wooninnovatie reeks
Wooninnovatie reeks Deze reeks behandelt alle soorten innovaties in woningontwerp, -bouw, -beheer, -financiering en -gebruik, woonarrangementen en -diensten
jaargang 6 • nummer 24 • 2009
Wonen en werken in de grote groene stad
Wonen en werken in de grote groene stad
van zelfbeheer tot stadsoase
arko uitgeverij / bouwpraktijkinnovatie
arko uitgeverij
bouwpraktijkinnovatie
WOONINNOVATIE REEKS COLOFON Wooninnovatie Reeks behandelt alle soorten innovaties in woningontwerp, -bouw, -beheer, -financiering en -gebruik, woonarrangementen en -diensten. Deze publicatie is een uitgave van Arko Uitgeverij bv op basis van onderzoek van bouwpraktijkinnovatie. Lezersgroepen Directies, opdrachtgevers, projectontwikkelaars, projectleiders en innovatoren bij alle bedrijven en betrokkenen in de woningmarkt. Iedereen met een rol bij bouwen en wonen heeft belang bij de gezamenlijke ervaringskennis: van planologen, architecten, gemeenten, constructeurs, projectontwikkelaars, aannemers, onderaannemers, leveranciers, corporaties, financiers, tot beleggers en brancheorganisaties Verschijning 4 reguliere edities en 1 special per jaar
WIJKINNOVATIE Stedelijke ontwikkeling, wijkinnovatie en buurtbeheer zijn het resultaat van steeds wisselende coalities waarin professionals en particulieren op verschillende manieren samenwerken. Dat is geen ideale uitgangssituatie voor kwaliteit, innovatie en leervermogen. Daardoor leidt de waan van de dag meestal tot verspilling van vermogens. Praktijkvoorbeelden van doorzettingsvermogen Woonwaarde, leefbaarheid, economisch succes en aantrekkings-
Redactie Lex Kwee [nba], Jeanet Hacquebord Parkstraat 22, 6828 JJ Arnhem
[email protected]
kracht van buurten en wijken ontstaan door een samenspel van
Illustraties Marion Jebbink, Lex Kwee, Loet van Moll
ontmoetingsruimte, sociaal kapitaal, buurteconomie en lokale cul-
Onderzoek bouwpraktijkinnovatie
[email protected]
tuur leidt tot een andere ontwikkeling.
Uitgever Arend-Jan Kornet,
[email protected] Abonnementen Abonnementsprijs € 178,00 per jaar (4 edities en 1 special) Losse nummerprijs € 55 (excl. verzendkosten) Exclusief 6% BTW Opzeggingen (Uitsluitend schriftelijk) dienen uiterlijk zes weken voor afloop van de abonnementsperiode in het bezit te zijn van Arko Uitgeverij Lezersservice Abonnementen/adreswijzigingen: Arko Uitgeverij, t.a.v. lezersservice Postbus 616, 3430 AP Nieuwegein Telefoon 030 - 600 47 80, Fax 030 - 605 26 18 e-mail
[email protected], website www.arko.nl Vormgeving Ivo Koschak Druk Deltahage, Den Haag Reprorecht Het verlenen van toestemming tot publicatie in deze uitgave houdt in dat de uitgever met uitsluiting van ieder ander onherroepelijk door de auteur gemachtigd is de door derden verschuldigde vergoedingen voor kopiëren, als bedoeld in artikel 17 lid 2 van de Auteurswet van 1912 en in het Koninklijk Besluit van 20 juni 1974 (Stb. 35) ex artikel 16B van de auteurswet 1912, te innen en / of daartoe in en buiten rechte op te treden.
factoren. Elke combinatie van stedenbouwkundige opzet, openbare
Als gebruikers en ontwikkelaars hun krachten bundelen en de rollen goed verdelen, kunnen zij bijzondere resultaten boeken. Bouwpraktijkinnovatie brengt de ervaring met innovatie & co-creatie in kaart. Sinds 2002 zijn meer dan 250 gerealiseerde projecten geanalyseerd en geëvalueerd. De Wooninnovatie Reeks koppelt praktijkvoorbeelden van succesvolle projecten aan actuele thema’s. Met analyses van perspectieven en processen, belangen en resultaten. Geïllustreerd met levendige verhalen van echte mensen, die concluderen: “zo zouden wij het nog wel een keer willen doen”. Lex Kwee [nba], hoofdredacteur Jeanet Hacquebord, directeur onderzoek Bouwpraktijkinnovatie
ISSN 1573-9902 ISBN/EAN 9789054721055 Lid van het Nederlands Uitgeversverbond (N.U.V.)
© Arko Uitgeverij bv & bouwpraktijkinnovatie
3
Wonen en werken in de grote groene stad
Toen het gemeentelijk waterleiding bedrijf ging verhuizen kwam er een groot terrein vrij in de Staatsliedenbuurt in Amsterdam. Het nieuw gevormde stadsdeel Westerpark, de buurtbewoners en vijf corporaties werkten intensief samen om van het GWL terrein een milieuvriendelijke autovrije buurt te maken waar en bewoners elkaar ontmoeten en kinderen veilig op straat spelen. Een keur aan architecten werkt mee in zeven ontwerpgroepen.
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 24 • 2009
AUTOVRIJ MAAIVELD VOOR ONTMOETING MET DE BUURT
14
Ineke Karemaker was projectleider vanuit het
woningbouw. Wij vonden dat in deze wijk, waar
stadsdeel Westerpark: “De bewoners zijn vanaf het
70% van de mensen geen auto had, een autovrije
begin heel betrokken geweest bij de plannen. In
buurt kon komen. Daar was veel draagvlak voor.”
de Staatsliedenbuurt heerste een traditie van ‘wij maken het zelf wel uit’.
Bewoners vanaf het begin betrokken bij de plannnen
Doorstroming uit de buurt Jozé van Stigt, bewoonster van blok 12, woonde vlak naast het GWL terrein: "In 1989 had het waterleidingbedrijf aangegeven te gaan verhuizen. De
Het stadsdeel kreeg een college van PvdA en
buurtbewoners werden uitgenodigd om op het
GroenLinks en wilde milieu ambities waarmaken.
terrein te komen kijken. Wij hebben toen met een
Daarmee liepen wij in die tijd ver voorop. Toen
aantal mensen vanuit de wijkraad bij de stad aan-
het gemeentelijk waterleidingbedrijf (GWL) ging
gekaart om er een woonwijk van te maken. Met
verhuizen kreeg het GWL terrein de bestemming
als doel doorstroming vanuit de buurt, van kleine
woningen naar grote woningen, van goedkope
stadsdeelbestuur zag er wel wat in.”
Oase midden in de
woningen naar wat duurdere woningen. In die tijd
Barbara Coolen werkte als bouwkundig adviseur
stad – foto Pandion.
werden net de stadsdelen opgericht, en het nieuwe
voor het wijkcentrum in de Staatsliedenbuurt:
Samenvatting: • bewoners, architecten, corporaties en stadsdeel ontwikkelen samen 600 woningen waar buurtbewoners wooncarrière kunnen maken • stedelijke dichtheid van 100 woningen per hectare, milieu idealen als bindende factor • autovrij binnenterrein als ontmoetingsruimte met speelplaatsen, fruitbomen, groene hagen in plaats van schuttingen, nutstuintjes, grootstedelijk café-restaurant en het kleinste short-stayhotel van Amsterdam • sociale duurzaamheid ook tien jaar na oplevering nog zeer sterk
15
Wonen en werken in de grote groene stad
Brug van Westerpark naar GWL-terrein – foto Giesbert Nijhuis.
“Het leuke aan de Staatsliedenbuurt was dat er
Hij was inmiddels directeur projecten geworden
zoveel mensen waren die er energie in staken. En
bij corporatie Zomers Buiten. Er waren al andere
als er discussie was, dan vroegen zij mij om het
corporaties aangewezen om woningen op het GWL
ook bouwkundig te bekijken. Het was in die tijd
terrein te ontwikkelen, maar de buurt wilde niet
goed gebruik dat de bewoners professionele onder-
dat het een traditioneel wijkje zou worden."
steuning kregen. Ik adviseerde de bewoners bij de stadsvernieuwing. Het ging om een heel scala aan
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 23• 2009
onderwerpen, zoals woningverbetering, funde-
16
Krakers en andere kritische bewoners
ringsherstel, nieuwbouw, subsidies, herhuisvesting
Jozé van Stigt: "Gerrit Lageman zag het wel zitten
en uitplaatsing.
om er een milieubuurt van te maken. Wij heb-
De bewoners hebben veel invloed op het stedenbouwkundig programma Wij hadden met 19 diensten bij de gemeente te
ben toen met het stadsdeel en het wijkcentrum een plan opgesteld en zijn gaan kijken in andere steden." Ineke Karemaker: "De bewoners hebben veel invloed gehad op het stedenbouwkundig programma van eisen (SPvE). Pas daarna hebben wij de architecten gekozen."
maken. Bij de dienst Volkshuisvesting werkte in de jaren tachtig Gerrit Lageman. Hij had een direct
Stapje voor stapje
mandaat van wethouder Jan Schaefer. Met hem
Gerrit Lageman was directeur projecten bij corpo-
kon je heel goed afspraken maken.
ratie Zomers Buiten: “Het Stadsdeel Westerpark
Toen Jozé van Stigt bij mij kwam om over het
heeft in dit soort dingen altijd voorop gelopen. De
GWL terrein te praten, hebben wij besloten om te
stadvernieuwing verliep daar altijd heel erg strak,
vragen wat Gerrit Lageman van de plannen vond.
omdat er zoveel lastige types rondliepen. Veel
krakers en andere kritische bewoners. Alles moest keurig stapje voor stapje met veel inspraak. Je moest wel anders kreeg je niets voor elkaar. Ik had in de jaren tachtig als projectleider voor wethouder Jan Schaefer in de Staatsliedenbuurt gewerkt. Ik kende daar heel veel mensen. Bij Zomers Buiten kon ik projecten uitvoeren die ik eerder bij de gemeente voor de bewoners had geïnitieerd.
Architecten uit Rotterdam en Amsterdam Zo kwam Jozé van Stigt vanuit het wijkcentrum naar mij toe met de vraag of ik wilde meedoen aan de ontwikkeling van een milieuvriendelijk GWL terrein. Er waren al twee andere corporaties aangewezen, Rochdale en de PWV. Wij konden als derde corporatie aansluiten.
De noordfaçade van het GWL terrein is hoog en fungeert als geluidscherm.
Het stadsdeel zei ‘het gaat om 300 huurwoningen en 300 koopwoningen, zoek er maar een marktpar-
Het plan van Kees Christiaanse paste het beste,
tij bij die de koopwoningen ontwikkelt’. Maar wij
daarom is hij gevraagd als supervisor. Hij had
wilden dat niet overhevelen. Projectontwikkelaars
ook een lijstje met architecten. Die kwamen alle-
hadden helemaal geen trek in een autovrij wijkje.
maal uit Rotterdam. Samen hebben wij toen twee
Maar corporatie De Key had al ervaring met koop-
Rotterdamse en twee Amsterdamse architecten
woningen en later kwam ook AWV er nog bij. Met
gekozen. Neutelings-Riedijk, Dobbelaar de Kovel de
die vijf corporaties hebben wij de stichting Ecoplan
Vroom (DKV), Meyer en Van Schooten en Liesbeth
opgericht om het GWL terrein te ontwikkelen. Ik
van der Pol. Adriaan Geuze (West8) werd gevraagd
mocht als projectdirecteur de kar trekken.”
voor het ontwerp van het maaiveld. Tegenwoordig
Geen geïsoleerde enclave
Bewonersinvloed op stedenbouwkundig programma
zijn het gevestigde namen, maar in die tijd stonden
Ineke Karemaker: “Vanuit de corporaties hebben
de meesten nog aan het begin van hun carrière.
vooral Albert Groothuizen en Gerrt Lageman van
Het ging om vijftien blokken. Iedere architect kreeg
Zomers Buiten er veel tijd in gestoken.” Albert
een stuk laagbouw en een stuk uit het hogere
Groothuizen: “Ik werkte voor Gerrit Lageman bij
gedeelte. Een stuk koop en een stuk sociale huur.
Zomers Buiten. Wij hebben met input van het
Het hele programma, inclusief woongroepen,
stadsdeel het programma van eisen uitgewerkt.”
minder validen (Miva) woningen, atelierwonin-
Gerrit Lageman: “Wij hadden Kees Christiaanse
gen, buurthuis en bedrijfsruimten werd over de
(KCAP Architecten) en Mecanoo, het bureau van
architecten verdeeld. Het programma voor de soci-
Francine Houben, gevraagd een stedenbouwkun-
ale huur hebben wij met de corporaties bepaald.
dige visie en een plan te maken. Die plannen zijn
Daarna hebben wij een milieu adviseur geselec-
met alle partijen besproken.
teerd en gingen wij op zoek naar bewoners.”
17
Wonen en werken in de grote groene stad
Karakteristieke oude gebouwen en watertoren blijven behouden.
Ineke Karemaker: "Het stedenbouwkundig plan
tige magazijngebouw. Het waren bijna industriële
sluit aan op het stratenpatroon van de wijk.
monumenten. De grond was schoon en zonder
Daadoor is het geen geïsoleerde enclave gewor-
auto's zag het er heel groen uit. Een ideale plaats
den. Wij hebben erop ingezet dat mensen hier ook
om milieuvriendelijk te wonen. Er kwamen heel
wooncarrière kunnen maken. Daarom zijn er ook
veel mensen op af, die bereid waren hun auto weg
grote woningen in het plan opgenomen. De buurt-
te doen om daar te kunnen wonen."
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 24 • 2009
Bouwgroep ouderen toetste alle nieuwbouwplannen
18
Alle woningtypes Gerrit Lageman: “Op de eerste advertentie kwa-
bewoners die zich inschreven hadden allemaal een
men 7.000 reacties. Dat was wat veel, dus hebben
heel grote kans op een passende woning."
wij een brief gemaakt met een aantal vragen. Wij
Miriam van Lierop was stadsdeelwethouder toen
wilden invloed geven aan bewoners die niet alleen
het project begon: “Wij hadden een heerlijk ide-
een nieuw huis wilden, maar zich ook wilden
alistisch bestuur dat alles beter wilde doen. Veel
inzetten om er een autovrij gebied van te maken.
aandacht voor participatie en milieu. Al die idealen
Daarna bleven er nog 4.000 over. Daarvan hebben
hebben wij uitgestort over het GWL terrein.
wij de postcodes in de Staatsliedenbuurt geselec-
De Staatsliedenbuurt was in de jaren tachtig een heftige krakerswijk geweest met een heel actieve kritische kern van hoog opgeleide bewoners. Zij
Geen één op één vertaling van individuele wensen
zouden het niet pikken als het bestuur zomaar een
teerd en 2.000 mensen uitgenodigd voor een eer-
nieuwe wijk uit de grond stampte. Dat was de con-
ste bijeenkomst. Er kwamen er 1.800.
text waarin wij in 1990 begonnen. Aan die bewo-
Daarna zijn wij met zeven werkgroepen aan de
ners vroegen wij of zij een autovrije milieubuurt
slag gegaan met 15 bewoners per werkgroep. Vijf
wilden.”
werkgroepen voor het ontwerp van de woningen,
Jozé van Stigt: "Het was een prachtig gebied. Er
een voor het maaiveld en een werkgroep beheer.”
stonden mooie oude gebouwen, zoals het prach-
Jozé van Stigt: "De buurtbewoners die meededen
aan het project hadden geen garantie op een
Dan had ik meer zicht op wie er het huis in en uit
Hoge dichtheid in
woning. Er moest worden geloot. Maar de criteria
ging. Verder wilde ik de huiskamer naast het dakter-
groene woonwijk –
waren zo dat als je maar lang genoeg in de buurt
ras hebben. Dus precies andersom dan in mijn oude
had gewoond de kans wel erg groot was. En alleen
woning, dat leek mij veel praktischer. En zo'n type
die mensen werden ook gevraagd voor de ont-
woning is toen ook in het plan opgenomen. Het was
werpteams."
geen één op één vertaling van individuele wensen,
Sterk gemeenschapsgevoel
maar invloed op het ontwerp van het hele blok, zodat alle gewenste woningtypes daarin konden
Barbara Coolen: “De gemeente had in die tijd als
worden opgenomen."
beleid dat 20% van de woningplannen moest
Albert Groothuizen: “Ik leidde het ontwerpteam
voldoen aan de eisen of wensen van ouderen, bij-
met Liesbeth van der Pol. Zij had eerst een gebouw
voorbeeld op het gebied van toegankelijkheid, inde-
bedacht dat niet in het plan van Kees Christiaanse
ling en ligging ten opzichte van openbaar vervoer.
paste. Daarna kwam zij met de zigzagwoningen. De
Maar in de praktijk lette niemand daar op. Daarom hebben wij in de Staatsliedenbuurt de bouwgroep
foto Giesbert Nijhuis.
Uniek stukje Amsterdam
ouderen opgericht, die alle nieuwbouwplannen
bewoners hadden daar veel commentaar op. Vooral
in de buurt toetste. En met die groep ben ik bij het
dat het zoveel traplopen was. Maar uiteindelijk
GWL terrein betrokken geraakt.
vonden zij de zigzagwoningen toch veel mooier dan
In blok 5 was plaats voor een woongroep voor oude-
een standaardoplossing. Dus hebben de bewoners er
ren. Maar in de andere blokken kwamen ook wonin-
voor gezorgd dat de zigzagwoningen in het plan ble-
gen voor ouderen. Dus de wensen van die groep
ven. Een aantal van hen is ook in zo’n woning gaan
moesten niet ondergesneeuwd raken.”
wonen. Dat is toch een van de meerwaardes van dit
Jozé van Stigt: "Ik woonde in die tijd in een maison-
project. Dat de bewoners al in zo’n vroeg stadium
nettewoning met wonen beneden en slapen boven.
meepraten. Dat is heel wat anders dan wanneer de
Maar met kinderen in de puberleeftijd wilde ik mijn
Dienst Ruimtelijke Ordening van de gemeente moet
eigen slaapkamer dichter bij de voordeur hebben.
bedenken wat de doelgroep zou willen.”
19
Wonen en werken in de grote groene stad
Buurtbeheerder Ineke Karemaker: “Ik ben heel trots op het project. Tien jaar na de oplevering kun je goed zien dat het een wijk is waar mensen met ontzettend veel
Heel verschillende mensen plezier wonen. In ruil voor het autovrije hebben zij veel terug gekregen. Je woont er fantastisch. Wie heeft er nu in Amsterdam Centrum een tuin, een moestuin en een prettige plek voor kinderen om te spelen? En omdat de bewoners vanaf het begin intensief betrokken zijn is er een sterk gemeenschapsgevoel ontstaan. Het beroemde voetbaltoernooi draagt bij aan de buurtbinding. En het was een gouden greep
Een groene buurt zonder auto's – foto Giesbert Nijhuis.
dat de buurtbeheerder al voor de oplevering kon
gedachte van het project. Hij spoorde nieuwe
beginnen.”
bewoners aan om zich daarnaar te gedragen. Dat is
Gerrit Lageman: “Buurtbeheerder Ron Huisman
haast betuttelend, maar het heeft wel gewerkt. Hij
was er al voor de oplevering. Als welkom voor
heeft het fantastisch gedaan.”
nieuwe bewoners vertelde over de achterliggende
Ron Huisman: "Er hadden heel veel mensen mee-
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 24 • 2009
Autovrij maaiveld zorgt voor sociale cohesie
20
Ter gelegenheid van het tienjarig bestaan maakten
naar beneden om in de winter de zon nog bin-
de bewoners van het GWL terrein een film. Daarin
nen te krijgen. Daardoor ontstaat een luwe bin-
blikken zij met de stedenbouwkundigen, projectlei-
nenruimte die door zijn padenpatroon aansluit
ders en andere betrokkenen terug op de opzet en
op de Staatsliedenbuurt."
de start van het project. Ook de architecten van het
“Je voelt dat de bewoners zeer betroken zijn
eerste uur, onder wie Kees Christiaanse, Liesbeth
bij hun buurtje. Dat heeft ook met dat wroe-
van der Pol en Adriaan Geuze blikken terug. Samen
ten in de aarde te maken. In die kleinschalige
constateren zij dat de milieuaspecten belangrijk
tuintjes. Achteraf kun je constateren dat er wat
waren, maar dat de ontmoetingen op het autovrije
meer groen gemaakt had kunnen worden. De
maaiveld bepalend zijn geworden voor het succes
verhouding bestrating-groen klopt niet. Dat
van het GWL terrein.
gaan we nog veranderen.”
"In een stedelijk gebied is meestal niet veel ruimte
“Als je kijkt wat dat autovrije maaiveld teweeg
voor groen. Maar door het maken van stadvilla's
bracht, dan is dat natuurlijk de sociale cohesie.
binnen een ommuurd gebied zijn wij erin geslaagd
Het is de vraag in hoeverre je daar met archi-
om zowel de dichtheid van 100 woningen te halen
tectuur iets aan kan doen, maar de inrichting
als een hele groene woonwijk te creëren."
van het maaiveld draagt daar wel heel veel aan
"De noordfaçade van het GWL terrein is hoog en
bij.”
fungeert als geluidscherm. De zuidwestpunt gaat
gewerkt aan de ontwikkeling, maar de meeste bewoners hadden dat niet zelf meegemaakt. Het moest een terrein zijn waar mensen kunnen wonen in een groene omgeving. Kind- en
Bezwaren voorkomen milieuvriendelijk. Een uniek stukje Amsterdam waar mensen trots op kunnen zijn. Daar hoort een aantal bijzondere elementen bij, waar ik nieuwe bewoners wel op moest wijzen. Het autovrije karakter, het gebruik van de buitenruimte, de verspreide ligging van de gebouwen, de nutstuintjes. Aanvankelijk zouden er plantsoenbomen komen, maar de bewoners wilden liever hoogstam fruitbomen. Die bomen moeten wel goed
Foto Giesbert Nijhuis.
worden beheerd. Daarom is een fruitbomenclub
Stigt en Miriam van Lierop zo enthousiast waren
opgericht, die zorgt voor het snoeien. De bedrijven
en heel veel mandaat hadden. Als er iets nodig
op het terrein zorgen voor een goede variatie en
was, konden zij snel beslissen. Zij wilden er echt
levendigheid, zoals het populaire Café Restaurant
iets bijzonders van maken en er was enorm veel
Amsterdam en sportschool het Sporthuys. In het
draagvlak in de buurt." Albert Groothuizen: "En de
Groene buurt zonder auto’s
architecten gingen er volledig in mee. Zij hebben er heel veel tijd in gestoken."
gebouw van de sportschool zat tot 2003 de tvstudio waar Paul de Leeuw zijn tv-programma’s
Auto’s onder de grond
opnam. Er zijn ook activiteiten op het terrein, zoals
Gerrit Lageman: "Het grote voordeel van goede par-
Café Amsterdam, waar de eerste tv opnames van
ticipatie is dat je breed draagvlak krijgt. Het kost
Paul de Leeuw werden gemaakt.
tijd, maar je voorkomt dat je alleen maar tegen-
De oplevering van de woningen ging in fasen. Dat
standers krijgt. Over het hele GWL terrein is geen
duurde ongeveer een jaar. Zo kon ik alle nieuwe
een bezwaar gemaakt tegen welk bouwplan dan
bewoners al bij de oplevering van hun woning ver-
ook. En als de gemeente soms een belofte vergat na
welkomen.
te komen, regelde Jozé dat er tien bewoners naar
Er kwamen heel verschillende mensen wonen, en
de Raadszaal gingen."
als beheerder heb je ook een rol om die mensen
Barbara Coolen: “Het ging om het bundelen van
te verbinden. Ik was betrokken bij de uitgifte van
wensen. Je had mensen die grote woningen wil-
sleutels. Zo was al vanaf het begin voor iedereen duidelijk dat er op het terrein een meneer rondliep die je kon aanspreken. Dat hielp ook om de collec-
Het meest opvallend is toch de kracht van het sociale verband
tieve norm neer te zetten dat het autovrije karakter
den, mensen die een woongroep wilden, men-
iedereen uitnodigt om mee te werken om het ter-
sen die een eigen tuin wilden, mensen die een
rein schoon, heel en veilig te houden.
gemeenschappelijke tuin wilden. Iedereen had zo
Het hielp ook dat de sleutelfiguren in het project,
zijn wensen. En dan probeerde je met die wensen
zoals Gerrit Lageman, Albert Groothuizen, Jozé van
een programma samen te stellen.
21
Wonen en werken in de grote groene stad
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 24 • 2009
Groene hagen in plaats van schuttingen.
22
Niet iedereen geloofde dat het zou lukken, een
De keuze voor een autovrije wijk zorgde dat er
groene buurt zonder auto’s met allemaal milieu-
ruimte kon worden gemaakt voor kinderen om
maatregelen en moestuinen. Maar het is gelukt en
buiten te spelen. Zo veel mogelijk woningen kre-
na tien jaar ziet het er nog steeds prachtig uit.”
gen een voordeur op het maaiveld. En de voormali-
Albert Groothuizen: “Er heerste een sfeer van ambi-
ge krakers die op het GWL terrein kwamen wonen
tie en pionieren. Het waren allemaal bevlogen
bleken ook gewone mensen te zijn, die gezinnen
Ruimte voor kinderen om buiten te spelen
stichtten en hun kinderen buiten lieten spelen. Bij het tienjarig jubileum organiseerden de bewoners van het GWL terrein alles zelf. Niet het stads-
mensen, ook de architecten. Het was heel bijzonder
deel of de corporaties.
dat er nauwelijks personele wisselingen waren.
Wat mij betreft is het GWL terrein dan ook niet
Een van de architecten ging van het bureau van
zozeer een voorbeeld van een milieubuurt, maar is
Kees Christiaanse naar Meyer en Van Schooten,
de kracht vooral het sociale aspect. Dat zou meer
maar bleef wel bij het project.” Miriam van Lierop: “Na tien jaar kun je constateren
Voordeur op het maaiveld
dat het autobezit in de praktijk echt lager is dan in
navolging moeten krijgen.
de gemiddelde wijk. Maar het meest opvallend is
Maar om alle partijen op een lijn te krijgen hielp
toch de kracht van het sociale verband.
het dat wij in het begin de milieu idealen centraal
konden stellen. Dat heeft er ook toe bijgedragen dat iedereen er zo enthousiast aan heeft meegewerkt. Het helpt echt als je mensen bij elkaar hebt die allemaal hetzelfde willen.” Ineke Karemaker: “Het was wel een moeizaam
Dichtheid van 100 woningen in groene woonwijk proces. In het begin was er toch veel wantrouwen. De bewoners vonden dat zij over alles moesten meepraten. Een volgende keer zou ik het iets meer inkaderen, zodat de professionals meer ruimte hebben om hun vak uit te oefenen. Tegenwoordig zou je ook niet meer inzetten op een autovrije buurt. 70% van de mensen heeft tegenwoordig een auto. Er zijn veel tweeverdieners met kinderen. Nu zou je moeten kiezen voor parkeren op afstand of in een parkeergarage. Dat is toch wel de trend: haal de auto’s van de straat en stop ze onder de grond.” En dat is wat wethouder Maarten van Poelgeest voor ogen had toen hij zei dat er in Amsterdam snel een volgend project zoals het GWL terrein moest komen, bijvoorbeeld op Zeeburgereiland.
Wonen in een groene omgeving – foto Jan Bitter.
daar weer van genieten. Het is een goede manier om in de stad te blijven wonen. De kinderen heb-
“Autovrije buurt met volkstuinen”
ben hier heerlijk kunnen spelen. Ik heb mij direct
Corine Marseille is consulent bij een welzijns-
voor een nutstuintje ingeschreven.
stichting in Zaandam. Zij woont sinds 1997 met
Zo’n nutstuintje is een grote pre. Je bent buiten en
haar vriend en kinderen in blok 1: “Wij hadden een zoontje van vijf en een van een paar maanden. Geen auto. Wij woonden in een gehorige oude
Midden in de stad met groen om je heen
woning in de Zeeheldenbuurt. Toen wij hoorden
je ontmoet je buren. Je kunt de kinderen uitleggen
van dit project, een autovrije buurt met volkstui-
wat er groeit. Zo houd je makkelijk contact.
nen, wilden wij daar meteen naar toe. Wij hadden
Er groeien hier meer dan vierhonderd kinderen
wel overwogen om een auto te kopen, maar als je
op. Ron Huisman was als buurtbeheerder ook een
dan naar zo’n project gaat is het wel een uitdaging
soort opbouwwerker. Hij had sociale academie
om het zonder auto te blijven doen. Daar zijn wij
gedaan, dus hij kon dat wel. Het Waterspiegelplein
heel enthousiast over. Op onze galerij heeft ook na
mag nog wel wat groener. Bij het tienjarig bestaan
tien jaar nog bijna niemand een auto.
heeft Adriaan Geuze dat ook gezegd. Het is niet zo
Het autovrije karakter is natuurlijk heel zichtbaar.
groen geworden als hij wilde, dus hij heeft beloofd
Er is veel groen. Elke dag als ik naar huis ga kan ik
er nog een plan voor te maken.”
23
Wonen en werken in de grote groene stad
Jaarlijks voetbaltoernooi met dertig teams Jan Willem Kluit, gebiedsmanager bij corporatie
een tuinkamer die grenst aan de tuin.
AWV (tegenwoordig Stadgenoot), is een van de
De hal is de plaats voor vergaderingen, buurtfees-
bewoners van het Magazijn: “In 1995 hoorde ik
ten en andere activiteiten. Er zit een podium in,
van een collega dat een groep vrienden bezig was
er is professionele verlichting en als je de deuren
een pand te verwerven om dat collectief te ver-
weghaalt, is er ruimte voor 60 stoelen. De stich-
bouwen. Die gemeenschappelijkheid sprak mij
ting Magazijn zorgt voor de programmering en de
wel aan. Als het maar niet werd zoals vroeger in
organisatie. Dat gebeurt los van de Vereniging van
woongroepen, met verplicht samen eten. Maar de
Eigenaren die het pand beheert.
mogelijkheid om je eigen woning zelf in te richten
De herontwikkeling van het Magazijn kostte veel
als onderdeel van een groter geheel sprak me aan.
aandacht. Het pand is bijna helemaal gestript.
Daarom ben ik gaan kijken en toen ik het pand zag
Alleen de gietijzeren pilaren bleven staan.
wist ik genoeg. Dit is het. Het stadsdeel had een
Pas toen ik er woonde, vanaf maart 1998, ben ik
soort prijsvraag uitgeschreven. Onze groep stelde
ook actief geworden voor de rest van het GWL
voor dat de gemeenschappelijke ruimte ook een
terrein. Wij organiseren ieder jaar een buurtfeest
buurtfunctie moest hebben. Wij mochten het pand
en sinds 2000 ook een voetbaltoernooi. De hele
kopen voor een gulden, maar alles moest nog wel
maand juni wordt er dan elke zondag en vrijdag-
worden verbouwd. Dat hadden wij gedaan met een
avond gevoetbald. De eerste keer deden er zeven
architect die veel ervaring had met dit soort projec-
teams mee, vorig jaar al dertig. Iedereen helpt mee,
ten in de stad, Siem Goede van Casa. Ecoplan stond
want er zijn ook veel scheidsrechters nodig.”
als achtervang garant, maar wij hebben alles met de bewoners zelf gefinancierd. Wij hebben een collectief programma van eisen vastgesteld en iedereen had ook een individueel programma. Er kwa-
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 24 • 2009
men negen (koop)woningen, twee bedrijfsruimtes van ca. 100 m2 en een gemeenschappelijke hal met
24
Het Magazijn en het een-kamer hotel.
“Wij wilden terug naar Amsterdam” Maryn Schut woont met haar man en drie kinderen in het Magazijn: “Wij waren uit de
is de plaats voor buurtactiviteiten. Er stond ook een klein gebouwtje naast het Magazijn. Dat is aangekocht door een aantal huisgenoten die er een één kamer hotel van hebben gemaakt. Dat is bijna altijd volgeboekt."
“Niemand wil hier weg” Jan Willem Kluit: “De pleinen met die slingerende meanderachtige wandelpaden zijn fantastisch. Adriaan Geuze heeft toegezegd dat hij terugkomt om het binnenterrein nog groener te maken. Niemand wil hier weg, maar er zijn kinderen geboren en voor sommigen zijn de woningen te klein geworden. Er wordt gesproken over optoppen. Niet iedereen wil dat. Er zijn ook mensen die willen dat de woningen zo blijven als ze nu zijn. Er is nog steeds een wachtlijst voor de tuintjes. Die zijn heel belangrijk voor het sociale klimaat. Je loopt er zo naar toe, je ziet je buren. Maar er zijn ook plaatsen waar je gewoon kunt zitten en een praatje maken. Maar opgroeiende kinderen hebben weer andere wensen dan de kleintjes. Daar moet je ook ruimte voor maken.” Staatsliedenbuurt verhuisd naar Uithoorn toen ik zwanger was van de tweede. Maar wij wilden terug naar Amsterdam en konden ons aansluiten bij de groep die met dit pand bezig was. Wij wilden een grote woonkeuken en voldoende slaapkamers. Als je het met een groep ontwikkelt bepaal je zelf hoe duur het wordt. Je kunt dingen delen, maar ook je eigen wensen realiseren. De gemeente wilde dat de gemeenschappelijke hal een betekenis zou hebben voor de buurt. Dat
25
Wonen en werken in de grote groene stad
Rust en groen met op een steenworp afstand de drukte van de stad – foto Jan Bitter.
sluitingen van de woningen zijn zo gemaakt dat je elkaar meteen ontmoet. Het plein is zo ingericht
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 24 • 2009
“De leukste plek van Amsterdam”
26
dat het aantrekt.
Dirk de Jager is stadsdeel wethouder in
De meeste kinderen gaan in de Staatsliedenbuurt
Westerpark. Hij woont in blok 2A: “Ik ben nu 53 en
naar school. Daar zijn ook de winkels en de andere
woon al heel mijn leven in Amsterdam. Het GWL
voorzieningen. Vanuit het GWL terrein moet je dus
terrein is tot nu toe de leukste plek. Dat komt door
de wijk in, maar er komen hier ook kinderen uit de
de openbare ruimte. De mens staat hier centraal,
buurt spelen. Het mengt op een organische wijze.
en niet de auto. Het is zo ingericht dat je elkaar
De Staatsliedenbuurt had met het kraakverleden
ontmoet. En door de goede mix in bewoners is er
iets anarchistisch. Een houding van ‘de overheid
Uitdaging om het zonder auto te blijven doen
doet het slecht, wij doen het zelf wel’. Dat kun je mobiliseren in zo’n participatieproces. Bij de start van het project woonde ik met zes
een sterke sociale structuur ontstaan. Het is een
anderen in een woongroep op de Weteringschans.
beetje een dorp in de stad. Het GWL terrein heeft
Maar als je na verloop van tijd vaste relaties en
een sterke eigen organisatie. Met een eigen web-
kinderen krijgt, ga je op zoek naar meer ruimte.
site en veel activiteiten. Ook voor de buurt, zoals
Dan is een huis midden in de stad minder geschikt.
het buurtfeest en het voetbaltoernooi.
Wij hadden ook naar andere projecten gekeken,
Je komt elkaar heel veel tegen op straat. De ont-
maar dit sprak toch het meeste aan. Het groene
"Er zijn ook plaatsen waar je gewoon kunt zitten en een praatje maken” – foto Giesbert Nijhuis.
karakter en het feit dat de openbare ruimte hele-
Ik had kinderen en heel veel kinderwagens, dus ik
maal vrij is, zodat de kinderen altijd buiten kunnen
wilde graag op de begane grond wonen.
spelen. En er was plaats voor vier woongroepen.
Het gemeenschappelijke middenterrein is een
Wij hebben met onze woongroep vijf woningen
goede verbindende factor. Daar zie je de buren
en een gezamenlijke ruimte aan de tuin. Iedereen woont hier goed. In tien jaar zijn er nog maar twee wisselingen geweest.”
“Dorpse verbondenheid in de stad” Rosalie Begeer werkt als stedenbouwkundig ontwerper bij de gemeente Amsterdam. Zij woont op het GWL terrein in blok 15: “Door mijn studie volgde ik altijd al de milieuvriendelijke projecten in Nederland. In de Echo, een buurtkrantje, las ik dat er plannen waren voor een milieuvriendelijk project in Westerpark. Ik woonde toen in Oud West, maar ik kon me wel aanmelden voor het project.
27
Wonen en werken in de grote groene stad
en hun kinderen. In de zomer eten wij daar met
werd er meteen gezegd ‘appelsap voor de mensen
elkaar. Soms is er iemand die hulp nodig heeft. Als
van het milieuwijkje?’. Dat is er nu wel af.
de thuiszorg dan te laat is, vangen de buren dat
Ik blijf hier zo lang mogelijk wonen, zo dicht bij
op. Dat is wel bijzonder. Dat is de kracht van deze
het centrum van Amsterdam. Je hebt hier rust en
buurt. Een dorpse verbondenheid, maar toch de
groen, met op een steenworp afstand de drukte
anonimiteit van de stad. Het is niet dwingend. Je
van de stad. Ik heb wel een rijbewijs, maar hier heb
ziet elkaar, maar als je met een boek in de tuin gaat
ik geen auto nodig. Idealer kan het niet.
zitten lezen, word je gewoon met rust gelaten.
Alleen in het begin was het lastig. Het kinderdag-
De GWL voetbaltoernooien spelen een grote rol in
verblijf zat niet naast de deur. En als je dan als
de binding met de rest van de wijk. Toen wij hier
moeder met drie babies naar de crèche moet, heb
net kwamen wonen werd het toch gezien als een
je een flinke bakfiets nodig. Die paste niet in de
‘milieuwijkje’. Mijn kinderen gingen hier vlak bij
fietsenstalling. Daar kwam pas later een oplossing
op school. Als er een feestje was, met cola en chips,
voor."
INFORMATIE project
GWL terrein (Van Hallstraat, Van Hogendorpstraat, Haarlemmerweg), Staatsliedenbuurt, Westerpark, Amsterdam 15 blokken met 600 woningen (300 koop, 300 huur), verschillende woningtypes met ontsluiting op maaiveld, autovrij binnenterrein met ontmoetingsruimte, fruitbomen, nutstuintjes en winkels; Magazijngebouw met 9 woningen, werkruimtes en een-kamer hotel, machinepompgebouw als grand café
co-ontwikkelaars
Buurtbewoners, stadsdeel Westerpark en vijf corporaties (Zomers Buiten, Rochdale, PWV, AWV, De Key) verenigd in stichting Ecoplan. De woningen van De Key zijn later overgedragen aan PWV (tegenwoordig onderdeel van de Alliantie). Zomers Buiten is gefuseerd met Ymere. AWV is met Het Oos
WOONINNOVATIE REEKS • NUMMER 24 • 2009
ten gefuseerd tot Stadgenoot.
28
begeleiding bewoners Amsterdams Steunpunt Wonen (ASW) Barbara Coolen (bouwkundig advies) stedenbouwkundigen Kees Christiaanse (KCAP), Adriaan Geuze (West8), Neutelings Riedijk, architecten
Dobbelaar de Kovel de Vroom (DKV), Meyer en Van Schooten, Liesbeth van der Pol, Casa Architectenen
bouwers
Muwi van Gent, Dura Vermeer
milieu advies
Stichting Boom, Anke van Hall, Claudia Bouwens
milieu maatregelen
waterbesparing en hergebruik, opvang van regenwater, ondergrondse verzamelpunten voor gescheiden afval, woningen zoveel mogelijk op de zon georiënteerd, duurzaam hout, hergebruik van bouwmaterialen, vegetatiedaken, warmte kracht koppeling, lage parkeernorm (0,33)
“Je mist de auto niet” Jozé van Stigt: "Het is een heerlijk rustige buurt. Ideaal voor kinderen. Je zit midden in de stad met allemaal groen om je heen. Er staan echte hoogstam fruitbomen. In de zomer lijkt het wel een bungalowpark. Overal staan badjes, barbecues, kinderen rennen rond in zwembroekjes en bikini’s. Zij kunnen overal hun gang gaan zonder auto’s tegen te komen. En dat midden in de stad, tussen twee stations, dicht bij winkels, scholen, uitvalswegen en openbaar vervoer. Dan mis je de auto niet.”
nutstuinen
Beheervereniging Nutstuinen GWL-terrein beheert 80 door Stadsdeel Westerpark ter beschikking gestelde nutstuinen. De tuinen zijn ongeveer 12 m2 groot en kunnen worden gebruikt voor het telen van groenten, bloemen en andere kleine planten. Bewoners van het stadsdeel Westerpark komen in aanmerking voor het gebruiken van een tuin. Het lidmaatschap bedraagt €30,- per jaar. Er is al jaren een wachtlijst.
Chronologie 1989
Gemeentelijk Waterleidingbedrijf kondigt verhuisplannen aan, buurtbewoners nemen in initiatief voor milieurvriendelijke woonbuurt oprichting Stichting Ecoplan
1990
stadsdeel Westerpark
1993
start co-ontwikkeling
november 1993
stedenbouwkundig plan
september 1995
start bouw planontwikkeling Magazijngebouw
zomer 1996
aanstelling buurtbeheerder
december 1996
oplevering eerste woningen
maart 1998
oplevering Magazijn
november 1998
oplevering laatste woning
29