(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Uitgegellen door de vzw Liberaal VIaans Verbond. Stichting A. VanderpOOl1en Redactie: l.eopoIdstraaI 10 2000 Antwerpen HooJdIedacteur en veranIwOOrdaIij uiIgeYer Fr. ~. H. KennisslTaat 36 2520 Edegem ..Admitlislratie: Tel. 021230.37.73 Eburonenstraat 33 1040 Brussel
liberaal
Vlaams Tiidschrift
Maandblad jaargang 109 - nr. 7 - juli-augustus 1987•
•
In dit nummer
Moskou ontdekt markteconomie
• i
.
Dagen van de Vlaamse Gids
• 11 juli
• Technisch onderwijs
• Europa
• Fred Astaire
Een stuiver gespaard is een Stuyvenberg gewonnen Het topberaad is begonnen op het kasteel van Stuyvenberg. Dit is de laatste taak van de regering vóór het reces. Allicht de belangrijkste sinds zowat een jaar. Want de afgelopen winter en de lente 1987 werden vooral gekenmerkt door de Voerense strubbelingen. En het scheelde maar weinig of de regering die tot stand kwam om het financieel herstel te bewerken werd door gemeentelijke schermutselingen ten val gebracht Op de vooravond van de zomervakantie heeft de top van het kabinet de koe bij de hoorns gevat. Op de diskaart ~an Stuyvenberg staan de begroting en de eraan gekopjlelde bezuinigingen en beperkfugen van de overheidsuitgaven, de hervorming van de belastingen, de privatisering van de overheidsbedrijven en de tewerkstelling. Premier Martens heeft van bij de aanvang te verstaan gegeven dat de voortzetting van de coalitie van het welslagen van de operatie, vooral de belastinghervorming, afhangt. Als de regering er niet in slaagt tegen 1989 een tastbare vermindering van de belastingen door te drukken, dan loopt zij recht naar een electorale nederlaag. De liberalen dringen al lang op een fiscale hervorming aan, niet zozeer om redenen die met de verkiezingen verband houden, maar omdat het ons, zo zei LVV-voorzitter Paulus nog onlangs, noodzakelijk lijkt voor de toekomst van onze maatschappij dat elkeen meer zou overhouden dan vandaag het geval is van het inkomen waarvoor hij heeft gewerkt. Wij hebben als LVV-ers ook sinds jaren aangestipt dat een verlaging van de fiscaliteit niet kan verwezenlijkt worden als ze niet gepaard gaat met een drastische afslanking van het staatsapparaat. De uitgaven van de Belgische staat belopen thans zowat 42 t.h. van het BNP (tegen slechts 32 t.h. in de ons omringende landen van de EG). Ons begrotingstekort is nu tot ongeveer 8 t.h. van het BNP verminderd. Het is al een hele prestatie. Maar het uiteindelijk doel moet zijn: het Europees peil, ongeveer 4,5 t.h.! Want de huidige gang van zaken is en blijft onhoudbaar. Onze economie wordt van veel zuurstof beroofd doordat wij jaarlijks zo'n zware rentelast moeten dragen. Einde 1986 beliep de overheidsschuld 106 t.h. van het BNP. (In de meeste andere EG-landen zowat 60 t.h.!) Aan die wildgroei moet zo snel mogelijk paal en perk gesteld worden.
Vice-eerste minister Verhofstadt is met die operatie begonnen en we verheugen er ons over, dat de liberale stelling niet meer, zoals voorheen, door de christen-democraten wordt weggewuifd. Sommigen beweren nog steeds dat de toestand van onze overheidsfinanciën geen fiscale verlichting toelaat. Zij hebben ongelijk. Het is duidelijk, dat een belastingverlaging niet vergemakkelijkt wordt door een te hoog begrotingstekort en een te buitensporige schuld, maar men mag niet uit het oog verliezen, dat hoge belastingen de economische groei en de werkgelegenheld afremmen. Derhalve wordt aldus de fiscale opbrengst voor de staat verminderd. Te hoge belastingen vernietigen de belastbare materie, met name onze inkomsten, de vrucht van ons werk en van onze creativiteit. Ons belastingstelsel is bovendien erg ondoorzichtig doordat het in de loop der jaren «aangepast» werd op vraag en onder druk van allerlei drukgroepen. Men heeft er zogenaamde «fiscale uitgaven» ingebouwd, die als giften en toegiften werden toegewezen aan belangengroepen, vakbonden, werkgeversorganisaties, gezinsbonden, enz. Onder voorwendsel van een grotere sociale gelijkheid heeft men een reeks maatschappelijke discriminaties en onrechtvaardigheden in het leven geroepen. Elk fiscaal voordeel voor één groep moest telkens weer door andere voordelen voor andere groepen gecompenseerd worden. En zo is een ingewikkeld en onrechtvaardig systeem tot stand gekomen, waarbij er zoveel uitzonderingen erkend werden, dat zij uiteindelijk de meerderheid vormen en dat een minderheid belast wordt op grond van het gewoon (veel te hoog!) tarief. Zal men in Stuyvenberg al deze voorrechten, ongelijkheden, discriminaties en aberraties kunnen of durven wegwerken? Gaat de regeringstop de moed hebben al deze door drukgroepen bevochten voordelen (speciale afhoudingen, beperkingen en aftrekken) uit te gommen? Het huidig systeem bevoordeelt ten slotte vooral degenen, die sluw genoeg zijn om door de mazen van de ingewikkelde fiscale wet te glippen. Dat is niet gezond. Maar het is al even duidelijk, dat de liberalen de noodzaak erkennen van een aantal correcties en sociale compensaties. Een aantal sociale voorzieningen zouden evenwel kunnen geprivatiseerd worden. Als de bedrijven en de_overheid een grotere Vervolg blz.
6
Wie is Nikolai Sjmeljov?
Sovjet-econoom pleit voor Markteconomie (c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Mikhall Gorbatsjov heeft zijn verzwakte medeacteur Reagan de laatste tijd volkomen weggespeeld uit de schijnwerpers van de internationale politieke arena. Als leider van een van beide supermachten wekt hij sensatie door zijn ontwapeningsvoorstellen en niet minder door zijn herhaaldelijk aangekondigd voornemen om fundamentele wijzigingen aan te brengen aan het Sovjetregime. dat zich tot nu toe voornamelijk onderscheidde door repressieve hardheid en bureaucratische verstarring. Wel kwam het ietwat komisch over op de televisie te kunnen zien hoe Gorbatsjovs hervormingsprogramma met algemeenheid van stemmen werd aangenomen door een Opperste Sovjet (wat in Moskou doorgaat voor het parlement), die voorheen even dociel en eenparig de programma's van al Gorbatsjovs voorgangers heeft goedgekeurd. De «stormachtige acclamatie» van de Opperste Sovjet is dus geen rotsvaste waarborg. Meer aandacht moet natuurlijk gaan naar de dikwijls scherpe uitspraken van Gorbatsjov en van zijn omgeving. En ook de Sovjetpers lijkt toch meer armslag te krijgen. Een merkwaardig voorbeeld van onverbloemde en grondige kritiek verscheen in het juni-nummer van «Novi Min), een sovjettijdscbrift voor literatuur en politiek. We kennen de inhoud ervan omdat «The Washington Post» en de «International .Herald Tribune» er een integrale vertaling van publiceerden. De auteur ervan is geen «dissident». Hij heet Nikolai Sjmeljov. Hij is al 25 jaar lid van de Communistische Partij van de Sovjetunie en als econoom is hij verbonden aan het «Instituut voor de Verenigde Staten en Canada», een Russisch researchcentrum voor buitenlandse politiek. Sjmeljov is getrouwd geweest met een dochter van Nikita Kroesjtsjov. Zeggen dat zijn artikel in Moskou en ook elders in de wereld voor opschudding heeft gezorgd is een uiterst gematigde evaluatie.
«1VielRandtevreden»
Sjmeljovs ontrafeling van de manke Sovjeteconomie is genadeloos. Hij begint met vast te stellen, dat in de Sovjetunie «niemand tevreden is». De twee belangrijkste tekortkomingen zijn volgens hem: 1) het monopolie, waarvan de producenten genieten ingevolge een algemeen tekort aan goederen en 2) het gebrek aan belangstelling vanwege de fabrikanten in de wetenschappelijke en technische vooruitgang.
2
«Hardnekkige inspanningen op lange termijn om de objectieve wetten van het economische leven om te keren en de eeuwenoude natuurlijke aansporingen om te werken te vernietigen, hebben resultaten opgeleverd die volkomen tegengesteld zijn aan wat ervan verwacht werd». Sjmeljov heeft het over een sovjeteconomie die zo grondig verloederd is, dat ze' «niet meer te plannen» is. Hij vermeldt: «massale apathie, onverschilligheid, diefstal, gebrek aan respect voor eerlijk werk, agressieve naijver tegen degenen die meer verdienen (zelfs met eerlijke methodenl». Hij heeft het over «verschijnselen van virtuele lichamelijke aftakeling», ingevolge alcoholisme en lediggang. De mensen geloven in niets meer, zegt hij. Hij valt ook scherp uit naar de mislukkingen van de sovjetlandbouw , die mede aanleiding waren tot de «ontaarding van het platteland». En hij gaat voort: «we zouden eindelijk eens moeten beslissen wat wij het belangrijkste vinden: voldoende eigen landbouwproducten voortbrengen, of voor eeuwig en altijd de hardscbreeuwers hun zin geven die ons liefst allemaal gelijk zouden zien in onze armoede.» Dwaarsheid is dwaasheid, onbekwaamheid is onbekwaamheid en Stalinisme in actie is Stalinisme in actie, zegt Sjmeljov. De dingen moeten met hun ware naam genoemd worden. «Misschien zullen we onze ideologische maagdelijkheid verliezen, maar die bestaat nu toch alleen maar voort in de sprookjescommentaren van het dagblad.» Vervolgens ontwikkelt de sovjeteconoom een argumentatie die neerkomt op een warm pleidooi voor de markteconomie - inbegrepen het risico van werkloosheid. Het tijdelijk uitbetalen van werkloosheidsvergoeding, zo redeneert hij, komt goedkoper uit dan he blijvend in dienst houden van lijntrekkers, «die iedere inspanning om meer doelmatigheid en een betere kwaliteit te bereiken kunnen ruïneren - en die dat ook doen.» Sjmeljov hekelt en passant de logge administratie, de «walgelijke voortplanting» van de industriële ministeries en het systeem van lonen en prijssubsidies.
Winst Daarbij blijt het niet. «De economische situatie van de ondernemingen en coöperatieven zal rechtstreeks moeten afhangen van winst en de winst kan haar functie niet vervullen, tenzij de groothandelsprijzen ontlast worden van subsidies», aldus Sjmel-
jov, die er aan toevoegt: «Eeuwenlang heeft de mensheid geen efficiënter maatstaf voor het werk gevonden dan de winst. Onze argwanende houding tegenover winst is een soort historisch misverstand, de prijs voor het economisch analfabetisme van mensen die dachten dat socialisme winst en verlies zou uitschakelen. In feite is het winstbegrip in het socialisme geenszins besmet, het is heel eenvoudig een aanduiding of je goed werkt of niet.» Sjmeljov bepleit verder het aantrekken van buitenlands kapitaal, het oprichten van aandelenvennootschappen, .kortom een verregaande vrijmaking van de financiële sector, wat het beleggen van spaargelden moet bevorderen. In de produktiesector moeten productiviteit, leiding en kwaliteit worden opgedreven. Als het nu niet naar behoren gaat dan komt dat in de eerste plaats door het falen van de leiding, niet zozeer door de arbeider. Zelfs steunend op de meest optimistische ramingen beantwoorden volgens Sjmeljov slechts 17 tot 18% van de sovjet-fabrieksvoortbrengselen aan de wereldcriteria. De rechten van de verbruikers, de kansen van een eerlijke concurrentie en een open markt hebben niets met ideologie te maken, beweert Sjmeljov, «het is een louter economisch probleem». Maar, zo vraagt hij zich ten slotte af, «wie gaat dat allemaal onze managers aan het verstand brengen? Wie gaat vooral de hoogstgeplaatste managers ontdoen van hun hoogmoed en hun geloof in hun «goddelijk recht» om te bevelen?» «Waarom zouden zij mogen aannemen, dat ze boven de wet staan en dat ze immuun zijn voor gelijk welke kritiek? Wat wij nodig hebben is glasnost en democratie». .
Historisch
We hebben zo uitvoerig geciteerd omdat het een artikel is dat een historische wending aangeeft in het sovjetdenken. Het is belangrijk, zelfs wanneer Gorbatsjov zou stranden. Westerse critici, die sedert lang gelijkaardige kritiek uitoefenden, hebben altijd blootgestaan aan een soort intellectueel terrorisme vanuit «progressieve» hoek, waar men hen betichtte van «rabiaat anti-communisme», onder verstaan : fascisme. Het artikel is ook belangrijk omdat het meer dan waarschijnlijk Gorbatsjovs goedkeuring wegdraagt en omdat het één feit heel duidelijk in het licht stelt: zoals de economie in de. Sovjetunie nu reilt en zeilt gaat het niet langer.
Maar zoals men heeft kunnen lezen is ook Sjmeljov BI' nog niet zo zeker van, dat de machtige bureaucratie kan worden gemoti,veerd voor echte doeltreff8nde en revolutionaire ingI8p8Il die ten slotte heel wat vOoriecbten zouden in gevaar brengen. En zijn de gewone sovjetburgers er wel rijp voor, na zeventig jaar hersenspoeling, propagandaslogans en gewenning aan slaafse methoden? Bovenal mag men niet vergeten, dat Gorbatsjovs einddoel er in bestaat de macht van de Soyjetunie te bewaren en zo mogelijk te vergroten. De Oosteuropese regimes krijgen wel seinen uit Moskou, dat ook zij orde op zaken moeten brengen, maar dan in onwankelbare trouw aan het Warschau-Pakt.
En de politieke vrijheid? Mocht Gorbatsjov in zijn opzet slagen, dan doemt er op lange termijn voor hem of zijn ~pvolgers een ander onvermijdelijk probleem op. Een vrijere economie, die tot grotere welvaart zou leiden, doet een middenklasse ontstaan die meer politieke vrijheid zal opeisen. Dat is een ijzeren wet waaraan niet één autoritair regime, het weze van links of van rechts, kan ontkomen. Dit alles moet er toe aansporen om het Gorhatsjov-experiment met belangstelling, zeHs met sympathie te volgen, maar Hefst niet met sentimentaliteit en goedgelovigheid: en met het grootste mogelijk misprijzen voor diegenen die altijd al Kremlin-bewonderaars zijn geweest, ongeacht welk tiran of hervormer er in Moskou de plak. zwaaide.
Westers bondgenootschap Intussen mag de weerslag op het westers bondgenootschap niet uit het oog worden verloren. Vooral de evolutie in de Duitse Bondsrepubliek is nu van belang, De Bondsrepubliek is de machtigste economische steunpilaar van de EEG en de sterke voorpost van de NAVO-strijdkrachten. Glasnost-sirenenliederen mogen niet leiden tot een loswrikken van het bondgenootschap. Wat dat betreft is de recente hardnekkigheid van Bonn bij de EEGbesprekingen niet zo hoopgevend. Heel wat Duitsers lijken bovendien te worden ~elo~ door het weer opdoemend begrip van een schimmig Centraaleuropees overgangsgebied «Mitteleuropa», waardoor de hoop op een hereniging met Oost-Duitsland wordt gewekt. In ruil voor een heel problematische inschjkkelijkheid vanwege de Sovjetunie en de DDR lijken nu reeds heel wat Duitsers naar een vorm van neutraliteit te neigen. Op de koop toe zi~ er tekenen
Dagen van De Vlaamse Gids
Vermeylen- en Willemsfonds samen bezorgd over rijksonderwijs
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Het Vermeylen- en het Willemsfonds maken zich zorgen over de toekomst van het rijksonderwijs. In een gemeenschappelijke verklaring wijzen zij erop dat een situatie dreigt te ontstaan waarin het rijksonderwijs niet langer de vrije keuze van onderwijs waarborgt. Zij vragen dat om die reden aandacht wordt besteed aan volgende punten: 1. De verantwoordelijken inzake pedagogisch. administratief. financieel. materieel en personeelsbeheer dienen dringend aan de lokale schoolgemeenschap te worden overgedragen; 2. Het personeelsbeleid moet dermate worden omgebogen en toegepast dat de integratie en de binding met de leefgemeenschap waarin de school is ingeplant daadwerkelijk kan gerealiseerd worden; 3. De vrije schoolkeuze moet ten minste regionaal aanwezig zijn; 4. Van het blind toegepast normatief gelijkheidsbeginsel tussen het officieel en het gesubsidieerd onderwijs dient te worden afgeweken telkens deze vrije school- en studiekeuze wordt doorbroken. Discriminerende maatregelen of het te laat ter beschikking stellen van de nodige financiële middelen moeten onverwijld veorkomen worden: 5. De kwaliteit van het onderwijs moet voorrang krijgen op ieder ander criterium; 6. De promotie van het Rijksonderwijs moet gebeuren via alle media op basis van de specifieke kenmerken en de identiteit van dit onderwijs. Hoe dringend en noodzakelijk ook, mag het traag tot stand komen van de Autonome Raad van het Rijksonderwijs geen belemmering, hinderpaal of alibi zijn om bovengenoemde dringende maatregelen nog langer uit te stellen. Zoniet zal vóór de uiteindelijke totstandkoming en het operationeel zijn van deze Autonome Raad schade zijn toegebracht aan het rijksonderwijs. Aldus de twee fondsen.
Nikolai Sjmeljov
de basis die al de rest moet schragen. Nu deze waarheid in Moskou is doorgedrongen scherpt Gorbatsjov zijn langste messen om de collectivistische heilige koeien te van een vervreemding tussen slachten. Elders in de wereld West-Europa en de V.S. Aan heeft het communisme zijn aanweerszijden van de Atlantische trekkingskracht op jongeren en Oceaan is er een stijgend onge- intellectuelen grotendeels verloduld en zelfs irritatie waar te ren en de westerse communistinemen over ellcaars opvattingen, sche partijen verschrompelen. De prioriteiten en tekortlComingen. socialisten «moderniseren» en ontdoen hun programma's van het overtollig ideologisch vet. De verslagen Labour-leider Neil Het westers systeem is ver van Kinnock wil voortaan de kiezer perfect. Dat komt meer dan meer als individu dan als lid van waarschijnlijk omdat er op onze een groep of een klasse benadewoelige planeet zeer weinig per- ren. De Derde Wereld oriënteert fecte mensen rondlopen. In het zich meer en meer op de westerse grijze verleden vatte een filosoof economie. het reeds als volgt kernachtig Het is een eclatant succes. Maar samen: «gij zegt: de tijden zijn men kan ook onder het eigen slecht. Maar de tijden, dat zijt succes bezwijken. En het is wel gij,.. Een vermaning, die zowel een ironisch speling van het lot. verwijst naar onze individuele dat l'uist nu de V.S., als machtigverantwoordelijkheid als naar ste and van het westers bondgeons aller feilbaarheid. Nu heeft nootschap, geplaagd wordt door ook het sovjetregime de waarde schandalen en stuurloosheid en van het individu ontdekt in de dat zich middelpuntvliedende economie. krachten ontwillelen. Alleen Generaal de Gaulle sprak een een helder inzicht in de waarden beetje misprijzend over de ec0- die het bondgenootschap belinomie als over de «tros», die wel chaamt en verdedigt kan deze verplicht is het politieke leger te negatieve evolutie tegengaan. volgen. Veeleer is de economie R!S.
.*.
Vlaamse letteren, wat nu?
19 en 20 september te Oostende De ontplooiing van de Vlaamse sociaal-culturele eigenheid is lang verhinderd geweest, wat fataal was voor ons zelfvertrouwen. Een categorie 1ge eeuwse Vlaamse intellectuelen. hierin gesteund door het schrijftalent van o.m. een Conscience. poogden dit zelfvertrouwen terug aan te wakkeren in brede volkslagen. Ook een verfranste intelligentsia wilde men overtuigen van de noodzaak van een herwaardering van de Nederlandse taal en letteren in België. Maar onwetendheid en vooroordelen waren de voornaamste beletsels om deze pogingen te doen slagen. Merkwaardig hoe tot op heden, nu onze taal in België haar gerechtigde plaats heeft ingenomen. sceptische tot afwijzende meningen blijken voort te bestaan tegenover de Vlaamse letteren. Die meningen gaan dan nog wel hoofdzakelijk uit van taalgenoten. die al wat van buiten de grenzen komt. het scheppend proza uit Nederland inbegrepen, systematisch hoger aanslaan dan wat het eigen Vlaanderen voortbrengt. Is dit standpunt geheel of gedeeltelijk gerechtvaardigd? Of is het louter ingegeven door gebrek aan objectiviteit? Of door snobisme? De inrichters van de Dagen van het cultureel tijdschrift De Vlaamse Gids (dit jaar op zaterdag 19 en zondag 20 september in «Thermae Palace» te Oostende) nemen zich voor enige helderheid te verschaffen in deze actuele problematiek onder het motto «Jong Vlaams proza. mogelijkheden en moeilijkheden». Vele Vlaamse uitgevers en auteurs worden verwacht om hun opvattingen dienaangaande kenbaar te maken. Een panel. met als moderator dr. Georges Wildemeersch. houdt zaterdagnamiddag van 15 u. af een aantal korte uiteenzettingen. die als vertrekpunt bedoeld zijn tot een levendig debat met de aanwezigen. Frank De Keyser, medewerker Het Laatste Nieuws, wil in «Vlaamse letteren, volwaardig, evenwaardig» zijn ervaring vertolken dat Vlaams proza in geen enkel opzicht moet onderdoen voor ander. Fernand Auwera. auteur en criticus. toont zich alvast terughoudender in «Is er nog leven na het debuut?» Julien Weverbergh. Vlaams uitgever die als zodanig al stonnen trotseerde. handelt over ons gewijzigd uitgeverslandschap. L. Geerts, filoloog en essayist. neemt tenslotte «Tien jaar Vlaamse letteren» onder de loupe. Ook de minister van Vlaamse Cultuur Patrick Dewael verklaarde zich bereid zijn visie te ventileren over de positie van de jonge auteurs en te praten over zijn plannen ter bevordering van de Vlaamse letteren. Mét mogelijkheid tot vragen stellen. Aansluitend geeft v.z.w. Initiatief onder regie van Hugo Meert zondagochtend een opvoering van «Ogen van krijt,. door Tone Brulin met als optredenden Ronny Waterschoot en An Cloet. Dit stuk werd voor het eerst gepubliceerd in het tijdschrift «De Vlaamse Gids», Twintig jaar geleden werd het gecreeërd door Tone Brulin zelf op de "Middagen van het Toneel. Sindsdien werd het in Vlaanderen niet meer gespeeld, wél in het buitenland. TIjdens het diner van zaterdagavond zal ook de jaarlijkse Thaliaprijs voor toneel van de uitgeverij Hoste worden uitgereikt. Voor deze «Dagen van de Vlaamse Gids» kan worden ingeschreven volgens de gebruikelijke gesplitste fonnule. Overnachting en ontbijt: tweepersoonskamer 2600 fr. éénpersoonskamer 1950 fr. Banket zaterdagavond 1350 fr. Deelneming aan de vergaderingen en toneelvoorstelling van zondag 150 fr. Men gelieve te storten uiterlijk d.d. vrijdag 11 september op rekening nr. 860-0021047-77 van de v.z.w. Stichting De Vlaamse Gids, met duidelijke vennelding van het gewenste. Voor nadere inlichtingen: Leopoldstraat 10. 2000 Antwerpen. tel. 03/231.96.80.
3
voorop dat de democratische juli is voor de meesten partijen zelf de bodem niet onder ons een ogenblik van mogen vergiftigen, waarin ze bezinning. Samen kijken we gemeenschappelijk wortelen». even om naar het verleden. Maar Deze stelling waarschuwt terecht wij staren ons zeker niet blind op tegen een stelselmatige onderwat voorbij is. Integendeel, wij mijning van een politiek klimaat maken ons gereed om de enorme dat, per definitie, moet kunnen uitdagingen die voor ons liggen rekenen op onderling overleg en rustig maar vastberaden tegedialoog. Het fanatiek verdacht moet te treden. maken van de politieke tegenDeze mentale instelling heeft standers hoort niet thuis in een niets te maken met overmoedige parlementair stelsel als het onze. zelfoverschatting. Zij stoelt op de ervaring van de voorbije halve De levensbeschouwelijke eeuw. Onze onverwoestbare vastvernieuwing houdendheid heeft een wederopstanding mogelijk gemaakt die in Terwijl ik dus pleit voor diepde hedendaagse geschiedenis gaand overleg en de daaruit meer dan waarschijnlijk uniek voortspruitende aanpassing van mag worden genoemd. Nu wande structuren moge ik er toch op hopen of de vooruitgangsgedachwijzen dat wetten alleen niet zo te verzaken zou betekenen dat belangrijk zijn. wij het geloof in eigen kunnen en Waar het vooral op aan komt is eigen mogelijkheden zouden verde mentale omschakeling. Met loren hebben. Welnu, er is daar- ze revolutie tegengaan zetten gezag. Onvermijdelijk rijst dan andere woorden: wij moeten ons welke - in afwachting en met het oog voor geen enkele reden. zelfs het voortbestaan van het echter de hoofdvraag: De geschiedenis leert ons dat het land op het spel. bevoegdheden moeten aan dat op een verdere staatshervorming tot stand komen van een politiek Het toekennen van eigen parle- centraal gezag nog worden voor- - ook durven bezinnen over het binnen een « Vlaanderen van morgen». gestructureerde gemeenschap . mentaire instellingen aan de behouden meestal tijd vergt, tenzij er gegre- gemeenschappen en de gewesten staatsstructuur die een econo- De Franse essayist Jean Duvigunie voorop- naud schrijft dat aan onze eeuw pen wordt naar het wapen van de heeft niet alleen hun geldings- misch-monetaire revolutie; en dan nog! Gemeten drang op gang gebracht, maar stelt? Uit het antwoord hierop meer vragen worden gesteld dan op het uurwerk van de geschie- ontwikkelt geleidelijk ook een volgt de rest. Pas als de gemeen- wij kunnen beantwoorden. Wij denis betekenen die vele tientaldynamiek die onafwendbaar zal schappen het over dit uitgangs- blijven vele antwoorden ook len jaren slechts enkele fracties uitmonden in een veel grotere punt duidelijk zullen eens ge- schuldig omdat wij voortgaan van een seconde. Kijken wij autonomie dan in 1980 \ werd worden zijn wordt het mogelijk voor deze tijd maatstaven te bijvoorbeeld .naar de moeizame voorzien. Maar als men nog lang de homogeniteit van de over te gebruiken die in de vorige eeuw groei van de Europese Gemeen- verzuimt dit streven naar meer dragen bevoegdheden aan de bruikbaar waren maar die intusen gewesten sen in grote mate achterhaald schap. zelfbestuur grondwettelijk in de gemeenschappen Wie van ons weet nog dat meer juiste banen te leiden, dan gaat eindelijk te bereiken. ~n. . dan honderd jaar geleden Victor men regelrecht naar een confron- Op Oudejaarsavond stelde Zijne Iedereen spreekt zich tegenwoorHugo de Verenigde Staten van tatie. hetzij tussen de gemeen- Majesteit de Koning dat er, om dig uit voor een open samenleEuropa uitriep? Niemand schappen onderling, hetzij tus- het land in stand te houden, ving. Maar tussen woord en daad schonk er toen enige aandacht sen de gemeenschappen ener- , gebouwd moet worden op helde- staan nog vele hinderpalen. aan. Men heeft moeten wachten zijds en de nationale regering re afspraken en goed functione- De pluralistische gemeenschap tot in 1957 eer men deze bezie- anderzijds. Dit alles zal heel rende instellingen. Die afspraken moet zonder enige aarzeling de lende kerngedachte in verdrags- scherp blijken zodra er in de gelden onder meer de billijke geestelijke vrijheid als fundatermen heeft kunnen vertalen. regio's en in de centrale regering verdeling van de rijkskredieten. ment aanvaarden. Erkenning van Soms zegt men dat wij tot een verschillende politieke meerder- In federaal gestructureerde lan- de pluraliteit van levensopvattinnoodzakelijk optimisme veroor- heden tot stand zullen komen. den als Zwitserland, Canada en gen betekent geenszins dat alle deeld zijn. Zelfs al is dat waar, Men was daarvan enigszins reeds de Duitse Bondsrepubliek nemen opvattingen door iedereen als zou dat dan zo erg zijn ? Er is, getuige in de periode 1981-1985 de deelstaten van 45 tot 57 t.h. evenwaardig moeten beschouwd nergens ter wereld, ooit iets in het zuiden van het land. van de overheidsuitgaven voor worden. De pluralistische geesgroots ontstaan uit het verlam- Rechtstreeks verkozen Raden en hun rekening. Bij ons bereikt teshouding stelt niet alles op één mend pessimisme. de daaruit gevormde Executie- men nauwelijks 8 t.h. Het ge- lijn. Het zelfstandig oordeelsverIedere generatie kent haar suc- ven zullen die voortdurende meentelijke niveau heeft dus in mogen van de vrije burger moet cessen en haar nederlagen. Geen botsing met de centrale regering ons land een groter bestedings- uiteindelijk de persoonlijke keugemeenschap kan zonder enige nog veel minder uit de weg gaan. aandeel dan de gewesten en ze bepalen. Er kan dan ook geen inzinking of tekortkoming haar Het helpt niet hiervoor de ogen te gemeenschappen. Nergens ter misverstand over bestaan: plurageschiedenis schrijven. Waarom sluiten. lisme zelf verschaft geen antwereld vindt men zoiets terug. zouden wij aan deze historische Het valt te betreuren dat de Mag men uit recente verklarin- woord op de levensvragen. Het wet ontsnappen ? historische beslissing die in de verzekert slechts de individuele Wat wij, als gemeenschap, mor- zomer van 1980 met een overwel- gen van gezaghebbende Waalse vrijheid. Dit organiseren van de politici afleiden dat eindelijk een gen en overmorgen zullen berei- digende parlementaire meerderindividuele vrijheid moet worken zal slechts tot stand komen heid werd onderschreven, niet gesprek zal kunnen worden ge- den toevertouwd aan de demomet vallen en opstaan. Dat geldt correct werd gerealiseerd. Die voerd over de eigen financiële cratische en neutrale overheid. verantwoordelijkheid van gedan meer in het bijzonder voor staatshervorming voorzag dat meenschappen en gewesten en Gezag en vrijheid, samengede staatshervorming, de levens- Vlaanderen, Wallonië en de bracht in een harmonische verbeschouwelijke vernieuwing, de Duitstalige Gemeenschap over de transparantie van de Vlaams- houding, .moeten mekaar aanWaalse solidariteit? culturele opbloei en de technolo- ruime bevoegdheden en eigen vullen. gische revolutie: vier doelstel- middelen zouden beschikken. Een Vlaams-Waalse dialoog is Een vrije samenleving organiselingen die in de Vlaamse Raad Waarom heeft men zich niet niet alleen wenselijk. maar ook -ren vergt meer verbeelding, meer voortdurend aan bod komen, gehouden aan de afspraken die onvermijdelijk geworden, in het durf, meer talent dan het handhasamen met de vrijwaring van ons toen werden gemaakt ? Het niet belang van iedereen. Degenen ven van een politiestaat. Een leefmilieu. naleven ervan heeft de middel- die daartoe kunnen bijdragen vrije maatschappij steunt in de puntvliedende krachten een hebben tot plicht de pijlers voor eerste plaats op de rede, een deze brug aan te dragen. De staatshervorming nieuw élan gegeven. onvrije op de macht. Ons land is zeven jaar geleden Nochtans zal iedereen die het Daarbij zouden wij allen, Vlaam- Wij schijnen niet altijd te besefde richting van een federale met de toekomst van ons land se en Waalse beleidsverantwoorfen dat wij op weg zijn naar een staatsstructuur uitgegaan. Op die goed meent nog steeds willen delijken, er goed aan doen ons Vlaamse Gemeenschap die niet uitspraak van Helmut langer gekenmerkt wordt door weg kan men niet meer weerke- erkennen dat meer autonomie een ren. Degenen die dat nog altijd voor de gemeenschappen en de Schmidt in het geheugen te een vrij grote conformiteit maar niet willen inzien maken zich gewesten moet kunnen gepaard prenten. Zij luidt als volgt: «Een steeds meer zal gekleurd worden ordening stelt door een eindeloze verscheidenbegoochelingen. Degenen die de- gaan met een stevig centraal democratische 11
Verdraagzaamheid,
levensvoo~aarde
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
voor het Vlaanderen van morgen
4
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
heid van levensbeschouwelijke opvattingen en ethische inzichten. Onze gemeenschappelijke toekomst hangt in groeiende mate af van de toenemende mondigheid van onze medeburgers. Deze mondigheid veronderstelt echter een diepgewortelde zin voor verdraagzaan1heid. Een recente enquête, gewijd aan de Vlaamse Beweging en de Jongeren, heeft onder meer aan het licht gebracht dat de aankomende generatie zeer tolerant staat tegenover andersdenkenden, tenminste als de gesprekspartner bliik geeft van authenticiteit en eerlijkh~id. Tolerantie is een levensvoorwaarde voor het «Vlaanderen van morgen». Wijlen Piet de Somer, in leven rector van de K.U.L., aarzelde zelfs niet te zeggen: «Indien het wantrouwen onder de Vlamingen zo groot is dat een belangrijk deel van de bevolking zich als minderheid niet voldoende beveiligd voelt om in een autonoom Vlaanderen te kunnen leven volgens een eigen levensvisie, dan is het Vlaamse volk niet rijp voor zelfbestuur ...». Ik dacht dat ik, op deze I l-juliviering, met klem, deze ondubbelzinnige uitspraak onder uw aandacht mocht brengen.
De culturele opbloei
Een open, tolerante samenleving is ook herkenbaar aan haar frisse benadering van kunst en cultuur. Cultuur is meer dan ooit een levensnoodzakelijk element voor iedere beschaafde samenleving. De culturele bijdrage van Vlaanderen tot de verrijking van het Europees kunstpatrimonium is zeker niet gering. Reeds in het begin van de 16de eeuw werd de betekenis ervan door niemand minder dan Erasmus toegelicht. Niet zonder ironie heeft wijlen Richard Declerck, destijds gouverneur van de provincie Antwerpen, eens de vraag gesteld: «Hoe zouden de grote Europese musea en kunstgalerijen er uit zien na de verwijdering van de meesterwerken die tot de onderscheiden Vlaamse scholen behoren 1» Het antwoord ligt in de· vraag besloten. Ondertussen stelt men vast dat in zowat alle artistieke sectoren Vlamingen opnieuw het internationaal podium beklimmen. Het is hier niet de plaats om daarop diep in te gaan. Maar, het mag toch worden gezegd. dat zoals in het verleden, cultuur ook vandaag onze beste ambassadeur is in de wereld. Voor heel wat scheppende kunstenaars geldt, jammer genoeg, het gezegde: «Geen sant in eigen land». Dat neemt niet weg dat zij, ondanks het gebrek aan waardering in de eigen gemeenschap. toch hun weg gaan; desnoods dan maar buiten onze grenzen. Ons modem artistiek patrimonium is om trots op te zijn. Wie
geregeld buitenlandse kranten leest vindt daarin voortdurend waardering en bewondering voor hetgeen Vlaanderen artistiek presteert. Ik waag mij aan enkele recente voorbeelden. Zo was het Koninklijk Philharmonisch Orkest van Vlaanderen onlangs te beluisteren en te bekijken op een avondvullende televisie-uitzending van Antenne 2, op de Midem Classique te Cannes, op het Festival van Orléans, en het zal volgende week te horen zijn op het Festival de Saint-Riquier. Ook in het Nederlands Concertgebouw te Amsterdam behaalde het op Kerstdag van verleden jaar een grote bijval. En na de zomermaanden zal het een rondreis ondernemen in West-Duitsland en Oostenrijk. Pas heeft het Koninklijk Ballet van Vlaanderen een geslaage Chinareis achter de rug en er werd reeds een contract gesloten voor niet minder dan 36 voorstellingen in Nederland. Bovendien behalen elk jaar opnieuw afgestudeerden van de Balletschool internationale prijzen. Ook het danstheater kent een grote bloei. Onder de bezielende leiding van Ann- Theresa De Keersmaeker wordt onder meer opgetreden in het Centre Pornpidou, te Avignon, te New Vork. De beperktheid van ons taalgebied dwingt op filmgebied tot internationale co-produkties of animatiefilms zonder woorden. En toch kreeg de Antwerpse Nicole Van Goethem 'in Hollywood. een «Oscar», terwijl een andere film van haar geselecteerd werd voor het Festival van Cannes. De film «Het gezin van Pamel» werd geselecteerd voor het openingsgala van het !Ve American International Film Festival te Washington en. kreeg er een staande' ovatie; Op het Internationaal Festival van Santarem, in Portugal, kreeg deze film de eerste prijs voor de beste regie en de eerste prijs voor de beste vrouwelijke vertolking. Onze experimenteel theater vindt tot in Nederland vele bewonderaars. Bekende Vlaamse regisseurs, zoals Walter Tillemans. worden geregeld in het buitenland uitgenodigd. Op het vooruitstrevend theaterfestival van de 8ste «Dokumenta» te KasseI ging het grootste succes naar Jan Fabre. Op dezelfde «Dokumenta» was, wat de beeldende kunst betreft, de blikvanger Marie-Jo Lafontaine, naast Jan Vercruysse. Vele jonge kunstenaars genieten al internationale bekendheid, en meer gevestigde schilders en beeldhouwers krijgen geregeld de kans om in het buitenland· te exposeren. Ik denk hier aan recente tentoonstellingen van Jan Vanriet, Hugo Duchateau, Roger Wittewrongel, Michel Martens, Jef Van Tuerenhout. De hele zomer loopt er in Finland
een tentoonstelling gewijd aan onze surrealistische en fantastische kunstenaars, waarvoor meer dan 350.000 bezoekers worden verwacht. Gelijkaardige voorbeelden kan men aanwijzen voor de Vlaamse lithografie, ceramiek en porselein. wandtapijten, architectuur, juwelenontwerpen en stilisten. En enkele maanden geleden ontving Hugo Claus de Prijs van de Nederlandse Letteren uit de handen van de Nederlandse Koningin. Hierbij werd heel zijn oeuvre, dat onbetwistbaar grote internationale uitstraling heeft, gelauwerd. In het land waar de polyfonie geboren werd heeft jaarlijks het «Festival van Vlaanderen» plaats. Dat bewijst dat ook kleinere gemeenschappen cultureel groot kunnen zijn. Naast talrijke eigen ensembles op Europees niveau juichen wij de medewerking van befaamde orkesten, solisten, koren en dansers uit de hele wereld toe. Zij vinden de podia in Vlaanderen zeker niet te klein voor de overweldigende expressie van hun talent. In een land, dat zo graag de nadruk legt op zijn zwakkere kanten - tot het ziekelijke toe past het, nu en dan, toch ook eens te wijzen op wat het echt presteren kan. 11 juli leek mij daarvoor een geschikte dag.
De technologische revolutie Wie grasduinen wil in de publikaties van het Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek zal vaststellen dat, op een totaal ander terrein dan dat van de kunsten, vanuit onze gemeenschap - en dit in steeds toenemende mate - schitterende bijdragen worden geleverd die, op hun beurt, internationale waardering krijgen. Er is bijna geen gebied van de theoretische of toegepaste wetenschappen meer waar eminente vertegenwoordigers van onze universiteiten geen grote indruk maken; niet het minst in de disciplines die in volle opbloei zijn. De Vlaamse universiteiten hebben begrepen dat zij, buiten hun educatieve opdracht, ook een uitzonderlijke rol moeten spelen als motor van onze economischsociale weerbaarheid. Maar dan moeten zij kunnen rekenen op de billijke verdeling van de middelen bestemd voor wetenschappelijk onderzoek. Het gaat hier om een oud zeer dat, sedert 1970 onafgebroken aan de orde is. Daarmee samenhangend betreur ik
zoals in het Vlaams secundair onderwijs wiskundige en wetenschappelijke richtingen nog onvoldoende aandacht krijgen. Iedereen weet nochtans dat op middellange termijn een groot tekort aan technisch en wetenschappelijk hoog geschoolde personeelsleden zal ontstaan. Dit tekort zou de verdere ontwikkeling van onze economie in aanzienlijke mate kunnen hinderen. Niettegenstaande die ietwat zorgwekkende gang van zaken blijft men niet bij de pakken zitten. Integendeel, tussen industrie en universiteit groeien de samenwerkingsverbanden. Zo worden in Vlaanderen ook initiatieven tot stand gebracht; gefinancierd door de overheid en de privé-sector. die in een minimum van tijd het internationaal topniveau bereiken. Ik denk hier onder meer aan Imec (het Interuniversitair Micro-Electronica Centrum) dat in de Verenigde Staten als een evenknie wordt beschouwd van het allerbeste dat de Amerikanen, op dat terrein. te bieden hebben. Een recente studie van het Vlaamse Ekonomisch Verbond toont aan dat in Vlaanderen reeds 38 t.h. van de globale industriële tewerkstelling te vinden is in de progressieve sectoren. En wanneer men internationale economische constellaties gaat vergelijken blijkt dat Vlaanderen boven het Europees gemiddelde uitstijgt. Het «Vlaanderen van vandaag» mag gerust aan het buitenland worden getoond; niet alleen zijn rijke cultuur, maar ook zijn sociaal-economische troefkaarten, die onder meer vreemde investeerders kunnen aantrekken. Ik denk daarbij aan onze arbeidsethiek, de uitstekende geografische ligging, ons uitstekend net van wegen, spoorwegen, kanalen en havens, de prettige leefsfeer, het uitgebreid scholennet.
*
** De bekende Nederlandse auteur Godfried Bomans meende dat «De Vlamingen de neiging hebben om kleine grootheden mateloos op te blazen, maar de waarlijk Europese stemmen uit hun midden of in 't geheel niet of te laat herkennen». En ondeugend voegt hij er nog aan toe : «Verdediging van eigen waarden tegen vreemde invloed krijgt eerst volledige betekenis, als de bezitter zijn goederen ook kent. Bij gebreke hiervan dreigt het gevaar van de strijd om de strijd». Ik meende dat deze uitspraak., nog eens mocht worden opgediept. Al was het maar om wat ruimte te maken voor hen die onze toekomst dan toch met vertrouwen tegemoet zien. FRans GROOTJANS Minister van Staat Voorzitter van de Vlaamse Gemeenschapsraad 11-juli toespraak in het Brusselse Stadhuis
5
duidelijk te bewegen naar een verhoging vanaf 1988 van de Gemeenschapsmiddelen in het algemeen; het principe is aanvaard dat de nationale bijdragen een percentage van het BNP zullen uitmaken in plaats van de B1W -opbrengst; deze bijdragen zullen bovendien worden afgestemd op de relatieve welvaart van de Udstaten. - en ten slotte is bevestigd dat Door er maatregelen moeten komen WILLY DE a..EIlQl om de uitgaven, ook de Lid van de landbouwuitgaven, beter te conEuropese Commissie troleren. Het ligt voor de hand belast met Buitenlandse dat men geen nieuwe middelen Betrekkingen en beschikbaar kan stellen zonder Handelspolitiek grotere discipline. In de praktijk betekent dat vooral dat de landbouwhervorming actief voortgein december in besluiten om te zet zal moeten worden. Bemoedizetten. gend is verder dat het belang van - Ten eerste is men het over het de grote Europese Markt in volle principe eens dat de z.g. structu- omvang is bevestigd en dat de rele fondsen, die vooral de eco- Europese Staatshoofden en Regenomie van de armere EG-Ieden ringsleiders vasthouden aan de ten goede moeten komen, sub- streefdatum van 1992. De Eurostantieel verhoogd moeten wor- pese Raad heeft in dit verband den. De Commissie heeft een opdracht gegeven om een aantal verdubbeling voorgesteld; belangrijke dossiers voor eind - ten tweede lijkt men zich 1988 te regelen, zoals de open-
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
De Europese Raad: mislukking of succes? Om de resultaten van de Europe~ ~ad van 8ru~1 ~ectte beoordelen, moet men schijn en werkelijkheid uit elkaar houden. Wie de commentaren over de afgelopen vergadering naleest, krijgt soms de indruk dat Europa weet' een stap terug heeft gezet en dat de Gemeenschap bij elke Europese top een flink stuk achteruit is gegaan. En toch weten wij dat de Gemeenschap de laatste vijftien jaar aanzienlijk vooruit gegaan is (oprichting EMS, verldezing Parlement, uitbreiding, enz.). Europa is in het dagelifks leven van iedereen veel meer een realiteit dan 15 jaar geleden. Wij mogen ons niet laten misleiden door de soms verhitte discussies die de bijeenkomsten van onze Staatshoofden en Regeringsleiders karakteriseren. Deze horen nu eenmaal bij het politieke bedrijf, dat is op Europees vlak niet anders dan tussen nationale politieke tegenspelers. Wat telt is resultaat. Euforie zou zek8I' ongepast zijn maar de Europese Raad is zeker beter uitgevallen dan venwcht. Men is erin geslaagd om Europa op Icorte termijn draaiende te houden en tegelijkertijd een aantal richtlijnen vast te leggen voor de langere termijn.
stelling van overheidsaanbestedingen, de harmonisatie van allerlei technische nonnen, de liberalisering van het kapitaalverkeer en het verzekeringswezen, de wederzijdse herkenning van diploma's en de totstandkoming van een Europese vennootschap.
Britse reserves Het is waar dat dit resultaat overschaduwd wordt door de reserves van Mevrouw Thatcher. Zij wilde eerst een waterdichte garantie voor strenge uitgavenbeperkingen voordat over de verhoging van de middelen gesproken kon worden. De komende maanden zullen uitwijzen hoe het Britse standpunt geïnterpreteerd moet worden. Maar ik ben ervan overtuigd dat ook in dit geval de soep heter opgediend dan gegeten wordt. Wat telt is dat de laatste Europese Raad de Gemeenschapssamenwerking in de goede richting heeft geduwd. En deze samenwerking heeft intussen een zodanige «massa» bereikt dat niemand haar kan tegenhouden.
Korte tennljn
De deblokkering van de landbouwprijzen voor 1987/1988 is een belangrijke stap vooruit. De onzekerheid waarin de Europese landbouwers sedert enkele maanden moesten werken is beëindigd. Bovendien bevat bet pakket hervonningsmaatregelen om b.v. de graanoverscbotten in te dijken en de beruchte monetaire compenserende bedragen geleidelijk af te schaffen. Daarmee is een groot twistpunt tussen de lidstaten weggewerkt. Op twee andere punten zijn helaas geen fundamentele - en hoogst noodzakelijke vorderingen gemaa1ct.Het is te betreuren dat bet vijf-faren programJna voor wetenschappelijk onderzoek nog steeds niet is aangenomen en dat de kwestie van de financiële middelen van de Gemeenschap voor 1987 en later niet grondiger is aangepakt. Maar via voorlopige oplossingen komt Europa op deze punten ten minste niet tot stilstand: het werk kan doorgaan.
De lansere termijn
Wat de financiële problemen betreft, zijn er toch ook enkele oriëntaties vastgelegd en is de afspraak gemaakt deze bij de Europese Raad van Kopenhagen
6
Europese Beweging(en) vervoJs
ftJll
blz. 1
Een stuiver gespaard rentabiliteit bereiken zullen zij ook de middelea verwerven om een aantal sociale taken over te nemen, die DU door de hele leiDeela:hap moeten betaald worden en die aIIeeD al door deze anonimiteit aanIeidin pYell tot misbruikea allerhande. g De privatiseting van sommige overheidsbedrijven en vooral van sommile overheids-
diensten is op zichzeU wellicht geen wondermiddel om het begrotingsgat te dichten. Maar zij kan op onrechtstreekse wijze bijdragen tot een verbetering van het stelsel van sociale voorzieningen. Nu kost het de gemeeaschap een bom geld, mede ook omdat het o.m. vergoedinsen en voordelen verschaft aan menseD die er eigenlijk geen behoefte aan hebben. En dat valt ten slotte in het nadeel van de zwaksten uit! Piet VAN BRABANT
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
De communautarisering en het technisch onderwijs De Vlaamse politieke partijen, culturele verenigingen... zijn vrijwel eenparig voorstander van een volledige communautarisering van het onderwijs. Vermits zulks een grondwetsherziening veronderstelt en belangrijke Waalse partijen niet happig zijn om deze door te voeren, is het vrijwel zeker dat het nog lang kan duren vooraleer deze Vlaamse eis of wens zal kunnen worden verwezenlijkt. Inmiddels werden echter reeds enkele onderwijsvonnen aan de verschillende gemeenschappen toevertrouwd. Hierbij denken we aan: - voorschoolse opvang; - landbouw- en visserijonderwijs; - middenstandsopleiding; - kunst-onderwijs; - beroepsvorming door de R.V.A. Het is begrijpelijk dat de executieven graag uitpakken met «hun» onderwijs; zulks is in de 'Vlaamse ExecUtieve des te meer het geval omdat toevallig (?) al deze materies ressorteren onder C.V.P.-ministers. De Vlaamse Regeringsmdedeling van minister Kelchtermans liegt er niet om. Is het nodig hieraan toe te voegen dat alleszins het landbouw- en middenstandsonderwijs in zeer hoge mate het jachtgebied is van christelijke strelling: Boerenbond en Christen Middenstandsverbond; ook het voorschools onderwijs is overwegend in «goede» handen; ·voor wat de R.V.A.-opleidingen betreft wordt de koek nogal eerlijk gedeeld door A.C.V. en A.B.V.V., maar zo heel veel verschil is er tussen beide niet; voor de A.G.L.V.B. zijn weinig kruimels van de tafel gevallen. Uiteraard volgde bij de regeringsvorming, het gemeenschapsonderwijs de weg van het nationaal onderwijs: het werd aan de C.V.P. toevertrouwd. Wij kunnen zeer goed begrijpen dat het hemd nader is dan de rok, maar menen dat meer objectiviteit geboden is. vooral dan wanneer het er op aankomt een voorlichting te geven, die objectief is. Het reeds lang bestaande «avondonderwijs» krijgt de jongste jaren heel wat klappen. Het «beroepsonderwijs» heeft duizenden jongeren gevormd, die om allerlei redenen het niet konden waarmaken in het alge-
meen vormend of het technisch onderwijs; het feit dat geen diploma wordt afgeleverd, maar «slechts» een brevet, is niet zo erg voor wie ten slotte beoogt meestal praktisch kennis te verwerven; helaas bestaat de geestesgesteldheid nog steeds, dat het beroepsonderwijs dient voor minderbegaafden, die dan maar een stiel moeten leren; wanneer de werkgever er om vraagt, of de jonge handarbeider vaststelt dat hem bagage ontbreekt, dan is de weg geopend naar de avondberoepsschool. De technische avondleergangen zijn uitgebreider, zowel in aantal als wat de waaier van mogelijkheden betreft: lager en hoger secundair, hoger niet universitair van het korte of lange type (hangt af van het aantal jaren), telkens met vermelding «voor sociale promotie» om goed aan te duiden dat het om naschools-onderwijs gaat met beperkt leerplan; er zijn zelfs instellingen die «echtelt licentiaatsdiploma's afleveren (v.b. bestuurswetenschappen), al dan niet met aggregaat, hetgeen dan toelaat als lesgever te worden aangesteld. Dit technisch onderwijs, inzonderheid het avondonderwijs heeft zijn sporen verdiend, zowel in de sector hoofdarbeiders (talen, boekhouden, secretariaat...) als voor de handarbeiders (mechanica ...). Toch heeft het de laatste jaren klappen gekregen. Vooreerst vermindert het leerlingenaantal ingevolge de vermindering van het geboortecijfer. Vervolgens, en dit mag niet als een negatieve vaststelling overkomen. heeft de verlenging van de leerplicht tot gevolg dat inzonderheid de secundaire afdelingen van het avondonderwijs leerlingenverlies leden. Vooral in het Brusselse is de toestand ernstig geworden. De oprichting van een aantal avondscholen in de randgebieden is op zichzelf een goede zaak: lange verplaatsingen 's avonds worden aldus vermeden; dit is natuurlijk gunstig, maar wanneer men daartegenover de maatregel plaatst inzake de verdubbeling van de normen, dan zijn er toch nadelige gevolgen uit voortgesproten, die niet waren ingeschat bij de opstelling van de besparingsmaatregelen. Waarover gaat het? Om het aantal scholen en afdelingen enigszins te beperken, besliste de regering dat de minimum schoolbevolking, die altijd heeft bestaan, verdubbeld
wordt wanneer scholen van eenzelfde net binnen de 10 km gelegen zijn. De vrije scholen vormen één net, hetgeen wil zeggen dat het bestaan van een vrije katholieke instelling binnen de Brusselse agglomeratie de normen doet verdubbelen van een ~elijkaardige Willemsfondsafdehng (en omgekeerd uiteraard). Vermits het Rijk zomin als de 19 gemeenten van Groot-Brussel ernstige inspanningen hebben geleverd voor het inrichten van nederlandstalig onderwijs. berust dit praktisch helemaal in «vrije» handen. Gevolg: de verdubbelde normen zijn van t0epassing, alhoewel er mag gesteld worden dat er evenveel v8rschil bestaat tussen een niet-confessionele school en een katholieke school als tussen laatstgenoemde en een rijksschool. Ten slotte heeft ook de invoering van een inschrijvingsgeld invloed uitgeoefend. Voor het thans «communautair» avondonderwijs (vb. middenstandsos!:~ ding) wordt, naar verhou . nog meer uitgegeven dan voor de klassieke, nationale, leerlangen voor sociale promotie. ZO Dij-· voorbeeld worden de gebouwen en inrichting van scholen voor middenstandsgroeperingen betoelaagd door de Gemeenschappen. Het is zeker de bedoeling niet van dit artikel om te pleiten voor het opleggen van een rijksinschrijvingsgeld aan bepaalde scholen zoals deze van middenstands- of landbouworganisaties. Maar het moet ons toch van het hart dat de staatstussenkomst (thans gemeenschapstussenkomst) in feite veel en aanzienlijker is dan voor het technisch onderwil·S. Zo wordt, met openbare ge den, de bouw van de scholen ten zeerste gesteund, en toelagen komen er heengevloeid langs velerlei beekjes of soms rivieren.
zen gaat. Maar zij bekomen daarenboven vrijstelling van stempelen en een vergoeding, om de leergangen te volgen. Er is uiteraard wel een verschil tussen het met voldoening volgen van een cursus «dactylografie» bij de RVA en een cursus hoger secundaire technische leergangen in een erkende school voor sociale promotie, maar de gevoerde publiciteit (niet stempelen. supplementaire vergoeding) trekt heel wat jongeren aan. Dezen kunnen misschien wel behoorlijk typen, maar missen de nodige algemene vorming en andere cursussen om met een redelijke kans op succes een vruchtbare loopbaan te ondernemen. Maar intussen tracht de RVA de werkgevers er toe te bewegen haar «afgestudeerden» te werk te stellen. Als verantwoordelijke voor een vrij belangrijke avondschool. tijdens de dag belast met de leiding van een niet onaanzienlijke openbare instelling, moet het mij van het hart dat de onderwijsmaatregelen van de regering, zware en onverdiende klappen hebben toegebracht aan een onderwijstak, die verdienstelijk werk heeft geleverd. Zulks komt nog meer tot uiting in de streek van Brussel die ik vrij behoorlijk ken, aangezien de toestand van de Vlaamse scholen er kwetsbaarder is. Voorzitter Geens, en met hem in koor zijn vazallen ministers, bezingen de lof van het eigen onderwijs. Anderzijds klagen zij over een gebrek aan voldoende geschoolde krachten, wat op het Vlaams beroepsleven drukt.
Zou het vernederend zijn te biechten te gaan bij de collega (en partijgenoot) in de nationale regering? In afwachting van een communautarisering en van bestuursorganen ten voordele van het rijksonderwijs die beiden op een lange baan schijnen geschoven, zou men er goed aan doen te redden wat kan en moet worden gered: het kapitaal aan verstand dat gevormd wordt in de thans (nationaal) bestaande technische Ook de vorming langs RVA om leergangen. Verschillende bebetekent een aanzienlijke, oneer- langrijke instanties, o.m. het lijke mededinging. Weliswaar NCC en het Willemsfonds, hebleveren de met vrucht gevolgde ben de aandacht van de miniscursussen nog geen erkende di- terts) op deze problematiek geploma's af, maar er wordt heel- vestigd. Al brengt deze zaak wat druk uitgeoefend, o.m. langs electoraal misschien niet zo veel syndicale zijde, om degelijke op, toch hoop ik dat gehoor zal «bekroningen» te bekomen. Deze worden gegeven aan deze vrij «studenten» moeten geen in- belangrijke aangelegenheid. schrijvingsgeld betalen; dit is E. JANSSENS logisch, vermits het om werklo-
7
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
FIL:M:
8
De Zomer van Fred Astaire
Fred Astaire, in 1951, dansend op en in de wolken
Terwijl men in Amerika al in lange rijen staat aan te schuiven voor de krakers van het nieuwe seizoen, moeten onze cinefielen voorlopig vrede nemen met «grote hernemingen» en lichte zomerkost. Tussenin uiteraard ook enkele «proefbeetjes» om de appetijt te scherpen. Zo gaan half augustus in het casino van Knokke «in continental preview» de laatste James Bond «The living Daylights» met als nieuwe 007 Timothy Dalton, die dus de opvolging neemt van Sean Connery, Roger Moore en Georges Lazenby (in een volgende bijdrage méér hierover) en «Beverly Hills Cop Il» andermaal aangevoerd door de zwarte komiek Eddie Murphy, een pretentieloze dijenkletser, die in nauwelijks vier weken zo maar eventjes
100 miljoen dollar (een slordige 4 miljard) in de kas van de
ringen in de «Big Apple» al heel vlug waar Abraham zijn mosterd haalt. In de multinational Pemrose, die gerund wordt door zijn oom klimt hij van loopjongen zö vlug op de hiërarchische ladder dat hij in een zucht mee kan plaatsnemen aan de tafel waar de grote beslissingen vallen! Hoe hij dàt voor mekaar brengt. moet u zelf maar eens gaan zien want Brantley komt in zijn rush naar de top vaak in schier onontwarbare situaties terecht en ook de lieve dames helpen hem geregeld in zijn ambitieuze onderneming. Het vervelende is daarbij wel dat zowel de echtgenote als de minnares van oompje op hem vallen en' voor hun hulp geen roomservice maar bed-service wensen. Krankzinnige en uitermate spannende toestanden zijn in «The Secret of my Success» dan ook schering en inslag en het dient gezegd dat Michael J. Fox hierbij soms zijn broek maar nooit zijn waardigheid verliest. Dat is overigens een van de verdiensten van deze leuke comedie van Herbert Ross, gewaagde situaties worden nooit scabreus; het is allemaal «in good taste». smaakvol en bestemd voor familiebezoek. wat niet verwonderlijk is van de cineast. die ook verantwoordelijk tekende voor o.m. «Nijinski» en die andere prachtige balletfilm «The Tuming Point» met Baryshnikov. Met «The Secret of my Success» heeft hij een van de rijzende sterren van het nieuwe Hollywood ongetwijfeld een krachtig vehikel voor de verdere uitbouw van zijn carrière aan de hand gedaan. In een rol. die in menig opzicht herinnert aan degene die Dustin Hoffman zo virtuoos vertolkte in «The Graduate», blijft Michael J. Fox steeds zichzelf: een klein energiek baasje. met dezelfde punch als de jonge Mickey Rooney maar ook met de voor de dames even onweerstaanbare charme van wijlen Cary Grant. Een «fire-proof» combinatie, die hem geen windeieren zal leggen!
produktiemaatschappij deed terechtkomen. En dan is er ook nog de vlotte komedie «The Secret of my Success» met in de hoofdrol het nieuw idool van de Amerikaanse tieners Michael J. Fox, die ook hier iedereen kent van «Back *** to the Future» en de razend Maar wat voor ons de zomer populaire TV-reeks «Family van 1987 onvergetelijk zal maken. is de massale herneTies». Thans speelt Fox de rol van ming van schier alle Fred een boerenzoon uit Kansas, Astaire-films n.a.v. het overlijdie ter verovering van New den van een van de grootste Vork uittrekt - als Brantley dansers, die de wereld ooit Foster lijkt hij overigens sterk gekend heeft. Zelfs Michail hoger verop Alex Keaton, de held uit de Baryshnikov. tv-reeks, die zijn wilde plan- -noemd. en Nurejev zijn het nen en gewaagde onderne- daarover onvoorwaardelijk mingen geregeld de mist ziet eens! ingaan. Toen Astaire in 1934 in HollyMaar Brantley weet na de wood arriveerde (hij was toen eerste ontgoochelende erva- reeds 30 jaar maar had al wel
een schitterende carrière, samen met zijn zuster Adèle, achter zich) stelde men daar bitter weinig vertrouwen in zijn «mogelijkheden» want van enig sex-appeal was er bij Fred geen sprake. Alleen de legendarische David O. Selznick. toen grote baas bij R.K.O.-RadioPictures zag wel wat in deze «kalende. graatmagere danser met zijn grote oren en slecht getekende kin». Selznick, die ook Ingrid Bergman. Laurence Olivier en Vivien Leigh op de weg van de fiImroem zette. bewees andermaal een «goede neus» te hebben gehad met het contracteren van Astalre, die samen met Ginger Rogers en later met andere grote HoUywoodstars als Rita Hayworth. Eleanor Powell. Cyd Charisse, Vera Ellen en Audrey Hepbum de zevende kunst verrijkte met een reeks films. die nu spijtig genoeg niet meer gemaakt worden. Fred was een echte perfectionist. die nooit tevreden was met wat hij presteerde en daardoor zijn leading ladies vaak tot wanhoop bracht. Hij stond inderdaad op een eenzame hoogte maar toch was hij ook een zeer sociabel man, zodat men nooit werkelijk boos op hem kon zijn. Hij had ook het geluk te kunnen samenwerken . met geniale producers en cineasten, zeker in de onovertroffen grote MGM-periode. We denken daarbij aan een Arthur Freed, Vincente Minnelli, Charles Walters. Stanley Donen, e.a.m. En hoewel zijn weinig viriele fysiek hem daar helemaal niet toe voorbestemde, was Fred Astaire ook een van de grootste verleiders van het witte doek. Eigenaardig genoeg was daar raar of zelden enige sexuele «drijfkracht» mee gemoeid. In de negen films die hij met Ginger Rogers draaide kwam het slechts éénmaal tot een hartstochtelijke kus! Het verlangen en de grote passie drukten zich bij Fred Astaire steeds uit via de gecodeerde boodschap van de dans. Astaire was in vele opzichten een fenomeen. Ook voor de wereldvermaarde Britse filmcriticus David Thomson lijdt dat niet de minste twijfel. Bijna zijn Brits flegma verliezend bij de beschrijving van die fenomenale begaafdheid schreef hij, wat wij ook graag ter afronding van deze bijdrage willen gebruiken: « Als men aan buitenaardse wezens de aard en de mogelijkheden van de cinema zou willen verklaren, dan kan dat uitsluitend door hen enkele danspassen van de geniale Fred Astaire te laten bewonderen». F. PAPON