Duurzaamheidsplan Twente Airport Exploitatiemaatschappij Vliegveld Twente BV 16-5-2013
1
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Inhoudsopgave Inleiding
p. 2
Subject area 1: Permanente duurzame ontwikkeling
p. 4
Subject area 2: Water
p. 6
Subject area 3: Energie & Klimaat
p. 8
Subject area 4: Materialen
p. 10
Subject area 5: Biodiversiteit
p. 12
Subject area 6: Geluid
p. 14
Borging: Het vertalen van onze visie naar de praktijk
p. 16
1
2
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Inleiding Algemeen Met dit duurzaamheidsplan geeft Exploitatiemaatschappij Vliegveld Twente (hierna SPV) haar visie op een maatschappelijk verantwoorde ontwikkeling van Twente Airport. Deze visie is in samenwerking met VolkerWessels opgesteld. VolkerWessels is een dochteronderneming van Reggeborgh die als groot aandeelhouder van de SPV betrokken is bij de exploitatie van de luchthaven. VolkerWessels zal bij de realisatie van de luchthaven worden betrokken. De selectieleidraad ‘Tender for the development and operation of Twente Airport’ fungeert als richtlijn voor visie. Deze visie volgt de in de leidraad gevraagde structuur. Dit duurzaamheidsplan dient als plan van aanpak voor de verdere ontwikkeling en exploitatie van de luchthaven. Wat duurzaamheid of maatschappelijke verantwoordelijkheid voor ons betekent stellen wij in samenspraak met onze belanghebbenden vast. In dit document volgen we de indeling van de Annex 24: we bespreken achtereenvolgens ‘een permanente duurzame ontwikkeling’ en de thema’s ‘water’, ‘energie & klimaat’, ‘materialen’, ‘biodiversiteit’ en ‘geluid’. SPV’s visie op MVO SPV gelooft in de meerwaarde van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Zowel voor haar stakeholders als voor haarzelf. In de toekomst zal MVO alleen nog maar belangrijker worden. Daarom nemen wij maatschappelijk verantwoord ondernemen als vast onderdeel mee in elke business-case die we maken. Om ons denken over de meerwaarde van MVO te structureren gebruiken wij onderstaande matrix.
Figuur 1. De duurzame richtingaanwijzer in de businesscases van SPV SPV maakt hierin onderscheid tussen de projectorganisatie en de belanghebbenden – stakeholders in termen van ISO 26000. Daarnaast maakt SPV onderscheid tussen eisen, wetten en regels enerzijds en haar eigen visie anderzijds. De vier kwadranten die hieruit voortkomen helpen ons bij (1) het bepalen van de meerwaarde van duurzame oplossingen en (2) het zoeken naar maatschappelijk verantwoorde oplossingen. We doen dit onder andere door in elke ontwerp- en inkoopbeslissing, bij het bepalen van de (MVO) doelstellingen en bij het inrichten van de bouwplaats een inventarisatie te maken van de mogelijkheden volgens onze duurzame richtingaanwijzer. Kwadrant 1: Marktvraag Wellicht is de investering in een duurzame oplossing wat hoger, maar levert dit op termijn meer op, bijvoorbeeld omdat opdrachtgevers – of klanten tijdens de exploitatiefase - ervoor willen betalen of
2
3
Duurzaamheidsplan Twente Airport
omdat het gunningsvoordeel oplevert. Levert een maatschappelijk verantwoorde oplossing op een redelijke termijn/ vijf jaar haar investering weer op, dan kiezen we per definitie voor deze oplossing. Indien de terugverdientijd langer is, zullen we de voor- en nadelen van de investering per situatie beoordelen. Kwadrant 2: Procesoptimalisatie Een maatschappelijk verantwoorde oplossing kan ook tot een kostenbesparing leiden, bijvoorbeeld vanwege een lager elektriciteit- of brandstofverbruik, of minder materiaalkosten. We hanteren hierbij de vuistregel dat als de terugverdientijd van een dergelijk oplossing korter is dan een redelijke termijn/ vijf jaar we hier voor kiezen. Total Cost of Ownership is een kernbegrip binnen dit kwadrant. Ook hier geldt dat we investeringen met een langere terugverdientijd op voorhand niet zullen afwijzen, maar individueel zullen beoordelen. Kwadrant 3: Procesinnovatie Sommige maatschappelijk verantwoorde oplossingen wijken af van bestaande technieken en brengen dus onzekerheid met zich mee, maar passen we toe omdat we geloven in de bijdrage aan de maatschappelijke verantwoordelijkheid van onze organisatie. De motivatie hiervoor kan intrinsiek zijn of vanwege mogelijke toekomstige kostenbesparingen. Het gaat hier om procesinnovaties. Als ondernemers denken we hier continu over na: als maatschappelijk verantwoorde oplossingen passen in onze visie passen we deze toe. Voorbeelden hiervan zijn de Cradle2Cradle deuren die VolkerWessels bedrijf Reinaerd Deuren ontwikkelt. Binnen VolkerWessels hebben we voor dergelijke innovaties dan ook het PlanetFit-label opgezet. Innovaties krijgen dit keurmerk als het bijdraagt aan de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de onderneming. Kwadrant 4. Onderscheidend vermogen Er zijn maatschappelijk verantwoorde oplossingen waar nog niet expliciet door de markt naar gevraagd wordt, maar die in onze overtuiging bijdragen aan het onderscheidend vermogen van onze projecten. Als een projectinnovatie past binnen onze visie en wij geloven in de meerwaarde die het onderscheidend vermogen op kan leveren, nemen we deze mee in onze projecten. Een voorbeeld hiervan is de notaloze Plus-woningen van VolkerWessels. Ook deze innovaties kunnen in aanmerking komen voor ons PlanetFit-label. Ondernemersmentaliteit Voorop staat bij ons altijd dat duurzaamheidsmaatregelen met het 'gezonde verstand' beoordeeld en uitgedacht worden. Hoe interessant het uitdenken en ontwikkelen van nieuwe processen en technologieën ook is, het grootschalig toepassen van beproefde voorzieningen kan in vele gevallen logischer zijn. Het combineren van op zichzelf beproefde technieken kan namelijk evengoed tot een innovatief geheel leiden. Alleen onderbouwde en beargumenteerde maatregelen zijn zinvol, het volgen van ‘trends’ zonder fundamenteel begrip van de werking is zinloos. Hierbij is het volgens ons van belang om de totale levensduur in ogenschouw te houden en de financiële verantwoording van duurzaamheidsmaatregelen met behulp van een Total Cost of Ownership benadering inzichtelijk te maken. In samenwerking met onze stakeholders Om invulling te geven aan duurzaamheid werken we samen met een variëteit aan stakeholders. Input van onze stakeholders is voor ons van wezenlijk belang. Deze input krijgen we door het voeren van een structurele dialoog met de betrokken partijen. Daarbij is extra aandacht voor kennisinstituten op het gebied van luchtvaart en duurzaamheid. SPV wil bijdragen aan de kennisontwikkeling en kennisdeling rond de realisatie en exploitatie van Twente Airport door het betrekken van, in het bijzonder regionale, kennisinstituten, zoals de Universiteit Twente of het initiatief Samenwerking Innovatieve Mainport. SPV heeft de ambitie om concrete afspraken te maken met deze partijen. Ook wordt SPV ondersteund door de duurzaamheidsadviseurs die binnen VolkerWessels werkzaam zijn.
3
4
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Subject area 1: Permanente duurzame ontwikkeling De SPV zal continue verbetering op MVO-gebied – en daarmee dus permanente duurzame ontwikkeling – borgen middels ISO 26000. Zoals aangegeven in het inleidende hoofdstuk zal de SPV trachten op dezelfde wijze als VolkerWessels de MVO-prestaties te monitoren met behulp van de software Credit 360 en rapporteren conform GRI B+. Duurzaamheid is al jaren de motor van het innovatief denken binnen onze bedrijven. De markt vraagt steeds meer om duurzame oplossingen, soms gedwongen door wet- en regelgeving maar veelal door de overtuiging en de financiële aantrekkelijkheid ervan. Zowel Reggeborgh als haar deelnemingen zijn zich bewust van de belangrijke rol die innovatie speelt bij het verduurzamen van de wereld en stimuleert dit thema actief binnen haar hele groep. Juist in economisch moeilijke tijden geeft het veel voldoening om partijen bij elkaar te brengen voor duurzame oplossingen en daarvoor financiële mogelijkheden te vinden. Reggeborgh en haar deelnemingen investeren in kennisontwikkeling en stimuleren duurzame innovaties. Tevens wordt er actief over gecommuniceerd. VolkerWessels heeft bijvoorbeeld een eigen label “PlanetFit” welke helpt om de herkenbaarheid van duurzame inspanningen te vergroten. Daarnaast brengen onze deelnemingen VolkerWessels en Argos jaarlijks een duurzaamheidsverslag uit waarin zij rapporteren over hun duurzame innovaties, hun CO2-prestaties en hun Corporate Social Responsibility beleid en de geboekte resultaten. Duurzaamheid binnen de Reggeborgh Groep Zonder gene durven wij te stellen dat onze deelneming VolkerWessels de marktleider is in duurzaam bouwen in Nederland. In recente jaren ontwikkelden zij onder andere het meest duurzame gemeentehuis van Nederland in Hardenberg, het meest duurzame kantoor van het vasteland van Europa voor TNT, het eerste Cradle to Cradle bedrijvenpark in de vorm van Park 20I20 en diverse gebouwen met Breeam Excellent, Leed Platinum en GPR labels evenals het eerste gebouw met een greencalc score met meer dan 1.000 punten. Daarnaast is VolkerWessels marktleider in offshore windenergie, de ontwikkelaar van OCAP waarbij CO2 vanuit het Botlekgebied aan de kassen in het Westland wordt geleverd en de uitvinders van het Hera-systeem waarmee asfalt voor 100% gerecycled kan worden. Onze deelneming Argos legt zichzelf strenge eisen op door “Best-in-class” te willen zijn op het gebied van biobrandstoffen, welke de CO2-uitstoot met 70% of meer moeten reduceren. Hoewel er nog geen harde eisen zijn ten aanzien van biokerosine in de luchtvaartindustrie, heeft Argos samen met KLM een biobrandstof op basis van frituurvet ontwikkeld voor vliegtuigen. In 2009 heeft KLM haar eerste commerciële vlucht op deze brandstof gemaakt en ondertussen zijn reeds meer dan 200 vluchten op deze biobrandstof verricht. Met ingang van 8 maart 2013 vliegt KLM wekelijks naar New York op deze brandstof en de doelstelling is om meer KLM vluchten op deze brandstof te laten vliegen. Ondertussen zijn er reeds meerdere luchtvaartmaatschappijen die vliegen op deze biokerosine.
4
5
Duurzaamheidsplan Twente Airport
De door private partijen ontwikkelde energie-afvalcentrale van EVI, waarin wij 65% aandeelhouder zijn, is één van de duurzaamste centrales met de laagste CO2-uitstoot in Europa. Deze centrale verwerkt 7% van de Nederlandse afvalmarkt en levert groene energie voor 100.000 huishoudens. Naast een effectief verbrandingsproces met minimale CO2-uitstoot, verwerken wij het onbrandbare materiaal dat overblijft, het zogenaamde bodemas, ook nog verder in onze slakkenopwerkingsinstallatie. Hier worden ijzer en non-ferrometalen teruggewonnen en blijft na verder sorteren en wassen uiteindelijk een bouwstof over die wordt toegepast in de bouw en industrie. Uiteindelijk blijft uit 1 kilo afval nog slechts circa 10 gram aan niet bruikbare reststof over. In totaal bespaart EVI jaarlijks 162.000 ton CO2 + 110.000 ton steenkool + 100.000 ton bouwstof + 8.000 ton metaal. Verder heeft Reggeborgh een aparte investeringstak opgezet die zich richt op investeren in duurzame energieopwinning via windmolens, biovergisting en geothermie. Deze investering heeft in november 2012 een windpark in gebruik genomen van vier windmolens die ieder 2,05 MW aan groene stroom opwekken. Reggeborgh is ook samen met VolkerWessels en Delta de ontwikkelaar van het door VolkerWessels gebouwde Park 20|20, het eerste volledige Cradle to Cradle business park (100.000m2) van Nederland. Hier wordt een duurzame werkomgeving gecreëerd waarbij mensen, de omgeving en economische haalbaarheid centraal staan. Verder heeft Reggeborgh tezamen met VolkerWessels een energieneutrale woning ontwikkeld, met energiewinning via een warmtepomp en zonnepanelen. Het streven is om circa 1.000 van dergelijke woningen per jaar te gaan realiseren in Nederland. Dit zijn enkele voorbeelden van duurzaamheid zoals die binnen de Reggeborgh Groep wordt gerealiseerd. Dit zijn allemaal voorbeelden van duurzaamheidsprojecten die tot stand zijn gekomen op eigen initiatief zonder opgelegde wet- en regelgeving. Deze kennis en kunde zetten wij graag in bij de realisatie en exploitatie van Twente Airport om daar ook innovatieve duurzaamheid te realiseren. Hoe en welke duurzaamheidsmaatregelen precies worden toegepast op Twente Airport kunnen we op voorhand niet exact inschatten, omdat we ten eerste nog in de grove ontwerpfase zitten en ten tweede omdat de ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid zeer snel gaan. Echter in deze visie trachten we toch enkele voorbeelden te geven van maatregelen waaraan we denken. Deze maatregelen zijn zeker niet limitatief. Waar mogelijk zullen we kiezen voor duurzame oplossingen, zeker indien dit economische voordelen oplevert voor de lagere termijn. Social return Reggeborgh en haar deelnemingen leveren graag hun bijdrage aan de maatschappij. Zo bevindt de economie en bouw zich momenteel in een crisissituatie, toch investeert VolkerWessels om mensen te interesseren in en te enthousiasmeren voor de bouw. Dit om ook in de toekomst over voldoende kundige arbeidskrachten te kunnen beschikken. Bijna bij alle werkmaatschappijen van VolkerWessels zijn ‘Leerling bouwplaats’ gecertificeerd en worden stageplekken beschikbaar gesteld aan studenten en opleidingsinstituten. Daarnaast biedt VolkerWessels op diverse plaatsen in het land, in samenwerking met lokale instanties, langdurige werklozen werkplekken aan. Onder andere met deze kennis en ervaring onderzoeken wij graag samen met de lokale instellingen, welke mogelijkheden de ontwikkeling en de exploitatie van Twente Airport biedt op dit vlak. Ook werkt VolkerWessels actief mee aan de Social Return Prestatieladder. Zo is één van haar medewerkers lid van het projectteam van Vernieuwing Bouw dat deze prestatieladder ontwikkelt. Langjarige betrokkenheid De concessie overeenkomst verbindt de realisatie van Twente Airport met een langjarige exploitatie. Hierdoor kan het project middels een ‘Total Cost of Ownership’ benadering ontwikkeld worden. Door reeds vroeg in het ontwerpproces na te denken over kwaliteit, materialen, onderhoudsarme producten en energiezuinige oplossingen, kan een optimale afweging worden gemaakt in relatie tot de langjarige exploitatieperiode die volgt. Op deze manier wordt het beste product geboden met als vertrekpunt de toekomstwaarde van de luchthaven.
5
6
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Subject area 2: Water In Annex 24 van de concession agreement wordt vastgelegd dat de exploitant van het vliegveld in samenwerking met het waterschap Regge en Dinkel en de Provincie Overijssel binnen 3 jaar een watermanagementplan opstelt en de nodige maatregelen treft voor de opvang van de-icing substanties. Het is onze ambitie om het watergebruik zo veel mogelijk te beperken en de natuurlijke waterkringloop te bevorderen. Hiervoor denken we aan een aantal maatregelen die met grote zekerheid ingevoerd kunnen worden en willen we aantal andere maatregelen graag nader onderzoeken bij de nadere uitwerking van de plannen: Geplande maatregelen: De aanleg van een grijswater system/ circuit. Voor doeleinden anders dan drinkwater wordt getracht om gebruik te maken van een grijswatercircuit, waarbij water wordt opgevangen op de site (bijvoorbeeld de daken van gebouwen) wat wordt gezuiverd en geschikt gemaakt voor gebruik. Dit bewerkte hemelwater kan zeer waarschijnlijk gebruikt worden door de brandweer als bluswatervoorziening voor de terminal en overige gebouwen. De hoeveelheid water dat naar de waterzuivering gaat wordt geminimaliseerd. Maatregelen die daaraan bijdragen zijn het gebruik van bijvoorbeeld waterbesparende kranen en toiletten en/of waterloze urinoirs. Er wordt voor zover bekend geen grondwater opgepompt op de site. In zones waar nieuwe verharding wordt aangelegd – en dan met name op plekken waar vervuilende activiteiten gaan plaatsvinden – worden folies onder de verharding aangelegd om infiltratie van vervuilende stoffen in de bodem en het grondwater tegen te gaan. Daarnaast zal dit water via een afwatering worden afgevoerd en door een afscheider geleid worden. Oil spils. Ieder vliegveld loopt de kans om enkele malen per jaar te maken te krijgen met het morsen van kerosine tijdens het tanken van de vliegtuigen (oil-spils). Zodra een spill zich voordoet, wordt de luchthavenbrandweer opgeroepen om deze spill snel en doeltreffend op te ruimen. Het is van belang om de tank-areas te voorzien van een buffersysteem en een afscheider. De-Icing. Bij het ontwerp en de aanleg van het Apron, het platform voor vliegtuigen, zullen specifieke plekken worden ingericht voor de-icing van vliegtuigen. Op deze plekken zal een afwateringsysteem worden aangelegd om de gebruikte vloeistoffen bij de-icing op te vangen en af te voeren naar een opvangtank. Of de opgevangen vloeistof middels een eigen recoverysysteem ter plekke wordt gerecycled of dat deze periodiek wordt afgevoerd door een gespecialiseerd (recyclings)bedrijf, dient nog nader onderzocht te worden. Doordat Airport Twente zich in eerste instantie zal focussen op charter en Low Cost Carrier vluchten, heeft de luchthaven een seizoenspatroon met veel vluchten in de zomer en een beperkter aantal vluchten in winter. Hierdoor zal gebruik van de-icing in de beginjaren beperkt zijn, waardoor niet zeker is of een investering in een eigen recoverysysteem al direct lonend is. Echter mochten we niet direct kiezen voor een eigen recoverysysteem, zullen we jaarlijks beoordelen of dit een goede investering is volgens ons duurzaamheidskwadrant, of nodig is volgens onze stakeholders of het op te stellen water-management plan. In ieder geval zal bij de aanleg van het afwateringsysteem direct rekening worden gehouden met de mogelijkheid om een dergelijke recoveryinstallatie ten alle tijde te kunnen installeren. Zeker als het aantal vluchten in de winter zal toenemen. Naast de opvang en mogelijke recycling van de-icing vloeistoffen zal Airport Twente continu de markt afzoeken naar minder milieubelastende vloeistoffen. Ondanks de mogelijkheid voor gescheiden afvoer en recycling, zijn wij van mening dat het werken met minder belastende danwel volledig biologisch afbreekbare vloeistoffen een betere oplossing biedt. Om infiltratie in de bodem te voorkomen, zullen bij de aanleg folies onder de verharding op het Apron worden aangelegd. Voor het ijsvrij maken van de startbaan, de taxibanen en het Apron zal gebruik worden gemaakt van Cryotech (zowel in vloeibare als in vaste vorm) of een vergelijkbaar product. Cryotech
6
7
Duurzaamheidsplan Twente Airport
bestaat uit kaliumacetaat, is zeer goed biologisch afbreekbaar en niet schadelijk voor het ecosysteem. Nader te onderzoeken maatregelen: Het gebied is geschikt voor natuurlijke infiltratie van water in de bodem. Het hemelwater dat op onverharde delen van de luchthaventerreinen valt infiltreert rechtstreeks in de bodem. Omwille van veiligheidsredenen is het belangrijk dat het hemelwater dat op de verharde zones van het luchthaventerrein (in het bijzonder de landingsbaan, taxiweg en inschepingsvloeren) valt, snel afvloeit. Dit hemelwater kan mogelijk verontreinigd zijn door brandstof of olie van de vliegtuigen. Om het risico op verontreiniging van het hemelwater te beperken, dient dit water gescheiden afgevoerd te worden en door een afscheider geleid te worden. Doordat de afwatering naast de landingsbaan reeds volledig ingericht is, dient nader onderzocht te worden of deze scheiding nog aan te brengen is. Het watermanagementplan is een integraal deel van het MVO managementsysteem dat SPV conform ISO 26000 uitvoert. Monitoring, rapportage en evaluatie over watermanagement maken daardoor onderdeel uit van de in te richten MVO stuurcyclus (zie verder Borging, pagina 16). Bij het opstellen, uitvoeren en evalueren van het watermanagementplan wordt nauw samengewerkt met de Provincie Overijssel en het Waterschap Regge en Dinkel.
7
8
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Subject area 3: Energie & Klimaat Energie is en blijft een significant aspect van duurzaamheid. Bij de ontwikkeling van onze projecten maken we gebruik van de Trias-Methodiek. Deze methodiek is gebaseerd op de Trias- Energetica, een bekende aanpak die de route beschrijft naar een duurzame energiehuishouding in drie stappen: 1. besparen, 2. duurzaam opwekken en 3. indien noodzakelijk efficiënt gebruik maken van fossiele bronnen In overeenstemming met de Trias Energetica dient de energievraag zo laag mogelijk te worden gesteld. Dat kan door bij het gebouwontwerpen niet alleen rekening te houden met de functionaliteit, maar ook te ontwerpen op een gunstig energetisch gedrag. Het is daarbij essentieel dat gebouw en installaties elkaars werking ondersteunen en niet corrigeren. Elke energiebesparing die hier behaald wordt klinkt immers jarenlang door in de exploitatie. Naast de gebouwen zal voor het materieel zoveel mogelijk gezocht worden naar duurzame oplossingen. Op basis van ISO 26000 zetten we doelstellingen op voor het reduceren van energieverbruik en de CO2-uitstoot. Om deze doelstellingen te halen zal een plan van aanpak opgesteld worden, als onderdeel van het MVO managementsysteem (zie verder Borging, pagina 16). Dit plan van aanpak zal de systematiek volgen van het Airport Carbon Accreditation programma, met als doel het bereiken van Level 3+ ‘neutrality’. Daarbij wordt aansluiting gezocht bij het bestaande CO2-managementsysteem binnen de werkmaatschappijen van VolkerWessels op basis van de CO2-Prestatieladder. Deze systematiek heeft dezelfde elementen in zich als de eerste drie niveaus van het Airport Carbon Accreditation programma (inzicht in uitstoot, reductie van emissies, samenwerking in de keten/optimalisatie), en sluit hier dus goed bij aan. Om tot Level 3+ te komen, zullen de overgebleven CO2-emissies gecompenseerd worden door donker groene energie in te kopen. Conform de rapportagesystematiek van VolkerWessels, zal de SPV alle energieverbruiken omrekenen naar CO2-uitstoot, zodat we een goede vergelijking kunnen maken van de maatregelen met betrekking tot energiereductie en die met betrekking tot duurzame energieopwekking. Deze CO2-uitstoot wordt geïnventariseerd conform ISO 14064 en geverifieerd door een daartoe bevoegde onafhankelijke partij. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het GHG Protocol. Via de plan-do-check-actcyclus zullen we de voortgang op deze doelstellingen monitoren en indien nodig bijsturen. Regelmatige rapportage over het energiegebruik en de CO2-uitstoot is nu al onderdeel van het CO2managementsysteem binnen VolkerWessels en een belangrijk onderdeel van de extern geverifieerde duurzaamheidsverslaglegging. Het actieplan om de doelstellingen te halen zal worden opgesteld aan de hand van de hierboven beschreven trias energetica. Bijgaand een opsomming van maatregelen die zeer vermoedelijk ingevoerd kunnen worden en maatregelen die we graag nader willen onderzoeken: Geplande maatregelen: -
-
De grootste winst voor de gebouwen wordt ons inziens gehaald door de toepassing van isolatie van muren, ramen, leidingen en glas. Daarnaast is de detaillering van vloeren en daken en een zorgvuldige afdichting van gevelelementen om koudebrugwerking te beperken van belang. Bij de bouw zullen alle huidige standaarden meegenomen worden en zal getracht worden om aanvullend innovatieve maatregelen te kunnen implementeren. Het toepassen van een vraaggestuurd mechanisch gebalanceerde ventilatiesysteem in de terminal. Het toepassen van sensorgestuurde verlichting en de toepassing van LED verlichting voor zowel binnen de gebouwen, als ook in het buitengebied.
8
9
Duurzaamheidsplan Twente Airport
-
Hergebruik van warmte van bijvoorbeeld ICT ruimten.
-
Toepassing van energiezuinige bouwketen. Training en instructie van bouwplaatsmedewerkers voor het laten draaien van machines op het optimale toerental (om energie en CO2 te besparen). Ten aanzien van het grondafhandelingsmaterieel zijn diverse ontwikkelingen gaande om de CO2-uitstoot hiervan terug te dringen. Voorbeelden hiervan zijn zelfstandig verrijdbare trappen die worden aangedreven op zonnepanelen, elektrische trekauto’s voor kofferkarren, etc. Deze trappen en trekauto’s zullen gebruikt worden op Airport Twente. Anderzijds zijn momenteel voor divers ander materieel ook nog geen goede alternatieven beschikbaar zonder diesel aandrijving. Echter wij verwachten dat door de snelle ontwikkelingen op dit gebied en het feit dat dit materieel pas later besteld hoeft te worden, de kans zeer aannemelijk is dat er ten tijde van het bestelmoment goede duurzame alternatieven aanwezig zijn voor dieselverbruikend materieel als Push Back Trucks, de-icing wagens, kerosinetrucks, ambuliften, cateringsliften, etc. Bij de aanleg van het Apron wordt reeds rekening gehouden met de benodigde faciliteiten die nodig zijn om op den duur vaste Ground Power Units (GPU’s) op basis van “groene stroom” te kunnen installeren. Echter bij aanvang zal het aantal vluchten vermoedelijk te beperkt zijn, waardoor dan zal worden gewerkt volgens het Power-in-Power-out parkeersysteem voor vliegtuigen. Bij dit systeem is het niet mogelijk om met vaste GPU’s te werken en zal gebruik worden gemaakt van flexibele GPU’s die door diesel worden aangedreven. Enig bijkomstig voordeel van het Power-in-Power-out parkeersysteem is dat geen gebruik gemaakt wordt van op diesel aangedreven Push Back Truck’s. Binnen de realisatie van Twente Airport worden elektrische oplaadpunten voor auto’s geïnstalleerd
-
-
-
Nader te onderzoeken maatregelen: - De toepassing van zonneboilers en zonnepanelen toetsen op technisch-financiële haalbaarheid. Daarbij is het installeren van zonnepanelen op het parkeerdek een interessante optie, waarmee voor iedere bezoeker direct het duurzame karakter van het vliegveld zichtbaar wordt. Onderzoeken welke mogelijkheden een all-electric energiesysteem biedt. Onderzocht dient te worden of een (geothermisch) bronsysteem technisch en financieel aantrekkelijk kan worden toegepast. Dit soort systemen verwarmen de gebouwen in de winter en koelen deze in de zomer. -
Onderzoeken of gebruik kan worden gemaakt van groene bouwstroom
-
Alternatieven voor het dieselverbruikende afhandelingsmaterieel
In Annex 24 beschrijft ADT haar visie op het gebruik van hernieuwbare energie welke gerealiseerd dient te zijn na jaar 3, jaar 5 en jaar 10. Zoals overeengekomen in de concessie overeenkomst zal de exploitatiemaatschappij haar best effort leveren om deze doelstellingen te realiseren.
9
10
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Subject area 4: Materialen Met het maken van een bewuste keuze voor bepaalde materialen kan de impact van het materiaalgebruik op mens en milieu worden geminimaliseerd. We willen zoveel mogelijk materialen gebruiken die tot stand komen onder menswaardige omstandigheden en met respect voor de (natuurlijke) omgeving. Bij de ontwikkeling van Twente Airport werken we vanuit de filosofie: Reduce, Re-use en Recycle. Reduce Door gebruik te maken van “standaard” materiaalafmetingen, handelsmaten en bouwprincipes wordt de vraag naar grondstoffen zo efficiënt mogelijk ingezet. Dit wordt versterkt door de kansen die prefabricatie en modulair bouwen biedt voor de ontwikkeling van de terminal en andere gebouwen op het terrein. Denkend vanuit een Total Cost of Ownership benadering zoeken we reeds in het ontwerptraject naar manieren om grondstofgebruik te reduceren, en indien mogelijk te voorkomen. Een voorbeeld hiervan is een integrale overlegstructuur met de architect, de inkoop organisatie en toeleveranciers. Andere voorbeelden zijn de toepassing van duurzame sandwichpanelen, FSC gecertificeerd hout, flexibele inrichtingselementen, geprefabriceerde betonelementen, vloerafwerkingen met een lange levensloop, etc. Ook in de exploitatie van de luchthaven willen wij de consumptie van materialen verminderen. Wij zetten bijvoorbeeld in op online in-checking en het terugdringen van het gebruik van papier. In het horeca concept kan gebruik worden gemaakt van gerecyclede bekers en verpakkingsmaterialen. In de schoonmaak kan gebruik worden gemaakt van biologisch afbreekbare schoonmaakmiddelen. Ons inziens moet de duurzaamheidsgedachte op de gehele luchthaven zien en dient getracht te worden dit overal waar mogelijk in te voeren. Wij zullen dit dan ook waar mogelijk opleggen aan onze leveranciers, echter rekening houdende dat de maatregelen bedrijfseconomisch verantwoord zijn. Re-use Vervolgens wordt zoveel als mogelijk ingezet op het gebruik van lokale materialen en herbruikbare materialen. In de bouwmethodiek verschuift onze focus naar assembleren, wat inhoudt dat gebouwonderdelen na hun dienst in de terminal hergebruikt kunnen worden in andere bouwwerken of bouwtoepassingen. Dit sluit aan bij het denken in kringlopen zoals bekend in de C2C filosofie. Hierbij kan wederom gedacht worden aan panelen, stalen profielen, hout, folies. In de wegenbouw is het verder reeds gebruikelijk om onder verhardingen gebruik te maken van puingranulaat als funderingsmateriaal. Daarnaast wordt gewerkt met een gesloten grondbalans. Recycle Ter voorkoming van afvalstromen heeft VolkerWessels een afvalcalculator ontwikkeld welke in het voortraject aangeeft welke afvalstromen er vrij gaan komen tijdens het bouwproces. Ook kan er met deze tool gestuurd worden op afvalstromen, en nog veel belangrijker, de belasting op het milieu dusdanig teruggebracht worden. Gekoppeld aan de reductie van grondstofverbruik, heeft VolkerWessels een mantelovereenkomst getekend met een partner voor de afvalscheiding, om op deze wijze te zorgen dat minder hoogwaardige grondstoffen verloren gaan. Het betreft een landelijk opererende grondstoffen verwerkende partij welke aan deze vraag kan voldoen. Grondstoffen worden gescheiden in 11 fracties welke aantoonbaar worden hergebruikt en of gerecycled. Denk hierbij oa aan hout, papier, glas, aluminium, beton en asfalt. Met deze kennis en ervaring onderzoeken we in de tijd, aan de hand van de ISO 26000-systematiek, hoe we dit kunnen verbeteren. Het VolkerWessels concern heeft een ruime ervaring op het gebied van duurzaam bouwen en het toepassen van duurzame materialen. Wij realiseerden zoals eerder vermeld oa het meest duurzame gemeentehuis van Nederland in Hardenberg, het meest duurzame kantoor gebouw van West Europa voor TNT en het eerste Cradle to Cradle bedrijvenpark van Europa. In boven genoemde
10
11
Duurzaamheidsplan Twente Airport
projecten zijn respectievelijk de volgende duurzaamheids meetinstrumenten gebruikt en scores gehaald als GPR (8,5 gemiddeld), Leed Platimum en BREEAM-NL “Excellent”. Hierbij merken wij wel op dat kostbare bouwmethoden momenteel slechts voor enkele gebruikers economische haalbaarheid zijn. In annex 24 van de concession agreement beschrijft ADT dat de bouw op Airport Twente dient te voldoen aan de BREEAM-NL systematiek, of een vergelijkbaar meetinstrument naar keuze. Hierin is de eis opgenomen dat nieuwbouwgebouwen bij ingebruikname van het vliegveld dienen te voldoen aan BREEAM-NL “Very good”. GPR SPV wenst voor de nieuwbouw op het vliegveld af te wijken van de BREEAM-NL systematiek en te kiezen voor een vergelijkbaar meetinstrument, namelijk de GPR-methodiek (7,5). Deze methodiek geeft SPV meer vrijheid en flexibiliteit in het bouwproces. SPV vind het belangrijk dat deze vrijheid en flexibiliteit niet ten koste gaat van duurzaamheid. De GPR-methodiek heeft veel overeenkomsten met de BREEAM-NL methodiek. GPR is een breed gedragen keurmerk verdeeld in de vijf belangrijkste directe duurzaamheidskenmerken: energie, milieu, gezondheid, toekomstwaarde en gebruikskwaliteit. GPR geeft snel inzicht in de duurzaamheid van een gebouw en sluit aan op de milieuprestatie-eisen uit het bouwbesluit. Daarnaast is GPR snel, accuraat en gebruiksvriendelijk. De BREEAM-NL systematiek is op een aantal aspecten breder dan de GPR-methode. Dit is echter relatief omdat binnen BREEAM-NL een grote keuze vrijheid bestaat voor credits. Ons inziens is GPR zeker vergelijkbaar indien een evenwichtige score wordt behaald op de verschillende thema’s binnen GPR, waardoor we een breed draagvlak ten aanzien van duurzaamheid realiseren. Verder zullen we de thema’s waar BREEAM-NL verder gaat dan GPR zoveel mogelijk meenemen in onze ontwikkelingen. De betreffen de volgende thema’s: - MAN 1 Prestatieborging; - HEA 4 HF verlichting (Subject area 3: Energie & Klimaat); - ENE 2 Submetering energieverbruiken (Subject area 3: Energie & Klimaat); - Wat 1 Waterverbruik (Subject area 2: Water); - Wat 2 Watermeter (Subject area 2: Water); - LE 4 Planten en dieren als medegebruiker van het plangebied. Deze afwijkende thema’s proberen we te borgen in onze werkwijze of worden geborgd in de betreffende subject area. Met name de eerste, de prestatieborging is zeer belangrijk in BREEAM-NL, maar wordt niet gewaardeerd binnen de GPR. Het laatste credit, LE 4, kan echter op gespannen voet staan met de veiligheid op de luchthaven. Het uitgangspunt van SPV is hierin dat veiligheid op de eerste plaats staat. Als VolkerWessels zijn we mede initiator van “Bewuste Bouwer” en alle bouwplaatsen laten we dus ook als zodanig certificeren. We hebben standaard afspraken met afvalverwerker Sita over afvalscheiding op de bouwplaats en recycling van het afval. Dit maakt dat we hiermee veel management- en afvalpunten binnen BREEAM-NL scoren. Ons inziens is het een gemis dat, GPR ten opzichte van BREEAM-NL, de waardering van energiezuinige liften en het borgen van de thermische kwaliteit van de gebouwschil (luchtdichtheid en thermografische opnamen) niet meeneemt. Deze aspecten zullen wij echter wel meenemen in onze ontwikkelingen. Bij het aspect vervuiling zullen we extra aandacht besteden aan het minimaliseren van vervuiling door afstromend regenwater, licht en geluid. Dit alles bij elkaar leidt ons inziens tot een gelijkwaardig duurzaamheidsniveau.
11
12
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Subject area 5: Biodiversiteit Twente Airport ligt in een ecologisch waardevol gebied. Delen van het grondgebied maken onderdeel uit van de ecologische hoofdstructuur (EHS), een netwerk van waardevolle gebieden die met elkaar in verbinding liggen. In het kader van de realisatie van een duurzame luchthaven wordt ernaar gestreefd om de aanwezige natuurwaarden in het gebied zoveel mogelijk te vrijwaren van mogelijke hinder, én potentiële natuurwaarden te bepalen en waar mogelijk te stimuleren, rekening houdend met de beperkingen die de exploitatie van een luchthaven met zich meebrengt. In de Annex 24 wordt beschreven dat de exploitant in gezamenlijkheid met het waterschap Regge en Dinkel en de provincie Overijssel een biodiversiteitsplan opstelt waarin zowel een watermanagement plan als een beheerplan voor de “natural environment” wordt opgenomen. Dit beheerplan zal realistisch en uitvoerbaar zijn en zal helderheid bieden over alle inrichtingsmaatregelen en wie voor welk beheer verantwoordelijk is (huurder, gebruiker, koper, derde partij). Tevens zal er aandacht worden besteed aan de ecology champion. De ecology champion wordt aangewezen als de persoon die de kar trekt om het beheerplan te waarborgen. Voor het biodiversiteitsplan zal gebruikt gemaakt worden van de ecologische onderzoeken die zijn uitgevoerd door ADT in het kader van dit project. Met betrekking tot de EHS beschrijft de provincie de volgende ambitie: ‘het doel van de onderscheiden Groene en Blauwe hoofdstructuur, waarvan de EHS onderdeel is, is de ontwikkeling van een duurzaam, samenhangend stelsel natuurgebieden waardoor behoud en ontwikkeling van de biodiversiteit mogelijk is’. Als belangrijke aspecten beschrijft ze verder het verbinden van omliggende ecosytemen, het voorkomen van versnippering en het toegankelijk maken van het gebied voor bezoekers en recreatie. In het biodiversiteitsplan zullen de omliggende beschermde natuurgebieden in de regio op een kaart worden weergegeven. Enkele jaren na het in gebruik nemen van het biodiversiteitsplan wordt een evaluatieplan opgesteld. In het evaluatieplan zal de effectiviteit van het biodiversiteitsplan én de inrichtingsmaatregelen worden getoetst en indien nodig worden bijgeschaafd (zie verder Borging, pagina 16). Geplande maatregelen: Bepalen van de bestaande – en de potentiele natuurwaarden en deze waar mogelijk vertalen in maatregelen om ze te versterken. Een zorgvuldige inpassing van de te realiseren gebouwen binnen het plangebied en buiten de EHS. Het creëren van nieuwe verbindingen of het accentueren van bestaande routenetwerken zoals wandelpaden, ruiterpaden, atb-paden etc, rekening houdend met de beperkingen die de exploitatie van een luchthaven met zich meebrengt. De creatie van een spottersdeck, waarbij niet alleen de vliegtuigen, maar ook de natuurlijke omgeving kan worden beleefd. De luchthaven en de EHS moeten als één geheel in elkaar passen. Een focus op de reductie van het gebruik van pesticiden, een aangepast maaibeheer en het beschouwen van ecologische elementen bij aanpassingswerken. Het achterwege laten van bemesting van grasland. Bij nieuwe beplanting (bijvoorbeeld op of om de parkeerplaatsen en kantoorgebouwen) kiezen voor streekeigen beplanting die insecten en grond bewonende fauna aantrekt. Nader te onderzoeken maatregelen: Het inrichtingsplan dient zodanig opgezet te worden dat een kosteneffectief management wordt mogelijk gemaakt, gecombineerd met een duurzaam beheer. Vogels verdienen in het bijzonder onze aandacht. De aanwezigheid van vogels staat op een gespannen voet met de veiligheid op de luchthaven. Een Bird Control Unit zal op een zo vriendelijk mogelijke manier de vogels verjagen in de omgeving van de landingsbaan. Hierbij kan gedacht worden aan het gebruik van geluid of licht. Er zijn ons ook voorbeelden bekend waarbij vogels worden verjaagd met behulp van een getrainde hond. Deze oplossingen zullen wij nader onderzoeken.
12
13
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Vogels die toch in aanraking komen met een vliegtuig worden ‘Birdstrikes’ genoemd. Iedere dode vogel die op de luchthaventerreinen wordt gevonden, wordt geregistreerd als een birdstrike. De hoeveelheid birdstrikes wordt jaarlijks gerapporteerd.
13
14
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Subject area 6: Geluid Hoewel we tijdens de realisatie van de nieuwe luchthaven veel aandacht besteden aan het zoveel mogelijk reduceren van geluid, stof en trillingen benaderen we dit hoofdstuk met name vanuit de exploitatie van het vliegveld. Net als weg- en spoorverkeer is luchtverkeer een oorzaak van geluidsemissies. De geluidsproductie wordt voornamelijk veroorzaakt door het opstijgen en landen van vliegtuigen op de luchthaven, en activiteiten op de luchthaven zelf. De exploitatie van Twente Airport wordt uitgevoerd met respect voor de omgeving en haar bewoners. Het doel van zowel ADT als SPV is om geluidsoverlast zoveel als mogelijk te beperken danwel te voorkomen. In de nadere uitwerking van de plannen en de operations van de luchthaven kan gedacht worden aan de volgende activiteiten. Vluchtschema’s Er word zoveel mogelijk gevlogen gedurende de dag. Vluchten tussen 23.00 uur en 6.00 uur zijn niet toegestaan en aan restricties onderhevig voor uitzonderingsgevallen. Bijzondere aandacht verdient het beperken van vluchten op de Zondagen. Zo zijn lesvluchten met propellervliegtuigen op zondag uitgesloten. Geluidsmonitoring De geluidsproductie en de geluidscontouren rondom het vliegveld worden berekend aan de hand van daarvoor geschikte rekenmodellen. Daarnaast kan gedacht worden aan de aanleg van een monitoringssysteem in de vorm van een geluidsmeetnet waarmee het geluid op en rondom het vliegveld gemeten wordt en waarmee de uitkomsten van de rekenmodellen kunnen worden geupdate. Type vluchten In de programmering van vluchten zal Twente Airport Twente rekening houden met de tonnage van de (straal) vliegtuigen in relatie tot het tijdstip van de vluchten en het aantal vluchtbewegingen. Bovenstaande gegevens worden gerapporteerd aan externe stakeholders (overheden danwel overlegcommissie). Een aantal vluchten van openbaar belang, zoals humanitaire vluchten, vallen hier overigens buiten.
14
15
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Ground Power Unit (GPU) Na aankomst van de gelande vliegtuigen op de standplaats dient de Auxiliary Power Unit (staartmotor) door de piloot zo snel mogelijk uitgezet te worden. Er dient zo snel mogelijk overgeschakeld te worden op een GPU die een lagere geluidsproductie heeft, waardoor eventueel geluidsoverlast voor de omgeving wordt beperkt. Onderzocht wordt of het plaatsen van vaste GPU’s op het Apron op den duur haalbaar wordt, deze GPU’s zijn stiller dan variabele GPU’s en zijn duurzamer (zie Subject Area 3). Proefdraaien Een van de belangrijkste oorzaken van geluidshinder wordt veroorzaakt door het proefdraaien (powertesten) of opwarmen van vliegtuigmotoren. Twente Airport zal bij de nadere uitwerking van de plannen één of enkele locaties aanmerken waar het proefdraaien kan plaatsvinden en waarbij de overlast voor omwonenden zoveel mogelijk wordt beperkt. Klachtenregistratie Twente Airport stelt een meldpunt en een klachtenregistratiesysteem op waar zowel omwonenden, andere belanghebbenden als reizigers terecht kunnen. Klachten worden opgevolgd en jaarlijks gerapporteerd. Het vliegveld stelt een procedure op voor de afhandeling van opgelopen schades, zoals bijvoorbeeld een dakpan-vergoeding die bij veel vliegvelden geldt.
15
16
Duurzaamheidsplan Twente Airport
Borging Het vertalen van onze visie naar de praktijk De SPV zal werken conform de richtlijn voor maatschappelijk verantwoord ondernemen ISO 26000. Dat betekent dat wij gezamenlijk met onze stakeholders bepalen welke MVO-onderwerpen voor ons relevant zijn. Het beleid en de doelstellingen op deze onderwerpen stellen we vast na dialoog met onze belanghebbenden. Door middel van de Plan – Do – Check – Act cyclus borgen wij continue verbetering op deze onderwerpen: -
Plan: in een geïntegreerd plan van aanpak worden het MVO-beleid en de concrete doelstellingen vastgelegd. Het plan van aanpak omvat ten minste: o
De duurzaamheidseisen zoals verwoord in Annex 24
o
De doelstellingen en ambities zoals benoemd in dit duurzaamheidsplan
o
Een overzicht van de verantwoordelijkheden
o
Een beschrijving van de te voeren stakeholderdialoog
o
Het watermanagementplan en het biodiversiteitsplan
te
nemen
maatregelen,
inclusief
planning
en
-
Do: het plan van aanpak wordt uitgevoerd conform de planning en met inachtneming van de verantwoordelijkheden die daarin staan beschreven
-
Check: er wordt periodiek gemeten wat de voortgang is op de doelstellingen en gecontroleerd of het plan correct wordt uitgevoerd
-
Act: op basis van de metingen en controles wordt het plan van aanpak geëvalueerd en wordt indien nodig bijgestuurd of wordt het plan van aanpak aangepast.
De verantwoordelijkheden met betrekking tot MVO zullen worden benoemd in het plan van aanpak. Er zal door de SPV één centrale MVO-manager aangesteld worden die de uitvoering van het plan van aanpak beheert. Daarbij zal de SPV ondersteund worden door (interne) adviseurs op het gebied van duurzaamheid en MVO. Monitoring Het meten en monitoren van de voortgang op de doelstellingen die opgenomen zijn in het plan van aanpak is een essentieel onderdeel van de stuurcyclus. Om de monitoring zorgvuldig uit te voeren wordt gebruik gemaakt van de professionele MVO-registratiesoftware Credit 360, die momenteel al in gebruik is bij dochterbedrijf VolkerWessels. Rapportage VolkerWessels, die verantwoordelijk zal zijn voor de bouw van de luchthaven, monitort haar duurzaamheidsimpact en rapporteert daarover conform GRI B+. Al enkele jaren op rij staan zij hiermee in de hoogste regionen van de transparantiebenchmark. Om goed en tijdig bij te kunnen sturen zal de SPV trachten haar monitoring tijdens de exploitatie van het vliegveld op dezelfde wijze vorm te geven, met de ambitie om binnen drie jaar op niveau B+ te rapporteren, en binnen tien jaar op niveau A+. Rapportage op deze plus-niveaus vooronderstelt de externe verificatie van het jaarverslag door een daartoe bevoegde partij. De ervaring binnen VolkerWessels met het rapporteren op niveau B+ zal in dit kader ten volste benut worden. De verdere uitwerking van deze ambitie maakt onderdeel uit van het plan van aanpak. Het is niet mogelijk om een MVO-systeem conform ISO 26000 te laten certificeren. SPV hecht er desalniettemin belang aan om niet alleen het duurzaamheidsverslag maar ook het MVO-systeem extern te laten verifiëren, om objectief aan te tonen dat de richtlijn wordt toegepast. Daarom zal er een Zelfverklaring ISO 26000 opgesteld worden conform de NPR 9026 handleiding, die geverifieerd zal worden door een auditor. Kwaliteitsmanagement Om de kwaliteit van het MVO-beleid en de implementatie van het plan van aanpak te borgen, zal een kwaliteitsmanagementplan opgesteld worden. Hierin worden procedures opgenomen met betrekking tot de stakeholderdialoog, het vaststellen van de MVO-onderwerpen en de bijbehorende 16
17
Duurzaamheidsplan Twente Airport
doelstellingen, de meting en monitoring. Daarnaast wordt in het kwaliteitsmanagementplan een periodieke interne audit beschreven. De interne audit wordt uitgevoerd op basis van de eisen uit Annex 24, het plan van aanpak, en de monitoring. De uitkomst van de interne audit wordt vastgelegd en meegenomen in de ‘act’ stap van de stuurcyclus.
17