Enquête Bedrijfsmanagement

Project “ Evalueren van de mestuitscheidings- en mestsamenstellingscijfers voor de pluimvee”

Enquête Bedrijfsmanagement Inventarisatie voedertechnieken en managementsystemen

Volièrehuisvesting

Proefbedrijf voor de Veehouderij Poïel 77 2440 Geel tel: 014 56 28 70 fax: 014 56 28 71

Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan 48 3001 Heverlee

Volièrehuisvesting


BELANGRIJK : EERST AANDACHTIG LEZEN VOOR U DE VRAGENLIJST INVULT: Deze vragenlijst is opgesteld voor de verschillende pluimvee-deelsectoren waar grondhuisvesting voorkomt (moederdieren, opfokpoeljen en vleeskuikens). Daardoor kan het zijn dat er vragen gesteld worden die voor uw bedrijf niet toepasbaar zijn. Bij deze vragen schrijft u dan “niet van toepassing” of u mag ook de vraag doorstrepen. Bij de meerkeuzevragen: kleur u het bolletje vóór uw antwoord en vul eventueel verder aan. Indien u geen keuze wordt gegeven, gelieve dan kort maar duidelijk uw antwoord op de voorziene ruimte in te vullen. In het kader van het onderzoek is het belangrijk dat u al de vragen zo goed en zo juist mogelijk invult, zo dat we een zo goed mogelijk beeld krijgen van uw stal(len) in de praktijk. Bij vragen of problemen mag u altijd Tom Soentjens contacteren. Gelieve ook deze volledig ingevulde vragenlijst zo snel mogelijk naar hem terug te sturen (Poiel 77 te 2440 Geel).

1

Volièrehuisvesting


I. CONTACTGEGEVENS Naam: ……………………………………………………………………………………….. Straat: ……………………………………………………….

Nr.: ………. Bus: ……

Woonplaats: ………………………………………………..

Postcode: ………………

Telefoon: ……………………………………………. GSM: ……………………………………………….. Fax: …………………………………………………. E-mail: ………………………………………………

II. BEDRIJF 1. Welke dieren zijn er aanwezig op uw bedrijf? o Pluimvee o Runderen o Varkens 2. Welk type bedrijf hebt u? o Opfok voor leghennen o Leghennen 3. Bedrijfsgrootte: wat is het aantal kippen op uw bedrijf? o < 10 000 o 10 001 – 20 000 o 20 001 – 35 000 o 35 000 – 55 000 o > 55 000 4. Aantal pluimveestallen op uw bedrijf: o 1 o 2 o 3 of meer Indien meerdere stallen op uw bedrijf: wat is het aantal dieren per stal? o Stal 1: ……………. o Stal 2 : …………… o Stal 3 : …………… o …………………… Met welke stal(len) neemt u deel aan het project? …………….

2

Volièrehuisvesting


5. Hoe wordt de pluimveemest afgezet? (je kan meerdere opties aanduiden indien nodig) o Op lange afstand / export o Naar mestverwerking of mestbewerking o Eigen grond / burenregeling 6. Volgens welk type mestuitscheidingsbalans werkt u? o Veevoederconvenant o Regressie o Forfait

Indien U MEERDERE STALLEN op uw bedrijf heeft, gelieve dan volgende vragen ENKEL VOOR DE DEELNEMENDE STAL(LEN) in te vullen. U vindt bijkomende invulbladen achteraan deze vragenlijst indien het om meer dan 1 stal gaat.

III. DIEREN 7. Met welk(e) merk(en) van kippen werkt u op uw bedrijf?

8. Met welke kippen werkt u op uw bedrijf? o Witte kippen o Bruine kippen

9. Hoeveel dieren zet u op bij het begin van elke ronde?

10. Wat is het aantal dagen leegstand op uw bedrijf?

IV. Voeding & Water 11. Welk systeem gebruikt u om te voederen? o Voederketting o Voedergoten o Voederbakken o Voederpannen o Andere, omschrijf : …….. 3

Volièrehuisvesting


12. Welk systeem van voederbeperking past u toe? o Geen beperking o Beperking in tijd o Beperking in hoeveelheid o Andere, omschrijf: …….

13. Wordt het voederverbruik geregistreerd? o Neen o Ja De registratie van het voederverbruik gebeurt : o Automatische registratie via computer o Zelf meterstanden noteren De registratie gebeurt: o Op bedrijfsniveau o Per stal o Andere, omschrijf: ………

14. Welke voeders gebruikt u? o Enkel samengestelde voeders van veevoederfabrikant o Tarwe met aanvullend voeder o CCM met aanvullend voeder o Andere, omschrijf: ………

Maakt u gebruik van eigen voeders o Neen o Ja, welke: ……. Welk soort voeders gebruikt u (geef hier de naam en omschrijving van de voeders die je gebruikt)? …………………………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………….. Welk type voeder gebruikt u? o Meel o Kruimel o Korrel o Ander, welk : …… 15. Van welke fabrikant(en) koopt u voeders aan?

4

Volièrehuisvesting


16. Gebruikt u fosforarm (P-arm) voeder? o Ja o Neen o Onbekend 17. Hoeveel bedraagt de water/voeder-verhouding op uw bedrijf?

18. Hoeveel bedraagt de voederconversie op uw bedrijf?

19. Welk drinkwatersysteem wordt gebruikt op uw bedrijf? o Cups Merk en type: …………. o Nippels Merk en type: …………. o Drinktorens Merk en type: …………. o Andere, omschrijf: ……….

20. Wat is het aantal dieren per drinkvoorziening

21. Welke systeem van waterbeperking past u toe? o Geen beperking o Beperking in tijd o Beperking in hoeveelheid o Andere, omschrijf : ………..

22. Is er een registratie van het waterverbruik? o Neen o Ja De registratie van het waterverbruik gebeurt : o Automatische registratie via computer o Zelf meterstanden noteren De registratie gebeurt: o Op bedrijfsniveau o Per stal o Andere, omschrijf: ………

23. Is er een registratie van de totale hoeveelheid water? o Ja o Neen

5

Volièrehuisvesting


V. Huisvesting 24. De verlichting van de stal gebeurt : o Enkel met kunstlicht o Met daglicht en kunstlicht

25. Met welk soort lampen wordt uw stal verlicht? o TL-lampen: o Laagfrequent o Hoogfrequent o Gloeilampen o Spaarlampen o Groene lampen o Groen/blauwe lampen o Natriumlampen o Andere; welke: ………..

26. Hoeveel uur licht geeft u per dag?

27. Met welke soort (merk) van volière werkt u?

28. Wat zijn de afmetingen van de stallen op uw bedrijf (voeg eventueel een schema van uw volière bij deze enquête)? lengte van de stal:

………………

breedte van de stal:

………………

aantal rijen stellingen:

………………

hoogte van de stelling:

………………

aantal etages per stelling:

………………

hoogte tussen twee etages:

………………

breedte van de stelling:

………………

lengte van de stelling:

………………

aantal m² rooster met daaronder mestbanden:

………………

aantal m² rooster zonder mestbanden:

………………

aantal m² scharrelruimte (grond):

………………

aantal m² nest:

………………

6

Volièrehuisvesting


29. Welk type strooisel wordt er gebruikt in uw bedrijf? o Houtkrullen o Stro o Vlaslemen o Zaagsel o Andere: ……

30. Hoeveel strooisel gebruikt u per vierkante meter strooiselruimte?

31. Wat is (bij benadering) het bouwjaar van uw stal(inrichting)?

32. Welk type van ventilatie heeft u op uw stal? o Natuurlijke ventilatie o Mechanische ventilatie

33. Hoe gebeurt de ventilatie in de praktijk? o Lengteventilatie o Nokventilatie o Dwarsventilatie o Combinatie van nok- en dwarsventilatie o Andere, beschrijf:…… 34. Hoe gebeurt de klimaatregeling in uw stal? o Handbediening o Met klimaatregelaar, type: ……….

35. Is er vloerisolatie aanwezig? o Ja o Neen

VI. Mest en mestbehandeling 36. Is er een mestdroging aanwezig op de mestband? o Ja o Neen

7

Volièrehuisvesting


37. Kan u uw mestband even beschrijven? Meer bepaald: Lengte van de mestbanden: …… Breedte van de mestbanden: …… Aantal mestbanden: ….. 38. Hoe vaak wordt de mest in uw stallen afgedraaid? o Wekelijks o 2 keer per week o Dagelijks o Andere:……… 39. Wordt alle mest ineens afgedraaid bij het afdraaien van de mestbanden o Ja o Neen Indien neen, hoe lang blijft de mest maximaal op de mestbanden liggen

40. De mest wordt belucht met : o Enkel buitenlucht o Enkel lucht uit de stal o Mengsel van buitenlucht en lucht uit de stal

41. Met welk systeem wordt de lucht verwarmd? o Geen verwarming aanwezig o Verwarmingsinstallatie o met mazout o met aardgas o andere : ………… o Warmtewisselaar o Luchtmengkast o Andere systemen, welke :

42. Wat is de temperatuur van deze lucht?

43. Wat is de relatieve vochtigheid van deze lucht?

44. Wat is het debiet waarmee u de mest belucht?

8

Volièrehuisvesting


45. Werkt Uw droogsysteem boven de mestband via o Beluchtingkokers of -buizen o Waaierbeluchting o Andere systemen, welke: ………..

46. Vanwaar gebeurt de verdeling van de lucht over de band? o Vanaf het midden o Vanaf de zijkant

47. Hoe is de luchtstroom op de mestband? o Horizontaal over de band o Gericht op de band

48. Wat zijn de afmetingen van het beluchtingsysteem? o De onderlinge afstand van de luchtgaatjes : …………. o De diameter van de luchtgaatjes : ………….

49. Bij het afdraaien van de mest wordt deze: o Direct in containers gebracht o Open gespreid in een loods o Naar een nadroogsysteem gebracht

9

Enquête Bedrijfsmanagement

Recommend Documents