BRUCO ZEGVELD B.V. HEIFRA B.V.
Energie management actieplan Conform 3.B.2 Op basis van de internationale norm ISO 50001 – 4.4.3, 4.4.4, 4.4.5, 4.4.6, 4.6.1 en 4.6.4
Bruco Zegveld B.V. Ouwejan & F. de Bruijn Infra B.V. Ouwejan & F. de Bruijn Materieel B.V. Heifra B.V.
Auteur(s): Dhr. F. de Bruijn, Directeur Dhr. C. Wolleswinkel, KAM coördinator Dhr. P. van den Hoogen, COF Dhr. D. Slothouber, Extern adviseur Doc.code: Versie: Datum: Status:
EnMP2014 03 06-10-2014 definitief
Inhoudsopgave 1.
Inleiding ................................................................................................................ 3
2.
Normatieve verwijzingen......................................................................................... 4
3.
Reductiedoelstellingen t.o.v. basisjaar ....................................................................... 5
4
5.
6.
3.1
Algemeen ........................................................................................................ 5
3.2
Reductiedoelstelling voor scope 1 & 2 ............................................................... 5
3.4
Reductiedoelstelling projecten met gunningsvoordeel .......................................... 6
3.5
Reductiedoelstelling scope 3; Ketenanalyse ........................................................ 6
Voortgang doelstellingen ......................................................................................... 7 4.1
Voortgang doelstelling projecten met gunningsvoordeel ....................................... 8
4.2
Voortgang doelstelling scope 3 .......................................................................... 8
4.2
Doelstelling voor het gebruik van alternatieve brandstoffen en/of groene stroom .... 8
4.3
Afwijkingen, correcties, preventieve en/of corrigerende maatregelen ..................... 8
Plan van aanpak...................................................................................................... 9 5.1
Maatregelen scope 1 bedrijf .............................................................................. 9
5.2
Maatregelen scope 2 bedrijf ............................................................................ 10
5.3
Maatregelen projecten met gunningsvoordeel .................................................... 10
5.4
Maatregelen scope 3 - keten analyse ................................................................ 11
Monitoring en meting............................................................................................ 12 6.1
Energie prestatie-indicatoren (EnPI’s) .............................................................. 12
7.
Periodieke opvolging / voortdurende verbetering ..................................................... 13
8.
Actieplan: verantwoordelijkheden, taakstellingen en budget ...................................... 14 8.1
Verantwoordelijkheden ................................................................................... 14
8.2
Actieplan ...................................................................................................... 14
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 2
1.
Inleiding
In onze emissiereductieverklaring van 22-11-2014 hebben wij de doelstelling uitgesproken om onze CO2-uitstoot te reduceren met 10% in 2020 (1,25 % per jaar) ten opzichte van de genormaliseerde CO2-uitstoot in het basisjaar 2012 op basis van het aantal FTE’s (werknemers inclusief het aantal ingehuurde werknemers). Om die doelstelling te bereiken hebben wij onderzoek gedaan naar de verschillende reductiemogelijkheden. Hiervoor hebben wij intern overlegd en hebben wij gebruik gemaakt van de besparingsmaatregelen die andere bedrijven in de sector hebben genomen. De geselecteerde maatregelen zijn samen met de doelstellingen vastgelegd in dit Energie Management Actieplan. Dit plan heeft betrekking op het jaar 2014 en is een uitbreiding van het energiemanagement actie plan dat eind 2013 is opgesteld. Het actieplan is opgesteld conform NEN-ISO 50001 en wordt middels de ondertekening van deze inleiding onderschreven door de directie. Al onze projecten zijn min of meer vergelijkbaar. Derhalve hebben wij een vaste set maatregelen gedefinieerd die in principe voor alle projecten geldt. Mochten er projecten zijn waarbij weinig van de bedrijfsmaatregelen toepasbaar zijn, dan zullen wij nagaan of er wellicht andere maatregelen mogelijk zijn in dat specifieke project, en/of het geheel van bedrijfsmaatregelen wel voldoende compleet is. Het plan is gecommuniceerd (intern en extern) en voor zover mogelijk geïmplementeerd voor ons bedrijf en de projecten waarop CO₂-gerelateerd gunningvoordeel verkregen is. Voor zover implementatie van een bepaalde maatregel nog niet is gerealiseerd is hiervoor een streefdatum in het actieplan vastgelegd. Het plan wordt jaarlijks (of zo vaak als nodig) bijgesteld en goedgekeurd door de directie. Dhr. F. de Bruijn, Directeur Voor akkoord Zegveld, 06-10-2014
Handtekening
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 3
2.
Normatieve verwijzingen
Dit Energie Management Actieplan is opgebouwd conform de paragrafen 4.4.3, 4.4.4, 4.4.5, 4.4.6, 4.6.1 en 4.6.4 van de norm NEN-ISO 50001. De internationale erkende norm ISO 50001 bestaat uit eisen met gebruiksrichtlijnen voor energie- managementsystemen. In de onderstaande tabel is per paragraaf een verwijzing opgenomen naar het hoofdstuk in dit rapport waar het betreffende punt uit de ISO 50001 norm wordt behandeld. ISO 50001 § 4.4.3
Onderwerp Uitvoeren van een energie audit
§ 4.4.4
Uitgangswaarden voor energieverbruik / Referentiejaar
3
§ 4.4.5
Energie Prestatie Indicatoren
6
§ 4.4.6
Doelstellingen, Taakstellingen, Actieplan
8
§ 4.6.1
Monitoring, meten en analyseren
6
§ 4.6.4
Afwijkingen, correcties, corrigerende en preventieve maatregelen
4
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
Hoofdstuk 7
pagina 4
3.
Reductiedoelstellingen t.o.v. basisjaar
3.1
Algemeen
De meest materiële emissies zijn bepaald in de CO2-footprint van 2012. Jaarlijks zal in het energieauditverslag worden nagegaan of de emissie inventaris (onderdeel van de CO2footprint rapportage) actueel is en zal er vorm worden gegeven aan onze reductiedoelstellingen. De algemene bedrijfsdoelstelling is een reductie van10 % in 2020 ten opzichte van de uitstoot in het basisjaar 2012. Dit energie management actieplan beschrijft welke maatregelen wij gaan nemen om deze reductiedoelstelling te kunnen behalen. 3.2
Reductiedoelstelling voor scope 1 & 2
Doelstellingen zoals geformuleerd in 2013; Soorten emissies en scopes (SKAO) Totaal (scope 1 & 2) Directie CO2-emissies (scope 1) Uitstoot mobiele werktuigen Indirecte CO2-emissies (scope 2) Uitstoot door elektriciteitgebruik
Reductiedoel (t.o.v. 2012) 10% 1,25%
Periode
2%
2014
25%
2014
2020 2014
Voorlopige doelstellingen voor 2015 Om ons doel voor 2020 te behalen stellen wij onze doelstelling voor het jaar 2015; Soorten emissies en scopes (SKAO) Reductiedoel Periode (t.o.v. 2012) Totaal (scope 1 & 2) 2,5% 2015 Directie CO2-emissies (scope 1) 3% 2015 Indirecte CO2-emissies (scope 2) 70% 2015 Begin 2015 zullen wij het resultaat van 2014 evalueren en waar nodig bijsturen. *De reductie doelstellingen voor scope 1 en 2 zijn afhankelijk van de behaalde resultaten in 2014. Begin 2015 zullen wij het resultaat van 2014 evalueren en waar nodig bijsturen.
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 5
3.4
Reductiedoelstelling projecten met gunningsvoordeel
Op het moment van het opstellen van dit plan heeft het project één project waar gunningsvoordeel op verkregen is n.l. het project "Raamovereenkomst gemeente Woerden." Dit project bestaat uit diverse deelprojecten binnen de Gemeente Woerden. Onze doelstelling richt zich op de meest materiële emissie; het dieselverbruik door het gebruik van personenauto's en met name het dieselverbruik door het "Mobiele koppel". Onze doelstelling voor het project; Soorten emissies en scopes (SKAO) Directie CO2-emissies (scope 1) Uitstoot door het brandstof verbruik "Mobiel Koppel"
Reductiedoel (t.o.v. 2014)
Periode
10%
2015
Uit onze gegevens blijkt dat gemiddeld 1 liter diesel verbruikt wordt per 7,6 km. Om onze doelstelling te bereiken dienen wij dit terug te dringen naar 1 liter diesel op 8,4 km. 3.5
Reductiedoelstelling scope 3; Ketenanalyse
Onze doelstelling voor scope 3 uit onze ketenanalyse "Inhuur onderaannemers op projecten"; Soorten emissies en scopes (SKAO) Reductiedoel Periode (t.o.v. 2014) Indirecte CO2-emissies (scope 3) Uitstoot door het brandstof verbruik vervoer 5% 2020 onderaannemers Uitstoot door het brandstof verbruik vervoer 0,5 % 2015 onderaannemers De maatregelen om dit te bereiken hebben wij uitgewerkt in de Ketenanalyse "Inhuur onderaannemers op projecten" (d.d.20-10-2014).
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 6
4
Voortgang doelstellingen
Halfjaarlijks kwantificeren en bewaken wij de voortgang van onze doelstellingen. Uit onze half-jaarlijkse inventarisatie komt het volgende naar voren; Tabel; Tonnen CO2 uitstoot per FTE, per doelstelling 4,50 3,81
4,00 3,53
3,34
3,50
3,40
3,28
3,00 2,50
Totaal Mobiele werktuigen
2,00 1,56
1,52
elektriciteit (scope 2)
1,48
1,50
1,15 0,88
1,00 0,50
0,19
0,15
0,16
0,04
0,05
0,00 2012 - 90
2013/1- 37
2013-75
2014/1-40
2014-81(verwacht)
Tabel; Voortgang emissie reductie (Bron; Bruco Zegveld CO2 footprints) Onderwerp Algemeen (totale uitstoot scope 1 & 2) FTE Uitstoot per FTE Scope 1; Mobiele werktuigen Uitstoot mobiele werktuigen (per FTE) Scope 2; Elektriciteit Uitstoot elektriciteit (per FTE)
Scope
Eenheid
2012
2014/1
1&2
Ton CO2 Aantal Ton CO2 Ton CO2 Ton CO2 Ton CO2 Ton CO2
318 90 3,53 140,3 1,56 13,7 0,15
131 40 3,28 45,8 1,15 1,5 0,04
1&2 1 1 2 2
Tabel huidige prestatie; Doelstelling Algemeen (totale uitstoot scope 1 & 2) Scope 1; Mobiele werktuigen Scope 2; Elektriciteit
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
Resultaat 2014 (jan-juni) t.o.v. 2012 (%) -7,3% -26,6% -75,4%
pagina 7
Tabel verwachting 2014; Doelstelling Algemeen (totale uitstoot scope 1 &2) Scope 1; Mobiele werktuigen Scope 2; Elektriciteit
Verwachting uitstoot (Ton CO2) 275 120 4
Per FTE (Ton CO2) 3,40 1,48 0,05
Resultaat (%) -3,9 -5,0 -67,6
Onze ervaring is dat in de tweede helft van het jaar de meeste werkzaamheden worden verricht. Daarom zal het resultaat waarschijnlijk iets veranderen. Wel hebben wij door het zachte weer van vorige winter significant meer werk in het eerste half jaar verricht dan normaal. Dit hebben wij ook mee laten wegen in onze verwachting. In 2014 verwachten wij op 81 FTE uit te komen en 5% meer werk te hebben in de tweede helft van het jaar. Uit het bovenstaande blijkt dat wij op weg zijn om onze doelstelling van 2014 te behalen. 4.1
Voortgang doelstelling projecten met gunningsvoordeel
Project Raamovereenkomst Gemeente Woerden Het is op dit moment nog te vroeg om de effectiviteit van de getroffen maatregelen te bepalen. Begin 2015 zullen wij de resultaten van het hele jaar 2014 evalueren inclusief het resultaat van het project met gunningsvoordeel. 4.2
Voortgang doelstelling scope 3
Dit jaar is de ketenanalyse; "Inhuur onderaannemers op projecten" opgesteld. Deze analyse richt zich op het vervoer van onze onderaannemers van hun bedrijf of huis naar de projecten. In het ketenanalyse rapport is een doelstelling met maatregelen voor reductie geformuleerd. Op dit moment is het nog te vroeg om de voortgang van deze doelstelling te bepalen. Wij zullen dit om het half jaar inventariseren en waar nodig bijsturen. 4.2
Doelstelling voor het gebruik van alternatieve brandstoffen en/of groene stroom
In 2013 zijn wij overgegaan op “groene” elektriciteit en daarmee een . Jaarlijks volgen wij de ontwikkelingen en zullen wij inventariseren of er mogelijk alternatieven zijn voor onze brandstoffen. Wij hebben het doel om alternatieve brandstoffen te gebruiken wanneer deze economisch haalbaar zijn. 4.3
Afwijkingen, correcties, preventieve en/of corrigerende maatregelen
Op dit moment zijn er geen correctieve of preventieve maatregelen nodig. Wij houden het huidige plan van aanpak aan.
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 8
5.
Plan van aanpak
5.1
Maatregelen scope 1 bedrijf
Zoals geformuleerd in het energie managementplan van 2013; Om te kunnen voldoen aan de reductiedoelstelling voor de periode 2014 nemen wij verschillende maatregelen. Duurzamer gebruik mobiele werktuigen; De emissiestroom waarop de maatregelen betrekking hebben is het dieselverbruik; Instructie en controle van alle machinisten op de projectlocaties door het gebruik van de machines aan de kaart te stellen tijdens; o De contract besprekingen aan het begin van het jaar, o Startwerkoverleg, o Werkplek inspecties, o Toolboxen, o Controles op gedrag bij de dagelijkse werkzaamheden door de uitvoerders, o Maandelijkse beoordeling van de onderaannemers tijdens het werk- en coördinatie overleg. De aandacht ligt bij deze maatregel op het niet onnodig stationair laten draaien van de machines.
Wij willen met het ‘groener’ maken van ons inkoopbeleid een CO2- reductie bewerkstelligen door bij de inkoop actief te letten op de verbruiksgegevens bij zowel de machines als de bedrijfswagens; Gedegen onderhoud van het machinepark en tijdig vervangen van versleten/veroudert materieel; Onderzoeken of we de reductie doelstellingen kunnen relateren aan het aantal draaiuren van de machines of de omzet van het bedrijf. Dit om een beter vergelijkbaar resultaat te creëren wanneer de hoeveelheid projecten verandert. Het onderzoeken of het rendabel is om over te stappen op TRAXX brandstof.
Budget De maatregel kost de tijd die nodig is om onze werknemers en onderaannemers te instrueren en aan te spreken op hun gedrag. Schatting; 120 uur per jaar.
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 9
5.2
Maatregelen scope 2 bedrijf
Bedrijfspand De emissiestroom waarop deze maatregel betrekking heeft is het elektriciteitsverbruik; Inkoop groene stroom (in september 2013 is overgestapt op groene stroom). Het isoleren van de wanden van de werkplaats en het plaatsen van dubbel glas (dit is in 2012 volbracht). Zoveel mogelijk digitaal versturen van correspondentie met opdrachtgevers en leveranciers dus het gebruik van de printers verminderen; De aanschaf van energie zuinige apparatuur wanneer dit aan vervanging toe is. Er op letten dat alle elektrische apparaten uit staan wanneer het pand verlaten wordt. Er op te letten dat verlichting uitgezet wordt in ruimten die niet gebruikt worden.
Budget De inkoop van groene stroom brengt geen extra kosten met zich mee. Ouwejan & F. de Bruijn Infra B.V. is een nieuwe contract aangegaan met een nieuwe leverancier die de elektriciteit aanbiedt voor een voordeliger tarief. (gerealiseerd in 2013) De kosten voor het isoleren van de werkplaats; €11.000,- (gerealiseerd in 2013). In het voorjaar van 2015 zullen wij onze reductie resultaten en de maatregelen in het plan van aanpak evalueren en waar nodig aanpassen om onze doelstellingen voor de komende jaren te bereiken. 5.3
Maatregelen projecten met gunningsvoordeel
M.b.t. het project Raamovereenkomst Gemeente Woerden; De aanschaf van een zuinige bus voor het Mobiele koppel. Budget
Het aankoop bedrag van een nieuwe bus (inkoopbudget).
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 10
5.4
Maatregelen scope 3 - keten analyse
M.b.t. het vervoer van onderaannemers naar de projectlocaties; Het verminderen van het aantal gereden kilometers door verbeterde planning; Het promoten van milieuvriendelijk en CO2 reducerend gedrag bij de onderaannemers; Het verbeteren van de registratie van het aantal gereden kilometers door de onderaannemers. Budget
Voor de planning is geen extra budget nodig; 20 uur administratieve uren voor de registratie van de km (schatting)
De maatregel kost de tijd die nodig is om onze werknemers en onderaannemers te instrueren en aan te spreken op hun gedrag. Schatting; 120 uur per jaar. (zie ook scope 1)
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 11
6.
Monitoring en meting
Elke besparingsmaatregel die wij nemen wordt gemonitord. Hiervoor is een meet- en monitoringssysteem ingericht (zie procedure A.2 van het handboek ‘Managementsysteem voor CO2-bewust handelen’). De monitoring en meting van de CO2reductiemaatregelen zal periodiek plaatsvinden. Als een maatregel in de praktijk tegenvalt, kunnen wij beslissen om te stoppen met de maatregel en/of de monitoring. 6.1
Energie prestatie-indicatoren (EnPI’s)
Om daadwerkelijk sturing op het energieverbruik mogelijk te maken hebben wij een aantal Energie prestatie-indicatoren (EnPI’s) geformuleerd. EnPI’s kunnen bestaan uit een parameter (absoluut energiegebruik), energiegebruik per eenheid (bijvoorbeeld werkdag, weekenddag, fabricatieduur, product, ploeg) of een multivariabel model. Energie prestatie-indicatoren (EnPI’s) Onderwerp
Registratie
Intervalperiode
Waterverbruik
Facturen leverancier & meterstand Facturen leverancier
Halfjaarlijks
Halfjaarlijks
Brandstofverbruik wagenpark
Facturen leverancier & meterstand Facturen leverancier & meterstand Facturen brandstofleveranciers BP Brandstofpassen
Brandstofverbruik "Mobiel koppel"
BP Brandstofpassen
Halfjaarlijks
Kilometers "Mobiel koppel"
Track en Trace systeem
Halfjaarlijks
Kilometers onderaannemers
Kilometer registratie onderaannemers
Halfjaarlijks
Papierverbruik Gasverbruik Elektriciteitsverbruik Brandstofverbruik mobiele werktuigen
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
Halfjaarlijks
Halfjaarlijks Halfjaarlijks Halfjaarlijks
pagina 12
7.
Periodieke opvolging / voortdurende verbetering
Het formuleren van doelstellingen, selecteren van besparingsmaatregelen is geen eenmalige actie. Om ervoor te zorgen dat het beleid ook daadwerkelijk onderdeel wordt van de dagelijkse bedrijfsvoering moeten deze activiteiten continu plaatsvinden. Zo zullen wij gedurende het jaar de reductiemaatregelen uitvoeren, verbruik registreren, communiceren en processen in de organisatie periodiek bijwerken en evalueren. Door het doorlopen van de Plan-Do-Check-Act stuurcyclus zorgen wij ervoor dat wij werken aan voortdurende verbetering van onze CO2 prestaties.
Minimaal eenmaal per jaar buigt, onder verantwoordelijkheid van de directie, de organisatie zich over het functioneren van het energie management systeem. De directiebeoordeling vormt samen met het energie audit verslag mede de input tot voortdurend verbeteren.
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
pagina 13
8.
Actieplan: verantwoordelijkheden, taakstellingen en budget
8.1
Verantwoordelijkheden
Binnen Bruco Zegveld B.V. is de directie eindverantwoordelijk voor het uitvoeren van het Energie Management Actieplan binnen het energiemanagementsysteem. De proceseigenaar is de COF. Dat geldt zowel voor de projecten als voor binnen de organisatie. 8.2 Nr.
Actieplan Datum invoer
Actie/ doelstelling
Doelstelling moet zo mogelijk SMART zijn
1. 23-11-2013 Onderzoek naar het beter in kaart brengen van het draaiuren per machine 2. 23-11-2013 Actief letten op de verbruiksgegevens bij de inkoop bij machines. 3. 23-11-2013 Digitaal versturen correspondentie, minder printen. 4. 23-11-2013 Er op toezien dat alle elektrische apparaten en verlichting uit staan wanneer het pand verlaten wordt 5. 23-11-2013 Aanschaf energie zuinige apparatuur
Energie Management Actieplan Status: definitief
Mogelijke Benodigde middelen Verantwoordelijke en eventueel betrokken CO2-reductie of en budget belanghebbenden energie-besparing (%)
Streefdatum
Status** Gerealiseerd Gecommuniseerd Gedocumenteerd
Datum
Indirect door beter 20 man-uur registratie
COF
Maart 2014
Gerealiseerd
Maart 2014
Afhankelijk per Inkoop budget machine 10-25% brandstof verbruik
Directie
Doorgaand
Gerealiseerd
Augustus 2014
-1% stroomverbruik
Geen
Directie Medewerkers kantoor
Doorgaand Januari 2014
Onder handen
-1% stroomverbruik
Geen
Directie Medewerkers kantoor
Doorgaand Januari 2014
Onder handen
Afhankelijk van machine
Inkoop budget
Directie
Doorgaand, wordt jaarlijks bepaald
Onder handen
pagina 14
Nr.
Datum invoer
Actie/ doelstelling
Mogelijke Benodigde middelen Verantwoordelijke en eventueel betrokken CO2-reductie of en budget belanghebbenden energie-besparing (%)
Streefdatum
6. 23-11-2013 Eigen personeel informeren en betrekken, bewustwording
10-20% op dieselverbruik
Doorgaand eens per half jaar
Onder handen,
7. 23-11-2013 Inleen personeel en onderaannemers instrueren, controleren en beoordelen
10-20% op dieselverbruik
November 2014
Onder handen
8. 23-11-2013 Brief papier aanpassen met CO2 tekst
Indirect
1 manuur €100,-
Directie COF Uitvoerders Medewerkers Directie COF Medewerkers Onderaannemers Directie Hoofd administratie
9. 23-11-2013 Deelname aan klankbordgroepen sector- en keten initiatief; 10. 23-11-2013 Onderzoek aanschaf TRAXX brandstof
Afhankelijk van initiatief
80 manuur €2500,- contributie
COF
november 2014 Onder handen
2-5 % brandstof verbruik
8 uur
COF
Januari 2014
Onder handen
11. 23-11-2013 Overstappen naar groene stroom
25% op uitstoot stroomverbruik
0 uur, €0,-
Hoofd administratie
Dec. 2014
Gerealiseerd
12. 02-09-2014 Werknemers "mobiel koppel" instrueren in het nieuwe rijden
5% op het brandstof verbruik
4 uur per jaar voor instructie
COF Uitvoerders
Dec. 2015
Onder handen
13. 27-10-2014 Inkoop energie zuinige bus
10% op het brandstofverbruik
Inkoopbudget
Directie
Dec. 2015
Onder handen
€ 0,-
Directie Planner
Dec. 2015
Onder handen
20 uur administratief COF Planner
Jan. 2015
Onder handen
Doelstelling moet zo mogelijk SMART zijn
14. 20-10-2014 Reiskilometers 0.5% brandstof onderaannemers beperken door verbruik scope3 verbeterde planning 15. 20-11-2014 Verbeteren registratie aantal Indirect gereden km onderaannemers
Energie Management Actieplan 2014 Status: definitief
Nieuwsbrief, toolbox + beoordeling 2 man-uren, per halfjaar 100 man-uur per jaar
pagina 15
Status** Gerealiseerd Gecommuniseerd Gedocumenteerd
Datum
December 2013 Onder handen
Sept. 2014