WEBchina40.doc
Drie China-kenners reageren op Sorman’s harde oordeel over de Chinese Communistische Partij. Aansluitend bij het artikel ‘China 40 jaar na de culturele revolutie’ (Trends Magazine, 1 juni 2006) vindt u hieronder de meer uitgebreide mening van drie China-Kenners.
•
Chris Morel is econoom, werkte voor Alcatel en was hoofdonderhandelaar (19781983), oprichter en ondervoorzitter van Shanghai Bell Telephone, een van de eerste joint ventures in China. Hij had contacten met zowat de hele top van de Chinese Comministische Partij (CCP) en de hoogste machthebbers uit de jaren tachtig en negentig. Hij is ereburger van Sjanghai, heeft er 174 Chinareizen opzitten en is voorzitter van het China Europe Mangament Center en NihaoOuzhou consultingbedrijf.
Morel: “Een aantal van Sorman’s stellingen worden tegengesproken door de objectieve cijfers of men het nu graag heeft of niet, zoals de Chinezen zeggen “learning from the facts…” en de CCP is inderdaad de drijvende kracht. 1. Over de economische vooruitgang “Het hedendaagse communisme is duidelijk verschillend van het Mao-tijdperk en de integratie in het wereldgebeuren is de beste waarborg dat bepaalde uitspattingen niet meer mogelijk zijn. De CCP is wel degelijk een motor voor de economische ontwikkeling en de “specifieke Chinese democratie” maakt lange termijn planning en expertise op de juiste plaats wel degelijk mogelijk. De toetreding tot Wereldhandelsorganisatie (WTO) was het perfecte excuus voor de machthebbers om te rationaliseren met als gevolg dat China vandaag één van de meest competitieve markten ter wereld is, dit ondervinden de multinationals en de lokale bedrijven iedere dag. Als men de nieuwe belastingswetgeving leest zal men vaststellen dat de overheid veel belang hecht aan innovatie (niet alleen in de labo’s, maar in de productieketen), dat hiervoor grote financiële voordelen worden verstrekt aan de buitenlandse – en Chinese bedrijven. “Het is een feit dat in de periode 1980-2000 het BNP met 400% toenam, dat honderden miljoenen Chinezen boven de armoede grens kwamen en dat op heden een instroom van 1,3 triljoen US-dollar vanwege 530.000 buitenlandse investeerders een ernstige basis kunnen genoemd worden voor de economische groei. Het is dan ook opvallend dat de regering-Hu Jintao – Wen Jiabao sinds 2004 de nadruk legt op “go abroad and go global” voor de Chinese bedrijven om te vermijden dat men te afhankelijk wordt van de buitenlandse investeringen. “De CCP vergenoegt zich niet in het huidige succes, maar bereidt de alternatieve toekomst voor en beseft zeer goed dat haar overlevingskansen volledig afhankelijk zijn van aanhoudende groei en verbeterende levensstandaard voor een groeiend aantal Chinezen. “De besluiten van het People’s Congres in 2005/2006 qua afschaffing landbouwtaksen, qua binnenland-investeringen, qua correcties in de sociale zekerheid, qua onderwijs bevestigen de aanpassing in hun ontwikkelingspolitiek.” 2. Over “de pseudo-middenklasse”: “Mijn ervaring is dat deze middenklasse voornamelijk gevormd wordt door de miljoenen Chinezen die voor de 530.000 buitenlandse bedrijven werken, aangevuld met de miljoenen
WEBchina40.doc
werknemers in Chinese privé-bedrijven, want daar zit voornamelijk de groeiende koopkracht. Het is een feit dat deze individuen voornamelijk belangstelling hebben voor hun jaarlijkse groeiende koopkracht die ze nu ook kunnen aanwenden voor buitenlands toerisme benevens alle denkbare materiële goederen (wooninrichting, auto, huishoudapparaten). Nooit hadden zoveel Chinezen zoveel vrijheid en een groeiende welvaart en zoals Deng Xiaopeng duidelijk maakte, sommigen zullen 30 à 40 jaar vroeger welvaart kennen dan anderen, maar iedereen komt aan de beurt. Eigenlijk rekent men op de CCP om dit proces verder te zetten en wenst men geen USSR democratisch verhaal met alle economische drama’s.” 3. Over de stelling: “China wordt geen rechtstaat”: “China wordt wel degelijk een rechtstaat want ze hebben de wereld nodig om hun ontwikkeling verder te zetten en een duidelijker rechtsysteem is een noodzaak. Dit is meer dan enkel corruptie-gericht. Vertrekkend van onbestaande rechtsleer op economisch en aangepast civiel recht in 1980 kost het inderdaad 1 à 2 generaties om dit alles op te bouwen (wetten, structuren,mensen),maar het komt… “Zoals corruptie en nepotisme aanwezig is in ontwikkelingslanden en industriestaten, zal dit waarschijnlijk ook nog in China bestaan zoals we kunnen afleiden uit periodieke processen en veroordelingen. De wederzijdse controle en de zware straffen lijken alles binnen perken te houden, maar er is nog werk aan de winkel om nieuwe corruptiemethodes te verhinderen.” 4. Over het communistische regime: “China is het land van de grote getallen, wat een onweerstaanbare economische aantrekkingskracht en doe-kracht uitmaakt. De westerse beleidmakers, geregeld herkiesbaar, worden afgerekend op de welvaart en welzijn in hun gebied en kunnen onmogelijk een markt zoals China negeren of hun bedrijven belemmeren er zaken te doen, de werkgelegenheid en de consumentenvoordelen zijn te belangrijk. “Het is niet realistisch aan onze arbeiders te vragen om niet deel te nemen aan de jaarlijkse globale export van 700 à 900 miljard US-dollar naar China. “Het zijn niet de beleidmakers die de economische stromen sturen, net zomin als diegene die zullen beslissen wie zich vertegenwoordigd voelt door de CCP.” 5. Over de banksector: “De banken houden de CCP niet in leven, maar zijn inderdaad het grote probleem voor de CCP. Het bekomen van kredieten, zonder degelijk feasibility-studie is voorbij sinds Zhu Rongji en het niet-terugbetalen behoort ook tot het verleden. Niettemin zijn er waarschijnlijk nog 400 à 500 miljard US-dollar oude schulden die ook niet zullen terugbetaald worden. “Hiervoor heeft de overheid al 197 miljard US-dollar afbetaald en afgeboekt in 2003-2005 en wordt een speciale obligatie van 265 miljard US-dollar uitgegeven in 2006. Ondertussen hebben de buitenlandse banken ook reeds 20 miljard geïnvesteerd in Chinese banken. De overheid en CCP beseffen dat de WTO afspraak waarbij de bankwereld opengaat op 1 januari 2007 hen niet veel tijd méér laat en werkt eraan… de grondige sanering moet en zal er komen, zoniet stort alles in elkaar en dan heeft de CCP inderdaad een probleem…”
WEBchina40.doc
•
Henk Schulte-Nordholt, sinoloog, schreef zopas het boek ‘De Chinacode ontcijferd’ (Uitgeverij Byblos), bedoeld voor westerse ondernemers. Hij is momenteel managing director van Hofung Technology in Peking en was voordien op hoog niveau actief in China en Taiwan voor HBU Bank en ABN Amro.
Schulte-Nordholt: “China zou ik niet langer een communistisch land noemen. Ik weet dat dit wat kort door de bocht is, maar toch: op papier bestaat de communistische ideologie nog wel, maar in de praktijk hebben we te maken met een éénpartijstaat zonder levendige communistische ideologie. Het absolute gelijkheidsbeginsel bestaat niet meer, integendeel. De oude ideologie wordt van binnenuit uitgehold en stapsgewijs vervangen door een ideologische invulling van het Confucianisme dat pleit voor harmonie, het oplossen van tegenstellingen en het streven naar een samenleving die er in haar geheel economisch beter van wordt. Die zienswijze heeft niets meer te maken met maoïsme en marximse-leninisme. “Ik vind dat China niet meer een totalitair land is, maar wel een autoritaire staat. Je mag tegenwoordig in China alles luidop zeggen _ wat toch in schril contrast staat met de duistere jaren van de Culturele Revolutie 40 jaar geleden. Op vooprwaarde echter dat je niet in competitie treedt met de Macht, want het kernbeginsel van de CCP is machtsbehoud. “Ik kan Sorman volgen wanneer hij het heeft over een gebrek aan Research & Development of innovatiedrang. China is immers nooit echt innoverend geweest, ook niet voor de communistische periode, omdat de culturele voedingsbodem ontbreekt. Dat neemt niet weg dat het aantal octrooien dat door Chinese bedrijven wordt neergelegd tegenwoordig met 50% per jaar stijgt.” “Het is wel zo dat de middenklasse geen belang heeft bij revolutionaire omwentelingen en zich dus niet mengt in het politieke debat. De bevolking heeft slechte herinneringen aan woelige politieke periodes zoals tijdens de Culturele Revolutie. Ze is als de dood voor chaos, zolang er maar economisch beterschap is, zal de massa passief blijven toekijken. “China is nooit een rechtstaat geweest en zal dat ook niet worden. De rechterlijke macht is niet onafhankelijk, de Scheiding der Machten is onbestaand, de Partij is alles. Er zijn vorderingen in het Burgerlijke Recht en het Handelsrecht, maar niet voor politiek strafrechtelijke zaken. In de Chinese context gaat het altijd om plichten, nooit om rechten. “Uiteraard kiezen het Westen in het algemeen en westerse bedrijven in het bijzonder voor een pragmatische benadering tussen gewin en ideaal. De koopman wint het van de dominee om het op z’n Hollands te zeggen. Grote bedrijven en de westerse diplomatie staan bijvoorbeeld veel kritischer tegenover het repressieve regime van Myanmar (Birma) dan tegenover de Chinese regering. Maar het is niet zo dat de CCP in stand gehouden wordt door de meegaandheid van westerse regeringen en bedrijven, maar wel door de integratie van China in de wereldeconomie. En dat de banken de CCP in leven houden, zoals Sorman stelt, is grotendeels correct. Maar het omgekeerde is ook waar: zonder de CCP zouden die banken al lang failliet zijn. De banken lopen aan de leiband van de Partij, die hen lang gedwongen heeft niet kredietwaardige projecten te financieren, maar het is diezelfde CCP die nu aandringt op sanering van de banksector. En dat gebeurt ook. Ze zijn vandaag in een betere staat dan ze ooit geweest zijn.”
WEBchina40.doc
•
Jeanne Boden, sinoloog, is directeur van ChinaConduct, een opleiding- en adviescentrum voor samenwerking met China. Zij publiceert ‘De essentie van ChinaCommunicatie-Cultuur-Commitment (Uitgeverij Coutinho)’, een praktische handleiding om zowel de huidige bedrijfscultuur als de Chinese cultuur uit het verleden te begrijpen.
Boden: “Auteurs als Guy Sorman, Ian Buruma of Minxin Pei, die hier worden aangehaald vertrekken vanuit de idee dat China een democratische rechtstaat moet worden en dat zoiets momenteel niet kan door de macht van de CCP. Wat westerlingen ook over China zeggen of beweren, het grootste probleem dat het Westen heeft met China is dat het geen vat heeft op de Chinese maatschappij omdat het er in de geschiedenis nooit in is geslaagd om het land te koloniseren. Daardoor heeft China nooit de implementering van een democratie of rechtssystemen of andere westerse maatschappijstructuren gekend, in tegenstelling tot bijvoorbeeld India. “De machtsovername van de communistische partij in 1949 kon gebeuren omdat China door de eeuwen heen een centralistisch bestuur heeft gekend en omdat het hiërarchische centralistische systeem van de CCP aansluit bij wat het land historisch al kende. Alle ontwikkelingen vandaag gaan toeschrijven aan de totalitaire controle van de CCP is te kortzichtig. Sorman noemt China na de revolutie van 1911 ‘democratisch’. Hij voert het taoïsme op als ‘fundamenteel individualistisch en democratisch’. Kan China zo plotseling een ‘democratie’ zijn in 1911 na 2000 jaar keizerrijk? De Chinese maatschappij onderging toen inderdaad fundamentele veranderingen maar om ineens te spreken over een ‘democratie’ lijkt me sterk overdreven. Vergeten we dan niet even dat Yuan Shikai enkele jaren nadat Sun Yatsen de Chinese Republiek uitriep, alweer de macht naar zich toetrok met keizerlijke ambities? En dat politieke onrust door lokale machthebbers die de macht naar zich toetrokken de eerste helft van de twintigste eeuw beheerst? “Het opvoeren van het taoïsme als argument voor een democratisch en ‘fundamenteel individualistisch’ China gaat voorbij aan de complexiteit van de Chinese cultuur. Door de eeuwen heen hebben taoïsme en confucianisme naast elkaar bestaan. Ook vandaag bestaan taoïstische invloeden in China, maar dat maakt China niet tot een democratie. In heel het betoog van Sorman wordt voorbijgegaan aan Chinese familiesystemen en Chinese guanxi, die als sinds Confucius Chinese relaties en de Chinese maatschappij domineren waardoor er nooit een rechts- of wets- of financieel syteem ontstaan is zoals in het Westen. Het is een feit dat westerse bedrijven, en heel het Westen trouwens, vandaag pragmatisch meedoen met het Chinese systeem, maar dat is volgens mij complexer dan enkel ‘de CCP’. China heeft inderdaad een engagement aangegaan om te voldoen aan de eisen van de WTO. In theorie wordt het ook allemaal netjes geregeld. Maar de Chinese praktijk is complex en kan niet in enkele jaren worden veranderd en dat heeft niet alleen te maken met het totalitaire bewind van de CCP, maar met structuren in de Chinese maatschappij die veel dieper geworteld zijn.”
WEBchina40.doc
• Wie is Guy Sorman? De Franse economist en publicist is een buitenbeentje, hij reist de wereld rond op zoek naar het vroegtijdig detecteren van toekomstige geopolitieke en economische ontwikkelingen in de wereldeconomie. De weerslag daarvan is een twintigtal opgemerkte boeken, waarvan de bekendste titels zijn: La Solution libérale, La nouvelle Richesse des Nations, Les vrais penseurs de notre temps, Le génie de l’Inde, Made in USA, Les enfants de Refaa, Le monde est ma tribu en nu dus ‘L’année du Coq’ over China. Sorman studeerde aan de Ecole Politique en de bekende Ecole Nationale de l’Administration (ENA). Hij is professor Economie en Politieke Filosofie aan de Université de Paris (1970-2000), gastprofessor aan Stanford University, de universiteiten van Cordoba (Argentinië) en Moskou (Rusland). Hij schrijft regelmatig voor Le Figaro, The Wall Street Journal, La Nacion (Argentinië), O Estado (Brazilië), Chosun Ilbo (Korea).