit van een serie bezoeken die door leden van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (Commissie LIBE) is afgelegd om persoonlijk de omstandigheden te aanschouwen waaronder immigranten en asielzoekers in verschillende EU-lidstaten worden vastgehouden. Dit bezoek aan Polen volgt op vergelijkbare delegaties naar Italië (Lampedusa), Spanje (Ceuta en Melilla, Canarische Eilanden), Frankrijk (Parijs), Malta, Griekenland (Samos en Athene), België, het Verenigd Koninkrijk, Nederland en Polen. De bezoeken hadden tot doel om informatie te verzamelen, direct de situatie te onderzoeken waaronder migranten en asielzoekers worden opgevangen en te zien op welke wijze verschillende Europese richtlijnen en verordeningen worden uitgevoerd: - Richtlijn 2003/9/EG van de Raad van 27 januari 2003 tot vaststelling van minimumnormen voor de opvang van asielzoekers in de lidstaten 1 (opvangrichtlijn) - Richtlijn 2005/85/EG van de Raad van 1 december 2005 betreffende minimumnormen voor de procedures in de lidstaten voor de toekenning of intrekking van de vluchtelingenstatus 2 (procedurerichtlijn) - Verordening (EG) nr. 343/2003 van 18 februari 2003 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van
1 2
PB L 031 van 6.2.2003, blz. 18 – 25. PB L 326 van 13.12.2005, blz. 13 – 34
DV\739525NL.doc
NL
PE407.710v03-00
NL
een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend 1 (Verordening Dublin II). Deze bezoeken hadden tevens tot doel om standpunten uit te wisselen met de regeringsautoriteiten en vertegenwoordigers uit het maatschappelijk middenveld. De leden van de Commissie LIBE wilden graag een delegatie naar Denemarken sturen om de situatie waaronder migranten en asielzoekers in dit land worden opgevangen, beter te begrijpen. De leden van de delegatie zijn zich er echter van bewust dat de situatie met betrekking tot migratie- en asielzaken in Denemarken verschilt van die in andere lidstaten. Krachtens het protocol betreffende de positie van Denemarken dat in bijlage bij het Verdrag van Amsterdam is gehecht, neemt Denemarken alleen deel aan de maatregelen op basis van titel IV van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap houdende het beleid tot toekenning van visa2. In overeenstemming met de artikelen 1 en 2 van het protocol betreffende de positie van Denemarken dat in bijlage bij het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap is gehecht, neemt Denemarken geen deel aan de aanneming en toepassing van de volgende maatregelen: Richtlijn 2003/9/EG van de Raad van 27 januari 2003 tot vaststelling van minimumnormen voor de opvang van asielzoekers in de lidstaten 3 (opvangrichtlijn) Richtlijn 2005/85/EG van de Raad van 1 december 2005 betreffende minimumnormen voor de procedures in de lidstaten voor de toekenning of intrekking van de vluchtelingenstatus 4 (procedurerichtlijn). Inzake de verordeningen Eurodac5 en Dublin II6 moest een internationale overeenkomst worden gesloten tussen de Europese Gemeenschap en Denemarken7, alsmede een protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, IJsland en Noorwegen 8 9, om de deelname van Denemarken mogelijk te maken. Denemarken is sinds 2006 in het kader van 1
PB L 50 van 25.2.2003, blz. 1 - 10. Volgens artikel 7 van het protocol kan Denemarken zich op ieder moment terugtrekken uit het protocol voor Denemarken dat aan het verdrag van Amsterdam is gehecht en deelnemen aan alle maatregelen die zijn bepaald in titel IV van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. 3 PB L 31 van 6.2.2003, blz. 18 – 25. 4 PB L 326 van 13.12.2005, blz. 13 – 34. 5 Verordening (EG) nr. 2725/2000 van de Raad van 11 december 2000. 6 Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad van 18 februari 2003. Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad van 18 februari 2003 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend6 (Dublin II Verordening). 7 COM(2004)594 definitief. 8 COM(2005)131 definitief. 9 Het Europees Parlement heeft een advies uitgebracht over het Besluit van de Raad van 21 februari 2006 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Denemarken houdende uitbreiding tot Denemarken van de bepalingen van Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend, en van Verordening (EG) nr. 2725/2000 van de Raad betreffende de instelling van Eurodac voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin. Dit advies was uitgebracht op initiatief van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. De commissie heeft het rapport van Martine ROURE aangenomen: - goedkeuring van het akkoord dat is voorgesteld in het kader van de raadplegingsprocedure. 2
PE407.710v03-00
NL
2/17
DV\739525NL.doc
zijn betrekkingen met de Europese Gemeenschap enerzijds en IJsland en Noorwegen anderzijds gebonden door de verordeningen Dublin II en Eurodac, maar neemt niet deel aan de overige maatregelen die op Europees niveau op het gebied van het gemeenschappelijke asielbeleid worden aangenomen. Programma van de delegatie Het bezoek was geconcentreerd op drie centra:
het asielzoekerscentrum in Sandholm (open opvangcentrum in beheer bij het Deense Rode Kruis) het detentiecentrum voor migranten in Sandholm (het enige detentiecentrum in Denemarken, dat valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Justitie) het centrum in Kongelunden (open opvangcentrum in beheer bij het Deense Rode Kruis).
Het programma van de delegatie omvatte ook, in chronologische volgorde:
een ontmoeting met organisaties en ngo's die actief zijn op het gebied van immigratie en asiel in Denemarken en waarvan enkele in 2006 de Commissie LIBE hebben ingeschakeld (10 april 2008) een kort bezoek aan het hoofdkantoor van het Rode Kruis in Kopenhagen een ontmoeting met de permanente secretaris voor vluchtelingen-, immigratie- en integratiezaken, Claes NILAS.
De delegatie heeft voor vertrek naar Denemarken een grote hoeveelheid informatie ontvangen van organisaties zoals SOS Racisme-Denemarken, Amnesty International – Deense afdeling en Grootouders voor Asiel en wil ze van harte bedanken. De delegatie werd begeleid door de audiovisuele dienst van het Europees Parlement, die samenwerkte met een plaatselijke televisieploeg en een fotograaf. Het idee was om deze Europese activiteit te presenteren via "Europe by satellite" (EbS). Het bezoek heeft in de pers zeer veel aandacht gehad. De journalisten, de fotograaf en de televisieploeg mochten de open centra betreden. De leden van het Parlement hebben de laatste dag van het bezoek, 3 april 2008 een persconferentie gegeven. Ontmoeting met de ngo's Op de eerste dag heeft de delegatie een ontmoeting gehad met de vertegenwoordigers van ngo's, die regelmatig bezoeken afleggen aan de centra en/of actief zijn op het gebied van asiel of immigratie (zie bijlage 3). De ngo's waren goed georganiseerd en hadden de presentaties verdeeld, zodat elk van hen een hoofdaspect van hun zorgen omtrent het Deense asiel- en immigratiebeleid kon belichten. Bij deze presentatie zat ook het verhaal van een vrouw en een minderjarige die in het centrum van Sandholm wonen. De ngo's begonnen met de reden dat ze zich tot de Commissie LIBE hadden gewend met de vraag een bezoek af te leggen aan de Deense asielzoekerscentra. Ze lieten namelijk weten dat ze de indruk hebben dat de regering niet naar hen luistert en hoopten dat de regering wel zou luisteren naar het commentaar van een delegatie van het Europees Parlement. Ze vinden dat DV\739525NL.doc
3/17
PE407.710v03-00
NL
bepaalde aspecten van de Deense asielwet in tegenspraak zijn met de internationale verplichtingen van het land ter bescherming van de mensenrechten, zoals non-discriminatie en de eerbied voor de menselijke waardigheid, die zijn opgenomen in het Europese Mensenrechtenverdrag. De ngo's hebben de volgende problemen aangekaart:
Het aantal asielaanvragen neemt in Europa in het algemeen sterk af en ondanks het feit dat twee landen als Denemarken en Zweden sterk op elkaar lijkende tradities hebben, laat Denemarken, vergeleken met Zweden, maar heel weinig vluchtelingen toe. De ngo's delen mee dat van de Europese landen Denemarken en Griekenland de Irakezen de minste bescherming bieden.
Sinds 2002 wordt er een verharding van de Deense asielwet waargenomen, met name door de opheffing van de "de facto" vluchtelingenstatus (die lijkt op de subsidiaire bescherming op Europees niveau). De ngo's hebben het verwijt dat Denemarken een zeer restrictieve uitleg geeft aan het begrip vluchteling van artikel 1 A van het Vluchtelingenverdrag van Genève van 1951 en artikel 3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Deze restrictieve uitleg heeft tot resultaat dat het in Denemarken steeds moeilijker wordt om de vluchtelingenstatus te krijgen. De grote meerderheid van Irakezen bijvoorbeeld wordt de vluchtelingenstatus geweigerd. Sommige personen wordt de vluchtelingenstatus geweigerd, maar kunnen wegens de internationale beginselen van non-refoulement en bescherming tegen iedere kans op marteling of indirecte mensonterende behandeling evenmin naar hun land van oorsprong worden teruggestuurd. Ze worden dan "gedoogd", maar hebben geen enkele wettelijke status. Deze personen verkeren in een volledig juridisch vacuüm en mogen niet buiten de door het Rode Kruis beheerde opvangcentra wonen en officieel niet werken. Ze brengen zo vele jaren, tot wel tientallen jaren, door in deze juridisch onzekere toestand. Deze zeer lange wachttijd en de onzekerheid over hun juridische status of hun toekomst vormen een bron van grote wanhoop. De ngo's denken dat deze praktijk erop gericht is om potentiële asielzoekers af te schrikken om naar Denemarken te komen.
Voor personen die een negatief antwoord op hun asielverzoek hebben gekregen en weigeren om vrijwillig te vertrekken, bestaan "motiverende maatregelen" om hen aan te sporen om naar hun land van oorsprong terug te keren. Onder deze maatregelen valt het inhouden van zakgeld: er wordt alleen geld gegeven voor eten. Ook bestaat de plicht om zich twee maal per week bij de politie te melden. Na een paar weken worden deze personen in een uitzetcentrum geplaatst en het is zelfs mogelijk dat ze naar een centrum voor bewaring worden overgebracht. In het verleden maakte de onmogelijkheid om eigen maaltijden te bereiden en de plicht om te eten in de kantine van de opvangcentra deel uit van deze motiverende maatregelen; dat is tegenwoordig niet meer het geval. De ngo's maken zich zorgen over het feit dat het besluit tot terugkeer door de staat aan de asielzoeker wordt overgedragen. Het lijkt inderdaad onaanvaardbaar dat de staat personen, die hij zelf krachtens het internationale recht niet mag uitzetten, in een onzekere situatie brengt, zodat ze ertoe worden aangezet om vrijwillig naar een land terug te keren waar ze worden bedreigd.
De Vluchtelingenraad die verantwoordelijk is voor de bestudering van de asielverzoeken, heeft niet de bevoegdheden van een normaal gerecht. Hij kan slechts eindbeslissingen nemen, waartegen geen enkel beroep mogelijk is. Dit levert derhalve
PE407.710v03-00
NL
4/17
DV\739525NL.doc
een probleem op om een daadwerkelijke toegang tot de rechtsgang voor asielzoekers te waarborgen. Overigens is de Vluchtelingenraad slechts uit drie personen samengesteld (tegen zeven in het verleden): een rechter, een vertegenwoordiger van de advocatenvakbond en een vertegenwoordiger van het bevoegde ministerie. Er kan geen beroep worden gedaan op de ombudsman.
Er wordt onder de asielzoekers in Denemarken een groot aantal psychiatrische patiënten waargenomen, wegens de lange duur van het verblijf in de opvangcentra en de vele jaren die in juridische onzekerheid en zonder enige vorm van bescherming worden doorgebracht. Alleen in geval van ernstige depressie worden er verblijfsvergunningen voor korte duur verleend, die overigens regelmatig moeten worden verlengd. Bij kinderen is dit bijzonder problematisch omdat ze dubbel onder deze situatie lijden: hun ontwikkeling wordt beïnvloed door de psychiatrische aandoeningen van hun ouders en ze ontwikkelen zelf psychiatrische aandoeningen die schadelijk zijn voor hun opvoeding. Zo zouden enkele kinderen van asielzoekers zelfmoordpogingen hebben gedaan, en enkelen zouden te veel zijn aangedaan om het opvangcentrum te verlaten. De enige oplossing om deze situatie het hoofd te bieden zou zijn om een grootschalig rehabilitatieprogramma te beginnen, iets dat slechts mogelijk is indien deze personen toestemming krijgen om permanent in Denemarken te wonen.
Toegang tot normaal onderwijs: het onderwijs voor kinderen die in de opvangcentra verblijven, is uitbesteed aan het Rode Kruis en de gemeente. Van de 200 kinderen volgen er maar 85 normaal onderwijs op Deense scholen. 115 kinderen gaan naar een door het Rode Kruis beheerde centrumschool. Op deze scholen zijn de kinderen verdeeld in groepen van 12 leerlingen, waar maximaal drie jaar in leeftijd tussen zit. Het is moeilijk om de normale onderwijsnormen en de academische voortgang te waarborgen, omdat de kinderen vaak van klas veranderen, gemiddeld 6 keer. De kinderen mogen overigens aan het einde van hun schoolperiode geen eindexamen doen en hebben dus geen enkel diploma. Hierdoor hebben ze geen enkel diploma wanneer ze terugkeren naar hun land van herkomst en kunnen, als ze in Denemarken blijven, niet beginnen met hoger onderwijs. Over toegang tot normaal onderwijs op een Deense school moet per geval worden onderhandeld met de gemeente, die dit kan weigeren. Na de leeftijd van 17 jaar wordt er nog maar heel weinig onderwijs gegeven. Een meisje dat in Sandholm verblijft, vertelt over het negatieve effect dat dit op haar eigen opvoeding heeft gehad. Ze heeft moeite om zich haar moedertaal te herinneren, maar ook om Deens en Engels te leren.
De asielzoekers worden regelmatig naar andere c e n t r a overgebracht (opvangcentrum, verblijfscentrum, vertrekcentrum en speciale centra voor kwetsbare personen). Er zijn namelijk als gevolg van de daling van het aantal asielzoekers en met het oog op kostenverlaging minder centra om de asielverzoeken te behandelen. Dit levert problemen op met de integratie, de juiste afhandeling van de zaken en de opleiding van de kinderen. De ngo's denken dat de regering met deze praktijk de betrokkenen onder stress wil brengen, zodat ze ertoe worden aangezet om vrijwillig naar hun land terug te keren.
Detentie: op het moment van het bezoek zitten er 83 personen in detentie, waarvan 22 asielzoekers en wel om twee redenen: gebrek aan samenwerking bij de identificatie en vluchtgevaar met het oog op uitzetting. Een kwart van de gedetineerden is verwikkeld
DV\739525NL.doc
5/17
PE407.710v03-00
NL
in een overdrachtsprocedure in het kader van de Verordening Dublin II en de helft in een uitzettingsprocedure. De ngo's betreuren de praktijk dat de autoriteiten in sommige gevallen alleen het gezinshoofd vasthouden om het hele gezin tegen te houden.
Toegang tot werk: de asielzoekers en gedoogde personen mogen niet werken omdat ze geen juridische status hebben. Enkelen kunnen worden opgeroepen om binnen het opvangcentrum te werken. Bij zwartwerken kunnen ze direct worden uitgezet en kan hun een verbod van een jaar worden opgelegd om terug te komen.
De toegang tot tolken en vertalers is niet altijd gewaarborgd, aangezien de gesprekken niet worden vertaald. Bovendien behoeven de tolken geen enkele officieel diploma in de desbetreffende taal te hebben gehaald.
Verdwijning van kinderen die het slachtoffer worden van mensensmokkel: bij de overdracht van kinderen in het kader van de Verordening Dublin II worden sommige kinderen naar lidstaten gestuurd waar zich mensensmokkelaars bevinden en verdwijnen. De organisaties proberen het spoor van de kinderen te volgen en hebben deze situatie gemeld bij het Comité voor Kinderrechten. De organisaties vragen dat er voor deze kinderen gebruik wordt gemaakt van de solidariteitsclausule uit de verordening, in het hogere belang van het kind.
Er is een tekort aan statistieken over onbegeleide minderjarige kinderen.
Denemarken heeft hertoelatingsakkoorden met tal van landen van oorsprong, met uitzondering van Irak en Somalië.
Bezoeken aan de centra's Opvangcentrum voor asielzoekers van Sandholm 1 Bij aankomst in het centrum werd de delegatie ontvangen door de vereniging van Grootouders voor Asiel, die alle verkleed waren als in een Griekse tragedie. Deze vereniging demonstreert al meer dan zes maanden elke zondag op deze manier bij de ingang van het centrum van Sandholm, om te protesteren tegen de onzekerheid waarin de gezinnen van Sandholm verkeren. Het opvangcentrum voor asielzoekers van Sandholm is het grootste centrum van Denemarken en tevens de plek waar alle asielzoekers bij hun eerste aankomst in Denemarken naartoe worden gebracht. Een vrijwillige asielzoeker die een schriftelijk verzoek indient, wordt naar het verblijfcentrum van Sandholm verwezen, waar hij wordt ingeschreven en huisvesting krijgt. Daarbij worden verzoekers die niet bij de grens worden afgewezen ondergebracht in het verblijfscentrum van Sandholm, waar ze worden ondervraagd en gefotografeerd door de politie en vingerafdrukken worden genomen om hun identiteit, nationaliteit en de route die ze hebben afgelegd vast te stellen.
1
Dansk Røde Kors Center Sandholm
PE407.710v03-00
NL
6/17
DV\739525NL.doc
Het centrum staat onder beheer van het Deense Rode Kruis en valt onder verantwoordelijkheid van het ministerie voor Vluchtelingen, Immigratie en Integratie. Het Rode Kruis is sinds 1994 verantwoordelijk voor het beheer van de open centra. Het centrum ligt 25 kilometer ten noorden van Kopenhagen in voormalige militaire kazernes. Bij aankomst wonen de personen een informatiebijeenkomst bij en ondergaan ze een medisch onderzoek. De personen die zojuist zijn gearriveerd blijven gemiddeld twee maanden in Sandholm, voordat ze tijdens de behandeling van hun aanvraag naar andere centra worden overgebracht. Het besluit over de asielaanvraag wordt gemiddeld in negen maanden genomen. De asielzoekers mogen tijdens de behandeling van hun aanvraag in de centra blijven. De volwassenen krijgen een basiscursus Deens. Sandholm is ook een vertrekcentrum voor personen van wie de asielaanvraag is afgewezen en die in aanmerking komen voor motiverende maatregelen. In het centrum zijn een medisch centrum/kliniek, een kledingwinkel, een arbeidsbureau, een winkel met tweedehandsspullen, een wasserette, kinderopvang, een ruimte voor naaiwerk en een feestzaal. De personen zijn vrij om binnen en buiten het centrum te komen en gaan. Het centrum staat op uitnodiging van een vaste bewoner open voor bezoekers van buiten. De organisaties hebben vrij en regelmatig toegang tot het centrum. De ngo's onderhouden goede relaties met de vaste bewoners. De gezinnen wonen in zeer kleine prefabbungalows. Iedere bungalow heeft een eigen ingang en telt ongeveer een tot twee kleine kamers per gezin. Alleenstaande mannen worden ondergebracht in kleinere kamers, die zij delen met één tot drie anderen. De omstandigheden zijn over het geheel goed, indien de personen die er woonden hier slechts enige tijd zouden blijven. Het centrum is echter niet zo ontworpen dat de mensen hier jarenlang kunnen wonen. Kinderen kunnen onderwijs krijgen dat op de scholen van het Rode Kruis wordt gegeven. In het centrum is er een kleuterschool; de school ligt op 5 km van het centrum. De kinderen gaan hier per bus naar toe. Sommige kinderen gaan naar de plaatselijke school van de gemeente, nadat ze al jaren in Sandholm wonen. De gezinnen die de delegatie tijdens het bezoek heeft ontmoet, wonen al jarenlang in Sandholm, gemiddeld 5 of 6 jaar. Deze personen hebben een "gedoogdenstatus". Ze gaven alle aan gefrustreerd te zijn dat ze al zo lang in het centrum woonden en klaagden over de onzekerheid waarin ze moeten leven. De delegatie heeft een gezin ontmoet met een gehandicapte en getraumatiseerde dochter die, volgens haar ouders en de organisaties, niet de juiste zorg krijgt.
Detentiecentrum voor migranten van Sandholm Het detentiecentrum voor migranten van Sandholm is het enige detentiecentrum in Denemarken. De delegatie heeft slechts enkele gedeelten van het centrum kunnen bezoeken, aangezien de autoriteiten pas zeer laat op de hoogte waren gebracht van het bezoek. Dit centrum is in februari 2008 ook bezocht door de Raad van Europa. DV\739525NL.doc
7/17
PE407.710v03-00
NL
Het detentiecentrum heeft een capaciteit van 118 plaatsen en staat onder beheer van het ministerie van Justitie. Op de dag van het bezoek zaten er 55 personen van 25 nationaliteiten vast in het centrum. Migranten en asielzoekers mogen niet in gevangenissen worden vastgehouden. De gedetineerden zijn asielzoekers wier verzoek is afgewezen en waarvoor een bevel tot uitzetting is gegeven. Bij hen is het risico groot dat ze weerstand bieden tegen de uitzettingsprocedures. Ze blijven gedetineerd zolang nodig is om hun terugreis te organiseren. Er bestaat geen enkele maximale duur voor de detentie. De gemiddelde duur is momenteel 42 dagen1. Tijdens het bezoek vermeldden de met het beheer van het centrum belaste autoriteiten dat de detentieduur erg varieert en kan duren van enkele dagen tot enkele maanden. De gemiddelde detentieduur zou drie dagen zijn. 25 personen zijn gearriveerd vóór januari 2008 en zitten gevangen wegens twijfels omtrent hun identificatie, of omdat zij hun plicht om zich te melden niet hebben nageleefd. Over het geheel genomen zijn de omstandigheden redelijk aanvaardbaar. De gedetineerden zijn niet opgesloten in hun kamers en kunnen enkele uren per dag op een kleine binnenplaats komen. Er is 15 uur per week een arts in het centrum en er zijn voltijds twee verpleegsters aanwezig. De mannen en vrouwen zitten in afgescheiden vleugels. De vrouwenvleugel heeft een capaciteit van 20 plaatsen, tijdens het bezoek waren er zes vrouwen aanwezig. De vrouwen zitten niet opgesloten; ze kunnen hun kamers verlaten en zich naar een soort woonkamer begeven. Ook kunnen ze enkele uren per dag naar buiten. De delegatie heeft tijdens het bezoek met twee vrouwen gesproken. De eerste was in verwachting en werd uitgezet, ondanks het feit dat de vader van het kind met een andere nationaliteit dan zij in Denemarken zou blijven. De tweede, met Oekraïense nationaliteit die al meerdere jaren illegaal in Denemarken verbleef, was gedetineerd ondanks het feit dat haar zoon en kleinzoon de Deense nationaliteit hebben. De gedetineerden hebben toegang tot een gymnastiekzaal. De autoriteiten gaven aan dat deze zaal tot voordeel had dat de gedetineerden hun frustraties (hun uitzettingsprocedure of de onzekerheid over hun toekomst) kunnen afreageren door sportbeoefening.
Centrum van Kongelunden Het centrum van Kongelunden is een open centrum in beheer van het Deense Rode Kruis. Dit is een centrum waar speciale zorg wordt verstrekt aan asielzoekers die naast de zorg die alle asielzoekers krijgen een extra behandeling nodig hebben. Sinds een maand vangt het centrum alleenstaande moeders op met hun jonge kinderen. Er was eerder een speciaal centrum voor alleen vrouwen in Kopenhagen, maar dit moest dicht. Het centrum heeft 150 plaatsen voor speciale zorg en 100 normale plaatsen. Het ligt in de buurt van het vliegveld van Kopenhagen. 1
Onderzoek waartoe in december 2007 opdracht is gegeven door beleidsafdeling C van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken van het Europees Parlement.
PE407.710v03-00
NL
8/17
DV\739525NL.doc
De alleenstaande vrouwen met kinderen worden ondergebracht in aparte bungalows met individuele slaapkamers voor iedere moeder met haar kinderen, en een gemeenschappelijke keuken. De delegatie heeft nieuwe bungalows bezocht, waar zeer goede omstandigheden heersten. Families (met beide ouders) hebben twee kamers met hun eigen sanitair. Het centrum kent een school voor volwassenen, een speelhal, kinderopvang, een café, een fietsenstalling en een timmerwerkplaats. Er is ook een speciaal zorgcentrum waar voltijds artsen en psychiaters werken. De immigratiedienst kan personen naar het gespecialiseerde zorgcentrum sturen in de volgende gevallen: - de ouders zijn geestelijk ziek, waardoor ze hun kinderen niet meer kunnen verzorgen; - families waar acuut gevaar bestaat voor verwaarlozing van de kinderen; - jongeren (tussen 18 en 24 jaar) met psychiatrische aandoeningen; - personen met lichamelijke handicaps die regelmatige en specifieke verzorging of revalidatie behoeven die in een ander centrum niet kan worden gegeven; - personen met psychische problemen die niet in staat zijn een behandeling te volgen, hun persoonlijke hygiëne te verzorgen of voor zichzelf te zorgen; - geesteszieke en ernstig gehandicapte personen; - de overlevenden van martelingen die ernstig zijn gehandicapt. De grootste groepen die in Kongelunden worden opgevangen zijn gezinnen en geesteszieke personen die een behandeling behoeven. Zij verblijven hier gemiddeld drie jaar. Het centrum legt de nadruk op het welzijn van de kinderen. 5. Ontmoeting met Claes NILAS, permanente secretaris van het ministerie van Vluchtelingen, Immigratie en Integratie De delegatie betreurt dat zij de minister Birthe Rønn Hornbech niet persoonlijk heeft kunnen ontmoeten. We willen benadrukken dat het de eerste keer is dat een dergelijke delegatie van de onderhavige commissie geen ontmoeting had met de minister die belast is met asiel- en immigratiezaken of een staatssecretaris. De heer Nilas heeft gewezen op de bijzondere situatie van Denemarken, dat niet deelneemt aan Titel IV van het Verdrag tot Oprichting van de Europese Gemeenschap (VEG) en derhalve de richtlijnen inzake de opvangomstandigheden en de procedures niet toepast. Denemarken neemt krachtens een internationale overeenkomst met de Europese Unie wel deel aan de verordeningen Dublin II en Eurodac. Het aantal asielzoekers in Denemarken neemt af. Het centrum van Sandholm vangt de asielzoekers op wanneer ze voor het eerst in Denemarken arriveren. Deze personen worden vervolgens naar verblijfscentra gezonden. Er bestaan in Denemarken meerdere soorten centra, inclusief gespecialiseerde centra voor kinderen, alleenstaande vrouwen of personen met gezondheidsproblemen. De immigratiediensten zijn verantwoordelijk voor de behandeling van de asielaanvragen. Als een aanvraag wordt afgewezen, wordt hij naar de Vluchtelingenraad gestuurd, die is samengesteld uit een rechter en twee andere leden die de aanvraag opnieuw kunnen onderzoeken. Het systeem is onafhankelijk. Het kost ongeveer zeven à acht maanden om een aanvraag te behandelen. De laatste jaren zijn de leefomstandigheden flink verbeterd. De gezinnen die al lang in Denemarken zijn, kunnen nu in appartementen buiten de opvangcentra wonen. DV\739525NL.doc
9/17
PE407.710v03-00
NL
De afgevaardigden uit de delegatie waren tevreden over alle materiële omstandigheden binnen de centra. Ze hebben echter hun zorgen uitgesproken over de verblijfsduur in de opvangcentra, het gebrek aan erkenning van een juridische status ondanks het feit dat bepaalde personen krachtens het internationale recht niet naar hun land van oorsprong kunnen worden teruggestuurd, de kwestie van de minderjarigen die zijn verdwenen bij een overdracht krachtens de Verordening Dublin II, de voordelen die Denemarken aangeeft om de opt-out van Titel IV VEG te handhaven terwijl het land wel deelneemt aan Schengen, de redenen om de "refugee board" uit slechts 3 personen te laten bestaan, de mogelijkheid die aan gezinnen wordt gegeven om buiten de centra te wonen, de doeltreffendheid van de begeleidingsmaatregelen, en over het conflict dat mogelijk is tussen ouders en kinderen wanneer zij hun moedertaal niet meer begrijpen omdat ze al jaren in Denemarken wonen. De heer Nilas gaf hierop de volgende antwoorden: - de dienst neemt de beslissingen om al dan niet een verblijfsvergunning toe te kennen in naleving van de Deense wet. De personen zijn vrij om Denemarken vrijwillig te verlaten, maar ze weigeren om op eigen initiatief te vertrekken. Dit is de reden dat ze al vele jaren in Denemarken zijn. Er bestaat in het Deense parlement geen meerderheid voor een wetsverandering om een einde te maken aan deze toestand. Om deze reden wordt de nadruk gelegd op de opvang- en leefomstandigheden; - de beslissing om de opt-out te handhaven is politiek van aard en moet worden genomen door de regering; - dankzij de akkoorden inzake overname die zijn gesloten met de landen van oorsprong is terugkeer onder aanvaarbare voorwaarden mogelijk: dit is bijvoorbeeld het geval bij Afghanistan. De Deense regering betreurt dat zij dergelijke akkoorden nog niet heeft kunnen sluiten met Irak en Somalië. Het is echter mogelijk geweest om personen terug te sturen naar het noorden van Irak; - er kunnen verblijfsvergunningen worden afgegeven op humanitaire gronden, bijvoorbeeld aan ernstig zieke personen; - wat betreft de toepassing van de Verordening Dublin II heeft Denemarken in 2007 78 % van de tot dit land gerichte verzoeken tot overdracht geaccepteerd. Denemarken let erop dat onbegeleide minderjarigen in het kader van Dublin II worden herenigd met hun familie. Ieder geval dient echter afzonderlijk te worden beoordeeld; - om snelle beslissingen mogelijk te maken, bestaat de "refugee board" naar aanleiding van een meerderheidsbesluit van het Deense parlement nog maar uit 3 personen,; - Denemarken begrijpt het dilemma van kinderen van asielzoekers. Om deze reden wordt hun aangeboden om onderwijs te volgen in hun moedertaal, zodat ze naar het land van hun ouders kunnen terugkeren; - er wordt per jaar 1,9 miljoen euro toegekend om families buiten de centra onder te brengen; - het onderwijs op de scholen van het Rode Kruis is van goede kwaliteit en er worden door de regering eisen gesteld aan de kwaliteit van de programma's. 6. Conclusies van de rapporteur De rapporteur constateert dat de opvang in de Deense centra onder goede omstandigheden plaatsvindt, dankzij het werk van het Deense Rode Kruis. De inspanningen van de regering om de leefomstandigheden in de centra te verbeteren hebben concrete resultaten opgeleverd. De rapporteur benadrukt echter dat de omstandigheden waaronder opvang plaatsvindt slechts als goed kunnen worden beschouwd indien het verblijf in de centra voor beperkte duur is. De delegatie heeft met zeer grote zorg geconstateerd dat sommige gezinnen al jaren in de centra PE407.710v03-00
NL
10/17
DV\739525NL.doc
leven, soms al tientallen jaren. Er kan dus worden gezegd dat de omstandigheden waarin opvang plaatsvindt door de lange tijd die in de centra wordt doorgebracht, niet meer als acceptabel kunnen worden beschouwd. Dit is dus geen beleid dat voldoende is om de waardigheid van de betrokkenen te waarborgen. De rapporteur benadrukt dat er alleen in specifieke gevallen en onder naar het lijkt correcte omstandigheden wordt gegrepen naar detentie. Ze is echter bezorgd over het feit dat er geen maximale duur bestaat voor detentie en een jonge zwangere vrouw in detentie kan zijn geplaatst met het oog op haar uitzetting. De "gedoogdenstatus" levert grote problemen op, omdat deze personen wegens het gebrek aan een duidelijke juridische status vastzitten in een juridisch vacuüm waardoor het onmogelijk is om op enigerlei wijze sociaal te integreren. Ook is de juridische onzekerheid over hun toekomst een grote bron van stress voor betrokkenen, die op ieder moment vrezen om te worden uitgewezen naar een land waar ze worden bedreigd. De rapporteur is zeer bezorgd over het feit dat iemand die verzoekt om internationale bescherming verantwoordelijk is voor de beslissing voor zijn terugkeer, terwijl de regering deze beslissing krachtens het internationale recht zelf niet kan nemen. Het lijkt tegenstrijdig om mensen ertoe aan te zetten om vrijwillig terug te keren naar een land waar Denemarken zelf hen niet naar toe kan sturen op basis van het internationale recht en het verbod op enige vorm van indirecte onmenselijke of vernederende behandeling. De rapporteur roept de Deense regering op om voor deze personen, als een soort subsidiaire bescherming, een duidelijke juridische status in te stellen, zodat ze kunnen integreren. De rapporteur is zeer bezorgd over de situatie van veel Irakezen die in de Deense opvangcentra zitten in vervolg op de afwijzing van hun asielverzoek. Deze personen leven al jarenlang in Denemarken zonder enige erkenning van hun status en zonder enige vorm van bescherming. Gelet op de instabiele situatie die momenteel in Irak heerst, spoort ze de Deense regering aan om haar huidige beleid tot heronderzoek van de afgewezen gevallen van Irakese asielzoekers uit te breiden tot alle Irakese verzoekers en hun een vorm van internationale bescherming toe te kennen. Gelet op deze aspecten is de rapporteur van mening dat Denemarken in de toekomst zou moeten overwegen om het Protocol betreffende de positie van Denemarken in bijlage bij het Verdrag van Amsterdam op te zeggen en dus deel te nemen aan alle maatregelen die onder Titel IV VEG1 vallen. Aangezien Denemarken deel uitmaakt van de Schengenruimte en al deelneemt aan twee bestaande asielrichtlijnen, is het wenselijk dat het land kan deelnemen aan alle Europese instrumenten inzake asiel, zodat in de gehele Europese Unie een gelijkwaardig niveau van bescherming wordt gewaarborgd.
1
Volgens artikel 7 van het Protocol mag Denemarken dit op ieder moment doen.
DV\739525NL.doc
11/17
PE407.710v03-00
NL
Bijlage 1
Europees Parlement Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken Delegatie naar Denemarken 10 - 11 april 2008
LIJST VAN DEELNEMERS Versie 08.04.2008 LEDEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT Panayiotis DEMETRIOU (PPE-DE) (Delegatiehoofd) Martine ROURE (PSE) (Rapporteur) Edit BAUER (PPE-DE) Frieda BREPOELS (PPE-DE) Jeanine HENNIS-PLASSCHAERT (ALDE) Metin KAZAK (ALDE) Søren Bo SØNDERGAARD (GUE/NGL) (hors quota) Britta THOMSEN (PSE) (hors quota) MEDEWERKERS VAN DE LEDEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT Pauline CHAIGNE (medewerker van Martine ROURE) FRACTIEMEDEWERKERS Annie LEMARCHAL (PSE) Anders RASMUSSEN (ALDE) Christine SIDENIUS (Verts/ALE) Michael SPEISER (PPE-DE) Mette TONSBERG (GUE/NGL) MEDEWERKERS VAN HET SECRETARIAAT VAN DE COMMISSIE BURGERLIJKE VRIJHEDEN, JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN Ana DUMITRACHE (administrateur) PE407.710v03-00
NL
12/17
DV\739525NL.doc
Vita GRIFITA (medewerker) PERSONEEL VAN DE EENHEID WEBCOMMUNICATIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT Olav GADE MEDEWERKERS VAN EUROPE BY SATELLITE Maria Teresa CONESA ALCAZAR Casper THORSØEJR (cameraman) Leif MØLLER (geluidstechnicus) TOLKEN FR Maurizio GASTALDI (IT - EN - ES - PT) Joseph LEROY (DE - IT - NL - DA) EN Aoife KENNEDY (FR - DE - NL) Aase PEERLESS (DE - IT - DA - SV - NO) NL Kristel SIMONS (FR - IT - EN - DA - PT) Petra LAMBRECHTS (FR - EN - DA - MT) DA Line ANDERSSEN (DE - EN - HU) Suzanne LARSSON (FR - NL - EN - SV) - TEAMLEIDER HU Gyorgy MAJZIK (EN) Eva VIGILD (DA - EN)
Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met Ana DUMITRACHE Europees Parlement Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken Tel: 0032 (0)2/28 41416 Fax: 00 32 (0)2/28 44941 E-mail
[email protected]
DV\739525NL.doc
13/17
PE407.710v03-00
NL
Bijlage 2
Europees Parlement Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken Delegatie naar Denemarken 10 - 11 april 2008
Voorlopig programma Versie van 08.04.2008
Donderdag 10 april 2008
14:50 – 16:30
vlucht SN 2259 naar Kopenhagen
16:30 – 17:30
vervoer per bus naar het bureau van het Europees Parlement in Kopenhagen1
17:30 – 19:15
ontmoeting met ngo's die in 2006 contact hadden opgenomen met de Commissie LIBE (locatie2: bureau Europees Parlement)
19:15 – 19:30
vervoer per bus naar het Kong Frederik Copenhagen hotel3 en inchecken in het hotel
Vrij diner
1
Europa-Parlamentet, Informationskontoret i Danmark, Europa-Huset, Gothersgade 115, DK-1123 København K, tel +45 / 33 14 33 77, fax +45 / 33 15 08 05 2 Europa-Parlamentet, Informationskontoret i Danmark, Europa-Huset, Gothersgade 115, DK-1123 København K, tel +45 / 33 14 33 77, fax +45 / 33 15 08 05 3 25 Vester Voldgade, 1552 Kopenhagen, Denemarken, Telefoon: (+45) 3321 5902, http://www.nphotels.dk/kongfrederik/index.htm
PE407.710v03-00
NL
14/17
DV\739525NL.doc
Vrijdag 11 april 2008 08:30 – 9:10
vervoer per bus naar Sandholm (ca. 25 km van Kopenhagen)
9:10 – 11:30
bezoek aan de centra1 in Sandholm (Sandholm Centrum voor asielzoekers en Sandholm Detentiecentrum voor buitenlanders)
Het opvangcentrum voor asielzoekers van Sandholm is het grootste asielzoekerscentrum van Denemarken en tevens de plek waar alle asielzoekers bij hun eerste aankomst in Denemarken naartoe worden gebracht. Het staat onder beheer van het Deense Rode Kruis en valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie voor Vluchtelingen, Immigratie en Integratie. Het detentiecentrum voor migranten van Sandholm is het enige detentiecentrum in gebruik in Denemarken. Het staat onder beheer van het ministerie van Justitie. Het detentiecentrum heeft een capaciteit van 118 plaatsen.
De leden van de delegatie ontvangen algemene informatie over het werk met asielzoekers. Daarna volgt een rondleiding in het centrum en een bezoek aan het Detentiecentrum. 11:30 – 12:10 12:10 – 13:20
vervoer per bus naar het Rode Kruis Centrum in Kopenhagen, lunch bij het Rode Kruis (locatie: Rode Kruis Centrum 2)
13:20 – 13:40
vervoer per bus naar het ministerie voor Vluchtelingen, Immigratie en Integratie3
13:40 – 14:00 14:00 – 15:00
inschrijving bij het ministerie voor Vluchtelingen, Immigratie en Integratie ontmoeting met Claes NILAS, permanente secretaris van het ministerie voor Vluchtelingen, Immigratie en Integratie
15:00 – 15:45
reis naar het Kongelunden Centrum in de buurt van het vliegveld van Kopenhagen (open centrum, in beheer bij het Deense Rode Kruis)
15:45 – 17:45
bezoek aan het Kongelunden Centrum, met een ontmoeting met het Rode Kruis
17:45 – 18:15
per bus naar het vliegveld, voorgestelde vlucht: SN flight nr. 2264 Kopenhagen-Brussel, 19:30 - 21:05 Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met Ana DUMITRACHE Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken E-mail
[email protected]
1
Center Sandholm, Dansk Røde Kors Center Sandholm, Sandholmgårdsvej, 3460 Birkerød, Denemarken, Tel +45 48 10 77 00 2 H.C. Örstedsvej 47, Frederiksberg 3 Holbergsgade 6, 1057 Kopenhagen K
DV\739525NL.doc
15/17
PE407.710v03-00
NL
Bijlage 3 Lijst van organisaties die op 10 april 2008 aanwezig waren op de bijeenkomst met de LIBE-delegatie
SOS tegen Racisme, Denemarken SOS mod Racisme, Medborgerhuset, Nørre Allé 7, 2200 København N. Denemarken.
Advocatenkantoor voor Asiel- en Immigratierecht Advokatkontoret, Falkoner Allé 7, 1. sal. 2000 Frederiksberg, Denemarken Asiel Nu Asyl-Nu
Anne Nielsen Voorzitter
Helge Nørrung Woordvoerder
Gerd Gottlieb Woordvoerder Inga Axelsen Woordvoerder Najeb Haddar Emine Haddar Kis Kapel
Grootouders voor Asiel Bedsteforældre for asyl
Nina Lassen Senior Juridisch Adviseur Asiel & Terugzending
Deens Vluchtelingenwerk Dansk Flygtningehjælp Borgergade 10 1300 København K. Denemarken. Het Comité Vluchtelingen Ondergronds Flygtninge Under Jorden
Michala Clante Bendixen Contactpersoon
Mogens Fischermann Voorzitter
Nura's vrienden Nuras venner De Rechten van Alle Kinderen Alle børns rettigheder
Woordvoerder
Bente Rich Specialist in Kinderpsychiatrie Red het Kind Denemarken Red Barnet Rosenørns Allé 12 1634 København V. Denemarken
Inger Neufeld Projectcoördinator
Burgers voor een Fatsoenlijk Denemarken Borgere for et Anstændigt Danmark
Amila Jasarevic Lid van de Coördinatiegroep
PE407.710v03-00
NL
16/17
DV\739525NL.doc
Het Predikanteninitiatief Præsteinitiativet c/o Bodil Hindsholm Hansen Udbynedervej 16, 8970 Havndal, Denemarken
Niels Nymann Eriksen Predikant
Amnesty International Dansk Afdeling/Deense Afdeling Gammeltorv 8, 5 sal 1457 København K. Denemarken
Lisa Blinkenberg Internationale Coördinator
De Deense Immigrantenadviseur Indvandrerrådgivningen Vesterbrogade 14 butikken DK-8000 Århus C
Leif Randeris Voorzitter
Netwerk voor vrouwen van een etnische minderheid, Henna Kvindenetværket Henna Documentatie- en Adviescentrum voor Rassendiscriminatie Dokumentations- og Rådgivningscentret om Racediskrimination Medborgerhuset, Nørre Allé 7, 2. sal. 2200 København N. Denemarken
Kirsten Schalburg
Lid van het bestuur Joakim Wange Larsson Lid, plaatsvervangend voorzitter, Halima El Abassi
Comité voor Etnische Gelijkheid Foreningen for Etnisk Ligestilling Instituut voor Mensenrechten Institut for menneskerettigheder Strandgade 56 1401 Kopenhagen K
Lisbeth Garly Andersen Kim Kjær Onderzoekers
Sameer Algamal
Stem voor asiel
DV\739525NL.doc
Uzma Andresen Voorzitter
17/17
PE407.710v03-00
NL