Slachtofferhulp
DRAAIBOEK Samenwerking bij rampen Afspraken omtrent de samenwerking tussen de psychosociaal managers en de diensten Slachtofferhulp in de psychosociale nazorg van slachtoffers van rampen
Partners: Psychosociaal Managers Federale Commissie voor Psychosociale Hulpverlening Diensten Slachtofferhulp in Vlaanderen Steunpunt Algemeen Welzijnswerk
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
1
Colofon Samenstelling Draaiboek Elke Allaert, Philippe De Ruyck, Hannelore Andries voor de Psychosociaal Managers (PSM) in Vlaanderen Sonia Van Rompaey voor de Federale Commissie voor Psychosociale Hulpverlening (Fed. Comm. PSH) Catherine Bibaer, Cheska Verhenne voor de afdelingen Slachtofferhulp van de Centra Algemeen Welzijnswerk (SH) Astrid Rubbens voor het Steunpunt Algemeen Welzijnswerk, afdeling Slachtofferhulp (SAW) Redactie Lay-out Druk Februari 2005
Astrid Rubbens Peter De Koster Copymatic, Diksmuidelaan , 2600 Berchem
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk Diksmuidelaan 50 2600 Berchem Tel 03-340 49 00 Fax 03-385 57 05 E-mail
[email protected] v.u.: Peter De Koster, p/a Diksmuidelaan 50, 2600 Berchem
2
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
Inhoud Inhoud
3
1.Inleiding
4
2.Draaiboek
5
2.1.Voorstelling partners
5
Diensten Slachtofferhulp
5
PSM
5
2.2.Toelichting draaiboek
6
A. Alarmering
6
B. Post crisis balans (PCB)
6
C. Psychosociaal coördinatiecomité (PSCC)
7
D. Einde psychosociaal interventieplan (PSIP)
8
2.3.Afspraken
9
3.Lijst van afkortingen
11
4.Adressenlijst
12
4.1.Fed. Com. voor Psychosociale Hulpverlening van FOD Volksgezondheid
12
4.2.Psychosociaal Managers in Vlaanderen
12
4.3.Expert van FOD Volksgezondheid
12
4.4.Steunpunt Algemeen Welzijnswerk
13
4.5.Centra Algemeen Welzijnswerk met dienst Slachtofferhulp
13
Provincie Antwerpen
13
Provincie Brabant
13
Provincie Limburg
14
Provincie Oost-Vlaanderen
14
Provincie West-Vlaanderen
15
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
3
1. Inleiding De PSM en de diensten SH werken samen in de nazorg van rampenslachtoffers. Vanuit de praktijk stellen we de noodzaak aan duidelijke afspraken vast. Onderstaand draaiboek beoogt dan ook de facilitering van de reeds bestaande samenwerking tussen de PSM en de diensten SH. Dit draaiboek werd gerealiseerd door drie overlegbijeenkomsten tussen de drie PSM’s van Vlaanderen, Sonia Van Rompaey van de Fed. Comm. PSH, Astrid Rubbens Stafmedewerkster SH, Steunpunt Algemeen Welzijnswerk en Catherine Bibaer van de dienst SH van Gent en Cheska Verhenne van de Dienst SH van Kortrijk. De afspraken werden steeds getoetst bij de “achterban” en vervolgens teruggekoppeld op een volgend overleg. Het draaiboek geeft de afspraken weer, niet het aan de afspraken voorafgaande gesprek en is opgesteld volgens de chronologische stappen van het psychosociaal interventieplan (PSIP): A.
Alarmering
B.
Post crisis balans (PCB)
C.
Psychosociaal coördinatiecomité (PSCC)
D.
Einde ‘psychosociaal interventieplan’ (PSIP)
Dit draaiboek bestaat uit drie delen. In het eerste deel wordt beknopt weergegeven wat de opdracht van beide partners is in de nazorg van slachtoffers van rampen. In deel twee wordt stapsgewijs toegelicht hoe zal samengewerkt worden. De concrete afspraken worden hernomen in deel drie. In dit document worden verschillende afkortingen gebruikt. Een verklaring van deze afkortingen is te vinden op onder punt 2, blz.11. Een lijst van contactadressen is te vinden op blz.12 onder punt 3.
4
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
2. Draaiboek
2.1.
Voorstelling partners
Diensten Slachtofferhulp SH richt zich tot alle slachtoffers van misdrijven en hun na(ast)bestaanden. Ook nabestaanden van dodelijk verkeersongevallen, nabestaanden van zelfdoding en slachtoffers van rampen kunnen bij SH terecht. Ook wanneer men getuige was van alle hiervoor genoemde situaties kan men beroep doen op SH. SH richt zich naar kinderen, jongeren en volwassenen en bouwde naar alle doelgroepen een deskundigheid uit. In zijn hulpaanbod vertrekt SH vanuit de autonomie van het slachtoffer en stimuleert de zelfredzaamheid. In de context van een ramp bestaat het aanbod van SH uit individuele begeleiding, psychologische debriefing, presentatie over de mogelijke psychologische impact van een schokkende gebeurtenis en indien nodig, specifieke doorverwijzing naar de hulpverlening in de tweede lijn. De individuele begeleiding omvat informatieverstrekking op juridisch en praktisch vlak, psycho-educatie en psychosociale ondersteuning. Deze begeleiding gebeurt door zowel beroepskrachten als vrijwillige medewerkers. Slachtoffers kunnen ook in groep opgevangen worden via een groepsdebriefing of een informatievergadering. Naast de hulpverlenende rol heeft SH ook een structurele taak. Mits toestemming van het slachtoffer zal SH structurele hiaten en knelpunten inzake de rechten en opvang van slachtoffers signaleren bij de betrokken instanties en overlegstructuren (FOD Justitie, scholen, advocaten, verzekeringsmaatschappijen,...). In zijn opdracht van individuele opvang van slachtoffers van rampen kan SH beroep doen op andere afdelingen binnen het Centrum Algemeen Welzijnswerk. SH vangt ook professionele hulpverleners (ambulanciers, politie, brandweer, maar ook schoonmaakploeg ed.) op. Gezien zij als ‘getuige’ betrokken zijn bij ramp kunnen ze terecht bij SH. In het kader van haar structurele opdracht zal SH, naast het ingaan op de individuele hulpvraag, steeds onderzoeken welk aanbod deze organisatie/werkgever heeft naar zijn medewerkers. Indien de organisatie/werkgever zelf in een opvang voorziet, zal de Dienst SH deze daarin eventueel ondersteunen. Indien dat niet het geval is, kan de Dienst SH de opvang verzorgen maar zal tegelijkertijd met de betrokken organisatie/werkgever onderzocht worden wat zijn/haar verantwoordelijkheid is. Dit met het oog op bewustwording en preventie omtrent de nood aan bijstand inzake het omgaan met schokkende gebeurtenissen. PSM De PSM behartigt de coördinatie van de psychosociale nazorg van rampenslachtoffers. Hij/zij doet dit volgens PSIP dat momenteel geïmplementeerd is in het algemeen provinciaal rampenplan (APR). De PSM is de psychosociale raadgever van de Federale Gezondheidsinspecteur (FGI) die de verantwoordelijke is van Discipline 2 binnen de rampenplanning, de medisch-sanitaire hulpverlening. Naast een operationele taak op het moment van een ramp, heeft de PSM ook een preventieve taak: de uitbouw van een psychosociaal netwerk op basis van reeds bestaande psychosociale diensten. De PSM is een federale ambtenaar van Volksgezondheid die halftijds één provincie of voltijds twee provincies tot diens verantwoordelijkheid heeft en nauw samenwerkt met de dienst Rampenplanning en noodhulpverlening van de provincie.
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
5
2.2.
Toelichting draaiboek
A. Alarmering Bij het afkondigen van een fase 3 van het rampenplan of een medisch interventieplan (MIP) wordt het PSIP automatisch geactiveerd door de federaal gezondheidsinspecteur (FGI) en wordt de PSM verwittigd. Indien er geen rampenplan of MIP werd geactiveerd, maar er is wel sprake van een rechtstreekse of onrechtstreekse collectiviteit in een noodsituatie, kan na een analyse van de PSM, het PSIP afgekondigd worden.
Afspraak 1: De dienst SH wordt op de hoogte gebracht door de PSM wanneer het PSIP wordt afgekondigd. De eerste verwittiging betekent dat er onmiddellijke psychosociale acties ondernomen worden. Dit betekent nog niet noodzakelijk dat er een gecoördineerde nazorg zal georganiseerd worden.
Afspraak 2: Als het een heterogene (op vlak van woonplaats) groep is, verwittigt de PSM de dienst SH van de plaats van de ramp. Als het om een homogene groep gaat, verwittigt de PSM de dienst SH van waar de slachtoffers komen. Indien het over een heterogene groep gaat, maar de PSM heeft een zicht op de plaats van herkomst van de slachtoffers, deelt hij/ zij dit ook mee aan de diensten SH van die gebieden. Opmerking: Wat betreft grensoverschrijdende hulpverlening, fungeert Astrid Rubbens als aanspreekpunt. Zij beschikt over een databank van de Slachtofferhulporganisaties die tot de Europese Unie behoren (www.euvictimservices.org).
B. Post crisis balans (PCB) De PSM maakt zo vlug als mogelijk een PCB op. Hij/ zij streeft ernaar dit PCB op te maken binnen de 24 uur, afhankelijk van de omvang van de ramp en evolutief risico. Op basis van deze balans neemt de FGI een beslissing omtrent de noodzaak van een verdere ontplooiing van het PSIP. Wanneer beslist wordt het PSIP verder te ontplooien is de volgende stap het samenstellen van een PSCC.
Afspraak 3: De PSM informeert de dienst SH betreffende de beslissing van de FGI (stoppen of een verdere ontplooiing van het PSIP).
6
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
C. Psychosociaal coördinatiecomité (PSCC) Na een ramp of incident brengt de PSM een PSCC samen, bestaande uit psychosociale actoren uit de onmiddellijke en nazorgfase, om de acties in de nazorg te bepalen. In dit comité wordt de methodologie die aan de basis van het PSIP ligt, als 'rode draad' gebruikt: 1. Beschrijving van het gebeuren. 2. Identificeren van de doelgroepen. 3. Voorzien van de psychosociale impact op de verschillende doelgroepen. 4. Evaluatie van de behoeften van de slachtoffers. 5. Uitwerken van interventiestrategieën psychosociale netwerken.
in
samenwerking
met
de
betrokken
6. Nagaan of er de nodige capaciteit aan hulpverlening is om aan de behoeften te beantwoorden. 7. Evaluatie van de activiteiten en herevaluatie van de behoeften. 8. Hernemen punten 4 - 7 tot er volledig tegemoet gekomen is aan de behoeften. In een PSCC zal de dienst SH altijd worden betrokken als één van de actoren waarmee afspraken worden gemaakt in het kader van psychosociale ondersteuningsmaatregelen. In theorie komt het PSCC altijd samen voor er nieuwe acties worden gepland, tenzij er dringende en noodzakelijke acties moeten worden ondernomen.
Afspraak 4: Binnen het PSCC worden afspraken gemaakt rond collectieve en individuele acties in overleg met de aanwezige actoren (o.a. SH). Wat betreft het inhoudelijke aanbod wordt er afgesproken wie welke actie op zich neemt. De PSM zorgt voor de hele praktische organisatie in samenwerking met de lokale autoriteiten. Deze afspraken worden opgenomen in het verslag dat wordt gemaakt tijdens het PSCC en via mail of fax wordt toegestuurd naar alle leden van het comité. Met de dienst SH worden de afspraken schriftelijk uitgewisseld binnen de 24 u na het PSCC. Opmerkingen: De dienst SH kan individuele begeleiding opnemen alvorens een PSCC samenkomt. Het tijdstip en de wijze van een debriefing is afhankelijk van de dienst SH en van de situatie (samenstelling (heterogeen/homogeen) en grootte groep, plaats van het gebeuren,...) en wordt steeds na een teambespreking bepaald. Er wordt gestreefd naar het kwalitatief beste en meest haalbare aanbod. Theoretische evoluties in dit verband worden opgevolgd en de hulpverleners worden om de paar jaar gevormd. Het is niet noodzakelijk dat de dienst SH aan het PSCC zal deelnemen: Ook het CAW waarvan de dienst SH deel uitmaakt kan deelnemen. Het CAW kan namelijk intern doorverwijzen indien door de feiten van de ramp andere, latente problemen zoals vb. relatieproblemen, tot uiting komen.
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
7
Afspraak 5: De dienst SH verbindt zich er toe om doorverwezen slachtoffers binnen de 5 werkdagen telefonisch of per brief te contacteren. Opmerking: De PSM heeft dit met DSI opgenomen zodat deze ook weet wat de dienst SH kan bieden. Bij eventuele individuele aanvragen van het slachtoffer aan de PSM blijft ook deze alert voor een correcte informatieoverdracht. Dit om secundaire victimisering, door beloftes die niet kunnen worden waar gemaakt, te vermijden.
Afspraak 6: De dienst SH zal relevante informatie m.b.t. de begeleiding van slachtoffers in functie van het signaleren van collectieve noden aan de PSM doorgeven. Deze informatieoverdracht is noodzakelijk opdat de PSM initiatieven kan nemen. Dit gebeurt steeds binnen de grenzen van het beroepsgeheim. Omgekeerd zal de PSM, voor het slachtoffer nuttige informatie aan de dienst SH meedelen.
Afspraak 7: De dienst SH zal in de mate van het mogelijke aanwezig zijn op het PSCC als het over een 'ramp' gaat, meer bepaald wanneer er een rampenfase of MIP wordt afgekondigd. Er wordt een wederzijds engagement aangegaan om de agenda’s op elkaar af te stemmen. Indien er geen fase wordt afgekondigd, kan er toch nog overleg gepleegd worden tussen de PSM en de dienst SH in functie van een eventuele tussenkomst.
D. Einde psychosociaal interventieplan (PSIP) Bij de afronding van het PSIP wordt er samen met de deelnemers van het PSCC een evaluatievergadering gehouden.
Afspraak 8: De dienst SH neemt deel aan de evaluatievergadering van de ramp waarin hij is betrokken geweest. De conclusies van deze vergadering kunnen leiden tot een aanpassing van dit draaiboek.
8
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
2.3.
Afspraken
Afspraak 1: De dienst SH wordt op de hoogte gebracht door de PSM wanneer het PSIP wordt afgekondigd. De eerste verwittiging betekent dat er onmiddellijke psychosociale acties ondernomen worden. Dit betekent nog niet noodzakelijk dat er een gecoördineerde nazorg zal georganiseerd worden.
Afspraak 2: Als het een heterogene (op vlak van woonplaats) groep is, verwittigt de PSM de dienst SH van de plaats van de ramp. Als het om een homogene groep gaat, verwittigt de PSM de dienst SH van waar de slachtoffers komen. Indien het over een heterogene groep gaat, maar de PSM heeft een zicht op de plaats van herkomst van de slachtoffers, deelt hij/ zij dit ook mee aan de diensten SH van die gebieden.
Afspraak 3: De PSM informeert de dienst SH betreffende de beslissing van de FGI (stoppen of een verdere ontplooiing van het PSIP).
Afspraak 4: Binnen het PSCC worden afspraken gemaakt rond collectieve en individuele acties in overleg met de aanwezige actoren (o.a. dienst SH). Wat betreft het inhoudelijke aanbod wordt er afgesproken wie welke actie op zich neemt. De PSM zorgt voor de hele praktische organisatie in samenwerking met de lokale autoriteiten. Deze afspraken worden opgenomen in het verslag dat wordt gemaakt tijdens het PSCC en via mail of fax wordt toegestuurd naar alle leden van het comité. Met de dienst SH worden de afspraken schriftelijk uitgewisseld binnen de 24 u na het PSCC.
Afspraak 5: De dienst SH verbindt zich er toe om doorverwezen slachtoffers binnen de 5 werkdagen telefonisch of per brief te contacteren.
Afspraak 6: De dienst SH zal relevante informatie m.b.t. de begeleiding van slachtoffers in functie van het signaleren van collectieve noden aan de PSM doorgeven. Deze informatieoverdracht is noodzakelijk opdat de PSM kan initiatieven nemen. Dit gebeurt steeds binnen de grenzen van het beroepsgeheim. Omgekeerd zal de PSM, voor het slachtoffer nuttige informatie aan de dienst SH meedelen.
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
9
Afspraak 7: De dienst SH zal in de mate van het mogelijke aanwezig zijn op het PSCC als het over een 'ramp' gaat, meer bepaald wanneer er een rampenfase of MIP wordt afgekondigd. Er wordt een wederzijds engagement aangegaan om de agenda’s op elkaar af te stemmen. Indien er geen fase wordt afgekondigd, kan er toch nog overleg gepleegd worden tussen de PSM en de dienst SH in functie van een eventuele tussenkomst.
Afspraak 8: De dienst SH neemt deel aan de evaluatievergadering van de ramp waarin hij is betrokken geweest. De conclusies van deze vergadering kunnen leiden tot een aanpassing van dit draaiboek.
10
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
3. Lijst van afkortingen
APR
Algemeen Provinciaal Rampenplan
Diensten SH - SH
Diensten Slachtofferhulp, afdelingen binnen een Centrum voor Algemeen Welzijnswerk
DSI
Dringende Sociale Interventie
Fed. Comm. PSH
Federale Commissie voor Psychosociale Hulpverlening bij rampen
FOD
Federale Overheidsdienst
FGI
Federaal GezondheidsInspecteur
MIP
Medisch InterventiePlan
PCB
Post Crisis Balans
PSCC
Psychosociaal CoördinatieComité
PSIP
PsychoSociaal InterventiePlan
PSM
PsychoSociaal Manager
SAW
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
11
4. Adressenlijst 4.1. Federale Commissie voor Psychosociale Hulpverlening van FOD Volksgezondheid Serge Boulanger Dienst DMH RAC – Vesaliusgebouw 450 Oratoriënberg, 20 Bus 3 B-1010 Brussel Tel.: 02/ 210.63.83 Fax: 02/ 210.48.66 Email:
[email protected]
4.2.
Psychosociaal Managers in Vlaanderen
PSM Vlaams-Brabant en Limburg: Hannelore Andries Vlaams-Brabant
Limburg
Provinciehuis Vl.-Brabant Dienst Rampenplanning en Noodhulpverlening Provincieplein 1 3010 Leuven Tel.: 016/ 26.73.81 Gsm: 0473/ 98.02.32 Email:
[email protected]
Rijksadministratief Centrum Gouverneurverwilghensingel 75 3500 Hasselt Tel.: 011/ 29.56.72 Gsm: 0473/ 98.02.32 Email:
[email protected]
PSM Antwerpen: Philippe De Ruyck F.O.D. Volksgezondheid Italiëlei 124, bus 70 2000 Antwerpen Tel.: 03/ 213.80.30 Gsm: 0473/ 98.02.31 Email:
[email protected] PSM Oost- en West-Vlaanderen: Elke Allaert Oost-Vlaanderen
West-Vlaanderen
Provinciehuis Oost-Vlaanderen Dienst veiligheid Gouvernementstraat 1 9000 Gent Tel.: 09/ 267.83.29 Gsm: 0478/ 73.38.96 Email:
[email protected]
Provinciaal gouvernement Federale dienst openbare hulpverlening Burg 4 8000 Brugge Tel.: 050/ 40.57.84 Gsm: 0478/ 73.38.96 Email:
[email protected]
4.3.
Expert van FOD Volksgezondheid
Sonia Van Rompaey Centrum voor Crisispsychologie (CCP), Nationaal Psychosociaal Rampenplan (NPSR) Hospitaal Centrum Basis Koningin Astrid (HCBKA) Bruynstraat 1120 Brussel Tel.: 02/ 264.44.49 Email:
[email protected]
12
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
4.4.
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk
Berchem (2600) Diksmuidelaan 50 – 03/ 366.15.40 Fax: 03/ 385.57.05 Contactpersoon: Astrid Rubbens, Stafmedewerker Slachtofferhulp
[email protected] Tel. rechtstreeks: 03/ 340.49.17
4.5.
Centra Algemeen Welzijnswerk met dienst Slachtofferhulp
Provincie Antwerpen CAW De Mare
Tel.: 03/ 247.88.30
Antwerpen (2020)
Fax: 03/ 247.88.39
Lodewijk de Raetstraat 13
[email protected]
CAW De Kempen
Tel.: 014/ 23.02.42
Herentals (2200)
Fax: 014/ 23.55.39
Sint Jansstraat 17
[email protected]
CAW Het Welzijnshuis
Tel.: 03/ 886.28.10
Willebroek (2830)
Fax: 03/ 866.35.91
G. Gezellestraat 54
[email protected]
Provincie Brabant CAW Archipel
Tel.: 02/ 514.40.25
Brussel (1000)
Fax: 02/ 512.67.38
Groot Eiland 84
[email protected] www.slachtofferhulp-brussel.be
CAW Leuven
Tel.: 016/ 27.04.00
Leuven (3000)
Fax: 016/ 22.98.44
Lepelstraat 9
[email protected] www.cawleuven.be
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
13
Provincie Limburg CAW Sonar
Tel.: 011/ 23.23.40
Hasselt (3500)
Fax: 011/ 23.23.49
Plantenstraat 127
[email protected] www.cawsonar.be
CAW Sonar
Tel.: 012/ 23.07.82
Tongeren (3700)
Fax: 012/ 39.33.20
Maastrichtersteenweg 47
[email protected] www.cawsonar.be
CAW Sonar antennepost: Sint Truiden (3800) Tel.: 011/ 68.86.00 Ursulinenstraat 7 Fax: 011/ 68.86.00
[email protected] CAW Sonar antennepost: Maasmechelen (3630) Tel.: 089/ 77.38.34 Heirstraat 247 Fax: 089/ 77.38.34
[email protected] CAW Sonar antennepost: Overpelt (3900) Tel.: 011/ 64.13.50 Kerkdijk 4 Fax: 011/ 64.13.50
[email protected]
Provincie Oost-Vlaanderen CAW ’t Dak - Teledienst
Tel.: 052/ 25.99.55
Dendermonde (9200)
Fax: 052/ 22.54.81
OLV Kerkplein 30
[email protected] www.dak-teledienst.be
CAW ’t Dak - Teledienst antennepost: St-Niklaas (9100) Tel.: 03/ 776.82.71 Prins Albertlaan 35 Fax: 03/ 766.20.18 CAW ’t Dak - Teledienst antennepost: Lokeren (9160) Tel.: 09/ 339.06.00 Haarsnijderslaan 14 Fax: 09/ 348.49.31 CAW ’t Dak - Teledienst antennepost: Ninove (9400) Tel.: 054/ 31.89.30 Abdijstraat 81 Fax: 054/ 32.03.15 CAW ’t Dak - Teledienst antennepost: Aalst (9300) Tel.: 053/ 77.61.16 Botermelkstraat 177 Fax: 053/ 70.56.30
14
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
CAW Visserij
Tel.: 09/ 225.42.29
Gent (9000)
Fax: 09/ 233.85.79
Visserij 153
[email protected] www.cawvisserij.be
CAW Zuid Oost-Vlaanderen
Tel.: 055/ 20.83.32
Ronse (9600)
Fax: 055/ 20.65.56
Ponettestraat 87
[email protected]
Provincie West-Vlaanderen CAW De Viersprong
Tel.: 050/ 47.10.47
Brugge (8000)
Fax: 050/ 47.10.57
Garenmarkt 3
[email protected] www.deviersprong.be
CAW De Papaver
Tel.: 057/ 20.51.86
Ieper (8900)
Fax: 057/ 21.69.27
H. Cartonstraat 10
[email protected]
CAW De Papaver
Tel.: 058/ 28.00.28
Veurne (8630)
Fax: 058/ 28.00.20
Peter Benoitlaan 58
[email protected]
CAW Stimulans
Tel.: 056/ 21.06.10
Kortrijk (8500)
Fax: 056/ 21.06.40
Groeningestraat 28
[email protected] www.cawstimulans.be
Steunpunt Algemeen Welzijnswerk – Draaiboek psychosociale nazorg rampen
15