///y^^MMM
Q^^V^^^^^
EEN NIEUWE KANS DE NIEUWE WET INZAKE DE ONDER-CURATEELESTELLING EN GEDWONGEN VERPLEGING VAN DRANKZUCHTIGEN DOOR
A, VAN DER
HEIDE
LID VAN DE TWEEDE KAMER DER S, G,
n
UITGAVE DER NEDERLANDSCHE VEREENIGING TOT AFSCHAFFING VAN ALCOHOLHOUDENDE DRANKEN W I L L E M B A R E N T Z S T R A A T 39, U T R E C H T
EEN NIEUWE KANS DE N I E U W E W E T INZAKE DE ONDER-CURATEELESTELLING EN GEDWONGEN VERPLEGING VAN DRANKZUCHTIGEN DOOR
A. V A N
DER
HEIDE
LID VAN DE T W E E D E KAMER DER S.G.
m
PRIJS: 1 EX. 5 CT.: 10 EX. 40 CT.; 50 EX. f 1.75
V J A A R N E WILLEN WIJ VOLDOEN AAN het verzoek van het Hoofdbesttiur van de Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van Alcoholhoudende Dranken om in een beknopt geschrift een eenvoudige en duidelijke uiteenzetting te geven van de nieuwe wet, die ten doel heeft de mogelijkheid te scheppen, dat ,,drankzuchtigen" onder curateele kunnen worden gesteld en ook tegen hun wil in een inrichting kunnen worden geplaatst, waar zij van hun drankzucht zullen kunnen genezen. Na lezing van dit geschriftje zal men overtuigd wezen, dat de nieuwe wet voorziet in een behoefte, die ook in onze kringen vele jaren is gevoeld, zoodat in het vervolg maatregelen kunnen worden getroffen, die voor den drankzuchtige en zijn gezin van belang kunnen zijn. CURATEELE. Tot dusverre konden bepaalde personen (meerderjarigen) onder curateele worden geplaatst. Dat zal men wel weten. Wat bedoelt men met onder-curateelestelling? Dit: er zijn menschen, die in een toestand geraken of verkeeren, waardoor zij hun belangen niet behoorlijk kunnen waarnemen. Zij kunnen 3
dan, evenals minderjarigen, onder toezicht worden gesteld. Wie toezicht houdt, wordt curator genoemd; wie onder toezicht gesteld is, curandus. Tot dusverre konden personen onder curateele worden gesteld, die behooren tot één van deze groepen : krankzinnigen, verkwisters en menschen, die lijden aan zwakheid van geestvermogen. De nieuwe wet kent nu ook de onder-curateelestelling van personen, die tot een vierde groep zouden kunnen worden gebracht, t.w. de „drankzuchtigen". Wij plaatsten en plaatsen dit woord tusschen aanhalingsteekens, omdat het niet in de wet voorkomt. In de wet wordt gesproken van menschen, die ten gevolge van gewoonte van drankmisbruik: a. hun belangen niet behoorlijk waarnemen; b. in het onderhoud van zichzelf of van de hunnen niet behoorlijk voorzien; c. in het openbaar herhaaldelijk aanstoot geven; (/. eigen veiligheid of die van anderen in gevaar brengen. Men versta dit wel: het is natuurlijk niet noodig, dat iemand ten gevolge van gewoonte van drankmisbruik alle verschijnselen vertoont, onder a, b, c en d vermeld, om onder curateele te kunnen worden geplaatst; hetgeen onder a oi b enz. staat, is op zichzelf voldoende.
4
E E N G O E D E MAATREGEL. Wij gelooven, dat deze uitbreiding van de onder curaleelestelhng een goede maatregel is. Tot dusverre kon een drankzuchtige onder curateele worden gesteld, als in een bepaald geval de drankzucht had geleid tot een gedurigen staat van onnoozelheid, krankzinnigheid of razernij, dan wel onder te brengen was onder verkwisting. Nu zal de drankzucht een reden kunnen zijn tot curateele. In zijn Memorie van Toelichting schreef de JMinister van Justitie: Er is alle aanleiding voor den wetgever om de drankzucht bij de curateele een meer zelfstandige plaats te doen innemen, indien men let op de gevolgen, welke drankzucht kan hebben zoowel voor den drankzuchtige zelf, als voor zijn gezin en de openbare orde. Die gevolgen toch kunnen het wenschelijk maken aan een bepaalden drankzuchtige de handelingsbekwaamheid te ontnemen — waardoor hem de fondsen om zich drank te verschaffen worden onthouden — en hem ook toe te vertrouwen aan de zorg van een ander. Hiermee is niet gezegd, dat het vraagstuk van de drankzucht niet nog andere aspecten heeft, b.v. bestrijding van het alcoholgebruik of misbruik in het algemeen. Hiermede is evenmin gezegd, dat curateele voor elk geval 5
de aangewezen weg is. Doch hierin ligt wel de erkenning, dat er verschillende gevallen zijn, waarin curateele nuttig effect kan hebben. Dat effect kan zijn repressief — werkelijke curateele bij overgave aan drankzucht — maar ook preventief, omdat de wetenschap, dat curateele mogelijk is, een factor kan vormen, welke het toegeven aan drankzvicht tegengaat. Men behoeft nu in het vervolg niet langer als voorheen machteloos te staan tegenover het feit, dat de drankzuchtige zijn loon geheel of voor een groot deel verdrinkt. Wie zich geheel of bij gelegenheid geeft aan het zoo moeilijke werk van de redding van alcoholisten en hun gezinnen, zal dikwijls hebben verlangd naar middelen, die zouden kunnen beletten dat de gezinsinkomsten in drank werden omgezet. Die middelen zijn nu gegeven. Wie ten gevolge van gewoonte van drankmisbruik zijn belangen niet behoorlijk waarneemt, of niet behoorlijk voorziet in het onderhoud van zichzelf of de zijnen, in het openbaar herhaaldelijk aanstoot geeft of eigen veiligheid of die van anderen in gevaar brengt, kan onder curateele worden gesteld, hetgeen meebrengt, dat hem de bevoegdheid ontnomen wordt over eigen inkomsten of die van het gezin te beschikken. 6
W A T MOET MEN N U DOEN? Het is te begrijpen, dat de lezers van dit geschriftje zullen vragen: maar, op welke wijze moet zoo een onder-curateelestelling tot stand komen, wie moet ze aanvragen, wie moet ze uitspreken, wie moet worden belast met het toezicht op den curandus? Het verzoek tot onder-curateelestelling van hen, die wij op het oog hebben, kan worden gedaan: door de(n) echtgenoot(e); door de bloedverwanten in de rechte lijn; door bloedverwanten in de zijlijn, doch niet verder dan in den vierden graad; door de(n) onder curateele te stellen persoon zelf; door het Openbaar Ministerie. Het verzoek tot onder-curateelestelling moet worden ingediend bij de rechtbank der woonplaats van den candidaat-curandus. Er moeten een aantal formaliteiten worden vervuld. In den regel zijn deze nogal omslachtig en het lijkt mij van geen beteekenis hier den loop van de zaak te schetsen. Want men behoort zich in ieder geval te voorzien van een procureur, die voor de naleving van de vereischte vormen heeft te zorgen en de zaak verder behandelen moet. En men weet, dat gratis rechtsbijstand van een procureur mogelijk is bij geldelijk onvermogen. /
De curateele behoeft niet altijd te duren: als de reden, die tot de onder-curateelestelling leidde, vervallen is, dan kan ze eindigen. Ze eindigt niet van zelf; de rechtbank kan de opheffing gelasten. Ook om dit gedaan te krijgen zal men het verstandigst doen zich tot een procureur te wenden, die weet op welke wijze moet worden gehandeld.
A
GEDWONGEN VERPLEGING.
j]
Het spreekt wel vanzelf, dat de curator zal moeten trachten den curandus van zijn kwaal af te helpen. Hij zal hier aangewezen zijn op zijn persoonlijken invloed, waarbij hij zorgvuldig heeft na te gaan of er invloeden zijn, — slechte kameraden, huiselijke-zorgen, slechte verstandhouding met een of meer leden van het gezin enz. — die het drinken bevorderen. Het werk is verre van gemakkelijk, eischt veel tact, menschenkennis, geduld en toewijding en kan niet worden gedaan met een voor allen geldend schema. Is er op de plaats van zijn inwoning een consultatiebureau voor drankzuchtigen, dan zal hij verstandig doen de hulp van dit bureau in te roepen. Zijn er drankbestrijders, die zich meer speciaal met het redden van drankzuchtigen bezighouden, dan plege hij overleg met hen. In verschillende gevallen zal het hem kunnen
8
; \ !
gelukken den drankzuchtige van het gebruik van alcohol af te brengen. Men wete, dat de voorwaarde daarvoor volstrekte onthouding is. Ook de geringste hoeveelheid alcohol kan den drankzuchtige, die op weg is, zijn ziekte te overwinnen, noodlottig wezen. Maar de mogelijkheid bestaat ook, dat ondanks alle toewijding de drankzuchtige het drinken niet laat. Men verlieze dan toch zijn geduld niet en men zegge dan niet, dat de man niet wil. Inderdaad is dit waarschijnlijk het geval: de man wil niet, maar hij kan dan niet willen, ondanks goede opwellingen en goede voornemens, omdat zijn wilskracht door de vergiftigende werking van den alcohol verzwakt is, zoo verzwakt, dat deze kracht niet in staat is de begeerte naar alcohol terug te dringen of te beheerschen. Wat kan er dan gebeuren? Dan kan de drankzuchtige ook tegen zijn wil gedwongen worden zich te doen opnemen in een inrichting, waar hij genezing zal kunnen vinden. Het is natuurlijk beter, als de drankzuchtige dit zelf wel wil. Genezing is uiteraard gemakkelijker als de drankzuchtige zooveel inzicht in zijn eigen toestand bezit, dat hij begrijpt, dat een andere omgeving, waar de verleiding tot drinken niet bestaat, waar de behandeling gericht is op genezing, voor hem noodzakelijk is. Maar dikwijls zal dit inzicht ontbreken. Het is 9
een dikwijls voorkomend verschijnsel, dat de drankzuchtige zei f-kritiek mist en eigen kunnen overschat. Als de drankzuchtige weigert om vrijwillig in een inrichting te worden opgenomen, dan kan hij daartoe worden gedwongen. Art. 509 van het Burgerlijk Wetboek luidt nu aldus: ,,Wanneer het wenschelijk is, een uit hoofde van gewoonte van drankmisbruik onder curateele gestelde te doen verplegen in een inrichting van drankzuchtigen, kan de curator, indien hij de mogelijkheid van dwang tot deze verplichting noodig acht, de arrondisseraents-rechtbank machtiging tot gedwongen plaatsing in een zoodanige inrichting verzoeken." Het spreekt wel vanzelf, dat deze gedwongen verpleging alleen dan moet worden toegepast, als ze strikt noodzakelijk is. De tusschenkomst van den rechter is noodzakelijk en de bepalingen in de wet zijn een waarborg, dat niet overijld tot plaatsing zal worden gemachtigd; de curandus moet vooraf worden gehoord. Getuigen kunnen worden gehoord, een onderzoek van deskundigen tot voorlichting van den rechter kan plaats vinden, ook om vast te stellen of de drankzucht wellicht 10
niet een gevolg is van een geestesziekte, die op andere wijze moet worden behandeld. De kosten van een en ander worden, zoo noodig, door den Staat gedragen. De curator heeft voor de plaatsing te zorgen, als de rechtbank machtiging verleent. Het is aan hem, zich in verbinding te stellen met een inrichting voor drankzuchtigen en opneming te bewerkstelligen. De machtiging voor verpleging wordt verleend voor een tijd van ten hoogste een jaar. Als de plaatsing niet binnen een maand is geschied nadat de rechterlijke beslissing in kracht van gewijsde is gegaan, vervalt de machtiging. Is de patiënt, na een jaar te zijn verpleegd, nog niet genezen, dan kan verlenging voor ten hoogste een jaar worden gevraagd. De curator kan een maand vóór den afloop van den toegestanen tijd die verlenging verzoeken. De machtiging blijft van kracht, terwijl dat verzoek aan de orde is. Is de patiënt binnen het jaar als genezen te beschouwen, dan kan hij worden ontslagen; de machtiging toch kan ten allen tijde door de rechtbank worden ingetrokken, hetzij ambtshalve, hetzij op vordering van het Openbaar Ministerie, hetzij op verzoek van den onder curateele gestelde. Als de rechtbank een beschikking heeft gegeven, is daartegen beroep mogelijk op het Gerechtshof. 11
Men zal natuurlijk goed doen de regeling van dit alles in handen te stellen van een procureur. Deze weet toch, hoe er moet worden gehandeld en welke formaliteiten moeten worden vervuld. W A A R E N HOE? De vraag moet worden beantwoord waar een patiënt kan worden verpleegd en wie de kosten van de verpleging zal hebben te betalen. Voor mannen komt de inrichting „Hooghullen" bij Eelde (Dr.) in aanmerking. Ze wordt geëxploiteerd door de Vereeniging tot bevordering van lierstel van drankzuchtigen. Wie van de voorwaarden voor opname op de hoogte wil komen, kan zich wenden tot den heer DR. F. F. HAZELHOFF, Bruine Ruiterstraat 2, Groningen. Deze arts is geneesheer-directeur van „Hooghullen". Een Katholiek sanatorium, „Kasteel Schöndeln", uitgaande van de Dr. Ariënsvereeniging, is te Roermond. Een Herstellingsoord voor vrouwelijke drankzuchtigen is in Beekbergen, Hietveldweg 13. Aanvrage tot opneming te richten aan Zr. L. RuBRACH, Directrice Uniehuis te Beekbergen. Bovendien zijn door den Minister nog aangewezen : het ,,St. Catharinahuis" te Zwolle en 12
de Landkolonie v.h. Leger des Heils te Lunteren. En wie zal de kosten van de verpleging hebben te betalen? Het antwoord is, dat de patiënt, zijn familie, de curator of kennissen hiervoor zijn aangewezen. Als men opmerkt, dat in vele gevallen de patiënt noch zijn familie daartoe in staat zullen wezen, zullen we dit niet tegenspreken, en wij hadden dan ook gaarne gewild, dat er met den onvermogenden drankzuchtige, die gedwongen verpleging behoeft, gehandeld zou worden, als thans met den onvermogenden krankzinnige. Deze wordt op kosten van de gemeenschap verpleegd. Maar de Regeering wilde daar niet aan; de bezuiniging speelt natuurlijk ook een rol. Het is gemakkelijker van particulieren geld te krijgen voor de verpleging van een tuberculose-patiënt, dan voor een drankzuchtige. Dat ook de laatste 'n patiënt is, die genezen moet worden, is nog niet tot 't bewustzijn van velen doorgedrongen. Men meet hem veelal uitsluitend met een maatstaf aan het zedelijk handelen ontleend. Welnu — dan zullen de belanghebbenden al hun invloed moeten aanwenden, dat armbesturen, al of niet onder den naam „Maatschappelijk Hulpbetoon", hier helpen. Het is wel reeds voorgekomen, dat „Maatschappelijk Hulpbetoon" in een dergelijk geval hielp. 13
Zonder hulp toch gaat het gezin van den drankzucht! ge te gronde en komt dit toch ten laste van de gemeenschap. De man loopt kans in de gevangenis of in Veenhuizen te komen, waar hij op kosten van de gemeenschap verblijft; vrouw en kinderen kunnen natuurlijk maar niet aan hun lot worden overgelaten en zullen ook geheel of ten deele ten laste van de gemeenschap komen. Het is veel verstandiger en ook. . . . goedkooper dit alles te voorkomen en daarom wenschen wij Armbesturen en Directeuren van Maatschappelijk Hulpbetoon het inzicht toe, dat zij den onvermogende, die drankzuchtig is en die ten slotte genezing in een inrichting kan vinden, hiertoe in staat stellen door de kosten hiervan te lietalen. Dan zullen gezinnen kunnen worden behouden, die anders onherroepelijk verloren gaan. Over de kinderen uit dergelijke gezinnen zullen we nu maar niet spreken. Zijn de ouders onwillig of onmachtig om voor hen te zorgen, dan kunnen cieze uit de ouderlijke macht Avorden ontzet of daarvan worden ontheven. Een voogdijvereeniging zal ze dan onder haar hoede moeten nemen, en ook deze maatregel zal de gemeenschap geld kosten. Wie dit alles bedenkt, zal inzien, dat de plicht der gemeenschap niet kan worden ontkend, waar het geldt den lijder aan drankzucht in een inrichting te doen opnemen. 14
WERK VOOR DE AFDEELINGEN. Wie dit geschriftje heeft gelezen, begrijpt dat de afdeelingen van onze vereeniging een taak krijgen te vervullen, waaraan zij zich in het belang van den zwakke hebben te wijden. Het is misschien wel een fout geweest, dat wij ons tot voorheen te weinig stelselmatig hebben l)emoeid met de redding van de drankzuchtigen. Spreken wij over de taak die op de afdeelingen rust, dan willen we uitdrukkelijk onderscheid maken tusschen a. drankzuchtigen, die met den strafrechter in aanraking waren gekomen of dreigen te komen, b. drankzuchtigen, van wie dit niet geldt. In beide gevallen is het noodzakelijk, dat de afdeelingen overleg plegen met het secretariaat van onze vereeniging, Willem Barentzstraat 39, Utrecht, Telefoon 12398. In het eerste geval treedt de secretaris dan op als secretaris van de Bijzondere Commissie voor de Reclasseering, die in onze vereeniging bestaat. Overleg met het secretariaat is gewenscht, opdat dit helpend en adviseerend kunne optreden en te weten komt wat het eventueel resultaat van den arbeid is. Wij zouden het ernstig betreuren als uit deze \yet niet gehaald werd, wat er in zit. Al zijn we 15
den Minister van Justitie erkentelijk voor het feit, dat hij haar indiende, er zal nog heel wat meer moeten gebeuren voordat wij voldaan kunnen zijn. Wie van het „Advies betreffende de Reclasseering van Drankzuchtigen" kennis heeft genomen, dat door het Centraal College voor de Reclasseering aan den Minister van Justitie is uitgebracht in Februari 1929, zal dat met ons eens zijn. Maar hetgeen nu mogelijk is, moet niet een doode letter blijven. Als gezinnen voor ondergang bewaard kunnen blijven, hebben wij dat mogelijk te maken. Aandachtige lezing van het bovenstaande zal de overtuiging wekken, dat het mogelijk is. Wij vertrouwen, dat men er kennis van zal nemen en er naar zal handelen.
16
M:
t