‘WWW.JEUGD.NET’ Een Netwerk van Ouders, Opvoeders en Jongeren
De missie van ‘www.jeugd.net’ is: werken aan een kindvriendelijke samenleving
Ouders en Opvoeders kunnen zelf thuis een kindvriendelijke leefomgeving scheppen. Om ook een kindvriendelijke samenleving te creëren, zullen ouders en opvoeders echter met elkaar moeten gaan samenwerken.
Augustus, 1999
Directie en Beleid: Ir. M.C. Matthes Henry Dunantlaan 13, 3862 XC Nijkerk, The Netherlands Tel: +31.33.2465950 Fax: +31.33.2465548 E-mail:
[email protected].
Secretariaat en Webmaster: Stichting FEMI Torenlaan 15, 3742 CR Baarn, The Netherlands Tel: +31.35.5488422 Fax: +31.35.5488412 E-mail:
[email protected]
2
Samenvatting ‘WWW.JEUGD.NET’ IS DE ORGANISATIE VAN OUDERS, OPVOEDERS EN GEZINNEN, DIE WERKT AAN DE VERBETERING VAN DE LEEFOMGEVING VAN HET KIND. Ouders en Opvoeders kunnen zelf thuis een kindvriendelijke leefomgeving scheppen. Om ook een kindvriendelijke samenleving te creëren, zullen ouders en opvoeders echter met elkaar moeten gaan samenwerken. We lezen dagelijks in de krant met welke afschuwelijke zaken kinderen en jongeren geconfronteerd worden. Hierbij kan men denken aan de 45% van de jongeren, die jaarlijks slachtoffer zijn van een misdrijf, maar ook aan de 69% van de jongens en 55% van de meisjes van 13-17 jaar, die zich één of meer keer per jaar schuldig maken aan crimineel gedrag. Voorts blijkt, dat jaarlijks 13% van de vrouwen van 20-24 jaar slachtoffer is van een seksueel misdrijf (cijfers voor 1990; bron: CBS Vademecum Jongeren 1993). Daarnaast lezen we regelmatig in de krant over moord op kinderen en jongeren, verkrachting, seksueel misbruik, armoede, jeugdwerkloosheid, alcohol- en drugsgebruik of het vroegtijdig verlaten van school zonder diploma en zonder uitzicht op een zinvol leven. Iedereen kan deze lijst verder aanvullen op allerlei terreinen van het leven van een kind/jongere. Bovenomschreven ongelukken en het falen zijn vaak de grote gevolgen van kleine oorzaken, die vele jaren geleden, soms meerdere generaties terug, plaats vonden. Vaak denken mensen: we kunnen er niets aan doen, de wereld is nu eenmaal zo. Dat dit een drogredenering is blijkt uit de vergelijking tussen landen. In de VS en veel andere landen is de situatie in een aantal opzichten veel ernstiger dan in Nederland (zie pagina 5). Kennelijk kan je je als samenleving in verschillende opzichten ontwikkelen. Een van de oorzaken van de slechte kwaliteit van de leefomgeving van het kind is de omstandigheid, dat we als samenleving nooit op die manier tegen het kind en zijn leefomgeving hebben aangekeken. We hebben steeds gekeken naar het kind en deelaspecten van hem, maar nooit naar het hele systeem van het kind en zijn gehele leefomgeving. In deze brochure stellen we vast, dat er een crisis is in de leefomgeving van het kind. Om hier verbetering in aan te brengen zullen Ouders, Opvoeders, Jongeren en Gezinnen en hun organisaties het voortouw moeten nemen, want andere partijen zullen het niet doen.
3
De doelstellingen van www.jeugd.net zijn:
Om een netwerk te creëren van organisaties en personen, die ieder voor zich, maar ook tezamen werken aan een kindvriendelijke samenleving.
Het functioneren als kenniscentrum ten aanzien van de leefomgeving van het kind en vanuit deze basis een voortschrijdend dieper begrip ontwikkelen over die leefomgeving en dit vervolgens ook uitdragen via publicaties, workshops en conferenties.
Het formuleren van een visie ten aanzien van de kwaliteit van de leefomgeving van het kind, waarbij www.jeugd.net de gehele leefomgeving van het kind als aandachtsgebied heeft.
Wederzijdse ondersteuning tussen de netwerkpartners.
Het ondersteunen van Ouders, Opvoeders, Jongeren en Gezinnen in het vervullen van hun rol ten aanzien van kinderen en jongeren.
Het vanuit bovengenoemde visie opkomen voor de belangen van kinderen en jongeren bij allerlei actoren en stakeholders, die een rol spelen in de leefomgeving van het kind.
Deze brochure is geschreven door ir. M.C. Matthes (MATTHES Alliances & Management Services), de heer P.Th. van Heek (Nederlandse Jeugd Groep) en drs. P. Cuyvers (paragraaf 6, Nederlandse Gezinsraad). Commentaar werd gegeven door de heer J. Heemskerk (Heemskerk Bestuursadvies), Drs. W. Hanhart (Platform Samenwerkende Cliëntenorganisaties in Jeugdzorg en Familierecht), mr. W. van Katwijk (OUDERS & COO) en mevrouw drs. E. Wiegman. In deze brochure zijn enkele Engelse woorden opgenomen. Onderstaand treft u de omschrijving aan. Persoon of organisatie, die een belang heeft in een sector en als zodanig invloed Stakeholder Actor
kan uitoefenen op die sector. Persoon of organisatie, die een actieve rol speelt in een sector en als zodanig
Paradigm Shift
invloed kan uitoefenen op die sector. Een nieuwe manier van naar je omgeving kijken. Voorbeeld: in de Middeleeuwen dacht men, dat de aarde plat was. Vanaf 1500 brak het inzicht door dat de aarde rond was. Die verandering in opvatting noemen we een ‘paradigm shift’.
4
1. DOOR ONTWIKKELINGEN IN DE SAMENLEVING IS DE KWALITEIT VAN DE LEEFOMGEVING VAN HET KIND STERK ACHTERUIT GEGAAN Er zijn allerlei ontwikkelingen in de samenleving, die een positieve, maar in sommige opzichten ook negatieve invloed hebben op de kwaliteit van de leefomgeving van het kind. Te noemen zijn:
De veranderingen in de gezinnen; de emancipatie van de vrouw bijvoorbeeld leidde tot meer werkende moeders, terwijl de vaders niet navenant minder gingen werken; het gevolg daarvan was dat er minder tijd beschikbaar was voor de kinderen; in de VS heeft onderzoek aangetoond, dat jeugdcriminaliteit recht evenredig is met het aantal uren per week, dat kinderen geen toezicht hebben;
Opvoeders/Ouders werken meer en de werkdruk neemt toe;
Individualisme;
Het toegenomen aantal echtscheidingen;
Ontwikkelingen met betrekking tot tv;
Informatiemaatschappij;
Ontwikkelingen in het schoolsysteem;
Inrichting van de woon- en leefomgeving door gemeentes en provincies is niet altijd kindvriendelijk;
Netwerken in de samenleving, die vroeger een belangrijke rol speelden in de leefomgeving van het kind, zijn verzwakt of verdwenen;
Kinderen en jeugd staan niet hoog op de politieke agenda, hetgeen zich weer vertaald in financiële stromen etc.
5
Onderstaand is een tabel opgenomen, die illustreert, dat er nu veel schort aan de leefomgeving van het kind. Deze tabel moet slechts beschouwd worden als een eerste aanzet. Het is de bedoeling om deze tabel uit te breiden zowel in de lengte als in de breedte, i.e. meer landen. De lezer wordt uitgenodigd om hier een bijdrage aan te geven. KENGETALLEN MET BETREKKING TOT DE KWALITEIT VAN DE LEEFOMGEVING VAN HET KIND, ZOWEL IN NEDERLAND ALS DE VS Indicatoren (per jaar)
Situatie in Nederland (15.5mln inwoners)
Situatie in de VS per 15.5 miljoen inwoners (3, tenzij anders vermeld)
Totaal aantal kinderen (0 t/m 23) Aantal kinderen, dat sterft door mishandeling en verwaarlozing % meisjes, dat seksueel misbruikt wordt % kinderen dat lichamelijk mishandeld wordt Aantal kinderen, dat aan AIDS sterft Aantal kinderen, dat zelfdoding pleegt % kinderen, dat in afgelopen jaar dacht aan zelfdoding Aantal moorden op kinderen/jongeren Aantal kinderen, dat met een vuurwapen/explosieven gedood wordt Aantal kinderen, waarvan de ouders scheiden Aantal kinderen, waarvan een ouder/verzorger verslaafd is aan alcohol Aantal kinderen met een aan drugs verslaafde ouder Aantal dakloze kinderen Aantal kinderen, dat sterft in het verkeer (0-24 in 1991) Aantal abortussen in 1990
4.693.226 (2) 50 – 100 (in België 500) (5) 16 (1) 8.5 (2) 38 (4) 20 (2) 1 (1990,4) 22.000 (2/leeftijd 0-18) circa 250.000 (6) 5000-8000 (2) 6000-7000(2) 444 (4) 15697 (4) (9% van alle zwangerschappen)
Aantal uren per week, dat kinderen tv kijken Aantal tienermeisjes, dat zwanger wordt Aantal kinderen, dat wordt aangemeld als mishandeld of verwaarloosd. % kinderen, dat geen medische verzekering heeft % drop-outs % kinderen onder de armoede-grens % kinderen slachtoffer van misdrijf % werkloze adolescenten van 16 tot 25 jaar, - autochtonen - allochtonen
2.561 (1993,2) 13.220 (2) 14% (1) 8% (4) 45% (4) 9 23
100 N.A. 70 141 500(schatting) 329 67.360
6.500-20.000 N.A.
65.400 174.000 13.8 27% 20% N.A. 5,6 (alle leeftijden) 17,3(16-19)
(1) Opgroeien in Nederland door K.Bakker, T. ter Bogt en M. de Waal, 1993. (2) De staat van jeugdig Nederland 1996, Stichting Jeugdinformatie Nederland. (3) The State of America’s Children, Yearbook 1997. (4) Statistisch Vademecum Jongeren 1993, CBS (5) Krantebericht; cijfer over België mondelinge informatie van drs. B. Bekkers van Averroès Stichting (6) LAVIS/IVV.
6
Ten aanzien van deze tabel zij nog het volgende opgemerkt: de getoonde indicatoren zijn willekeurig gekozen; in principe zouden veel meer indicatoren getoond kunnen worden voor alle leeftijdscategorieën en levenssferen (thuis, school/werk, vrije tijd); de indicatoren geven een zeker inzicht in de kwaliteit van de leefomgeving van het kind; je zou dit ook de ‘ecologie van het kind’ (term van de Amerikaanse hoogleraar Urie Bronfenbrenner) kunnen noemen; daar horen dan ook indicatoren onder zoals bijvoorbeeld het loodgehalte in het bloed van kinderen of het dioxine gehalte in moedermelk; onlangs kwam het eerste gegeven in het nieuws omdat dit gehalte door de invoering van loodvrije benzine sterk was afgenomen. Het tweede onderwerp kwam op 29 mei 1998 in de International Herald Tribune met het gegeven, dat Franse vrouwen 120 maal meer dioxine in de moedermelk hebben dan de wettelijk toegestane hoeveelheid voor zuigelingen; in het kader van www.jeugd.net zullen indicatoren voor de kwaliteit van de leefomgeving van het kind ontwikkeld worden op basis van wat de kinderen/jongeren en de ouders/verzorgers er zelf van vinden. Onder meer op basis van het bovenstaande zouden we kunnen stellen, dat er zowel in Nederland als de VS: sprake is van een crisis in de leefomgeving van het kind.
2. HET PROBLEEM NADER BEKEKEN De problematiek met betrekking tot de kwaliteit van de leefomgeving van het kind is veelomvattend. Ten einde een beetje structuur te brengen in het onderwerp is in dit voorstel gekozen voor het indelingsprincipe van de tijd. Hierbij kunnen we bijvoorbeeld uitgaan van 9 leeftijdscategorieën van kinderen en kunnen we verder drie typen van tijdsbesteding van een kind onderscheiden: tijd, die een kind/jongere Thuis doorbrengt; tijd, die een kind/jongere op School/Werk doorbrengt; tijd, die als ‘Vrije Tijd’ kan worden aangemerkt. Een en ander resulteert in het volgende schema:
7
Analyse Schema met betrekking tot de Kwaliteit van de Leefomgeving van het Kind Leeftijds-
Tijd, dat Kind/Jongere
Tijd, dat Kind/Jongere op
‘Vrije Tijd’ van
Categorieën 25 en ouder 19-24 15-18 13-14 6-12 4-5 0-3 Zwangerschap en
Thuis doorbrengt
School/Werk doorbrengt (1) (4)
Kind/Jongere (4)
Geboorte Periode van b.v. 3
(4) (2) (3) (5)
(3) (1)
(4) (5)
(2)
jaar voor Geboorte
De pijlen zijn willekeurig getrokken met de bedoeling om tentatief oorzaak en gevolg met elkaar te verbinden. Dat geldt zowel in positieve als negatieve zin. Enkele zeer summiere voorbeelden: (1) als een kind tussen 6 en 12 niet goed leert lezen, zal hij daarna problemen hebben met het volgen van het onderwijs. (2) als een meisje van 17 zwanger wordt en een kind krijgt, zal ze veelal niet in een optimale positie zijn om haar kind op te voeden; vaak zal haar dochter of zoon op dezelfde leeftijd met dezelfde problematiek geconfronteerd worden. Haar eigen opleiding en ontwikkeling kunnen ook bemoeilijkt worden, doordat ze op zo’n jonge leeftijd moeder wordt. (3) als de ouders/opvoeders op een (in)adekwate manier met de school omgaan, zal dat invloed hebben op de schoolprestaties van het kind; (4) als een jongere van 13/14 jaar drugs of alcohol leert gebruiken, dan bestaat de kans dat hij er verslaafd aan raakt, en dit zal een negatieve invloed op zijn ontwikkeling kunnen hebben. (5) als een kind in een ‘goed’ netwerk opgroeit, dat kan een netwerk van ‘thuis’ zijn, maar ook van school of van de vrije tijd of van alle drie tegelijkertijd, dan heeft dat een positieve invloed op de andere vakjes van het schema, zelfs naar de volgende generaties toe.
8
Het is moeilijk om ‘Tijd Thuis’ en ‘Vrije Tijd’ scherp van elkaar te onderscheiden. Dat hangt ook van de leeftijd af en de situatie thuis. Toch is dat hier gedaan om de gedachten te bepalen . Uit het schema kunnen verschillende zaken afgeleid worden: De tijd, dat een kind op school doorbrengt bedraagt circa 1250 uur per jaar; dan resteert er nog circa 7500 uur voor ‘Tijd Thuis’ en ‘Vrije Tijd’; dat betekent, dat een kind slechts 14 % van zijn tijd op school doorbrengt en 86 % van zijn tijd thuis en als ‘Vrije Tijd’ doorbrengt; de overheid heeft financiële normbedragen vastgesteld voor de tijd doorgebracht op school, maar een dergelijke benadering is er niet voor ‘Vrije Tijd’ of ‘Tijd Thuis’, hoewel dat kwantitatief circa 6 maal zo hoog is; De tijd ‘Thuis’ en zijn Vrije Tijd zullen daarom een grote invloed hebben op de manier waarop een kind/jongere met zijn school bezig is; omgekeerd zal de school invloed hebben op de tijdsbesteding Thuis en gedurende de ‘Vrije Tijd’(horizontale samenhang); De situatie in ieder vakje van bovengenoemd schema beïnvloedt de situatie in vakjes, die stroomafwaarts liggen (verticale samenhang), maar ook stroomopwaarts, omdat kennis, attitudes en gedrag worden overgedragen op de volgende generatie. De samenhang in de problematiek van de leefomgeving van het kind wordt met dit schema inzichtelijk gemaakt.
9
3. DE HUIDIGE AANPAK VAN DE LEEFOMGEVING VAN HET KIND Het schema in de vorige paragraaf is een handig hulpmiddel om de samenhang in de problematiek in de leefomgeving van het kind te analyseren, maar het kan ook gebruikt worden om na te gaan welke personen en organisaties, we gebruiken ook wel de termen actoren en stakeholders, nu actief zijn in de verschillende vakjes van het schema. Analyse Schema voor de Huidige Aanpak Leeftijds-
Tijd, dat Kind/Jongere
Tijd, dat Kind/Jongere
‘Vrije Tijd’ van
Categorieën
Thuis doorbrengt
op School/ Werk
Kind/Jongere
25 en ouder 19-24 15-18 13-14 6-12 4-5 0-3 Zwangerschap en
doorbrengt in ieder vakje zijn personen en organisaties actief om te werken aan de doelstellingen van dat specifieke vakje, maar er is geen enkele organisatie, die het hele
Geboorte Periode van b.v. 3
schema als aandachtsgebied heeft.
jaar voor Geboorte De volgende conclusies kunnen uit dit schema getrokken worden:
In ieder vakje zijn er mensen en organisaties actief, die voor dat vakje een optimale situatie proberen te bereiken; je zou kunnen zeggen, dat iedere organisatie in een vakje, bijvoorbeeld de kleuterschool of het kinderdagverblijf of de speeltuinvereniging of het arbeidsbureau, een product levert aan het kind in een bepaalde fase; iedere organisatie heeft zijn eigen doelstellingen en deze behoeven niet noodzakelijkerwijs te sporen met de doelstellingen van de andere organisaties en personen;
Hoe goed de verschillende partijen in één vakje ook hun best doen, toch zal het hen niet lukken om de problemen van dat vakje alléén op te lossen.
Samenwerking met de andere partijen en personen in dat vakje, en ook in alle andere vakjes, is noodzakelijk; wanneer we de vergelijking met een bedrijf maken, dan zouden we kunnen zeggen, dat de samenleving wél een product-organisatie heeft, maar geen klant-organisatie;
4. DE VOORGESTELDE AANPAK: OPRICHTING VAN EEN NETWERK VAN OUDERS, OPVOEDERS, JONGEREN EN GEZINNEN (WWW.JEUGD.NET) Het motto voor deze paragraaf is ontleend aan de antropologe Margeret Mead:
10
‘Never doubt that a small group of thoughtful, committed citizens can change the world! Indeed, it is the only thing that ever has!’ Vaak denken mensen: we kunnen er niets aan doen, de wereld is nu eenmaal zo. Dat dit een drogredenering is blijkt uit de vergelijking tussen landen. In de VS en veel andere landen is de situatie in een aantal opzichten veel ernstiger dan in Nederland (zie pagina 5). Kennelijk kan je je als samenleving in verschillende opzichten ontwikkelen. De vraag is nu:
kan je dat zelf sturen? en zo ja
hoe gaat dat dan in zijn werk?
Einstein heeft hier het volgende over gezegd: ‘The world we have created today as a result of our thinking thus far, has created problems which cannot be solved by thinking the way we thought when we created them. Vertaald naar naar onze situatie: we moeten dus op een nieuwe manier gaan kijken naar het kind / de kwaliteit van de leefomgeving van het kind om een werkelijke verbetering tot stand te kunnen brengen. Hieronder wordt een aanzet gegeven voor die paradigm shift: van een Oude naar een Nieuwe Benadering.
11
Oude Benadering Als kinderen, of een groep kinderen, een
Nieuwe Benadering Bij de nieuwe benadering richt de aandacht zich niet alleen
probleem hebben dan wordt dat probleem op
op het kind, maar ook op de gehele leefomgeving van alle
zich aangepakt in het kader van dat probleem
kinderen. Men is zich bewust, dat er veel schort aan de
zelf, bijvoorbeeld:
kwaliteit van de leefomgeving van het kind. Men is zich
Leerproblemen
remedial teacher
bewust van de veelsoortige verontreinigingen van de
Vandalisme
meer politie
leefomgeving van het kind en we willen daar wat aan doen.
Jeugdwerkloosheid
meer scholing
Die verontreinigingen kunnen fysiek zijn, bijvoorbeeld
Jeugdzorgproblemen
jeugdzorginzet
lood of dioxine of cadmium in het milieu, maar ook psychologisch wanneer kinderen mishandeld worden of te lijden hebben onder de druk van een ouder, die alcoholist is, of een inadequaat schoolsysteem etc. Het spreekt vanzelf, dat datgene wat met de Oude Benadering verworven is, behouden moet blijven.
Wanneer je met een groep van actoren en stakeholders werkt aan nieuwe opvattingen ten aanzien van kinderen en de leefomgeving van het kind, dan zal de adoptie van die nieuwe ideeën in de samenleving sneller plaats vinden. De volgende vraag is dan: wie moeten hier het voortouw nemen. Opvoeders/Ouders/Jongeren en Gezinnen zullen het voortouw moeten nemen, omdat:
Zìj de problematiek en de inconsistenties van de bovenomschreven ‘product-organisatie’ aan den lijve ondervinden;
Politici zullen het niet doen, omdat voor een dergelijk initiatief nog onvoldoende politiek draagvlak is;
De overheid zal het niet doen, net zo min als dat een bedrijf de Consumentenbond zal oprichten of het VNO/NCW een vakbond; dit komt omdat de overheid op veel terreinen bijna een monopolistische positie heeft verworven met betrekking tot producten en diensten, die aan kinderen, jeugd, ouders, opvoeders en gezinnen worden aangeboden;
Wetenschappers zullen het niet doen, omdat het hun missie is om kennis te verwerven en uit te dragen;
Jonge Opvoeders zullen het niet doen, omdat ze te druk zijn met hun gezin en met het verwerven van inkomen;
Jonge kinderen zullen het niet doen, omdat ze nog te jong zijn en te onervaren en in onvoldoende mate beschikken over tijd en financiële middelen;
Personen zonder kinderen zullen het niet doen, omdat ze zich onvoldoende realiseren welke eisen de samenleving aan de opvoeders/ ouders stelt;
12
Consultancybureaus zoals McKinsey zullen het niet doen, hoewel ze de analyse zullen onderschrijven, omdat geen enkele organisatie hun daarvoor een betaalde opdracht geeft.
Conclusie: Het is nodig, dat de ouders/opvoeders/jongeren en gezinnen gemeenschappelijk opkomen voor de belangen van de kinderen/jongeren, ten einde op een consistente wijze te werken aan en te pleiten voor de verbetering van de leefomgeving van het kind. Vandaar dat www.jeugd.net beoogt organisaties en individuen in een netwerkorganisatie samen te brengen en zowel ieder voor zich als tezamen op te komen voor de belangen van kinderen/jongeren en samen werken aan de verbetering van de leefomgeving van het kind.
13
www.jeugd.net, een Strategische Alliantie van Organisaties en Personen, die in de drie levenssferen van het kind, direct opkomt voor de belangen van het kind/ de jongere en die werkt aan de verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving van het kind. Kolom van Stakeholders en
Kolom van Stakeholders en
Kolom van Stakeholders en Actoren t.a.v.
Actoren t.a.v. Kinderen in de
Actoren t.a.v. Kinderen in de
Kinderen tijdens de Vrije Tijd
Gezins/Thuissituatie
School/Werksituatie
Andere Stakeholders/Actoren
Andere Stakeholders/Actoren
Andere Stakeholders/Actoren
Organisaties, die opkomen voor
Organisaties, die opkomen voor de
Organisaties, die opkomen voor de belangen
Netwerkorganisatie
de belangen van kinderen en
belangen van kinderen en
van kinderen en ouders/verzorgers tijdens de
www.jeugd.net
ouders/verzorgers in de
ouders/verzorgers in de
Vrije Tijd
Gezins/Thuissituatie
School/Werksituatie
Andere Stakeholders/Actoren
Andere Stakeholders/Actoren
Andere Stakeholders/Actoren
Wanneer de organisaties, die opkomen voor de belangen van kinderen en ouders/ opvoeders en gezinnen in de drie kolommen met elkaar gaan samenwerken, dan zal dat de volgende gevolgen kunnen hebben: het zal invloed hebben op het eigen functioneren; het zal invloed hebben op het functioneren van de andere organisaties, die in het overleg deelnemen; het zal invloed hebben op alle andere stakeholders en actoren in het gehele systeem. Voor de deelnemers aan de netwerkorganisatie www.jeugd.net wordt verwezen naar de internet site.
5. WANNEER HET GOED GAAT MET DE OUDERS, OPVOEDERS EN GEZINNEN DAN GAAT HET GOED MET DE KINDEREN Het lot van kinderen is nauw verbonden met het lot van de ouders, opvoeders en de gezinnen, waarin zij opgroeien. Wanneer het goed gaat met die ouders, opvoeders en gezinnen dan heeft dat op zijn beurt weer een positieve invloed op de kinderen. Daarom zal www.jeugd.net ook opkomen voor de belangen van de gezinnen. Twee miljoen gezinnen Er zijn op dit moment meer dan twee miljoen gezinnen in Nederland. Dat wil zeggen als we de term ‘gezin’ heel strikt nemen als een huishouden waarin een of meer volwassenen zorgen voor een of meer kinderen. Twee miljoen gezinnen betekent vier miljoen ouders en vier miljoen kinderen, samen dus minstens acht miljoen Nederlanders in gezinsverband. Als we niet alleen de mensen meerekenen, die op dit moment kinderen in huis hebben, maar ook nog alle gehuwde of samenwonende paren die kinderen willen krijgen, of waar ze al weer uit huis zijn, dan komen we uit tussen 80 en 90 procent van de bevolking. Alleen wonen doe je als je jonger of ouder bent Wonen er dan niet steeds meer mensen alleen? Krijgen we niet steeds minder kinderen? Het antwoord daarop is: ja, maar hoe vreemd dat ook mag lijken, dat heeft geen enkele invloed op de betekenis van het gezin. Alleen wonen doe je immers vooral voor en na het leven in gezinsverband. Vroeger gingen mensen direct uit huis trouwen, nu wachten ze daar een aantal jaren mee. En omdat we steeds ouder worden, zijn er steeds meer alleenstaanden nadat hun partner is overleden. Maar ondertussen, ook omdat we steeds ouder worden, is het aantal gouden bruiloften in de afgelopen twintig jaar ook drie keer zo groot geworden. Acht op de tien wordt ooit vader of moeder. De meeste ouders hebben twee of drie kinderen. De beste manier om te zien wat er gebeurt is je af te vragen wat een ‘gemiddelde Nederlander’ doet tijdens zijn of haar levensloop. Als we dat doen dan zien we dat acht van de tien Nederlanders ooit kinderen krijgen en als ze dat doen, zijn het er meestal twee of drie. Het gemiddelde kindertal over alle vrouwen gerekend is wel gedaald, maar dat komt vooral omdat er steeds meer mensen helemaal geen kinderen krijgen, en omdat er nog maar erg weinig mensen echt veel kinderen (meer dan vier) krijgen.
15
Gezinnen hebben het steeds moeilijker als gevolg van ‘privatisering’. We weten allemaal dat de burgers meer ‘eigen verantwoordelijkheid’ moeten dragen van de overheid. Of anders gezegd dat er fors wordt bezuinigd op allerlei voorzieningen. Nu is het niet moeilijk om te zien dat gezinnen (met kinderen) een extra probleem hebben als er wordt bezuinigd. Simopel omdat in een gezin meer mensen het van hetzelfde bedrag moeten doen, in vergelijking met huishoudens die niet voor kinderen zorgen. En omdat gezinnen juist voor kinderen erg veel extra kosten moeten maken. Kortom, als er niet alleen wordt bezuinigd op de kinderbijslag, maar ook op de kosten van onderwijs, als er eigen bijdragen worden gevraagd in de gezondheidszorg, en als de subsidies voor zwemmen of sportclubs worden verminderd …. dan worden gezinnen door elk van die maatregelen getroffen. En dat loopt aardig op, of liever gezegd af. Iemand moet voor de kinderen zorgen Verreweg de meeste gezinnen in Nederland zijn nog steeds gebaseerd op het model dat er een ‘hoofdkostwinner’ is, meestal de man, en dat de vrouw hoogstens een deeltijdbaan heeft. Veel gezinnen willen dat wel veranderen, maar dat is om allerlei redenen bijna onmogelijk. Als er al werk is voor vrouwen, dan is het bijna onmogelijk om goede kinderopvang te krijgen, of het is veel te duur. En dan sta je voor een vrijwel onmogelijke keus, want niemand wil zijn kinderen tekort doen. Een kwart minder inkomen, twee keer zoveel te doen De cijfers liegen er niet om. Zodra mensen kinderen krijgen, dan gaat hun welvaart fors achteruit. Met twee kinderen gaat het om ongeveer een kwart van je consumptievermogen, met drie kinderen of meer kan het zelfs tot een derde oplopen. En tegelijkertijd gaat het aantal uren, dat in de huishouding en aan zorg besteed wordt, logischerwijs steil oplopen. Voor mannen en vrouwen samen genomen komt er zo’n 40 uur per week- dus een volledige werkweek- bovenop wat ze voor die tijd deden. Ouders kunnen en willen veel, maar er zijn grenzen Nu weten de meeste ouders natuurlijk wel voordat ze kinderen krijgen waar ze aan beginnen. Het is niet voor niets een oud gezegde dat je ‘het minste geld en tijd hebt als je ze het meest nodig hebt’. De meeste mensen willen graag vader en moeder worden, en zijn ook graag bereid om te investeren op allerlei mogelijke manieren. En er moet natuurlijk geen misverstand bestaan over datgene wat er echt toe doet in het leven: als er iets zinvol is dan is het wel het ouderschap, en als er iets bevrediging kan geven is het wel dat je kinderen goed opgroeien en gelukkig worden. Maar de mogelijkheden om te investeren zijn natuurlijk niet onbeperkt. Er zijn grenzen aan wat ouders kunnen opbrengen in tijd en geld. En aan de andere kant zijn er grenzen die steeds verlegd lijken te worden. Zelfs als je als ouder bereid bent om je eigen wensen en verlangens tijdelijk op een laag pitje te zetten – wat veel ouders doen – dan zit je nog met de toenemende druk uit de
maatschappij. Meer produceren, meer consumeren, meer presteren op school. Niet voor niets spreken sommigen van een ‘stressmaatschappij’, en het valt niet mee om jezelf daartegen te beschermen, laat staan je kinderen. Slecht image, weinig maatschappelijke steun Er was een tijd dat gezinsleven en ouderschap hoog werden gewaardeerd en gerespecteerd. In de afgelopen jaren is daar weinig sprake meer van. Het ‘image’ van het gezin is niet bepaald geweldig: het is min of meer de stoffige en oubollige tegenpool van het dynamisch individu geworden. Het gezinsleven heeft natuurlijk nooit veel glamour gehad, maar daar stond in ieder geval tegenover dat het werd gerespecteerd. In gezinnen groeien immers 99 procent van de kinderen op, en daarmee hebben ouders een belangrijke en verantwoordelijke maatschappelijke taak. Vandaag de dag is er van dat respect ook weinig meer overgebleven: als er al over opvoeding wordt gesproken dan is dat in negatieve termen. Moderne ouders zouden hun kinderen niet of niet goed meer opvoeden, te weinig normen en waarden overbrengen, en daarmee mede-verantwoordelijk zijn voor een achteruitgaande moraal, chaotische klassen, vandalisme, en ga zo maar door. Praten over ouders, niet met ouders Het maatschappelijk debat over gezinnen kent een grote afwezige, namelijk het gezin zelf. Ouders hebben over het algemeen wel wat anders te doen. En daar komt bij dat gezinnen geen eigen organisatie hebben. Een organisatie, die zoals vakbonden of belangenverenigingen als de ANWB doen, de maatschappelijke stem van het gezin, van de ouders, kan organiseren. Een organisatie, die tegen alle kritiek en gebrek aan steun de vraag kan stellen: wat zou de maatschappij moeten doen zonder ons? Wie kan zich een maatschappij voorstellen zonder gezinnen, waarin kinderen hun eerste levensjaren veilig kunnen doorbrengen. Hoe zou de maatschappij de inzet van twee miljoen ouders voor de volgende generatie moeten vervangen?
17
6. WWW.JEUGD.NET, HET NETWERK DAT WERKT AAN DE VERBETERING VAN DE LEEFOMGEVING VAN HET KIND De missie van www.jeugd.net is: Werken aan een kindvriendelijke samenleving. De doelstellingen van www.jeugd.net zijn:
Om een netwerk te creëren van organisaties en personen, die ieder voor zich, maar ook tezamen werken aan een kindvriendelijke samenleving.
Het functioneren als kenniscentrum ten aanzien van de leefomgeving van het kind en vanuit deze basis een voortschrijdend dieper begrip ontwikkelen over die leefomgeving en dit vervolgens ook uitdragen via publicaties, workshops en conferenties.
Het formuleren van een visie ten aanzien van de kwaliteit van de leefomgeving van het kind, waarbij www.jeugd.net de gehele leefomgeving van het kind als aandachtsgebied heeft.
Wederzijdse ondersteuning tussen de netwerkpartners.
Het ondersteunen van Ouders, Opvoeders, Jongeren en Gezinnen in het vervullen van hun rol ten aanzien van kinderen en jongeren.
Het vanuit bovengenoemde visie opkomen voor de belangen van kinderen en jongeren bij allerlei actoren en stakeholders, die een rol spelen in de leefomgeving van het kind.
www.jeugd.net stimuleert wederzijdse ondersteunding van de netwerkpartners www.jeugd.net werkt aan de verbetering van de gehele leefomgeving van het kind. De deelnemende netwerkpartners zullen zich meestal op een aantal aspecten van die leefomgeving richten. Door www.jeugd.net kunnen de inspanningen van verschillende netwerk partners in een bepaald kader plaats vinden, waardoor men elkaar versterkt. Bijvoorbeeld:
Vorming van netwerken.
Gemeenschappelijk werken aan een bepaald thema.
Gemeenschappelijke verdieping in bepaalde onderwerpen (kenniscentrum).
Communicatiestromen.
Belangenbehartiging.
www.jeugd.net ondersteunt de Ouders, Opvoeders, Jongeren en Gezinnen Op twee hoofdterreinen:
Belangenbehartiging.
Het ondersteunen van Ouders, Opvoeders en Gezinnen in het vervullen van hun rol ten aanzien van kinderen.
Belangenbehartiging: Ten aanzien van dit onderwerp zou www.jeugd.net zich kunnen inzetten:
Voor meer verticale (tussen leeftijdscohorten) en horizontale (tussen personen met kinderen en zonder kinderen) solidariteit in financieel opzicht;
www.jeugd.net zou het initiatief kunnen nemen om een rapport op te (laten) stellen over de kwaliteit van de leefomgeving van het kind (The State of Dutch Children); zo’n rapport kan vervolgens de basis zijn voor het monitoren van de situatie en het onder de aandacht brengen van de publieke opinie van bepaalde thema’s;
Hervorming van het school- en onderwijssysteem vanuit het oogpunt van de ‘kwaliteit van de leefomgeving van het kind’; een methode zou moeten worden ontwikkeld om dit tot een continu proces te laten worden net zoals dat bij alle andere organisaties in de samenleving het geval is (zie kader hier onder).
Aansluiting van onderwijs op arbeidsmarkt;
Aanspreken van media op hun rol ten aanzien van de kwaliteit van de leefomgeving van het kind;
Kwaliteitsvol wonen voor elk gezin;
Meer zeggenschap bij en controle op uitgaansgelegenheden etc. (house-parties);
Gezin en beroepsleven in harmonie enz.
Ondersteuning van Ouders, Opvoeders en Gezinnen in hun rol ten aanzien van kinderen. Het optimaal vervullen van de rol van ouder / verzorger valt niet mee. Deze taak is de afgelopen 50 jaar aanzienlijk complexer geworden, onder meer omdat het aantal rollen, dat een opvoeder/ouder moet vervullen sterk is toegenomen; voorts moet ieder mens ook veel meer beslissingen nemen dan zijn grootouders; de invloeden die op kinderen inwerken zijn ook toegenomen, hetgeen weer vraagt om extra coaching door de ouder. De relaties tussen ouders/opvoeders/gezinnen onderling zijn ook complexer geworden. Door dit alles mogen we aannemen, dat er een grote behoefte is bij de ouders/opvoeders naar begeleiding en leren van elkaar in bijvoorbeeld groepsverband. Voorts blijkt uit onderzoek, dat wanneer opvoeders/ouders/verzorgers bewuster zijn ten opzichte van bepaalde partijen zoals scholen of gemeenten etc. dit alleen al een andere gedragspatroon oproept bij die partijen. Ook op dat terrein zou men kunnen communiceren.
19 Evaluatie van het school- en onderwijssysteem www.jeugd.net zou het school- en onderwijssysteem kunnen evalueren vanuit het oogpunt van de ‘kwaliteit van de leefomgeving van het kind’ en als volgende stap het aanpassen van dit systeem. In dit verband wordt aandacht gevraagd voor het Report to UNESCO of the International Commission on Education for the Twenty-first Century getiteld ‘Learning the Treasure Within’, dat onder leiding van Jacques Delors tot stand kwam. In dit rapport pleit de Commissie Delors voor een heroriëntatie van het onderwijs, waarbij de doelstelling van het onderwijs zich niet meer beperkt tot het overdragen van kennis, maar verbreed wordt tot: - Overdragen van kennis (leren) - Leren leren - Leren om met anderen samen te leven - Leren om te zijn. Tevens pleit de Commissie Delors voor veel meer samenhang en samenwerking tussen de opvoeders/ouders, de school en de Vrije Tijds Organisaties.
www.jeugd.net zal opkomen voor de Belangen van de Jeugd in de Vrije Tijds Sector De samenleving vind het vanzelfsprekend, dat honderdduizenden vrijwilligers zich in de Vrije Tijds Sector inzetten voor de jeugd en daarmee een belangrijke bijdrage leveren aan de opvoeding van de jeugd en hun integratie in onze samenleving. Hiervoor zou meer erkenning moeten zijn en meer financiën, bijvoorbeeld een gunstiger fiscale regeling, en tevens zou er meer samenhang met andere inspanningen tot stand moeten worden gebracht. www.jeugd.net zal zich ook daarvoor inzetten. www.jeugd.net is een netwerk van Individuen en Organisaties www.jeugd.net is een netwerkorganisatie. Het secretariaat wordt gevoerd door MATTHES Alliances & Management Services.
WWW.JEUGD.NET is een aanzet tot een netwerkorganisatie:
www.jeugd.net
organisatie 1
Organisatie 2
organisatie 3
Organisatie 4
organisatie 5
Voor het succesvol functioneren van een netwerkorganisatie is het van groot belang, dat:
Er gemeenschappelijk aan een bepaald thema wordt gewerkt vanuit een gemeenschappelijke visie.
Er een open communicatie is tussen de verschillende partners in het netwerk.
21
7. INTERNETVERWIJZINGEN www.jeugd.net zal onder meer verwijzen naar de volgende organisaties en nodigt deze organisaties uit om op hun beurt op hun eigen website te verwijzen naar de andere organisaties: Naam Organisatie en Adres Nederlandse Jeugd Groep P. Th. Van Heek Koningslaan 101, 3583 GS Utrecht Tel: 030-2519349; Fax: 030-2519341 E-mail:
[email protected] Ouders en COO Mr. W. van Katwijk Hoofdstraat 101A, Postbus 125, 3970 AC Driebergen Tel: 0343-513434; Fax: 0343-515556 E-Mail:
[email protected] Nederlandse Katholieke Oudervereniging Mw. Drs. I.C.J.M. van Kesteren ’t Hoenstraat 30 Postbus 97805, 2509 GE Den Haag, Tel: 070-3282882; Fax: 070-3248923 Platform Samenwerkende Cliëntenorganisaties in Jeugdzorg en Familierecht P/a drs. W. Hanhart Holendrechtstraat 37II, 1078 TR Amsterdam, Tel: 020-6753817 E-Mail:
[email protected] Vereniging BALANS Mw. M. van der Sloot, De Kwinkelier, 3722 AR Bilthoven, Tel: 030-2255050; Fax: 030-2252440 Foundation to Earth, Mankind through Inspiration and Initiative (FEMI) De heer R. Bakhuizen Torenlaan 15, 3742 CR Baarn, Tel: 035-5488422 Fax: 035- 5488412. E-mail:
[email protected] Werkgroep TV-Geweld Vlamingstraat 82, 2611 LA Delft Tel/fax: 015-2121694 Webadres: www.ddh.nl/org/pais/
Missie/Kernactiviteit/omschrijving Koepelorganisatie van circa 30 jeugdorganisaties
Protestants christelijke ouderorganisatie, die zich op het onderwijs en op ouders zelf richt. Katholieke ouderorganisaties, die zich op het onderwijs richt.
Bij dit platform zijn circa 11 organisaties aangesloten.
Belangenorganisatie van ouders en jongeren m.b.t. dyslexie en ADHD. Deze stichting richt zich in het algemeen op de aarde en de mensen. Men is actief in een aantal landen, verspreid over vier continenten.
Missie: werken aan minder geweld op tv en in de media, inclusief computerspelletjes e.d.