Dyslexie, Dyscalculie & Spellingsbegeleiding
Dyslexie en dyscalculie en spellingsbegeleiding op het Carolus Clusius College Zwolle
‘Signalering en Begeleiding’ dyslectische / dyscalculische leerlingen Dyslexie: ‘Stoornis gekenmerkt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau'. 1 op de 20 mensen is dyslectisch. Toch is het onderwijs niet automatisch ingesteld op de manier waarop dyslectische leerlingen informatie verwerken. Daarom is het belangrijk dat we goede afspraken maken over hoe we omgaan met dyslectische leerlingen binnen onze school. Als je als mentor of als vakdocent vermoedt dat een leerling dyslectisch is volg je de procedure beschreven in de samenvatting van het dyslexieprotocol.
Dyscalculie: ‘Leerstoornis die ontstaat als gevolg van stoornissen in de cognitieve ontwikkeling van het kind. Stoornissen in de cognitieve ontwikkeling kunnen het gevolg van een hersenbeschadiging of erfelijk van aard zijn. Daarnaast kunnen stoornissen optreden bij ernstige didactische en pedagogische verwaarlozing. Wil men van dyscalculie bij een kind spreken dan moet er sprake zijn van een (ruime)achterstand in rekenen in vergelijking met leeftijdgenoten. Daarnaast moeten er geen andere stoornissen en geen gestoorde ruimtelijke ontwikkeling aanwezig zijn. Men spreekt vaak ook van dyscalculie als leerlingen blijvende en opvallende moeilijkheden hebben met rekenvaardigheden en wiskunde en dit ondanks een normale intelligentie. Deze leerlingen kunnen moeilijkheden hebben met het begrijpen van de wiskunde, maar de moeilijkheden kunnen zich ook uiten in opvallend veel rekenfouten zonder gemis aan begrip.’
Nieuwe leerlingen algemeen: Elke nieuwe leerling op onze locatie wordt verwelkomd door de teamleider. De gegevens van de leerling worden doorgenomen en indien nodig besproken met de leerling en /of de ouders. De teamleider neemt tevens contact op met de basisschool. Als de leerling al een dyslexie,- dyscalculieverklaring heeft, wordt deze gekopieerd voor de zorgcoördinator. De gekopieerde dyslexie,- dyscalculieverklaringen worden gecontroleerd door de orthopedagoog die aan de school verbonden is (Karien Nijhof). Vervolgens wordt de leerling op de “dyslexie,- dyscalculielijst” geplaatst en krijgt de leerling een pasje. Op dit pasje staan de belangrijkste faciliteiten die voor elke dyslectische,- dyscalculische leerling gelden: aangepaste beoordeling (afspraken per sectie) 20% extra tijd bij toetsen vergrotingen van toetsen De gewenste faciliteiten worden aangekruist (niet alle leerlingen willen bijvoorbeeld vergrotingen). Daarnaast kan de zorgcoördinator een regel op het pasje invullen met een specifiek met de leerling overeengekomen faciliteit, bijvoorbeeld gebruik van een laptop. Indien de leerling gebruik maakt van een laptop, gesproken boeken, enz. dient het materiaal privé aangeschaft te worden. Er bestaan mogelijkheden voor subsidie. De Remedial Teacher (Willie Hobbeling) zal met elke dyslectische leerling een afspraak maken voor spellingshulp en handreikingen geven die voor deze leerling specifiek van toepassing zijn. De ouders worden hier schriftelijk van op de hoogte gesteld en kunnen dit gesprek dus met hun kind voorbereiden. Lang niet alle leerlingen maken gebruik van deze mogelijkheid. In de eerste plaats omdat ze al erg veel extra lessen op de basisschool hebben gevolgd en ook omdat ze de extra tijd vaak beter kunnen inzetten bij andere vakken. Dezelfde mogelijkheid is er voor dyscalculische leerlingen. De zorgcoördinator (Maaike Bosman) zorgt ervoor dat er een lijst beschikbaar is met de namen van de leerlingen die een geldige verklaring hebben en een exemplaar van het dyslexieprotocol. Voor vragen kun je bij haar terecht. De docenten en mentoren dragen de verantwoordelijkheid met de leerling te overleggen en de faciliteiten te honoreren. De mentor is vervolgens de aangewezen persoon om te communiceren met de leerling en zijn / haar ouders.
Signalering overige leerlingen: Soms blijkt pas later tijdens de schoolloopbaan dat een leerling problemen heeft die op dyslexie,dyscalculie wijzen. Docenten, mentoren, ouders en leerlingen gaan met dit vermoeden naar de zorgcoördinator. Hiervoor zijn 2 dingen nodig: 1. een door docent(en) vreemde talen ingevuld aanmeldingsformulier voor de orthopedagoog (te verkrijgen bij zorgcoördinator) 2. een kopie van relevante zaken uit het leerling-dossier. De zorgcoördinator overweegt samen met de orthopedagoog of nadere stappen nodig zijn. Zonder deze documenten kan geen overleg plaatsvinden! Vaak blijkt al een onderzoek te hebben plaatsgevonden of is er meer aan de hand. Indien wenselijk, dan zal nader onderzoek / screening volgen.
Onderzoek: Onderzoek vindt plaats buiten onze locatie (op “Het Lumeijn”). Ouders kunnen kiezen voor uitgebreid of beperkt onderzoek. De ouders betalen een eigen bijdrage afhankelijk van het soort onderzoek. De school betaalt de rest. De locatie heeft elk jaar een budget voor een bepaald aantal onderzoeken. De zorgcoördinator overlegt met de schoolleiding of onderzoek (nog) mogelijk is.
Verdere begeleiding: Als uit onderzoek blijkt dat de leerling dyslectisch,- dyscalculisch is, krijgt hij / zij een verklaring en begeleiding van de remedial teacher. Zij bepaalt samen met de leerling welke begeleiding verder gewenst en mogelijk is. Na het eerste leerjaar wordt geen standaard begeleiding meer gegeven. De mentor zal met de leerling en / of ouders overleggen en in de gaten houden of extra hulp nodig is. Mocht er, naast de begeleiding die docenten bieden, extra hulp gewenst zijn, dan bespreekt de mentor met de zorgcoördinator de mogelijkheden.
OPDC: De locatie maakt gebruik van de diensten van OrthoPedagogisch en Didactisch Centrum “Het Lumeijn”. Een orthopedagoog en een remedial teacher zijn gemiddeld één dagdeel in de week op de locatie Carolus Clusius aanwezig. Elke mentor en docent kan met (korte) vragen bij de orthopedagoog terecht. Ook kunnen beiden op verzoek van de schoolleiding studiemiddagen voor docenten verzorgen.
Dyslectische leerlingen op het Carolus Clusius College
Heb ik dyslexie of ben ik gewoon niet zo goed in spellen?
Een leerling komt vanaf de basisschool binnen met een dyslexieverklaring
Er is nog geen dyslexieverklaring, maar wel duidelijke aanwijzingen / problemen die duiden op dyslexie
Verklaring wordt bekeken door orthopedagoog. Leerling krijgt dyslexiepas. - 20% extra tijd bij toetsen - indien gewenst een vergroting - aangepaste beoordeling
De leerling valt op bij (talen)docenten. Zij kunnen, in overleg met de zorgcoördinator, een intake gesprek bij de orthopedagoog aanvragen a.d.h. van een aanvraagformulier.
De leerling valt op bij het spellingdictee en wordt uitgenodigd voor de spellingbegeleiding.
De basisschool of de ouders geven aan zorgen te hebben over de spellingzwakte van de leerling.
De leerling wordt uitgenodigd door de RT-er. Zij biedt de leerling hulp op maat aan om hem / haar te begeleiden bij het schoolwerk. Dit gaat in (schriftelijk) overleg met ouders.
Wanneer de orthopedagoog na een screening, duidelijke aanwijzingen ziet tot dyslexie wordt, altijd in overleg met de ouders, een vervolgonderzoek aangevraagd.
Wanneer de Remedial Teacher aanwijzingen voor dyslexie vindt, wordt dezelfde procedure met de orthopedagoge gestart.
Deze zorg komt (via de mentor) bij de zorgcoördinator. Na overleg met de talendocenten kan een intake gesprek bij de orthopedagoge worden aangevraagd.
N.B. Waar dyslexie staat kan ook dyscalculie gelezen worden.
Schoolafspraken m.b.t. dyslectische leerlingen: o o o o o o o o o
Maak duidelijk aan klasgenoten dat extra faciliteiten geen voorrecht maar noodzaak zijn. Overhoor met regelmaat mondeling of bespreek de toets na. Bied toetsen duidelijk en goed leesbaar aan (lettertype 12 of groter) en indien gewenst een vergroting. Een dyslect heeft recht op 20% meer tijd voor het maken van een toets. Tip: maak toetsen van een half uur, zodat ook een dyslect de toets nog tijdens de les af kan maken. Geef ruim de tijd voor het lezen van boeken. Controleer met regelmaat agenda, werkboeken en schriften om te zien of de aantekeningen leesbaar zijn overgenomen: geef anders kopieën van een klasgenoot. Bespreek de aanpak van het huiswerk (ook een taak van de mentor) en slecht gemaakte toetsen. Heb positieve verwachtingen: benadruk waar de leerling goed in is en stel reële eisen aan werk en werkhouding. Zorg voor succeservaringen en bespreek waar het succes aan te danken is. o o o ‘volgende keer beter je best doen jongen!’
‘wéér een onvoldoende, ik heb zo hard geleerd’’
o o o o o
ik leer wel niet meer, ik doe het toch nooit goed!
o o o
Geef positieve feedback, zodat de leerling gemotiveerd blijft. Sta gebruik van het woordenboek toe. Sta gebruik van laptop toe en / of indien nodig dictafoon. (op initiatief van de ouders aan te schaffen als privé bezit) Laat de leerlingen met een code (D) boven toetsen aangeven dat hij / zij dyslectisch is. Geef een dyslexiepas waarop faciliteiten genoemd staan waar de leerling recht op heeft. Geef geen onvoorbereide leesbeurten in de klas. Adviseer ouders ingesproken boeken en methoden. Reken spellingfouten alleen mee in de beoordeling indien daar gegronde redenen voor zijn. Maak afspraken voor de beoordeling binnen de eigen sectie en in de vakgroep moderne vreemde talen. Beoordeel de leerling op zijn vakinhoudelijke kennis en niet op de spelling. Plan geen twee toetsen vreemde talen op één dag.
Uit: ‘Dyslexie, een praktische gids voor scholen voor Voortgezet Onderwijs’ Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen
Schoolafspraken m.b.t. dyscalculische leerlingen: Normering: o Beoordeel het doel van de toets o Bij beoordeling onderscheid maken tussen soorten fouten. o Soepeler omgaan met rekenfouten, als inzicht wel is aangetoond. o Herhalingsfouten niet meetellen, uitzondering beregelde fouten. o Bij overgang waar nodig en gewenst rekening houden met dyscalculie. o Mondelinge toelichting bij berekeningen laten geven. Aanbiedingsvorm toetsen: o Zorg voor een duidelijke lay-out (niet alleen van belang voor dyscalculische leerling); geen handgeschreven toetsen. o Toetsen waar nodig vergroten (bij gemeenschappelijke toetsen eigen docent verantwoordelijk voor vergroten; hij/zij overlegt met leerling of het noodzakelijk is dat de toetsen vergroot worden) o Geen toetsen dicteren. o Geen toetsen van het bord laten overschrijven. Organisatie toetsen: o 20% extra tijd voor het maken van toetsen o Mogelijkheid toetsen maken buiten klaslokaal (overleg met teamleider) o Bij exacte vakken (bijv. bepaalde toetsen economie en aardrijkskunde) minder van hetzelfde in extra tijd. o Gebruik laten maken van een rekenmachine. o Goede spreiding van exacte toetsen in de tijd (bijv. geen 3 exacte vakken toetsen in 1 week) o Toetsen ruim van te voren opgeven. Klassenmanagement: o Maak duidelijk aan klasgenoten dat extra faciliteiten geen voorrecht maar noodzaak zijn. o Gelegenheid geven om dictaten (van klasgenoten) te kopiëren om eigen werk te kunnen corrigeren, o Waar mogelijk leerstof auditief en visueel aanbieden. o Pre-teaching. o Nagaan of instructies begrepen zijn. o Extra instructies. o Fouten bespreken. o Extra structuren van rekenopgaven geven. o Aanleren van zelfinstructiestrategieën. o Rekenkundige aantekeningen op papier geven. Adviezen opgesteld door orthopedagoog Karien Nijhof, Orthopedagogisch en Didactisch Centrum ‘Het Lumeijn’ Zwolle
Spellingbegeleiding op het Carolus Clusius College
Alle brugklasleerlingen maken tijdens de les Nederlands een spellingdictee (en een stilleestoets.)
De spellingtoets wordt nagekeken door de eigen docent Nederlands.
De zorgcoördinator en de Remedial Teacher verwerken de scores van alle leerlingen.
Leerlingen die opvallend laag scoren, worden uitgenodigd om een tweede dictee te maken.
De leerling maakt het tweede dictee voldoende.
De leerling maakt het tweede dictee onvoldoende.
Er is geen vervolgactie. Als een leerling (of ouders) zelf aangeeft hulp nodig te hebben is dit mogelijk.
De leerling wordt uitgenodigd om deel te nemen aan de spellingbegeleiding. Dit is op vrijwillige basis, maar wordt sterk aangeraden!
De ouders besluiten hun kind niet te laten deelnemen aan de spellingbegeleiding.
De ouders besluiten hun kind wel te laten deelnemen aan de spellingbegeleiding.
Wij vragen hen de uitnodiging voorzien van handtekening te retourneren.
De leerling volgt in elk geval tot eind januari 1x per week spellingbegeleiding.
eind januari wordt een derde spellingdictee afgenomen.
De leerling scoort voldoende en kan stoppen met de spellingbegeleiding.
De leerling scoort onvoldoende en gaat door met de spellingbegeleiding.