Arbo Inhoud Arbowet Als werknemer in een winkel heb je samen met de werkgever afspraken genaakt over het werk dat je doet. Dat zijn niet de enige regels waaraan een bedrijf zich moet houden.
We gaan het samen regelen!
Een werkgever is ook verplicht zich aan allerlei wetten te houden. Een van die wetten is de Arbeidsomstandighedenwet, kortweg de Arbo-wet.
In de Arbo-waaier staan regels en tips voor veilig en gezond werken in de winkel.
De Arbo-wet gaat over veiligheid, gezondheid en welzijn op het werk. De regels zijn bedoeld om het werk veilig, gezond en prettig te houden. Tips voor veilig en gezond werken Veilig en gezond werken betekent in de praktijk nogal wat. Het werk in een winkel vormt vaak een flinke belasting. Je weten wat je moet doen bij de volgende onderwerpen. Lang staan
Als je lang moet staan, kun je zware benen krijgen of een zere rug. Je werkgever mag niet van je verwachten dat je langer dan een uur achter elkaar staand werk doet. Hij moet dan zorgen voor een zitgelegenheid en een stasteun.
Als je bij staand werk met één voet op een voetsteun, rail of andere verhoging staat, dan dwing je jezelf in een goede houding. Als je veel staand werk verricht, is het beter om geen hoge hakken te dragen, omdat die je rug belasten. Lang zitten
Bij zittend werk heb je recht op een goede stoel: een kassastoel of een bureaustoel. Je moet zelf opletten of het werkblad op de juiste hoogte staat. Dat is het geval als je ellebogen net boven het tafelblad zitten. Ook moet je bij een zitplaats je benen goed kwijt kunnen.
Voor een gezonde werkhouding draai je je lichaam zo min mogelijk. Werkzaamheden welke je vaak doet, doe je dichtbij. Je strekken doe je alleen voor de handelingen die niet zo vaak voorkomen. Zo slijt je lichaam zo min mogelijk.
Tillen, dragen en reiken
Til geen voorwerpen die zwaarder zijn dan twintig kilo. Als deze versjouwd moeten worden, zoek dan een hulpmiddel of vraag of een van je collega’s wil helpen. Om zware dingen te verplaatsen, kun je beter duwen dan trekken. Als je duwt, maak je meer gebruik van je benen en belast je minder je rug. Let op dat je jezelf niet te ver uitrekt. Je mag maar een paar keer per uur verder reiken dan zestig cm. Om deze reden mogen kassamedewerkers in supermarkten geen spullen meer in het winkelwagentje leggen.
Examenadvies De volgende twee hoofdstukken uit kerntaak 1 gaan ook over veilig werken. Kijk ze nog eens na of leer ze als je ze nog niet kent: Op het examen VACCM worden er vragen over gesteld Goederen verplaatsen: over tillen, dragen en het verplaatsen van goederen. Schoonmaken: over werkhouding en veilig werken bij het schoonmaken.
Drukte en stress
Een beetje druk is prettig, maar té druk is niet goed. Als je regelmatig in tijdnood komt omdat je meer moet doen dan je eigenlijk kunt, dan is er sprake van werkdruk. Je voelt je opgejaagd, kunt je moeilijker concentreren en je maakt snel fouten. Probeer in zo’n situatie de indeling van het werk met je baas en collega’s te bespreken. Zorg dat je meestal je pauzes neemt. Niemand heeft er iets aan als jij met een burn-out thuis zit.
Ongelukken
Het is wettelijk verplicht om op elke vijftig aanwezige personen één persoon in de winkel te hebben die is opgeleid tot bedrijfshulpverlener (bhv-er). Een bhv-er is iemand die een speciale opleiding heeft gehad om te helpen bij ongelukken. Dus als er iemand van de trap valt of onwel wordt, dan speelt de bedrijfshulpverlener een grote rol. Bhv-ers kunnen ook kleine brandjes blussen en met professionele hulpverleners samenwerken. Bedrijfshulpverleners gaan elk jaar op cursus om hun kennis bij te houden.
Welzijn Volgens de Arbowet is welzijn op het werk afhankelijk van twee zaken:
De inrichting van de werkplek: Hoe is de werkplek ingericht, ofwel hoe staat het met de ergonomie? Goed tillen en een goede stoel bij de kassa zijn ergonomisch belangrijk. De inhoud en organisatie van het werk: Hoe zijn de inhoud en organisatie van het werk? Het werk moet zo afwisselend mogelijk zijn. Ook moet het winkelpersoneel zoveel mogelijk mee kunnen praten over het werk.
Samen verantwoordelijk De regels en voorschriften uit de Arbowet gelden niet alleen voor werkgevers, maar ook voor werknemers. Samen ben je verantwoordelijk voor de veiligheid, de gezondheid en het welzijn. Samen heb je dan ook verplichtingen op de volgende gebieden:
De risico-inventarisatie (RIE); Zorg voor veiligheid en gezondheid; Terugdringen van het ziekteverzuim; Voorlichting; Medezeggenschap.
Risico-inventarisatie (RIE) De werkgever is verplicht om uit te zoeken welke risico's de medewerkers lopen als ze in de winkel werken. Enkele risico's die je in een winkel kunt tegenkomen zijn:
brandgevaar; te weinig personeel; te zwaar tillen; slechte verlichting; te eentonig werk (bijvoorbeeld alleen maar vakken vullen); gevaar voor uitglijden (bijvoorbeeld door een vuile vloer); agressieve klanten; kans op een overval.
Bij risico’s inventariseren hoort ook het testen van de nooduitgangen.
De werkgever moet zich bij het onderzoek laten helpen door iemand die hierin gespecialiseerd is. Hij kan bijvoorbeeld iemand van de Arbodienst inhuren. Samen onderzoeken ze wat de zwakke plekken in het bedrijf zijn op het gebied van veiligheid en gezondheid. Daarna bekijken ze welke punten ze kunnen verbeteren. De werknemers worden bij het onderzoek betrokken. Veiligheid en gezondheid De werkgever moet maatregelen nemen om risico's te verkleinen. Jij bent verplicht om de regels voor veilig en gezond werken op te volgen. Daarnaast moet je gevaarlijke situaties aan je leidinggevende melden.
Terugdringing van het ziekteverzuim Doordat jij en de werkgever aandacht hebben voor onveilige en ongezonde situaties in de winkel, zullen er minder ongelukken gebeuren. Hierdoor wordt het verzuim door ziekte en ongelukken minder.
Er zijn nog andere manieren waarop de winkel het ziekteverzuim kan terugdringen. Als de sfeer in de winkel goed is, heb jij waarschijnlijk meer zin om er te werken. Omdat je je werk leuk vindt, blijf je minder snel thuis als je je niet zo lekker voelt. De werkgever moet dus niet alleen zorgen dat zijn medewerkers veilig en gezond kunnen werken, maar ook dat ze zich op hun werk prettig voelen. Dat noemen we de zorg voor het welzijn op het werk. Voorlichting De werkgever is verplicht om medewerkers goed te informeren over de risico's die ze lopen en over de manier waarop zij hun werk veilig en gezond kunnen doen. Je leidinggevende moet jou bijvoorbeeld vertellen hoe je het beste kunt tillen zonder dat je last krijgt van je rug. Ook moet hij ervoor zorgen dat je weet hoe je met de schrobmachine moet omgaan, zodat jij en de mensen om je heen veilig kunnen werken. Aan de andere kant zijn jij en je collega's verplicht om mee te werken aan de voorlichting en instructie door de werkgever.
De werkgever is verplicht om medewerkers goed te onder informeren.
Jongeren mogen bepaalde werkzaamheden alleen toezicht uitvoeren.
Medezeggenschap In de Arbowet staat dat medewerkers recht hebben op werkoverleg. Het werkoverleg is een vergadering over het werk. Het kan gaan over:
nieuwe artikelen of een nieuwe manier van bestellen; de planning van het werk; je werkomstandigheden, bijvoorbeeld of de juiste en voldoende hulpmiddelen aanwezig zijn.
Arbeidsbesluit jeugdigen Een onderdeel van de Arbowet is het Arbeidsbesluit jeugdigen. Hierin staat een aantal regels voor werkgevers die jongeren in dienst hebben. Er staan bepalingen in over arbeidstijden. Jongeren mogen niet te lang achter elkaar werken en niet 's nachts.
Daarnaast mogen jongeren beneden de 16 niet alle soorten werk doen. Mensen tussen de 16 en 18 jaar mogen bepaalde werkzaamheden alleen onder toezicht uitvoeren. Het gaat hierbij om werkzaamheden:
met gevaarlijke stoffen; in lawaaiige ruimtes; met hevig trillende apparaten; met apparaten die ernstige straling opleveren; met langdurig dezelfde werkzaamheden achter elkaar.