Een bouwhistorische studie naar het Harteveltcomplex in Leiden
EEN COMPLEX COMPLEX Renate van Schaik
SwietenLau Architecten Leiden, april 2009
Een bouwhistorische studie naar het Harteveltcomplex in Leiden
EEN COMPLEX COMPLEX
COLOFON Opdracht Studie naar herstructurering van het Hartevelt complex Opdrachtgever Gemeente Leiden Vertegenwoordigd door Monique Roerade, Eveline Botter en Marty Laken Ontwerp SwietenLau architecten BV Leiden Peter van Swieten, Bianca van der Weg en Patrycja Tomzik St. Jacobsgracht 4 2311 PW Leiden 071 5141051
[email protected] www.swietenlau.nl Bouwhistorisch onderzoek Renate van Schaik april 2009
INHOUD Inleiding
2
Beschrijving van het complex
3
Bouwgeschiedenis
8
Huidige situatie
15
Conclusie
17
Noten
19
Bijlagen Tijdlijn
21
Bouwhistorische ontwikkeling in beeld
22
Afbeeldingen
23
Literatuurlijst
43
1
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
INLEIDING Vlak naast de Aldi aan de Langegracht, een drukke verkeersweg in de binnenstad van Leiden, staan drie oude pakhuizen op een rij. Ze zijn te herkennen aan de begin 19de-eeuwse bakstenen tuitgevels. Op het middelste pand prijkt een gevelsteen met een bontgekleurde kroon. De panden zijn onderdeel van de voormalige jeneverdistilleerderij “De Fransche Kroon”, ook wel bekend als “Hartevelt en Zoon”. Het bedrijf heeft een lange geschiedenis. Al sinds 1734 werd er op deze plek jenever gestookt. Allereerst door Willem van Aken en zijn zoon Cornelis, die het bedrijf ‘De Fransche Kroon’ doopten. Vanaf 1780 stond het bedrijf onder leiding van Abraham Harteveld (toen nog met een ‘d’ gespeld), die de jenever zijn beroemde naam gaf. Sindsdien is de stokerij steeds van vader op zoon overgegaan, tot in 1917 de laatste erfgenaam overleed. De naam Hartevelt bleef bewaard in het naamloos vennootschap dat werd opgericht: Distilleerderij De Fransche Kroon, voorheen Hartevelt en Zoon. Tot 1967 werd er jenever geproduceerd aan de Langegracht. In dat jaar werd het bedrijf overgenomen door Bols, waarna het naar Nieuw Vennep verhuisde. Nog enkele jaren functioneerden de panden als distributiecentrum voor Bols, totdat ook deze functie in 1971 naar Nieuw Vennep vertrok. Hoewel de panden sinds 1971 niet meer in gebruik zijn voor de productie en opslag van jenever, staan ze nog steeds bekend als het Harteveltcomplex. Vanaf het moment dat Bols vertrok is het complex in handen van de gemeente Leiden. Deze verhuurt het aan verschillende partijen, waaronder een drukkerij, een muziekvereniging en de homo-organisatie COC. In het verleden is de fabriek verschillende malen uitgebreid, waarbij panden zijn afgebroken, toegevoegd, samengevoegd en opgesplitst. Dit is vandaag de dag af te lezen aan de complexe indeling van de panden. Onlangs heeft de gemeente Leiden het architectenbureau SwietenLau benaderd om een studie te doen naar de mogelijkheden om het complex, met daarin de verschillende huurders, overzichtelijker te maken. Voor u ligt een bouwhistorische studie naar het Harteveltcomplex, wat tot doel heeft meer inzicht te krijgen in de complexe structuur van het geheel. Daarnaast biedt deze bouwgeschiedenis mogelijk aanknopingspunten voor het ontwerp. Om een goed inzicht te krijgen in het geheel, volgt allereerst een beknopte beschrijving van het complex en de afzonderlijke gebouwen, voornamelijk aan de hand van waarnemingen. Daarna wordt aan de hand van kaartmateriaal, archiefstukken en bouwtekeningen ingegaan op de bouwgeschiedenis vanaf de stadsuitleg van 1611 tot de overname door Bols in 1967. Tenslotte zal kort de huidige toestand worden omschreven, met een beknopte beschrijving van de stand van zaken wat betreft de opdracht voor SwietenLau.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
2
BESCHRIJVING VAN HET COMPLEX Het Harteveltcomplex bevindt zich op de hoek van de Zandstraat en de Langegracht, en strekt zich uit richting de Oude Singel en de Volmolengracht. Het complex bestaat uit allerlei aaneengeschakelde panden die verschillen in typologie en formaat, hoewel geen van de panden hoger is dan drie bouwlagen. Het meest kenmerkend voor het complex vanaf de straat gezien zijn de negentiendeeeuwse bakstenen tuitgevels aan de Langegracht. Aan deze straat bevindt zich ook een poort die toegang geeft tot het binnenterrein van de voormalige jeneverstokerij. Vanaf dit binnenterrein is goed te zien hoe gecompliceerd het complex is, want hier komen de verschillende panden bijeen. Het binnenterrein vormt dan ook de kern van het oude fabrieksterrein. Dit beslaat een rechthoekig grondvlak op de hoek van het bouwblok, dat zich uitstrekt vanaf de Langegracht 57 tot en met 67, en dan rechts de hoek om tot aan Zandstraat 10 en 8. [Afb. 1] Hoewel het oppervlak van het Harteveltcomplex in de loop van de twintigste eeuw is verdubbeld richting het midden van het bouwblok, is de binnenplaats als kern blijven bestaan. Langegracht De bakstenen tuitgevels domineren het straatbeeld aan de Langegracht. [Afb.2] Vanaf de hoek van de Zandstraat gezien staan achtereenvolgens: het voormalig koetshuis, pakhuis “De Kroon”, pakhuis “De Druif”, het voormalig kantoor van Hartevelt, de poort naar de binnenplaats (die vroeger overbouwd was), de distilleerderij en twee smalle panden, waarvan de linker werd gebruikt als tapperij en de rechter pas in 1903 in handen is gekomen van de het bedrijf. Alleen het kantoorpand en de twee smalle panden zijn afwijkend van vorm: zij hebben een lijstgevel met een mansardedak. De overige panden aan de Langegracht hebben een tuitgevel met vlechtingen in het metselwerk onder de daklijst. De twee pakhuizen zijn symmetrisch van opzet. Op de sluitsteen boven de middelste muuropening op de begane grond staat de naam van de pakhuizen verbeeld: op het linkerpakhuis een kroon en op het rechterpakhuis een druiventros. Op de eerste etage, boven de sluitstenen, bevindt zich bij beide pakhuizen een laaddeur, met aan weerszijden twee kleine raampjes. Pakhuis “De Kroon” heeft een ingang in het midden van de gevel terwijl de “De Druif” in het midden een raam met tralies heeft, met aan weerszijden een deur. De twee pakhuizen dateren waarschijnlijk uit dezelfde periode, maar zijn niet tegelijk gebouwd. In de linker zijmuur van “De Druif” zitten muurankers. Dit betekent dat dit pand tegen “De Kroon” is aangebouwd. Ook zijn er verschillende formaten bakstenen gebruikt voor beide panden. De verdiepingshoogte van “De Druif” is overigens relatief laag, waardoor het pand drie bouwlagen heeft, terwijl de andere panden met tuitgevels slechts twee bouwlagen hebben. Hoewel het koetshuis en de distilleerderij qua vorm erg op de twee pakhuizen lijken, en het aannemelijk lijkt dat ze ongeveer tegelijk zijn gebouwd, zijn er subtiele verschillen aan te wijzen. Het verschil komt vooral tot uiting in het metselwerk boven de muuropeningen. Boven de ramen en deuren van de pakhuizen is namelijk een strekse boog gemetseld met een gebogen onderkant en een rechte bovenkant. De uiteinden zijn schuin gezet om de druk op te vangen. Bij de distilleerderij en het
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
3
koetshuis is er boven de muuropeningen een volledige segmentboog gemetseld, hierbij zijn dus zowel de boven- als onderkant gebogen. De boog is anderhalve strek hoog, waarbij de koppen van gele baksteen zijn. [Afb. 5 en 6] Segmentbogen boven muuropeningen komen pas vanaf halverwege de negentiende eeuw voor, in tegenstelling tot de strekse bogen met schuine uiteinden, die al eerder werden toegepast. Dit wijst erop dat de panden in verschillende bouwfases zijn gebouwd. Kenmerkend voor het koetshuis en de distilleerderij is het gebruik van gele baksteen in de ornamentiek. Behalve boven de muuropeningen wordt de baksteen ook gebruikt in de ‘muizentanden’ onder de dakrand: drie rijen bakstenen boven elkaar met de hoeken naar voren gedraaid. Daaronder loopt een iets uit de gevel stekende gele koppenlaag. Deze ornamentiek komt voor bij de linkerzijgevels van deze twee panden, evenals bij het pand op Zandstraat 8. [Afb. 7] Rechts van de distilleerderij staan twee smalle achttiende of begin negentiende-eeuwse pandjes van drie bouwlagen hoog, die samen een begin twintigste-eeuwse voorgevel delen. [Afb.8] Deze gevel lijkt in geen enkel opzicht op de gevels van de andere panden, en het lijkt dan ook of het pand niet bij het complex hoort. De begane grond is wit gepleisterd en deze pleisterlaag wordt beëindigd door een gele puibalk. In de strekse bogen boven de raamopeningen op de etage zijn gele sluitsteen en gele aanzetstenen geplaatst. De gevel wordt begrensd door een daklijst, waarboven zich twee smalle mansarde-schilddaken bevinden. Het kantoorpand is ook van een heel andere orde. [Afb.9] Vergeleken met de hiervoor beschreven panden heeft het kantoor een strenge gevel, geheel symmetrisch met drie raamassen onder een witte lijst. De ramen zijn zesruiters: een typisch negentiende-eeuwse schuifraam. Bij een zesruiter is het venster verdeeld in drie horizontale rijen van twee ruiten, waarvan de onderste vier ruiten het schuivende deel vormen. Onder de ramen van de eerste etage loopt een witte horizontale strook: een puibalk. De voorgevel is misschien later aan het gebouw toegevoegd, want er is een andere kleur baksteen en een ander metselverband (kruisverband in plaat van staand verband) gebruikt dan bij de rest van het pand. Dit hoeft echter niet zo te zijn, want in die tijd kwam het ook voor dat de voorgevel in duurdere, meer representatieve materialen werd uitgevoerd dan de rest van het pand. Het pand bestaat uit een voorhuis en een achterhuis. De twee delen waren ooit verbonden door een gang, waardoor er een lichthof ontstond. Dit lichthof is begin 20ste eeuw dicht gebouwd waarna deze ruimte in gebruik werd genomen als entrée. Deze ingang is te bereiken via de poort die zich rechts van het kantoorpand bevindt. Na het lichthof verspringt het pad omdat het achterhuis breder is dan het voorhuis. Ook het pand rechts van de poort (de distilleerderij) verspringt daar een stuk naar rechts. [Afb. 10]
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
4
Binnenterrein De poort leidt, via een gang tussen het kantoorpand en de distilleerderij, naar de binnenplaats van het complex. [Afb. 11 en 12] Aan het begin van de gang (tot aan de verspringing) zijn de gevels van het kantoorpand en de distilleerderij wit gepleisterd. Vervolgens voert de gang langs het achterhuis van het kantoor naar een binnenplaats dat zich naar links uitstrekt, zodat ook de achtergevel van het kantoorpand aan de binnenplaats grenst. [Afb.13] Deze achtergevel is opgetrokken in rode baksteen en heeft op de begane grond links twee t-ramen en rechts een deur. Hier was de ingang naar het kantoor van Hartevelt. Vanaf de achterkant gezien, heeft het kantoorpand rechts een aanbouw van twee bouwlagen hoog. [Afb. 14] Deze aanbouw is tegelijk gebouwd met de ingang in het lichthof. Haaks op deze aanbouw staat de achtergevel van een groot, blokvormig gebouw in rode baksteen. [Afb. 15] Het is het pand op Zandstraat 10 en dateert van halverwege de twintigste eeuw. Rechts tegen deze gevel aan staat een lifttoren, waarnaast nog net de achtergevel van het aangrenzende pand op Zandstraat 8 te zien is. Deze achtergevel is ook een tuitgevel en is grijs gepleisterd. [Afb. 16] In het verlengde van Zandstraat 8, maar iets naar rechts verschoven, staat het belangrijkste gebouw dat deze binnenplaats omsluit, namelijk de distilleerderij op Langegracht 59. [Afb. 17] Dit gebouw vormt de rechterzijmuur van de gang, en vouwt zich in een L-vorm naar links om het binnenterrein heen, zodat het met het uiteinde tegen Zandstraat 8 aan staat. Hoewel het zadeldak netjes de hoek volgt, vertoont de gevel in de hoek een stijlbreuk: het geveldeel dat parallel loopt aan de gang is voorzien van de 19de-eeuwse stalramen en muizentanden onder de dakrand. De muur waar het vanuit de ingang van het binnenterrein tegenaan kijkt is echter wit gepleisterd en er bevinden zich grote fabrieksramen onder de dakrand. [Afb. 12] De oorspronkelijke gevel is in de 20ste eeuw vervangen. Op een foto uit 1910 van het kantoor van Hartevelt, is door het raam te zien dat de oude gevel toen nog overeind stond. [Afb. 18] Zandstraat In het verlengde van de distilleerderij is dus de achtergevel te zien van Zandstraat 8, meer precies: het rechterdeel van Zandstraat 8. Dit pand bestaat namelijk uit twee delen: rechts een diep, langwerpig pand van 3 bouwlagen hoog met een zadeldak, en links een minder diep loods-achtig gebouw van één bouwlaag hoog. Op het oorspronkelijk platte dak is aan het begin van de twintigste eeuw een glazen kap gebouwd. De voorgevel van het rechterdeel wijkt duidelijk af van de rest van het complex. [Afb. 19] Het komt nog het meest in de buurt van de voorgevel van het kantoorpand, aangezien het eveneens een lijstgevel heeft met een puibalk direct onder de vensters van de etage. De vensters zijn zesruiters, net als die van het kantoorpand op Langegracht 61. Daarnaast is deze gevel, net als het kantoorpand, opgetrokken in een staand metselverband, terwijl voor de andere panden een kruisverband is gebruikt. Een groot verschil is dat bij Zandstraat 8 de gevel wordt geflankeerd door pilasters. De zijgevel van dit pand is echter wel in de stijl van de rest van het complex: onder de dakrand zijn gele muizentanden te vinden. [Afb. 20] Tevens is hier sprake van een kruisverband in het metselwerk. Het zijn dezelfde metseldetails als bij de distilleerderij en het koetshuis, wat erop wijst dat deze panden uit dezelfde bouwfase zijn. Boven de ramen in de zijgevel van Zandstraat 8 bevinden
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
5
zich echter geen anderhalfsteens segmentbogen met gele koppen, maar slechts een rechte rollaag van één kop hoog. Dit kan te maken hebben met het feit dat het slechts een zijgevel is en dus geen representatieve functie heeft, of dat de ramen er later in zijn geplaatst. In de voorgevel van het linkerdeel van Zandstraat 8 is duidelijk een oude ingang dichtgemetseld: een groot deel van de muur bestaat uit een met andere baksteen dichtgemetseld vlak dat is omgeven door een stalen profiel. Onder de dakrand zit wel een strook muizentanden. Echter, de gevel heeft geen kruisverband zoals de andere panden met muizentanden, maar een staand metselverband, zoals de voorgevel van het rechterdeel. Rechts van Zandstraat 8, op nummer 10, bevindt zich een relatief modern gebouw, namelijk uit de jaren ’50 van de twintigste eeuw. [Afb. 22] Het is het meest recente gebouw dat van buitenaf te zien is. Het pand is blokvormig en is opgetrokken in rode baksteen. Het is twee bouwlagen hoog met een plat dak. Een groot deel van de voorgevel wordt in beslag genomen door een raampartij op de begane grond, die is onderbroken door een dubbele deur die er later in is geplaatst. Links van de raampartij bevindt zich de oorspronkelijk ingang met daarboven een betonnen segmentboog. Op de verdieping bevinden zich enkele kleinere ramen. Onder de dakrand is een strook siermetselwerk aangebracht met een ruitpatroon. [Afb. 21] Het meest bijzondere aspect aan dit gebouw is echter binnen te vinden. Onder het gebouw bevinden zich namelijk diepe putten: grondvaten van de distilleerderij van gewapend beton, bekleed met keramisch materiaal. In de beganegrondvloer van het gebouw zitten verschillende deksels die toegang geven tot de putten. Rondom de deksels is de vloer bekleed met metalen tegels, waarop nu nog de kringen te zien zijn van de jenevervaten die er ooit hebben gestaan. Het pand op Zandstraat 10 is overigens geplaatst ten koste van een deel van het hoekpand (het koetshuis). De zijgevel hiervan is namelijk duidelijk afgesneden op de plaats waar Zandstraat 10 begint. Dit blijkt ook uit een foto uit het begin van de twintigste eeuw, waarop de zijgevel van Langegracht 67 doorloopt tot aan Zandstraat 8. [Afb. 23] Achterkant Hiervoor is beschreven hoe het complex eruit ziet van buitenaf. Het grootste oppervlak bevindt zich echter achter de beschreven panden, middenin het bouwblok. Achter het linkerdeel van Zandstraat 8 bevindt zich bijvoorbeeld een begin twintigste-eeuwse uitbreiding met sheddaken die zich om de gehele distilleerderij vouwt en zelfs een deel van het kavel achter Langegracht 57 in beslag neemt. [Afb. 24) Dit kavel is misschien wel het meest gevarieerd van alle kavels. Achter de twee kleine pandjes aan de Langegracht, bevindt zich een gebouw van één bouwlaag hoog, waarbij het dak van de linkerkant hoger ligt dan de rechterkant. Op de linkerkant bevindt zich een deel dat twee lagen hoog is. Achter dit gebouw bevindt zich de aanbouw met sheddaken. Rechts van deze gebouwen loopt een steeg, vanaf de Langegracht, onder het pand op nummer 57 door, richting het midden van het bouwblok, waar een betonnen fabriekshal staat. Deze fabriekshal is de laatste toevoeging aan het complex. De hal beslaat bijna de helft van het totale grondoppervlak van het complex, en bevindt zich midden in het bouwblok. Van buitenaf is er dan ook niks van te zien, behalve de strak moderne gevel aan de Volmolengracht. [Afb. 25] Dit deel van het
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
6
Harteveltcomplex is bouwhistorisch gezien minder interessant, en hier wordt dan ook niet verder op ingegaan. Aan de hand van waarnemingen blijkt dat het Harteveltcomplex is gegroeid tussen eind achttiende/begin negentiende eeuw tot halverwege de twintigste eeuw. Hierdoor is een breed scala aan stijlen door elkaar gebruikt. Het is lastig alles te dateren op basis van waarnemingen alleen. In het volgende hoofdstuk wordt de bouwgeschiedenis van het Harteveltcomplex beschreven aan de hand van oude documenten, foto’s en bouwtekeningen.
7
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
BOUWGESCHIEDENIS Van buitenaf is goed te zien dat het Harteveltcomplex een product is van geleidelijke groei. Zoals in het vorige hoofdstuk is beschreven, bestaat het uit allerlei verschillende panden die tegen elkaar aan gebouwd zijn, rond een binnenplaats waarvandaan de verscheidenheid en complexiteit van de verzameling panden goed waarneembaar is. Hoewel het geheel inderdaad ontstaan is door geleidelijke groei, is dat niet de enige oorzaak voor de fragmentatie van het complex. De meeste panden zijn ongeveer tegelijk gebouwd, namelijk tijdens twee grote verbouwingen in het eerste en het laatste kwart van de 19de eeuw. Destijds is de oorspronkelijke bebouwing geheel gesloopt. In plaats van op de plek van de oude bebouwing één groot gebouw neer te zetten, zijn de nieuwe panden op de oude funderingen geplaatst, wat resulteerde in de huidige gefragmenteerde opzet. Ondanks dat de oudste panden slechts uit de 19de eeuw dateren, is het nuttig om iets meer te weten over de ontstaansgeschiedenis van het bedrijf. Dit illustreert namelijk de manier waarop het complex gegroeid is: de ontstaansgeschiedenis biedt inzicht in de vorm van het complex. 17de eeuw Het Harteveltcomplex bevindt zich in het gebied tussen de Oude Singel en de Maresingel, dat onderdeel was van de Leidse stadsuitleg in 1611.1 De begin zeventiende-eeuwse stad kon het groeiende aantal inwoners niet aan; veel bestaande huizen waren reeds gesplitst, zodat ze door meerdere families bewoond konden worden. Het stadsbestuur was bang dat de gegoede burgerij zich hierdoor elders zou vestigen, bij gebrek aan grotere woningen. Daarnaast was er in de stad geen plaats meer voor de groeiende industrie. Stadslandmeter Jan Pieterszoon Dou ontwikkelde daarom een plan om de stad uit te breiden. [Afb. 26] De stadsuitleg moest aan de noordzijde van de stad komen, omdat dit zowel qua verdediging als voor de windrichting en waterstoom het gunstigst was. Met de industrie ten noorden van de stad, had de binnenstad minder last van vervuild water en de stinkende lucht. Langs de Langegracht en de Binnenvestgracht ontwierp hij de kleinere percelen. De grotere kavels voor de rijkere Leidenaren plaatste Dou langs de Oude Singel. De meeste kavels in Dou’s stadsuitleg werden opgekocht door timmerlieden en metselaars. Dit geldt ook voor een deel van de kavels waar tegenwoordig het Harteveltcomplex op staat, waaronder de kavels aan de Zandstraat en de kavels ter hoogte van de pakhuizen. Nummer 20 (ter hoogte van Zandstraat 8 en 10) was uitgegeven aan een ‘metselaer’, nummer 21, 22, 24, 25 en 26 (Zandstraat 12 en 14, en Langegracht 63 en 65) aan timmermannen. Kavels 19 en 23 (Zandstraat 8 en Langegracht 67) vormden een uitzondering, en werden verkocht aan een “Backer op Marendorp” en aan een turfdrager.2 [Afb. 27] Het grootste oppervlak echter, waar nu het kantoorpand en het L-vormige gebouw staan (Langegracht 59 en 61), werd verkocht aan ene Passchier Piquet, beroep onbekend. Waarschijnlijk stonden op de plaats van het huidige Harteveltcomplex in de 17de eeuw voornamelijk woonhuizen. De timmerlieden en metselaars die de kavels hadden opgekocht gingen de kavels bebouwen, soms zelfs in samenwerking met elkaar, om ze vervolgens door te verkopen.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
8
Uit een oude stadsplattegrond uit 1649 van Blaeu blijkt dat niet alle kavels bebouwd waren.3 Ongeveer ter hoogte van Langegracht 59 is een open kavel. Volgens een stadskaart uit 1680 is de bebouwing aan de Langegracht tegen die tijd wel gesloten.4 Ook is te zien dat er een steeg is ontstaan ter hoogte van Zandstraat 6. [Afb. 28 en 29] 18de eeuw Volgens H.J. Budel5 zijn de kavels van het Harteveltcomplex sinds hun bestaan meerdere keren van eigenaar gewisseld voor ze in handen kwamen van de familie Harteveld. In 1702 kocht ene Louis Miset één van de woonhuizen aan de Langegracht (het huidige 61). In 1711 kreeg hij ook negen huisjes aan een steeg daarachter in zijn bezit. Dit alles ging in 1732 over naar Julien Parat, die vervolgens alles sloopte en er een ‘suyker rafinaderij’ bouwde. [Afb. 30] Het was een carré-vormig gebouw, waarschijnlijk ter hoogte van de huidige binnenplaats, met een uitgang aan de Zandstraat. In het Gemeentearchief van Leiden zijn nog de oorspronkelijke bouwtekeningen aanwezig. Parat verkocht zijn raffinaderij een jaar later, waarna het in handen kwam van verschillende tussenhandelaren. In 1734 kocht Willem van Aken het geheel met het plan er een branderij van te maken. Hiervoor kreeg hij op 9 December 1734 een vergunning, dit blijkt uit het vergunningenregister van 1545-1851: “Willem van Aken, vergund om de Suikerraffinaderij op de Langegracht bij de Zandstraat te maken tot een branderij.” 6 [Afb. 31] Destijds werden de huisnummers per wijk bepaald in plaats van per straat, en de raffinaderij stond bekend onder Wijk 5, nummer 586 rood. Dat het geen regulier nummer had, maar de toevoeging ‘rood’ heeft er misschien mee te maken dat de raffinaderij een binnenterrein besloeg. Budel beschrijft hoe de Van Akens het complex uitbreidden door de aankoop van een aantal aangrenzende panden aan de Zandstraat en de Langegracht en zelfs een stuk steeg ter hoogte van Zandstraat 6. De naam ‘De Fransche Kroon’ komt voor het eerst voor als het bedrijf onder leiding staat van Willem’s zoon, Cornelis. Op een foto van de binnenplaats uit het begin van de 20ste eeuw is een poort te zien met op de sluitsteen het jaar 1760 en de initialen WVA (Willem van Aken). Deze steen zou zijn geplaatst ter ere van de voltooiing van een grote verbouwing. Tot ver in de twintigste eeuw heeft men gedacht dat het bedrijf in dit jaar was opgericht. In 1910 is dan ook een gedenkboek met allerlei foto’s gemaakt ter ere van het 250-jarig bestaan van De Fransche Kroon. [Afb. 32] 19de eeuw Het jaar 1760 mag dan niet zo gedenkwaardig blijken als men dacht, 1780 was dat zeker wel. In dat jaar kocht Abraham Harteveld (met een ‘d’) ‘Dit huis en branderije’ van de tussenhandelaar Jan Willem Le Normant.7 Ook Harteveld wilde het bedrijf uitbreiden. Al een jaar na overdracht probeerde hij de steeg ter hoogte van Zandstraat 6, die doorliep naar de Volmolengracht, in zijn bezit te krijgen, waartoe hij een aantal panden aan die steeg kocht. Na Abraham’s dood ging het bedrijf over op zijn twee zonen, Adrianus en Joannes. De laatste kocht zijn broer uit en ging verder met de uitbreiding van zijn bezit. Tussen 1815 en 1823 kocht Joannes een aantal panden op de hoek van de Langegracht en de Zandstraat. Het complex behelsde nu een rechthoekig gebied. Rond dezelfde tijd heeft er een grote verbouwing plaatsgevonden. In het Stadsarchief is een lijst bewaard met gesloopte panden ten behoeve van nieuwbouw: “Omtrent eenige
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
9
huizen welke tot opbouwing van Nieuwe Lokalen en tot andere enden zijn weggebroken van Jan. 1817 tot en met December 1825”. Hieruit blijkt dat een groot deel van het Harteveltcomplex tussen 1817 en 1825 is gesloopt, namelijk Wijk 5, no. 347, 581, 582, 583, 584, 585, 586 en 587.8 Welke panden met deze huisnummers bedoeld wordt, is op te maken uit een inventaris van het bezit van Hartevelt in 1873-1889.9 Hierin staat precies beschreven wat de functie van de panden was, met bijbehorend huisnummer (de nummers 581-587), straatnummer (nummers Langegracht 5767 en Zandstraat 8-14) en kadasternummer (904-907 en 923). [Afb. 33 en 34] De panden die tussen 1817 en 1825 zijn gesloopt zijn dan Zandstraat 8 (nummer 581) en Langegracht 57 en 61 tot en met 67 (respectievelijk nummer 587-582). Welk pand met nummer 347 wordt bedoeld is onbekend. Bijna het hele bezit aan de Langegracht is dus op de schop gegaan, behalve nummer 59. Hoewel het een groot aaneengesloten stuk grond was, koos Hartevelt er niet voor om één groot gebouw neer te zetten. Vermoedelijk was het makkelijker of goedkoper om op de oude funderingen te bouwen, en werd er besloten de structuur van kleine panden te behouden. Hierdoor is het zo karakteristieke gefragmenteerde beeld ontstaan. De enige panden in het huidige complex die in deze periode zijn gebouwd zijn de twee pakhuizen en het kantoorpand aan de Langegracht. Het huisnummer 586 rood, waar voorheen de suikerraffinaderij stond, wordt niet genoemd op de lijst met gesloopte gebouwen. Volgens de inventaris uit 1873 vallen behalve de distilleerderij op Langegracht 59 ook de panden 10, 12 en 14 aan de Zandstraat onder dat nummer. Deze panden zijn dus waarschijnlijk bij de verbouwingen tussen 1817 en 1825 gespaard gebleven. Toch hebben die panden op 586 rood ook de tijd niet overleefd. Rond 1873 heeft er nog een verbouwing plaatsgevonden waarbij bestaande bebouwing is afgebroken. Dit blijkt eveneens uit de inventaris uit 1873-1889. Hierin staat namelijk geschreven: Verbouwing der branderij aangenomen door C.J. van Vliet timmerman te Oudshoorn onder toezicht van den architect J. Goldberg Hazerswoude voor de somma van Elf Duizend Negen Honderd vijfentachtig Gulden. […] Verbouwing der Branderij totale afbraak en het doen wêer [?] zetten van stal koetshuis en koetsierswoning aangenomen door C.J. van Vliet onder toezicht van den architect J. Goldberg Hazerswoude voor de somma van vijfduizend vierhonderd tachtig Gulden Eentachtig Cts. […] Verbouwing van het huis bewoond door den eersten boekhouder, aangenomen door C.J. v. Vliet onder toezicht van den architect J. Goldberg Hazeswoude voor de somma van f4.12500 waaronder begrepen f25000 later te verstrekken.
In 1873 zijn de branderij en een woning dus verbouwd, en is het koetshuis totaal afgebroken en opnieuw opgebouwd. Dit alles gebeurde onder toezicht van de architect J. Goldberg uit Hazeswoude voor het flinke bedrag van ruim twintigduizend gulden. Eerder in het document wordt het gehele bedrijfscomplex getaxeerd op 15.550 gulden. Een dure verbouwing als deze moet daarom wel een flinke verandering teweeg hebben gebracht.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
10
Op de eind-19de-eeuwse stadskaarten van Leiden is ook daadwerkelijk een verandering waar te nemen. Op de stadskaart van Van Campen uit 189910 is te zien dat het L-vormige gebouw op Langegracht 59 zijn huidige vorm heeft gekregen. [Afb.35] Hierbij is de binnenplaats uitgebreid richting de Langegracht, rechts van het kantoorpand. Het achterhuis van dit pand kon daardoor verbreed worden. Ook het pand op Zandstraat 8 heeft zijn huidige vorm gekregen. Bovendien is een binnenplaats bij pakhuis De Druif verdwenen en zijn de twee pakhuizen links daarvan gesplitst. Dit laatste is waarschijnlijk het gevolg van de afbraak en bouw van stal en koetshuis, dat zich op de hoek van de Langegracht en de Zandstraat bevond. De verbouwing uit 1873 is ook aan de huidige situatie af te lezen. Alle panden die in die periode zijn gebouwd hebben namelijk details van gele baksteen, afgezien van het kantoorpand. Zowel de distilleerderij op Langegracht 59, het koetshuis op de hoek en het pand op Zandstraat 8 hebben boven de muuropeningen anderhalfsteense segmentbogen met gele koppen. De zijgevels van deze drie panden hebben muizentanden onder de dakranden en zowel de distilleerderij als het koetshuis hebben stalramen in de gevels. Volgens Bemelmans waren dit overigens typische stalramen, die destijds overal leverbaar waren.11 Uit de foto’s uit het gedenkboek van 1910 blijkt dat ook de panden aan de Zandstraat 10 tot 14 (waar nu het blokvormige gebouw uit de jaren ’50 staat) stalramen hadden. Het is dus aannemelijk dat ook deze panden met de verbouwing in 1873 zijn gebouwd. Ook het pand dat zich boven de poort bevond had de segmentbogen met gele koppen boven de ramen. Bijna alle panden die in 1873 zijn gebouwd vallen onder huisnummer 586 rood, en waren dus niet al tussen 1817 en 1825 onder handen genomen. Het koetshuis op de hoek en het pand op Zandstraat 8 vormen hierop als enige een uitzondering. Het lijkt er dus op dat de grootschalige verbouwing van de fabriek, die rond 1817 was begonnen, pas rond 1973 echt compleet was. Alle feiten rond de verbouwing in 1873 lijken te kloppen: de inventaris, de stijl van de gebouwen en de stadsplattegrond uit 1899 vertellen allemaal hetzelfde verhaal. Wat echter niet in dit plaatje past, is dat op de stadskaart uit 1879 nog de oude situatie is weergegeven, dezelfde situatie als op een oude kadasterkaart uit 1811-1832. [Afb. 36] Dit zou kunnen betekenen dat de verbouwing van 1873 nog niet is verwerkt op de kaart van Van Campen uit 1879.12 Een andere verklaring zou kunnen zijn dat er nog een derde verbouwing heeft plaatsgevonden tussen 1879 en 1899. Gezien de kosten van de verbouwing in 1873 lijkt dit niet erg aannemelijk. 20ste eeuw In het laatste kwart van de negentiende eeuw hebben geen grote wijzigingen plaatsgevonden aan het complex. Pas aan het begin van de twintigste eeuw werd er weer een stap gezet om het bedrijf uit te breiden, waarna vele verbouwingen volgden. Uit een grafisch overzicht uit het gedenkboek ter ere van het 250-jarig bestaan van het bedrijf in 1910 blijkt dat in 1903 het pand op het huidige Langegracht 57/57a in het bezit van Hartevelt is gekomen.13 Op een foto van de Langegracht uit hetzelfde gedenkboek is nog net te zien dat het pand op nummer 57 in de steigers staat. [Afb. 37] Het zou heel goed kunnen dat op dat moment de gezamenlijke nieuwe gevel voor nummer 55 en 57 (nu 57 en 57a) werd gebouwd.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
11
Oorspronkelijk was er een steeg langs de zijgevel van Langegracht 57. Deze is opgeschoven naar rechts, tegen het Hofje van Assendelft aan, om plaats te maken voor een tapperij en bergruimte achter de twee smalle panden. In de buitenmuur aan de steeg zitten negentiende-eeuwse stalramen zoals die ook elders in het complex voorkomen. Waarschijnlijk zijn deze uit de rechterzijgevel van de distilleerderij gehaald toen het gebouw achter Langegracht 57 ertegenaan werd gebouwd, en werden de ramen hergebruikt in de nieuwe buitenmuur. Een groot deel van de twintigste-eeuwse verbouwingen waren van de hand van de Leidse architecten Leo en Jan van der Laan. In het Nai in Rotterdam wordt het bureauarchief van vader en zoon bewaard, met daarin de originele tekeningen van verschillende verbouwingen aan
Leo en Jan van der Laan De Katholieke architecten Leo (1864-1942) en Jan van der Laan (1896-1966) waren
het Harteveltcomplex.14 De eerste tekeningen in het archief
vader en zoon. Leo stond aan het hoofd van
dateren uit 1919 en zijn van de bouw van een doppenzolder
een heuse architectenfamilie: drie van zijn
boven de tapperij achter Langegracht 57. [Afb. 38]
zoons studeerden aan de Technische
In 1928 werd ‘de herstelling van daken en goten en verbouwing van het kantoor’ voltooid. Dit blijkt uit een
Hogeschool in Delft, namelijk Jan, Hans en Nico.
document van de brandverzekering van 4 mei 1928.15 Na de verbouwing moest het bezit blijkbaar opnieuw getoetst
Hoewel Hans zijn opleiding nooit heeft
worden op waarde en brandveiligheid. Ook bij deze
afgemaakt, is hij veruit de bekendste van de
verbouwing waren de Leo en Jan Van der Laan betrokken.
drie zoons. Hij verliet het architectenvak om
Er is een prachtige tekening uit 1927 bewaard waarbij op
monnik te worden. Later ging hij zich weer
één blad zowel de doorsneden van verschillende daken zijn
voor architectuur interesseren, en als Dom
getekend, als de plattegrond en aanzichten van de
van der Laan ontwikkelde hij theorieën over
uitbreidingen aan het kantoor. [Afb. 39] Vanaf de
getalsverhoudingen in de bouwkunst,
binnenplaats gezien rechts naast het achterhuis van het
waaronder het ‘plastisch getal’.
kantoorpand kwam een aanbouw van twee bouwlagen. Op de begane grond kwam een laboratorium en bergruimte en
Jan, de oudste zoon, werd na afronding van
de verdieping was bestemd voor het archief. Dit archief
zijn opleiding partner van het bureau van zijn
moest tegen die tijd al een behoorlijke omvang hebben, want er zijn stukken van de financiële administratie bewaard gebleven vanaf 1785. Behalve met de aanbouw aan de achterzijde, werd ook het lichthof tussen het voor- en achterhuis overkapt met een daklicht. Oorspronkelijk was deze ruimte bedoeld als ontvangstruimte, of ‘wachthal’, zoals staat aangegeven op de plattegrond. Later, in 1947, zou deze wachthal worden gehalveerd bij een verbouwing door architect A. van der Heyden, waarbij een spreekkamer werd gecreëerd in het
vader. Vooral in Leiden is veel werk van Jan en Leo terug te vinden. Hij stond bekend om zijn traditionalistische inslag en speelde een belangrijke rol bij de wederopbouw in Nederland. Hij ontwierp vooral veel kerken, scholen en ziekenhuizen, voor met name katholieke opdrachtgevers. http://www.nai.nl http://www.wikipedia.nl
achterhuis.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
12
Ook in de jaren na 1927 bleef het bedrijf zich uitbreiden. Ondanks de internationale economische crisis van de jaren ’30 ging het blijkbaar goed met de verkoop van jenever. Volgens Budel zei directeur Verkoren, die vanaf 1931 de leiding had over het bedrijf, hierover het volgende: ‘Het kan zo slecht niet gaan of er is altijd nog wel geld om de ellende weg te drinken’. Dit bleek te kloppen, want in 1931 kreeg Van der Laan weer een opdracht voor de Harteveltfabriek. Dit keer werd het pand op de Zandstraat 8 uitgebreid. Een brief van de Utrechtse Algemeene Brandverzekeringsmaatschappij van 5 januari 1931 bevestigt dat zij het door Hartevelt ‘aangekochte perceel Voorste Zandstraat No. 8 te Leiden voor een bedrag van f 15.000.- hebben gedekt’.16 Het is vreemd dat er wordt gesproken van een ‘aangekocht perceel’, aangezien volgens een kadastrale kaart uit 1811-1832 Zandstraat 8 destijds al in het bezit was van de familie Hartevelt.17 Wellicht gaat het bij de aankoop in 1931 om een stuk grond dat achter het pand op Zandstraat 8 lag. Uit de bouwtekeningen van Van der Laan blijkt ook inderdaad dat het om een verbouwing gaat, met een uitbouw tussen het platte deel van Zandstraat 8 en de L-vormige distilleerderij. [Afb. 40] Vermoedelijk behoorde het stuk grond waarop de uitbouw moest komen niet tot het bezit van de fabriek. In de uitbouw kwamen twee distilleerketels te staan. Het pand op Zandstraat 8, dat hiervoor een smederij huisde, veranderde van functie en werd bij de distilleerderij getrokken. Hiervoor gaf de gemeente Leiden in 1931 een vergunning: ‘tot in gebruik nemen van de veranderde smederij met bovenwoning Voorste Zandstraat nr.8 en de distilleerderij Langegracht nr. 55-67’.18 Behalve de uitbouw, waren er meer maatregelen nodig om het pand in gebruik te kunnen nemen voor de fabricage van jenever. Daarom werd de muur tussen de twee panden weggebroken en ondersteund door een stalen I-profiel. Het platte dak werd vervangen door een glazen kap ten behoeve van de lichtinval. Hierdoor ontstond een grote, lichte ruimte. Het zou goed kunnen dat in dezelfde periode de gevel van de distilleerderij die aan de binnenplaats grenst vervangen is. Hier werden onder de dakrand grote ramen geplaatst, wat eveneens ten goede kwam van de hoeveelheid lichtinval. [Afb. 41] Na deze verbouwing begon een andere architect zich met het complex te bemoeien, namelijk de minder bekende A. van der Heyden. Vier jaar na de verbouwing van Zandstraat 8 werd de fabriek door deze architect uitgebreid met een ‘fust- en flesschenberging’ met sheddaken.19 Deze aanbouw liep vanaf de achterkant van Zandstraat 8 en vouwde zich om de L-vormige distilleerderij heen. Hiervoor moesten de kolenbergplaats en een deel van de bottelruimte achter Langegracht 57 worden afgebroken. In 1935 werd hiervoor een vergunning uitgegeven, samen met een ‘vergunning tot bouw bergplaats voor fusten en fleschen op door slooping vrijgekomen terrein’.20 In het archief van het Stadsbouwhuis in Leiden worden de blauwdrukken van deze verbouwing bewaard. Op dezelfde plaats liggen een bouwvergunning uit 1949 tot het maken van grondvaten van gewapend beton in de distilleerderij aan Zandstraat 10, met de bijbehorende blauwdrukken van Van der Heyden uit 1950.21 Van een van de grootste ingrepen in het bedrijfscomplex is echter niets in de archieven terug te vinden. In 1947 werden volgens H.J. Braakman de pakhuizen aan de Zandstraat afgebroken. ‘Op deze plaats ontstond de enorme opslagplaats onder de grond, met een totale capaciteit van ruim ¼ millioen liter.’22 Op de plaats van de pakhuizen is destijds het roodbakstenen gebouw neergezet dat tot vandaag de dag de Zandstraat
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
13
domineert. Nog steeds zitten in de vloer van het pand tientallen luiken die toegang verschaffen tot diepe putten. Aangezien zowel de verbouwing in 1935 als 1950 van de hand van Van der Heyden zijn, is het aannemelijk dat ook het gebouw op Zandstraat 10 van zijn hand is. De grondvaten die in 1950 door hem zijn aangelegd liggen namelijk ook onder dit pand. Toch is het vreemd dat van de bouw van een heel gebouw niks bewaard is gebleven, terwijl er wel allerlei blauwdrukken en bouwvergunningen zijn van kleinere verbouwingen. Op een luchtfoto van de RAF uit 1945 is de oude situatie nog te zien, waarbij aan de Zandstraat verschillende kleinere pandjes stonden. [Afb. 42] Ook zijn de sheddaken van de fusten en flessenbergplaats goed te zien. Uit de foto is ook op te maken dat het pandje dat zich boven de toegangspoort bevond al is afgebroken. Later, rond 1950, is nog een extra rij sheddaken achter de fusten- en flessenbergplaats zijn gebouwd. Rond dezelfde tijd werd de voordeur in de voorgevel van het kantoorpand werd vervangen door een raam en verplaatst naar de zijkant van het gebouw. Na de oorlog ging het blijkbaar goed met de fabriek. Er was steeds meer ruimte nodig en daarom werd in 1956 het oppervlak van de fabriek bijna verdubbeld met de bouw van een betonnen fabriekshal achter het complex. Het midden van het bouwblok waar het Harteveltcomplex deel van uitmaakt was namelijk voor die tijd altijd een onbebouwde ruimte geweest. Het grootste deel hiervan werd in beslag genomen door de achtertuinen van de huizen aan de Oude Singel, waaronder de woning van de toenmalige directeur van de Harteveltfabriek aan de Oude Singel 144. In 1956 kwamen twee panden aan de Volmolengracht in het bezit van Hartevelt.23 Deze werden verbouwd tot kantoorruimte en vormden een toegang van de nieuwe fabriekshal die zich uitstrekte over een groot deel van het binnenterrein, waaronder de tuin van de directeurswoning. De betonnen fabriekshal was de laatste uitbreiding van het Harteveltcomplex. Als het aan de directie van Hartevelt had gelegen, was de fabriek echter nog verder uitgebreid. In de loop van de jaren ’60 kwam bijna het gehele bouwblok in handen van het bedrijf, inclusief het Assendelft Hofje. De plannen om alles af te breken en een nieuwe fabriek te bouwen lagen al klaar. Gelukkig is dit plan nooit uitgevoerd, want in 1967 werd Hartevelt Jenever overgenomen door Bols, waarna het bedrijf verhuisde naar Nieuw Vennep. In de jaren na de overname fungeerden de oude fabriekspanden als regionaal distributiecentrum van Bols, totdat ook deze functie in 1971 naar Nieuw Vennep werd verplaatst. In dat jaar werd het Harteveltcomplex aan de gemeente Leiden verkocht, die het ter beschikking stelde als boekenopslag voor de universiteitsbibliotheek. In 1983 werden de panden aan de Langegracht genomineerd voor de Gemeentelijke Monumentenlijst. Het ging om de nummers 59, 61, 63, 65 en 67. Alle panden werden aangenomen als monument, hoewel slechts het kantoorpand op nummer 61 als ‘beeldbepalend’ werd beschouwd voor het de nota “te beschermen stadsgezicht Leiden”.24
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
14
HUIDIGE SITUATIE Tegenwoordig wordt het Harteveltcomplex niet meer gebruikt voor de opslag van boeken. Sinds 1983 worden de panden verhuurd aan verschillende partijen, zoals een muziekvereniging, een drukkerij en de homo-organisatie COC. Een groot deel van het complex, met name de panden met sheddaken, wordt gebruikt als atelierruimte. Zoals blijkt uit de geschiedenis van het complex, is er in de loop der tijd veel aan de panden afgebroken, verbouwd en toegevoegd. Tussenmuren zijn weggebroken, en er zijn nieuwe muren – vaak op andere plaatsen- neergezet. Hierdoor is een complexe indeling ontstaan van ruimtes, die niet altijd even overzichtelijk is. Dit is ook af te lezen in de huidige functionele indeling van het complex. [Afb. 44] Zo is de drukkerij (blauw) verdeeld over drie panden, terwijl twee van die drie panden ook door andere partijen in gebruik zijn. Hoewel de fragmentatie en complexiteit juist de charme zijn van het Harteveltcomplex –het zijn ook zeker aspecten die moeten worden behouden- veroorzaakt het opsplitsen van panden verschillende problemen, zoals bijvoorbeeld geluidsoverlast. Daarnaast komt het ook de veiligheid niet ten goede als gebruikers via ruimtes van anderen moeten vluchten. Daarom is het architectenbureau SwietenLau in opdracht van de gemeente Leiden aan het onderzoeken of het complex door een aantal kleine ingrepen overzichtelijker gemaakt kan worden. Een waardevol element van het complex is de binnenplaats. Zoals eerder gezegd komt daar de mengelmoes aan stijlen het best tot uiting, omdat daar van bijna elke bouwfase wel iets te zien is. De verschillende gebouwen van het oude complex komen hier bijeen. De binnenplaats was en is de kern van het complex. Niet voor niets is deze ruimte bij de verbouwing in 1873 vergroot, en is rond 1945 de doorgang naar het binnenterrein uitgebreid met de afbraak van het pand boven de poort. Niet voor niets keek het kantoor van Hartevelt uit over de binnenplaats. In 1983 heeft de Leidse monumentendienst besloten dat de panden aan de Langegracht op de monumentenlijst horen. Dat betekent niet dat de andere panden van het complex niet van belang zijn. Het binnenterrein is even karakteristiek voor het complex als de tuitgevels aan de Langegracht. Hoewel het pand op Zandstraat 10 op zichzelf nooit in aanmerking zou komen voor een monumentenstatus, is het wel een belangrijk onderdeel van de bedrijfsgeschiedenis van Hartevelt én van de bouwgeschiedenis van het complex. Het gaat niet om de panden afzonderlijk, maar om het samenspel tussen de verschillende gebouwen. Het belangrijkste wat de geschiedenis vertelt is echter dat het complex door de tijd is gegroeid tot wat het nu is. De vele veranderingen in de loop der tijd maken het complex tot wat het is. Hoewel de geschiedenis van Hartevelt en Zoon in Leiden is afgelopen, hoeft dat niet het geval te zijn voor de geschiedenis van het complex zelf. Nieuwe bestemmingen en bijbehorende aanpassingen horen daarbij. Wat daarbij wel in de gaten moet worden gehouden is dat de diversiteit van het complex niet verloren gaat. De binnenplaats kan hierin een sleutelrol vervullen.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
15
Toekomstplannen Dat is ook precies wat het plan is van SwietenLau architecten. Hoewel nog in een vroeg stadium, zijn er plannen om een doorbraak te maken in de hoek van de L-vormige distilleerderij, om daarachter, ter hoogte van de fust- en flessenbergplaats, een tweede binnenplaats te creëren. De twee binnenplaatsen vormen samen een gemeenschappelijke verkeersruimte, waarvandaan de verschillende functies binnen het complex te bereiken zijn. Om meer ruimte te scheppen op de binnenplaats, wordt de toren van het pand op Zandstraat 10 afgebroken. De binnenplaatsen dienen tevens als vluchtroute. Door een deel van het complex open te breken ten behoeve van de tweede binnenplaats, kunnen alle gebruikers het pand verlaten zonder eerst door het pand van een andere huurder te moeten. Dit bevordert de veiligheid. Om dit mogelijk te maken is het wel noodzakelijk de verschillende gebruiksfuncties te herorganiseren. Dit gebeurt door middel van een soort ruilverkaveling, waarbij huurders een deel van hun pand inleveren, om vervolgens ergens anders in het complex ruimte te winnen. Een belangrijk onderdeel van deze reorganisatie is het idee van de gemeenschappelijke zaal. Aangezien er zowel een muziek- als een dansvereniging in het complex huizen, is een grote ruimte waarin kan worden geoefend en eventueel opgetreden noodzakelijk. Op dit moment oefent muziekvereniging Concordia onder de dunne houten vloer van een woning, want nogal eens voor geluidsoverlast kan zorgen. Daarom wordt de oefenruimte verplaatst naar een nieuwe zaal in de betonnen fabriekshal, waar de mogelijkheden tot geluidsisolatie groter zijn. Deze zaal zal voor gemeenschappelijk gebruik zijn van de huurder van het complex. Tevens kan deze verhuurd worden aan derden.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
16
CONCLUSIE Het Harteveltcomplex zou eigenlijk door Leidenaren gekoesterd moeten worden. Het maakt namelijk deel uit van de rijke stadsgeschiedenis van Leiden. Hartevelt, of De Fransche Kroon, is een typisch Leids bedrijf, en hoewel de productie tegenwoordig naar elders is verplaatst, is het toch een Leids bedrijf om trots op te zijn. Het is daarom goed te begrijpen dat de Gemeente Leiden het complex wil opknappen en geschikt maken voor een aantal nieuwe bedrijfsfuncties, zoals kantoorruimte. Nu het Harteveltcomplex in kaart is gebracht met behulp van de bouwgeschiedenis, kan deze kennis worden toegepast in het toekomstige ontwerpproces. Ingrepen kunnen op zo’n manier gedaan worden, dat ze zo min mogelijk interfereren met de rijke geschiedenis van de panden, en misschien zelfs hierbij aansluiten. Het belangrijkste aspect dat uit het bouwhistorisch onderzoek naar voren komt, is dat het Harteveltcomplex een lange ontwikkeling heeft doorgemaakt, met allerlei verbouwingen en uitbreidingen. Deze bouwgeschiedenis is letterlijk aan het complex af te lezen, dat is wat het zo bijzonder maakt. Hierdoor is het moeilijk om bepaalde panden of onderdelen een lagere historische waarde toe te kennen dan andere; het gaat immers om de ontwikkeling van het complex als geheel. Alles maakt deel uit van de bedrijfsgeschiedenis van het Hartevelt-concern, en zou het alleen al daarom behouden moeten blijven. Als er dan toch onderscheid gemaakt moet worden, dan zouden de panden aan de Langegracht de hoogste historische waarde hebben, puur om het feit dat ze ouder zijn dan de rest (de twee pakhuizen) en omdat ze een belangrijke rol spelen in het straatbeeld aan de Langegracht. De enige onderdelen met een indifferente historische waarde zijn dan de wanden, trappen, plafonds, etc. die na het Hartevelt-tijdperk zijn toegevoegd. Een ander punt dat uit het onderzoek naar voren komt, en dat bovendien voortvloeit uit het voorgaande, is de constante tendens van verandering. De geschiedenis van het complex staat in het teken van verbouwingen en wijzigingen, wat ook duidelijk van buitenaf te zien is. Het zou daarom vanzelfsprekend zijn deze lijn voort te zetten. De panden van de jeneverstokerij werden constant aangepast aan nieuwe ontwikkelingen in de jeneverfabriek, waarbij ze ook wel van functie veranderden. Gezien de loop van de geschiedenis is het daarom helemaal niet vreemd om ook nu de panden aan te passen aan hun nieuwe functies. Dit is namelijk precies wat Hartevelt ook zou hebben gedaan. Natuurlijk moet hier een kanttekening bij worden gemaakt. In 1949 sneuvelden de oude panden aan de Zandstraat om plaats te maken voor een nieuwe distilleerderij. Dit betekent natuurlijk niet dat nu ook zomaar een aantal van de panden plat gegooid mogen worden om iets nieuws te bouwen. Ten eerste omdat een deel van de panden beschermd zijn door de gemeentelijke monumentenwet. Ten tweede, en dat is misschien nog wel belangrijker, omdat een dergelijke grote ingreep niks toevoegt aan de geschiedenis van de jeneverstokerij als zodanig; het zou juist een stuk geschiedenis wegvagen. Daarom moet bij elke ingreep afgewogen worden of de verandering iets
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
17
wezenlijks toevoegt aan het complex en geen belangrijke onderdelen van de bouwgeschiedenis teniet doen. Kleinere ingrepen zijn dus wel te rechtvaardigen, mits de historische ontwikkeling van het complex aan de buitenkant af te lezen blijft. Dit betekent bijvoorbeeld dat de ingreep duidelijk van deze tijd moet zijn, net zoals de historische verbouwingen aan het Harteveltcomplex zijn vervaardigd in de vormen en technieken die kenmerkend waren voor hun tijd. Daarnaast moet een eventuele ingreep vooral functioneel zijn, zoals het uitbreidingen van industriële gebouwen betaamt. Kortom, met hier en daar een aanpassing kan het complex nog jaren gebruikt worden, terwijl de geschiedenis van Hartevelt niet verloren gaat. En dat is maar goed ook, want er is nog zoveel aan het complex te zien en te ontdekken. Dit verslag is dan ook verre van compleet. IN het voorgaande is vooral ingegaan op de geschiedenis van het geheel. Ongetwijfeld zullen de afzonderlijke panden ook elk een eigen verhaal te vertellen hebben. Dat is echter aan de volgende die zich over het complex zal ontfermen, en van het complex zal gaan houden. Want dat is wat er gebeurt bij wie die zich een beetje in het complex verdiept, die krijgt een hart voor Hartevelt.
18
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
NOTEN Oerle, H.A. van, (1975) Leiden binnen en buiten de stadsvesten. Beschrijving. Uitgeverij E.J. Bril, Leiden; pp.350-360 Oerle, H.A. van, (1975) Leiden binnen en buiten de stadsvesten. Atlas. Uitgeverij E.J. Bril, Leiden; kaart 44a 3 Blaeu, J. (1649) ‘Lugdunum Batavorum Vernaculo Leyden’, Plattegrond van Leiden. RAL PV351.3 4 Wit, F. de (1860) ‘Lugduni Batavorum Vulgo Leyden sic ultimo amplificati delineatio’, Plattegrond van Leiden. RAL PV372 5 Budel, H.J., ‘Distilleerderij “De Fransche Kroon”, voorheen Hartevelt & Zoon’, uit: Smit, C.B.A., Tjalsma, H.D. (1990) Leids Fabrikaat, Een stadswandeling langs het industrieel erfgoed, p. 63-76 – Historische Reeks Leiden, nr. 4. 6 Register van vergunningen uit de periode 1545-1851 in verband met huizen en erven aangelegd in 1839, vervolgd tot 1851. RAL, Stadsarchief Leiden III, inventarisnummer 4615. 7 Bemelmans, H. (1985) Het Harteveltcomplex te Leiden, het ontstaan van een fabrieksstructuur (ongepubliceerde scriptie, Delft). RAL, collectie STIEL, nr.24. 8 Lijst van huizen die van 1817-1825 weggebroken zijn ten behoeve van nieuwbouw. RAL, Stads Archief Leiden III, inventarisnummer 4561. 9 Inventaris van de gebouwen en inboedel, 1873-1889. RAL, Archief van N.V. distilleerderij “De Fransche Kroon” v/h A. en J. Hartevelt & zn. e.a., (1769) 1785-1969, inventarisnummer 108 10 Campen, H.L.A. van; Trap, P.W.M.; Sijthoff, A.W. (1899) ‘Kaart der Gemeente leiden op last van het Gemeentebestuur vervaardigd door HLA van Campen’. Deel 2 van 6. RAL, PV477.2 11 Bemelmans, H. (1985) Het Harteveltcomplex te Leiden, het ontstaan van een fabrieksstructuur (ongepubliceerde scriptie, Delft). RAL, collectie STIEL, nr.24. 12 Sijthoff, A.W.; Campen, H.L.A. van (1879) ‘Kaart der Stad Leiden’. RAL, PV459. 13 Foto van grafisch overzicht. Bij ca.1903 staat ‘huis Langegracht 55/55a’ [nu 57]. RAL, beeldbank nr. 31027-61-53. 14 Archief Van der Laan, Nai, LAAX r22, r113 en r129 15 Polissen van de brandverzekering van de fabrieks- en kantoorgebouwen in Leiden en ’s-Hertogenbosch (1922-1947) RAL, Archief van N.V. distilleerderij “De Fransche Kroon” v/h A. en J. Hartevelt & zn. e.a., inventarisnummer 16 16 Polissen van de brandverzekering van de fabrieks- en kantoorgebouwen in Leiden en ’s-Hertogenbosch. (1922-1947) RAL, Archief van N.V. distilleerderij “De Fransche Kroon” v/h A. en J. Hartevelt & zn. e.a., inventarisnummer 16 17 Kadasterkaart (1811-1832) Leijden Zuid Holland, sectie B, blad 01. http://www.watwaswaar.nl 18 Vergunning tot in gebruik nemen van de veranderde smederij met bovenwoning Voorste Zandstraat nr.8 (1931) Archief Stadsbouwhuis, map Langegracht 55-67, serie 1929-1981. 19 Heyden, A. van der; Blauwdruk: Uitbreiding fust en flesschenbergplaats. 12 september 1935. Archief Stadsbouwhuis, map Langegracht 59a, serie 1929-1981. 20 Vergunning tot sloop bestaand pakhuis en bergplaats achter Langegracht 59a (1935) Archief Stadsbouwhuis, Langegracht 59a, serie 1929-1981. 21 Bouwvergunning tot het maken van grondvaten van gewapend beton in de distilleerderij aan de Langegracht no.59 en aan de Lange Zandstraat no.10 (1949). Archief Stadsbouwhuis, map Langegracht 59a, serie 1929-1981. 22 Braakman H.J. (1953) NV Distilleerderij De Fransche Kroon v/h Hartevelt & Zoon, te Leiden (ongepubliceerde scriptie Nijenrode). RAL, Collectie STIEL, nr.24. 23 Bemelmans, H. (1985) Het Harteveltcomplex te Leiden, het ontstaan van een fabrieksstructuur (ongepubliceerde scriptie, Delft). RAL, collectie STIEL, nr.24. 24 Advies tot plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst van de panden Langegracht 59,61,63,65 en 67 (Harteveltcomplex), Brief van de Directie Stadsvernieuwing aan het college van Burgemeester en Wethouder, 5 januari 1983. Opgenomen in: Bemelmans, H. (1985) Het Harteveltcomplex te Leiden, het ontstaan van een fabrieksstructuur (ongepubliceerde scriptie, Delft). RAL, collectie STIEL, nr.24. 1 2
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
19
BIJLAGEN
TIJDLIJN 1611
Verkaveling gebied n.a.v. stadsuitbreiding Leiden en de aanleg van de singels. Op de plaats van het huidige Harteveltcomplex stonden tot het begin van de 18de eeuw voornamelijk woonhuizen.
1702
Louis Miset kocht het pand aan Langegracht 61. In 1711 kreeg hij nog 9 pandjes aan een steeg aan de achterzijde in zijn bezit. Het bezit van Miset ging over naar Julien Parat. Deze sloopte de huizen en bouwde er een ‘suijkerraffinaarderije’. Willem van Aken kocht het bedrijf (na verschillende tusseneigenaren) en maakte er een branderij van. Samen met zijn zoon Cornelis kocht hij een aantal aangrenzende panden om de branderij uit te breiden. Verbouwing van het complex door Willem van Aken en zijn zoon.
1732 1734 1760 1780 18151825 1873
1903 1917 1919 1928
19311932 1935 1945 ca. 1947 1950 1956 1968 1971 1983
Abraham Harteveld kocht op 30 maart ‘Dit huis en branderije’. Al een jaar later kreeg Harteveld de steeg in handen die liep van de Zandstraat tot de Volmolengracht. Door de aankoop van wat panden op de hoek van de Langegracht en de Zandstraat, omvatte het terrein een aaneengesloten blok. Het grootste deel van de panden werd afgebroken om plaats te maken voor nieuwbouw. Van de panden die er nu staan, dateren alleen de twee pakhuizen en het kantoorpand uit deze bouwfase. Grootschalige verbouwing door architect J. Goldberg, waarbij Langegracht 59 en 67 en de Zandstraat onder handen werden genomen. De panden met de gele baksteenmotieven zijn in deze tijd gebouwd. Ook is het achterhuis van het Langegracht 61 verbreed. Aankoop huis Langegracht 55/55a, waarmee het huidige nummer 57 wordt bedoeld. Rond 1910 kregen Langegracht 57 en 57a een gezamenlijke gevel. Op het kavel er achter wordt een tapperij gebouwd. 2 November 1917: Jacobus Hartevelt stierf zonder een erfgenaam (alleen een vrouw –Dora Bohn - en een dochter). De fabriek behield zijn naam, maar werd een NV met aandeelhouders. Boven de tapperij wordt in 1919 een doppenzolder gebouwd door Van der Laan. Daken en goten zijn hersteld, tegelijk met een verbouwing van het kantoor, beide door Van der Laan. Er wordt een daklicht gebouwd boven de binnenplaats, die tevens dient als wachthal. Aan de achterkant van het pand wordt een aanbouw gemaakt die diende als berging, lab en archief. Verbouwing het pand op Zandstraat 8 door Van der Laan. Een deel van het kavel erachter, dat toebehoorde aan een smederij, wordt aangekocht door Hartevelt. Er wordt een stuk aangebouwd tussen het diepe deel van Zandstraat 8 en het haakvormige gebouw. Daarnaast wordt er een lichtkap op het platte dak gebouwd. Vergunning tot sloop pakhuis en bergplaats achter het huidige 57/57a. Om de distilleerderij, aan de achterkant, werd een L-vormige ‘Fust- en Flesschenberging’ met sheddaken gebouwd door de architect Van der Heyden. Het pand boven de poort wordt weggebroken. De bouw van een nieuwe distilleerderij op Zandstraat 10, met grondvaten. Verbouwing van het kantoorpand: de deur in de voorgevel wordt vervangen door een raam, de wachtruimte wordt veranderd en er wordt een nieuwe kluis gebouwd in de aanbouw uit 1928 (alles door Van der Heyden). Op het nog open binnenterrein (inclusief de achtertuin van de directeurswoning op de Oude Singel 144) wordt een grote betonnen fabriekshal gebouwd. De fabriek wordt overgenomen door Bols en verhuist naar Nieuw Vennep. De panden komen in handen van de gemeente Leiden, die het verhuurt aan de universiteit voor de opslag van boeken. De panden aan de Langegracht 59-67 krijgen een gemeentelijke monumentenstatus. De panden worden verhuurd aan verschillende soorten gebruikers, waaronder culturele instellingen.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
21
Groei in de tijd: 1825
Groei in de tijd: 1919
cv
cv
9 optr.
9 optr.
lichtkap
BOUWHISTORISCHE ONTWIKKELING IN BEELD 13 lichtkap
11 optr.
������ ������
11 optr.
8a
8
Volmolengrac
ht
8a
8 59a
Zandstraat
Zandstraat
schuifdeur
schuifdeur
59a
binnenplaats
10
binnenplaats
10
19 optr.
19 optr.
61
61
Groei in de tijd: 1945
Groei in de tijd: 1899 12 optr.
houten ligger
houten ligger
12 optr.
18 optr.
houten ligger
houten ligger
18 optr.
cv
cv
63
65
59
Langegracht
57a
9 optr.
65a
57
65
65a
1825
0 1 2 3 4 5m
9 optr.
lichtkap
63
59
57a
57
1919
Langegracht 0 1 2 3 4 5m
13 lichtkap
8a
11 optr.
11 optr.
8a
8
8
8
schuifdeur
Zandstraat
schuifdeur
Zandstraat
binnenplaats
Zandstraat
59a
59a
Volmolengrac
ht
8a
binnenplaats
10
10
10
19 optr.
19 optr.
22
61
61
12 optr.
houten ligger
houten ligger
12 optr.
18 optr.
houten ligger
houten ligger
18 optr.
65a
63
65
59
57a
0 1 2 3 4 5m
63
65
65a
57
1899
Langegracht
59
Langegracht 0 1 2 3 4 5m
57a
57
1945
Groei in de tijd: 2009
cv
9 optr.
lichtkap
13 lichtkap
Legenda
11 optr.
8a
>1945
schuifdeur
59a
Zandstraat
1935 (Van der Heyden)
Volmolengrach t
1956 (Betonnen fabriekshal) 1947
8
1931-32 (Verbouwing pand ZS8: incl glazen dak, door Van der Laan)
binnenplaats
1928 (Verbouwing kantoorpand door Van der Laan) 1903-1919 (verbouwing Doppenzolder door�Van der Laan) 1897-1899
10
1817-1825
19 optr.
>1817
61
houten ligger
12 optr.
houten ligger
18 optr.
65a
65
63
59
0 1 2 3 4 5m
57a
57
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
Langegracht
0
AFBEELDINGEN
1] Huidige Harteveltcomplex. Google Maps
23
2] Tuitgevels aan de Langegracht.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
3] Langegracht 63: Pakhuis De Druif
4] Langegracht 59: De poort naar de binnenplaats en de voormalig distilleerderij.
24 5] Strek met schuine zijkanten en sluitsteen met druiventros bij pakhuis De Druif.
6] Segmentboog met gele koppen in de voorgevel van Langegracht 59.
7] Zijgevel Langegracht 59 met muizentanden, stalraam en segmentboog met gele koppen.
8] Langegracht 57: Eén negentiende-eeuwse gevel voor twee panden. Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
10] 11] 12] Poort naar de binnenplaats. Links het kantoorpand, rechts de distillerderij.
9] Boven: Voorgevel van Langegracht 61; het kantoorpand. 13] Onder: Achtergevel van Langegracht 61; rechts de ingang naar het vroegere kantoor van Hartevelt.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
25
14] Links: De ingang van het kantoor van Hanrtevelt met daarnaast twintigste-eeuwse aanbouw van Van der Laan, waarin het archief en het lab zaten. 15] Onder: Achtergevel van het blokvormige pand op Zandstraat 10.
26
16] Boven: De lifttoren, de gepleisterde achtergevel van Zandstraat 8 en zijgevel van de distilleerderij. 17] Rechts: Het de distilleerderij vouwt zich in een L-vorm om de binnenplaats heen. Bij de hoek vertoont het pand een stijlbreuk.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
27 18] Foto van het interieur van het kantoor van Hartevelt. Door de ramen is te zien dat de oude gevel van de distilleerderij er nog stond, met de oorspronkelijke muizentanden, 1910. Beeldbank RAL, 031027.61-16
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
19] De voorgevel van Zandstraat 8 bestaat uit twee delen: links een ondiep pand van één laag hoog met een dichtgemetselde gevel. Rechts een diep pand van drie bouwlagen.
28 20] Linkerzijgevel van Zandstraat 8.
21] Siermetselwerk onder de dakrand van Zandstraat 10.
22] De voorgevel van Zandstraat 10.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
29
23] Foto van de Lange Zandstraat, begin twintigste eeuw (detail). Hier is te zien dat de gevel van het pand op de hoek doorloopt totaan Zandstraat 8. Beeldbank RAL, GN003288 Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
24] Boven: Sheddaken achter Zandstraat 8. Rechts is nog net de zijgevel van Zandstraat 8 te zien met daaronder het glazen dak van de uitbreiding van Van der Laan uit 1931. Achter Zandstraat 8 is een stuk van de kopgevel te zien van de distilleerderij. 25] Onder: Moderne voorgevel aan de Volmolengracht. Dit is de ingang van de betonnen fabriekshal.
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
30
26] Ontwerp voor de noordelijke stadsuitbreiding. Jan Pietersz. Dou, 31 januari 1611. Beeldbank RAL, PV1002.6
31
27] Kaart van de gronduitgifte in 1611 over de huidige situatie gelegd. Gronduitgiftekaart: Oerle, H.A. van, (1975) Leiden binnen en buiten de stadsvesten. Atlas. Uitgeverij E.J. Bril, Leiden; kaart 44a Luchtfoto: Google Maps
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
28] Stadsplattegrond uit 1649 door J. Blaeu. Ter plaatse van Langegracht 59 is nog een open kavel.
29] Stadsplattegrond uit 1680 door F. de Wit. Er is een steeg ontstaan ter hoogte van Zandstraat 6. Beeldbank RAL, PV372 Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
32
33 30] Opstand, plattegrond en doorsnede tekening van de suyker rafinaderij van Juliën Parat op de Langegracht, 1733. Beeldbank RAL, PV31024.2
31] Register van vergunningen uit de periode 1545-1851 in verband met huizen en erven aangelegd in 1839, vervolgd tot 1851: “590 9 December 1734 Willem van Aken, vergund om de suikerraffinaderij op de Langegracht bij de Zandstraat te maken tot branderij [...]” RAL, Stadsarchief Leiden III, inventarisnummer 4615. Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
32] Foto van de binnenplaats, 1910. Links het kantoor van Hartevelt, met daar tegenaan de oude poort. De poort, het pand ernaast (‘de Pijpenla’) en de panden erachter zijn in 1947 afgebroken en vervangen door het blokvormige gebouw op Zandstraat 10. Beeldbank RAL, 031027.61-29
32a] Detail: de sluitsteen in de poort, met het jaartal 1760 en de initialen van Willem van Aken (WVA)
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
34
33] Inventaris van de gebouwen en inboedel, 1873. RAL, Archief van N.V. distilleerderij “De Fransche Kroon” v/h A. en J. Hartevelt & zn. e.a., (1769) 1785-1969, inventarisnummer 108
35
34] Schematische plattegrond van het complex met de huisnummers, straatnummers en kadasternummers. Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
35] Stadskaart van Leiden, 1879, Sijthoff en Van Campen. Detail. Beeldbank RAL, PV459
36] Stadskaart van Leiden, 1899, Van Campen, Trap en Sijthoff (Deel 2 van 6) Detail. Beeldbank RAL, PV477.2 Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
36
37] Foto van de Langegracht, 1910. De gevel helemaal rechts staat in de stijgers. Beeldbank RAL, 031027.61-37
38] Foto van het interieur van Langegracht 57, onder de doppenzolder, 1910. Beeldbank RAL, 031027.61-51 Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
37
38
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
39] Bouwtekening van de bouw van het archief en de entrée aan het kantoorgebouw van Hartevelt, 1927, Van der Laan. Nai, LAAX 0100, r.113
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
40] Bouwtekening van de verbouwing van Zandstraat 8, 1931, Van der Laan. Nai, LAAX 0103, r.129
39
41] Foto van het interieur van Zandstraat 8, onder de glazen kap, 1948. Beeldbank RAL, 031027.61-58
42] Luchtfoto van de RAF, 02-04-1945 (detail). De panden aan de Zandstraat 10-14 staan er nog. Het pand boven de poort is al afgebroken. Kadaster, fotonummer 4465 (http://www.watwaswaar.nl) Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
40
43a] Begane grond ��
� �����
��������
��
��������
�
����������
����������
���
������������
�� ��
������ ������ �� �������
��� ��
����������������
� ��
������ ��������
������������ ��
�������
�� �����
��
��� ��
������
��� ��
����� ���� �������
��� ��
������� �������� ������
��� ��
��������
��� ��
������ � ������
���� ��
������
��� ��
������������ ���� �����������
�� ��
������������� ����� ����� �� ��������
��� ��
�� ���� � ������� � ��� �������
��� ��
���������
�� ��
����������� ���� ��������
��� ��
���������� ������� ��������
�� �� �����
��
������ ������
�� �����
������ ������
�� �����
������ ��������
� ��
���
��
��
��
���
��
�����������
�������
������������
��������� ������� � � � � � ��
����
�������
������ �����
������
�������������
��������� ���������
������
������
�����
�����
���������� �������������
�������� ������
41 � �����
43b] Eerste verdieping
��
������� ������������ ��
��
������ ������ �� ������� �
����������������
����������
���
�� ��
��������
��� ��
������
��� ��
����� ���� �������
��� ��
������� �������� ������
��� ��
�������� ������ � ������
��
������
��
�� ��
������������ ���� �����������
�� ��
������������� ����� ����� �� ��������
��� ��
�� ���� � ������� � ��� �������
��� ��
���������
��� ��
����������� ���� �������� ���������� ������� ��������
�� ��
���
��
��
��
���
��������
��
����������� �������
��������� ������� � � � � � ��
����
��������� ���������
������������
�� ���������� �������������
������
�������
������ ������
�����
�����
���������� �������������
�������� ������
43] Plattegronden van het Harteveltcomplex met daarin de verschillende gebruikers gemarkeerd. SwietenLau Architecten Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
43c] Tweede verdieping
��
�������
����������
������������ ��
������ ������ �� �������
��
����������������
����������
�
�� ��
��������
���
����������
������ ����� ���� ������� �� ��
������� �������� ������
� �����
�������� ������ � ������
��
������ � �����
������������ ���� ����������� ������������� ����� ����� �� ��������
�� � �����
��� ��
�� ���� � ������� � ��� �������
���� ��
���������
��� ��
����������� ���� �������� ���������� ������� ��������
�� �� ��� �� ���
��
��
��
�����������
���
���� ������
�� �������
��������� ������� ����
� � � � � ��
��������
��������� ���������
������������
�� ���������� �������������
������
�������
������ ������
�����
�����
���������� �������������
�������� ������
43] Plattegronden van het Harteveltcomplex met daarin de verschillende gebruikers gemarkeerd. SwietenLau Architecten
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009
42
LITERATUURLIJST Bemelmans, H. (1985) Het Harteveltcomplex te Leiden, het ontstaan van een fabrieksstructuur (ongepubliceerde scriptie, Delft). RAL, collectie STIEL, nr.24. Braakman H.J. (1953) NV Distilleerderij De Fransche Kroon v/h Hartevelt & Zoon, te Leiden (ongepubliceerde scriptie Nijenrode). RAL, Collectie STIEL, nr.24. Budel, H.J., ‘Distilleerderij “De Fransche Kroon”, voorheen Hartevelt & Zoon’, uit: Smit, C.B.A., Tjalsma, H.D. (1990) Leids Fabrikaat, Een stadswandeling langs het industrieel erfgoed, p. 63-76 – Historische Reeks Leiden, nr. 4. Oerle, H.A. van, (1975) Leiden binnen en buiten de stadsvesten. Beschrijving. Uitgeverij E.J. Bril, Leiden; pp.350-360 Oerle, H.A. van, (1975) Leiden binnen en buiten de stadsvesten. Atlas. Uitgeverij E.J. Bril, Leiden; kaart 44a
43
Bouwhistorie Harteveltcomplex • SwietenLau Architecten • april 2009