Een pakket creëren van TI-Nspire -software met Microsoft SMS 2003

Een pakket creëren van TI-Nspire™-software met Microsoft® SMS 2003 In dit document worden stapsgewijze instructies gegeven voor het creëren en implementeren van een TI-Nspire-netwerkpakket met een Microsoft® SMS 2003-platform. Dit document is als voorbeeld bedoeld. 1. Navigeer vanaf de SMS beheerdersconsole naar Collections.

Een pakket creëren van TI-Nspire™-software met Microsoft® SMS 2003

1

2. Vouw de directory Collections uit en scrol omlaag naar Packages.


2

3. Klik met de rechtermuisknop op Packages en selecteer New > Package uit het keuzemenu.


3

4. Op het tabblad General typt u een naam voor het pakket en geeft u de andere informatie die uw installatie beschrijft. Opmerking: het is van belang dat u alle informatie invoert om een nauwkeurige MIF-status te genereren.


4

5. Klik op het tabblad Data Source. 6. Vink het vakje This package contains source files aan .


5

7. Stel vervolgens de brondirectory in door op de toets Set te klikken, en klik op Browse… om naar de directory te gaan waarin de bronbestanden zijn opgeslagen.

8. Klik op OK om terug te keren naar het tabblad Data Source.


6

9. Selecteer een optie voor de brondirectory, afhankelijk van de manier waarop u softwarelicentiëring wilt implementeren en ondersteunen.

•

Selecteer Always obtain files from source directory als u het license.sc-bestand voortdurend wilt updaten met nieuwere versies. Door deze optie te selecteren haalt SMS bestanden uit de brondirectory om de laatste versie van het license.sc-bestand op te vragen.

•

Selecteer Use a compressed copy of the source directory als u eenmalig een gecomprimeerd pakket met het license.sc-bestand wilt creëren.

•

U kunt de bestanden handmatig opvragen (door de distributiepunten handmatig te updaten), of u kunt het vakje Update distribution points on a schedule aanvinken, waardoor het proces voor u gepland wordt.

10. Klik op OK om het pakket te creëren. Een pakket creëren van TI-Nspire™-software met Microsoft® SMS 2003

7

Opmerking: het is een goede gewoonte om uw broncode-directory's te beveiligen om onbedoelde problemen met sourcing of onbedoelde verwijderingen te voorkomen.


8

Het programma creëren Nadat de brondirectory is vastgesteld, is de volgende stap het creëren van een programma dat uitgevoerd zal worden op het werkstation. Setup.exe of Setup.bat zijn veelgebruikte namen voor dit programma. U kunt twee typen programma's creëren om de TI-Nspire computersoftware te installeren. Het eerste type programma, een niet-interactieve (stille) installatie, installeert de software zonder interactie met de gebruiker. Met het tweede type programma, een interactieve installatie, kan de eindgebruiker deelnemen aan het installatieproces.

Hieronder worden beide typen installaties en de effecten ervan op de installatie en activatie van de TI-Nspire computersoftware besproken.


9

Niet-interactieve (stille) installaties Stille installatie is het meest gebruikelijke installatietype voor grootschalige software-implementaties. Bij het uitvoeren van een stille installatie is het belangrijk om u bewust te zijn van de functionele logica die in het TI-Nspire-product is ingebouwd, en van welke extra aanvullende logica wordt geleverd door veel van de huidige desktopmanagement-clients zoals Microsoft® SMS 2003 advanced client. De volgende voorbeeldtabbladen onder Program Properties lichten essentiële hoofdconcepten toe. Op het tabblad General kunt u een willekeurige naam voor uw programma kiezen. Install-Silent wordt gebruikt in dit voorbeeld.

Het belangrijkste onderdeel op het tabblad General is de commandoregel. In ons voorbeeld hebben we setup.exe /qn ingetypt. Setup is de naam van het uitvoerbare installatiebestand (.exe). De switch /qn informeert de Een pakket creëren van TI-Nspire™-software met Microsoft® SMS 2003

10

MSIEXEC om de installatie stil uit te voeren zonder dat er GUI-interacties zijn toegestaan.


11

Het tabblad Requirements moet beschouwd worden als uitsluitend ‘‘informatief’’, omdat het installer-gedeelte van de TI-Nspire computersoftware controleert en verifieert of de installatie wordt uitgevoerd op een ondersteund platform.

Opmerking: hoewel de instellingen op dit tabblad gewijzigd kunnen worden, is de aanbevolen werkwijze om ze te laten zoals ze zijn. Bijvoorbeeld het aanvinken van het vakje ALL IA64 Windows Server 2003 zorgt er niet voor dat het product geïnstalleerd wordt op dit nietondersteunde platform. Dit kan later verwarring veroorzaken wanneer u probeert vast te stellen waarom een bepaalde installatie wel of niet gelukt is.


12

De Environment-instellingen zijn in het bijzonder belangrijk bij het opstellen van een programma voor stille of voor interactieve installatie. In de stille modus zou het niet uit moeten maken of een gebruiker in- of uitgelogd is wanneer het installatiepakket wordt uitgevoerd. Deze bewering is ALLEEN waar als het pakket wordt uitgevoerd met beheerdersrechten (ofwel met gebruikmaking van een Network Software Installation Account of als de software gericht is op een machine-account in plaats van een gebruikersaccount.) Als de softwarebeheerder vervolgens kiest voor ‘‘Run with user’s rights’’, dan moet de ingelogde gebruiker een lid van de lokale beheerdersgroep zijn om succesvol te kunnen installeren en activeren. Ten slotte zou de Drive mode geen problemen moeten opleveren bij uitvoering via UNC-verbindingen, omdat zowel het installatieprogramma als het beschikbare deployment.cf-bestand UNC-aware is.


13

Wij hebben de tabbladen Advanced en Installer met opzet overgeslagen, omdat het tabblad Advanced buiten het terrein van dit type softwareinstallatie valt, en het tabblad Installer uitgeschakeld wordt door de software-installer die standaard de lokale MSI-installer upgrade naar versie 3.1 v2. Met het tabblad MOM (niet in alle versies van SMS aanwezig) kunnen MOMwaarschuwingen geconfigureerd worden als het programma wordt uitgevoerd en/of mislukt. Als MOM geïnstalleerd is en draait op uw netwerk, wordt aanbevolen om gebruik te maken van de waarschuwingsmogelijkheden. Als MOM niet beschikbaar is, dan moet u dit scherm negeren en met het deployment.cf-bestand werken om logbestanden naar een netwerklocatie te schrijven waar u realtime-toegang heeft tot de informatie over het lukken of mislukken van een installatie.


14


15

Interactieve installaties: Program Properties instellen in SMS Het tweede type installatie is de interactieve installatie. Onderstaand voorbeeld licht een programma met de naam Interactive install toe. Typ op het tabblad General een naam voor de installatie en zet het argument "setup.exe’’ in de commandoregel, zonder switches erachter. Hierdoor wordt de installatie van TI-Nspire interactief. Er zijn vertakkingen die verder worden beschreven in volgende paragrafen.


16

Net als in het voorbeeld van de ‘‘stille activatie’’ raden we aan om deze schermen leeg te laten en de logica van het installatieprogramma de juiste doelplatformen te laten identificeren en hierop te laten installeren.


17

Bij het uitvoeren van een interactieve installatie is het essentieel dat het programma alleen uitgevoerd kan worden als er een gebruiker is ingelogd. De beveiligingsrechten van de ingelogde gebruiker zijn mogelijk niet van tevoren bekend (in het bijzonder als de softwareaankondiging wordt aangeboden aan een computer en niet aan een gebruiker). In dit geval kunt u door het vakje ‘‘Run with administrative rights’’ aan te vinken het programma installeren met beheersrechten die onafhankelijk van de ingelogde gebruiker zijn. Uitvoering onder UNC voor de drive mode zal opnieuw het meest waarschijnlijke scenario voor de meeste beheerders zijn.


18

We slaan de tabbladen Advanced en Windows Installer om dezelfde redenen als voorheen over (Advanced valt buiten het terrein van deze toelichting en Windows Installer 3.1 wordt standaard geïnstalleerd tijdens de installatie). Met het tabblad MOM (niet in alle versies van SMS beschikbaar) kunnen MOM-waarschuwingen geconfigureerd worden als het programma wordt uitgevoerd en/of mislukt. Als MOM geïnstalleerd is en draait op uw netwerk, wordt aanbevolen om gebruik te maken van de waarschuwingsmogelijkheden. Als MOM niet beschikbaar is, dan moet u dit scherm negeren en met het deployment.cf-bestand werken om logbestanden te schrijven naar een netwerklocatie die u realtime-toegang kan geven tot informatie over het lukken of mislukken van een installatie.


19

Een software-installatieaankondiging instellen voor interactieve implementaties Wanneer u een softwareaankondiging creëert, dan moet u deze een beschrijvende naam geven en daarbij opmerkingen opnemen die beschrijven waarom deze aankondiging gecreëerd is. Het pakket moet geselecteerd worden en vervolgens een programma dat gekoppeld is aan het geselecteerde pakket. (In ons voorbeeld hebben we slechts 2 programma's beschikbaar: Silent en Interactive). Ten slotte moeten we een voorgedefinieerde verzameling computers of gebruikers kiezen als doelgroep voor onze aankondiging. Vanwege het licentiëringsschema dat gekoppeld is aan TI-Nspire is selectie van een vooraf gedefinieerde verzameling computers waarschijnlijker dan selectie van een verzameling gebruikers.


20


21

Gebruik het tabblad Schedule om een schema te specificeren waarin de begin- en einddata en -tijden voor de softwareaankondiging worden vastgesteld. Bij de interactieve installatie worden gewoonlijk geen Mandatory Assignments gecreëerd.


22

Het tabblad Advanced Client geeft aan hoe de SMS advanced client het programma moet uitvoeren. Door de grote omvang (meer dan 100 megabyte) zullen de meeste beheerders ervoor kiezen om het programma te downloaden vanaf het distributiepunt, om de effecten van een grote installatie door een netwerk heen zo klein mogelijk te houden. Als er geen lokaal distributiepunt is, kunnen netwerkbeheerders er om dezelfde reden voor kiezen om het programma niet te downloaden vanaf een extern netwerkknooppunt. De keuzes hangen af van het ontwerp en de capaciteit van het netwerk waarvanuit de software geïmplementeerd zal worden.


23

Het tabblad Security geeft de beveiligingsinstantie van de aankondiging weer en de beveiligingsrechten van het object in de doelverzameling. Gedetailleerde wijziging en/of toelichting van dit tabblad valt buiten het bestek van deze tekst.


24

Een aankondiging voor stille implementatie en activering van TINspire creëren: Wanneer u een softwareaankondiging creëert, dan moet u deze een beschrijvende naam geven en daarbij opmerkingen opnemen die het doel van deze aankondiging beschrijven. Het pakket moet geselecteerd worden en vervolgens een programma dat gekoppeld is aan het pakket. In onderstaand voorbeeld is Install-Silent het geselecteerde programma. Kies ten slotte een vooraf gedefinieerde verzameling computers of gebruikers als de doelgroep van de aankondiging. Vanwege het licentiëringsschema dat gekoppeld is aan TI-Nspire is selectie van een vooraf gedefinieerde verzameling computers waarschijnlijker dan selectie van een verzameling gebruikers.


25

Gebruik het tabblad Schedule om een schema te specificeren waarin de begin- en einddata en -tijden voor de softwareaankondiging worden vastgesteld. Bij stille netwerkinstallaties is het gebruikelijk om een Mandatory Assignment te creëren om te garanderen dat er gehandeld wordt naar aanleiding van de aankondiging.


26

In onderstaand voorbeeld handelt de SMS advanced client onmiddellijk naar aanleiding van de aankondiging. U kunt ook plannen dat installaties worden uitgevoerd na kantooruren (Assign to the Following Schedule) of plannen dat de stille installatie plaatsvindt nadat de computergebruiker zich heeft afgemeld (voor de hele dag, om te eten etc.).


27

De keuzes op het tabblad Advanced Client hangen af van het ontwerp en de capaciteit van het netwerk waarop de software geïmplementeerd wordt. Vanwege de grote omvang van het .exe-bestand van de TI-Nspire™ software-installatie (meer dan 100 megabyte) zullen de meeste beheerders ervoor kiezen om het programma van een softwaredistributiepunt te downloaden naar een lokale cache op de harde schijf, en vervolgens het installatieproces uit te voeren. Voor anderen zal gelden dat de netwerkbandbreedte makkelijk 100 Mb UMB-installaties aankan zonder dat de prestaties van het netwerk worden beïnvloed. Op een netwerk met een hoge bandbreedte kunnen beheerders ervoor kiezen om het programma te downloaden of uit te voeren vanaf een extern netwerkknooppunt als het lokale distributiepunt niet beschikbaar is.

Over het algemeen wordt het downloaden van grote installaties in een lokale cache en de installatie vervolgens uitvoeren vanuit de lokale cache beschouwd als de meest gebruikelijke manier. De gevolgen van de installatie van de TI-Nspire™-software als onderdeel van een netwerkimplementatiepakket zijn sterk afhankelijk van de locatie vanwaaruit het installatieproces plaatsvindt. Met overwegingen over het netwerk en lokale beveiligingsrechten, evenals %working_dir%, moet Een pakket creëren van TI-Nspire™-software met Microsoft® SMS 2003

28

rekening worden gehouden bij het uitvoeren van een TI-Nspire™implementatie vanuit het netwerk, de lokale harde schijf of een combinatie van beide.


29

Het tabblad Security geeft de beveiligingsinstantie van de aankondiging weer en de beveiligingsrechten van het object in de doelverzameling. Zie voor een gedetailleerde uitleg of voor instructies voor het wijzigen van beveiligingsrechten de Microsoft® SMS productdocumentatie.


30

Een pakket creëren van TI-Nspire -software met Microsoft SMS 2003

Recommend Documents